summaryrefslogtreecommitdiff
diff options
context:
space:
mode:
-rw-r--r--.gitattributes3
-rw-r--r--17593-8.txt14956
-rw-r--r--17593-8.zipbin0 -> 263315 bytes
-rw-r--r--17593-h.zipbin0 -> 1087013 bytes
-rw-r--r--17593-h/17593-h.htm14808
-rw-r--r--17593-h/images/cover.jpgbin0 -> 73461 bytes
-rw-r--r--17593-h/images/p000.jpgbin0 -> 75388 bytes
-rw-r--r--17593-h/images/p060.jpgbin0 -> 77452 bytes
-rw-r--r--17593-h/images/p120.jpgbin0 -> 93848 bytes
-rw-r--r--17593-h/images/p182.jpgbin0 -> 86593 bytes
-rw-r--r--17593-h/images/p244.jpgbin0 -> 110915 bytes
-rw-r--r--17593-h/images/p292.jpgbin0 -> 99313 bytes
-rw-r--r--17593-h/images/p369.jpgbin0 -> 96920 bytes
-rw-r--r--17593-h/images/p437.jpgbin0 -> 99704 bytes
-rw-r--r--LICENSE.txt11
-rw-r--r--README.md2
16 files changed, 29780 insertions, 0 deletions
diff --git a/.gitattributes b/.gitattributes
new file mode 100644
index 0000000..6833f05
--- /dev/null
+++ b/.gitattributes
@@ -0,0 +1,3 @@
+* text=auto
+*.txt text
+*.md text
diff --git a/17593-8.txt b/17593-8.txt
new file mode 100644
index 0000000..4f84237
--- /dev/null
+++ b/17593-8.txt
@@ -0,0 +1,14956 @@
+The Project Gutenberg EBook of Van Schooljongen tot Koning, by A. Bertrand
+
+This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
+almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or
+re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
+with this eBook or online at www.gutenberg.org
+
+
+Title: Van Schooljongen tot Koning
+ Een verhaal samengesteld uit de aanteekeningen van Robert
+ I, koning van Czernovië
+
+Author: A. Bertrand
+
+Illustrator: Jan Sluyters
+
+Release Date: January 24, 2006 [EBook #17593]
+
+Language: Dutch
+
+Character set encoding: ISO-8859-1
+
+*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK VAN SCHOOLJONGEN TOT KONING ***
+
+
+
+
+Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
+Proofreading Team at http://www.pgdp.net/
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+ Van Schooljongen tot Koning
+ Een verhaal samengesteld uit de aanteekeningen
+ Van
+ Robert I
+ Koning van Czernovië
+
+
+
+ Door
+ A. Bertrand
+ Geďllustreerd door Jan Sluyters
+
+
+
+ Amsterdam
+ H.J.W. Becht
+ 1903
+
+
+
+
+
+
+
+INHOUD.
+
+
+I. Hoe dit Boek ontstond 1
+
+ De ontvoering van een Hoogere-Burgerscholier op 13 October
+ 1901.--Na een jaar van angst en spanning zien zijn vrienden
+ hem terug.--Er wordt hem f10.000 geboden voor een beschrijving
+ van zijn lotgevallen.
+
+
+II. Rob vliegt de Lucht in 11
+
+ Wat Rob in het Vondelpark vond.--De geheimzinnige
+ doos.--Rob meent een komplot op het spoor te zijn.--Hoe zijn
+ nieuwsgierigheid gestraft werd.
+
+
+III. Op het Luchtschip 16
+
+ Rob komt aan boord van "De Vogel".--Hij wordt vriendelijk
+ ontvangen en vindt een fraaie logeerkamer voor zich
+ ingericht.--Hij leert het leven aan boord kennen.--De eerste
+ dag valt hem niet tegen.
+
+
+IV. Hoe "De Vogel" er uitzag 35
+
+ Rob ondervindt dat er in de lucht ook een H.B.S. is.--La toont
+ hem eenige wonderen.--De geheimen van de stuurkamer.--Bijna
+ zoo hoog als de Mont-Blanc.--Rob gaat vroeg naar bed.
+
+
+V. Een Strijd tusschen een Lucht- en een Oorlogsschip 46
+
+ "De Vogel" gaat aan land.--Er dreigt gevaar.--Rob redt
+ den commandant.--Een Engelsch oorlogsschip.--Een onbloedig
+ gevecht.--Het jacht van den ontdekkingsreiziger Lane.--Rob
+ wordt zeeman.--De landing te Dover.
+
+
+VI. Rob komt in Londen 68
+
+ De ontvangst te Dover.--De aankomst in Londen.--Het huis in
+ Longmanstreet.--Li's eerste lezing over een nooit gemaakte
+ Zuidpoolreis.--Alle Londensche heeren wenschen zich een
+ poolmeisje tot vrouw.--Het diner van het Aardrijkskundig
+ Genootschap.--Rob drinkt thee met den Koning.--De
+ kroonjuweelen.
+
+
+VII. Li steelt de Kroonjuweelen 80
+
+ Li krijgt het koffertje te leen.--La verricht nieuwe
+ wonderen.--De Koning ontvangt een splinternieuw koffertje.--Hoe
+ hij beetgenomen werd.--De kroonjuweelen zijn gestolen!--Het
+ verhaal van de diefachtige poes.--Li heeft de diamanten te
+ pakken.--De groote ontdekkingsreiziger steekt met zijn jacht
+ van wal.--Terug op "De Vogel".--De reis naar Transvaal.--Hoe
+ het met de diamanten afliep.
+
+
+VIII. Li vertelt z'n Geschiedenis 95
+
+ Waarin verteld wordt, hoe 't maar 'n haartje gescheeld had,
+ of Rob was weer in 't Vondelpark gaan wandelen.--Li vertelt
+ zijn levensgeschiedenis.--Rob hoort van de stichting der
+ Oranje-Republiek, van Rusland's booze plannen, van de dappere
+ Elizabeth Helmont en den edelen ingenieur Van Stralen.
+
+
+IX. Een onverwacht Avontuur 112
+
+ De kust van Tripolis.--De leeuwenjacht.--De onderaardsche
+ gewelven.--In handen van menscheneters!--De ontdekkingsreiziger
+ Korling als goochelaar.--De vlucht.--Weer op "De Vogel"!
+
+
+X. Nof en de Strandroover 138
+
+ Nof is verdwenen.--Men wacht hem tevergeefs.--De man in het
+ schuitje.--Het losgeld.--Nof komt terug.--Het verhaal van
+ Quebranto den Strandroover.--Naar Czernovië!
+
+
+XI. De "Vogel" wordt vernietigd 156
+
+ De reis wordt door stormen vertraagd.--De nederdaling bij
+ Midia.--Er ontploft een mijn en "De Vogel" vliegt in de
+ lucht.--In Turksche gevangenschap.--De Dardanellen-Oorlog.--Li
+ en Rob herkrijgen hun vrijheid.--De Engelsche spionnen gaan
+ de doos in.--Naar Slavowitz!
+
+
+XII. Rob maakt kennis met den Hertog van Bora 168
+
+ In het Hotel Czernovië.--Van Stralen ontmoet zijn broer.--Daar
+ komt de Prinses!--Een ontmoeting met den aanstaanden
+ Prins-Gemaal.--Esse quam videri.--Van Stralen doet een duel
+ op.--De tooneelspelen van Aeschylus.--Van avond om zes uur.
+
+
+XIII. De Verrader 193
+
+ Waarin we Maarschalk Zabern en Prinses Elizabeth leeren
+ kennen.--Wat de gezant te Petersburg schreef.--Een verrader
+ onder de Ministers.--Russakoff is ontsnapt!
+
+
+XIV. Ivan Bavenski 202
+
+ Een gesprek met den Minister van Binnenlandsche Zaken.--De
+ drie verzegelde pakketten.--Elizabeth hoort van het duel.--De
+ brief van Felix.--Zou hij het zijn?--Naar het Roode Woud!
+
+
+XV. Het Duel 213
+
+ De ontmoeting in het Roode Woud.--De Russische
+ schildwacht.--Het duel begint.--De plotselinge verschijning
+ der Prinses.--De Hertog wordt gearresteerd.--Zij hebben
+ elkaar herkend!
+
+
+XVI. Wat Katina van Russakoff vertelde 220
+
+ De drie vrienden ontmoeten Zabern.--Katina, de patriot.--Zabern
+ komt Russakoff op het spoor.--Met spoed naar Slavowitz terug!
+
+
+XVII. Russakoff begaat een Moord 238
+
+ Hoe Katina een troďka ment.--Het klooster.--De Russische wijk
+ van Slavowitz.--De troďka komt in het gedrang.--Paul wordt
+ doodelijk gewond.--Felix, Zabern en het raadselschrift.--Zou
+ Rob werkelijk de oplossing gevonden hebben?
+
+
+XVIII. Felix en Elizabeth 254
+
+ Felix wordt bij de Prinses ontboden.--Het
+ weerzien.--Wederzijdsche ontboezemingen.--Felix wordt tot
+ Secretaris benoemd.
+
+
+XIX. Een Staaltje van Schermkunst 262
+
+ De Minister van Financiën en de Commandant der Citadel.--Een
+ opstootje in de Kamer.--Wat het orkest van Mengelberg op z'n
+ geweten heeft.--Felix verslaat zes tegenstanders.--De Furiën!
+
+
+XX. Rob betrapt een Inbreker 278
+
+ Rob gaat aan het cijferen.--Gevonden!--De inbraak in het
+ Paleis.--Zabern redt Rob nog juist op tijd.--Het verbrande
+ Charter.--Wat zal er van Czernovië worden?
+
+
+XXI. Het Gezantschap van den Czaar 295
+
+ Felix aanvaardt zijn nieuwe betrekking.--Graaf Feodor Orloff,
+ Gezant van den Czaar, doet eenige brutale vragen.--Elizabeth
+ antwoordt hem zeer beleefd.--Katina wordt eerst tegen haar zin,
+ daarna vrijwillig gevangen.--Zabern schrijft een brief.
+
+
+XXII. Een gemaskerd Bal 319
+
+ Het wetsontwerp-Lipski.--Prinses Elizabeth teekent een
+ contract.--De schatten van het St. Nicolaas-klooster.--Iedereen
+ verliest den moed, behalve Zabern.
+
+
+XXIII. Een Moordaanslag op de Prinses 338
+
+ Rob wordt met een benoeming verrast.--De wapenschouwing.--Twee
+ schoten op de Prinses.--De daders ontsnappen.--De wet-Lipski
+ komt in stemming.--De verrassing van Zabern.--De moordenaar
+ wordt gevat.--De kelder van Lipski.--Zabern schrijft een
+ brief.--
+
+
+XXIV. Een Russisch Leger aan de Grens 364
+
+ Felix wordt uit Czernovië verbannen.--Hij gaat, maar hij
+ zal terugkomen!--Zes Turksche krijgsgevangenen in het
+ studeervertrek van Zabern.--Rob verdwijnt.--Ravenski komt
+ met nieuwe bedreigingen.--De Czaar staat aan de grens!
+
+
+XXV. De Vooravond van de Kroning 381
+
+ Het Russische leger komt nader.--Ravenski hernieuwt zijn
+ bedreigingen.--Elizabeth ontvangt een bezoek van den Hertog
+ van Bora.--De drie verraders geknipt.
+
+
+XXVI. Zabern en Ravenski 388
+
+ Melchior, de verrader.--Zabern verschijnt.--De
+ postduif.--Ravenski ontvangt een sabelhouw.--Het kanon van
+ de Citadel.
+
+
+XXVII. De Kroning 398
+
+ Hoe het kwam dat de Hertog ontvluchtte.--De stoet zet zich
+ in beweging.--Waar blijft Felix?--Waar blijft Rob?--Het
+ St. Nicolaas-klooster door de Russen bezet.--De stem van
+ Orloff.--De Hertog verschijnt.--De Czaar!--Rob brengt het
+ Charter.--Elizabeth kiest Felix tot kampioen.
+
+
+XXVIII. Het Kroningsduel 426
+
+ De ontmoeting tusschen Elizabeth en Felix.--Het duel
+ begint.--Edelmoedigheid van Felix.--De Hertog wordt doodelijk
+ gewond.
+
+
+XXIX. Eind goed, Al goed 438
+
+ De kroning gaat door.--Czernovië is vrij!--Felix wordt
+ Prins-Gemaal.--Felix en Elizabeth doen afstand van den
+ troon.--Robert Rensma, President der Oranje-Republiek.--
+
+
+
+
+
+
+
+EERSTE HOOFDSTUK.
+
+HOE DIT BOEK ONTSTOND.
+
+ De ontvoering van een Hoogere-Burgerscholier op 13 October
+ 1901.--Na een jaar van angst en spanning zien zijn vrienden
+ hem terug.--Er wordt hem f10.000 geboden voor een beschrijving
+ van zijn lotgevallen.
+
+
+De groote gebeurtenis, die den 13en October 1901 het geheele land
+in rep en roer bracht, waarover de kranten weken lang kolommen vol
+schreven, en die weldra in alle deelen van Europa met schrik en
+verwondering besproken werd--die gebeurtenis ligt ons allen nog zoo
+versch in het geheugen, dat ik ze den lezer nauwelijks nader behoef
+aan te duiden.
+
+Nu echter de geheimzinnige sluier opgeheven is, waarmee deze
+gebeurtenis een jaar lang was bedekt, en de geschiedenis van Rob
+Rensma's lotgevallen in dit boek wordt bekend gemaakt, nu zij het
+mij volledigheidshalve vergund de feiten nog even in 't kort aan
+te stippen.
+
+Het was ongeveer half negen in den morgen van den 13en October
+1901. Rob bevond zich op dat tijdstip op het Leidsche Plein te
+Amsterdam, en had dus geen haast te maken om met het spelen van negenen
+in de Hoogere-Burgerschool te zijn. Maar daarom alleen liep hij niet
+zoo langzaam: hij had twee zware repetities in 't vooruitzicht--en
+hij had den heelen vorigen avond in 't Vondelpark gefietst! Meer
+behoef ik er niet van te zeggen.
+
+Rob slenterde dus zoo'n beetje langs de straat, z'n boeken onder
+den arm en z'n oogen naar den grond, en hij trachtte zich vergeefs
+'n formule uit zijn natuurkundeboek te binnen te roepen, die hij
+totaal vergeten was, en waarnaar hem vandaag zeker gevraagd zou
+worden. Ze vroegen hem altijd dingen die hij niet wist! Rob was niet
+dom--integendeel. Hij had een vlug en helder verstand, maar hij
+gebruikte 't niet altijd. Hij hield meer van lichamelijke dan van
+geestelijke inspanning. Fietsen, zwemmen, voetballen--dat was je ware;
+maar langer dan 'n uur rustig op de bank te zitten, daarvoor was Rob
+te ongedurig.
+
+"Ik gaf mijn nieuwe fiets ervoor," dacht Rob, "als ik vandaag niet naar
+hok hoefde. Hč, als er nu eens onverwacht iets gebeurde, waardoor..."
+
+Hij had dezen zin bij zichzelf nog niet voltooid, toen hij zich
+opeens krachtig om het middel voelde gegrepen, opgetild en snel omhoog
+gevoerd worden.
+
+Eén minuut daarna was hij nog slechts als een stip, twee minuten
+later was hij geheel niet meer te zien.
+
+'s Morgens om halfnegen is het op 't Leidsche Plein al zoo druk als in
+een kleinere stad wanneer 't kermis is. 't Spreekt dan ook vanzelf, dat
+zijn ontvoering niet onopgemerkt bleef. Maar 't is merkwaardig zooveel
+verschillende verhalen men te hooren krijgt, als tien ooggetuigen
+een gebeurtenis ieder op zijn eigen manier weergeven. Meer dan tien
+menschen hadden waarschijnlijk 't verdwijnen van den zooeven nog
+rustig wandelenden jongen niet van 't begin tot 't eind gezien;
+want alles ging zoo verbazend snel in zijn werk, dat Rob al uit
+'t gezicht verdwenen was eer men goed begreep wat er gebeurde. Maar
+toen later, ten behoeve van 't onderzoek, door de justitie getuigen
+werden opgeroepen, verklaarden zich 234 personen bereid onder eede
+te verklaren wat ze gezien hadden, terwijl bij vergelijking der op
+schrift gebrachte verklaringen daarvan 159 zeer aanmerkelijk van
+elkaar bleken te verschillen! De een had duidelijk gezien, dat een
+groote roofvogel den jongen in zijn klauwen had gepakt; de tweede wist
+zeker, dat er op het dak van den Stadsschouwburg een man had gestaan
+die een langen lijn uitwierp met een haak er aan, en zoo den jongen
+naar zich toe trok; de derde had Rob, dien hij zeer goed kende, om
+halfnegen bij het Centraal-Station ontmoet, zoodat hij niet begreep
+hoe er van dat ontvoeringsverhaal iets waar kon zijn; een vierde had
+zonder eenigen twijfel een luchtballon gezien, waar Rob met een dreg
+ingeheschen werd--kortom, ieder had een andere lezing van het geval,
+en de een sprak tegen wat de ander gezien had.
+
+Van een geregeld onderzoek kon in deze zaak geen sprake zijn. De
+rechter van instructie bepaalde zich tot 't doen opschrijven van 234
+getuigen-verklaringen, en overigens was niemand bij machte ook maar
+de geringste aanwijzingen te geven omtrent een vermoedelijken dader
+of omtrent de mogelijke aanleiding tot de daad.
+
+"Het onderzoek wordt voortgezet"--dit was het laatste, wat de kranten
+het nieuwsgierig publiek omtrent het positieve gedeelte van deze
+geheimzinnige geschiedenis konden opdisschen. Maar het publiek was
+daarmee natuurlijk niet tevreden, en zoo moesten de nooit uit het
+veld geslagen krantenmannen het terrein der feiten wel verlaten,
+om over te gaan tot dat der fantasie. Men _wilde_ nu eenmaal
+niet tevreden zijn met het weinige, dat de justitie te weten was
+gekomen. En de verslaggevers begonnen ijverig op hun onuitputtelijken
+duim te zuigen. Avond aan avond verschenen er ellenlange artikelen
+om de verdwijning te verklaren. In de buitenlandsche bladen werd
+duchtig meegedaan. Zoo verscheen in de Figaro een meer geestig
+dan wetenschappelijk artikel van een ongenoemde, waarin betoogd
+werd dat hier niet anders kon gewerkt hebben dan een chemisch
+proces. Aangezien immers door de proeven van professor Raymond
+gebleken was dat het element falmium, door hem in het zonnespectrum
+geconstateerd, een sterke oplossende kracht bezat, was het zeer goed
+mogelijk--zoo redeneerde de Figaro-schrijver--dat door een tijdelijke
+en plaatselijke versterking van dat element een zoo sterke oplossende
+inwerking had plaatsgehad, dat Rob binnen enkele seconden in den
+poedervorm was overgegaan. Niemand dacht eraan, en de schrijver zelf
+waarschijnlijk 't minst van allen, deze redeneering in ernst op te
+nemen. Maar evenmin wilde men geloof hechten aan het zeer geleerde en
+langdradige opstel van den beroemden Duitschen metereoloog Von Müller
+in de "Wissenschäftliche Blätter," dat ten doel had de verdwijning te
+verklaren uit de opzuigende werking van een krachtigen luchthoos. Was
+deze verklaring inderdaad de juiste, dan moest Rob immers hier of daar
+weer neergekomen zijn, en zou men zijn overblijfselen hebben moeten
+vinden. Dat nu was niet het geval. Aan de rechtbank werd niets anders
+gedeponeerd dan het pak boeken, dat Rob onder den arm had toen hij
+zich op weg naar school bevond, en dat hij klaarblijkelijk gedurende
+zijn vliegtocht had laten vallen. Het was door een agent van politie
+bij de kiosk opgeraapt.
+
+De heer Von Müller liet het er echter niet bij zitten. Hij gaf nog
+ettelijke naschriften op zijn artikel, en richtte ten slotte zelfs
+zulke krachtige vertoogen tot de Nederlandsche Regeering, dat deze
+zich tegenover de autoriteit van den geleerde niet verantwoord achtte
+zijn mededeelingen over het hoofd te zien. Op last van den Minister
+van Justitie werden gedurende eenige weken alle daken van alle huizen
+in den omtrek van het Leidsche Plein onderzocht--echter zonder ander
+resultaat dan dat de post "onvoorziene uitgaven" op de begrooting
+met f10.000, zijnde de kosten van het onderzoek, moest verhoogd worden.
+
+Na ongeveer vier weken begon de publieke belangstelling te luwen,
+totdat opeens een nieuwe gebeurtenis alle gemoederen weer in beroering
+bracht. Den 11en November toch werd bij den voogd van Rob, zijn ouders
+leefden niet meer, Willemsparkweg 921, een brief in de bus gevonden
+van den volgenden inhoud:
+
+
+ "Ik ben in leven, en u hoeft u dus niet ongerust over me
+ te maken. Alleen zult u geduld moeten hebben, want ik zal
+ waarschijnlijk wel een jaar moeten wegblijven. Maar u kunt
+ er vast op rekenen dat ik dan gezond en ongedeerd bij u
+ terugkom. Ontvang de hartelijke groeten van
+
+ uw liefhebbenden Rob."
+
+ "P.S. Wilt u er vooral aan denken, dat mijn konijnen iederen
+ morgen hun eten krijgen?
+
+ Rob."
+
+
+Ook deze gebeurtenis, de ontvangst van den brief, zal de lezer zich
+nog duidelijk herinneren. Afdrukken ervan werden overal verspreid;
+aan alle winkelruiten werd er een aangeplakt en alle kranten gaven
+er een als gratis bijlage. Opnieuw ging er een storm van ontroering
+door het land.
+
+Professor Von Müller moest er het zijne weer van hebben. Hij schreef
+aan de Nederlandsche Regeering, dat deze brief vervalscht moest
+zijn. De hoos alleen was echt, en zou dit blijven zoolang niemand het
+tegendeel bewees. De geleerde heer roerde zich zóo, dat een onderzoek
+gelast werd naar de echtheid van het handschrift. Alle schoolcahiers,
+alle verjaarbriefjes, die Rob ooit aan tantes en ooms had geschreven,
+kwamen voor den rechter. Maar door iedereen, door Rob's voogd en
+de familie Rensma in de eerste plaats, door de onderwijzers en de
+schriftkundigen, werd pertinent verklaard dat niemand anders dan
+Rob het bewuste briefje geschreven kon hebben. Nu werd de professor
+kwaad, en begon een verwoeden veldtocht tegen de schriftgeleerden,
+die volgens hem allemaal ezels waren. Hij schreef de eene brochure na
+de andere, en werd ten slotte zoo vervelend, dat niemand meer notitie
+van hem nam. Toen schonk de Duitsche Keizer hem de Kroonorde en den
+personeelen titel van Geheimrath.
+
+De zaak werd er niet duidelijker op, en er zou zeker nog heel wat tijd
+en inkt aan besteed zijn, wanneer niet in die dagen de Transvaalsche
+Oorlog alle aandacht in beslag had genomen. De kranten bepaalden
+zich nu alleen tot enkele sensatieberichten. Ongeveer elke zes weken
+kwam er opeens een telegram, nu uit Singapore, dan uit Groenland,
+dan weer uit Valparaiso, dat er een jongen aangehouden was, wiens
+signalement geheel overeenkwam met het overal verspreid portret
+van den ontvoerde. Natuurlijk brachten zulke berichten telkens een
+kortstondige maar hevige spanning, en bleken zij ook telkens onjuist te
+zijn. Eens werd zelfs door de Japansche Regeering, op verzoek van de
+onze, een jongmensch op staatskosten naar Amsterdam getransporteerd,
+omdat men nu zeker meende Rob gevonden te hebben. Maar alle kosten
+en moeiten waren vergeefs. Het jongemensch, een reizend Mongoolsch
+marskramer, die eigenlijk heelemaal niet begreep wat men van hem
+wilde, genoot eenige dagen de belangstelling van heel Amsterdam,
+maar werd zoo bekeken, nageloopen, gedrongen en van het kastje naar
+den muur gestuurd, dat hij dol blij was toen de Japansche Consul hem
+weer overnam. Toch had hij de voldoening, met een aardig spaarduitje
+weer naar zijn land terug te keeren, want de handige directie van
+het Rembrandt-Theater had kans gezien hem tegen buitensporig hooge
+betaling voor twee avonden te engageeren, en zijn aardige Mongoolsche
+volksliederen hadden een uitbundig succes gehad.
+
+Men kan begrijpen dat de familie Hartog, bij wie Rob in huis was
+geweest, in groote spanning leefde. Ofschoon zij het 't beste
+oordeelde, den raad van Rob op te volgen en te berusten, was de
+justitie van oordeel dat men zich hier niet bij mocht neerleggen, en
+gedurende drie maanden werd het huis op den Parkweg door een sterke
+politiemacht bewaakt, ten einde te trachten den brenger van het
+briefje, mocht hij opnieuw komen, in handen te krijgen. Men ontdekte
+echter geen enkel spoor, en daar ook, noch uit het papier, noch uit
+den inkt iets omtrent de herkomst der berichten kon afgeleid worden,
+gaf men het ten slotte op.
+
+Zoo verging het jaar 1901; het werd October 1902, en de belangstelling
+was langzamerhand verflauwd; men begon het geval Rensma te vergeten.
+
+Toen--we herinneren het ons allen nog levendig--gebeurde er opeens
+iets, dat als een electrische schok door heel Nederland voer. Den
+9en October ontving de familie Hartog een telegram uit Slavowitz,
+de hoofdstad van Czernovië, luidende:
+
+
+ "Ik kom den dertiende thuis.
+
+ Rob."
+
+
+Vier dagen van vreeselijke spanning! Zou het waar zijn? Zou dit
+telegram werkelijk door Rob zijn afgezonden? Of had men weer met
+een van die leugenachtige sensatieberichten te doen, waardoor al zoo
+dikwijls teleurstelling was veroorzaakt?
+
+Den 13en October, des avonds te elf minuten over achten, werd er
+forsch aan de bel getrokken, en tien seconden daarna.... stond Rob
+in de huiskamer, stralend, gezond, stevig!
+
+Men begrijpt niet hoe zulke dingen uitlekken, maar zeker is, dat
+de ochtendbladen van den 14en met vette letters aan het hoofd van
+de eerste pagina de groote gebeurtenis meldden. Op den Parkweg zag
+het zwart van de menschen; men verdrong zich voor de woning van de
+familie Hartog. Rob moest op het balcon komen en werd met luide hoera's
+begroet. De heele buurt vlagde. Krantenjongens deden buitensporige
+zaken. De Amsterdammer Nieuwsbode, tot op dat oogenblik een kwijnend
+blaadje van den derden rang, wist door een reeks handig-gestelde
+artikelen de aandacht te trekken, en kreeg er in acht dagen tijds
+zevenduizend abonnés bij. Zooals men weet is 't nu een Naamlooze
+Vennootschap met een kapitaal van twaalfmillioen gulden. In alle
+winkels verrezen speciale etalages, men kocht eenige weken slechts
+Rensma-brood, Rensma-sigaren, Rensma-paraplu's, en er was geen lief
+meisje in heel ons land, die Rob's portret niet op haar étagčre
+had staan.
+
+Maar het handigst van allen wist de uitgever van dit boek van Rob's
+terugkomst partij te trekken. Om ongeveer acht uur in den morgen was
+door bulletins en telegrammen het groote nieuws bekend geworden;
+om kwart voor negen stapte er iemand voor het huis Willemsparkweg
+921 van zijn fiets, belde, gaf zijn kaartje af en fietste vijf
+minuten later weer weg, met de schriftelijke verklaring in zijn zak,
+waarbij hem--nadere regeling voorbehouden--de alleenuitgave verzekerd
+werd van Rob's reisavonturen! De 17 Amerikanen, 11 Duitschers, 8
+Franschen, 3 Russen, 2 Engelschen, 1 Deen en 1 Griek, die later op
+den dag telegrafisch dezelfde autorisatie vroegen, vischten achter
+het net. Eerst den volgenden dag kwamen de eerste aanbiedingen van
+andere Hollandsche uitgevers in. Niet alleen waren zij allen te laat,
+maar hun voorwaarden bleven ver ten achter bij die van eerstgenoemden
+uitgever, die zonder nadere onderhandelingen f10,000 bood, en dit
+bedrag onmiddellijk verdubbelde toen hij vernam, dat Rob het voor de
+algemeene armen van Amsterdam wenschte te bestemmen.
+
+Ondanks het gedane verzoek, had Rob geweigerd zelf het relaas van
+zijn lotgevallen te schrijven. Hij verklaarde daartoe den tijd te
+missen, en zooals we later zien zullen, was dit motief alleszins
+gegrond. Het gevolg van een en ander was, dat de uitgever denzelfden
+dag een telegram verzond van dezen inhoud:
+
+
+ "A. Bertrand--Hotel de Draak-- Peking.
+
+ "Rob Rensma terug--ben in het bezit van zijn
+ aanteekeningen--wilt ge daaruit reisverhaal
+ samenstellen--honorarium f5000."
+
+
+De bewerker van dit verhaal maakte op dat oogenblik een reis
+door China, bezig met het verzamelen van gegevens voor een nieuw
+jongensboek, en seinde terug:
+
+
+ "Ja--ik kom.
+
+ A. Bertrand."
+
+
+Veertien dagen later werd te Amsterdam een begin gemaakt met het
+schiften en ordenen van Rob's notities, en als resultaat daarvan
+ligt thans het volledige en getrouwe overzicht van Rob's wonderlijke
+avonturen voor u.
+
+
+
+
+
+TWEEDE HOOFDSTUK.
+
+ROB VLIEGT DE LUCHT IN.
+
+ Wat Rob in het Vondelpark vond.--De geheimzinnige
+ doos.--Rob meent een komplot op het spoor te zijn.--Hoe zijn
+ nieuwsgierigheid gestraft werd.
+
+
+Het ligt voor de hand, dat men al gauw na Rob's verdwijning
+zich de vraag stelde: wat is de onmiddellijke aanleiding tot zijn
+ontvoering? Is hier een wraakoefening in het spel? Is er een bepaalde
+reden waarom juist Rob het slachtoffer van deze geheimzinnige
+geschiedenis moest worden?
+
+De lezer zal zich deze vraag ook gesteld hebben, en het ligt daarom in
+de bedoeling allereerst in dit opzicht een nadere verklaring te geven.
+
+Iedereen weet, dat Rob den avond vóor de ontvoering in het Vondelpark
+gefietst had, daarna nog even in zijn studieboeken had gesnuffeld,
+en vervolgens naar bed gegaan was. Er was dien dag, noch de vorige
+dagen, iets bizonders met hem gebeurd, en den volgenden dag was hij op
+het gewone uur naar school gegaan. Deze eenvoudige feiten waren aan
+ieder bekend, en men kon er met geen mogelijkheid eenige aanwijzing
+in vinden, die steun aan het gerechtelijk onderzoek zou geven.
+
+Maar wat tot op heden niemand geweten heeft, is het volgende.
+
+Toen Rob door het Park fietste, liet hij zich als gewoonlijk geen
+enkelen kwajongensstreek ontgaan, en, in zijn neiging om dingen te doen
+die verboden zijn, reed hij ook zoo nu en dan door de voetpaden. De
+parkwachter had hem voor deze overtreding al menig standje gemaakt,
+maar op dat oogenblik was de man niet te zien, en bovendien begon
+'t al te schemeren. Op het wandelpad, dat langs den vijver loopt, had
+Rob het ongeluk met zijn voorwiel een van twee mannen te raken, die
+daar op een bank in fluisterend gesprek zaten. De mannen, blijkbaar
+verschrikt, stonden haastig op; de een mompelde iets dat Rob niet
+verstond, en daarna verwijderden beiden zich snel. Rob was ook even
+geschrokken, meenende dat hij den man bezeerd had, maar toen hij
+zag dat ze 't blijkbaar niet boos opnamen, maakte hij zich gereed om
+weer in het zadel te springen. Daar werd hij echter op zijn schouder
+getikt, en de parkwachter stond naast hem, zeggend: "al weer zonder
+licht?" De wachter, een goedhartig man, wist wel dat Rob nu eenmaal
+onverbeterlijk was, en liet het dus bij deze vermaning. Maar Rob vond
+het toch verstandiger, zijn lantaren aan te steken. Daarom zette hij,
+terwijl de wachter weer verder wandelde, zijn wiel tegen de bank, en
+stak een lucifer aan. Weldra brandde de lantaren helder, en Rob wou
+juist wegrijden toen hij op de bank een metalen voorwerp zag liggen,
+dat de stralen van het lantarenlicht scherp weerkaatste. Dadelijk
+was zijn nieuwsgierigheid geprikkeld; hij nam het voorwerp, dat een
+stalen doos of kistje bleek te zijn, op zijn fiets mee, en besloot
+het thuis eens op zijn gemak te bekijken.
+
+Het zou zeer zeker verstandiger van Rob geweest zijn, als hij het
+kistje aan den parkwachter ter hand had gesteld, of getracht had
+de beide mannen in te halen, die het klaarblijkelijk hadden laten
+liggen. Maar de vorm en het uiterlijk van zijn vondst trokken hem
+zoo aan, dat hij niet laten kon het voorloopig in zijn bezit te
+houden. Dat hij, thuisgekomen, het voorwerp aan niemand liet zien,
+heeft een verklaarbare oorzaak. Een paar maanden geleden toch, in
+de zomervacantie, had Rob, bij familie in Utrecht logeerende, bij
+een der forten in den omtrek der stad een langwerpige huls gevonden,
+die later bleek een dynamietpatroon te zijn, welke vermoedelijk na
+een oefening van de genie-troepen was blijven liggen.
+
+Dat wist Rob toen echter nog niet; hij had er aan gepeuterd en er
+op gehamerd, en het gevolg was geweest dat 't ding, waarin zich nog
+een overblijfsel van het springmiddel had bevonden, plotseling met
+een hevigen slag was ontploft. Rob had vrij ernstige brandwonden aan
+gezicht en handen gekregen, zijn haren en wenkbrauwen waren geschroeid,
+en 't had maar weinig gescheeld of hij zou er een oog bij verloren
+hebben. Natuurlijk had zijn voogd hem onder handen genomen, en hem
+streng verboden ooit weer iets op te rapen waarvan hij vermoeden kon
+dat het zulk een gevaarlijken inhoud bezat.
+
+Rob had dit verbod op zijn manier opgevat, en bracht het in practijk
+door voortaan nooit iets van zijn vondsten te vertellen. Toen hij
+dan ook thuis kwam, bracht hij het doosje dadelijk op zijn kamer,
+en eerst 's avonds in bed begon hij bij kaarslicht zijn buit te
+onderzoeken. Hij bleek een blank stalen doos in den vorm van een
+boek te pakken te hebben, ongeveer 20 cM lang, 15 cM breed en 3 cM
+dik. Langs een der lange zijden liep een stalen draad, waarmee de
+doos klaarblijkelijk gesloten werd gehouden. Daar de draad aan beide
+uiteinden tegen de doos was vastgesoldeerd, trachtte Rob het soldeer
+in de kaarsvlam te doen smelten. Dit lukte echter niet, en daar Rob
+door de treurige ervaring van den afgeloopen zomer wel wat huiverig
+was gevonden voor proefnemingen met vuur, stapte hij zijn bed uit en
+scharrelde in zijn timmerkist een nijptang en een vijl op. Met behulp
+van deze beide werktuigen gelukte het hem den draad te verbreken,
+en nu ging de doos zonder veel moeite open. De inhoud bleek uit drie
+bladen perkament te bestaan, althans uit bladen van een zeer taaie,
+geoliede papiersoort. Het eerste blad was blanco, de beide anderen
+waren met diepzwarten, glanzenden inkt beschreven. Op het eene bevonden
+zich niets dan cijfers; het andere bevatte de volgende regels:
+
+
+ Kroonjuweelen Ł1000.000
+ 15 October Green-eiland
+ 20 October Dover
+ Huur hoek Longmanstreet 2610 en 2612
+ Advertenties en aanplakbiljetten.
+
+
+De beteekenis van deze zinnen was voor Rob totaal onverstaanbaar. Hij
+begreep echter wel, in verband met het vreemde gedrag der beide mannen,
+die de metalen doos verloren hadden, en ook omdat dit document zoo
+stevig was verpakt, dat hij vermoedelijk met aanteekeningen te doen
+had, die voor den eigenaar van groote waarde waren. Zijn levendige
+fantasie spon een ganschen roman om de drie perkamenten bladen, en
+toen hij, moe gekeken op de geheimzinnige woorden, die hij te vergeefs
+met elkaar in verband trachtte te brengen, ten slotte in slaap was
+gevallen, droomde hij voortdurend van alle wonderverhalen die hij in
+zijn leven gelezen had. Hij was er van overtuigd dat hij een zeer
+belangrijke vondst had gedaan, die hem misschien op het spoor van
+een samenzwering of een andere avontuurlijke onderneming zou brengen.
+
+Den volgenden morgen verborg hij de doos in den binnenzak van zijn
+jas, voornemens om na schooltijd een kameraad in het geheim te nemen
+en met diens hulp het document eens aan een nauwkeurig onderzoek
+te onderwerpen.
+
+Rob vermoedde weinig, dat hij niet lang ongestraft in het bezit van
+het gevondene zou blijven. Toen hij den vorigen avond naar huis ging,
+was een der mannen, die het kistje hadden laten liggen, hem gevolgd;
+voor de deur van zijn woning had deze een eigenaardig gefluit doen
+hooren, en kort daarna zweefde een donker voorwerp boven het huis,
+en bleef daar gedurende den geheelen nacht, door niemand opgemerkt,
+hangen. Hoe het verder met Rob toeging, weten we, en we hebben dus
+nu na te gaan waar hij te land kwam, toen hij door die onverklaarbare
+aantrekkingskracht van de aarde werd opgeheven.
+
+
+
+
+
+
+DERDE HOOFDSTUK.
+
+OP HET LUCHTSCHIP.
+
+ Rob komt aan boord van "De Vogel".--Hij wordt vriendelijk
+ ontvangen en vindt een fraaie logeerkamer voor zich
+ ingericht.--Hij leert het leven aan boord kennen.--De eerste
+ dag valt hem niet tegen.
+
+
+Zij, die twee jaar geleden meenden gezien te hebben dat Rob van het
+dak van den Stadsschouwburg door een man, die zich daar verborgen
+hield, omhooggehaald werd, kunnen er zich thans op beroemen dat hun
+getuigenis voor den rechter van instructie de waarheid het meest
+nabij kwam. Want inderdaad kwam de gang van zaken ongeveer daarop neer.
+
+Het bolvormige voorwerp, dat gedurende den nacht boven het huis van
+den heer Hartog had gezweefd, had zich tegen den morgen tot boven
+het dak van den Schouwburg verplaatst, waar het onzichtbaar bleef
+voor de voorbijgangers. Toen Rob langs kwam, werd een metalen lijn
+uitgeworpen, die ondanks zijn uiterste dunheid geheel onbuigbaar was,
+en aan welks uiteinde een cirkelvormige band was bevestigd, die over
+Rob's hoofd heengleed en daarna vast om zijn armen en zijn middel
+werd dichtgetrokken. Boven op het dak gekomen, werd Rob door een man,
+in een nauwsluitend zwart pak zonder eenige versiering gekleed en met
+een zwart masker voor, in ontvangst genomen. Deze zei alleen: "niet
+bang zijn; rustig blijven." Daarna haakte hij de lijn los, legde Rob
+op een klein platform, dat onder aan een bol was bevestigd die op een
+luchtballon leek, nam zelf plaats op een soort stuurstoel, die zich
+aan het uiteinde van het platform bevond, en draaide snel een houten
+kruk eenige malen om. Onmiddellijk daarna schoot de geheele toestel
+met fabelachtige snelheid omhoog, zoo snel dat Rob den wind langs zijn
+ooren voelde suizen. Rob was wel een beetje verschrikt, maar hij was
+nog al niet bang van aard, en de manier waarop zijn ontvoerder hem
+met kalme, heldere stem had aangemaand rustig te blijven, boezemde
+hem zulk een vertrouwen in, dat hij weldra zijn bedaardheid terug
+voelde keeren. Met open oogen lag hij rond te kijken; hij vond de
+snelle beweging en de frissche wind die langs zijn gezicht streek niet
+onaangenaam. Wel kon hij zich geheel niet bewegen, want zijn geleider
+had ook een ring om zijn beenen gesloten, maar hij bemerkte dat zijn
+boeien hem geheel geen pijn deden, en waarschijnlijk met een zachte
+stof gevoerd waren. Ook begon hij het reisje wel romantisch te vinden,
+en stelde hij zich al de verbaasde gezichten van zijn kameraden voor
+als zij van zijn geheimzinnig verdwijnen zouden hooren.
+
+Na enkele minuten zeer snel gestegen te hebben, draaide zijn geleider
+weer aan de kruk, en de ballon bleef onbewegelijk hangen. Naar
+beneden ziende, bemerkte Rob dat hij zich boven een dikke wolkenlaag
+bevond, die de aarde aan zijn oog onttrok. De zon scheen vroolijk,
+en kleurde de wolken met roze en gele tinten, zoodat ze een geheel
+ander aanzien kregen dan men van beneden af gewoon was waar te nemen;
+een paar vogeltjes kwamen op den rand van het platform zitten en
+kwinkeleerden vroolijk; de heldere hemel boven de luchtschippers was
+zoo diep en glanzend blauw als men dat in onze noordelijke landen
+zelden of nooit waarneemt.
+
+De man aan het roer opende een klein deurtje in den bodem van het
+platform, en bracht een flesch, een glas, een bord en een doos van
+eigenaardigen vorm en uit een paarlmoer-achtig metaal vervaardigd,
+te voorschijn. Uit de flesch schonk hij een blauwe vloeistof in,
+terwijl hij uit de doos een paar roodgekleurde rolletjes nam en die
+op het bord legde. Ofschoon Rob kort geleden stevig ontbeten had,
+voelde hij nu opeens een prikkelenden honger, en hij liet zich dus ook
+niet lang nooden, toen zijn geleider een van zijn handen vrijmaakte,
+en tot hem zei:
+
+"Eet en drink iets. In deze hooge lucht krijgt men gauw honger."
+
+Het zag er vreemd uit: die blauwe vloeistof en dat roode voedsel. Maar
+de stem van den geheimzinnigen stuurman klonk weer zoo vriendelijk en
+vertrouwenwekkend, dat Rob geen oogenblik aarzelde. Hij at en dronk,
+en de uitwerking was hoogst merkwaardig. De drank had het prikkelende
+en opwekkende van champagne, zonder de benevelende eigenschappen
+daarvan; de kleine roode broodjes deden aan pasteikorst denken, maar
+waren lichter en brosser, en toch voelde Rob zich na ze gegeten te
+hebben zoo verzadigd en versterkt alsof hij een voedzaam maal genoten
+had. Toen hij gereed was en zich weer heelemaal op zijn gemak voelde,
+vroeg hij:
+
+"Wat gebeurt er eigenlijk met me?"
+
+De man met het masker antwoordde:
+
+"Voorloopig kan ik je geen enkele inlichting geven. Vraag dus
+niets. Ik zal je boeien losmaken, maar wees zoo verstandig en blijf
+rustig zitten. Ontvluchten is natuurlijk onmogelijk, doe dus ook geen
+poging om mij te bemoeilijken."
+
+Rob beloofde dat hij in alles gehoorzamen zou. Toen deed de man ook den
+band van zijn voeten af, en Rob ging rechtop zitten. Zijn geleider
+schoof nu het masker opzij, en Rob keek in een flink, mannelijk
+gezicht, waarin de donkere oogen scherp en helder schitterden. Om
+den mond lag een ernstige, vastberaden trek.
+
+"Schrik niet," zei de stuurman, "ik zal een signaal geven."
+
+Hij opende een klepje in een buis, die zich naast de stuurkruk
+bevond, en nu deed zich een zwaar, doordringend geluid als van een
+misthoorn hooren. Na ongeveer een minuut werd dit signaal van uit de
+verte beantwoord, en de stuurman sloot de klep. Weldra zag Rob uit de
+wolkenmassa een donker gevaarte naderen, het nam snel in omvang toe, en
+hield vlak naast het schuitje waarin Rob zich bevond stil. Nu zag Rob,
+dat zich boven het kolossale luchtschip een aantal vleugelschroeven
+bevond, die snel ronddraaiden, en hij begreep dat deze dienden om
+den winddruk te neutraliseeren en het schip zwevende te houden. Op
+dergelijke wijze was het ook mogelijk geweest het "schuitje," zooals
+Rob het bij zichzelf noemde, bijna onbewegelijk op dezelfde plaats
+te doen blijven.
+
+Het luchtschip, waarop Rob nu overstapte--nadat hij met verbazing
+gezien had, hoe zijn geleider met enkele weinige handbewegingen de
+ballon van het schuitje deed leegloopen en daarna den geheelen toestel
+opvouwde en in een betrekkelijk kleine kist borg--bleek een langgerekt
+sigaarvormig lichaam te zijn, waarboven zich een ballon bevond die er
+ongeveer als een liggende O uitzag. De lengte van het schip schatte Rob
+op ongeveer 25 M., de breedte op nagenoeg 8 M. Verscheidene wentelende
+schroeven en raderen deden een eigenaardig gedempt snorren hooren; hier
+en daar merkte Rob toestellen en instrumenten op, waarvan de beteekenis
+hem natuurlijk ontging. Aan het achtereinde van het dek stond een
+huisje met glazen wanden, waarin zich een man, klaarblijkelijk de
+stuurman, bevond; ook deze droeg dezelfde eenvoudige zwarte uniform
+als zijn geleider, en was het eenige levende wezen dat op het dek te
+bespeuren viel.
+
+Op aanwijzing van zijn geleider daalde Rob een trap af, die zich aan de
+voorzijde van het dek bevond en toegang gaf tot een gang, welke in de
+lengte van het schip liep, en waarop verscheidene deuren uitkwamen. Een
+daarvan, het nummer 9 dragende, werd voor hem geopend, en Rob werd
+verzocht binnen te gaan en te wachten tot men hem zou doen roepen.
+
+Toen de deur zich achter hen gesloten had, bleek Rob zich in een
+kamertje van ongeveer 3 bij 4 M. te bevinden, dat er lang niet
+ongezellig uitzag. Het was smaakvol gemeubeld, en ontving zijn licht
+door een breed, vrij hoog in den wand aangebracht venster. Aan de
+zoldering en langs de wanden bevonden zich electrische lampjes; tegen
+een der zijmuren stond een ledikant, de andere was in regelmatige en
+even groote vakken verdeeld, die elk een opschrift hadden in een voor
+Rob onbekende taal, en klaarblijkelijk de deuren vormden van zich in
+dien zijwand bevindende kastjes of bergplaatsen. De vloer was bedekt
+met een zachte, veerkrachtige stof; de wanden waren van een glad, warm
+gekleurd behangsel voorzien; het heele vertrek was even eenvoudig,
+smaakvol als practisch ingericht. Op een bij het raam aan den muur
+bevestigd lessenaartje lag een boek, waarop in het Hollandsch, Fransch,
+Duitsch, Engelsch en de Rob onbekende taal het woord "Handleiding"
+stond gedrukt; Rob wilde dit juist opnemen en inzien toen een stem
+naast hem sprak:
+
+"Ik kom eens even met je praten."
+
+Rob schrikte een oogenblik, want hij had niemand hooren binnenkomen;
+de deur was volkomen geruischloos opengaan en had zich evenzoo weer
+gesloten. Hij keek om en zag iemand in de bekende zwarte kleeding
+naast hen staan. Voor hij iets kon zeggen, sprak de binnengekomene:
+
+"Je hebt zeker die metalen doos bij je, die je gisteren gevonden hebt?"
+
+Rob haalde het gevraagde uit zijn binnenzak, en de ander nam haar
+met een tevreden hoofdknik aan, bekeek den inhoud, en zei toen:
+
+"Dat maakt het ons gemakkelijk. Ik vreesde dat we het voor goed kwijt
+zouden zijn. Heb je gelezen wat er in staat?"
+
+"Ja, dat heb ik."
+
+"Ik dacht het wel; de sluiting is verbroken. Nu vrees ik echter,
+dat de commandant je vooreerst niet kan laten gaan. De inhoud is zeer
+belangrijk en niemand buiten ons mag die weten."
+
+"Ik wil u graag beloven dat ik er nooit met iemand over spreken zal,"
+zei Rob.
+
+"Ja--dat geloof ik wel. Maar daar mogen we niet op rekenen. Het is
+heel jammer, dat je het slachtoffer bent geworden van de slordigheid
+van een onzer kameraden. Maar daar is niets aan te veranderen. Neem nu
+een goeden raad van me aan. Wees kalm en onderwerp je in alles aan wat
+je hier voorgeschreven zal worden. Dan verzeker ik je dat je 't hier
+heel goed zult hebben en dat je, zoo gauw maar eenigszins mogelijk
+is, weer vrijgelaten zult worden. Ik zal nu beginnen met je wat beter
+thuis te brengen in onze omgeving, dan zal je ook spoedig op je gemak
+zijn en je gevangenschap geduldig dragen. Laten we gaan zitten."
+
+De spreker schoof twee stoelen bij het raam, en vervolgde nadat beiden
+hadden plaats genomen:
+
+"Hoe heet je?"
+
+"Rob."
+
+"Dat is een goede, korte naam. Dien zal je wel kunnen houden. We
+houden hier van eenvoud en kortheid, en hebben daarom allen bondige
+namen. Ik heet Lo; zoo moet je me ook voortaan noemen. Als je er aan
+gewend bent, zijn onze namen volstrekt niet onwelluidender dan die
+de menschen op aarde dragen. Verder behoor je te weten dat we elkaar
+hier allemaal bij den naam noemen en met jij en je aanspreken. Ook
+dat is eenvoudig en went gauw. Het maakt den omgang gemakkelijker en
+aangenamer, en neemt volstrekt de achting voor elkaar niet weg. We
+spreken ook den commandant, die Li heet, op die gemeenzame wijze
+aan, en toch gehoorzamen wij hem gaarne. Kijk eens, in dat Handboek,
+waarnaar je zooeven keek, vind je alles wat noodig is om je hier met
+kennis van zaken te kunnen bewegen; maar om het je gemakkelijker te
+maken, zal ik je in hoofdtrekken den inhoud vertellen, dan kan je
+het later nog wel eens nalezen."
+
+Lo nam nu het Handboek van het lessenaartje, sloeg het open, en zei:
+
+"Je bent hier op het luchtschip De Vogel. Alweer een eenvoudige
+naam, en tevens doelmatig, want je zult later bemerken dat dit schip
+geconstrueerd is volgens dezelfde beginselen als het lichaam van
+een vogel.
+
+"Met het doel en de bestemming van De Vogel heb je voorloopig nog
+niet te maken.
+
+"Er zijn hier de volgende personen aan boord: Li, de commandant,
+iemand van ongeveer dertig jaar, dien je straks zult leeren kennen;
+La, onze geleerde, de wetenschappelijke raadsman van het schip, van
+wien je nog wel genoeg zult hooren; zijn eenige fout is verstrooidheid,
+en daaraan heb jij ook te danken dat je op 't oogenblik hier ben--maar
+dat komt later wel ter sprake. Ten derde Mu, de stuurman, die je op
+het dek zeker wel in zijn huisje hebt zien zitten; hij vervangt zoo
+noodig den commandant. Dan hebben we Naf, Nef en Nof, die alle drie
+een veelzijdigen, soms drukken werkkring vervullen. De eerste heeft
+het toezicht op de gemeenschappelijke vertrekken--je zult weldra in
+de gelegenheid zijn te zien welke dat zijn--hij springt desvereischt
+voor den stuurman in, zorgt voor de bereiding van het voedsel, regelt
+de uurwerken, houdt de vrij talrijke instrumenten in orde die er aan
+boord zijn, en is kortom met de geheele leiding van de dagelijksche
+bezigheden belast. Nef en Nof zijn onze boden; ze worden met
+belangrijke zendingen naar de aarde belast--soms zelfs naar een andere
+planeet--doen allerlei speur- en onderzoekingsdiensten, behandelen
+in ernstige omstandigheden onze verweermiddelen (het geschut, zouden
+ze op aarde zeggen) en hebben elk een klein vliegtoestel tot hun
+beschikking, waarvan je er een dezen morgen hebt leeren kennen. De
+zevende en laatste ben ik; je zoudt me den particulieren secretaris
+van den commandant kunnen noemen. Ik breng het grootste deel van
+mijn tijd in zijn werkkamer door, werk zijn plannen en bevelen uit,
+breng die ter kennis van de overige bemanning, schrijf de geschiedenis
+van het schip, beheer de geldmiddelen--die we hier in de lucht ook
+noodig hebben, zooals je zien zult--voer daarvan de administratie,
+en ben ten slotte belast met de zorg voor onze gasten."
+
+"Hoor ik ook tot de gasten?" vroeg Rob eenigszins ondeugend.
+
+"We noemen iedereen zoo die geen deel uitmaakt van de vaste bemanning,"
+antwoordde Lo. "Op 't oogenblik ben je dus aan mijn bizondere zorgen
+toevertrouwd. Je bevindt je in het vertrek voor de gasten van het
+schip. Er zijn hier de volgende kamers, zooals je op dezen platten
+grond duidelijk zien kunt: aan het einde van de gang de kamer van
+den commandant, waarin tevens een schrijftafel voor mij; daarnaast de
+eetkamer, waarin de leeskamer inkomt. Deze vertrekken zijn genummerd:
+1, 2 en 3. Langs de gang bevinden zich 7 kamers, 4 rechts en 3
+links, doorloopend genummerd; de nummers 4, 5, 6, 7 en 8 zijn voor
+de bemanning (de commandant en ik hebben onze slaapvertrekken achter
+de werkkamer); kamer 9 is voor eventueele gasten en kan zoo noodig
+voor meerdere personen worden ingericht; kamer 10 is het zoogenaamde
+laboratorium, tevens keuken--twee bestemmingen die zich hier, zooals
+je zien zult, zeer goed laten vereenigen. Eindelijk bevindt zich
+onder in het schip de badkamer, genummerd 11, en een bergruimte die
+het nummer 12 draagt; met het glazen huis van den stuurman, n°. 13,
+is het aantal compleet. In dit huis bevinden zich alle toestellen,
+die voor het voortbewegen van het schip noodig zijn.
+
+"Ziezoo, nu weet je den weg.
+
+"Wat onze taal betreft, die is hoogst eenvoudig, en gemakkelijk
+te leeren. La is er de uitvinder van en heeft het vraagstuk van
+een practische, duidelijke en niet moeielijke taal schitterend
+opgelost. Misschien, als je ons vertrouwen hebt weten te winnen,
+zal hij je in de geheimen ervan inwijden. Maar voorloopig zal het
+wel Latijn voor je blijven.
+
+"En nu zal ik je nog even vertellen wat je hier in je kamer vinden
+kunt.
+
+"Zooals je ziet, is alles aanwezig wat je op aarde in een goed
+ingerichte logeerkamer maar zou kunnen verlangen. Je hebt zeker
+al opgemerkt dat alles er even eenvoudig en toch uiterst sierlijk
+uitziet. En bovendien heeft elk voorwerp de uitstekende eigenschap van
+onbreekbaar te zijn; glas of hout komt niet voor, alles is van metaal,
+tot de dekens van je bed toe, hoe vreemd dit ook klinkt. Later zal
+je dit duidelijker worden.
+
+"Hier in dezen zijwand vind je alles wat je maar wenschen kunt;
+elk vak heeft een deurtje--kijk, als ik op dit knopje druk, springt
+bijvoorbeeld deur 2 open. In dat kastje liggen kleeren; je vindt
+er compleete stellen van boven- en ondergoed, het is eenvoudig,
+practisch en hygiënisch. Hoe het schoongehouden wordt, leer ik je
+later. In kast 3 is beddegoed, in kast 4 schrijfgereedschap, nummer
+5 bergt eenige wapens en instrumenten die je te pas komen--kortom,
+je vindt hier alles wat maar nuttig of aangenaam kan zijn.
+
+"Zie zoo. Nu ben je voorloopig op de hoogte. Het is nu halftwaalf. Kijk
+nu eens een half uur in je kamer rond totdat je met alles vertrouwd
+bent. Om twaalf uur kom ik je halen en gaan we naar den commandant."
+
+Met deze woorden nam Lo afscheid en Rob werd voor een half uur aan
+zichzelf overgelaten.
+
+Hij moest bekennen dat hij zijn toestand zóo avontuurlijk vond, dat
+hij eigenlijk hoopte voorloopig niet vrijgelaten te zullen worden. Hij
+ging in gedachte alle boeken na, waaruit hij van wonderlijke reizen
+en romantische avonturen had gelezen, en 't leek hem dat in geen
+van die verhalen zulke ongeloofelijke dingen werden verteld als
+hij nu meemaakte. Zoo dikwijls had hij gehoopt zélf eens zulke
+avontuurlijke reizen te mogen maken, en nu werd op eens onverwacht
+aan dat verlangen voldaan. Wat zouden het toch voor menschen zijn,
+onder wie hij zich nu bevond? In elk geval wilden ze hem geen kwaad
+doen, want de beide mannen met wie hij tot nu toe te doen had gehad,
+waren bizonder vriendelijk voor hem geweest. Hij begreep wel dat
+ze hem gevangen hielden omdat hij toevallig op het spoor van een
+hunner geheimen was gekomen, maar hij zag eveneens in dat men hem
+niet langer van zijn vrijheid zou berooven dan hoog noodzakelijk
+was. In dit opzicht zag hij den toestand niet ernstig in. Wel was hij
+bezorgd dat zijn kennissen in angst zouden verkeeren, en dat vergalde
+veel van 't genoegen dat hij al in zijn avontuur gekregen had. Wat de
+onderwijzers en de jongens van de H.B.S. van zijn verdwijnen zouden
+denken, dat trok hij zich zoo erg niet aan; integendeel voelde hij
+zich wel gewichtig tegenover hen. Maar 't hinderde hem dat zijn voogd
+en diens vrouw ongerust zouden zijn. Waarschijnlijk zouden ze wel
+gehoord hebben dat hij op het Leidsche Plein naar boven getrokken was,
+want er waren natuurlijk menschen geweest die hem hadden zien vliegen,
+al wist hij zich door den eersten schrik heelemaal niet te herinneren
+welken indruk zijn ontvoering op de voorbijgangers had gemaakt. Maar
+als niemand verdere berichten van hem kreeg, dan zouden ze zich thuis
+toch erg ongerust gaan maken.
+
+Rob dacht over dit alles nog na, toen de deur weer geruischloos werd
+geopend en Lo hem uitnoodigde mee te gaan.
+
+Ze liepen de gang ten einde en Lo opende de deur van een niet groot
+maar eenvoudig en smaakvol ingericht studeervertrek, waar de commandant
+Li aan zijn schrijftafel zat. Li bleek een man van ongeveer dertig
+jaar te zijn, met een ernstig, energiek, maar vriendelijk gezicht,
+die dadelijk toen Rob binnentrad, opstond, hem tegemoet kwam en de
+hand uitstak.
+
+"Ga zitten, Rob," zei Li. "Ik heb van den secretaris al 't een en ander
+van je gehoord. Het spijt me dat ik genoodzaakt ben geweest je te doen
+oplichten; maar daar was niets aan te verhelpen. Door een toeval had
+je een document in handen gekregen, dat voor mij van veel gewicht is;
+ik mocht je niet in 't ongestoord bezit daarvan laten. Vertel me nu
+eens; hoe heet je?"
+
+"Rob Rensma."
+
+"Hoe oud ben je?"
+
+"Zestien jaar."
+
+"Waar ga je school?"
+
+"Op de H.B.S. in Amsterdam."
+
+"En waar woon je?"
+
+"Willemsparkweg 921."
+
+"Goed zoo," zei Li, terwijl de secretaris de antwoorden opteekende. "Ik
+hoop dat ik je zoo gauw mogelijk naar huis kan terugsturen. Dat zal
+ook veel van jezelf afhangen. Er is te eer kans op, naar mate je je
+tegenover ons gedraagt als vriend. En dat laatste zal je gemakkelijk
+vallen, want je zult hier aan boord niets zien gebeuren of niets
+behoeven te verrichten dat niet met eer en geweten is overeen te
+brengen. Om een duidelijker indruk van je goeden wil te krijgen, zal
+ik je nu en dan een kleine opdracht doen uitvoeren in verband met onze
+ondernemingen. Ik twijfel niet of je zult er eer mee inleggen. Ben
+je gezond en sterk?"
+
+"O ja," antwoordde Rob. "Ik mankeer nooit wat."
+
+"Dat zal je goed te pas komen. Bovendien leiden wij hier een
+regelmatig leven, bewegen ons doorgaans in hooge, zuivere lucht,
+en hebben ten overvloede een uitstekenden dokter, onzen geleerden
+La, aan boord. Ziekten komen dan ook zoo goed als nooit voor. Nu,
+we spreken elkaar wel nader. Heb je nog iets te vragen?"
+
+"Ja, ik zou wel graag willen dat mijn voogd iets van me hoorde;
+die zal wel ongerust zijn...."
+
+"Ik was juist bezig maatregelen daaromtrent te beramen; maar ik
+vrees dat je nog eenig geduld zult moeten hebben. We maken op 't
+oogenblik"--Li drukte op een knop aan den wand, en achter een zich
+daarnaast bevindend ruitje sprong het cijfer 150 te voorschijn--"we
+maken op 't oogenblik 150 K.M. per uur, en hebben dus sedert halftien
+bijna 400 K.M. afgelegd. Op dit oogenblik een van de vliegtoestellen
+af te zenden, zou nutteloos zijn, zooals je later zult leeren
+begrijpen. In elk geval moet je maar beginnen met een briefje te
+schrijven. Zoodra er gelegenheid is zend ik het af. Nog iets anders?"
+
+Rob had geen andere wenschen kenbaar te maken, en werd nu weer verzocht
+Lo te volgen, die hem in kamer 9 terugbracht.
+
+Lo deed kastje 2 openspringen, en zei:
+
+"Kies je hier nu een pak kleeren uit; in de Handleiding zal je vinden,
+welke je noodig hebt en hoe je ze aan moet trekken. Kastje 6 is leeg,
+en dient als bergplaats, doe daar de kleeren maar in die je nu aan
+hebt. Vijf minuten vóor het eten zal je een bel hooren; ik kom je
+dan halen voor den gemeenschappelijken maaltijd. Dan maak je tevens
+met de andere schepelingen kennis."
+
+Lo verdween en Rob begon van kleeren te verwisselen. Het trof
+hem hoe practisch de kleeding, die hij uit het kastje haalde, was
+ingericht. Alles zat vrij sluitend en belemmerde toch nergens de
+bewegingen; hij had zelf een gevoel alsof hij bijna geen kleeren
+aan had, en vond toch niet dat hij last had van de kou. De schoenen
+waren van dezelfde stof als het pak, en maakten niettemin een zeer
+solieden indruk; ze gleden gemakkelijk aan den voet, knelden nergens
+en behoefden niet geregen of geknoopt te worden. Rob bekeek zich in
+den spiegel en was van oordeel dat het pak hem heel goed stond. Hij
+had zich in deze kleeding wel eens willen laten kieken!
+
+Juist toen hij klaar was, ging de bel; een oogenblik daarna kwam
+Lo binnen en verzocht hem mee te gaan. In de eetkamer waren de
+overige reisgenooten reeds verzameld. De kennismaking werd Rob
+zeer gemakkelijk gemaakt, want allen kwamen naar hem toe alsof hij
+volstrekt geen vreemde voor hen was, drukten hem de hand en heetten
+hem hartelijk welkom.
+
+Aan tafel heerschte een opgewekte en gezellige toon. Er werd gepraat en
+gelachen, en uit beleefdheid tegenover den gast werd er dezen middag
+Hollandsch gesproken, ofschoon er uit gewoonte nu en dan een woord
+Laďsch in het gesprek werd gemengd. Rob was in het eerst vrij stil,
+want hij zag zooveel vreemde dingen om zich heen, dat zijn oogen en
+ooren er geen raad mee wisten. Maar La en Lo, in wier midden hij zat,
+lokten hem tot praten uit en beantwoordden met onuitputtelijk geduld
+al wat hij vroeg.
+
+De geleerde La vertelde hem, dat de toestanden op het schip niet
+dadelijk waren geweest als nu. Men was begonnen met vrij gebrekkige
+hulpmiddelen, had vooral onoverkomelijke bezwaren ondervonden ten
+opzichte van voeding, kleeding, verlichting en verwarming. Maar La
+was er in geslaagd door de eene uitvinding na de andere het leven
+aan boord te vergemakkelijken en te vereenvoudigen, zoodat men
+ten slotte door eigen productie in alle behoeften kon voorzien. De
+verlichting bijvoorbeeld was geheel electrisch, en werd door dezelfde
+toestellen geleverd als die, welke De Vogel in beweging brachten; met
+accumulatoren had men niet te maken, daar de vele steeds rondwentelende
+vliegschroeven en luchtschepraderen voor een onuitputtelijke
+hoeveelheid wrijvingselectriciteit zorgden. De verwarming werd
+geregeld door buizen met langs electrischen weg verhitte lucht. De
+voeding, zooals Rob gelegenheid had proefondervindelijk op te
+merken, was zeer eenvoudig, maar daarom niet minder versterkend; haar
+voornaamste eigenschap bestond daarin, dat ze opwekte en verzadigde,
+zonder dat loome, vadzige gevoel na te laten dat een "goed diner"
+op aarde gewoonlijk tevoorschijn roept. Door langs chemischen weg uit
+plantaardig voedsel die bestanddeelen af te scheiden, welke de mensch
+in hoofdzaak voor het onderhoud van zijn lichaam noodig heeft, had
+La in een betrekkelijk kleine ruimte genoeg levensmiddelen opgehoopt
+om de eerste tien jaren aan een hongersnood het hoofd te kunnen
+bieden; het laboratorium was de bewaarplaats van dezen voorraad,
+waarvan elk onderdeel door hermetische sluiting tegen bederf werd
+gevrijwaard. Elken dag bepaalde La het menu, dit op wetenschappelijke
+gronden samenstellend; Naf, de kok, had dan slechts de capsules te
+openen, door La aangewezen, en na enkele eenvoudige bewerkingen--de
+eene spijs wat verwarmen, de andere oplossen in water--was de
+maaltijd gereed. Daar men de gezelligheid en een vriendschappelijken
+omgang aan boord naar waarde wist te schatten, was het gewoonte de
+gemeenschappelijke maaltijden niet al te vluchtig in te richten,
+hoewel de weinig omslachtige wijze van voedsel bereiden en nuttigen
+er al licht toe leiden zou aan die maaltijden slechts een zeer
+ondergeschikte plaats toe te kennen.
+
+"Zooals je ziet," vertelde La, "drinken we water. Dat is onze
+gewone drank, en we bevinden er ons op den duur best bij. Gezond
+en gemakkelijk te verkrijgen, want aan regen hebben we natuurlijk
+zelden gebrek! Dierlijk voedsel en alcohol komen aan boord nooit
+op het programma. Hoogstens tracteeren we ons nu en dan op fructa,
+een oplossing in water van nuttige bestanddeelen uit vruchten, met
+wat koolzuur vermengd. Fructa heeft een mooie blauwe kleur."
+
+"En hoe worden de kleeren gemaakt, die we dragen?" vroeg Rob, steeds
+nieuwsgieriger.
+
+"Bijna alles op het schip is van metaal," antwoordde La. "Dat wil
+zeggen, ik noem het metaal omdat het zich ongeveer als zoodanig laat
+bewerken. Voor zulk een stof hebben we eigenlijk op aarde geen naam. In
+het Laďsch noemen we het monum. Monum is een delfstof--misschien
+vertel ik je later wel eens waar we die vinden--die zeer taai en
+buigzaam is, maar toch zoo goed als onbreekbaar. Wat uit monum is
+vervaardigd, is althans gedurende een menschenleeftijd niet aan
+slijtage onderhevig. Door het met azijnzuur te behandelen wordt 't
+week en plooibaar, zoodat we er tapijten, dekens, kleedingstukken, uit
+kunnen vervaardigen, meer of minder poreus, al naar mate we er meer of
+minder door verwarmd wenschen te worden. De inwerking van salpeterzuur
+maakt het doorschijnend, zoodat het voor glasruiten geschikt is; in
+vloeibare lucht gedompeld (waarvan we hier een ruim gebruik maken,
+zooals je zien zult) wordt het ruig en vouwbaar, en is het geschikt
+voor schrijfpapier; in 't vuur gesmeed kunnen er zeer lange en toch
+onbuigzame kabels van gemaakt worden...."
+
+"Aan zoo'n kabel heesch ik jou naar boven, Rob," viel Nef den geleerden
+spreker in de rede. "Je had zeker wel gewild dat 't ding gebroken was!"
+
+"Nu, in 't eerst vond ik 't maar half leuk, zoo opgenomen te worden,"
+antwoordde Rob, "maar nu begin ik er heusch schik in te krijgen!"
+
+Deze woorden kwamen er zoo van harte uit, dat allen er om lachten. Li
+knikte Rob eens toe en zei:
+
+"Nu, we willen maar hopen dat je geen spijt zult hebben van je verblijf
+aan boord."
+
+Het liep intusschen tegen twee uur, en de tafel werd opgeheven. Rob
+zag dat iedereen meehielp om een deel van het servies op te ruimen en
+schoon te maken, en stak ook dadelijk een helpende hand uit, hetgeen
+klaarblijkelijk een goeden indruk maakte. Later vertelde Lo hem,
+dat het gewoonte was ieder te laten wegbergen en in orde houden wat
+hij zelf gebruikte, een maatregel die tijd en arbeid bespaarde.
+
+Toen ieder weer aan zijn bezigheden gegaan was, bracht Lo den gast in
+de leeskamer, waar talrijke schilderijen aan den muur hingen en een
+geheele wand door een kolossale boekenkast ingenomen was. Ook bevond er
+zich een kleine vleugel en zag Rob er viool- en violoncelkisten staan.
+
+"Hier brengen we onzen vrijen tijd door," zei Lo. "Je vindt hier
+lectuur voor een menschenleeftijd; wetenschappelijke werken--voor een
+groot deel handschriften van La--en ook zuiver letterkundige. Allerlei
+geduld- en gezelschapsspelen vind je er ook, maar alleen zulke waarbij
+alles aan het verstand, niets aan het toeval wordt overgelaten. Er zijn
+ook zeer ingewikkelde en moeielijke bij--uitvindingen alweer van La."
+
+Rob bracht den heelen middag in de leeskamer door, waar hij voortdurend
+nieuwe dingen vond die zijn belangstelling gaande hielden; om zeven
+uur had er wederom een gemeenschappelijke maaltijd plaats, en tegen
+acht uur was Rob zoo vermoeid van de elkaar verdringende indrukken,
+dat hij naar bed ging en weldra zoo vast insliep alsof hij in zijn
+eigen kamertje op den Willemsparkweg lag.
+
+
+
+
+
+
+VIERDE HOOFDSTUK.
+
+HOE DE VOGEL ER UITZAG.
+
+ Rob ondervindt dat er in de lucht ook een H.B.S. is.--La toont
+ hem eenige wonderen.--De geheimen van de stuurkamer.--Bijna
+ zoo hoog als de Mont-Blanc.--Rob gaat vroeg naar bed.
+
+
+Den volgenden morgen werd Rob door een electrisch belletje, dat zich
+boven zijn bed bevond, om zes uur gewekt. Hij had aan éen stuk door
+geslapen, en voelde zich verkwikt en uitgerust. Hij zette zijn horloge
+gelijk met de klok die zich, zooals in alle andere kamers van 't schip,
+boven de deur bevond en zag nu eerst dat de wijzerplaat niet in twaalf
+doch in vier-en-twintig uren verdeeld was. Na twaalf uur in den middag
+begon men dus van dertien tot en met vier-en-twintig te tellen, om
+dan weer met éen te beginnen. Zooals Rob later hoorde, was de tijd
+aldus ingedeeld, omdat de soms zeer snelle verplaatsingen van het
+luchtschip een regelmatige indeeling van dag en nacht, zooals men die
+op aarde heeft, niet mogelijk maakten. Men zou dan immers de klokken
+aan boord steeds moeten gelijk zetten met die van de plaats op aarde,
+waarboven men zich op dat oogenblik bevond, hetgeen natuurlijk ten
+gevolge kon hebben dat men eenige aarde-uren lang volgens de lucht-klok
+slechts een enkel uur of misschien zelfs geheel niet vooruitging. Men
+had daarom aan boord de volgende tijdsverdeeling, gelijk Rob ook
+in de Handleiding vermeld vond: zes uur opstaan, zeven uur ontbijt,
+dertien uur middagmaal, negentien uur avondeten, twee-en-twintig uur
+naar bed. Zoo gebeurde het wel, dat men bij daglicht sliep, en in
+het donker aan 't werk was; meestal echter zweefde men op zulk een
+hoogte, dat het zonlicht weken achtereen zichtbaar bleef, en in elk
+geval wendde men aan deze schijnbaar abnormale toestanden spoedig.
+
+Na het ontbijt werd Rob verzocht in La's kamer te komen, en nu
+vernam hij dat deze hem elken dag van acht tot elf en van veertien tot
+zestien les zou geven in dezelfde vakken, die hij nu op de H.B.S. moest
+missen. Eerst vond Rob dit wel een beetje 'n teleurstelling, want hij
+vond zoo'n tijdje gedwongen vacantie wel aardig; maar hij moest La toch
+toestemmen, dat 't niet prettig zou zijn wanneer hij zoo ten achter
+was als hij in Amsterdam terugkwam, en ook begreep hij dat hij daardoor
+in zijn heele volgend leven schade zou kunnen ondervinden. Weldra zag
+hij dan ook in, hoe dankbaar hij voor deze welwillende en verstandige
+beschikking van den commendant moest zijn. En toen hij ondervond hoe
+kalm en duidelijk La in al zijn uitleggingen was, en hoe deze het
+"droogste" vak intressant wist te maken, was hij niet alleen spoedig
+met zijn lesuren verzoend, maar begon hij er een dagelijks weerkeerend
+genot in te vinden. Ook stak hij in enkele dagen meer op, dan hij
+bij klassikaal onderwijs in weken gedaan zou hebben. Dikwijls bleven
+er van het werkprogram enkele uren over, die La gebruikte om hem in
+allerlei dingen van het luchtschip-leven in te wijden, en zoodoende
+hoorde hij telkens meer wat zijn achting en zijn vriendschap voor
+zijn nieuwe kennissen deed toenemen. Hoewel hij nog steeds niet wist
+wat het doel van hun eigenaardig bestaan was, leerde hij elken dag
+hun opvattingen en hun levensbeschouwing hooger schatten. Vooral
+de groote waarde, die zij aan een gezond, regelmatig leven bleken
+te hechten en aan de juiste verdeeling van rust, handenarbeid en
+hoofdwerk, maakte een aangenamen indruk, en hij begreep al gauw
+dat hij hier met goede, hoogstaande menschen te doen had. Er werd
+van elk zonder onderscheid tamelijk veel inspanning gevergd, maar
+daartegenover stond dat men op de rustdagen ook in den uitgebreidsten
+zin van het woord voor ontspanning zorgde. Steeds heerschte er een
+opgewekte, vriendschappelijke geest onder de leden der bemanning,
+en de waardeering waarmee men elkaars daden en woorden besprak en
+beoordeelde, leidde tot de onmisbare eenheid en samenwerking, die voor
+'t bereiken van een gemeenschappelijk doel onontbeerlijk is.
+
+Toen de middagles dien dag was afgeloopen, vertelde La aan Rob, dat
+Nof gereed stond om met een van de kleine vliegtoestellen naar de
+aarde te gaan, en of hij hem dus een briefje voor zijn voogd wilde
+meegeven. Rob schreef een paar regels, en nadat Li deze had gelezen
+en goedgekeurd, vertrok Nof er mee.
+
+"Je moet je niet al te veel van deze zending voorstellen," zei La. "De
+vliegtoestellen hebben nog niet die volmaking, welke wij ze op den
+duur hopen te geven. De grootste moeielijkheid bestaat echter in het
+vinden van den weg, afgezien nog van de omstandigheid dat ze meer aan
+de willekeur van weer en wind zijn blootgesteld dan 't schip. Hier
+aan boord kunnen we steeds met de meeste nauwkeurigheid bepalen waar
+we ons ten opzichte van de aarde of van een andere planeet bevinden;
+dat is een groot voordeel."
+
+"Maar hoe gebeurt dat dan?" vroeg Rob.
+
+"Wel, we hebben natuurlijk allerlei instrumenten voor plaatsbepaling,
+die op zee en ook door den gewonen ballonvaarder gebruikt worden,
+maar op den duur zijn die voor ons gebruik te omslachtig en ook niet
+altijd toereikend gebleken. Ga maar eens mee naar de stuurkamer,
+dan zal ik je laten zien wat ik er op gevonden heb."
+
+Ze gingen samen de monum trap op, die naar het dek leidde, en werden
+door Mu met een vriendelijk woord ontvangen.
+
+"Ik ben altijd maar blij als er gasten aan boord zijn," zei Mu. "Dan
+sjouwt onze museumgids La het schip met hen rond en krijgt de
+stuurkamer in de eerste plaats een beurt."
+
+"Je zit hier ook wel erg eenzaam, hč?" vroeg Rob.
+
+"Jawel," antwoordde Mu, "maar dat is zoo erg niet. Ten eerste houd ik
+wel van eenzaamheid; daaraan zijn we hier allemaal aan boord gewend,
+en voor menschen die van denken en werken houden is alleen-zijn
+trouwens niet zoo'n verdriet. Maar dat neemt niet weg dat ik zoo nu
+en dan wel van een praatje houd."
+
+"Neen, Mu heeft het nog zoo kwaad niet," zei La. "Hij doet vrijwel
+'t intressantste werk aan boord, ook wel 't meest inspannende en
+verantwoordelijke, maar daarom kan hij zich ook nu en dan door Naf
+laten aflossen."
+
+"En welk stuk zal ik de heeren nu 't eerst vertoonen?" vroeg Mu
+schertsend.
+
+"Ik ben er 't meest benieuwd naar hoe je hier midden in de wolken
+den weg kan vinden," zei Rob, die het een zonderlinge gewaarwording
+vond zich te midden van een ruimte te bevinden, die niets dan lucht
+en wolken te zien gaf. Het was een heerlijk, frisch gevoel, daar
+boven op het dek, en elke ademhaling gaf genot. Iets griezeligs was
+er ook wel in, zoo door de lucht te vliegen, maar toch bemerkte men
+de voortgaande beweging alleen doordat de schroeven hun voortdurend
+gesnor deden hooren, en het dek van monum-planken licht trilde;
+overigens had men zich evengoed kunnen voorstellen, dat het schip
+stillag en alleen de wolken bewogen.
+
+Mu had bij Rob's vraag La even aangekeken, maar deze knikte
+geruststellend en zei:
+
+"De commandant heeft geen bezwaar, dat ik enkele dingen aan onzen
+gast laat zien. Rob kan dat als een aangenaam bewijs van vertrouwen
+opvatten."
+
+Mu schoof nu een langwerpige metalen plaat opzij, die het bovenblad
+van een vlak voor hem staand tafeltje bedekte, en nu zag Rob een
+glazen oppervlak, waarover zich een reeks fotografische beelden
+voortbewoog, die hem aan een voorstelling met den bioscoop deden
+denken. Onwillekeurig riep hij dan ook uit:
+
+"Net een kinematograaf!"
+
+"Dat is het ook," zei Mu glimlachend. "Door middel van een verbeterde
+kinematografische opname trekken langs deze plaat, sterk verkleind, de
+afbeeldingen van het aardoppervlak, waarboven we ons bevinden. Zoolang
+we ons binnen den dampkring bewegen en evenwijdig aan de oppervlakte
+der aarde blijven, kan ik op de plaat precies den stand van het schip
+ten opzichte der aarde waarnemen. Een enkele maal mag een hevig onweer
+of een andere atmosferische storing de beelden eens onzuiver maken
+of zelfs geheel verstoren--in het algemeen kan ik het gebruik van de
+gewone instrumenten tot plaatsbepaling ontberen. De wolkenlaag die
+ons van de aarde scheidt oefent geen nadeeligen invloed; het toestel
+is zoo ingericht dat het door dergelijke beletselen heen toch zijn
+werk blijft verrichten. Zijn we toevallig in de schaduw van de aarde
+verzeild geraakt, dan hebben we maar wat hooger te stijgen en de
+opname geschiedt weer even duidelijk. Deze uitvinding, de volmaking
+van den kinematograaf, hebben we, evenals bijna alles aan boord,
+aan onzen professor La te danken."
+
+Toen La spottend een buiging maakte bij deze laatste woorden,
+plaagde Mu:
+
+"Ja, als de professor eens een oogenblik niet verstrooid is, vindt hij
+soms wel een aardig stukje speelgoed uit. 't Is een echte knutselaar."
+
+"Kijk jij maar naar je hoogtemeter," schertste La terug, "anders
+zeilen we weer tegen den een of anderen top van de Himalaya aan,
+zooals je ons al eens geleverd hebt!"
+
+"Vierduizend meter," zei Mu, den hoogtemeter aflezend, een toestel
+dat door middel van een kwikkolom, welks stand van de luchtdrukking
+afhankelijk was, de hoogte boven het zeepeil aangaf.
+
+"Dan zouden we tegen den Mont-Blanc kunnen stooten," zei Rob. "Die
+is immers 4800 Meter!"
+
+"Juist," zei Mu. "Maar op botsingen hebben we nu weinig kans, want
+we zeilen boven den Atlantischen Oceaan. Kijk maar."
+
+Rob keek naar de glazen plaat, en zag daarop inderdaad niets dan
+een golvende beweging, waaruit hij begreep dat zich onder hen de
+zee bevond. Nu en dan schoof er een vlekje, groot als een vlieg,
+over de plaat; dat was zeker een schip.
+
+"Wie stuurde er van morgen en van middag toen we aan tafel
+zaten?" vroeg Rob, opeens bedenkend dat er toen niemand in de
+stuurkamer kon geweest zijn.
+
+"Niemand!" antwoordde Mu. "Wanneer er niets bizonders aan de hand
+is, kom ik gewoonlijk aan tafel. Tusschen Li en mij in bevindt zich
+een dergelijke plaat als hier, zoodat we ook gedurende de maaltijden
+precies kunnen nagaan waar we zijn. Bovendien vliegen we dan meestal
+met een matige snelheid of liggen we stil, zoodat er volstrekt geen
+gevaar bij is. In de werkkamer van den commandant is ook zoo'n plaat,
+benevens toestellen om de snelheid en de hoogte af te lezen. En verder
+zijn alle kamers telefonisch met de stuurkamer verbonden. Ja Rob,
+je kunt 't niet zoo verzinnen, of 't is er!"
+
+Rob had veel schik in de vroolijke en duidelijke uitleggingen van Mu,
+en hij hield dezen wel een uur met allerlei vragen aan de praat. Mu
+legde hem de toestellen uit, waarmee de snelheid, het voor- en
+achteruit vliegen, het stijgen en het dalen werden geregeld, en wees
+hem ten slotte op de eenvoudige manier waarop het gas gefabriceerd en
+naar den ballon gevoerd werd. Voor dit laatste was trouwens slechts
+een zeer eenvoudige inrichting noodig, omdat het monum omhulsel van
+den ballon maar éen liter gas per maand doorliet, geen noemenswaard
+verlies dus.
+
+Toen Rob zijn nieuwsgierigheid in de stuurkamer bevredigd had, maakte
+La een wandeling met hem over het dek.
+
+"Zijn dat allemaal kanonnen?" vroeg Rob, op een twaalftal toestellen
+wijzend, die langs de verschansing stonden opgesteld.
+
+"Ja, dat is ons geschut," antwoordde La. "Dat ziet er oorlogszuchtig
+uit, hč? Maar toch is 't een heel humaan soort geschut. We kunnen nu
+eenmaal niet buiten verweermiddelen, omdat we soms met kwaadwilligen
+te doen hebben--wilde volksstammen bijvoorbeeld. En dat komt nog al
+eens voor, daar we de enkele maal dat we aan land stappen, dit meestal
+ergens in een afgelegen streek doen, waar we geen kans loopen door
+beschaafde menschen ontdekt te worden. Dan moeten de kanonnen soms een
+woordje meespreken. Maar dooden vallen er nooit. Een evenmensch het
+leven te benemen--dat staat niet op ons programma; daartoe meenen we
+het recht niet te hebben. Dit geschut, en evenzeer de pistolen, die elk
+van ons onder zijn uitrustingstukken heeft, wordt geladen met patronen
+die een bedwelmend gas bevatten. Wie er door getroffen wordt, blijft
+volle vier-en-twintig uur buiten kennis, zonder daarvan later eenige
+nadeelige gevolgen te ondervinden. Het is een poging om den oorlog,
+zoolang deze helaas onvermijdelijk is, te humaniseeren. Overigens
+zijn al deze kanonnen, evenzeer als onze pistolen, snelvuurwapenen."
+
+"Maar als er nu toch eens iemand aan boord weet te komen, wat
+dan?" vroeg Rob.
+
+"Dat gebeurt uiterst zelden," zei La. "De kanonnen verspreiden zulk
+een grooten kring van gas om het woord verwijderd]schip, dat niemand
+daar straffeloos doorheen komt. Maar als laatste middel kunnen we
+de geheele verschansing met electriciteit laden, zoodat ieder die
+ze aanraakt, teruggeslingerd wordt. Zelfs het dek kunnen we over het
+heele oppervlak van zulk een lading voorzien."
+
+"Maar hoe kunnen we er dan zelf op loopen?" vroeg Rob.
+
+"De zolen van onze schoenen zijn volkomen geďsoleerd."
+
+"En hoe zit 't met dat bedwelmend gas?" ging Rob voort, "krijgen de
+schutters daar dan geen last van?"
+
+"Daartegen hebben we ieder een klein toestel, dat we met een enkele
+beweging voor den mond kunnen vastmaken. Het sluit de neusgaten af en
+voert versche lucht aan den mond toe. Je zult er zoo een in je kamer
+vinden, kastje 5; ik raad je aan het steeds bij je te dragen. Zooals
+je ziet, hebben wij die dingen meestal aan een gordel om ons middel,
+dan zijn ze vlug bij de hand. Bovendien hoort tot ieders uitrusting een
+kleine ransel om op den rug te dragen; die bevat genoeg om verscheiden
+weken van huis te kunnen blijven zonder in eenig opzicht gebrek te
+behoeven lijden."
+
+"Wat zit daar dan allemaal in?"
+
+"Te veel om op te noemen! Een doosje met voedings-capsules;
+verbandmidden; een kleine electrische fakkel; schrijfgereedschap;
+een cilinder met zuurstof--ziedaar de hoofdzaken."
+
+"Maar er zit toch zeker wel een reserve-stel ondergoed in?"
+
+"Neen; wel een klein toestel om zoowel boven- als ondergoed vlug
+en eenvoudig schoon te maken. Onze monum-kleeding is namelijk zoo
+goed als onverslijtbaar; met het stel kleeren dat we aan hebben
+kunnen we dus verscheiden jaren toe. Het reinigen geschiedt niet,
+zooals op aarde, door het goed te wasschen; dat zou te omslachtig
+zijn. We persen er eenvoudig machinaal ozon doorheen; dat werkt tevens
+ontsmettend. Ozon wordt ons natuurlijk in onbeperkte mate door onze
+electriciteits-toestellen geleverd. Electriciteit en ozon kunnen we
+hier in de lucht genoeg fabriceeren om alle fabrieken van de wereld
+te voorzien."
+
+Rob vroeg zooveel, en kreeg zooveel antwoorden, dat het hem begon
+te duizelen en hij geen tijd had alles behoorlijk in zich op te
+nemen. Toch kon hij niet nalaten nog te vragen:
+
+"Hoe houden we 't hier uit, als we héel hoog stijgen? Dan is immers
+de lucht zoo ijl, dat we er geen adem in kunnen halen? En komen we
+wel eens buiten den dampkring?"
+
+"Ja--nu vraag je te veel," zei La. "Dat is allemaal niet in 'n paar
+woorden uit te leggen. Maar ik denk, dat je op die vragen wel eens
+proefondervindelijk het antwoord zult krijgen. Heb dus wat geduld. Je
+zult hier nog genoeg wonderlijke dingen meemaken."
+
+Het was intusschen tijd voor het avondmaal geworden, dat in een even
+gezellige stemming verliep als den vorigen dag.
+
+'s Avonds zat Rob nog wat op het dek in een makkelijken stoel, en
+keek naar de millioenen prachtig fonkelende sterren, waarvan enkelen
+er zoo groot en nabij uitzagen, dat het leek of het schip zich maar
+enkele honderden meters behoefde te verheffen om die lichtende werelden
+binnen te vliegen.
+
+Vermoeid door de talrijke en ongewone indrukken, ging Rob ook dien
+avond tijdig naar bed, en sliep zoo gerust en vast alsof hij een oude,
+beproefde luchtrob was.
+
+
+
+
+
+VIJFDE HOOFDSTUK.
+
+EEN STRIJD TUSSCHEN EEN LUCHT- EN EEN OORLOGSSCHIP.
+
+ De Vogel gaat aan land.--Er dreigt gevaar.--Rob redt den
+ commandant.--Een Engelsch oorlogsschip.--Een onbloedig
+ gevecht.--Het jacht van den ontdekkingsreiziger Lane.--Rob
+ wordt zeeman.--De landing te Dover.
+
+
+Toen Rob den 15en October door de electrische bel gewekt werd, scheen
+de zon zoo helder in zijn kamer, dat hij vlug opstond en onwillekeurig,
+evenals hij dat thuis gewoon was, dadelijk naar 't raam liep om te zien
+hoe het weęr was. Tot zijn verbazing zag hij dat een paar wuivende,
+groene boomtakken tegen het venster tikten.
+
+"Zouden we aan land zijn gegaan?" dacht Rob.
+
+Hij klom op een stoel om beter door het vrij groote raam te kunnen
+zien, en zag nu, dat het schip inderdaad op den vasten bodem lag. Op
+enkele meters afstand bruiste de zee.
+
+Rob kleedde zich vlug aan. In de gang ontmoette hij Lo, die hem
+vriendelijk goedenmorgen wenschte en zei:
+
+"Je hebt zeker wel gezien dat we aan land zijn, nietwaar? Ga maar
+meteen naar de eetkamer; de commandant verzoekt je niet aan dek
+te komen."
+
+In de eetzaal vond Rob alleen La, die nog zat te ontbijten, met een
+boek naast zich, waarin hij al etend bladerde. De anderen schenen al
+klaar te zijn; boven aan de trap had hij alleen Naf zien staan, met
+een gaspistool in de hand. Er scheen iets bizonders te zijn gebeurd.
+
+La keek even op toen Rob binnenkwam, zei goedenmorgen en las toen weer
+door. Rob begreep dat hij het beste deed met zich niet nieuwsgierig
+te toonen; hij ging zitten en at met smaak een paar tarwebroodjes,
+die in hun capsule niet meer dan enkele kubieke centimeters ruimte
+hadden ingenomen, maar na een klein kunstmatig gistingsproces
+langs electrischen weg ongeveer de grootte van een kadetje hadden
+aangenomen. Daar dit brood van den geheelen tarwekorrel, met omhulsel
+en al, was gemaakt, bezat het bizonder voedzame eigenschappen.
+
+Na een tijdje keek La van z'n boek op, en zei:
+
+"Waar blijven de anderen toch? Ik kreeg zoo'n honger dat ik maar vast
+begonnen ben."
+
+"De anderen zijn al lang klaar," zei Rob, naar hun gebruikte borden
+en glazen wijzend. "Er schijnt iets bizonders aan de hand te zijn."
+
+"Hé ja," zei de verstrooide La, die dat eerst nu eveneens opmerkte. "En
+ons laten ze hier maar zitten. Als er wat ongewoons gebeurt, schijn
+ik er nooit in gekend te worden."
+
+Rob moest even glimlachen om de kinderlijke verontwaardiging van La,
+die hij aan den eenen kant begreep omdat het voor een man van zulke
+buitengewone verdiensten ongetwijfeld niet aangenaam moest zijn als
+men hem verwaarloosde, maar die hem aan den anderen kant verwonderde
+omdat men zich hier aan boord zelden of nooit achteruitgezet,
+prikkelbaar of ontevreden toonde. Integendeel had hij de doorloopende
+goedgehumeurdheid en de onderlinge harmonie van zijn gastheeren
+steeds bewonderd.
+
+"Ik ga toch eens kijken," zei La.
+
+Na eenige oogenblikken kwam hij echter terug en zei:
+
+"Die Nof staat daar aan de trap met 't gezicht van een draak, die
+z'n schatten bewaart. Hij zegt dat we niet naar boven mogen. 't Is
+wat moois."
+
+"Hij zal er wel goede redenen voor hebben," zei Rob. "De commandant
+heeft 't zeker zoo gelast."
+
+"Je geeft me daar een goed lesje, Rob," zei La glimlachend. "En je
+hebt groot gelijk. Als Li 't zoo wil, dan zal 't wel goed zijn."
+
+Met deze woorden boog La zich weer over zijn boek, en weldra was hij
+zoo in zijn lectuur verdiept, dat hij de omgeving vergat.
+
+Rob was te nieuwsgierig om stil te zitten. Hij ging naar het raam
+en keek uit. Er vertoonde zich slechts een klein gedeelte van
+de omgeving; een groep hooge boomen, waartusschen het luchtschip
+verborgen scheen te liggen, belemmerde het uitzicht. Door op een
+stoel te gaan staan en zich met een kijker te wapenen, slaagde
+Rob er in zijn gezichtsveld wat te verruimen, en toen bemerkte hij
+dat zich op enkele honderden meters afstand twee zwarte gestalten
+sluipenderwijze door het hooge struikgewas voortbewogen. Een van
+die beide mannen scheen hem toe de commandant te zijn, doch hij
+kon dit niet met zekerheid bepalen. Vreemder leek het hem echter,
+dat zich op een afstand achter hen eenige gedaanten vertoonden, die
+hij gemakkelijker kon onderscheiden, omdat zij klaarblijkelijk voor
+een deel in 't rood gekleed waren.
+
+Lang tijd om dit schouwspel rustig gade te slaan had Rob niet,
+want opeens zag hij, dat de roodjassen zich over een breeden
+kring verspreidden, alsof zij de voor hen uit sluipende twee mannen
+wilden omsingelen. Bij instinct voelde hij duidelijk, dat hier gevaar
+dreigde. Hij kon het niet langer werkeloos aanzien. In enkele seconden
+had hij zijn gaspistool uit het foudraal genomen, den zuurstoftoestel
+voor den mond gegespt, en was hij de trap opgevlogen. Hij stiet Naf,
+die hem wilde tegenhouden, opzij en snelde de enkele treden af van
+het laddertje dat tegen den zijwand van het schip was bevestigd. Nof
+zond hem een paar schoten achterna, zich streng aan het consigne
+houdend, maar Rob bekommerde zich hier niet om, wetend dat de
+zuurstoftoestel hem beschermde. In enkele groote sprongen had hij de
+roodjassen achterhaald. Vóór dezen beseften wat er gebeurde, schoot
+hij er drie neer, en hoewel het geluid van de gasontplofifing bij dit
+merkwaardig soort pistolen zeer gedempt klonk, waren Li en Lo er toch
+duidelijk genoeg door gewaarschuwd. Ze begrepen nu het gevaar waarin ze
+verkeerden, snelden op hun schreden terug en kwamen Rob te hulp. Binnen
+weinige oogenblikken lagen ook de drie overige roodjassen bewusteloos.
+
+Laconiek als altijd, drukte Li zwijgend Rob's hand. Tijd tot veel
+uitleggingen was er trouwens niet, want nauwelijks had men de zes
+vijanden, die aan hun uniformen als Engelsche marine-soldaten kenbaar
+bleken te zijn, naast elkaar in 't gras gelegd, in afwachting van wat
+men later met hen doen zou, of er dreunde van uit zee een kanonschot,
+weldra door een tweede en een derde gevolgd.
+
+"Naar boord!" was 't eenige wat Li zei.
+
+Op het schip gekomen, riep hij de bemanning bij elkaar.
+
+"Het spijt me, den strijd openlijk te moeten beginnen," sprak hij. "Ik
+had gehoopt dat we onopgemerkt zouden gebleven zijn. Maar het kan nu
+niet anders meer. Op je plaatsen! Mu--vijftig meter!"
+
+Nauwelijks was dit commando geuit of Naf en Nef stelden zich bij
+de kanonnen op, terwijl Li met Lo en Rob in het midden van het
+dek bleven staan. La, die, uit zijn lectuur opgeschrikt, met een
+verbaasd gezicht boven de trap was komen uitkijken, ontving het bevel:
+"dampkringtoestel; dubbele weerstand," en verdween onmiddellijk daarop
+weer onder het dek.
+
+Mu had de stijgkruk omgedraaid, en De Vogel verhief zich pijlsnel in
+de lucht. Op vijftig meter hoogte gekomen, hield het schip stil. Rob
+zag toen op enkele honderden meters van het strand een reusachtig
+oorlogsschip liggen, dat de Engelsche vlag in top voerde. Hij begreep
+nu, dat de landing van De Vogel door dit schip was bemerkt, en dat
+Li reden had om zich niet van het eiland te laten verdringen. Wat
+hier achter stak was hem nog niet duidelijk, doch daar men 't niet
+noodig scheen te vinden hem hieromtrent in te lichten, deed hij ook
+geen nieuwsgierige vragen.
+
+Li gaf een teeken met de hand, en De Vogel bewoog zich langzaam in
+de richting van het oorlogsschip. Zou Li met zijn rank luchtvaartuig
+en zijn handvol mannen dat geweldige, zwaarbewapende en duimdik
+gepantserde zeekasteel willen aanvallen? In groote spanning wachtte
+Rob de komende gebeurtenissen af. Op den eersten indruk afgaande,
+leek hem een gevecht tusschen twee zulke ongelijke tegenstanders
+eenvoudig onzinnig. Daarentegen boezemde de kalme en besliste houding
+der luchtvaarders hem zulk een vertrouwen in, dat hij geen oogenblik
+twijfelde of ze zouden niets beginnen, waarvan ze den uitslag niet
+van te voren met zekerheid konden voorspellen. En dat die uitslag in
+hun voordeel zou zijn, ook dat stond bij Rob al spoedig, tegen alle
+waarschijnlijkheid in, vast.
+
+Aan boord van het Engelsche schip had men De Vogel bemerkt. Duidelijk
+zag Rob, dat de snelvuurkanonnen geladen en gericht werden, en ook
+zag hij een afdeeling marine-soldaten, met geweren bewapend, op het
+voordek aantreden. Het zware belegeringsgeschut, dat tegenover het
+luchtschip onbruikbaar was, zweeg al eenigen tijd.
+
+Rob's spanning nam toe. Hoe moest dit afloopen? Wat zou er gebeuren
+als straks een hagelbui van projectielen losbarstte? Zou dan De Vogel
+niet doorboord worden als een zeef?
+
+Hij had nauwelijks tijd gehad deze gedachte ten einde te denken, toen
+een geweldig, oorverdoovend gekraak de lucht verscheurde. Het leek
+alsof het oorlogsschip in vuur en vlam stond. Een ware sproeiregen
+van kogels werd op De Vogel afgestuurd.
+
+Rob zag Li aan. Deze wenkte Mu met de hand. De Vogel daalde langzaam
+eenige meters. Het kanon- en geweervuur verdubbelde in hevigheid, maar
+tot Rob's grenzenlooze verbazing scheen geen enkel projectiel De Vogel
+te kunnen bereiken. Het leek wel alsof er zich een ondoordringbare
+sfeer om het luchtschip bevond. De geweldige ijzermassa's, door de
+Engelsche wapenen uitgebraakt, bereikten De Vogel klaarblijkelijk niet;
+ze kwamen tot op enkele meters, en vielen dan, werkeloos, uitgeput,
+sissend en klaterend deels in zee, deels op het oorlogsschip terug.
+
+De Vogel was tot ongeveer vijf-en-twintig meter boven den waterspiegel
+gedaald; Li wenkte, en Mu hield het luchtschip zwevende. Toen gaf
+Li een fluitsignaal, dat schel boven het kanongebulder uitklonk,
+en Naf en Nef drukten op den electrischen ontstekingsknop van een
+viertal gaskanonnen. Electrisch geladen en afgevuurd, strooiden deze
+kanonnen binnen enkele minuten tienduizendtallen gaspatronen over
+het oorlogsschip. De uitwerking was verrassend. Na een bombardement
+van nagenoeg vijf minuten was het kolossale vaartuig zoo volledig
+in een dichten sfeer van verdoovend gas gehuld, dat zich aan boord
+geen teeken van leven meer bespeuren liet. De gansche bemanning lag
+bewusteloos. Gedurende enkele minuten zag men hier en daar een hoofd
+boven het dek uitkomen, maar ook dit hield spoedig op; het gas drong in
+alle hoeken en gaten door, en weldra was alles aan boord in diepe rust.
+
+Toen kwam er even een glimlach op het strakke, kalme gezicht van Li.
+
+"Het kasteel van de Schoone Slaapster," zei hij tot Rob, die met
+bewondering opzag tot den man, aan wiens gezag bovenaardsche krachten
+onderworpen schenen te zijn.
+
+Nog ongeveer tien minuten bleef men het Engelsche schip waarnemen. Toen
+Li als vrij zeker kon aannemen, dat er niemand aan boord meer wakker
+was, liet hij De Vogel dalen, en, door Lo en Rob vergezeld, ging hij
+op het oorlogsschip over.
+
+Rob, zeer in z'n schik met de onderscheiding die de commandant hem
+verleende, keek aan boord de oogen uit. Welk een reusachtige, zwaar
+bewapende kolos! Hoe was het mogelijk, dat de slanke, luchtige Vogel
+dat dreigende monster binnen enkele minuten volledig had getemd!
+
+Li wandelde het geheele schip door, hier en daar een enkelen
+Engelschman die nog bewoog, met een schot tot rust brengend. Ten
+slotte liet hij in de machinekamer den stoom ontsnappen, en deed hij
+de ankerkettingen ratelend vallen; ook gaf hij bevel de zes soldaten,
+die nog op het eiland lagen, aan boord te doen brengen.
+
+"Zie zoo," sprak, Li, toen allen op De Vogel terug waren, "voorloopig
+hebben we rust. Maar toch niet langer dan vier-en-twintig uren. Dan
+zal onzen Engelschen vrienden de maag beginnen te jeuken, en worden
+ze weer levend. Vóor dien tijd moeten we uit de voeten zijn. Ieder
+weet wat hij te doen heeft; aan het werk dus. Ik zou wel willen,
+dat Rob even in mijn werkkamer kwam."
+
+Toen Li de deur van zijn kamer achter hen gesloten had, bood hij Rob
+een stoel aan en zei:
+
+"Je hebt je flink gedragen zooeven. Lo en ik hadden inderdaad niet
+gemerkt dat ze ons op de hielen zaten. Nu was dat wel niet zoo erg,
+want we hadden een weerstandstoestel bij ons. Maar dat kon jij niet
+weten, en je daad blijft dus even flink en beslist."
+
+"Wat is dat: een weerstandstoestel?" vroeg Rob, die sedert zijn komst
+aan boord een voortdurend vragen-en-antwoorden-spelletje speelde,
+elke gelegenheid aangrijpend om achter de vele wonderen te komen
+waarmee hij zich omringd zag.
+
+"Dat is alweer een van de pracht-uitvindingen van La," antwoordde de
+commandant. "Het is een toestel, dat de lucht op enkele meters om ons
+heen sterk verdicht, de zwaartekracht zóo doet toenemen, dat zelfs de
+snelste projectielen uit aardsche vuurwapenen hun kracht verliezen en
+machteloos terugtuimelen. In het groot bezitten we zulk een toestel
+onder aan De Vogel, in een uitbouw. La is er zoo trotsch op, dat hij
+het steeds zelf bedient. Op die manier hadden we zoo even zulk een
+ondoordringbaar verdichte luchtsfeer om ons schip, dat er geen schot
+door kon."
+
+Rob was eigenlijk een beetje teleurgesteld. Hij had gedacht, dat
+hij den commandant en Lo van den dood had gered, en nu vernam hij,
+dat zijn tusschenkomst vrijwel overbodig was geweest!
+
+Maar Li scheen de teleurstelling op zijn gezicht te lezen. Ten minste
+hij ging voort:
+
+"Maar nu moet je niet denken, dat ik je niet dankbaar ben voor
+je optreden. Het bewijst me, dat je geen wrok voelt tegen ons,
+niettegenstaande we je hier zoo lang te logeeren houden. 't Liefst
+zou ik je beloonen door je vrij te laten; maar dat kan onmogelijk. Ik
+vertrouw wel op je zwijgen, maar niemand kan weten hoe je tegen je
+eigen voornemen en wil in, mij ooit zou kunnen schaden. Heb dus nog
+wat geduld; ik zal je geregeld de gelegenheid geven met je familie
+te correspondeeren. Ik wilde je nu echter over wat anders spreken. Om
+je te bewijzen hoe ik je daad van dezen morgen op prijs stel, zal ik
+je wat meer inwijden in mijn plannen. Misschien zal je dat den lust
+geven in ons aller belang mee te werken.
+
+"Je hebt zeker wel begrepen, dat je door een verzuim van La in onze
+handen bent geraakt. Hij was met een zending naar Amsterdam belast,
+in samenwerking met Nef, die wegens het wetenschappelijk karakter
+der zending het moeielijk alleen kon doen. Hij liet een trommel met
+belangrijke stukken in het Vondelpark liggen, en jij vondt dien. Toen
+zat er niets op, dan jou en den trommel in te pikken!"
+
+"Nu, ik ben niets boos op La, hoor!" zei Rob. "'t Is een goeie man en
+hij heeft me al heel wat laten zien en onderwezen in die paar dagen."
+
+"Wel, dat doet me genoegen," zei Li. "La heeft er erg 't land over
+gehad. En nu hoor ik met pleizier dat jullie samen kunnen opschieten.
+
+"Je hebt gelezen wat er op de monum blaadjes stond, die in den trommel
+zaten, nietwaar?"
+
+"Ja, voor zoover ik 't begreep," antwoordde Rob.
+
+"Nu, kijk dan nog eens hier."
+
+Li nam uit een loket in den wand, waarvan hij 't deurtje deed
+openspringen door een druk op een verborgen veer, een doos, waarin
+zich een stapel van hetzelfde taaie, onverscheurbare papier bevond,
+dat Rob indertijd in den trommel had gevonden. Li nam er een blaadje
+uit, en reikte het Rob over. Er stond hetzelfde op wat deze al eens
+gelezen had:
+
+
+ Kroonjuweelen _Ł_ 1000.000
+ 15 October Green-eiland,
+ 20 October Dover
+ Huur hoek Longmanstreet 2610 en 2612
+ Advertenties en aanplakbiljetten.
+
+
+"Met een kleine toelichting is de bedoeling duidelijk," zei Li. "De
+bedoeling is de in dit stuk vermelde kroonjuweelen, ter waarde van
+1000.000 pond, en op het oogenblik in 't bezit van de Engelsche
+Koninklijke Familie, machtig te worden."
+
+Rob keek den spreker verbaasd aan. Met welk doel zou dit moeten
+gebeuren? dacht hij. Van een gewonen diefstal kon toch bij de mannen
+van De Vogel geen sprake zijn.
+
+Maar Li zag zijn verbaasd gezicht, en zei:
+
+"Dat klinkt je vreemd, hč? Misschien neem je me die struikrooversstreek
+minder kwalijk, als je hoort dat de opbrengst van die sieraden dienen
+zal om de Transvalers van geld te voorzien, opdat ze hun oorlog langer
+kunnen volhouden."
+
+Rob's gezicht helderde op. Dat vond hij een prachtig idee! Zoo zou
+dus de Engelsche Koning gedwongen worden ook het zijne bij te dragen
+tot de verbetering van den financiëelen nood bij de Boeren! Nu,
+zoo'n poets wilde hij dien Engelschen wel mee helpen bakken!
+
+"Daar heb je schik in, hč?" vroeg Li. "Maar vind je eigenlijk niet,
+dat het niet te pas komt iemand z'n bezittingen af te nemen, al is
+'t met een goed doel?"
+
+"Ja," zei Rob na eenig nadenken, "dat is eigenlijk niet in den
+haak. Ik vindt 't wel prettig als die dappere Boeren eens flink
+van geld worden voorzien, want dat kunnen ze best gebruiken. Maar
+tegenover den Engelschen Koning blijft 't toch diefstal."
+
+"Goed geredeneerd," zei Li. "Oogenschijnlijk is 't ook zoo. Maar nu
+zal ik je eens wat anders vertellen. Van 't oogenblik, dat de Boeren
+de eerste diamantvelden begonnen te ontginnen, hebben de Engelschen
+begeerige oogen op dat rijke land geslagen. Als ze maar eenigszins kans
+er toe zagen, staken ze hun neus in de Transvaalsche huishouding. Toen
+nu de Boeren-Republieken onder Engelsche suzereiniteit kwamen,
+waren er eenige jaren, waarin de oogst zeer slecht uitviel en de
+Republieken niet in staat waren de hooge belastingen op te brengen die
+het Engelsche Gouvernement van hen vergde. Misschien heb je er wel eens
+van gehoord--er is ten minste heel wat over gepraat en geschreven--dat
+de Engelschen toen beslag legden op een partij zeer mooie, groote en
+zuivere diamanten, die door de Staatsmijnen waren opgeleverd, en in
+de reservekas der Transvaalsche Republiek berustten. Het heette toen,
+dat men deze diamanten alleen in waarborg nam, dat ze teruggegeven
+zouden worden zoodra de achterstallige belastingen waren voldaan. De
+waarheid was echter, dat het Engelsche Gouvernement al sedert jaren
+begeerige oogen op die edelsteen en had geslagen, waarvan de kleinste
+nog in omvang de beroemde Koh-i-noor overtrof.
+
+"Nauwelijks waren de kostbaarheden in Engeland, of ze werden in een
+kroon en een diadeem verwerkt--dezelfde die Koning Edward en zijn
+Gemalin met het kroningsfeest zijn aangeboden. Dat was op zichzelf
+al niet in den haak, maar het ergste is, dat de Engelschen tot nog
+toe in gebreke zijn gebleven, het verschuldigde terug te betalen."
+
+"Maar hebben de Boeren dan hun achterstallige belasting voldaan?" vroeg
+Rob.
+
+"Die hadden ze vijf jaar geleden al, met den interest, tot den
+laatsten cent opgebracht. De Engelsche Regeering had zeker zulk een
+stiptheid niet verwacht. Althans, ze zoekt nu al vijf jaren allerlei
+uitvluchten in die diamanten-zaak. De eene leugen stapelt ze op de
+andere, rakelt verhalen van oude schulden op, die Transvaal nog aan
+Engeland te voldoen had, kortom tracht zich op allerlei manieren
+van haar verplichtingen te ontdoen. En nu de oorlog is uitgebroken,
+is er natuurlijk van teruggave geen sprake meer. Zoo hebben de Boeren
+hun belastingen dus dubbel betaald."
+
+"Dat is schandelijk!" zei Rob verontwaardigd.
+
+"Dat is het," zei Li. "Toen ik achter die geschiedenis kwam, riep
+ik hetzelfde als jij nu. En het trof me zoo sterk, dat ik me er
+zelfs door liet afleiden van het eigenlijke doel, dat ik mij met mijn
+geheimzinnige luchtreizen had gesteld, en waarin je ook later, naar ik
+hoop, zult worden ingewijd. Ik heb me voorgenomen die kroonjuweelen
+machtig te worden, en ze aan de Transvaalsche Regeering terug te
+geven. Eerst daarna zal ik het eigenlijke doel van mijn onderneming
+weer opvatten."
+
+"Maar hoe wil je je daarvan meester maken?" vroeg Rob nieuwsgierig.
+
+"Dat zal je wel merken," antwoordde Li. "Let maar goed op wat er van
+nu af aan gebeurt. We beginnen al dadelijk, want we moeten klaar
+zijn en vertrekken, eer de Engelschen weer tot bewustzijn gekomen
+zijn. Dit eiland is een Engelsche bezitting, maar de eigenaars kwamen
+er nooit, omdat het onbewoond is, en niets oplevert. Daarom heb ik
+er sedert eenigen tijd een bergplaats gemaakt, die je straks zien
+zult. Het is me nu echter gebleken, dat de Engelschen er voor kort een
+kolenstation hebben gevormd; vandaar de onverwachte aanwezigheid van
+het oorlogsschip. Het was dus in mijn belang, die heeren voorloopig
+onschadelijk te maken."
+
+Met deze woorden stond Li op, en verzocht Rob hem te volgen; hij zou
+dan wel nader zien wat er gebeuren ging.
+
+Veel dingen waren Rob nu duidelijker geworden, en met belangstelling
+volgde hij Li, in gespannen verwachting naar de dingen die komen
+zouden.
+
+Nadat Naf bij het oorlogsschip op post was gezet en Mu de bewaking van
+De Vogel was opgedragen, ging Li, gevolgd door de overigen, van boord,
+en sloeg een voetpad in dat naar het midden van het eiland leidde. Daar
+bevond zich een rotsachtige hoogte van ongeveer vijf-en-twintig meter
+boven de oppervlakte der zee, vanwaar men het geheele kleine eiland
+kon overzien, dat niet meer dan een kilometer in omtrek mat.
+
+Op de hoogte, waar ze zich nu bevonden, stond een vrij dicht boschje
+van laag hout. Li boog de struiken uiteen, door de anderen gevolgd,
+en stond nu voor een rotsblok, dat schijnbaar den verderen doorgang
+belemmerde. Het werd met eenige inspanning door de mannen opzij
+geschoven, en nu werd een ongeveer vier meter breede, donkere opening
+zichtbaar, waarboven de stijlen van een ijzeren ladder uitstaken.
+
+"Dit eiland is waarschijnlijk door vulkanische werkingen opgeworpen,"
+zei Li tot Rob. "We staan nu althans voor de opening van een sinds
+lang uitgedoofden krater. We ontdekten die toevallig, en nu hebben
+we er een bergplaats van gemaakt."
+
+Nadat allen hun electrische lantarens hadden ontstoken, daalde men
+in de duistere opening af. Beneden gekomen, verwijdde de trechter
+zich, en bevond men zich in een kelderachtige ruimte waar allerlei
+scheepsmateriaal en eenige kisten stonden opgestapeld.
+
+"Nu worden we zee- in plaats van luchtvaarders," zei Li.
+
+Met vereende krachten werden allerlei voorwerpen naar boven gesleept,
+waarvan Rob de beteekenis en het gebruik niet dadelijk begreep. Toen
+allen weer uit den krater geklauterd waren en de opening weer met
+den steen was afgesloten, zag Rob dat de mannen uit enkele eenvoudige
+onderdeelen vlug en handig een wagen ineen zetten, die een groot plat
+bovenvlak had. Daarop werden de kisten en een massa ander materiaal
+geladen, en ten slotte werd de wagen naar het strand gereden.
+
+"Zoo'n bewaarplaats is wel gemakkelijk, niet waar?" vroeg Li. "Toen
+ik ze ontdekte, was dat door een bizonder toeval. We hadden bij
+Green-eiland overnacht, toen we bij het aanbreken van den morgen--'t
+was stormachtig weer--een stoomjacht onder Engelsche vlag met de
+branding zagen worstelen. Dadelijk schoten we te hulp, maar te laat om
+redding te brengen. We zagen slechts hoe twee mannen al zwemmende het
+land trachtten te bereiken; de een werd tegen de klippen verpletterd,
+de ander bereikte den wal, doch overleed eenige uren later aan de
+bekomen wonden. Het bleek al gauw uit de papieren, die we aan boord
+vonden, dat we hier te doen hadden met den Engelschen ontdekker
+James Lane, over wien verleden jaar in de kranten zoo veel te doen
+was. Lane was een zonderling; een wel handig en zelfs geleerd man,
+doch die de buitensporigste plannen op touw zetten, welke telkens
+mislukten, hoeveel moeite en kosten hij er ook aan besteed had. Zijn
+laatste onderneming was een reis naar de Zuidpool, in een door hemzelf
+geconstrueerd stoomjacht. Hij vertrok onder veel belangstelling en
+zelfs uitgeleid door vertegenwoordigers van den tegenwoordigen Koning,
+die zich voor den avontuurlijken man intresseerde. Sedert hoorde
+men niets meer van hem; hoe het met hem gegaan is, heb je zoo even
+gehoord. Zijn bemanning had hij onderweg in een Fransche haven aan wal
+moeten zetten, daar ze hem beschuldigde van roekelooze waaghalzerij en
+bevreesd werden voor hun toekomst. Hij zette toen koppig de reis voort,
+slechts door zijn secretaris trouw gebleven. Het resultaat weet je."
+
+"En heb je toen zijn jacht bewaard?" vroeg Rob.
+
+"Zooals je ziet," zei Li, op de overigen wijzend, die intusschen bezig
+waren het vaartuig ineen te zetten. "Bij onderzoek van het jacht
+bleek dit zeer vernuftig gebouwd te zijn, namelijk met uitneembare
+onderdeelen. Ook was het door een geniale constructie zoo ingericht,
+dat het zelfs door de zwaarste zeeën niet omgeworpen kon worden. La
+maakte het voor electrische drijfkracht gereed, zoodat het veel
+eenvoudiger te besturen is. We deden er reeds een proefvaart mee,
+en zullen 't nu voor de eerste maal voor een grootere reis gebruiken."
+
+"Heeft men nooit getracht Lane op te sporen?" vroeg Rob.
+
+"Jawel; het Britsch Aardrijkskundig Genootschap, door de Regeering
+gesteund, rustte een expeditie uit, toen de berichten van Lane
+ophielden. Zonder eenig resultaat natuurlijk. Overigens was Lane een
+zonderling, eenzelvig man, die kind noch kraai op de wereld bezat,
+zoodat ten slotte niemand zich meer om zijn lot bekommerde. Het moet
+wel een eigenaardige gewaarwording zijn als men hem nu in eens te
+Londen terug ziet."
+
+Rob keek Li verwonderd aan. Daar begreep hij nu niets van.
+
+"Ben je daar verbaasd over?" glimlachte Li. "Als we straks aan boord
+zijn, zal je Lane zien. Wacht maar."
+
+Na ongeveer twee uren gewerkt te hebben, had men het jacht gereed. Er
+was nu nog eenige tijd noodig om de benoodigde levensmiddelen en vele
+andere onmisbare artikelen uit De Vogel in het jacht over te laden,
+doch eer de avond viel was men gereed te vertrekken.
+
+"Ziezoo," zei Li, toen allen aan boord waren. "Nu zal ik mijn geweten
+geruststellen en het jacht met toebehooren aan de Engelsche Regeering
+afleveren, ofschoon het de vraag is of het mij als strandvonder niet
+rechtens toekomt."
+
+Toen het donker inviel, en het oorlogsschip met zijn slapende bemanning
+nog slechts als een reusachtige, logge, zwarte massa zichtbaar was,
+koos het jacht, de "Lane" genaamd, zee. Op eenigen bovenwaartschen
+afstand volgde De Vogel, alleen met Mu bemand.
+
+Men zat er gezellig bijeen in het rooksalon, behalve Naf, die zich in
+de stuurkamer bevond, en Li die naar de commandantshut was gegaan,
+toen Rob's oog op een groot, uitvoerig geschilderd portret viel, op
+welks lijst geschreven stond: "James Lane." Hij wilde er heen gaan
+om het eens van dichterbij te bekijken, toen de deur geopend werd,
+en een man binnentrad, die als van het schilderij weggeloopen scheen.
+
+"James Lane!" riep Rob onwillekeurig uit.
+
+"Juist!" zei vroolijk de binnenkomende--en Rob herkende Li's
+stem--"lijkt 't niet sprekend?"
+
+De vermomming was inderdaad treffend. Li had in zijn uiterlijk volkomen
+de figuur van Lane nagebootst; alleen was zijn gezicht wat gebruinder,
+waren zijn haren wat grijzer.
+
+"Nog vijf dagen," zei Li, "en Lane komt in Engeland terug. Nu, Rob,
+denk je niet dat ze den grooten ontdekkingsreiziger, die zooeven van
+de Zuidpool terugkeert, met pracht en praal, en zelfs aan het Hof
+zullen ontvangen?"
+
+Nu begreep Rob, van welke toevallige omstandigheden Li gebruik wilde
+maken om zich toegang te verschaffen tot de onmiddellijke omgeving
+van den Koning. Het plan leek hem gewaagd, maar hij twijfelde niet
+of Li zou het met zijn gewone zekerheid en behendigheid tot een goede
+uitvoering brengen.
+
+Nadat men nog eenigen tijd Li's vermomming bewonderd had, ging deze
+zich weer daarvan ontdoen, en kwam weldra terug om nog een paar
+gezellige uren in den kring der kameraden door te brengen. Rob voelde
+zich nu geheel thuis; hij bemerkte met genoegen dat allen hem als een
+der hunnen behandelden, zijn oordeel vroegen, hem in vertrouwen namen,
+kortom hem zoo zeer op zijn gemak zetten, dat hij dankbaar was goede
+en vriendelijke menschen te hebben ontmoet.
+
+Het ontbrak gedurende de eentonige zeereis niet aan afwisseling. Men
+hield zich aan boord met muziek en lectuur bezig, Rob's lessen bij La
+gingen geregeld door, en de gezellige gesprekken des avonds aan en na
+tafel waren voor Rob even aangenaam als leerrijk. Het viel hem op,
+hoe allen hun best deden om vriendelijk en goedgehumeurd tegenover
+elkander te zijn, hoe men zich beijverde om het gesprek nooit te doen
+verwateren in alledaagsche praatjes, maar 't altijd daarheen te leiden,
+dat de een steeds van den ander iets leerde. Vaak was men het ook over
+'t een of ander onderwerp oneens, maar hoe levendig de discussie ook
+werd, altijd bleef de toon hoffelijk en opgewekt, en men eindigde
+onveranderlijk met elkaars gevoelens nog meer te waardeeren dan
+te voren, ook al was men niet tot overeenstemming kunnen komen. Li
+bezat een bewonderenswaardigen tact om zulke discussies te leiden,
+en zoo noodig ook tijdig te doen eindigen.
+
+Gedurende de reis was Rob herhaaldelijk in de gelegenheid den
+marconi-toestel in werking te zien, die door La bediend werd. Deze
+deelde hem nu mee, dat Nof niet alleen met het overbrengen van het
+briefje aan Rob's ouders belast was, maar ook eenige toebereidselen
+moest treffen in Londen en in Dover, waar men landen zou. Vandaar zond
+hij telkens draadlooze telegrammen naar het jacht. Ook met De Vogel,
+die nu zoo hoog gestegen was, dat hij zonder kijker niet meer was
+waar te nemen, werden nu en dan marconigrammen gewisseld.
+
+Den 24en October, den dag vóor men zou landen, liet Li Rob in de
+commandantshut komen, en zei:
+
+"Ik zal je nu enkele dingen vertellen, die je noodig hebt te weten,
+omdat ze je misschien te pas kunnen komen. Ten eerste dan, moet je
+weten, dat we in Londen met ongeduld verwacht worden."
+
+"Weten ze daar dan al dat je komt?" vroeg Rob.
+
+"Zeker! Nof is vooruitgegaan als mijn particulier secretaris, of liever
+als die van Lane. Hij is over land gekomen, naar 't heet, en heeft al
+zalen in Londen afgehuurd, en contracten met impressario's afgesloten,
+ten doel hebbende de lezingen van den ontdekkingsreiziger Lane voor te
+bereiden, welke deze over zijn Zuidpooltocht zal houden. Dagelijks heb
+ik hem berichten geseind, welke hij in de groote bladen heeft doen
+opnemen, en het publiek is al zoo opgezweept, dat zich officiëele
+comité's van ontvangst hebben gevormd en de Koning zijn verlangen te
+kennen heeft gegeven den ontdekkingsreiziger te ontmoeten. Heel Dover
+en Londen zijn door Nofs zorg met groote, gekleurde aanplakbiljetten
+beplakt, waarop mijn, of liever Lane's, welgelijkend portret is
+afgebeeld. Men draagt al Lane-dassen, drinkt Lane-limonade, rookt
+Lane-sigaren. Het Britsch Aardrijkskundig Genootschap zal ons een
+groot feestmaal aanbieden."
+
+Rob zag het eene wonder zich al weer op het andere stapelen. Dat zou
+intressant worden. Als hij er nu maar bij kon zijn!
+
+"En hoe gaat het nu met ons allemaal?" vroeg hij. "Wat stellen
+wij voor?"
+
+"Wel, daar jullie allemaal Hollanders zijn, stel je Hollandsche
+ingenieurs en oud-zeeofficieren voor, die ik voor mijn reis heb
+aangeworven nadat mijn scheepsvolk was weggeloopen. Dat klinkt
+voornaam; voor matrozen zouden jullie er trouwens niet zeebonk-achtig
+genoeg uitzien. En jij zult fungeeren als mijn adjudant; dan kan je
+me overal volgen."
+
+"Dat is heerlijk!" juichte Rob. "Dan kom ik dus ook bij den Koning! En
+hoe krijg je nu de diamanten?"
+
+"Geduld! dat zal je wel zien," lachte Li. "Voorloopig moet je maar
+precies doen wat ik zeg, en op de vragen, die men je mocht stellen,
+voorzichtige antwoorden geven."
+
+Rob kon dien nacht bijna niet slapen van opwinding bij de gedachte aan
+de avontuurlijke dingen die voor de deur stonden. Hoe zou Li het wel
+aanleggen? Zou het lukken? Was het eigenlijk niet een gevaarlijke
+onderneming, en wat zou hun lot worden als de list eens ontdekt
+werd? Al dergelijke vragen bestormden Rob en hielden hem wakker,
+maar ten slotte herkreeg zijn blind vertrouwen in Li, die zoo zeker
+van zijn zaak was, en geen oogenblik scheen te aarzelen, de overhand,
+en hij sliep gerust in.
+
+De zee was dien nacht, evenals trouwens gedurende de heele reis,
+zeer kalm, en de vernuftige inrichting van het jacht maakte dat
+het bijna niet slingerde. Rob had dan ook geen oogenblik last van
+zeeziekte gehad, en hij sliep dien nacht zoo rustig, dat hij den
+volgenden morgen eerst na vijf minuten het geweldig kanongebulder
+hoorde, waarmee het jacht, de Engelsche vlag in top voerend, begroet
+werd door de ter reede van Dover liggende oorlogsbodems. Snel stond
+hij op, kleedde zich vlug aan en liep naar het dek, dat door een
+prachtige herfstzon vroolijk beschenen werd.
+
+
+
+
+
+
+ZESDE HOOFDSTUK.
+
+ROB KOMT IN LONDEN.
+
+ De ontvangst te Dover.--De aankomst in Londen.--Het huis in
+ Longmanstreet.--Li's eerste lezing over een nooit gemaakte
+ Zuidpoolreis.--Alle Londensche heeren wenschen zich een
+ poolmeisje tot vrouw.--Het diner van het Aardrijkskundig
+ Genootschap.--Rob drinkt thee met den Koning.--De
+ kroonjuweelen.
+
+
+Nauwelijks was Rob op het dek, of hij hoorde boven het kanongedonder
+uit de muziek van een groot aantal muziekkorpsen, die aan de kade waren
+opgesteld, en die onophoudelijk het Engelsche volkslied speelden. Alle
+huizen in den omtrek waren versierd en bevlagd; alle schepen waren
+met tallooze kleine vlaggetjes opgetuigd en de in het want staande
+matrozen joelden. Het was een leven dat hooren en zien hem verging.
+
+Nauwelijks had Lo den jongen in 't oog gekregen of hij duwde hem aan
+een arm de kajuitstrap af, en fluisterde hem haastig toe:
+
+"Ga je vlug verkleeden, er ligt een pak voor je in de rookzaal."
+
+Zoo gauw hij kon, trok Rob het mooie, zwarte pak aan, dat hij vond
+liggen, en waarin hij er zooveel deftiger en ouder uitzag dan te voren,
+dat hij den spiegel, die hem vertelde dat hij nu zijn eerste gekleede
+jas aanhad, bijna niet gelooven kon. Toen hij weer naar het dek was
+gesneld, vond hij daar Li-Lane eveneens stemmig in 't zwart gekleed,
+en de overigen in reistoiletten van allerlei kleuren.
+
+Vóor hij daarover zijn verbazing te kennen had kunnen geven, wees
+Li hem op een stoomsloep, die, met muziek aan boord, snel het jacht
+naderde.
+
+De sloep kwam op zij, en een deftig heer, in groot ornaat en met
+een gouden keten om den hals, beklom de scheepstrap. Boven gekomen,
+trad hij met uitgestrekte handen op Li toe, en zei:
+
+"Mister Lane, als burgemeester van Dover, en daartoe door Z.M. den
+Koning uitgenoodigd, heet ik u welkom op Engelschen bodem. Het
+heeft Z.M. behaagd een koninklijken salon-trein tot uw beschikking
+te stellen, die u onmiddellijk naar Londen zal voeren. Het spijt
+de burgerij van Dover, dat zij den grooten ontdekkingsreiziger niet
+eenigen tijd in haar midden zal mogen behouden, doch zij heeft vernomen
+dat u reeds een woning in Londen gehuurd hebt, en zeer verlangend
+zijt daar de rust te genieten, die gij na de ontberingen van uw reis
+zoo ruimschoots hebt verdiend. Het is mij een eer en een voorrecht, u
+uit naam van den Koning, welkom te heeten op den vaderlandschen grond."
+
+Li, die deze toespraak met een vriendelijken glimlach en overigens
+zonder een spier te vertrekken had aangehoord, dankte nu den mayor
+met een sierlijke, in onberispelijk Engelsch uitgesproken rede. Toen
+hij zweeg, werd op de stoomsloep een vlaggetje geheschen, en dadelijk
+daarna brak de muziek en het gebulder van het geschut weer los.
+
+Li en de zijnen werden nu uitgenoodigd den burgemeester naar den wal
+te volgen, waar ze eenige versierde open rijtuigen vonden gereedstaan,
+die hen onder het gejuich der menigte naar het station brachten. Li
+groette en boog naar alle zijden, met de rust en het gemak van iemand,
+die zooveel groote emoties heeft meegemaakt, dat een huldebetoon als
+dit hem niet meer overweldigen kan. Li had met den burgemeester, Lo en
+Rob in het voorste rijtuig plaats genomen en deed den mayor een verhaal
+van een wonderbaarlijke redding uit de handen van zuidpoolsche wilden,
+die hij aan het cordate optreden van Rob te danken had, en waaraan
+het toe te schrijven was dat hij Rob steeds in zijn onmiddellijke
+nabijheid wilde zien.
+
+"Had deze jonge man mij het leven niet gered," zoo besloot hij zijn
+verhaal, "dan zou ik niet in staat geweest zijn de wetenschap met
+mijn nederige diensten ter zijde te staan."
+
+De burgemeester vond hierin aanleiding Rob eenige waardeerende woorden
+te zeggen, die deze met een verlegen buiging beantwoordde.
+
+Onder het gewuif en gejuich der dicht opeen gepakte menschenmassa
+zette de trein zich in beweging, en daar de reis ook door eenige
+autoriteiten werd meegemaakt, was men voortdurend verplicht zich te
+laten complimenteeren en de rol van beroemde mannen te spelen.
+
+Aan de stations, waar opgehouden werd, en men toespraken moest
+aanhooren van burgemeesters en presidenten van corporaties, die
+met haar banieren op het perron stonden, kocht Lo eenige kranten,
+waarin ze allerlei berichten over zichzelf vonden, die niet weinig
+vermakelijk waren om te lezen.
+
+In Londen aangekomen, speelde zich het Doversche programma nogmaals
+af. Muziek, toespraken, gejuich, kanongebulder. Door de drukke straten,
+die zwart waren van de menschen, reed men in open rijtuigen naar de
+Longmanstreet, waar twee kolossale huizen voor Lane en zijn gezelschap
+waren gehuurd.
+
+Nog verscheiden malen moesten de reizigers zich op het balkon aan de
+geestdriftige menigte vertoonen, die zich niet verstrooide dan nadat
+Lane een toespraak had gehouden. En ook daarna werd het niet rustig,
+want den geheelen dag regende het bloemen, invitaties en telegrammen
+van gelukwensching. Maar vooral werd Li bestormd door verslaggevers van
+kranten, die hij allervriendelijkst te woord stond, alle inlichtingen
+gevend die ze wenschten, en door wie hij zich ontelbare malen in
+allerlei houdingen liet kieken.
+
+Eindelijk tegen den avond, ook doordat Li in de kranten had doen
+plaatsen, dat hij de eerstvolgende dagen gaarne met rust zou gelaten
+worden, werd het wat stiller, en zat men gezellig bijeen, hartelijk
+lachend om de vermakelijke avonturen van dien dag.
+
+Werkelijk vermoeid door de snelle reis en al het eerbetoon, ging
+men vroeg naar bed. Naf had uitstekend gezorgd; het geheele huis
+was uitstekend gemeubileerd en van alles voorzien wat men maar
+wenschen kon, en Rob merkte wel dat Li op de een of andere manier
+over onuitputtelijke geldmiddelen beschikte.
+
+Toen Rob naar zijn kamer ging en het venster wilde sluiten, hoorde
+hij beneden op straat wapengekletter. Hij keek naar buiten, en zag
+dat een compagnie garde-grenadiers een eerewacht had betrokken, en
+dat twee reusachtige schildwachts met statige passen voor het huis
+heen en weer liepen.
+
+Den volgenden dag bleef men rustig thuis. Li zat aan zijn
+schrijftafel, snuffelde in dikke boeken en schreef vele vellen papier
+vol. Tegen den avond vernam Rob, dat Li een lezing zou houden voor
+twintigduizend menschen in de groote concertzaal van het Koninklijk
+Conservatorium. Hij stelde zich veel van die lezing voor, benieuwd
+wat Li zijn hoorders zou opdisschen, maar toen men den avond daarop
+in open rijtuigen naar het Conservatorium was gereden en Li het podium
+had bestegen, stond Rob versteld van de kalmte en de schijnbare kennis
+van zaken, waarmee Li zijn Poolreis verhaalde. Na een beschrijving
+gegeven te hebben van zijn ondervindingen en ontberingen gedurende
+de reis er heen, stond hij uitvoerig stil bij de bizonderheden die
+de Pool zelf betroffen. Hij schilderde die als een vrij uitgestrekte,
+zeer bewoonbare streek, waar niet, zooals men dikwijls verondersteld
+had, het opeengehoopte ijs allen plantengroei en het dierlijk leven
+onmogelijk maakte, maar waar integendeel weelderige bosschen en
+een zeer intelligente bevolking gevonden waren, welke laatsten de
+koene ontdekkers vriendelijk ontvangen had, hoewel zeer verbaasd,
+dat er buiten hen zelven nog andere wezens op aarde bestonden die
+er ongeveer als zij uitzagen. De bewoonbaarheid en den plantengroei
+verklaarde Li hierdoor, dat de warmte, ontstaan door de wrijving van
+de aarde om de aardas, groot genoeg was om het ijs over een groote
+uitgestrektheid te ontdooien. Toen Li vertelde dat de Poolbewoners
+hoogstwaarschijnlijk afstamden van de leden eener sinds onheugelijke
+tijden daar aangekomen, doch door de buitenwereld verloren gewaande
+expeditie, en dat deze expeditie een Engelsche moest geweest zijn,
+aangezien de heerschende taal een wel is waar verbasterde ofschoon
+nog zeer begrijpelijke vorm van het Engelsch bleek te zijn--toen
+Li dit vertelde, barstte er onder het gevleide publiek zulk een
+daverende storm van toejuichingen uit, dat er volle twintig minuten
+noodig waren eer het publiek gekalmeerd was en Li zijn rede kon
+voortzetten. Na eenige wetenschappelijke verhandelingen ten beste te
+hebben gegeven omtrent de aswenteling der aarde, besloot Li zijn met
+gespannen aandacht gevolgde lezing door een geestdriftige schildering
+van de Zuidpoolsche vrouwen te geven. In haar was naar zijn zeggen
+schoonheid en lieftalligheid harmonisch vereenigd. Aan de Zuidpool
+kwamen geen ongelukkige huwelijken voor; wie met een Zuidpoolsche
+trouwde, kon verzekerd zijn van een duurzaam geluk. Deze met gloed en
+geest uitgesproken slottirade bracht het publiek opnieuw in verrukking,
+en nog dienzelfden avond wist een verrukt jongmensch zevenduizend
+handteekeningen van trouwlustige lotgenooten te verzamelen voor het
+stichten van een "South-Polar-women-import-fund." Den volgenden dag
+sprak heel Londen over de plotseling beroemd geworden Zuidpoolschen,
+en gedurende vele weken werden ze in alle café-concerts in woord
+en kleedij geprezen en nagebootst aan de hand van de uitvoerige
+beschrijving, die Li van haar uiterlijk had gegeven.
+
+Den 29en October had het groote diner plaats, door het Aardrijkskundig
+Genootschap aangeboden. Rob zat op een eereplaats, links van de
+echtgenoote van den secretaris, en rechts van de vrouw van den
+president, die aan de zijde van Li was gezeten. Het diner, dat
+eindigde met de aanbieding van het buitengewoon eerelidmaatschap aan
+den ontdekker James Lane, kenmerkte zich door het overgroote aantal
+speechen, die Li met onvermoeibaren ijver beantwoordde, daarbij een
+kennis van zaken ten toon spreidend, waarvan Rob nu en dan verstomd
+stond.
+
+De 1e November eindelijk was bestemd voor de soiree ten Hove. Alle
+bewoners van De Vogel, Rob incluis, staken zich voor die gelegenheid
+in rok, en Li gaf zijn metgezellen, vooral den jongsten, voor het
+vertrek nog de noodige goede lessen met betrekking tot de talrijke
+voorschriften, waaraan zij zich aan het ceremoniëele Engelsche Hof
+hadden te houden.
+
+Om klokslag negen uur kondigde de Chambellan met luider stem de komst
+aan van Sir James Lane en gezelschap, welke betiteling Li er op wees,
+dat het den Koning behaagd had den grooten ontdekkingsreiziger een
+onderscheiding te verleenen, waarvoor Li Zijne Majesteit nog niet had
+bedankt, toen deze zijn vorstelijke mildheid nog verder uitstrekte door
+zijn beroemden onderdaan dadelijk na de begroeting met de versierselen
+van het commandeurskruis der Bath-orde te omhangen.
+
+Terwijl de gasten zich al pratend door de ruime zalen bewogen,
+onderhield de Koning zich zeer vriendelijk met Li en Rob. Zijne
+Majesteit deed allerlei vragen, die duidelijk blijk gaven van zijn
+belezenheid over het onderwerp, een belezenheid van vermoedelijk jongen
+datum. Li gaf uitgebreide, wetenschappelijk getinte antwoordden,
+en vooral de beschrijving der Zuidpoolsche dames intresseerde den
+Koning zeer. Toen Li vertelde, dat hij aan de Pool ook uitgebreide
+diamantvelden had ontdekt, die nog onontgonnen lagen en bestemd waren
+kolossale schatten op te leveren, begonnen de oogen van den Vorst te
+schitteren. Merkwaardig was het, dat 't woord "diamant" nauwelijks was
+uitgesproken, of een lang, correct-gerokt heer, met een monocle in
+'t oog en een orchidee in 't knoopsgat, die een minuut geleden nog
+aan 't andere einde der zaal had gestaan, mengde zich in 't gesprek,
+al pratend eenige aanteekeningen in zijn notitieboekje makend. Deze
+heer werd voorgesteld als Zijner Majesteits Minister van Koloniën.
+
+Toen het gesprek eenmaal op diamanten was gekomen, wist Li door een
+handige overgang ook de kroonjuweelen in de conversatie te mengen,
+en hij vroeg, of de edelgesteenten, die den Koning en de Koningin
+bij de kroning waren aangeboden, werkelijk van een zoo verbazenden
+omvang waren als de dagbladen, waarin hij de beschrijving had gelezen,
+vermeld hadden.
+
+In antwoord hierop gaf de Koning een geestdriftige beschrijving van
+de kroon en den diadeem, die, naar hij zeide, in een zeer kunstig
+uit hout gesneden kastje werden bewaard, dat steeds zorgvuldig in
+een brandkast stond gesloten. De brandkast bevond zich in 's Konings
+slaapvertrek, en was van een hoogst vernuftige sluiting voorzien,
+waarvan het geheim alleen aan hem zelf bekend was.
+
+Li deed nog eenige belangstellende vragen, en haalde intusschen al
+pratend een marokijn leeren étui uit den zak, waarin zich eenige
+prachtige groote steenen bevonden, welke hij zich veroorloofde den
+Koning als een souvenir aan de reis aan te bieden. Zijne Majesteit
+was verrukt over de helderheid en het slijpsel der steenen, die
+volgens Li door hem zelf aan de Pool waren gedolven, en het behaagde
+hem het geschenk welwillend te aanvaarden. Toch kon hij, met een
+kennersblik de juweelen monsterend, de opmerking niet weerhouden,
+dat de kroondiamanten nog grooter van omvang waren.
+
+Nu gaf Li luide zijn verbazing te kennen. Dat er steenen zouden
+bestaan, grooter nog dan die, welke het Zijne Majesteit behaagd
+had als een nederige hulde van een zijner meest getrouwe onderdanen
+aan te nemen, kwam hem verwonderlijk voor, en hij waagde het zelfs
+op zeer bescheiden wijze de mogelijkheid te opperen, dat de Koning
+zich vergiste.
+
+Zijne Majesteit, een-en-al welwillendheid, bood den ontdekkingsreiziger
+nu aan, zich persoonlijk te gaan overtuigen van de pracht der
+kroonjuweelen, die door deskundigen op minstens een millioen
+pond waarde werden geschat, en Li toonde zich verrukt over dit
+gunstbewijs. Door enkele ministers en andere hoogwaardigheidsbekleeders
+vergezeld, ging men nu naar het slaapvertrek, waar zich dicht
+naast het praalbed een sierlijk geornamenteerde brandkast bevond,
+die door den Koning met enkele onmogelijk te volgen handgrepen werd
+geopend. Daarna drukte Zijne Majesteit op een veer, en er schoof een
+kunstig bewerkt houten koffertje te voorschijn, waarvan het deksel
+zich, eveneens door een druk op een verborgen veer, opende. Nu lagen,
+achter glas opgesteld, de kroondiamanten in schitterende pracht voor
+de bewonderende oogen der toeschouwers. Het electrisch licht tooverde
+de heerlijkste kleurfonkelingen in de geslepen vakken, en allen waren
+het er over eens, dat nergens ter wereld de weerga van zulk een pracht
+gevonden kon worden.
+
+Alleen Li scheen meer in bewondering voor het koffertje dan voor de
+diamanten verdiept te zijn, en vroeg ten laatste:
+
+"Is dit van Indisch maaksel?"
+
+"Juist," antwoordde de Koning. "Het is een voortbrengsel van
+Britsch-Indische houtsnijkunst, en een geschenk van den Emir van
+Paschuda ter gelegenheid onzer Kroning."
+
+Nadat het gezelschap weer in de zaal teruggekeerd was, liep het gesprek
+nog eenigen tijd over het koffertje. Li gaf zijn groote belangstelling
+te kennen voor dergelijke industrie in 't algemeen, en vertelde dat
+hij op zijn reizen zooveel merkwaardige voorwerpen van handenarbeid
+en gebruikskunst had verzameld, dat hij 't de moeite loonend vond
+een vergelijkende studie van zuidelijke inlandsche industrie te
+gaan schrijven. Zelfs had hij al eenige bladzijden voor dat boek
+op schrift gebracht, met het plan het van talrijke illustraties te
+voorzien. Daartoe wilde hij vooreerst fotografische opnamen maken van
+de voorwerpen uit zijn eigen collectie, maar ook zou hij een dankbaar
+gebruik maken van al wat museums en particuliere verzamelaars hem
+konden en wilden bieden.
+
+Zijne Majesteit, die het er op gezet scheen te hebben den gast met
+gunstbewijzen te overladen, gaf onmiddellijk te kennen, dat hij de
+eerste wilde zijn die hem in dit schoone werk ter zijde stond, en bood
+Li het Indische kistje in bruikleen aan. De juweelen konden zoo lang in
+de brandkast liggen, en wanneer Li beloofde dat hij het koffertje met
+de grootste omzichtigheid zou behandelen en het niet langer aan zijn
+bestemming onttrekken dan voor de beschrijving en het doen van opnamen
+strikt noodig was--in elk geval niet meer dan tweemaal vier-en-twintig
+uur--dan was er tegen het in leen geven geen enkel bezwaar.
+
+Li stribbelde nog wat tegen, sprak van de te groote eer die hem
+bewezen werd, meende dat hij het aanbod niet mocht aannemen--doch
+eindigde met er een dankbaar gebruik van te maken.
+
+En zoo werd dan besloten, dat het koffertje den volgenden morgen
+onder militair geleide in Li's hotel zou gebracht worden.
+
+Het was inmiddels vrij laat geworden. Zijne Majesteit trok zich in
+zijn appartementen terug; de rijtuigen der gasten werden afgeroepen,
+en ook Li met gezelschap reed in hofkoetsen naar Longmanstreet.
+
+Daar aangekomen, zat men nog enkele oogenblikken gezellig bijeen. Li
+was klaarblijkelijk zeer ingenomen met den gang van zaken, en zei
+vroolijk tot Rob:
+
+"Het halve werk is gedaan!"
+
+"Maar ik dacht," zei Rob, "dat je het koffertje _zonder_ de diamanten
+te leen kreeg!"
+
+"Natuurlijk, beste jongen!" lachte Li, "maar ik had ook geen oogenblik
+gedacht dat ik de diamanten er bij zou krijgen!"
+
+"Maar hoe wil je dan..." begon Rob.
+
+"Geduld maar! Je zult 't wel zien, hoe 't nu verder gaat. Nu komt
+onze geleerde La in actie."
+
+"Electriciteit overwint alles!" antwoordde deze raadselachtig.
+
+"Ik ben erg benieuwd," zei Rob. "Maar vertel eens, Li, hoe kwam je
+aan dien prachtigen diamant? en was 't eigenlijk niet zonde om dien
+weg te geven?"
+
+"Niet erg," zei Li leuk. "Kijk onze alchimist eens lachen--'t is
+alweer La, die er achter zit. Die fabriceert in z'n vrijen tijd
+valsche diamanten--van koolstof onder electrischen druk--en je ziet
+dat z'n uitvinding ons al goed te pas is gekomen!"
+
+
+
+
+
+ZEVENDE HOOFDSTUK.
+
+LI STEELT DE KROONJUWEELEN.
+
+ Li krijgt het koffertje te leen.--La verricht nieuwe
+ wonderen.--De Koning ontvangt een splinternieuw koffertje.--Hoe
+ hij beetgenomen werd.--De kroonjuweelen zijn gestolen!--Het
+ verhaal van de diefachtige poes.--Li heeft de diamanten te
+ pakken.--De groote ontdekkingsreiziger steekt met zijn jacht
+ van wal.--Terug op De Vogel.--De reis naar Transvaal.--Hoe
+ het met de diamanten afliep.
+
+
+De volgende dagen waren weer gewijd aan lezingen, officiëele bezoeken,
+feestmaaltijden, waaraan geen einde scheen te komen. Li en zijn
+metgezellen schenen wel van ijzer te zijn, zoo onvermoeid namen
+ze aan al die dingen deel, maar Rob werd het nu en dan te machtig,
+en Li zorgde er dan ook menigmaal voor dat hij tijdig naar bed ging
+en er voor zijn afwezigheid bij het een of ander feest een geldige
+reden werd gevonden.
+
+Den 3en November werd er aan het hotel in Longmanstreet een
+kabinetschrijven van den Koning bezorgd, inhoudende dat dienzelfden
+middag door een officier van de Householdguards, onder geleide van
+zes manschappen het koffertje zou bezorgd worden, waarin de beroemde
+edelsteenen bewaard werden. Toen Li den brief las, glimlachte hij
+zwijgend. Rob verbaasde zich wat Li met dat kistje doen zou, maar
+zweeg eveneens en wachtte af.
+
+Des middags werd het kostbare voorwerp gebracht. Li gaf het
+onmiddellijk aan La over, en nu begaven allen zich in een vertrek,
+waarvan Rob het bestaan nog niet wist, en waar voor La een geheel
+laboratorium bleek te zijn ingericht, en wel door Nof, die met zijn
+vliegmachine des nachts al de benoodigde instrumenten naar binnen
+had gebracht.
+
+La zette zich aan het werk. Hij maakte een vorm van het zoo gemakkelijk
+te bewerken en te plooien monum, die geheel om het kistje sloot,
+zoodat alle onderdeelen van het snijwerk daarin werden afgedrukt. Uit
+de kranten wetende, dat het koffertje vervaardigd was van een in
+Britsch-Indië veelvuldig voorkomende acacia-houtsoort, had hij
+gezorgd zich reeds lang van te voren een blok van die houtsoort te
+verschaffen. De monum-vorm werd nu met de opening naar boven gelegd,
+het houtblok haaks gezaagd, zoodat het eenigszins grooter inhoud had
+dan de vorm binnenwerks, en vervolgens boven de opening geplaatst. Een
+sterke electrische stroom werd nu door het monum geleid, en Rob zag
+tot zijn verbazing, dat een lichte druk boven op het blok voldoende
+was om dit in den vorm te doen zakken. Het overtollige hout werd door
+den scherpen rand van den vorm afgesneden, en nadat het monum was
+weggenomen vertoonde het blok uiterlijk geheel den vorm van het kistje.
+
+Nu sneed La het blok met een zeer dun, door electriciteit in gloeiďng
+gebracht zaagje in tweeën, zoodat hij het in een doos en een deksel
+scheidde; daarna werden beide blokken eveneens met een monum-vorm
+geheel volgens het model uitgehold. Ten slotte werden scharnieren
+aangebracht, en het geheel met een bruine vloeistof bestreken,
+waardoor het volkomen de kleur van het model verkreeg. En zoo stonden
+er nu twee treffend op elkaar gelijkende kistjes naast elkaar op de
+werkbank, die in niets van elkaar verschilden!
+
+Het moeielijkste kwam echter nu eerst. Lo bracht nu tegen den
+achterwand een zeer smallen tweeden wand aan, die zoo was ingericht,
+dat hij bij het sluiten van den deksel een op den bodem van het
+koffertje gelegd voorwerp geheel verborg, zonder dat er uiterlijk
+iets van dien dubbelen bodem te bemerken was. Opende men opnieuw den
+deksel, dan bleef die dubbele wand liggen.
+
+Alles was nu gereed.
+
+Toen de termijn verstreken was, vroeg Li een audiëntie bij den
+Koning aan, ten einde zelf het koffertje te mogen terugbrengen, en
+zoo de gelegenheid te hebben Zijne Majesteit voor deszelfs groote
+welwillendheid dank te zeggen.
+
+De audiëntie werd toegestaan. Met belangstelling beschouwde de Koning
+de foto's, die Li door La van het kistje had doen maken, en hij was
+zelfs zoo welwillend den grooten Poolreiziger uit te noodigen zijn
+hulp te verleenen bij het weder op hun plaats brengen der juweelen. Li
+nam dit aanbod gaarne aan; met eigen handen legde de Koning kroon en
+diadeem weer in het koffertje, en toen Li het deksel gesloten had, wist
+hij dat de dubbele wand de sieraden geheel bedekte, dat het bij het
+opnieuw openen van het kistje den schijn zou hebben als was de inhoud
+verdwenen, en dat men de list niet zou doorzien, omdat de onderwand
+van het nagemaakte kistje zoo aanmerkelijk veel dunner was dan de
+zeer zware bodem van het echte, dat de dubbele bodem even diep onder
+de bovenzijde lag als de enkele bij het oorspronkelijke koffertje.
+
+Nadat de Koning zorgvuldig de brandkast had gesloten en zich nog
+eenigen tijd met Li onderhouden had, nam deze afscheid.
+
+In het hotel aangekomen, vond hij zijn reisgenooten in gespannen
+nieuwsgierigheid bijeen.
+
+Hij knikte hen vroolijk toe.
+
+"Alles gaat uitstekend," zei hij. "Binnen een week zijn de juweelen
+hier in huis."
+
+Men was gewoon, dat Li zulke uitspraken niet deed, of de feiten stelden
+hem in het gelijk. Maar dit nam niet weg, dat men zeer benieuwd was hoe
+het nu verder met deze geschiedenis zou afloopen. Rob vooral toonde
+zich zeer verlangend naar den uitslag der onderneming en begreep nog
+niet goed hoe het gaan moest.
+
+Lang behoefde men niet in spanning te blijven. Reeds den volgenden
+avond ontving Li bezoek van een in 't zwart gekleed heer, die zich
+eenvoudig liet aandienen als mr. Johnson, maar daarna de Eerste
+Kamerheer van den Koning bleek te zijn, die Li onder vier oogen
+meedeelde, dat Zijne Majesteit hem den volgenden morgen wenschte
+te ontvangen, en dat hij daartoe in een gesloten huurrijtuig zou
+worden afgehaald.
+
+Toen mr. Johnson vertrokken was, en Li de overigen den inhoud van
+'t gesprek meedeelde, schrok Rob erg.
+
+"Het geheim van 't koffertje kan toch niet ontdekt zijn?" vroeg
+hij angstig.
+
+"Geen sprake van," antwoordde Li kalm. "Laten we maar tijdig naar
+bed gaan en rustig slapen, blij dat we van avond eens geen officiëel
+feest hebben bij te wonen."
+
+Den volgenden morgen om tien uur kwam het rijtuig voor.
+
+Li steeg in, en weldra bevond hij zich in 's Konings particulier
+kabinet. Het gezicht van Zijne Majesteit stond zeer ernstig.
+
+"Mr. Lane," sprak hij, "ik heb u doen ontbieden in verband met een
+zeer vreemd geval. Gisterenmiddag opende ik het koffertje, dat de
+kroonjuweelen bevat, eerlijk gezegd omdat ik nog eens nauwkeurig
+wilde nagaan of het geen schade had geleden terwijl het in uw
+handen was. U moet mij dat niet kwalijk nemen; ik hecht zoo aan dat
+meesterwerk van houtsnijkunst, dat ik er steeds een overdreven zorg aan
+wijd. Natuurlijk vond ik het in de beste orde, niet het minste spoor
+van een minder voorzichtige behandeling was er aan te bemerken--iets
+wat ik trouwens verwachten kon, maar waarvoor ik u toch dankbaar ben."
+
+Li boog zwijgend, en de Koning vervolgde:
+
+"Stel u echter mijn verbazing en tevens mijn schrik voor, toen ik de
+diamanten spoorloos verdwenen vond! Een oogenblik durfde ik mijn oogen
+niet vertrouwen; ik meende zelfs aan een zinsbegoocheling onderhevig
+te zijn. Maar het bleek maar al te waar: de diamanten waren en bleven
+weg! Had ik ze niet zelf een dag te voren eigenhandig in het koffertje
+gelegd--het geen u, die daarbij aanwezig was, immers bevestigen
+kunt--dan zou het verdwijnen mij niet zoo sterk verbaasd hebben als
+nu. Er is natuurlijk geen andere mogelijkheid dan diefstal--wonderen
+komen in onzen tijd niet voor! Maar wie is de dief? En hoe had de
+diefstal plaats? Even zeker als, theoretisch beschouwd, alleen door
+diefstal de steenen verdwenen kunnen zijn, even vast staat het,
+dat die diefstal uit een practisch oogpunt eenvoudig ondoenlijk
+is. Niemand kent het zeer samengesteld geheim van de sluiting der
+brandkast--deze was trouwens geheel onbeschadigd--maar sterker is,
+dat de deur van mijn slaapvertrek dag en nacht door twee schildwachten
+wordt bewaakt, die door mijn ordonnans-officier, den commandant der
+paleiswacht en mijzelf herhaaldelijk worden gecontroleerd. Ik vraag u:
+zou men hier niet bijna aan een mirakel gaan gelooven?"
+
+"Het is ongetwijfeld een hoogst merkwaardig geval, Sire," zei Li
+nadenkend. "Toch moeten we niet te gauw aan bovennatuurlijke werkingen
+gelooven of zulk een gebeurtenis te diep onderzoeken. Ik heb wonderen
+zien verrichten door Indische fakirs, die oppervlakkig beschouwd
+zuiver hekserij schijnen, en die toch een hoogst eenvoudigen truc tot
+grondslag hebben. Zoekt men hun oorsprong te ver, dan kan men zeker
+zijn te dwalen."
+
+"U bedoelt daarmee, dat...."
+
+"Dat de zaak vermoedelijk veel eenvoudiger is dan we denken. Doch
+ik ben zoo onbescheiden op Uwer Majesteit's vermoedelijke plannen
+vooruit te loopen."
+
+"Integendeel, ik hecht waarde aan uw advies. U was trouwens degene,
+die, met mij, de diamanten het laatst gezien heeft, die evenals ik
+de absolute zekerheid bezit dat ik eigenhandig kroon en diadeem in
+het kistje plaatste. Ik dacht daarom dadelijk aan u, toen ik die
+kostbare voorwerpen miste. U kunt misschien helpen een, zij 't ook
+zeer vaag, spoor te vinden. Herinner u eens goed, wie waren in onze
+omgeving, toen u mij het kistje terugbracht? Zag u in de vertrekken
+en gangen die wij doorgingen, geen personen, wier aanwezigheid
+daar u vreemd voorkwam? Weet u zeker, dat de beide schildwachten
+voor mijn kamerdeur stonden? Hebt u duidelijk gezien dat ik de
+brandkast zorgvuldig sloot? Hebt u bij uw vertrek uit het paleis niets
+verdacht waargenomen? Zooals u ziet zijn er vragen genoeg, de moeite
+van het overwegen waard. Niemand weet nog van het verdwijnen der
+kostbaarheden. Ik verlang ook dat daaraan voorloopig niet de minste
+ruchtbaarheid wordt gegeven. Juist door in stilte en stelselmatig
+te werk te gaan, hebben we de meeste kans van slagen. Bovendien zou
+ik niet gaarne den schijn op mij laden, zulk een kostbaar geschenk
+als die juweelen slecht beheerd te hebben. Kortom, ik heb alle reden
+vooreerst alleen op uw hulp te vertrouwen. En ik hoop met succes."
+
+"De taak, die Uwe Majesteit zich verwaardigt mij op te leggen, is
+vereerend, maar zwaar. Ik zou verkeerd doen, met mij in de uitvoering
+daarvan te overhaasten. Wil mij eenige dagen toestaan, waarin ik
+rustig over het geval kan nadenken. Ik woonde op mijn reizen meer
+zulke geheimzinnige diefstallen bij, die later bleken een verbluffend
+eenvoudig verloop te hebben gehad, en het zou mij niet verwonderen
+als ook hier iets dergelijks in 't spel was. Instinctmatig voel ik,
+dat de oplossing hier zeer voor de hand ligt. Misschien zelfs vind ik
+in de vele aanteekeningen, die ik over mijn reizen maakte, gevallen
+vermeld, die op dit gelijken. Hoorde Uwe Majesteit ooit, hoe uit den
+Grooten Tempel te Delhi het Gouden Hart van Boeddha gestolen werd?"
+
+Toen de Koning ontkennend antwoordde vervolgde Li:
+
+"Eenige jaren geleden verdween dat voorwerp plotseling uit den
+tempel. Er heerschte groote verslagenheid, want de bevolking zag er
+het voorteeken van een naderend onheil in. Maar ook brak men zich het
+hoofd met de vraag, hoe die verdwijning mogelijk was. Het Gouden Hart
+was dien dag in processie door den tempel gedragen, ter gelegenheid van
+een godsdienstig feest. Daarna had men het voor ieder zichtbaar op zijn
+gewone plaats boven het altaar gelegd, dat dag en nacht bewaakt werd
+door biddende priesters. Alle uitgangen van den tempel, ja zelfs de
+vensters, werden steeds en onder alle omstandigheden door krijgslieden
+bewaakt. Tien minuten nadat het Hart boven het altaar geplaatst was,
+en de tempelgangers inmiddels het gebouw ontruimd hadden, strekte
+de Hoogepriester met een kreet van schrik de hand naar het altaar
+uit.... De biddende priesters zagen op--het Gouden Hart was verdwenen!"
+
+"En hoe was dit wonder geschied?" vroeg de Koning in gespannen
+belangstelling.
+
+"Op een bijna kinderachtig eenvoudige wijze, Sire," vervolgde Li. "Een
+vreemdeling, hartstochtelijk verzamelaar, bezat een merkwaardig middel
+om in het bezit te komen van die voorwerpen, welke hij niet door geld
+machtig kon worden, en die hij toch zoo gaarne aan zijn collectie
+wilde toevoegen. Dat middel was--een kat! Dit slimme dier was er van
+jongs af op gedresseerd zich vlug en onbemerkt meester te maken van
+elk voorwerp, dat zijn meester hem met een enkel gebaar aanduidde. Zoo
+ging het ook met het Gouden Hart. De zwarte, in de namiddagschemering
+nauw zichtbare kat deed haar werk voortreffelijk. Ze sloop naar het
+altaar, had binnen enkele seconden het verlangde voorwerp in haar
+bek en schoot met onhoorbare snelheid tusschen de priesters door,
+den tempel uit en haar meester achterna. Later ontdekte men, bij
+gelegenheid van een anderen diefstal, het vermiste voorwerp in de
+collectie van den vreemdeling, en zoo kwam ook de kattenlist aan het
+licht. Toen bleek dus, dat een eenvoudige poes bewerkt had, wat de
+priesters voor een mirakel van godenhand hadden uitgemaakt."
+
+"Uw verhaal is even intressant als spannend," zei de Koning. "En uw
+ondervindingen op dit gebied geven me hoop, dat u het spoor in deze
+duistere geschiedenis zult kunnen vinden. Dus--zwijgen tegenover
+iedereen; zoodra u iets meent gevonden te hebben, ontvang ik bericht."
+
+Li beloofde nogmaals zijn uiterste best te zullen doen, en keerde
+toen naar huis terug.
+
+"Over twee dagen!" zei hij alleen tot Rob, die hem vragend aanzag.
+
+Er gingen nu twee dagen voorbij, die Li gebruikte om door middel van de
+nieuwsbladen te doen rondbazuinen, dat hij in de volgende week voor een
+paar maanden met zijn jacht den Atlantischen Oceaan ging doorkruisen.
+
+Toen die twee dagen om waren, vroeg Li opnieuw een audiëntie bij den
+Koning aan, welke dadelijk werd toegestaan.
+
+Zijne Majesteit kwam Li met uitgestrekte handen tegemoet, en vroeg
+terstond:
+
+"Wel, hebt u kans gezien, eenig licht te vinden in de duistere zaak?"
+
+"Ik geloof inderdaad, Sire, dat ik den dader op het spoor ben."
+
+"Den dader?" riep de Koning verrast. "Dus u gelooft dat we hier
+werkelijk met een diefstal te doen hebben?"
+
+"Ik geloof het niet alleen, ik weet reeds zeker, dat er een zeer
+eenvoudige, hoewel sluw aangelegde diefstal in het spel is. Ik heb
+echter nog niet alle bewijzen in handen."
+
+"Maar vertel me dan voorloopig hoe u tot die schitterende ontdekking
+gekomen bent," vroeg de Koning nieuwsgierig.
+
+"Vergeef me, Majesteit," sprak Li, "dat ik Uw geduld nog eenigen tijd
+op de proef stel. Ik kan me immers vergissen, en zou niet graag willen,
+dat ik U zoowel als mezelf met een ijdele hoop gevleid had. Vergun
+me dus, dat ik U niets mededeel, eer ik met volkomen zekerheid kan
+oordeelen."
+
+"Ik waardeer en begrijp uw voorzichtigheid, mr. Lane," antwoordde de
+Koning, "en ik zal u daarom niet langer met nieuwsgierige vragen lastig
+vallen, hopende u daarmee tevens te toonen welk een volkomen vertrouwen
+ik in u stel. Ik wil u op alle mogelijke wijzen van dienst zijn. Zeg
+mij slechts, waarmee ik u in het belang uwer verdere onderzoekingen
+van dienst kan zijn."
+
+"Wanneer het niet te veel van Uw goedheid gevergd is," zei Li "zou
+ik gaarne nogmaals tijdelijk in het bezit gesteld worden van het
+kistje. Het kan me bij mijn nasporingen van groot nut zijn."
+
+"Met het meeste genoegen zal ik het u nogmaals in gebruik afstaan,
+en wel voor zoo lang als u het denkt noodig te hebben. U kunt het
+zelfs nog heden in uw rijtuig meenemen."
+
+Na deze woorden haalde de Koning zelf het koffertje te voorschijn. Eer
+hij een lakei ontbood, die het zorgvuldig verpakt in Li's rijtuig
+zou brengen, drukte hij nogmaals op de veer, die het deksel deed
+openspringen, en staarde met weemoedigen blik in de leege ruimte.
+
+"Hoe lang zal het duren, eer ik mijn schatten weer terug heb," sprak
+hij met een zucht.
+
+"Misschien korter dan U denkt, Sire," zei Li. "Ja, ik heb zulke goede
+verwachtingen van den uitslag mijner pogingen, dat het is alsof ik
+de juweelen daar reeds weer op den boden van het kistje zie liggen."
+
+Toen Li in Longmanstreet teruggekeerd was, riep hij zijn getrouwen
+bijeen. Hij toonde hun het koffertje, deed het open, sloeg den
+dubbelen wand opzij--en daar lagen voor aller verbaasde oogen de in
+veelkleurigen glans schitterende kroonjuweelen!
+
+Li bergde de kostbare stukken eenvoudig in het handtaschje dat hem
+steeds op reis vergezelde; toen gaf hij het nagemaakte kistje aan Lo,
+die het twee minuten later door middel van een electrischen stroom
+tot een fijn poeder verbrand had.
+
+"Ziezoo," zei Li. "Nu kan de Koning zijn eigen koffertje terug
+krijgen."
+
+Drie dagen later was Li opnieuw ten paleize. Hij overhandigde het
+avontuurlijke kistje weer aan den Koning, en meldde dezen, dat hij nu
+nog slechts over eenigen tijd moest kunnen beschikken, en de diamanten
+zouden terecht zijn.
+
+"Wees ervan verzekerd, Majesteit, dat de juweelen aan den rechtmatigen
+eigenaar zullen teruggegeven worden," zei hij met een fijn glimlachje.
+
+De Koning was verrukt. Hij drukte Li herhaaldelijk de hand, en beloofde
+hem de grootst denkbare eerbewijzen als zijn taak tot een goed einde
+zou gebracht zijn.
+
+"Uwe Majesteit zal vernomen hebben," zei Li, "dat ik volgens
+de nieuwsbladen het plan heb eenige maanden in den Atlantischen
+Oceaan te gaan kruisen. Mijn eigenlijk doel is echter, den dief te
+achterhalen, die het koninkrijk verlaten heeft, en omtrent wien ik
+zekere aanwijzingen heb dat hij op weg is naar Zuid-Afrika."
+
+De Koning kon geen woorden vinden om zijn dankbaarheid te uiten,
+en toen Li met zijn reisgenooten den volgenden dag in zijn jacht
+Dover verliet, was hij tot Pair van Engeland verheven, en bezat hij,
+behalve het grootkruis van de Engelsche Huisorde, een mandaat, dat
+hem machtigde levenslang uit 's Konings particuliere schatkist een
+jaargeld van vijfduizend pond te trekken. Het jacht was nog geen
+vijf minuten in zee, of Li strekte de hand uit, en achtereenvolgens
+plompten de aanstelling tot Pair, de Bathorde, de Huisorde en het
+mandaat in de golven.
+
+"Ik heb immers de diamanten!" zei hij eenvoudig.
+
+Daarna keerde hij zich tot Rob en vroeg vroolijk:
+
+"Wel--wat zeg je nu van ons avontuur?"
+
+"Ik heb in al mijn boeken van Bertrand nog nooit zoo iets gelezen,"
+zei Rob, "en die zijn toch wel de mooiste en avontuurlijkste boeken
+die ik ken. Las je ze wel eens?"
+
+Li had schik in de verbazing van den jongen, en zei:
+
+"In mijn jeugd bestonden er zulke prachtige boeken nog niet. Maar ik
+maakte er wel eens kennis mee. Ze schijnen in alle talen vertaald
+te worden, want op mijn vele reizen zag ik ze zoowel in China als
+in Amerika, op Groenland, in Siberië en op de Zuidzee-Eilanden. Maar
+dat is zeker, ons diamanten-avontuur is 'n aardig stukje geweest."
+
+Rob kon niet nalaten te zeggen:
+
+"Alles is je wel erg meegeloopen. Het gebeurde eigenlijk allemaal
+net zooals je het graag wou. Maar wat zou je nu gedaan hebben als
+het eens niet zoo vlot van stapel was geloopen?"
+
+"Ach," zei Li leuk, "dan had ik er wel weer een ander middel op
+gevonden. Hebben moest ik ze."
+
+
+
+De zeereis was weer even voorspoedig als te voren. Den 15en November
+was men weer op Green-Eiland, met een hoera verwelkomd door Mu, die De
+Vogel weer op zijn gewone plaats onder de boomen had verborgen. Ditmaal
+was er geen oorlogsschip te zien dat de reizigers bemoeielijkte.
+
+Enkele uren na de landing kwam ook Nof met de vliegmachine aan, en
+bracht het voor Rob heerlijke bericht, dat het hem gelukt was den
+brief aan Rob's voogd des nachts onbemerkt in de bus te doen. Ook
+bracht hij eenige kranten mee, waarin al de in 't Eerste Hoofdstuk
+vermelde gissingen omtrent Rob's verdwijning stonden, en waarin allen,
+de held niet 't minst, veel schik hadden.
+
+Nof kreeg niet lang rust, want Li gelastte hem dadelijk het jacht
+naar Dover te brengen, het daar onbeheerd in de haven te laten liggen,
+opdat de Engelsche regeering er over kon beschikken, en dan met de mee
+te nemen vliegmachine zich weer bij de overigen te voegen. Het punt
+van bijeenkomst werd hem door Li schriftelijk in cijfertaal opgegeven.
+
+Alles, wat uit het huis in Longmanstreet in het jacht was geladen,
+werd nu op De Vogel overgebracht, en men was reisvaardig voor het
+verdere doel van de onderneming.
+
+Nog denzelfden avond stak De Vogel van wal. De reis ging nu
+rechtstreeks naar Vrijheid, waar de Transvaalsche Regeering op dat
+oogenblik haar zetel had. De lucht was voortdurend helder, hoewel
+koud, en het was een heerlijke gewaarwording met de maximum snelheid,
+die De Vogel kon ontwikkelen, door den ijlen, drogen dampkring te
+vliegen. Niet altijd was het gemakkelijk, den juisten weg te vinden;
+de kinematografische opnamen van den Atlantischen Oceaan gaven slechts
+vage beelden, waarin het oog vergeefs een steunpunt zocht, en zoo
+moest herhaaldelijk aan zon en sterren gevraagd worden waar men zich
+bevond. Gemiddeld genomen, ging de reis echter zeer voorspoedig, en
+in den nacht van den 26en op den 27en November werden de Transvaalsche
+steenen in de tent van den waarnemenden President gedeponeerd, zonder
+dat deze zich van hun herkomst ook maar in de verste verte rekenschap
+kon geven.
+
+Men zal zich herinneren, dat op het eind van 't jaar 1901 de kranten
+vage, verwarde berichten gaven omtrent een belangrijken diefstal van
+diamanten aan het Engelsche Hof. Enkele weken daarna werden geruchten
+weer tegengesproken, en ten slotte vernam men er niets meer van. De
+toedracht van dit geval weet de lezer nu grootendeels. Er behoeft
+nog slechts aan toegevoegd te worden, dat de Transvaalsche Regeering,
+edelmoediger en fierder dan de Engelsche, de diamanten onmiddellijk
+terugzond, met de laconieke mededeeling dat het haar aan geld niet
+ontbrak. De Koning gelastte dat men de grootste stilzwijgendheid zou
+bewaren over deze gebeurtenis, waarin hij zelf immers een min of meer
+komische rol vervuld had. Meermalen heeft hij daarna de diamanten
+en het kistje peinzend bekeken; de spoorlooze verdwijning van Sir
+James Lane, Pair van Engeland, drager van verscheiden hooge orden,
+heeft hem steeds zonderling toegeschenen--maar het rechte verband
+der dingen is hem nooit goed duidelijk geworden.
+
+
+
+
+
+ACHTSTE HOOFDSTUK.
+
+LI VERTELT Z'N GESCHIEDENIS.
+
+ Waarin verteld wordt, hoe 't maar 'n haartje gescheeld had,
+ of Rob was weer in 't Vondelpark gaan wandelen.--Li vertelt
+ zijn levensgeschiedenis.--Rob hoort van de stichting der
+ Oranje-Republiek, van Rusland's booze plannen, van de dappere
+ Elizabeth Helmont en den edelen ingenieur Van Stralen.
+
+
+Eenige dagen na het vertrek uit Zuid-Afrika, terwijl De Vogel met
+groote snelheid in noordoostelijke richting voortvloog, verzocht Li
+zijn jongen vriend bij hem in zijn werkkamer te komen. Nadat hij hem
+had uitgenoodigd te gaan zitten, sprak hij:
+
+"Ik ben je langzamerhand geheel tot de vaste bemanning van het
+luchtschip gaan beschouwen, Rob. Terwijl ik het onaangenaam blijf
+vinden, dat ik je van je vrijheid moest berooven, ben ik toch dankbaar
+dat we zulk een goeden vriend in je gevonden hebben. En het zou me
+moeielijk vallen van je te scheiden. We stellen trouwens allen op je
+tegenwoordigheid prijs. Ik heb nooit eenige belofte van je gevergd, en
+toch heb je je tegenover ons zoo flink, trouw en eerlijk gedragen alsof
+je door je woord en door verplichtingen aan ons gebonden was. Dat heeft
+me heel veel genoegen gedaan. En er is nog iets waarvoor je ten zeerste
+lof verdient. Toen we in Londen waren, heb ik je geheel vrij gelaten;
+je kon in de stad ongehinderd rondloopen en had alle gelegenheid ons
+te verraden of te verlaten. Integendeel heb je alles gedaan om onze
+plannen te doen slagen. We weten nu, dat we een trouw kameraad in je
+hebben gevonden. Als dank wil ik daar iets tegenover stellen."
+
+Li zweeg even, en vervolgde toen:
+
+"Wanneer je wilt, zal ik je binnen acht dagen naar Amsterdam
+terugbrengen."
+
+Rob aarzelde geen oogenblik met zijn antwoord.
+
+"Als je er niets tegen hebt, Li, dan zou ik liever nog wat blijven."
+
+Li drukte hem hartelijk de hand, en de glimlach op zijn flink,
+mannelijk gezicht bewees duidelijk dat het antwoord van Rob hem goed
+deed. Toch vroeg hij nog:
+
+"Maar verlang je dan niet naar je huis terug?"
+
+"Zeker doe ik dat," zei Rob, "ik verlang wel terug, want mijn voogd
+was altijd heel goed voor me, en ook zou ik de zusters en broers
+graag terugzien. Maar toch zou ik wel hier willen blijven ook..."
+
+"Wanneer je ouders nog leefden, Rob, zou ik er zeker bezwaar tegen
+hebben dat je nog bleef. In de bestaande omstandigheden durf ik het
+echter wel op me nemen je nog wat hier te houden, te meer daar het in
+verband met mijn verdere plannen niet ongewenscht is. Maar we zullen
+afspreken, dat je volkomen vrij bent zelf den dag van je vertrek
+te bepalen, en dat er iedere vier weken, als de omstandigheden het
+toelaten en ik een der vliegtoestellen missen kan, een bericht naar
+je voogd gaat."
+
+Rob dankte Li voor zijn welwillende beschikkingen. Hij voelde
+inderdaad nu en dan wel een soort van heimwee naar huis, naar zijn
+schoolkameraden, naar zijn fiets en zijn voetbal; maar hij merkte
+toch ook dat dit gevoel langzamerhand minder werd. Het avontuurlijke
+van dit leven in de lucht trok hem sterk aan, en ook had hij zich
+langzamerhand zeer aan de goedgehumeurde, vriendelijke en toch zoo
+flinke en doortastende Vogel-bewoners gehecht. Bovendien verveelde hij
+zich geen oogenblik; voortdurend werd er voor de noodige ontspanning
+gezorgd: men maakte muziek aan boord, las elkaar voor, speelde
+ping-pong, en zelfs La's aangename en helder-voorgedragen lessen
+waren hem een uitspanning. Hij voelde zich goed vorderen, en was zelfs
+verder dan hij op dit oogenblik geweest zou zijn wanneer hij nog op de
+schoolbanken zat. La legde vooral op algemeene ontwikkeling den nadruk,
+hield hem op de hoogte van de nieuwste uitvindingen en ontdekkingen,
+en legde hem de politieke gebeurtenissen en verhoudingen in Europa
+uit, hoofdzakelijk door middel van de nieuwsbladen, die nu en dan
+op voorzichtige wijze aan boord gebracht werden. Daartoe daalde De
+Vogel soms des nachts in een bosch of op een bergtop, en een der
+"opvarenden" begaf zich naar een nabijliggende stad, uit den rijken
+costuumvoorraad de noodige vermomming kiezend.
+
+Nadat wederom eenige dagen verloopen waren, had Li opnieuw een ernstig
+gesprek met Rob
+
+"Over enkele dagen gaan we zeer belangrijke gebeurtenissen tegemoet,
+Rob," sprak Li. "Het oogenblik lijkt me nu gekomen je in een
+geschiedenis in te wijden, die ons allen, behalve jou, bekend is. De
+geschiedenis namelijk van mij en mijn lotgenooten. Die is de volgende.
+
+"Zooals je uit je geschiedenis zult weten, werd in 1809 door eenige
+Nederlandsche uitgewekenen, die deels om politieke redenen door
+Napoleon waren verbannen, deels vrijwillig zich aan de Fransche
+heerschappij onttrokken, een kolonie gesticht op de Russische
+grens, ten noordoosten van het Balkanschiereiland. De grond, een
+uitgestrektheid ongeveer met die van Nederland overeenkomende, werd
+daartoe van den Russischen Staat gekocht, die zich alleen enkele
+schijnbaar onbeteekenende rechten van toezicht op de jonge Republiek
+voorbehield. Tot de voornaamste kolonisten behoorde mijn grootvader,
+evenals mijn vader en ik Johan Willem van Stralen geheeten. Hij,
+een vurig patriot, een verwoed tegenstander van Napoleon, tegen
+wien hij in Spanje, Italië en Duitschland in vreemden krijgsdienst
+de wapenen had gedragen, werd tot President gekozen. Onder zijn
+krachtig beheer geraakte de Republiek binnen weinige jaren tot
+ongekenden bloei; zóo sterk ontwikkelde zij zich zelfs, dat Rusland,
+wat trouwens te verwachten was, een begeerig oog op den nabuurstaat
+begon te slaan. Mijn grootvader deed alles om de onafhankelijkheid der
+Republiek te handhaven. Doch dit was verre van gemakkelijk, vooral daar
+zijn onvervalscht Hollandsch bloed hem tot geen enkele concessie aan
+Russische wenschen of zeden liet verleiden. Hij bleef Nederlander in
+merg en been, deed alles om de Nederlandsche taal in de kolonie te doen
+voortleven, en bezielde ook zijn zoon met dergelijke gevoelens. Toen
+deze, na den dood van mijn grootvader, tot President werd gekozen, werd
+de strijd tegen den Russischen invloed onverflauwd voortgezet. Maar
+het was mijn vader niet beschoren zijn taak ten einde te brengen. Hij
+stierf aan moeraskoortsen, toen ik nog te jong was om naar de hooge
+betrekking te dingen die nu open kwam, en zijn dood was oorzaak van
+een menigte verwikkelingen. In den loop der jaren hadden zich talrijke
+vreemdelingen in de Republiek gevestigd, Turken, Oostenrijkers, maar
+vooral Russen. Ondanks de uiterste pogingen om het Hollandsch karakter
+van de Republiek te bewaren, wijzigde zich dit hoe langer hoe meer,
+en de verkiezingen, die voor de benoeming van een nieuwen President
+waren uitgeschreven, gaven aanleiding tot heftige tooneelen. De
+Russische Regeering stookte in 't geheim, vermeerderde de oneenigheid,
+en trachtte zoodoende een gelegenheid tot interventie in 't leven te
+roepen. Toen er ten slotte een botsing tusschen de Nederlandsche en de
+Russische partijen plaats had, waarbij enkele schoten werden gewisseld,
+mengde Rusland zich in de kwestie. Eenige Russische regimenten bezetten
+de hoofdstad; de orde werd met geweerschoten en knoetslagen hersteld,
+en een keizerlijke ukaze vermeldde weldra, dat de Czaar goedgevonden
+had voor de Republiek, die een gevaar voor de naburige staten begon
+te worden, persoonlijk een nieuwen President aan te wijzen, van wien
+verwacht kon worden dat hij de orde zou weten te handhaven.
+
+Oogenschijnlijk leek de keuze van dien President zeer neutraal, ja
+zelfs geheel in den geest van het Nederlandsche deel der bevolking. De
+Czaar toch had daartoe den hoogbejaarden jeugdvriend van mijn
+grootvader, den vroegeren staatssecretaris Helmont, aangewezen, die de
+algemeene achting genoot, bij iedereen, ook bij de vreemdelingen, zeer
+goed stond aangeschreven, doch die wegens zijn gevorderden leeftijd
+en zijn zeer wankelbare gezondheid in andere opzichten juist niet de
+aangewezen man voor een zoo zwaar ambt scheen te zijn. Helmont nam
+de betrekking aan, deels uit plichtsgevoel, deels onder den dwang
+der Russische Regeering, tegenover wier verpletterende overmacht
+de kleine Republiek machteloos was. Hijzelf echter, evenzeer als de
+heele bevolking, wist dat hij hoogstens voor enkele jaren tegen zijn
+moeielijke taak opgewassen zou zijn.
+
+De Russische Regeering begreep dat natuurlijk ook; in die wetenschap en
+in het feit, dat zij de waardigheid van President erfelijk verklaarde
+in de Republiek, lag echter haar geheele kracht. Helmont toch bezat
+slechts een enkele dochter uit zijn tweede huwelijk, en toen de
+oude man stierf, kwam het looden gewicht van de regeeringstaak op
+de zwakke schouders van het jonge meisje. Zij bezat de energieke,
+taaie natuur van het Hollandsche ras, en zij aanvaardde het bewind
+met het volle besef van haar groote verantwoordelijkheid; ja, zij liet
+de illusie niet los haar land eenmaal geheel van vreemden invloed te
+bevrijden. Het spreekt echter vanzelf, dat de zwaarte van haar taak
+haar menigmaal deed wankelen. Het duurde dan ook niet lang, of er
+deden zich politieke verwikkelingen voor, die de Russische diplomatie
+opnieuw aanleiding gaven zich in de aangelegenheden der Republiek te
+mengen. Dat geschiedde in het jaar 1899, juist toen het Europeesch
+Congres in St. Petersburg plaats had. De Russische afgevaardigden
+wisten hun belangen zoo goed te bepleiten, en den politieken toestand
+in de Republiek als zoo gevaarlijk voor de omringende staten voor te
+stellen, dat de groote mogendheden terwille van den Europeeschen vrede
+een besluit uitvaardigden, waarbij bepaald werd dat Rusland tot lid der
+regeering, tevens commandant van het leger, een persoon zou aanwijzen,
+die in deze functiën aan de mogendheden verantwoordelijk zou zijn voor
+de rust in de Hollandsche Republiek. Hollandsche--dit woord werd wel
+is waar in het besluit niet genoemd, want om te meer met elke hoop op
+toekomstige zelfstandigheid te breken, werd op het Congres tevens de
+naam Oranje-Republiek in Czernovië, die van de hoofdplaats, Willemstad,
+in Slavowitz veranderd! En de mogendheden zagen dit schandelijk onrecht
+aan zonder een hand uit te steken! Alleen het kleine Nederland zond
+protest op protest, Koningin Wilhelmina deed een kostbaar gedenkteeken
+plaatsen op het graf van mijn te vroeg gestorven vader, als wilde zij
+in zwijgende verontwaardiging de plek aanwijzen, waar de vrijheid der
+Oranje-Republiek van nu aan begraven lag... Overigens zweeg Europa;
+zwijgend, wreed en koud zag het toe hoe die handvol dappere Hollanders
+onderdrukt werd, evenals het toegezien had toen de Finnen, de Boeren,
+de Polen, de Denen verdrukt werden.
+
+"Het Congres-besluit was voor de Republiek het teeken van algemeenen
+rouw. Toen de eerste vertegenwoordiger der mogendheden--de Russische
+Hertog Alexander van Bora, achterneef van den Czaar--zijn intocht deed
+in Willemstad, waren alle vensters en luiken gesloten, de gordijnen
+neergelaten, de lantarens met krip omwoeld, de vlaggen halfstoks
+geheschen. Het was een vreeselijke dag, en vele dappere mannen zwoeren
+toen, dat ze hun leven zouden geven voor de vrijheid van Czernovië!
+
+"Voor mij--en nu zal ik je vertellen op welke wijze mijn geschiedenis
+aan 't zooeven verhaalde verbonden is--was deze ommekeer een dubbel
+zware slag. Ik had het land waar ik geboren was innig lief; van mijn
+grootvader en mijn vader had ik geleerd voor vrijheid en voor recht
+te leven--en desnoods te sterven. De langzame maar zekere ondergang
+van mijn land greep me hevig aan. Maar er was meer. Elizabeth
+Helmont, die na haar vader's dood de regeering had aanvaard, was
+mijn verloofde. Daar ik in dien tijd mijn studiën nog niet geheel
+voltooid had, was onze verloving nog niet openlijk bekend; maar wij
+hadden elkaar van kind af aan gekend, waren te samen opgegroeid, hadden
+elkaar altijd liefgehad. Toen haar zoo onverwacht de eerste plaats in
+'s lands vergaderzaal werd aangewezen, gaf dat een vreemde wijziging in
+onze verhouding, maar wij zagen geenszins in dat die toestand ooit ons
+toekomstig geluk in den weg zou kunnen staan. Het Congres-besluit viel
+als een donderslag. Want de bepaling, die ons beiden rechtstreeks trof,
+was deze: het hoofd van den Czernovischen Staat mocht geen huwelijk
+aangaan zonder toestemming van den Russischen Souverein.
+
+"De bedoeling hiervan was duidelijk, en de Russische diplomatie liet
+niet na, er nog menigmaal ondubbelzinnig den nadruk op te leggen,
+dat alleen een Rus het gouvernementshuis met Elizabeth zou deelen.
+
+"Hoe het kwam, dat ik slechts tweemaal een kort onderhoud met mijn
+verloofde had over deze voor ons zoo verschrikkelijke gebeurtenissen,
+zal je straks duidelijk worden. In die enkele uren echter werden we
+het over twee dingen geheel eens: nooit zouden we een ander dan elkaar
+toebehooren--maar niet eer, dan zoodra de belangen van het vaderland
+dit toelieten. We hielden onze liefde hoog, maar ook de toekomst
+van ons arme land lag ons na aan 't hart, en het op dit oogenblik
+lafhartig in den steek te laten om zelfzuchtig eigen verlangens na te
+streven--dat zou ons beiden tegen de borst gestuit hebben. Ik behoorde
+onder de eersten die Elizabeth tot standhouden aanmoedigden, die de
+begaafde, energieke vrouw, in begrippen van eer en zelfverloochening
+opgevoed, steunden bij haar onvermoeid streven den Oud-Hollandschen
+naam hoog te houden. Wij hadden geduld, wij konden wachten; eerst
+ons land, daarna wijzelf.
+
+"Mijn verhaal nadert nu tot de omstandigheden waaronder De Vogel
+ontstond. Je moet weten, dat ik aan de universiteit te Willemstad voor
+ingenieur studeerde, en wel speciaal op 't gebied van machinebouw. Als
+kind was ik al 'n knutselaar geweest, en ik had altijd gedroomd 'n
+groot uitvinder te zullen worden. In de electriciteit lag, meende ik,
+de toekomst, en daar in de Oranje-Republiek reeds sinds jaren in alle
+bedrijven de stoom was afgeschaft, voertuigen, fabrieken, kortom alle
+machinale beweging, ook de verlichting, door electriciteit werden
+gevoed, had die meening een redelijken grond. Het jaar, waarin het
+Congres-besluit werd uitgevaardigd, voltooide ik mijn studies door
+een practischen cursus in de werktuigen-fabriek en het laboratorium
+van den Staats-Adviseur voor technische zaken, de geleerde professor
+Lingmans, een schatrijk man, die zijn vermogen en zijn leven wijdde aan
+wetenschappelijke uitvindingen ten bate van den Staat. Het eiland Riva,
+aan de Zwarte-Zeekust, dat hem persoonlijk toebehoorde, was geheel
+ingericht voor zijn werkzaamheden; daar woonde dagelijks een honderdtal
+studeerende jongelui zijn cursussen en proefnemingen bij. Daar werkte
+hij ook onvermoeid aan zijn bestuurbaar luchtschip, dat hij reeds
+tot een ongekende trap van volmaking had gebracht. Gelukte het hem
+zijn theorie geheel in toepassing te brengen, dan zou zijn reeds
+in heel Europa gevestigde naam met onvergankelijken roem overladen
+worden. Iedereen wist, dat hij onophoudelijk aan zijn groote uitvinding
+werkte, maar de details ervan waren een geheim. In een zeer groote
+loods, waar trouwens meer proeven genomen en uitvindingen gedaan werden
+waarvan niets uitlekte, was de ballon verborgen, en daar kwamen,
+behalve Lingmans, slechts enkele ingewijden: de oud-genie-officier
+Melling, de directeur van de militaire luchtscheepvaart-compagnie Van
+Woelderen, de gouverneur van de Zeevaartschool Halmans, de luitenant
+der pantserfort-artillerie Weeningh, de doctor in de chemie Lenthoven
+en de ingenieur Van Stralen. Wanneer je die namen hoort, zou je zoo
+zeggen, dat 't meerendeels mannen van middelbaren leeftijd waren. Maar
+dat is niet zoo. Ze wisselden af tusschen de twintig en de dertig; in
+de Oranje-Republiek riep men bij voorkeur de kundigsten tot openbare
+ambten, zonder in de eerste plaats naar den leeftijd te vragen;
+een naar mijn inzicht zeer juist beginsel. Het kwam zoodoende wel
+voor, dat een kapitein van dertig, twee-en-dertig jaar tot militair
+adviseur van den Staat werd benoemd, en zoo lang het Hollandsche
+element onvervalscht was, en de jeugd in de beginselen van mijn
+grootvader werd opgevoed, kwam zooiets iedereen natuurlijk voor en
+gaf het nooit aanleiding tot afgunst.
+
+"Om je nu maar dadelijk uit den droom te helpen, wil ik je vertellen,
+dat de personen die ik je zooeven opnoemde, in dezelfde volgorde
+genomen, met Lingmans te beginnen, tegenwoordig heeten: La, Mu,
+Naf, Nef, Nof, Lo--en Li! Ik wil mezelf niet roemen, maar uit de
+omstandigheid, dat professor Lingmans onder zijn vele leerlingen
+mij het eerst tot ingewijde in zijn uitvinding had gekozen, kun je
+opmaken dat ik zijn lessen niet zonder vrucht had gevolgd.
+
+"En nu komt het groote feit, dat de directe aanleiding werd tot onze
+tegenwoordige onderneming.
+
+"Eén dag vóor Hertog Alexander zijn intocht deed binnen Slavowitz,
+hadden Lingmans en wij de laatste hand gelegd aan De Vogel. De
+grendels van het openslaande dak der loods waren losgemaakt; het
+luchtschip was geheel gereed om op een wenk van den maker, door het
+stuksnijden van een enkel touw, omhoog te stijgen, de vrije lucht
+in. Drie dagen later stonden we met ons zevenen op het bovendek van
+De Vogel. Niemand wist, hoever het met 't werk stond; het liep tegen
+den avond, alle werklieden en studenten hadden het eiland verlaten;
+de zon was reeds ondergaan. Het plan van Lingmans was, dien avond op
+te stijgen, De Vogel boven de stad te doen stilhouden, en dan opeens
+al de electrische lichten aan boord te ontsteken, zoodat de bevolking
+verbaasd omhoog zou zien, en weten dat de luchtscheepvaart een nieuw
+stadium was ingetreden.
+
+"Alles was gereed; op een wenk van La sneed ik het touw door.... De
+Vogel zette zich langzaam en statig in beweging.... reeds waren
+we ongeveer vijf-en-twintig meter gestegen.... daar weerklonk een
+donderend geraas, alsof orkanen en onweders uit alle hoeken van
+het heelal gelijktijdig losbraken! De hemel was rood en zwavelgeel
+gekleurd, bliksemflitsen doorsneden het luchtruim, onder ons spatte
+en schuimde de zee huizenhoog op, een dichte grijze nevel onttrok de
+aarde aan ons gezicht, een hoos van zand en steenen wervelde omhoog
+en deed De Vogel hulpeloos ronddraaien....
+
+"Het was een ontzettend geweld. Hooren en zien verging ons, en
+gedurende enkele minuten waren we allen onze bezinning kwijt. Mu was
+de eerste die zijn tegenwoordigheid van geest herkreeg; hij draaide
+den stuurkruk snel en krachtig eenige malen om--als een pijl schoot De
+Vogel eenige honderden meters omhoog, buiten het bereik der woedende
+elementen.
+
+"Langzamerhand begonnen we den omvang van het gebeurde te overzien. Het
+bleek dat een geweldige zeebeving het gansche eiland met al wat er op
+was had verwoest, voor honderdduizenden aan waarde, al La's kostbare
+bezittingen, vernietigend!
+
+"De kalmte van La was bewonderenswaardig. "Mijn doel is immers
+bereikt," zei hij rustig. "De Vogel vliegt--en hoe!" En toen voegde
+de even geleerde als edele man er aan toe: "Hoe gelukkig, dat er geen
+menschen op het eiland waren! Daarvoor moeten wij in de eerste plaats
+dankbaar zijn."
+
+"Daar zweefden wij nu honderden meters boven de aarde. Het was
+inmiddels geheel donker geworden, onze lichten, toen nog niet zoo
+volmaakt als nu, doorboorden slechts moeielijk den zwaren nevel. We
+bezaten ook nog niet die uitstekende middelen om ons te oriënteeren,
+en Mu kon in 't minst niet vaststellen waarheen hij ons bracht. Toen
+gelastte La, den ballon zwevende te houden, en we kwamen in de
+commandantskamer bijeen om te beraadslagen over hetgeen ons te
+doen stond.
+
+"Mij, als jongste, werd het eerst mijn meening gevraagd. Ik had die
+al gereed. In de beide dagen na den intocht van Hertog Alexander
+had ik, in wanhopige gesprekken met Elizabeth, op de onzinnigste
+middelen gepeinsd om een uitweg te vinden. Als gevolg daarvan
+was een plan in me gerijpt, dat ik niemand, ook Elizabeth niet,
+had meegedeeld. Alleen had ik me voorgenomen, het La in vertrouwen
+ter beoordeeling voor te leggen. Ik wilde hem, niet minder vurig
+patriot dan ikzelf, voorstellen, zijn uitvinding in dienst te brengen
+van het vaderland. Wetend, over welke verschrikkelijke wapenen La
+beschikken kon, hoe onuitputtelijk zijn geniale hersens waren in
+het uitvinden van middelen om de natuurkrachten aan zijn wil te
+onderwerpen, had ik ingezien dat niets ter wereld in staat zou zijn
+met vrucht een strijd te beginnen tegen den onoverwinnelijken Vogel,
+voorzien als deze was van alle denkbare hulpmiddelen om den wil van
+een handvol vastberaden mannen tot zelfs den machtigsten potentaten
+der aarde op te dringen. Kort en goed: ik stelde de vergadering voor,
+reeds nu, op dit oogenblik, La's beginsel in toepassing te brengen:
+alles voor het vaderland! Jong en geestdriftig als ik was, hield ik
+een gloeiende rede, wees nogmaals op het schandelijk onrecht dat ons
+land werd aangedaan en eindigde met te zeggen, dat wij, door ons van
+den persoon van Hertog Alexander, ja desnoods van den Czaar zelf,
+meester te maken, de toekomst van de Oranje-Republiek in handen
+hadden! En wat beteekende het voor ons, zulk een slag te slaan? De
+groote snelheid, die De Vogel ontwikkelen kon, stelde ons immers in
+staat, plotseling van uit groote hoogte neer te schieten, den Prins
+of den Czaar op een wandeling of een rijtoer te verrassen, en ons
+dan met onzen kostbaren buit uit de voeten te maken. Als voorwaarde,
+waarop we onzen gevangene zouden uitleveren, konden we dan de meest
+volkomen waarborgen vragen voor de onafhankelijkheid van ons land!
+
+"Toen ik uitgesproken had, heerschte er eenige seconden diepe
+stilte. Mannen als de daar vergaderden waren niet gewend overijlde
+besluiten te nemen of in de vervoering van het oogenblik een voorstel
+toe te juichen, waarvan zij de degelijkheid nog niet grondig hadden
+onderzocht.
+
+"La was de eerste die sprak.
+
+"Het voorstel van Van Stralen hangt nog in de lucht," zei hij. "Maar
+het komt me voor, dat het zeer goed tot een levensvatbaar plan is
+uit te werken. Ja, ik ben daarvan zoo overtuigd, dat ik nu reeds wijs
+op de groote voordeelen, welke het zooeven gebeurde ongeluk voor ons
+heeft. Riva is verwoest, met al wat er op was. Van het feit, dat wij
+ontkomen zijn, is niemand bewust; evenmin zijn er sporen te vinden
+die dit feit zouden kunnen uitwijzen. Ieder is ervan overtuigd,
+dat wij zijn omgekomen; over acht dagen zijn de opvolgers voor
+onze betrekkingen aangewezen. Meer wil ik voorloopig hierover niet
+zeggen. Overhaasting is schadelijk. Voor heden breng ik daarom alleen
+in rondvraag, of iemand er iets tegen heeft, tot morgenochtend met
+De Vogel verborgen te blijven, om daarna tot nadere beraadslagingen
+over te gaan. We hebben dan allen tijd tot nadenken gehad." Niemand
+had hiertegen bezwaar, en zoo hield Mu dien nacht De Vogel achter
+een dikke wolkenlaag drijvende.
+
+"Den volgenden morgen riep La ons opnieuw bijeen en sprak:
+
+"Wat mij betreft, ik ben besloten, evenals Van Stralen, op De Vogel
+te blijven en onze aanwezigheid voor ieder verborgen te houden, totdat
+we op goede grondslagen een operatieplan hebben gebouwd, in elk geval
+niet weer naar de aarde terug te keeren eer we de volkomen zekerheid
+hebben dat een onderneming, als door Van Stralen voorgesteld, totaal
+onuitvoerbaar is. We zijn allen ongetrouwd; ik geloof niet, dat er
+bezwaar is, gezamenlijk die onderneming door te zetten. Natuurlijk
+is ieder echter vrij, te doen wat hij wil. Morgenochtend komen we
+opnieuw bij elkaar. Wie dan besloten heeft heen te gaan, zal ik op
+de aarde terugbrengen; het spreekt vanzelf dat ik van hem volkomen
+geheimhouding verwacht."
+
+"Den volgenden morgen vergaderden we wederom, en zooals te verwachten
+viel, wenschte niemand zijn vrijheid terug.
+
+"Toen stelden we een uitgebreid programma op, waarvan de hoofdinhoud
+hierop neerkwam, dat we Hertog Alexander, een bekend jager, op een
+zijner jachtpartijen in de boschrijke streken rond Willemstad zouden
+trachten op te lichten. Er werd echter tevens besloten, dat we daartoe
+niet zouden overgaan, eer De Vogel, die ondanks zijn hooge mate van
+volmaaktheid, nog in zijn kindsheid verkeerde, volkomen voor zijn
+taak berekend zou zijn. Daarom zwierven we nog vele maanden rond,
+dien tijd gebruikend om de talrijke verbeteringen aan te brengen,
+die ons luchtschip tot zijn tegenwoordige ontwikkeling brachten. In
+dien tijd stichtten we ook onze nederzetting op Green-Island,
+benevens een verborgen schuilplaats in de hoogste toppen van het
+Himalaya-gebergte, waar we nu en dan neerdaalden als we--wat in
+'t begin dikwijls gebeurde--er naar verlangden weer eens vasten
+grond onder de voeten te hebben. In die periode verdeelden we ook
+onze werkzaamheden zooals die op 't oogenblik verdeeld zijn, en werd
+ik op uitdrukkelijk verzoek van La, die zijn tijd geheel aan nieuwe
+uitvindingen en verbeteringen wilde blijven wijden, tot commandant
+benoemd. We kregen toen ook onze tegenwoordige onpersoonlijke namen,
+en kwamen langzamerhand tot de gewoonten en gebruiken, die jij nu
+ook hebt leeren aannemen, en die niet anders zijn dan de vervolmaking
+van de reeds jaren in de Oranje-Republiek heerschende beginselen.
+
+"In al dien tijd heb ik Elizabeth niet gezien; dat zij echter getrouw
+is gebleven aan haar overtuigingen, daarvan ben ik zeker. Door
+courantenberichten en geregelden spionnendienst zijn we steeds
+op de hoogte gebleven van de politieke gebeurtenissen in Europa,
+speciaal in Czernovië, en we weten ook dat binnen enkele weken het
+juiste oogenblik gekomen is om onzen slag te slaan. Hertog Alexander
+wordt algemeen genoemd als de aanstaande gemaal van Elizabeth, en
+zijn nakomelingen zullen de koningskroon ontvangen, om Czernovië als
+Russischen vazalstaat te regeeren.
+
+"Onze tocht naar Engeland is slechts een uitstapje geweest, een
+afwijking van het programma, die ik mij meende te mogen veroorloven. Nu
+gaat het recht op Slavowitz aan, en je begrijpt hoe ik er naar verlang
+mijn vaderland terug te zien, het te bevrijden, en"--besloot Li
+zijn lang verhaal met een diepen zucht--"Elizabeth wederom de mijne
+te noemen!"
+
+Rob had gespannen geluisterd; toen Li geëindigd had, zwegen beiden
+geruimen tijd.
+
+Rob's bewondering voor deze dappere mannen, die al hun moed en hun
+kennis in dienst stelden van hun ideaal, groeide met het oogenblik,
+en vooral voelde hij eerbied voor de zelfverloochening, waarmee Li
+zijn toch zoo zwaar wegende persoonlijke belangen aan de goede zaak
+ten offer bracht. Hij drukte Li krachtig de hand, en beloofde alles
+in het werk te stellen om naar vermogen van krachten tot de bereiking
+van het grootsche doel mede te werken.
+
+Toen zij weer naar hun bezigheden terugkeerden, was elk hunner
+overtuigd in den ander een waar en trouw vriend gevonden te hebben.
+
+
+
+
+
+NEGENDE HOOFDSTUK.
+
+EEN ONVERWACHT AVONTUUR.
+
+ De kust van Tripolis.--De leeuwenjacht.--De onderaardsche
+ gewelven.--In handen van menscheneters!--De ontdekkingsreiziger
+ Korling als goochelaar.--De vlucht.--Weer op De Vogel!
+
+
+Het was 4 December 1901 geworden, en De Vogel daalde neer op de kust
+van Tripolis, eenige mijlen ten oosten van Bengasi, waar niet veel kans
+bestaat opgemerkt te worden. De streek is daar eenzaam en onbewoond.
+
+Hier was het punt waar Nof zich met den vliegtoestel weer bij zijn
+reisgenooten zou voegen.
+
+Toen De Vogel neerdaalde, was het tien uur in den morgen; men wist dat
+Nof tegen den middag kon aankomen, en er werd daarom besloten De Vogel
+onder toezicht van Mu, en onder een groep palmboomen verborgen, achter
+te laten. De anderen wilden dan een tochtje maken door 't kustgebergte,
+wat volgens de Vogelbewoners veilig kon geschieden, daar deze streek
+tot eenige mijlen landwaarts in geheel onbewoond was. De plantengroei,
+de mooie vergezichten, die men hier en daar over de Middellandsche
+Zee had, dit was aanleiding genoeg om het uitstapje te wagen.
+
+Van eenig voedsel voorzien, en als altijd met de gaspistolen en de
+voorraadtasch bij hen, gingen de zes mannen aan land, Mu de boodschap
+achterlatend, dat ze niet vóor den avond zouden terugkomen.
+
+Hoewel de zon fel scheen, het zand en de rotsen den gloed weerkaatsten,
+vergat men dat gaarne voor het prachtige landschap, dat bij elken pas
+de bewondering opwekte. Nu en dan beklom men een kleinen heuvel, en
+vandaar had men een prachtig uitzicht op den Middellandschen Oceaan,
+die met recht zijn bijnaam "de Blauwe Oceaan" mocht dragen, want de
+golven zagen er uit als vloeibare blauwe edelgesteenten, die in de
+zonnestralen gloeiden en flonkerden.
+
+Op eens bleef Rob staan, greep Li bij den arm en wees op een hoog
+rotsblok, dat eenige honderden meters meer zuidwaarts lag.
+
+"Een leeuw!" zei Li, zoo kalm alsof hij een onschuldig huisdiertje
+gezien had in plaats van dezen woestijnkoning.
+
+"Een leeuw!" herhaalden de anderen.
+
+Hoewel vertrouwend op hun wapens, bleven toch allen onbewegelijk staan,
+onwillekeurig onder den indruk bij het zien van dit majestueuse dier,
+dat, de naderenden bemerkend, opgestaan was uit zijn lui-liggende
+houding, en den staart langzaam heen en weer bewoog.
+
+De leeuw deed een dreigend gebrul hooren, dat door de rotsen
+honderdvoudig werd weerkaatst, en nu vertoonde zich naast hem een
+minder groot, niet zoo majestueus dier, dat een leeuwin bleek te
+zijn. Beiden bleven op de plaats waar ze waren, nu en dan een dof
+gebrul uitstootend, en zonder de reizigers uit het oog te verliezen.
+
+"Het is het beste, dat we er recht op af gaan," zei Li. "Omkeeren
+en vluchten zou dwaasheid zijn, dan hebben ze ons weldra met enkele
+sprongen ingehaald."
+
+Rob voelde het hart in de keel kloppen.
+
+Hij was niet bang van aard, maar den leeuw kende hij tot nog toe alleen
+uit Artis, waar de tralies hem veilig van den toeschouwer scheiden. Het
+was wel een schouwspel om ook den moedigste angst aan te jagen, daar
+zoo van aangezicht tot aangezicht tegenover dit machtige dier te staan.
+
+Maar de overigen waren op hun reizen aan zulke ontmoetingen gewoon
+geraakt, en zonder een oogenblik te aarzelen, gingen ze recht op het
+leeuwenpaar af, de pistolen gereed houdend.
+
+Als verbaasd over zooveel stoutmoedigheid, bleven de beide dieren
+staan, totdat de mannen op ongeveer twintig meter waren genaderd.
+
+Toen deed de leeuw een geweldigen sprong naar beneden, en kwam brullend
+op Li af, die rustig staan bleef.
+
+Het dier was hem tot op vijf passen genaderd, het hief den
+verschrikkelijken klauw op, en Rob verwachtte elk oogenblik zijn
+onverschrokken vriend ter aarde te zien storten.
+
+Maar Li richtte bedaard, trok af, en, door het uitstroomende gas
+bedwelmd, bleef de leeuw zonder zich te verroeren bewusteloos aan
+Li's voeten liggen.
+
+Een tweede schot, en de inmiddels toegesprongen leeuwin had hetzelfde
+lot ondergaan.
+
+"Een prachtig dier," zei Li. "Ik houd er niet van een weerloos
+dier te dooden, vooral niet een, dat ons volstrekt geen kwaad heeft
+gedaan. Maar anders zou zijn huid een fraai figuur maken als haardkleed
+in onze eetzaal."
+
+"Laten we verder gaan," zei La. "Deze dieren zijn voor vierentwintig
+uur buiten gevecht gesteld; tegen dat zij bijkomen, hebben wij Afrika
+al verlaten."
+
+Men beklom nu de rots, om te zien of zich daarboven het hol van de
+leeuwenfamilie zou bevinden. Men vond er echter tot zijn verrassing
+slechts een soort leger van gedroogde planten, waar de dieren hun
+middagslaapje hadden willen doen, en, om zich heen ziende, bemerkte
+Rob op eens twee jonge leeuwtjes, niet grooter dan een flinke kat,
+die angstig zaten te kijken waar hun ouders bleven, en nu en dan een
+gehuil deden hooren als van een bevreesd, verdwaald kind.
+
+"Daar moesten we er een van vangen en tam maken," zei La, "we zouden
+dan op De Vogel ook een huisdier hebben."
+
+"Misschien kan 't wel als waakhond dienen," zei Rob.
+
+Men ging nu op de beide dieren toe, die echter verschrikt op de
+vlucht sloegen.
+
+Gedurende eenige minuten liepen de mannen ze na, de dieren niet uit
+het oog verliezend.
+
+Op eens waren ze beiden als in een rotswand verdwenen. Slechts een
+opening van ongeveer een halven meter doorsnede toonde aan waar ze
+verdwenen waren.
+
+"Ha!" zei Li, "daar hebben we het leeuwenhol! Daar moeten we in."
+
+Hij ging op den buik liggen, en trachtte naar binnen te zien. Het
+was daar echter geheel donker. Het hoofd en de schouders naar binnen
+werkend, ontstak hij zijn electrische lamp en verlichtte daarmee
+het hol.
+
+"Het hol wordt van binnen wat wijder," zei Li, "we zouden er wel in
+kunnen kruipen."
+
+"Maar als er nu eens nog meer leeuwen in waren?" onderstelde Rob,
+'n beetje beangst.
+
+"Dat zal niet," zei Li, "er woont nooit meer dan éen leeuwenfamilie
+tegelijk in een hol."
+
+"Maar," riep op eens La, "het kan immers onmogelijk een leeuwenhol
+zijn! Door die kleine opening kunnen die groote dieren toch niet
+naar binnen!"
+
+Men zag de juistheid van die opmerking in, doch nu was men slechts
+te nieuwsgieriger om te weten te komen wat dit voor een onderaardsche
+gang was.
+
+"Laten we er in gaan," zei Li, als altijd door het avontuurlijke
+aangetrokken.
+
+Niemand had daar iets tegen, en nu ging men een voor een, Li vooruit,
+naar binnen, allen met de electrische lantaarn in de hand.
+
+Gedurende eenige meters moest men op den buik voortkruipen; toen
+werd de gang hooger en breeder, en kon men gaan staan. Voor zich
+uit ziende, bemerkte men zich in een soort onderaardsche straat te
+bevinden, die over een onafzienbaren afstand in rechte lijn doorliep.
+
+La bukte zich, en onderzocht den bodem.
+
+"Dit is waarschijnlijk een oude stroombedding," zei hij, "de aard
+van den bodem wijst er op. Vermoedelijk heeft vroeger een rivier hier
+voor een deel van zijn loop onder de aardoppervlakte doorgestroomd."
+
+"Dan zou 't wel aardig zijn eens te onderzoeken waar deze gang aan
+de andere zijde uitkomt," zei Li.
+
+Zijn voorstel vond bijval en nu begon men in zuidelijke richting
+door te loopen, hier en daar losse steenen tot hoopjes opstapelend,
+om op die manier bij het teruggaan een herkenningsteeken te hebben.
+
+Na ongeveer tien minuten in rechte lijn te hebben doorgeloopen, kwam
+men op een soort pleintje, waarop, behalve de weg dien men gevolgd was,
+verscheidene andere gangen uitmondden. Enkele daarvan liep men in,
+doch deze bleken slechts weinige meters diep te zijn; daar niemand
+voorkeur had voor een bepaalde richting, en dat ook moeielijk hebben
+kon, besloot men den weg te volgen die ongeveer in het verlengde van
+den oorspronkelijken lag.
+
+Na een kwartier te zijn voortgegaan, besloot men halt te houden,
+en eenig voedsel te gebruiken.
+
+Dit middagmaal onder de oppervlakte van den beganen grond had voorzeker
+iets eigenaardigs, en deed den lust tot avonturen nog toenemen.
+
+Toen men weer reisvaardig was, had alleen La eenig bezwaar tegen den
+verderen tocht.
+
+"Is het eigenlijk geen dwaasheid," zei hij, "een onbekenden weg naar
+een onbekend doel te blijven volgen, zonder dat ons dat, naar alle
+waarschijnlijkheid ten minste, eenig nut kan opleveren?"
+
+In die uitspraak lag ongetwijfeld veel waars, maar de meeste stemmen
+verklaarden zich toch voor het doorzetten van den tocht, ten eerste
+omdat men wou volvoeren wat men eenmaal begonnen was, en ten tweede
+omdat men immers elk oogenblik kon terugkeeren wanneer de onderneming
+gevaarlijk of te langdurig zou blijken te zijn.
+
+Men ging dus verder.
+
+Rob bleef echter staan en vroeg:
+
+"Wie heeft dit doosje lucifers laten liggen?"
+
+"Lucifers?" vroeg La verwonderd, "dat kan jijzelf alleen gedaan
+hebben. Zulke dingen van barbaarschen oorsprong worden aan boord van
+De Vogel niet gebruikt. Daar heerscht de electriciteit oppermachtig."
+
+"Maar ik had heelemaal geen lucifers bij me toen ik aan boord kwam,"
+zei Rob, het doosje bekijkend. "Het moet van een van jullie zijn."
+
+Ook de anderen bekeken het doosje, maar het bleek geen van allen toe
+te behooren. Het droeg een Hollandsch etiket en was blijkbaar ook in
+Holland gemaakt.
+
+"Dat is vreemd," zei La. "Steek het bij je, Rob. Na dezen vondst zou
+ik er voor zijn den tocht voort te zetten."
+
+Nog gedurende een half uur ging men verder.
+
+Nu eens moest men op den buik kruipend voortgaan, daar de zoldering
+zich verlaagde, dan weer waadde men tot over de enkels door het water,
+waarmee enkele gangen waren volgeloopen. Het aangenaamste van dit
+verblijf onder den grond was de heerlijke koele temperatuur die er
+heerschte, in tegenstelling met de brandende warmte daarboven.
+
+De vondst van het doosje lucifers, waaraan La zeer veel waarde scheen
+te hechten, was aanleiding dat men telkens naar den grond zag,
+hopende nog iets dergelijks te vinden. En inderdaad raapte Nef na
+eenigen tijd een knoop op.
+
+Tot aller verbazing droeg deze--zooals trouwens meer op knoopen
+voorkomt--een randschrift. Niet over dit feit op zichzelf was
+men verbaasd, maar over de woorden die er stonden: F. Sinemus,
+Leidschestraat, Amsterdam.
+
+Wel, dit was de naam van een bekend Amsterdamsch magazijn, zooals
+Rob meedeelde. Hoe kwam die Hollandsche knoop hier verzeild?
+
+La scheen iets te vermoeden, maar zei niets.
+
+De tocht werd voortgezet.
+
+Een paar maal bleek men zich, door 't voortdurend kronkelen en wenden
+dat de gangen sedert eenige minuten deden, in de richting te hebben
+vergist, en kwam men langs een omweg weer op een punt terug dat men
+eenigen tijd te voren verlaten had. Dat maakte de reis lastig en
+tijdroovend, maar nu men eenmaal zooveel moeite gedaan had, was men
+het er over eens, dat men tot het einde zou doorgaan.
+
+Met nieuwen moed legde men opnieuw een weg van ongeveer vijftien
+minuten af.
+
+Toen bukte La zich en raapte een stukje papier op, dat de aandacht der
+anderen ontsnapt was. Het was blijkbaar een snipper van een grooter
+stuk, en bevatte niets dan enkele onleesbare, afgebroken woorden,
+en onderaan in een hoek de letters W.K.
+
+"W.K! Zou het mogelijk zijn!" mompelde La onder het verder gaan,
+zonder dat zijn verbaasde reisgenooten hem tot een nadere verklaring
+konden brengen.
+
+Weer vorderde men tien minuten, toen Li, die vooraan liep, de anderen
+opeens tot stilstaan dwong en den vinger op de lippen legde, ten
+teeken dat ze zouden zwijgen.
+
+Allen luisterden nu in gespannen aandacht, en daar hoorde men op
+eenigen afstand een verward geluid van stemmen, dat nu en dan door
+gejuich scheen te worden onderbroken.
+
+"Deze gewelven zijn bewoond!" fluisterde Li.
+
+"Zouden we verder durven gaan?" vroeg een van de anderen.
+
+"Mits met voorzichtigheid, _moeten_ we verder gaan," zei La nu. "Ik
+geloof dat onze tocht nu _een doel_ begint te krijgen."
+
+Voet voor voet ging men nu voorwaarts.
+
+Bij het omslaan van een hoek sprong Li opeens terug, en dwong de
+anderen zich tegen den wand gedrukt op te stellen.
+
+Voorzichtig keek Li om den hoek, en wenkte toen de anderen, dat ze
+nader konden komen. Nog enkele passen slopen ze vooruit, en toen trok
+een zeer merkwaardig schouwspel, dat ze door een smallen spleet in
+de rotsen konden bijwonen, hun aandacht.
+
+In een met flambouwen verlichte groote ruimte, die waarschijnlijk wel
+met deze gangen in verband zou staan, bevonden zich een groot aantal
+negers, die allen slechts spaarzaam gekleed waren, en waarvan de
+meesten om polsen en enkels ringen van doodsbeentjes, vruchtenpitten
+en dierentanden droegen. Ze zaten meerendeels op den grond gehurkt,
+slechts enkelen stonden, en allen waren gewapend met een schild en
+een speer.
+
+De heele vergadering had den rug naar de verborgen toeschouwers
+gekeerd, en zag met groote aandacht naar den tegenoverliggenden wand
+der "zaal," waar klaarblijkelijk het een of ander gebeurd was dat zij
+zeer merkwaardig vonden, doch waar op het oogenblik niets bizonders
+te zien was.
+
+Hoe vreemd het moge klinken, het geheel maakte den indruk van een
+schouwburg, waarin de negers de toeschouwers vormden.
+
+En weldra zagen Li en zijn vrienden tot hun groote verbazing, dat
+hier inderdaad een soort van voorstelling plaats had, die men eer in
+een West-Europeesch land dan in deze Afrikaansche wildernissen zou
+gezocht hebben.
+
+Een rechthoekig gedeelte van den donkeren wand, dat het tooneel scheen
+te vormen, werd plotseling hel verlicht.
+
+Men zag nu een houten vierkant tentje van ongeveer 2 M. hoog, 1.5
+M. diep en 1.5 M. breed, waarvoor naar beide zijden opengeslagen
+gordijn hingen. Het houten huisje was geheel ledig.
+
+Onder een oorverdoovende muziek, die de negers op steenen, met huiden
+overspannen potten en op lange rieten fluiten te weeg brachten, kwam
+nu een man naar voren, die geheel het voorkomen had van een neger, ook
+zwart van gelaatskleur was, doch wiens bewegingen schenen aan te duiden
+dat hij van een ander ras was. Hij stak de hand op en gebood stilte.
+
+Nu begaf hij zich in het huisje, en werd door een helper aan den
+achterwand vastgemaakt. Dit geschiedde door zijn nek, zijn enkels
+en zijn polsen te omsluiten met halfcirkelvormige banden, die aan
+den achterwand waren vastgemaakt, en om een hunner uiteinden konden
+draaien. Het andere uiteinde werd daarna door negers uit het publiek,
+die zich daartoe kinderlijk opdringend aanboden, met hangsloten aan
+een eveneens in den wand gestoken oog bevestigd. De sloten werden
+omgedraaid en daarna gingen de gelukkige eigenaars der sleutels weer
+naar hun plaatsen terug, overtuigd dat een hangslot als 't hunne,
+waarover ze een week lang met hun gebrekkige hulpmiddelen hadden
+gesmeed, nooit te openen zou zijn.
+
+De helper schoof nu het gordijn dicht. Enkele seconden daarna, terwijl
+dezelfde helsche muziek de pauze had aangevuld, opende de helper het
+gordijn--en de gevangene was gevlogen!
+
+De negers waren stom van verbazing. Ze liepen op het huisje toe,
+rukten aan hun hangsloten, maar begrepen niet hoe men deze, trouwens
+nu weer gesloten, voorwerpen had kunnen openen.
+
+Een stormachtig gejuich ging op, en de vertooner van het kunststuk
+moest allerlei huldebetuigingen in ontvangst nemen.
+
+De achter de rots verborgen toeschouwers keken elkaar met een glimlach
+aan. Wat beteekende deze kermisvertooning hier in de wildernis,
+bijgewoond door een natuurvolk, dat van zulke uitvindingen der
+beschaving nooit gedroomd had?
+
+Zij hadden echter niet veel tijd tot nadenken, want de voorstelling
+scheen hiermee geëindigd, en het gezelschap maakte aanstalten tot
+heengaan.
+
+Om zich niet te verraden, bleven de zes mannen onbewegelijk in hun
+hoekje zitten, hopend onbemerkt te ontsnappen zoodra de zaal leeg was.
+
+Zij hadden echter niet er op gerekend, dat de "schouwburg" zijn
+voornaamsten uitgang had naar de gewelven waar zij zelf zich op het
+oogenblik bevonden, en voor zij er op bedacht waren, stond een tiental
+negers verbaasd naar hen te kijken.
+
+Tegenwoordigheid van geest was het eenige wat onze vrienden redden
+kon. In de handen te vallen van dezen negerstam had niet de minste
+bekoring voor hen, en het was dus zaak door een vastberaden optreden
+te doen zien dat ze niet van plan waren zich gevangen te geven.
+
+Zes gaspistolen gingen af, en de voorste rijen der negers vielen
+bewusteloos neer. Snel hun neusknijpers opzettend brandde de kleine
+troep dapperen nogmaals los, en ook een rij van de nu opdringende
+negers viel neer. Maar het aantal was te groot, en een in het nu
+geopende gewelf binnendringende luchtstroom joeg het bedwelmende
+gas weg. Ook van uit andere gangen kwamen negers aansnellen, en de
+overmacht was zoo groot, dat het onverschrokken zestal weldra overmand
+en gebonden werd weggevoerd.
+
+Dat was een verschrikkelijke gebeurtenis.
+
+In het begin had men een flauwe hoop, dat er met zulke moderne
+negers, die vertooningen hielden, waarmee men in het Amsterdamsche
+Rembrandt-Theater een goed figuur zou maken, wel te redeneeren zou
+zijn. Maar weldra bleek niet alleen, dat men zich op geen enkele
+manier verstaanbaar kon maken, doch ook dat men blijkbaar met een
+bloeddorstigen stam te doen had, getuige de talrijke trofeeën van
+schedels en doodsbeenderen, die men opgesteld zag in een ander,
+eveneens met flambouwen verlicht gedeelte van de gewelven, waar de
+zes vrienden nu heengebracht werden.
+
+Eenige zeer rijk versierde negers, die blijkbaar tot de
+regeeringspartij van den stam behoorden, namen nu op een
+uit rotsblokken gevormde verhevenheid plaats, en schenen
+raad te houden. Zij gaven een teeken, en de gevangenen werden
+voorgebracht. Eerst beproefde men elkaar door gebaren te begrijpen,
+maar toen dit geheel mislukte, scheen een der hooge heeren op een
+beter denkbeeld te komen. Hij zond een boodschapper af, en deze kwam
+terug met den helper, die zooeven bij de comedievoorstelling had
+geassisteerd. Men wilde hem blijkbaar als tolk doen dienen.
+
+Benieuwd wat deze neger van zijn betrekking terecht zou brengen, keken
+de gevangenen toe. Het opperhoofd gaf den tolk eenige instructies,
+en tot groote verbazing der zes mannen, vroeg de neger hun in zuiver
+Hollandsch:
+
+"Wie van u is de verantwoordelijke persoon van uw expeditie?"
+
+"Ik," antwoordde Li.
+
+"Het opperhoofd van den stam der Ligo-Ambura [1] vraagt of zij u
+zonder gevaar uw wapens kunnen afnemen."
+
+"Dat kan," zei Li, "maar wij zullen ze zelf wegleggen, want wanneer een
+oningewijde ze aanraakt, zal hij groote rampen over den stam brengen."
+
+De tolk bracht dit antwoord over, en het opperhoofd gelastte nu,
+dat Li hem de pistolen zou brengen.
+
+Het opperhoofd keek er eenigszins angstig naar, en liet toen door
+den tolk weten, dat hij verlangde er mee te zien schieten. Tevens
+gaf hij bevel een der andere negers als doel te gebruiken.
+
+Li deed hem opmerkzaam maken, dat dit niet ging, want dat de neger
+dan bewusteloos zou neervallen.
+
+Maar dat scheen het opperhoofd een zaak van ondergeschikt belang,
+en hij herhaalde zijn bevel zoo dreigend, dat Li wel moest gehoorzamen.
+
+Er werd nu een slaaf voorgebracht, en Li schoot een gaspatroon op hem
+af, met het gevolg, dat de man bewusteloos neer viel, veroordeeld om
+daar vier-en-twintig uur te blijven liggen.
+
+Deze uitwerking bracht er eenigszins den schrik in, vooral toen de
+gassen bovendien nog vier andere negers, die in de nabijheid stonden,
+eveneens bewusteloos deden worden. Het opperhoofd kreeg nu zooveel
+ontzag voor de wapens, dat hij Li deed gelasten ze bij elkaar op
+een daarvoor aangewezen rotsblok aan het verste gedeelte der zaal
+neer te leggen. Verscheiden negers bleven er angstig om heen dwalen,
+nieuwsgierige blikken naar die wonderdingen werpend, maar niemand
+durfde zich in de nabijheid wagen.
+
+Toen volgde de vraag, of de gevangenen bovennatuurlijke wezens waren.
+
+Li liet hierop antwoorden, dat ze reizigers waren die leeuwen kwamen
+schieten en overigens slechts vredelievende bedoelingen hadden.
+
+Het opperhoofd deed nu nog verscheidene vragen stellen, die de tolk
+naar zijn eigen inzicht beantwoordde. In de plaats daarvan, doende
+of hij de vragen vertaalde, hield hij het volgend gesprek met Li.
+
+De tolk: "Weet u wel waar u hier bent?"
+
+Li: "Neen."
+
+De tolk: "In handen van menscheneters."
+
+Li: "Maar wat doet u dan hier?"
+
+De tolk: "Ik ben een Hollander, de bediende van een
+ontdekkingsreiziger. We zijn al een jaar hier gevangen."
+
+Li: "Maar waarom sparen ze u het leven?"
+
+De tolk: "Professor Korling geeft allerlei
+goochelvoorstellingen. Daarmee heeft hij zichzelf en mij het leven
+gered, en op die manier hebben we dat leven al een jaar lang gerekt."
+
+Li: "Dat is verschrikkelijk. En wat denkt u dat ze met ons zullen
+doen?"
+
+De tolk: "Opeten, zonder twijfel. Elke blanke die in hun handen valt,
+wordt levend geroosterd en daarna opgegeten."
+
+Li: "Een prettig vooruitzicht. Komen er hier veel blanken?"
+
+De tolk: "Tamelijk veel. Ze gaan hier dikwijls op de leeuwenjacht,
+en vermoeden dan niet dat zich in deze eertijds onbewoonde streken
+kannibalen ophouden. De Ligo-Ambura zijn een stam, die zich van de
+hunnen hebben afgescheiden. Uit Midden-Afrika gekomen, hebben ze ze
+zich hier in die holen, een oude stroombedding, gevestigd."
+
+Li: "Denkt ge, dat er kans is te ontsnappen?"
+
+De tolk: "Zeer weinig, anders hadden wij het al gedaan."
+
+Hiermee eindigde het gesprek, want het opperhoofd gaf het bevel de
+gevangenen weg te brengen.
+
+Zij werden nu in een andere "zaal" gebracht, grenzende aan deze,
+en werden daar den geheelen dag gelaten.
+
+Tegen den avond bracht men hun eenig voedsel, hoofdzakelijk bestaand
+uit wat taai, oneetbaar leeuwenvleesch, en daarna liet men hen weer
+aan hun lot over.
+
+Toen ze alleen waren werd er raad gehouden. Li stelde voor zich
+van de pistolen meester te maken, maar de omstandigheid dat de stam
+verscheidene honderden leden telde, deed hen van een algemeenen aanval,
+waarbij zij toch wel het onderspit zouden delven, afzien.
+
+Het was een wanhopige toestand.
+
+De groote kans, dat zij morgen levend gebraden en opgegeten, zouden
+worden, stemde hen geen van allen vroolijk, maar ze bleven toch nog
+geruimen tijd over middelen ter ontsnapping nadenken, nu evenals
+altijd den moed niet verliezend.
+
+Tegen tien uur 's avonds werd een zwaar rotsblok, dat den ingang
+afsloot, opzij geschoven; twee negers kwamen binnen, en de deur,
+of liever gezegd het rotsblok, ging weer dicht. Zoodra de opening
+gesloten was, kwam een der negers, dien men herkende als hem, die
+dien middag de voorstelling had gegeven, met uitgestrekte handen op
+hen toe, en zei in het Hollandsch:
+
+"Hoe heerlijk, dat ik landgenooten tref! Maar hoe treurig, dat u
+lotgenooten moet zijn!"
+
+Hij stelde zich nu voor als de bekende ontdekkingsreiziger Willem
+Korling, en vertelde dat hij, evenals zijn knecht, gedwongen was
+geworden een negercostuum aan te trekken en zich zwart te verven,
+opdat zij de negers door hun Europeesche kleeding en hun blanke kleur
+niet voortdurend zouden ergeren.
+
+"Korling!" zei La, "dus ik heb goed geraden!"
+
+"Wist u dan, dat ik hier was?"
+
+"Neen. Maar ik vond op weg hierheen dit doosje lucifers, dezen knoop,
+en dit papiertje met uw voorletters"--de professor herkende die
+inderdaad als van hem afkomstig--"en daar ik wist dat u in Nederland
+al sedert een jaar als gestorven betreurd wordt, omgekomen op de
+kust van Tripolis, vermoedde ik dadelijk dat ik uw spoor gevonden
+had. Het is mij een groote vreugde dat u nog leeft, maar ik vind het
+verschrikkelijk u onder deze omstandigheden te moeten aantreffen."
+
+La had de avonturen van den ontdekkingsreiziger--den Hollandschen
+natuurkundige en Afrika-kenner Korling, tevens professor in de
+oude talen--in de nieuwsbladen gelezen, en ook Rob herinnerde zich
+nu zeer goed daarvan gehoord te hebben. Na eenige zeer geslaagde
+ontdekkingsreizen te hebben ondernomen, onder meer naar de bronnen
+van den Nijl, was Korling bij zijn laatsten tocht met zijn schip
+door hevige stormen op de kust van Tripolis geworpen; alle opvarenden
+waren omgekomen, behalve hijzelf en zijn bediende, die in handen der
+Ligo-Ambura waren gevallen. In Nederland wist men niet beter of de
+beminde en beroemde man was een afgrijselijken dood gestorven.
+
+"Men was reeds bezig," vertelde Korling, "het vuur te stoken waarboven
+wij gebraden zouden worden, toen ik op de gedachte kwam door enkele
+kleine goochelkunstjes, waarmee ik mijn kinderen wel bezig hield,
+de aandacht af te leiden. Die poging gelukte boven verwachting. Ik
+tooverde een armring van het opperhoofd weg, en bracht die uit den
+neus van zijn vrouw weer te voorschijn; ook vertoonde ik eenige
+toeren met lucifers en geldstukken. Het succes was verbazend. Het
+opperhoofd benoemde mij tot zijn hofkunstenaar, en sedert dien tijd
+ben ik bijna onafgebroken bezig met sensationeele voorstellingen te
+geven. Het is wel droevig," zei hij met een zucht en een glimlach,
+"te moeten bedenken dat ik, professor en ontdekkingsreiziger, mijn
+leven moet rekken door als kermisgoochelaar op te treden. Maar wat
+doet men al niet om te verhinderen dat men opgegeten wordt? Dat zou
+toch al een heel onwaardig einde zijn!"
+
+De professor vertelde nu ook nog, dat zijn natuurkundige kennis
+hem in staat had gesteld met allerlei eenvoudige, zelfs gebrekkige
+hulpmiddelen, proeven te vertoonen, waarvoor deze wilde menschen het
+grootste respect toonden.
+
+"U zult niet willen gelooven," zei hij lachend, "dat ik hier de
+zegeningen der modernste beschaving heb binnengeleid. Zoo heb ik
+bijvoorbeeld electrisch licht weten te verkrijgen en zelfs een telefoon
+aangelegd, waarmee het opperhoofd me soms een heelen dag opschelt
+en ellenlange gesprekken met me houdt; want ik heb natuurlijk in
+dat jaar gelegenheid genoeg gehad om de taal der Ligo-Ambura grondig
+te leeren. De kunst die ik van middag vertoonde, kent men in Europa
+onder den naam van "De gevangene van Zenda." Ze is heel merkwaardig,
+vindt u niet?"
+
+Het was eigenaardig, zooals deze man over zijn goocheltoeren sprak, en
+'t leek wel of hij er plezier in had en niets liever wilde dan hier
+zijn leven als "hofkunstenaar" te slijten. Maar men moet bedenken,
+dat hij zich met die toeren het leven had gered, en dus groote waarde
+er aan toekende, ja, er dag en nacht geheel van vervuld was.
+
+"Hoe gaat die toer eigenlijk?" vroeg Rob nieuwsgierig.
+
+"O, dat is heel eenvoudig," antwoordde Korling. "De oogjes, waarover
+het losse uiteinde van de om nek, enkels en polsen sluitende halve
+bogen past, kunnen door het wegnemen van een spie aan den achterkant
+worden losgemaakt uit den wand. De gevangene trekt ze dan eenvoudig
+met de halve bogen, de hangsloten en al naar zich toe, en--is vrij. De
+sloten hebben er dus eigenlijk niets mee te maken en kunnen zoo stevig
+zijn als men maar wil. De gevangene stapt door den achterwand, die
+om een spil in het midden draaien kan, uit het huisje, na de halve
+bogen weer met die spieën aan den achterwand bevestigd te hebben."
+
+"Dat is zeker heel eenvoudig," zei Rob.
+
+"Morgen zal ik u nog een veel mooieren toer laten zien," zei de
+professor. "Dan ga ik in een rechtopstaande doodkist staan, en verander
+voor uw oogen in een geraamte. Griezelig, hč? Maar toch is 't heel
+eenvoudig. 't Was indertijd in de Warmoesstraat in Amsterdam te zien."
+
+"Ja!" riep Rob, in wien nu al de belangstelling en de nieuwsgierigheid
+van den schooljongen loskwam. "Dat herinner ik me heel goed. Maar ik
+begreep er toen niets van. Hoe doen ze dat?"
+
+"Wel, dat gaat als volgt," zei de professor. "Recht voor den
+toeschouwer staat een open doodkist; daarin ga ik rechtop staan,
+schel verlicht door lampjes aan weerszijden. De doodkist staat
+achter op het tooneel; naar de toeschouwers toegaande, staan er
+rechts twee en links twee coulissen, zwart evenals de achtergrond,
+en het tooneel in gelijke deelen verdeelend. Tusschen twee van die
+coulissen, rechts of links naar verkiezing, maar verborgen voor den
+toeschouwer, staat precies zoo'n kist als de eerste, doch in richting
+loodrecht daarop. Deze bevat een geraamte--dat hier nog al gemakkelijk
+te krijgen is! Nu draait men de lichten naast de kist, waarin ik
+sta, langzaam uit, zoodat ik geheel in 't donker kom en onzichtbaar
+wordt. Tegelijkertijd worden de lichten van de andere kist langzaam
+opgedraaid en het spiegelbeeld daarvan wordt zichtbaar op een groote
+glazen plaat, die van de linker- (rechter-) voorste coulisse onder
+een hoek van vijfenveertig graden met den horizon, naar de rechter-
+(linker) achterste coulisse loopt. Dit beeld bedekt nu volkomen het
+intusschen verdwenen eerste beeld. Met andere woorden: men ziet mij
+langzamerhand in een geraamte veranderen. U begrijpt dat de negers
+daar verrukt van zullen zijn!"
+
+Het verhaal intresseerde Rob zeer, die het heerlijk vond zoo in de
+geheimen van de kermis te worden ingewijd.
+
+Maar Li vond het tijd worden den professor op andere gedachten
+te brengen.
+
+"Ziet u geen kans om ons weg te tooveren, professor? Met andere
+woorden: een middel tot ontsnapping aan de hand te doen?"
+
+Daar scheen de professor nog niet over gedacht te hebben. Hij was
+zoo gewoon geraakt aan zijn gevangenschap, en zoo overtuigd dat elke
+poging tot ontsnapping vruchteloos zou zijn, dat hij eigenlijk wat
+verbaasd van die vraag opkeek.
+
+"Het zou misschien mogelijk zijn ons van de wapens meester te maken,"
+zei de bediende van den professor. "We kunnen er wel niet veel mee
+uitrichten tegen overmacht, maar wanneer de voorstelling morgen
+veel succes heeft, hebben we kans dat de heele stam tegen den avond
+smoordronken ligt te slapen. Dan is er misschien iets uit te richten."
+
+"Maar we kunnen toch niet over de Middellandsche Zee zwemmen?"
+
+"Het middel om over de zee te komen zou ik u misschien kunnen
+verschaffen," zei Li.
+
+"Wat!" riep de professor opspringend. "En hoe?"
+
+"Dat moet u aan me overlaten," antwoordde Li. "Ik mag het u niet
+zeggen voorloopig."
+
+Natuurlijk dacht Li aan De Vogel. Mu en de inmiddels teruggekeerde Nof
+zouden ongerust zijn over hun wegblijven, en trachten met De Vogel hun
+sporen te volgen. Li hoopte het luchtschip den volgenden dag te kunnen
+praaien. Voor zulke gevallen had men steeds een signaalfluitje, dat een
+zeer doordringend geluid gaf en waarmee men elkaar seinen kon geven.
+
+Het werd tijd om te gaan rusten, ten einde op de gebeurtenissen van
+den volgenden dag voorbereid te zijn. Men kon niet veel anders doen
+dan op den naakten grond te gaan liggen, en zoo te ondervinden hoe
+de professor en zijn bediende tot nog toe den nacht in hun nu door
+zes lotgenooten gedeeld verblijf hadden doorgebracht.
+
+Den volgenden morgen werd men vrij vroeg gewekt en voor het opperhoofd
+gebracht. Deze liet hen meedeelen, dat ze tegen den middag de eer
+zouden genieten door hemzelf, zijn vrouwen en hovelingen te worden
+opgegeten.
+
+Toen deze mededeeling was gedaan, hield de professor een lange
+toespraak tot het opperhoofd.
+
+Hij vertelde hem, dat hij verkeerd zou doen met de vreemdelingen
+zoo spoedig dat groote gunstbewijs te schenken, daar zij bizondere
+eigenschappen bezaten, waardoor hun gebeente ook na den dood de macht
+bleef houden om te leven en te bewegen.
+
+Dat vond het opperhoofd uiterst merkwaardig.
+
+Hij had al heel wat blanken opgegeten, maar nooit had hij in de
+overgebleven botjes nog eenig leven bespeurd. Ook het gebeente van
+de gestorven negers was steeds zoo dood gebleven als het was.
+
+"Maar als zij na hun dood blijven leven," merkte het opperhoofd op,
+"dan is het ook niet onaangenaam voor hen doodgemaakt te worden,
+niet waar?"
+
+"Dat is zoo," zei de professor.
+
+"Welnu, dan zullen we ze maar zoo gauw mogelijk opeten," zei het
+opperhoofd met echte neger-logica, "des te eer kunnen we ons van de
+waarheid uwer woorden overtuigen."
+
+Korling vond, dat het gesprek een onverwachte en onaangename wending
+nam, en merkte daarom haastig op:
+
+"Daartegen is echter een bezwaar. Het geraamte moet bepaald in zijn
+geheel blijven. Gaat er een beentje verloren, dan mislukt de proef."
+
+"Dan zullen we zorg dragen ze heel voorzichtig af te kluiven, zoodat ze
+ongeschonden blijven," zei het opperhoofd, niet uit het veld geslagen.
+
+"Dat heeft toch bezwaren bij het eten," opperde Korling. "het is niet
+gemakkelijk zoo'n heel lichaam te hanteeren."
+
+Daarvoor voelde de neger blijkbaar wel wat, en zoo verkreeg de
+professor ten slotte de toezegging, dat de blanken nog tot morgen
+van het braadspit bevrijd zouden worden.
+
+In den middag begon de voorstelling.
+
+De professor had de armen en beenen van het skelet door middel van
+touwtjes beweegbaar gemaakt, en zoo gelukte het hem, niet alleen
+opvolgend de zes gevangenen in geraamten te veranderen, maar hen in
+dien toestand nog de vroolijkste sprongen te doen maken, zoodat de
+toeschouwers inderdaad wel veronderstellen moesten dat doodgaan voor
+hen een allerplezierigste ondervinding was.
+
+De voorstelling had een uitbundig succes.
+
+Telkens en telkens moest de professor zijn kunststuk weer vertoonen,
+en toen men eindelijk verzadigd was, ruimde Korling met behulp van
+zijn bediende snel het tooneel op, opdat men er niet achter zou komen
+welken poets hij ze gespeeld had.
+
+Er volgde nu een vroolijk feest, als gewoonlijk na zulke gelukte
+voorstellingen. De professor verrichtte nog een aantal eenvoudige
+goocheltoeren, en ten slotte bereikte de feeststemming zulk een hoogte,
+dat bijna alle negers verregaand dronken waren. De gevangenen moedigden
+hen in 't drinken aan, en toen eindelijk de waggelende wachter hen
+in hun slaapvertrek had opgesloten, kon men het snurken der dronken
+in den dut gevallen feestvierders in de gewelven met een zware echo
+hooren weerschallen.
+
+Toen alles rustig was, gaf de bediende van den professor het teeken
+tot opstaan.
+
+"Er is een doorgang naar de nevenzaal," zei hij, "waar de pistolen
+liggen. We zullen deze gaan halen."
+
+Op zijn aanwijzing schoof men met gezamenlijke krachten een rotsblok
+op zij, en zoo kwam men bij de pistolen, die nog op dezelfde plaats
+lagen, maar door een slapenden neger "bewaakt" werden.
+
+Ieder stak spoedig zijn wapen weer in den gordel, en nu nam men
+denzelfden weg als die, welken Li en zijn reisgenooten hierheen
+gevolgd waren. De professor kende hier overal uitstekend den weg,
+en, door de electrische lantarens bijgelicht, bereikte men na vijf
+kwartier loopen den uitgang.
+
+Welk een blijdschap en een opluchting, toen men zich weer vrij voelde!
+
+Er was echter geen tijd zich lang aan die blijdschap over te geven.
+
+Elk oogenblik kon hun ontsnapping bemerkt worden, en dan zou het met
+hun leven spoedig gedaan zijn.
+
+Zoo snel mogelijk spoedde men zich naar de groep van palmboomen,
+waar De Vogel was achtergebleven.
+
+Deze was er niet!
+
+Welbeschouwd behoefde dit niet zoo te verwonderen, want
+begrijpelijkerwijs zou Mu met Nof aan 't zoeken zijn gegaan naar
+de vermisten.
+
+Er bestond op De Vogel echter de vaste regel, dat men in gevallen
+als deze steeds na een bepaalden tijd met het luchtschip weer op de
+plek terugkwam waar men gescheiden was, om te zien of de vermisten
+zich daar ook bevonden.
+
+Dank zij dezen verstandigen maatregel, maakte men zich niet ongerust
+over de afwezigheid van het luchtschip, en besloot onder de palmen
+rustig zijn komst af te wachten.
+
+Tegen vier uur in den morgen werd Li's signaalfluitje van uit de
+lucht beantwoord.
+
+Onmiddellijk daarop werden de professor en zijn bediende geblinddoekt,
+nadat men hun meegedeeld had dat ze zich met volle vertrouwen konden
+overgeven, maar dat deze maatregel noodzakelijk was, omdat zij niet
+wenschten dat hij de inrichting zag van het vaartuig waarmee men hen
+zou wegbrengen. Te voren was overeengekomen dat men hen in Marseille
+zou afzetten, waar de professor goede bekenden had wonen. Men had
+intusschen wijselijk steeds Laďesch gesproken als het dingen betrof
+die geheim moesten blijven, en zich overigens gehouden of men uit
+Holland afkomstig was.
+
+Mu daalde snel met De Vogel neer, en weldra waren allen aan boord. Nu
+zette het luchtschip met den meesten spoed koers naar Marseille.
+
+Natuurlijk vertelde Mu, dat hij erg in de benauwdheid gezeten, en
+overal gezocht had, en de anderen moesten in kleuren en geuren hun
+avonturen vertellen. Gelukkig dat nu alles voorbij was, en men alweer
+een les in de voorzichtigheid had ontvangen.
+
+"Het ligt aan de aarde," zei Li ernstig. "Zoolang we hier op De
+Vogel zijn, denken we niet aan onvoorzichtigheden en waaghalzerij,
+maar zoo gauw zijn we niet op den vasten grond, of we schijnen ons
+geroepen te voelen kwajongensstreken uit te halen."
+
+Opeens, bemerkend dat Nof er niet was, zei Li:
+
+"Waar is Nof? Die is toch al lang aan boord?"
+
+"Neen," antwoordde Mu, "hij is niet gekomen; ik dacht dat hij jullie
+ontmoet had en verbaasde me al dat hij niet bij jullie was."
+
+"Nu, hij zal zeker een dag later komen; hij heeft nog al
+tegenwind. Maar dan moeten we morgen weer naar de kust terug."
+
+"En ons niet meer door negers laten inrekenen!" zei Rob lachend.
+
+"Daar zal ik wel voor oppassen," zei Li. "Niemand gaat van boord!"
+
+
+
+Men bereikte spoedig Marseille, en in den vroegen morgen werd de
+professor met een vliegmachine aan wal gezet. Daar moest men hem wel
+aan zijn lot overlaten.
+
+De lezer heeft ongetwijfeld in 't laatst van December 1901 uit de
+kranten gezien, dat professor Korling, dien men dood waande, opeens in
+Nederland teruggekomen was en dat onbekende personen, die Hollanders
+zeiden te zijn, hem met een luchtballon naar Marseille hadden gebracht.
+
+De eigenlijke toedracht van deze gebeurtenis heeft tot nu toe eigenlijk
+niemand goed begrepen, ook de professor zelf niet. De lezer zal daarom
+zeker met belangstelling in dit hoofdstuk den geheimzinnigen sluier
+hebben zien oplichten.
+
+
+
+
+
+
+TIENDE HOOFDSTUK.
+
+NOF EN DE STRANDROOVER.
+
+ Nof is verdwenen.--Men wacht hem tevergeefs.--De man in het
+ schuitje.--Het losgeld.--Nof komt terug.--Het verhaal van
+ Quebranto den Strandroover.--Naar Czernovië!
+
+
+Toen men weer bij Bengasi terugkwam, was het helder dag.
+
+De Vogel bleef eenigen tijd zwevende boven de zee, en met behulp
+van sterke kijkers begon men den omtrek in alle richtingen af te
+zoeken. Maar er was niets van Nof te zien.
+
+Toen de dag voorbijging en de avond viel, zonder dat men iets van den
+vermiste vernam, begon men zich ernstig ongerust te maken. De tijd
+was ruim berekend, en Nof had al lang terug kunnen zijn; er was dus
+reden om aan een ongeluk te gaan gelooven.
+
+Toch kon men voorloopig niet veel anders doen dan in de buurt blijven
+kruisen, hopend dat Nof ten slotte zou komen opdagen.
+
+Men nam dus een afwachtende houding aan.
+
+Twee, drie dagen gingen voorbij, maar Nof bleef weg.
+
+De eenige afleiding, die men zich schenken kon, was boven
+de rotsenwoning van den negerstam te gaan zweven, en zich dan te
+vermaken met den schrik dier zwarte heeren, toen ze daar zulk een
+gevaarte door de lucht zagen zeilen. Waarschijnlijk vermoedden ze
+niet, dat daar op De Vogel het maaltje blank vleesch te vinden was,
+dat hun eenige dagen geleden zoo leelijk den neus voorbijgegaan was.
+
+Toen men weer twee dagen gewacht had en Nof nog niet verschenen was,
+besloot Li desnoods de geheele reis te maken, die Nof verricht had,
+hopend hem onderweg te zullen vinden. Wat den omtrek betreft, die was
+nu over twee uur in het rond zoo grondig doorzocht, dat men veilig
+kon aannemen Nof daar niet te zullen vinden.
+
+Alles werd dus voor de reis klaargemaakt, toen, op het punt van te
+vertrekken, Rob's aandacht getrokken werd door een klein bootje,
+dat langs de kust voer, en waaruit een man stapte, die, na 't bootje
+aan wal getrokken te hebben, recht op de palmengroep afging waar De
+Vogel zich gewoonlijk verdekt opstelde.
+
+Van achter de rotsen, waar het luchtschip zweefde, bleef men den man
+waarnemen. Hij vertoefde slechts enkele oogenblikken bij de boomen,
+zocht daarna z'n schuitje weer op, en roeide dicht langs het strand
+in westelijke richting weg.
+
+Dit was ongetwijfeld een merkwaardig verschijnsel, en Li besloot
+zich op de hoogte te gaan stellen van wat die man in het palmbosch
+had uitgevoerd. Daar aangekomen, vond men een briefje aan een der
+stammen gespijkerd--het was van Nof!
+
+Snel brak Li het open, en las:
+
+
+ "Leg op deze plaats ten spoedigste tienduizend gulden
+ neer. Tracht niet een onderzoek in te stellen of mij te hulp
+ te komen.
+
+ Nof."
+
+
+Het leed geen twijfel, dit briefje was van Nof. En er zat niets anders
+op, dan het gevraagde geld te deponeeren, daar alleen dan Nof tot
+hen zou kunnen terugkeeren.
+
+'t Was een geheimzinnige kwestie. Vermoedelijk was Nof in handen
+van roovers geraakt, maar hoe dit zij, het was 't beste rustig af
+te wachten welke uitwerking het neerleggen van 't geld zou hebben,
+om daarna te besluiten wat er nader te doen stond. Het spoor van den
+man in 't bootje te volgen, of andere maatregelen te nemen, zou tegen
+den wensch van Nof en dus gevaarlijk zijn.
+
+Tienduizend gulden was een behoorlijke som, maar het leven van Nof was
+die som wel waard, en gelukkig was er een zeer aanzienlijke hoeveelheid
+geld aan boord, daar de mannen bij hun eerste opstijging daarvoor
+gezorgd hadden, voorziende dat de proef met De Vogel mislukken kon,
+en zij dan bij het neerdalen in een misschien onbekende streek dankbaar
+zouden zijn over het noodige geld te kunnen beschikken.
+
+De gevraagde som werd dus gedeponeerd, en men wachtte, op eenigen
+afstand achter de rotsen verborgen, den uitslag af.
+
+Tegen den morgen kwam dezelfde man met het bootje, stapte aan land,
+zag behoedzaam om zich heen, en stelde zich daarna in het bezit
+van 't geld. Toen verdween hij weer op de zelfde manier waarop hij
+gekomen was.
+
+Men wachtte nu weer eenige uren in angstige spanning, brandend van
+verlangen om den man na te gaan, totdat ongeveer tegen vier uur
+het bootje weer zichtbaar werd. Dezen keer zaten er twee mannen in,
+en toen men het bootje zag teruggaan, nadat een der mannen aan land
+gestapt was, herkenden allen in dien laatste Nof!
+
+Nu zette Mu De Vogel in beweging; het schip daalde bij de palmen,
+en Nof was weer bij zijn vrienden terug!
+
+Nadat van weerszijden de blijdschap zich in handdrukken en
+gelukwenschen had geuit, moest Nof vertellen wat er toch eigenlijk
+gebeurd was.
+
+"Er stond nog al wind in de Middellandsche Zee," vertelde Nof, "en
+daarom moest ik 's nachts nu en dan aan de kust neerdalen om me niet
+te veel aan gevaar bloot te stellen.
+
+"Dergelijke dalingen liepen altijd goed af. Een enkele maal bemerkte
+ik menschen in de nabijheid, maar meestal zagen ze mij niet of kon
+ik me tijdig uit de voeten maken. Acht dagen geleden ben ik echter de
+dupe geworden van mijn te groote vertrouwen in de omstandigheden. Ik
+had me eenige mijlen westelijk van hier met mijn toestel op de kust
+neergelaten en me daar te slapen gelegd, ofschoon ik voetstappen in
+'t zand had gezien, en een uitgedoofd vuur eveneens op de nabijheid
+van menschen wees.
+
+"Tegen den ochtend werd ik wakker doordat ik om me heen hoorde
+praten. Tot mijn schrik zag ik een zestal mannen met wijde mantels
+en groote hoeden voor me staan, waarvan er vier me vastgrepen toen
+ik een beweging maakte om naar den vliegtoestel te snellen, en twee
+dien toestel geheel vernielden, zonder blijkbaar te weten waarmee ze
+te doen hadden.
+
+"Ik bood hevigen weerstand, maar kon mijn handen niet vrij krijgen om
+van mijn pistool gebruik te maken, en zoo werd ik ten slotte overmand
+en vastgebonden.
+
+"Men leidde me door een woeste, onbewoonde streek, door eenzame,
+sombere bosschen en over kale, door de zon geroosterde rotsen. Er wonen
+in dat kustland enkele schaapherders en een paar houthakkers, maar
+men komt ze slechts zelden tegen langs de smalle, door muilezelhoeven
+gevormde paden. Op mijn vraag, waar men me heenbracht, antwoordde
+een der mannen: "naar Quebranta!"
+
+"Wat!" riep La, toen Nofs verhaal zoover gevorderd was. "Woont die
+schurk tegenwoordig daar?"
+
+"Ken je hem dan?" zei Nof verwonderd.
+
+"'t Is een speciale vriend van hem!" spotte Li.
+
+"Ik heb wel van hem gelezen," zei La. "Hij maakte jaren lang het
+Andalusische hoogland, tusschen Jerez en Almeria, onveilig, maar de
+Spaansche Regeering heeft hem ten slotte zoo weten op te jagen, dat
+hij de zee overgestoken is. Niemand wist waarheen hij verdwenen was,
+maar Nof heeft dus zijn schuilplaats ontdekt."
+
+"Helaas ja!" zei Nof. "Ik zou gaarne een ander de eer hebben
+gegund. Maar om verder te gaan. Men bracht me dan bij Quebranta,
+een man met een geel, mager gezicht, scherpe gelaatstrekken, een
+merkwaardig spitsen neus en doordringende oogen. Ik hoorde later dat
+er een soort van geheimzinnig waas over hem hangt, weinigen uit den
+omtrek hebben hem ooit gezien, maar tot in de verafgelegen steden
+kent en vreest men hem. En de meesten hebben zijn macht gevoeld; hij
+weet alles wat er gezegd, gedaan, ja gedacht wordt in het geheele
+uitgestrekt gebied waarover hij heerscht. Hij deelt belooningen en
+straf uit met dezelfde vrijgevige hand. Als een geitenhoeder iets
+doet dat naar zijn zin is, maakt hij den man rijk voor zijn leven;
+maar niemand leeft lang genoeg om hem tweemaal valsche inlichtingen
+te verschaffen.
+
+"Van uit zijn verborgen schuilplaats in de rots, honderd voet boven het
+kamp van zijn volgelingen, gedraagt hij zich tegenover het omringende
+land als een havik tegenover een vlucht patrijzen.
+
+"Dikwijls genoeg zijn er expedities tegen hem uitgezonden, maar
+steeds zonder resultaat; hij verschanst zich in de rotsen, en schijnt
+onderaardsche wegen te weten, die in dit land zoo talrijk voorkomen,
+en waarin een oningewijde niet gemakkelijk den weg vindt."
+
+"Nu--dat hebben wij ondervonden," lachte Li.
+
+"Quebranta vindt zichzelf allesbehalve een gewonen roover; hij is
+een heerscher. En bovendien is hij er trotsch op een goed koopman te
+zijn. Wie zonder behoorlijke papieren (en die zijn natuurlijk in zijn
+oogen nooit behoorlijk) zijn gebied betreedt, is zijn eigendom. En
+dat eigendom verkoopt hij daarna tegen den besten prijs dien hij
+er voor krijgen kan. Dat wil zeggen, hij vermoordt zijn gevangenen
+slechts zelden, maar vraagt een losprijs voor ze, en laat daarop geen
+cent afdingen.
+
+"Toen Quebranta me van het hoofd tot de voeten had opgenomen, knikte
+hij even, en liet me daarna op eenige passen afstand van hem met
+kettingen aan de rotsen vastmaken.
+
+"Daar lag ik, beproevend mijn lot zoo gelaten mogelijk te ondergaan. Ik
+bleef kalm voor me uit kijken en zei geen woord.
+
+"Dat scheen Quebranta merkwaardig te vinden. Gewoonlijk, zoo vertelde
+hij me later, kwam in gevallen als deze het karakter van zijn
+gevangenen het best uit. Bijna allen smeekten, deden vragen, waren
+nieuwsgierig wat er met hen gebeuren zou en bleven geen oogenblik
+rustig. Dat ik daar totaal onbewogen zat, koel, onverschillig en
+zonder een enkele vraag te doen, maakte indruk op hem.
+
+"Na eenigen tijd liet hij me los maken, blijkbaar overtuigd dat ik
+me kalm gedragen zou. Hij schoof een stoel bij (zijn hol was heel
+aardig van meubels voorzien) en noodigde me uit te gaan zitten. Daar
+hij en de zijnen gelukkig wat Fransch spraken, hoewel zeer gebrekkig,
+konden we ons verstaanbaar maken.
+
+"Seńor," zei Quebranta. "We moeten eens over het losgeld spreken. Bezit
+u of uw familie veel vermogen?"
+
+"Ik vertelde hem dat dit maar zeer magertjes was.
+
+"U bent dus niet rijk. U zegt het ten minste. Welnu, ik zal u gelooven
+en een matige som vaststellen. Daarna zullen we over dit onderwerp,
+zoolang u mijn gast bent, niet meer spreken."
+
+"Ik keek eens rond naar de hooge klippen, die dit verblijf omringden,
+en een ontsnapping zeer onwaarschijnlijk maakten; daarna vestigde ik
+mijn blikken op het eigenaardige kleine personage, dat daar tegenover
+me aan den ingang van het hol zat, dat hem tot woonplaats diende.
+
+"Quebranta zat in den zonneschijn, kouwelijk gehuld in een
+wijden, geplooiden mantel, en met een breeden hoed diep over de
+oogen gedrukt. Hij rookte een sigaret, en nooit zag ik zoo iets
+roofdierachtigs als de hand, die als een lange, gele klauw die
+sigaret vasthield.
+
+"Misschien," vervolgde hij, "wilt u zoo goed zijn mij eenig begrip
+van uw werkkring, uw maatschappelijke positie te geven, opdat ik het
+bedrag van het losgeld met eenige juistheid bepalen kan."
+
+"Ik werd getroffen door den hoffelijken toon, waarop deze roover sprak,
+en antwoordde, dat mijn beroep luchtreiziger was, een vak dat niet
+veel inbracht.
+
+"Zoo," zei Quebranta langzaam. "En waar is uw ballon?"
+
+"Men heeft hem hedenmorgen bij mijn gevangenname vernietigd."
+
+"Maar dat kleine ding--men bracht me de overblijfselen zoo even--wilt
+u toch geen ballon noemen?"
+
+"Het is een moderne uitvinding, die werkt, of liever werkte, door
+electriciteit."
+
+"Dat intresseerde den roover, en ik moest hem 't een en ander van de
+werking uitleggen.
+
+"Hebt ge hier in de buurt menschen wonen die een losgeld voor u
+betalen willen?"
+
+"Bij Bengasi bevinden zich vrienden van me, eveneens met een
+ballon. Die zullen wel geneigd zijn me vrij te koopen."
+
+"Bij Bengasi," zei Quebranta peinzend, alsof hij er over dacht of
+ook dat gezelschap niet ingepikt kon worden.
+
+"Ik liet hem merken, dat ik zijn gedachten raadde, en zei:
+
+"Ze zijn zwaar gewapend en van de nieuwste verdelgingsmiddelen
+voorzien; er zou dus voor u niets dan nadeel in gelegen zijn ze aan
+te vallen."
+
+"Hij antwoordde kort:
+
+"U schijnt niet te weten hoe ver mijn macht reikt."
+
+"Na even gezwegen te hebben vervolgde hij:
+
+"In elk geval zal ik zorgen, dat ze uw verblijf hier voorloopig niet
+te weten komen. Zoodra ik het oogenblik gekomen acht, zal er een man
+naar hen toe gaan om het losgeld op te eischen. Trachten ze de betaling
+te ontwijken of u met geweld te bevrijden, dan laat ik u onmiddellijk
+neerschieten. Dat moet u ze zelf in een briefje schrijven--dan hebben
+zij, u en ik de beste waarborgen."
+
+"Quebranta liet me nu tot den avond alleen. Toen kwam hij weer bij
+me zitten en zei:
+
+"Ik ben op éen ding trotsch, seńor, en dat is, dat ik nooit verandering
+breng in wat ik eenmaal bepaald heb. Ik wilde nu namelijk het bedrag
+van uw losgeld vaststellen."
+
+"Dat is goed," zei ik kalm.
+
+"Die kalmte scheen hem belangstelling in te boezemen. Hij keek me aan,
+of hij zeggen wilde: "je intresseert me." Maar ik voelde, dat ik hem
+intresseerde evenals een kikvorsch het een vivisector doet.
+
+"Zullen we dan maar zeventienduizend peseta's zeggen?" vroeg hij. "Die
+som heb ik juist noodig."
+
+"U hebt het gezegd," antwoordde ik, "en er zal dus weinig aan
+te veranderen zijn. Maar ik betwijfel zeer of u die som krijgen
+zal. Zeventienduizend peseta's--dat is ongeveer tienduizend
+gulden. Zooveel geld is er gewoonlijk niet aan boord van 'n
+luchtballon. Ik denk dat u niet veel meer dan vijf- of zesduizend
+zult krijgen."
+
+"Op deze manier probeerde ik met hem te onderhandelen, en wat
+afgedongen te krijgen. Maar daar was geen sprake van.
+
+"Ik hoop voor u," zei Quebranta, "dat de heele som bijeen wordt
+gebracht, want een teleurstelling in mijn verwachtingen leidt altijd
+tot zeer onaangename gevolgen. Zeer onaangenaam."
+
+"Hij schudde het hoofd en ging heen.
+
+"Den volgenden morgen dicteerde hij me het briefje, dat jullie aan
+den palmboom hebt gevonden. Hij nam het in ontvangst, maar scheen nog
+niet van plan het af te zenden, want hij hield me nog een paar dagen
+bij zich zonder dat ik iets van jullie antwoord vernam. Misschien
+wilde hij eerst nog eens zien of er niet meer van me te halen zou zijn.
+
+"Die dagen waren onaangenaam en spannend. Ik had wel veel hoop, dat ik
+door jullie losgeld gered zou worden, maar de kans kon ook verkeeren;
+onder roovers heerschen andere begrippen van eer en eerlijkheid dan
+bij ons. En zoo zat ik naar de toppen der pijnboomen te kijken, die
+wuifden in den wind, en wenschte tevergeefs dat ik iets anders doen
+kon dan zitten en wachten!
+
+"Het is een hard ding om te moeten bedenken, dat je misschien over
+enkele dagen opgehouden hebt te bestaan, terwijl je hersens nog zoo
+goed werken, en er in je hoofd nog zooveel onuitgewerkte plannen voor
+de toekomst liggen. Ik snakte er naar den kleinen rooverhoofdman een
+poets te spelen, want ik wist dat het niet weinig beteekenen zou zoo
+iets te doen.
+
+"Des avonds kwam hij weer bij me, en zei:
+
+"Nu beschouw ik u als gast, en u mag om alles vragen wat u
+wenscht--behalve om uw vrijheid natuurlijk. Ik zal mijn best doen een
+goed gastheer te zijn en u bij uw vertrek de beste herinneringen aan
+uw verblijf in ons midden te doen meenemen. Ik heb dus uw woord dat
+ge niet ontsnappen zult?"
+
+"Ik aarzelde. Het viel me moeielijk mijn woord te geven aan een
+roover. Maar ten slotte zei ik:
+
+"Ja."
+
+"Wanneer we bij elkaar zaten te praten, was het eigenaardig te zien,
+hoe die kleine, kouwelijke, bij het vuur zittende toehoorder belang
+stelde in de nieuwste berichten uit de beschaafde wereld. Sedert jaren
+was hij daarmee niet in aanraking geweest, sedert jaren zag hij in zijn
+eigen klein gebied de wereld. Met zijn geheele aandacht luisterde hij
+toe, als ik hem van den vooruitgang der wetenschap vertelde, en hij
+stond verbaasd over het toenemend gebruik der electrische stroomingen.
+
+"Een echte Spanjaard is die Quebranta, en een Spanjaard met al de
+eigenschappen van zijn ras in zich, maar tot uitersten gedreven. Angst
+kent hij niet, trotsch is hij boven mate, in hoffelijkheid overtreft
+niemand hem, en wreed is hij--ongeloofelijk.
+
+"Op een middag liet hij twee van zijn volgelingen, die de orde
+verstoord hadden, eenvoudig afmaken en voor de gieren werpen. Dit
+vond ik afschuwelijk, en het leek me of ik achter zijn roofvogelachtig
+voorkomen den waanzin zag gluren. Maar hij zei kalm:
+
+"Dit is onvermijdelijk. Ik _moet_ gehoorzaamd worden. Deze troep
+volgelingen zijn niet anders dan wolven, ik moet ze met de zweep
+regeeren. Bovendien zijn er altijd liefhebbers genoeg om me te
+volgen. Ik kan er dus best een paar missen."
+
+"Maar dat zal daarmee eindigen, dat ze zich op een goeden dag tegen
+u keeren," waagde ik op te merken.
+
+"Daarop heb ik gerekend. Neen--als ik sterf, zal 't met mijn vrijen
+wil en op mijn eigen manier zijn."
+
+"Hij zweeg eenige oogenblikken, en ik begon werkelijk met alle kracht
+die in me was, te snakken naar het oogenblik waarop de losprijs komen
+zou. In de nabijheid van zoo'n man werd het me te angstig.
+
+"Quebranta was opgestaan, en had een guitaar te voorschijn gehaald.
+
+"Wat is ons leven eigenlijk ook waard," zei hij, de snaren beroerend,
+"dat we er zooveel om geven zouden? Ik leef hier, gevreesd en
+gehoorzaamd zooveel ik maar wil. Soms heb ik het voorrecht een
+welopgevoed man tot gezelschap te hebben, zooals nu. Maar soms ook
+krijg ik er genoeg van, en dwaal ik rusteloos in de bergen rond. Muziek
+is het eenige dat me niet verveelt."
+
+"Hij speelde nu eenige melancolieke Andalusische liedjes, en zong
+zelfs met bevende stem oude Spaansche melodieën van lang vergeten
+menschen en daden.
+
+"Zoo gingen enkele dagen voorbij, totdat er op een avond iets
+bizonders gebeurde.
+
+"Alleen door mijn woord gebonden, wandelde ik door de rotsen, toen
+ik op een gegeven oogenblik van uit het struikgewas mijn naam hoorde
+noemen. Natuurlijk was dit de een of andere verborgen schildwacht,
+maar 't verwonderde me, dat deze nog een paar maal, op een zachten,
+geheimzinnigen toon mijn naam noemde.
+
+"Wat is er?" vroeg ik.
+
+"Wat ik u zeggen wil, moet tusschen ons beiden blijven. U kunt ons
+helpen, en wij u. Blijf staan waar ge staat. Als u belooft ons te
+helpen, zal ik u mijn gezicht laten zien."
+
+"Ik beloof niets."
+
+"Omdat ge niet weet wat ik zeggen wil. Quebranta wil u al uw geld
+ontnemen, niet waar?"
+
+"Ja."
+
+"En u zou het liever willen behouden, evenals wij, is het niet zoo?"
+
+"Dat kan wel."
+
+"Doe 't dan. 't Kost maar weinig moeite. U zult me niet verraden?"
+
+"Dat kan ik niet, want ik weet niet wie u bent."
+
+"Maar ge zult het niet doen?"
+
+"Neen."
+
+"Neem dit dan."
+
+"Ik stak de hand in het gebladerte, en voelde me een revolver in de
+hand drukken.
+
+"Je wilt dus dat ik hem vermoord?"
+
+Er volgde een onderdrukt gelach, en daarna zei de stem:
+
+"Natuurlijk. Je hebt er de gelegenheid voor. Dan zijn we allen vrij,
+want we haten hem."
+
+"Toen verdween de spreker.
+
+"De verzoeking was sterk. Door éen schot kon ik mijzelf en velen
+anderen een dienst bewijzen. Ik stak de revolver in mijn zak en
+ging naar het hol. Quebranta zat met zijn rug naar mij toe bij het
+vuur te schrijven. Hoe gemakkelijk zou het nu zijn, den trekker over
+te halen...
+
+"Quebranta had me hooren aankomen, en wendde zich om. Hij keek me
+scherp aan, als vermoedde hij dat er iets bizonders in me omging.
+
+"Toen zei hij:
+
+"Er is een belangrijk bericht voor u."
+
+"Wat dan?"
+
+"Het losgeld."
+
+"En---?"
+
+Hij haalde de schouders op.
+
+"Negenduizend gulden," zei hij. "Ik heb tienduizend gevraagd."
+
+Op dit oogenblik viel Li den spreker in de rede:
+
+"Maar we hebben toch de volle som meegegeven."
+
+"Dat weet ik," vervolgde Nof. "Hij noemde opzettelijk duizend gulden
+te weinig. Straks zult ge begrijpen waarom."
+
+"En dus?" vroeg ik.
+
+"En dus," zei Quebranto, "ben ik bereid mijn belofte te houden. Dat
+wil zeggen: voor negen tienden."
+
+"Hoe bedoelt ge dat?"
+
+"Wel--men heeft slechts negen tienden van het losgeld betaald. Ik
+zal u dus morgen, vóor de zon opgaat, voor negen tienden in vrijheid
+stellen."
+
+"Ik begreep hem nog niet recht.
+
+"Moet ik daar dankbaar voor zijn?" vroeg ik.
+
+"Wel--u hebt me aangenaam bezig gehouden. U intresseert me. Ik zal u
+daarom de vrijheid laten zelf te kiezen welk tiende gedeelte van uw
+lichaam ge achterlaten wilt als herinnering aan uw bezoek."
+
+"Quebranto maakte een buiging, en vervolgde:
+
+"Het doet me oprecht leed, dat het hiertoe gekomen is. Maar ik zie
+geen anderen uitweg. U kunt wel wat missen, u bent zwaar gebouwd. Ik
+raad u dus sterk aan, een uwer ledematen achter te laten. Men kan
+ook zonder een voet of een hand leven."
+
+"Een koude rilling ging door mijn lichaam. Dit was verschrikkelijk.
+
+"Opnieuw kwam de verzoeking over me, van mijn wapen gebruik te maken,
+dat zoo te rechter tijd mijn pistool was komen vervangen, dat men me,
+evenals mijn overige uitrusting, had afgenomen. Een geladen revolver
+was onder mijn hand, waarom zou ik niet elk gewetensbezwaar op zij
+zetten tegenover het ongehoord wreede gedrag van dien man?
+
+"Maar ik had mijn woord gegeven, en ik voelde nu opnieuw hoe ons
+eergevoel dikwijls een lastige bezitting blijkt te zijn.
+
+"In elk ander geval had ik misschien geen bezwaar gehad zulk een
+tegenstander neer te schieten, ja, ik zou blij zijn geweest er een
+verontschuldiging voor te hebben.
+
+"Maar in dit bizondere geval aarzelde ik.
+
+"Nog een uur--en ik zou aan zijn helpers overgegeven worden, om voor
+mijn leven verminkt te worden, en als ze wisten dat ik van het mij
+gegeven middel om hen te bevrijden geen gebruik gemaakt had, zou dat
+er zeker niet toe bijdragen om hun wijze van behandeling te verzachten.
+
+"Quebranto zat naar me te kijken met knippende oogen. Hij scheen met
+genoegen te constateeren dat mijn onverschilligheid geweken was.
+
+"En dat was zoo.
+
+"Toen de bandiet nogmaals zei:
+
+"Werkelijk, ik zou u raden een voet of een hand als souvenir achter
+te laten," toen verliet mijn kalmte me, en ik riep: "Lage, gemeene
+roover! Schooier!"
+
+"Quebranto sprong op en greep naar zijn mes, terwijl hij me strak
+aankeek.
+
+"Weet je, wat me alleen spijt?" ging ik woedend voort, "dat ik je
+gepermitteerd heb zoo gemoedelijk met me om te gaan. Als ik geweten
+had wat 'n bandiet je was, had ik nooit een woord met je gepraat. Nu
+weet je wat ik van je denk, en ik verzeker je, dat ik graag de prijs
+betalen zal, die ik weet dat je voor deze woorden vragen zult!"
+
+"Het was uiterst onvoorzichtig van me, zoo te spreken, want het stond
+gelijk met het onderteekenen van mijn doodvonnis. Maar ik was mezelf
+niet meer meester.
+
+"Quebranto's gezicht was geel geworden. Zijn lichaam schokte. Elk
+woord had doel getroffen. Zijn bloedelooze oogleden knipten.
+
+"Seńor, u hebt tegen me gesproken, zooals niemand te voren ooit
+heeft durven doen," zei hij. "Ik heb mijn woord gegeven, en u zult
+uw vrijheid hebben. Maar bedenk, dat ik recht heb op het tiende deel
+van uw lichaam. En ik verzeker u, _dat ik niet één tiende, maar
+tien honderdste deelen zal nemen_! Als ge vertrekt, zal niemand u
+meer herkennen!"
+
+"Het waren afschuwelijke woorden, deze laatsten. Maar ik was zoo
+woedend, dat ze geen indruk op me maakten.
+
+"Jij lafaard!" zei ik, "beul! Je mag alles doen wat je wilt, als ik
+je afschuwelijke gezicht maar niet hoef te zien."
+
+"En ik keerde me om en keek naar buiten. Maar mijn mond was droog,
+het zweet stond op mijn voorhoofd. Daar beneden brandden de vuren,
+daar wachtte men op me, wachtte op het bevrijdend schot dat ik niet
+wilde, niet kon afvuren.
+
+"Na eenige oogenblikken zei Quebranta:
+
+"U hebt een geladen revolver in uw zak. Waarom gebruikt u die niet?"
+
+"Ik gaf geen antwoord, hoewel verwonderd dat hij dit wist.
+
+"Bent u niet bang voor wat er gebeuren zal?"
+
+"Ik antwoordde ook nu niet. Ik voerde een inwendigen strijd met mezelf.
+
+"Waarom schiet u me niet neer, seńor?" vroeg hij weer.
+
+Ik wendde me om en stak hem de revolver toe.
+
+"U weet wel dat ik u niet neerschieten kan," zei ik ernstig.
+
+"Quebranta nam het wapen niet aan, maar vroeg:
+
+"Omdat u je woord gegeven had?"
+
+"Natuurlijk," antwoordde ik.
+
+"Het was even stil. Toen vroeg ik:
+
+"Hoe wist u dat ik een revolver had?"
+
+"Ik gelastte dien man ze u te geven. Ik wilde zien of ik u karakter
+goed beoordeeld had. Maar het spijt u toch dat u me niet dood kon
+schieten. Is het niet zoo?"
+
+"Ik wilde dat ik het nu nog doen kon!" zei ik. "Maar wat behoeft
+er verder tusschen ons gepraat te worden. Neem een tiende van me,
+en laat me vrij. Of dood me!"
+
+"Toen gebeurde er iets zeer merkwaardigs.
+
+"Seńor," zei Quebranta, "wanneer ik iemand als u ontmoet, laat ik hem
+het liefst zooals hij is. U hoort niet tot het soort menschen dat van
+mij kwaad zal ondervinden. Een man, die zijn eer weet te bewaren zooals
+u dat gedaan hebt, _ook tegenover een bandiet_, is waard te leven. Had
+u me doodgeschoten, dan zou uw naam in Spanje en Afrika als dien van
+een verlosser genoemd worden. Maar nu--neem uw leven uit mijn handen
+aan. En wat het losgeld betreft, wees gerust: de volle som is er.
+
+"Na morgen zullen we elkaar nooit meer zien; maar herinner u altijd,
+dat ge eens een man hebt ontmoet, die, evenals gij, voor niets bang
+was. Die, evenals gij, zijn woord gestand deed. Vaarwel, Seńor!"
+
+
+
+Hiermee was Nofs verhaal geëindigd. We weten, dat hij den volgenden
+dag behouden op De Vogel terug was.
+
+Allen hadden ademloos zijn verhaal aangehoord, en Nof was niet weinig
+verrast, toen hij hoorde dat de anderen in dien tusschentijd ook
+zulke spannende avonturen hadden beleefd.
+
+Gelukkig waren ze nu weer vereenigd, en ze beloofden elkaar plechtig
+nooit weer zulke waagstukken uit te halen.
+
+Met een en ander was intusschen veel tijd verloren gegaan, en men
+maakte zich gereed om met de meeste snelheid de onderbroken reis
+voort te zetten.
+
+"Naar Czernovië!" was nu het wachtwoord.
+
+
+
+
+
+
+ELFDE HOOFDSTUK.
+
+DE VOGEL WORDT VERNIETIGD.
+
+ De reis wordt door stormen vertraagd.--De nederdaling
+ bij Midia.--Er ontploft een mijn en De Vogel vliegt in de
+ lucht.--In Turksche gevangenschap--De Dardanellen-Oorlog.--Li
+ en Rob herkrijgen hun vrijheid.--De Engelsche spionnen gaan
+ de doos in.--Naar Slavowitz!
+
+
+Het was 1 Januari 1902 geworden. De eigenlijke reis had zoo lang
+niet geduurd, maar twee omstandigheden waren van nadeeligen invloed
+geweest. Ten eerste kenmerkte de geheele maand December van het
+jaar 1901 zich door hevige stormen en onweders, die--hoezeer ook De
+Vogel onafhankelijk was van atmosferische storingen--de snelheid van
+het luchtschip aanmerkelijk vertraagden. Het kostte Mu de grootste
+moeite de juiste richting te bewaren, en om de motoren niet aan al
+te groote inspanning te onderwerpen, was men soms dagen achtereen
+genoodzaakt voorzichtig te laveeren, of, tegen den storm in, juist
+genoeg snelheid te ontwikkelen om De Vogel op eenzelfde punt drijvende
+te houden. Ten tweede trof bij een zwaar onweer de bliksem een der
+vele afleiders, die zich op het dek verhieven, en ontstond er door
+een tot dusver onopgemerkt gebrek aan isoleering een begin van brand
+in de stuurkamer, waardoor de kinematografische plaat werd beschadigd,
+en La geruimen tijd in de weer was om het ongeluk te herstellen. Daar
+men er op De Vogel niet van hield los over dergelijke storingen,
+die trouwens wel meer voorkwamen, heen te loopen, gaf een en ander
+aanleiding tot langer oponthoud dan men wel gewenscht had.
+
+Dien 1en Januari, toen de dikke nevels die tot dusver boven de aarde
+hadden gehangen, wat opgetrokken waren, meldde Mu tegen het vallen
+van den avond, dat men eenigszins oostelijk van de koers was afgeweken
+en zich nu boven Midia bleek te bevinden, aan de Oostkust van Turkije.
+
+Het kwam Li wenschelijk voor, nu eenigen tijd zwevende te blijven,
+ten einde het operatieplan, dat nu weldra zou uitgevoerd worden,
+nog eens onderling te bespreken. Ook leek het hem gewenscht zich
+wat nauwkeuriger omtrent den toestand op aarde te doen inlichten
+eer men tot beslissende stappen overging. Tot nu toe was dat steeds
+gebeurd door een van de leden der bemanning met een vliegtoestel
+omlaag te zenden, van welke reis hij dan met de noodige nieuwsbladen
+terugkwam. Daartoe werd dan gewoonlijk tegen den avond ergens op een
+afgelegen plek geland; de vliegtoestel werd verborgen, en in de een
+of andere vermomming, gewoonlijk die van een onschadelijk toerist,
+ging men de nabijgelegen stad binnen, hoorde naar de gesprekken in
+koffiehuizen en trachtte zoo het noodige te weten te komen.
+
+Door het noodweer van de laatste weken was daarvoor in langen tijd
+geen gelegenheid geweest; Li stelde daarom voor Midia te bezoeken,
+en gaf zijn voornemen te kennen dit persoonlijk te doen.
+
+Bij deze gelegenheid wachtte Rob een verrassing. Een half uur vóor
+De Vogel op de eenzame kust zou neerdalen om Li aan land te zetten,
+vroeg deze hem of hij lust had mee te gaan. Natuurlijk was Rob hiermee
+zeer ingenomen, en op aanwijzing van Li kleedde hij zich even als
+deze in een eenvoudig maar smaakvol reiscostuum.
+
+"Zoo zien we er uit als Hollanders," zei Li. "Die vermomming is
+me altijd het beste voorgekomen, want men mag over 't algemeen de
+Hollanders op reis nog al lijden. En voor overmaat van voorzichtigheid
+zullen we ons nog wat grimeeren ook; vooral jou kan dat te pas komen,
+want ze zullen je wel overal zoeken, en wie weet of we in Midia jouw
+portret niet voor de winkels zien hangen."
+
+Met een door La uitgevonden onschadelijk kleurmiddel werden de beide
+vrienden van blond in zwart herschapen, en het was verwonderlijk te
+zien hoe onherkenbaar ze nu waren geworden.
+
+"Wees maar niet bang dat je zoo zult blijven," zei Li lachend,
+"La heeft een uitstekend middeltje waarmee je de kleurstof weer
+kunt verwijderen, en je zult er volstrekt geen nadeelige gevolgen
+van ondervinden. Nu nog een paar biljetten op de Czernovische Bank
+meenemen, die zijn in Turkije wel in te wisselen."
+
+Met verbazing zag Rob hoe Li voor een enorme waarde aan papieren geld
+bij zich stak.
+
+"Je kan nooit weten," verklaarde Li. "Je moet op alles voorbereid
+zijn. Geen kleeren, geen eten--dat hindert niet. Geen geld--dan ben
+je verloren."
+
+Er was besloten niet met een der vliegtoestellen aan land te gaan,
+doch met Vogel en al de aarde te bereiken. Li kende de kust bij Midia
+als zeer eenzaam en woest, en er was bij een daling volstrekt geen
+gevaar, vooral niet wanneer men zorgde alle lichten te dooven.
+
+Behoedzaam daalde het luchtschip neer. De avond was zeer donker,
+het weer vrij onstuimig; men hoorde niets dan de branding die tegen
+de rotsen sloeg.
+
+Even vóor men den bodem zou bereiken, gaf La opeens een teeken aan Mu,
+deze bracht het schip tot stilstand, en vroeg wat er was.
+
+"Wanneer we eens allemaal aan land gingen?" zei La. "Ik geloof dat daar
+geen bezwaar tegen is voor enkele uren; we komen in een beschaafde
+streek, en niet bij kannibalen ditmaal. Mu houdt het schip op een
+flinke hoogte drijvend en we vinden hem vanavond hier weer terug."
+
+Li vond het voorstel aanvankelijk wat onvoorzichtig, maar allen
+hadden in zoo lang geen vasten grond onder de voeten gehad, en de
+ondervinding had bovendien zoo dikwijls geleerd dat men voor enkele
+uren zoo'n uitstapje wel kon wagen--dat Li ten slotte geen bezwaren
+meer had, en besloten werd gezamenlijk aan wal te gaan.
+
+Ook de andere vijf bewoners van De Vogel staken zich dus vlug in een
+reiscostuum, en daarna legde de ballon de enkele meters af, die hen
+van de aarde scheidde. Het trapje werd neergelaten, en behalve Mu
+stapten allen aan land.
+
+Men sloeg nu gezamenlijk den weg naar Midia in. Nauwelijks had men
+eenige honderden meters afgelegd, of men hoorde snelle voetstappen
+achter zich en Mu kwam aanhollen met een portefeuille, die La had
+laten liggen.
+
+"Je legitimatiepapieren," hijgde hij.
+
+"O juist, goed dat je er aan dacht," zei La. "Dankjewel. Die kunnen
+altijd wel te pas komen."
+
+Mu plaagde La wat met z'n verstrooidheid, omdat hij alweer wat had
+laten liggen, en legde Rob uit dat men nooit zonder de noodige papieren
+aan wal ging.
+
+"Maar hoe kom je daar dan aan?" vroeg Rob.
+
+"O, heel eenvoudig. Ik heb de papieren van 'n Hollandsch
+koopvaardijkapitein, dien we eens in zee drijvende vonden,
+vastgesjord op een vlot van planken en tonnen--wie weet wat de arme
+man had doorgemaakt. We legden het lijk op het strand bij een klein
+visschersdorp, met een briefje, zijn herkomst behelzende, er bij. Jij
+hebt in je binnenzak--heb je dat nog niet eens gemerkt?--dergelijke
+papieren, op een van onze tochten gevonden, en de anderen zijn
+allen van Engelsche documenten voorzien die we op het jacht van Lane
+inpikten. Zooals je ziet, rekenen we op alles."
+
+Mu was intusschen weer in de richting van De Vogel gegaan, die hij
+niet gaarne langer dan hoog noodig was onbeheerd wilde laten. Toen hij
+er nog ongeveer tweehonderd meter van verwijderd was, voelden allen
+plotseling den grond onder hun voeten trillen; een geweldige slag
+weerklonk, die lang nadreunde, en een metershooge vlam verlichtte
+gedurende enkele seconden de omgeving. Toen hoorde men het ruischen
+van neervallend stof en het kletteren van omlaag komende steenen.
+
+Eenige oogenblikken stonden allen als bedwelmd; toen volgde men het
+voorbeeld van Li en snelde in de richting van De Vogel, vanwaar men
+de slag gehoord meende te hebben.
+
+Bij de plaats aangekomen, waar men kort te voren geland was, bleven
+allen als vastgenageld aan den grond staan. De groote donkere vorm van
+De Vogel teekende zich niet langer tegen de lucht af. Het rotsblok,
+waarachter hij verborgen had gelegen, was tot op zijn grondvlak
+afgebrokkeld, het strand lag met gruis en steenen als bezaaid. De zee
+sloeg met geweldige golven over den oever, de laatste overblijfselen
+met zich voerend van het vernielingswerk dat hier had plaatsgegrepen.
+
+Enkele seconden heerschte er een verschikkelijke stilte; allen stonden
+sprakeloos, nog niet goed beseffend wat er eigenlijk gebeurd was.
+
+La was de eerste die tot bezinning kwam. Hij ging naar Mu toe, en
+zei rustig:
+
+"Hoe dankbaar ben ik, dat ik mijn portefeuille liet liggen."
+
+Toen drukte hij Mu de hand en gaf overigens door geen woord of beweging
+de ontroering te kennen, die zich ongetwijfeld van hem meester gemaakt
+moest hebben. Want nu begrepen allen het gebeurde: door een tot dusver
+onverklaarde oorzaak was De Vogel, met al wat er zich op bevond, in de
+lucht gevlogen--en daarmee al het werk vernietigd, waaraan La sedert
+jaren onbaatzuchtig zijn leven, zijn kunde en zijn fortuin gegeven had.
+
+De Vogel-bewoners waren geen menschen die luide aan hun emoties
+lucht gaven; ook nu wisten ze hun ontroering te verbergen. Maar
+Rob voelde hoe Li hem krampachtig de hand drukte, en hoe een snik
+het krachtige lichaam van dezen nooit ontmoedigden, onwrikbaren man
+doorschokte. Vernietigd, het werk, de hoop, de illusie van jaren!
+
+Er was geen lange tijd tot nadenken of treuren. Want opeens bemerkte
+men, dat het in den omtrek levendig begon te worden. In de verte
+hoorde men dof tromgeroffel en geschetter van signaalhoorns, het
+gestamp van talrijke regelmatige voetstappen kwam naderbij en aan
+alle zijden zag men flambouwen het duister doorvlammen. Bij instinct
+begrepen allen hier tegenover een vijandige beweging te staan. Reeds
+grepen enkelen naar hun wapenen, maar Li hield hen terug.
+
+"Kalmte--dat is op 't oogenblik het eenige noodige. Ons verweren tegen
+overmacht kunnen we niet. Het is trouwens de vraag, waarom en of we
+ons zouden moeten verweren. Ik weet in 't minst niet wat er gaande
+is--een reden echter te meer om rustig af te wachten."
+
+De voetstappen naderden snel; wapengekletter werd verneembaar. Nog
+enkele minuten, en de zeven mannen waren door talrijke Turksche troepen
+omringd; een officier sommeerde hen zonder verzet mee te gaan, en te
+midden der soldaten werden allen naar Midia geleid.
+
+Daar voerde men hen dadelijk voor een hooggeplaatst officier, die
+vroeg of een der gevangenen Turksch verstond. Daar alle Czernoviërs,
+door de veelvuldige aanraking met het naburige volk, die taal min
+of meer machtig zijn, hadden allen behalve Rob die vraag kunnen
+beantwoorden. Li trad echter snel naar voren en zei in het Turksch:
+
+"Ik spreek die taal vrij goed. Mijn metgezel"--hij wees op Rob--"kent
+geheel geen Turksch. Van de andere heeren zou ik het u niet kunnen
+zeggen; ik zie hen heden avond voor het eerst."
+
+"U bent allen Engelschen, niet waar?" vroeg de officier verder.
+
+"Deze heer en ik zijn Hollanders," antwoordde Li. "Wij zijn enkele
+uren geleden hier aangekomen, om de stad te zien. Die andere heeren
+ken ik niet."
+
+"Dus u gaat een stad zien, die op 't punt is gebombardeerd te
+worden, en u bereist een land, waar binnen enkele uren een oorlog
+zal losbarsten? Dat lijkt mij een vreemde onderneming."
+
+"Wij reizen als dagbladcorrespondenten," antwoordde Li gevat,
+"vandaar dat we het gevaar eer zoeken dan vermijden."
+
+"Bent u in het bezit van papieren?"
+
+Li gaf het gevraagde over, en beduidde Rob hetzelfde te doen.
+
+De officier zag de stukken in, begreep er klaarblijkelijk niet veel
+van, en vroeg nog:
+
+"Hoe kwam u daar aan het strand?"
+
+"We waren verdwaald, en door de duisternis overvallen."
+
+De ondervrager gaf een wenk, en eenige soldaten voerden Li en Rob in
+een zijvertrek, waar men hen ongeveer twee uren in het onzekere liet
+omtrent hun lot. Daarna verscheen een officier, die hen in een gesloten
+rijtuig naar een hoog, somber gebouw bracht, waar hun ieder een zeer
+eenvoudig gemeubeld, hoewel zindelijk vertrek werd aangewezen. Op
+hun vraag, wat men met hen en de andere gevangenen van plan was,
+ontvingen ze geen antwoord. Tegen tien uur werden in elke cel een
+matras, een kussen en twee dekens gebracht, benevens een stuk brood,
+wat boter en een kop koffie. De soldaat die een en ander bracht,
+vertelde dat zij morgenochtend wel nadere berichten zouden ontvangen,
+liet een kaars achter en ging heen. Van binnen hoorde men hem de
+zware grendels voor de deur schuiven.
+
+Rob had op De Vogel geleerd zich wijsgeerig in zijn lot te schikken,
+en hij deed dat ook nu. Wel had hij weinig gedroomd dat hij nog eenmaal
+in Turksche gevangenschap zou komen, maar de behandeling was naar
+omstandigheden niet onvriendelijk, het brood en de koffie smaakten
+goed, en Rob was zoo moe, dat hij weldra in gerusten slaap viel.
+
+Li kon zich minder gemakkelijk schikken. Ook hem verlieten zijn
+gewone kalmte en zijn hoop op de toekomst niet, maar de vreeselijke
+gebeurtenissen der laatste uren, het in de lucht vliegen van De Vogel
+en zijn daarop gevolgde arrestatie stemden hem toch somber, en hij
+begreep, dat op het oogenblik bijna alle hulpmiddelen om zijn doel
+te bereiken, hem uit de handen waren geslagen, dat er hem slechts
+éen ding was gebleven om op te blijven vertrouwen: eigen kracht. Vol
+onrustige gedachten zocht hij zijn eenvoudig bed op.
+
+Den volgenden morgen werd Li voor den zelfden officier gebracht,
+die hem tevoren in verhoor had genomen, en die zich nu bekend
+maakte als generaal Iradin Effendi, gouverneur der vesting Midia. Li
+vernam nu met groote verbazing, dat op 1 Januari de oorlog tusschen
+Engeland en Turkije was uitgebroken, de oorlog dien wij kennen als
+den Dardanellen-Oorlog, omdat hij ontstond doordat Turkije, tegen
+de bestaande verdragen in, aan Russische bewapende oorlogsschepen
+toegestaan had de Dardanellen te passeeren. We weten ook, dat die
+oorlog door de tusschenkomst van Rusland, welks belangen meebrachten,
+dat Engeland geen invloed zou krijgen op het Balkan-schiereiland, vrij
+spoedig werd gestuit; op dat oogenblik was die snelle afloop echter nog
+niet te verwachten. Daar men berichten had ontvangen, dat Engelsche
+oorlogsvaartuigen op de Zwarte-Zeekust bij Midia zouden trachten te
+landen, was deze plaats in staat van beleg gebracht, en had men, onder
+meer veiligheidsmaatregelen, eenige zware mijnen langs de kuststrook
+aangelegd, die electrisch met de vesting waren verbonden, zoodat men
+ze van daar uit kon doen ontploffen, zoodra de landingstroepen aan
+wal zouden komen. Li begreep nu ook, dat De Vogel het ongeluk had
+gehad op zulk een mijn terecht te komen; dadelijk daarop was een
+electrische bel in het fort in beweging gekomen, en enkele minuten
+daarna had men de ontploffing bewerkstelligd. Tegelijkertijd zag
+Li in, dat, gaven de Hollandsche papieren Rob en hem groote kans om
+hun vrijheid te herwinnen, de Engelsche passen, waarvan de anderen
+door een ongelukkige speling van het toeval waren voorzien, hen
+van den wal in den sloot zouden helpen. Ontkenden ze Engelschen
+te zijn, dan zou men hun eigenlijke nationaliteit willen weten;
+hielden ze vol inderdaad Britsche onderdanen te zijn, dan zouden
+ze onder vermoeden van vijandelijke bedoelingen worden gevangen
+gehouden. Alles in aanmerking nemende, begreep Li dat het laatste,
+hoe hard ook voor de slachtoffers, toch nog het beste zou zijn. Rob
+en hij zouden misschien ongehinderd Czernovië kunnen binnendringen,
+om dan te overwegen in hoever ze hun plan konden doorzetten; kwamen
+ze echter allen gezamenlijk in hun land terug, dan zou de kans op
+herkenning sterk vergroot worden, en daarmee die op mislukking.
+
+De generaal deelde Li mede, dat hij diens papieren had onderzocht,
+en door een tolk doen vertalen, en dat ze hem voorkwamen in orde
+te zijn. Li moest echter nog een aantal vragen beantwoorden,
+zijn aanwezigheid op het strand nader verklaren en een berisping
+aanhooren over zijn onvoorzichtigheid. Daarna werd hij naar zijn cel
+teruggebracht, en onderging Rob een gelijkluidend verhoor. Daar Li
+den vorigen avond met hen besproken had wat zij zouden antwoorden,
+kon de gouverneur over het resultaat tevreden zijn.
+
+Nog drie weken brachten de beide vrienden in hun gevangenschap door;
+in dien tijd werden ze nog eenige malen verhoord, en ten slotte
+vernamen ze, dat door voorspraak van den Nederlandschen Consul in
+Konstantinopel hun invrijheidstelling was bewerkt.
+
+En zoo stonden Rob en Li in 't laatst van Januari als vrije mannen op
+de stoep van het grijze gebouw, dat hen zoo lang tegen hun wil had
+geherbergd, en lag de toekomst weer voor hen open. Vóor hun vertrek
+vernamen ze nog, dat de Engelschen, die men tegelijk met hen gevangen
+had genomen, van spionnage verdacht werden, en voorloopig wel in
+krijgsgevangenschap zouden blijven.
+
+"Ziezoo," zei Li, die in zijn cel genoeg gelegenheid had gehad om te
+overdenken wat hem te doen stond, "nu naar Slavowitz!"
+
+
+
+
+
+
+TWAALFDE HOOFDSTUK.
+
+ROB MAAKT KENNIS MET DEN HERTOG VAN BORA.
+
+ In het Hotel Czernovië.--Van Stralen ontmoet zijn broer.--Daar
+ komt de Prinses!--Een ontmoeting met den aanstaanden
+ Prins-Gemaal.--Esse quam videri.--Van Stralen doet een duel
+ op.--De tooneelspelen van Aeschylus.--Van avond om zes uur.
+
+
+In de eerste dagen van Februari zaten Rob en Li op de veranda van
+het Hotel Czernovië, het voornaamste in Slavowitz, de schilderachtige
+hoofdstad van de voormalige Oranje-Republiek. Zij waren overeengekomen,
+te reizen als gefortuneerde toeristen, die de vele merkwaardigheden
+der hoofdstad kwamen bezien, en zich overigens van de menschen en
+dingen om hen heen weinig aantrokken.
+
+Een marmeren tafeltje stond tusschen hen in, en daar ze nu ter
+wille van den uiterlijken schijn afstand moesten doen van hun
+sobere Vogelgewoonten, zal het den lezer niet verwonderen, dat op het
+tafeltje een flesch chartreuse en een kistje sigaren prijkten, alsmede
+twee koppen voortreffelijke koffie, waarvan ze na een uitstekenden
+maaltijd--men dineerde in Czernovië algemeen om 1 uur--met welbehagen
+genoten. Beneden hen stroomde het vroolijke Czernovische leven
+voorbij, en als luie, voor hun genoegen bestaande toeristen keken ze
+langs den roezemoezigen boulevard. Toch waren hun gesprekken niet
+zoo onbezorgd als hun voorkomen zou doen veronderstellen. Telkens
+vormden de achtergelaten vrienden het onderwerp ervan, en als zij
+zich vergeefs hadden bezonnen op een middel om hen te bevrijden, was
+de overtuiging des te treuriger, dat het in veel opzichten misschien
+beter was wanneer ze voorloopig gevangen bleven. Een ander ding, dat
+vooral Rob bezig hield, was de vrees, dat men zich nu in Amsterdam,
+zonder berichten, zeer ongerust over hen zou maken.
+
+Het was twee uur.
+
+De veranda van het hotel was behalve door onze beide vrienden nog
+slechts door een enkel heer bezet, die met den arm op de balustrade
+geleund en den rug naar Li en Rob toegekeerd, in gedachten verzonken
+een cigaret zat te rooken. Terwijl Li met Rob zat te praten, had
+hij het oog niet van dien heer afgewend; toen deze het hoofd een
+oogenblik meer naar hun kant draaide, brak Li opeens het gesprek af,
+en wenkte een kelner, wien hij vroeg:
+
+"Wie is die heer!"
+
+"Dat is de kapitein der artillerie Van Stralen, Particulier Secretaris
+van Prinses Elizabeth."
+
+"Zoo," zei Li onverschillig. "Dank je wel. Ik heb dien heer meer
+ontmoet, geloof ik. Daarom vroeg ik het."
+
+Een oogenblik daarna stond Li op, en ging op den heer af. Rob zag
+met verbazing toe, en begreep heelemaal niet hoe hij het had, toen
+hij Li de beide handen op de schouders van den ander zag leggen,
+blijkbaar om hem te verhinderen op te staan.
+
+Daarna hoorde hij Li zeggen:
+
+"Blijf zitten. Toon vooral geen verbazing."
+
+Toen de aangesprokene, blijkbaar verrast, een beweging maakte om op
+te springen, hield Li hem tegen, en zei rustig:
+
+"Kom bij ons zitten."
+
+De Secretaris stond nu op en voegde zich bij Rob en Li. Toen sprak Li:
+
+"Rob--ik stel je mijn broer voor. Hij wist niet dat ik nog leefde--ik
+wist niet dat hij tegenwoordig zulk een hooge betrekking bekleedde."
+
+Ofschoon Li's broer klaarblijkelijk een even koelbloedig man was als
+Li zelf, kon hij eerst geen woorden vinden om zijn verbazing te uiten
+en was hij door aandoening geheel van streek. Eindelijk zei hij:
+
+"Het is onbegrijpelijk. Als ik je stem niet duidelijk herkende, zou
+ik het niet gelooven. Hoe kom je zoo veranderd? Je haar is zwart,
+je kleur zoo donker... En waarom leef je eigenlijk nog?"
+
+Nu moest Li hartelijk lachen. Hij antwoordde:
+
+"De hoofdzaak is, _dat_ ik leef. Laten we voorloopig daarmee tevreden
+zijn. Ik leg je later alles uit. Ik herkende je dadelijk, en toen ik
+hoorde dat je Secretaris van Prinses Elizabeth was, vond ik daarin
+een reden om mijn incognito voor deze eerste en laatste maal op te
+heffen. Je kunt me onschatbare diensten bewijzen. Maar laten we
+beginnen met naar mijn kamer te gaan, daar kunnen we rustiger en
+veiliger spreken."
+
+Ze gingen nu met hun drieën naar binnen, en weldra werd er over en
+weer over het gebeurde van den laatsten tijd druk gepraat. Li vertelde
+in groote trekken zijn lotgevallen, en zijn broer beloofde natuurlijk
+in alle opzichten de stiptste geheimhouding.
+
+Toen de eerste vreugde van het ongedachte en onverwachte weerzien
+voorbij was, begon men wederzijds te vragen en te antwoorden in
+verband met Li's plannen, en de hulp die hij daarbij van zijn broer
+Paul meende te kunnen hebben.
+
+Paul vertelde, dat men in geheel Czernovië van den dood der zeven
+mannen overtuigd was, te meer daar het geheele eiland Riva immers
+met al wat er op was, in de golven was verdwenen. En Li zei:
+
+"Ik had je dadelijk herkend, maar was eerst niet van plan je aan
+te spreken. Toen de kelner me echter vertelde, dat je Particuliere
+Secretaris van Elizabeth was geworden, begreep ik van die omstandigheid
+te kunnen partij trekken. Vertel eens, waarom sprak die man van
+"Prinses" Elizabeth?"
+
+"Wel, sedert een maand heeft de Czaar bij wijze van vorstelijke
+beleefdheid aan Elizabeth den titel van Prinses gegeven; je weet
+dat de Russen daarmee nog al vrijgevig zijn--van welk denkbeeldig
+Russisch bezit ze Prinses is, weet ze geloof ik zelf niet goed. Maar
+de bedoeling van het cadeau is duidelijk genoeg. Als Elizabeth
+Prinses genoemd kan worden, is het voor den Czaar gemakkelijker
+Hertog Alexander aan haar uit te huwelijken, en dat is dan toch
+ten slotte de bedoeling. We worden trouwens langzaam maar zeker
+gerussificeerd. Allerlei veranderingen in den regeeringsvorm hebben we
+ons moeten laten welgevallen, en ik weet niet hoe dit eindigen moet."
+
+"Is er niets van verzet te merken? Geloof je niet dat er geheime
+plannen gevormd worden om een omwenteling te weeg te brengen?"
+
+Paul haalde de schouders op.
+
+"Wat willen wij tegen het machtige Rusland beginnen? Elk verzet is
+in beginsel een dwaasheid. Het volk protesteert met waardigheid;
+het begroet elke nieuwe Russische hervorming met rouwbetoon. Maar
+wat geeft dat? We zullen wel moeten berusten."
+
+Li zweeg eenige oogenblikken en zag voor zich uit.
+
+"Elizabeth gelooft natuurlijk ook aan mijn dood?" vroeg hij toen,
+echter zoo rustig, dat Rob er verwonderd van opzag. Het leek wel
+alsof er een diepere bedoeling achter lag, hetgeen trouwens ook,
+naar hij later zien zou, het geval was.
+
+"Natuurlijk. Ze heeft er vreeselijk onder geleden, maar haar groote
+geestkracht stelde haar in staat haar verdriet te beheerschen en zich
+met alle toewijding aan het welzijn van den Staat te geven. Ik ben
+de eenige met wien ze over je spreekt."
+
+"Denk je, dat ze dien Hertog van Bora trouwen zal?"
+
+"Ze roert dat onderwerp wijselijk zelden aan," zei Paul ontwijkend;
+"ze wil, en kan trouwens ook niet, de eerste zijn die dat ter sprake
+brengt. Maar het zou me verwonderen als men haar daartoe brengen kon."
+
+Op dit oogenblik hoorde men beneden in de straat een verward gegons
+van stemmen. Paul was naar het venster gegaan en zei:
+
+"Daar komt de Prinses!"
+
+Li voelde zijn hart kloppen alsof het wilde bersten, toen hij de oogen
+naar den naderenden stoet wendde. Het juichen der langs de boulevards
+geschaarde menschenmenigte kwam nader en nader.
+
+Een detachement ulanen opende den stoet, hun lansen glinsterden in
+den zonneschijn, aan de punten fladderden groene vaantjes. Daarna
+volgde de Prinses in een open landauer. Nog een oogenblik en het
+rijtuig bereikte het hotel, en alsof het geluk Li gunstig was, kwam
+het juist tegenover het balcon waarop hij stond, tot stilstand.
+
+De equipage zag er zeer sierlijk uit, met blauwe zijde bekleed, en het
+Czernovische wapen in goud op de portieren. De mooie zwarte paarden,
+wier huid als satijn glom, hadden lichtbruin met zilver beslagen tuig.
+
+Maar Li zag niets van dat alles, zijn oogen waren op haar gericht,
+die in het rijtuig zat.
+
+Ja, zij die daar met vriendelijken glimlach en hoffelijke buiging
+het juichende volk dankend groette--die jonge en schoone vrouw was
+Elizabeth! Voor een oogenblik werd alles, de straat, de huizen,
+de menschen, tot een verward visioen; het gonsde in zijn ooren als
+het stroomen van een geweldige rivier. Met inspanning bedwong hij
+zijn eerste opwelling om het hotel uit te snellen, en haar tegemoet;
+hij trad iets terug en verborg zich achter eenige aloë-planten, opdat
+hij kon blijven zien zonder opgemerkt te worden. Het was verbazend,
+neen het was een verrukking voor hem, te zien met welk een waardigheid
+en een gemak Elizabeth haar nieuwen staat wist te dragen.
+
+De landauer van de Prinses had stilgestaan, omdat zij twee voetgangers
+wenschte aan te spreken, die, te oordeelen naar den eerbied, hun door
+de menigte bewezen, personen van aanzien in Czernovië waren.
+
+De eerste was een bejaard, zilverharig man van een statig voorkomen,
+en die zich onderscheidde door een ouderwetsche hoffelijkheid.
+
+"Graaf Radzivil," antwoordde Paul op Li's vraag, "de Eerste-Minister
+van Czernovië."
+
+De ander was iemand van breeden, stevigen lichaamsbouw, met een
+donkergetint, niet onknap gelaat, zwarte oogen en een zwarten
+puntbaard. De zonnestralen speelden met den zilveren adelaar op zijn
+helm; zijn prachtige uniform glinsterde van goud galon, sterren en
+orden. Hij liep rechtop, met de linkerhand op het gevest van zijn
+sabel, en het was duidelijk dat hij zoowel in eigen oogen als in die
+van zijn omgeving, een zeer gewichtig personage was.
+
+"Wie is dat?" vroeg Li.
+
+"Alexander, Hertog van Bora, commandant van het Czernovische leger,
+lid van het kabinet, neef van den Czaar en vermoedelijk troonopvolger."
+
+"Dat is dus de man, die zijn intocht deed, toen ik met De Vogel
+vertrok, het plan vormend hem in mijn macht te krijgen," zei Li; en na
+een oogenblik voegde hij er bitter aan toe: "zooals de zaken nu staan,
+zal ik duchtig moeten oppassen dat het omgekeerde niet plaats heeft."
+
+Hij zag nu hoe Elizabeth zich in haar rijtuig vooroverboog, vroolijk
+lachend, en klaarblijkelijk in druk gesprek met den Prins. Hij
+kreeg zelfs den indruk dat ze alles in het werk stelde om hem te
+behagen. Onwillekeurig vormde hij zich een oordeel over den Prins:
+iemand met een niet al te vlug verstand, maar eerzuchtig; een ruw,
+door de uiterlijke voorschriften der etiquette slechts met moeite
+in bedwang gehouden karakter. Wat kon Elizabeth in dien man zien,
+dat haar belangstelling inboezemde?
+
+"De Prins schijnt op zeer goeden voet met Elizabeth," merkte hij op.
+
+"Natuurlijk--zijn aanstaande vrouw," sprak Paul met een zucht.
+
+Li antwoordde niet. Hij zag hoe de Prinses, die haar gesprek geëindigd
+had, den rechterhandschoen uittrok, en de blanke bejuweelde hand
+den Hertog toestak, met een glimlach en een sierlijkheid van gebaar,
+die den verborgen toeschouwer door de ziel sneden.
+
+"Ze heeft me vergeten," sprak hij bij zichzelf. "En dat is eigenlijk
+wel te begrijpen--ze moet wel denken dat ik niet meer terug kom...."
+
+Bora bracht Elizabeth's hand aan de lippen, en Graaf Radzivil nam
+den hoed af. Toen gleed het rijtuig weer voort langs den boulevard,
+gevolgd door een detachement ulanen in dezelfde uniform als zij die
+er aan voorafgegaan waren.
+
+Toen het rijtuig uit het gezicht verdwenen was, zei Paul:
+
+"Ik moet tot mijn spijt weg. De Prinses heeft 's middags na
+den maaltijd mijn diensten noodig. Het kan ook zijn, dat mijn
+tegenwoordigheid slechts kort of in 't geheel niet vereischt wordt--in
+dat geval kom ik dadelijk terug."
+
+Rob en Li--of laten we hem nu liever weer bij zijn eigenlijken naam
+noemen--Rob en de ingenieur Van Stralen begaven zich na Paul's vertrek
+weer naar de veranda, de eerste zonder eenigszins te beseffen hoe
+deze verwikkelingen zich ontwarren zouden, de ander vol vertrouwen
+op de toekomst en bezield met den vasten wil tot slagen, maar op
+het oogenblik toch zonder een juist en duidelijk overzicht van de
+komende dingen.
+
+Van Stralen sprak geen woord, en leunde over de balustrade, zonder
+te zien keek hij peinzend langs den boulevard. Rob, hem niet willende
+storen, zweeg eveneens.
+
+Ze hadden eenige oogenblikken zoo gezeten, en Rob was juist van
+plan zijn reisgenoot een wandeling door de stad voor te stellen,
+toen hij naast zich het gekletter van een sabel en het rinkelen van
+gespoorde voeten hoorde, terwijl een ruw verschoven stoel onzacht zijn
+arm raakte. Hij keek op, en zag twee heeren, die hij onmiddellijk
+als den Hertog van Bora en Graaf Radzivil herkende. Reeds had de
+antipathie, die Van Stralen voor den Hertog voelde, zich ook aan
+hem zoo meegedeeld, dat hij een oogenblik de drift in zich voelde
+opbruisen over de onbeleefde wijze waarop die man hem, zonder eenig
+woord van verontschuldiging, letterlijk op zij drong om gemakkelijker
+te kunnen zitten. Ook de toon, waarop hij den toeschietenden kelner
+wijn bestelde, en hem daarna afsnauwde, omdat de man hem niet dadelijk
+begreep, klonk Rob zeer afstootend in de ooren. Toen de Hertog
+dan ook, een oogenblik daarna, ongedurig weer opstond, en, naar een
+gemakkelijker zetel omziend, zonder veel complimenten den stoel greep,
+waarop Van Stralen en Rob hun hoeden hadden uit de hand gelegd, sprong
+ook Rob op, nam den Hertog snel den stoel weer uit de hand, en legde
+de op den grond gevallen hoofddeksels weer op hun vorige plaats.
+
+De Hertog, gewoon te doen en te laten wat hij wilde, stond een
+oogenblik verstomd. Zijn oogen glinsterden van toorn, hij sloeg
+onwillekeurig de hand aan het gevest van zijn zwaard, en bulderde:
+
+"Hoe durft u, meneer! Weet u niet wie ik ben?"
+
+Daar deze woorden in het Russisch werden uitgesproken, dat Rob niet
+verstond, gaf deze geen onmiddellijk antwoord; Van Stralen, uit
+zijn droomerij ontwaakt, had zich intusschen tot den Hertog gewend,
+en zei in het Hollandsch:
+
+"Wij weten zeer goed, wie u is, meneer. Daarom verbaast uw
+onbeleefdheid ons des te minder."
+
+De zwarte oogen van den Hertog flikkerden woest; hij had gedurende
+zijn verblijf in Czernovië de landstaal te goed geleerd, om te kunnen
+veinzen dat hij Van Stralen's woorden niet verstond. Zijn gezicht
+werd dreigend en donker van uitdrukking, en hij riep uit:
+
+"Bent u gek of dronken? Is het al niet erg genoeg dat u niet opstond
+en mij niet groette toen ik binnenkwam, zooals elk Czernoviër gewoon
+is? Wees zoo goed, Graaf Radzivil, de namen dezer heeren te noteeren;
+ze zullen hun onbeleefdheid boeten."
+
+Graaf Radzivil fluisterde den Hertog iets toe, waarop deze eenigszins
+scheen te kalmeeren; daarna naderde hij Van Stralen met een hoffelijke
+buiging en stelde zich voor:
+
+"Graaf Radzivil, Premier van Czernovië. Mag ik weten, met wien...."
+
+"Ik ben Hollander, mijn naam is Van Heelstra," antwoordde Van
+Stralen, opzettelijk Rob buiten de kwestie houdend. "Mag ik vragen
+wie deze--eh--heer is?"
+
+De Hertog zag nu, dat hij met vreemdelingen te doen had, en dus wijzer
+deed geen twist met hen te beginnen. Hij antwoordde kort:
+
+"Ik ben de Hertog van Bora, commandant van het Czernovische leger. Ik
+had u voor Czernoviërs aangezien."
+
+Met die woorden draaide hij zich om, meenend nu voldoende excuses
+gemaakt te hebben, en Van Stralen zou er zich op hebben kunnen
+verheffen, dat hij de eenige man was, aan wien ooit de Hertog op zijn
+manier verontschuldigingen had aangeboden.
+
+Graaf Radzivil echter, wiens hoffelijke aard niet gedoogde, dat een
+vreemdeling zou heengaan met een onaangename herinnering aan Czernovië
+en zijn hooggeplaatste inwoners, vond het noodig Van Stralen nog
+eenige vriendelijkheden te zeggen.
+
+"U zult als Hollander zeker veel zien in deze stad, waardoor u aan
+uw eigen land wordt herinnerd?"
+
+"Zeker," antwoordde de ingenieur. "Maar helaas ook veel, wat mij den
+Russischen invloed in herinnering brengt."
+
+De Prins had zich bij deze woorden wrevelig afgewend, en deed alsof
+hij aan het verdere gesprek geen aandacht schonk.
+
+"Een gesprek daarover," zei graaf Radzivil glimlachend, "zou ons op
+het gevaarlijk terrein der politiek brengen. Zeker is, dat Czernovië
+de laatste jaren veel van haar oorspronkelijk karakter verloren
+heeft. Men leert zich in het onvermijdelijke schikken."
+
+"Ook de Prinses?" vroeg Van Stralen scherp.
+
+"De persoonlijke gevoelens der Prinses heb ik niet de eer te kennen,"
+antwoordde Radzivil diplomatiek. "Wel staat vast, dat zij--zelf van
+Hollandschen oorsprong--haar genegenheid voor den Hollandschen stam
+niet verbergt. Meerdere personen uit haar omgeving zijn afstammelingen
+van Hollandsche geslachten; ik zelf ben het van de zijde mijner
+moeder; de Particuliere Secretaris der Prinses, de heer Van Stralen,
+is volbloed Hollander. Waarschijnlijk hebt u, zonder het te weten,
+dien heer dezen middag hier ontmoet; hij gebruikt geregeld zijn diner
+in dit hotel."
+
+"Ik had zelfs het genoegen door een toeval met hem kennis te maken,"
+zei Van Stralen.
+
+"Wel, dat is zeker toevallig," vervolgde de Graaf, en, zich tot den
+Hertog wendend, sprak hij:
+
+"De heer Van Heelstra maakte dezen middag met onzen vriend den
+Secretaris der Prinses kennis, Hoogheid; gelooft u niet, dat..."
+
+Maar de Hertog veinsde hem niet te hooren. Hij haatte den Secretaris,
+en alleen daarom den onbekenden Hollander des te meer.
+
+"Van Stralen is een uitnemend man," vervolgde de goedpraatsche
+Radzivil; "hij bewees ons menigen goeden dienst. Een belangrijk
+cijfertelegram dat ons onlangs in handen viel, en waarmee de
+deskundigen geen raad wisten, pluisde hij uit. Hij heeft een belangrijk
+werk over raadselschrift geschreven, ofschoon ik tot mijn schande
+bekennen moet het nooit gelezen te hebben. Hij strekt onzen kleinen
+Staat tot eer. We mogen niet veel beteekenen onder de grootmachten,
+maar door de voortreffelijke eigenschappen van vele Czernoviërs zijn
+we toch sterker dan velen denken."
+
+"Esse quam videri [2]," glimlachte Van Stralen.
+
+Nauwelijks had hij deze woorden geuit, of het bleek dat de Hertog
+het gesprek zeer goed gevolgd had. Hij keerde zich plotseling om,
+zijn gezicht teekende verbazing en toorn, en hij vroeg ruw:
+
+"Wat meent u daarmee?"
+
+"Gaarne wil ik het voor u vertalen, Hoogheid, daar u klaarblijkelijk
+geen latijn kent. Esse quam videri wil zeggen..."
+
+"Beleedig me niet langer!" riep de opgewonden Hertog. "Ik weet zeer
+goed wat het zeggen wil. Ik vraag alleen, waar u die woorden gelezen
+hebt, hoe u...."
+
+Buiten zichzelf van woede, kon hij geen woorden vinden om zich
+juist uit te drukken, en terwijl hij daarnaar nog zocht, vervolgde
+Van Stralen:
+
+"Uwe Hoogheid heeft een eigenaardige manier om iemand een uitlegging
+te vragen. Waar ik die woorden las? Waarschijnlijk waar ook u ze las,
+daar u ze immers ook blijkt te kennen."
+
+"Dat is een leugen!" riep de Hertog.
+
+"Voorzichtig, Hoogheid," wierp Radzivil in 't midden, terwijl hij om
+zich heen zag, "laten we geen publiek schandaal uitlokken."
+
+Van Stralen had moeite zich deze beleediging te laten aanleunen,
+maar daar hij met zijn handelwijze een bepaald plan had, hield hij
+zich kalm, en zei:
+
+"Uwe Hoogheid laat zich zeer kwetsend over mij uit, doch ik ben bereid
+die woorden als niet gesproken te beschouwen. U zult mij echter
+ten goede houden, dat ik nu ook op uw vragen geen nader antwoord
+kan geven."
+
+Met deze woorden ging Van Stralen weer kalm aan zijn tafeltje zitten
+en stak een nieuwe sigaar op.
+
+De Hertog was echter volstrekt niet van plan het hierbij te laten. Hij
+ging naar den ingenieur toe, wiens terugtrekkende beweging hij voor
+lafheid hield, en vroeg:
+
+"U wenscht mij dus niet te antwoorden?"
+
+"Neen."
+
+"U weigert?"
+
+"Beslist."
+
+"Dan zult u met mij duelleeren."
+
+Van Stralen voelde veel lust de uitdaging aan te nemen; zijn
+tegenstander had hem na de korte kennismaking al genoeg afkeer
+ingeboezemd. Maar het leek hem toch verstandiger zulk een conflict
+voorloopig, als 't eenigszins mogelijk was, te vermijden. Ten eerste
+zou met het overhoop steken van den Hertog de Czernovische kwestie
+volstrekt niet opgelost zijn, ten tweede zou het duel aanleiding kunnen
+geven tot een openbare bespreking daarvan, waardoor Van Stralen zich
+meer bloot zou geven dan hij op dit oogenblik wel wenschte.
+
+Hij antwoordde dus rustig:
+
+"Neen Hoogheid, ik zal niet duelleeren."
+
+"Als u niet vechten wilt, kan ik u er niet toe dwingen. Maar ik kan
+u ten minste als een lafaard brandmerken."
+
+En zijn stok oplichtend, gaf hij Van Stralen een slag op de wang.
+
+"Hoogheid!" riep Radzivil, en begaf zich, boos en verontwaardigd,
+naar het andere einde der veranda.
+
+De kleur was uit Van Stralen's gelaat geweken; alleen een roode streep
+gloeide op zijn linker wang.
+
+"Zult ge nu vechten?" zei de Hertog met een tartenden glimlach,
+terwijl hij den stok opnieuw ophief. "Of hebt ge nog een nadere
+opwekking noodig?"
+
+"Vechten? Ja, waarachtig, dat zal ik!" antwoordde Van Stralen,
+diep ademhalend. "Zend uw getuigen hierheen; ze zullen de mijnen
+ontmoeten. Ik heb u verder niets meer te zeggen. Onze sabels zullen
+het overige doen."
+
+Een glans van wilde vreugde ging over het gelaat van den Hertog.
+
+"Mijn getuigen zullen binnen een uur hier zijn. Maar eerst een
+waarschuwing aan Radzivil. Die is te praatziek: en de kwestie behoeft
+niet aan de groote klok gehangen te worden."
+
+De Hertog verwijderde zich, en Van Stralen bleef naast den verschrikt
+zwijgenden Rob zitten, terwijl de enkele gasten van het hotel,
+die zich op het balcon bevonden, de oogen op hem richtten, en tot
+elkaar zeiden, dat de Hertog zeker weer een van zijn onderdanen op
+zijn gewone zachtaardige manier voor een onbeleefdheid had gestraft.
+
+De Hertog, volstrekt niet beschaamd over zijn uitbarsting van woede,
+alleen geërgerd omdat Radzivil zulke duidelijke teekenen van afkeuring
+had gegeven, ging naar het tafeltje waar de Premier zich had neergezet.
+
+De laatste dorst niet veel meer dan zwakke tegenwerpingen maken,
+want hij verkeerde in een moeielijke positie. Het was niet handig
+zich iemand tot vijand te maken, die bestemd was Prins-Gemaal van
+Czernovië te worden.
+
+"Uwe Hoogheid vergeet dat het duel bij de wet verboden is."
+
+"Ik ben de aanstaande Prins-Gemaal en sta boven de wet," antwoordde
+de Hertog hooghartig.
+
+"De Prinses zal waarschijnlijk die meening niet deelen. Herinner
+u hoe ijverig zij gewerkt heeft om de Wet tegen het Tweegevecht er
+door te krijgen. Als een van haar eigen Ministers die wet overtreedt,
+zal zij zich daar zeker niet bij neerleggen. U hebt, vergeef mij dat
+ik het zeg niet zeer voorzichtig gehandeld."
+
+"Bah, m'n beste Radzivil, zorg maar dat je weet te zwijgen, en ze
+zal er nooit van hooren. Denk er aan," voegde hij er dreigend bij,
+"dat, wanneer Hare Hoogheid de zaak te weten komt, ik niet twijfelen
+zal aan de herkomst van haar inlichtingen."
+
+Hij dronk haastig een glas wijn leeg, en wierp een blik vol haat in
+de richting van den ingenieur.
+
+"Weet ge wel, Radzivil, dat de spreuk, die deze Hollander zooeven
+uitsprak, gegraveerd staat in de binnenzijde van een ring, welken de
+Prinses draagt? Slechts eenmaal legde zij dien, doordat een der steenen
+beschadigd was, in mijn tegenwoordigheid af. Ik had toen de gelegenheid
+het inschrift te lezen, en vroeg wie haar dien ring had geschonken. De
+Prinses bleef niet alleen het antwoord schuldig, maar was blijkbaar
+in verlegenheid. Dat kwam mij verdacht voor, evenals 't me verdacht
+voorkomt, dat die vreemdeling zooeven dezelfde spreuk aanhaalde."
+
+"Maar welke conclusie zou Uwe Hoogheid daaruit dan willen trekken?"
+
+"Dat er de een of andere verhouding bestaan heeft, misschien zelfs
+nog bestaat, tusschen de Prinses en dien man daar."
+
+"Uwe Hoogheid moet zich vergissen. De heer Van Heelstra bezoekt
+Slavowitz voor de eerste maal in zijn leven. Waar en wanneer zou de
+Prinses hem ontmoet kunnen hebben?"
+
+"Dat weet ik evenmin als jij, maar ik wil, en zal dat ook, te weten
+komen. Er zijn geruchten, die van een vroegere verloving der Prinses
+spreken, vóor zij het bestuur in handen kreeg."
+
+"Daarvan hoorde ik ook wel spreken. Het schijnt echter, dat die
+geruchten op zeer losse gronden berusten; niemand weet er iets
+met zekerheid van te zeggen. Bovendien zou de persoon in kwestie,
+ook al weer volgens zeer vage geruchten, behoord hebben tot de zeven
+geleerden, die bij de ramp van Isola Riva omkwamen. En op geen hunner
+gelijkt deze Hollander ook maar in de verte. De onderstelling alleen
+trouwens, dat hij die ramp zou hebben overleefd, is te dwaas om van
+te spreken."
+
+"Dat is zoo," antwoordde de Hertog, "Er zou trouwens ook geen enkele
+reden te noemen zijn waarom de overlevende zich dan schuilhouden en
+vermommen zou."
+
+"Nu ziet u immers zelf uw dwaasheid in! Mij dunkt, dat u die
+duel-kwestie nu maar moest bijleggen."
+
+"Het komt niet in me op," antwoordde de Hertog koppig. "Juist omdat
+dit geval zoo raadselachtig is, wil ik de oplossing er van vinden. Als
+deze Hollander mijn vragen niet goedschiks wil beantwoorden, zal hij
+het kwaadschiks doen, of--met een sabelhouw zijn onwil boeten. Ik
+duld zelfs den schijn niet, dat ik een mededinger heb. Ik begin
+nu zelfs te gelooven, dat de Prinses zoo ijverig de Wet op het
+Tweegevecht doordreef, om haar geliefde de gelegenheid te geven,
+zich ongemoeid in Czernovië op te houden. Zij wilde hem tegen mijn
+sabel beveiligen. En nu ben ik er ook van verzekerd, dat zij reeds
+lang met hem heeft gecorrespondeerd, terwijl haar vriend Van Stralen,
+die voor zulke dingen heel geschikt is, als tusschenpersoon heeft
+gediend. Voor onze Prinses, die er een geheime liefde op na houdt,
+is zulk een handige cijfermeester een geschikt werktuig."
+
+Hij keek wederom met zulk een haat in zijn blik naar Van Stralen, dat
+de Premier, een nieuwe scčne vreezend, de gedachten van den Hertog
+poogde af te leiden, door het woord "cijfer," dat deze zoo even had
+uitgesproken, tot het onderwerp van een gesprek te maken.
+
+"De Secretaris is, zooals u zegt, een kundig ontcijferaar van
+geheimschrift, maar op het oogenblik schiet zijn kunst toch te kort."
+
+"Hoezoo?"
+
+"Wel, onlangs is hem een cijferbericht voorgelegd door Zabern...."
+
+"Zabern!" viel de Hertog hem wrevelig in de rede. "Alweer zoo'n
+halfslachtig wezen in het Kabinet. De Czaar heeft gemeend goed te doen
+door de regeering langzamerhand in Russische handen te brengen. Wat
+mij betreft is de keus zeker heel goed geweest, maar in Zabern--en
+evenzeer in een zekeren Graaf Radzivil--is van moederszijde nog te veel
+Hollandsch bloed. Als 't aan mij lag ging men veel radicaler te werk."
+
+"De Czaar voelt klaarblijkelijk meer voor een geleidelijken overgang,
+en hij heeft dunkt me van zijn standpunt uit gelijk. Maar ik wilde dan
+vertellen, dat vier weken geleden in een herberg een twist tusschen
+Czernoviërs en Russen zoo hoog rees, dat men de hulp van een militaire
+patrouille inriep, die de belhamels naar de wacht meenam. Daar had de
+gebruikelijke fouilleering plaats, en op een van de mannen vond men
+een paspoort op naam van Ivan Russakoff, hetgeen de man verklaarde
+hem toe te behooren."
+
+Radzivil was er uitstekend in geslaagd de aandacht van den Hertog
+af te leiden. De toorn week van zijn gelaat. Van Stralen en het duel
+schenen voor een nieuwe belangstelling te zijn geweken.
+
+"Deze Russakoff droeg een kaftan, in welks voering een breed, in
+tweeën gevouwen stuk papier was verborgen, aan beide zijden bedekt,
+niet met woorden, maar met lange rijen cijfers. Des morgens werden de
+arrestanten ontslagen, behalve Russakoff, van wien men een verklaring
+verlangde omtrent de beteekenis van het papier. Hij weigerde die
+te geven. Hij zei de agent te zijn van een lakenkoopman uit Warsim,
+en had trouwens een tasch bij zich met stalen van lakenstoffen. Een
+onderzoek wees uit, dat er in Warsim inderdaad een lakenkoopman,
+genaamd Paskovitch, woont, wiens agent Russakoff is, en dat de
+kleedermakers van Slavowitz aanzienlijke bestellingen bij dien
+man doen."
+
+"Daarna liet men den man zeker los?"
+
+"Integendeel. De zaak kwam Zabern ter oore, en hij liet den man voor
+zich brengen. "Wat beteekenen die cijfers?" vroeg Zabern. "Dat zijn
+beroepsgeheimen," antwoordde Russakoff. "Daaraan twijfel ik niet,"
+zei de Maarschalk. "Je beroep is dat van spion. Je laken-verkooperij
+is een dekmantel voor je eigenlijke bedoelingen." Zabern nam den
+man langen tijd in verhoor. Russakoff weigerde de beteekenis van
+het geheimzinnig papier te onthullen; hij kon geen bevredigende
+verklaringen geven betreffende de wijze waarop hij zijn tijd in
+Slavowitz had doorgebracht, en de Maarschalk, overtuigd dat de man
+een spion is in Russischen dienst, heeft hem voor meerdere veiligheid
+naar de Citadel doen brengen, waar hij nu is. Het papier is in handen
+van Van Stralen om het te ontcijferen, en daarbij is de zaak op
+'t oogenblik gebleven."
+
+"En Van Stralen ziet geen kans het raadsel op te lossen?"
+
+"Hij weet er totaal geen weg mee."
+
+De Hertog scheen dat met genoegen te hooren.
+
+"Zabern ziet een spion in iedereen die uit Rusland komt," spotte hij.
+
+"Wel, we zullen de waarheid spoedig weten. Zabern schijnt den man te
+willen gijzelen op water en brood. Dat maakt de tong los."
+
+"Maar 't is tegen de wet," zei de Hertog, met gefronst voorhoofd.
+
+"Evenals duelleeren," gaf de Premier terug.
+
+Bora scheen op 't punt een boos antwoord te geven maar hield zich in
+en zei:
+
+"En die zoogenaamde spion werd een maand geleden gearresteerd, zegt
+u? Als Zabern die zaak zoo gewichtig oordeelt, waarom werd ik dan,
+als Minister, er niet van op de hoogte gebracht?"
+
+"De zaak valt onder Zabern's departement, daar hij immers Minister
+van Justitie is. Ik voor mij hoorde er eerst gisteren van, en toen
+nog door een toeval. En," voegde hij er bij, vaag glimlachend bij de
+wetenschap dat hij geen meester was in zijn eigen kabinet, "u weet
+hoe Zabern gewoon is buiten voorkennis van zijn collega's te handelen,
+en dat de Prinses steeds zegt: "Zabern heeft een streepje voor.""
+
+Niemand wist dit beter dan de Hertog zelf, en hij dacht bij zichzelf,
+dat die toestand wel veranderen zou, zoodra _hij_ op den troon kwam,
+en Czernovië een koninkrijk werd.
+
+De beide heeren dronken hun glas wijn leeg en gingen heen.
+
+Intusschen had Van Stralen met Rob zacht zitten praten. Rob was zeer
+ontdaan over het gebeurde, niet omdat de Hertog hem vrees inboezemde,
+maar omdat hij het vreeselijk vond dat zijn vriend nu gedwongen was te
+vechten, en dat hij, Rob, daartoe eigenlijk de aanleiding was geweest.
+
+"Had ik me maar zoo boos niet gemaakt," zei Rob, "maar ik wist niet
+dat die Hertog zoo opvliegend zou zijn."
+
+"Maak je geen verwijten, kerel," zei Van Stralen. "Je hebt me onwetend
+een dienst gedaan. Als we hier elken dag blijven zitten, en sigaartjes
+rooken en lekker eten, dan komen we er niet. Ik had al lang naar een
+middel gezocht om met dien Hertog in aanraking te komen, en dat is
+me nu gelukt."
+
+"Maar als hij je nu misschien laat gevangen nemen, en ze gaan
+uitvisschen waar je vandaan komt, en...."
+
+"Dat gebeurt allemaal niet. Hij wil veel te graag duelleeren en daar
+'t duel in Czernovië verboden is, zal hij wel zorgen dat niemand er
+van hoort."
+
+"Waarom werd hij eigenlijk zoo woedend toen je die Latijnsche
+woorden zei?"
+
+"Wel, ik zei ze met opzet, juist om te kijken wat hij dan doen
+zou. Toen ik Elizabeth de laatste maal zag, gaf ik haar een ring,
+om die steeds als aandenken te dragen, daar ik wel wist dat ze mij
+in langen tijd niet zien zou. De woorden "Esse quam videri" waren
+aan de binnenzijde gegrift. Uit de woede van den Hertog begreep ik
+wat ik weten wilde, namelijk dat Elizabeth den ring nog bezit, dat
+Bora de inscriptie door het een of ander toeval gelezen heeft, dat
+hij heeft willen weten, wie de gever was en zich boos heeft gemaakt
+toen Elizabeth hem dat niet wilde vertellen. En je begrijpt, dat ik
+uit dit alles conclusies kon trekken, die me niet onaangenaam zijn."
+
+"Maar hoe moet die duel-kwestie nu afloopen?" vroeg Rob.
+
+"Nu--een van ons beiden zal een houw krijgen, waarschijnlijk de
+Hertog. Dooden zal ik hem niet, ten eerste uit beginsel, ten tweede
+omdat 't niet politiek zou zijn. Ik vind 't al erg genoeg, dat we
+onze goede, verdraagzame Vogelgewoonten hier op deze bloeddorstige
+aarde moeten afleggen."
+
+Op dit oogenblik kwam Paul terug. Bij hun tafeltje gekomen, bukte
+hij zich en raapte een boekje op, dat op den grond lag, zeggend:
+"is dat van jou?"
+
+"Neen," antwoordde van Stralen, "en van Rob ook niet, voor zoover
+ik weet."
+
+Daar ook Rob 't boekje niet voor zijn eigendom herkende, maakten
+de vrienden de conclusie dat Radzivil of Bora het zooeven moesten
+hebben laten vallen. Het bleek een zakuitgave van Aeschylus' gedichten
+te zijn, dat den Griekschen tekst der zeven tooneelspelen bevatte,
+zonder vertaling, noten of toelichting.
+
+Paul bladerde er in, en fronste plotseling de wenkbrauwen in verbazing.
+
+"Wat zou hem er toe gebracht hebben al die moeite te doen, en waartoe
+dient het?" mompelde hij,
+
+"Mijn boek, meneer de Secretaris," klonk opeens een stem achter hem,
+en opziende, keek hij in de scherpe zwarte oogen van den Hertog,
+die achterdochtig op hem gevestigd waren. "Ik merkte zooeven, dat ik
+dit had laten liggen. Zooals u ziet, houd ik mijn klassieken nog bij."
+
+"U bestudeert ze zelfs zeer aandachtig," zei Paul. "Niet ieder neemt
+de moeite al de letters van een Grieksch tooneelstuk te tellen."
+
+Bora keek hem aan alsof hij een verborgen bedoeling in zijn antwoord
+wilde ontdekken, en ging toen heen, klaarblijkelijk niet op zijn gemak.
+
+Paul kwam nu aan het tafeltje zitten, en merkte dadelijk den rooden
+streep op, die over het gelaat van zijn broer liep.
+
+"De handteekening van den Hertog," zei Van Stralen, met ingehouden
+toorn. Daarna vertelde hij het gebeurde, evenals het vroeger
+meegedeelde onder geheimhouding, waarop hij natuurlijk tegenover Paul,
+die trouwens de gevoelens van zijn broer voor Prinses Elizabeth kende,
+volkomen rekenen kon.
+
+Paul luisterde met verontwaardiging.
+
+"Die vlegel!" mompelde hij. "Dat kost je 't leven, Felix. De Hertog
+is een meester op de sabel. Hij heeft zijn weerga niet in Czernovië."
+
+"Dat zegt niet veel. Czernovië is klein."
+
+"Hij heeft al dertig duels achter den rug, waarvan er zeven-en-twintig
+ten nadeele van zijn tegenstander afliepen."
+
+"Het een-en-dertigste zal hem niet veel eer doen inleggen. Jij en
+Rob moeten mijn getuigen zijn."
+
+"Ik? De Prinses is streng tegen het duel. De Russen hebben het hier
+trachten in te voeren, maar op haar aandringen stelde Zabern een
+wetsontwerp op tegen het tweegevecht, en Elizabeth wist het te doen
+aannemen. Daders en getuigen worden met gevangenschap bedreigd."
+
+"Ik zal 't je niet moeielijk maken, Paul," zei Van Stralen op zijn
+gewone eenvoudige manier, die allen schijn van grootspraak miste. "De
+Van Stralens zijn van ouds meester op alle wapenen, jij zoo goed
+als ik. En ik heb het schermen duchtig onderhouden. Het gevecht
+zal onbeslist blijven--hoogstens krijgt de Hertog een onbeduidende
+wond. Maak je niet ongerust."
+
+"Ik hoop het beste. Daar komen Baron Ostrova en Graaf Itar, de gewone
+bijstanders van Bora in zijn eerezaken. Welk instructies, Felix?"
+
+"Van avond zeven uur. Sabels. Totdat er bloed vloeit."
+
+En Felix bleef nog eenige oogenblikken met Rob zitten praten en een
+sigaar rooken, zoo kalm alsof er niets bizonders gebeurd was.
+
+"Maar hoe moet dit alles afloopen?" vroeg Rob. "Steek je je nu niet
+in allerlei moeielijkheden? Bereiken we op deze manier ons doel?"
+
+"Wacht rustig af, mijn beste jongen. Vooreerst moet de Hertog mijn
+verklaarde vijand zijn. Langs hem kom ik tot den Czaar. Je zult zien
+dat dit de weg tot ons doel is. Het zal langzaam gaan--maar we komen
+er zeker."
+
+En Rob zweeg, nog niet begrijpend, maar vast vertrouwend op het succes
+van al wat deze merkwaardige man wenschte te ondernemen.
+
+
+
+
+
+
+DERTIENDE HOOFDSTUK.
+
+DE VERRADER.
+
+ Waarin we Maarschalk Zabern en Prinses Elizabeth leeren
+ kennen.--Wat de gezant te Petersburg schreef.--Een verrader
+ onder de Ministers.--Russakoff is ontsnapt!
+
+
+In een der vertrekken van het paleis zaten Graaf Radzivil en Maarschalk
+Zabern.
+
+De beide Ministers zouden de Prinses den inhoud van een belangrijk
+telegram mededeelen, dat zoo juist van den Czernovischen ambassadeur
+te St. Petersburg was ontvangen, en wachtten slechts tot zij bij de
+Prinses zouden toegelaten worden.
+
+Ladislas Zabern was een man van een kranig militair voorkomen,
+als uit eikenhout gesneden en met ijzer beslagen. Moed stond op
+zijn gelaat gestempeld. Ofschoon drie-en-vijftig jaar oud, had hij
+niets van de voortvarendheid der jeugd verloren. Evenals Radzivil
+vertegenwoordigde hij in het Kabinet den overgang tot het russicisme;
+maar meer dan zijn ambtgenoot, die voorzichtiger en plooibaarder was,
+verdacht men hem van oud-Czernovische sympathieën, en de Russische
+regeering zocht reeds naar redenen om hem te vervangen. Inderdaad was
+hij door zijn krachtige persoonlijkheid de leider van het Kabinet,
+terwijl Radzivil slechts Premier in naam was.
+
+Radzivil, praatziek als gewoonlijk, vertelde den Maarschalk het
+gebeurde tusschen den Hertog en den Hollander.
+
+"Uitstekend!" zei Zabern. "Dat duel moet doorgaan. Het kan niet anders
+dan in het belang van den Staat zijn."
+
+"Maar...." protesteerde de Graaf verbaasd, "dat gaat toch niet! De
+overige Ministers zijn er evenals ik van overtuigd, dat de Prinses
+tusschenbeiden moet komen!"
+
+"Graaf," zei Zabern op bevelenden toon, "dat duel moet doorgaan. Het
+begin van voor het land nuttige verwikkelingen kan er het gevolg van
+zijn. En denk er aan: geen woord hierover aan de Prinses!"
+
+Voor de Premier kon antwoorden, weerklonk een zilveren klokje uit de
+audiëntiezaal, ten teeken dat de Prinses gereed was haar bezoekers
+te ontvangen.
+
+De vleugeldeuren werden wijd opengeworpen.
+
+De twee Ministers gingen de Witte Zaal binnen, die zoo genoemd werd
+daar al het houtwerk wit verlakt, en alleen met smalle gouden biezen
+afgezet was.
+
+Aan een tafel zat de Prinses, en noodigde de Ministers tot plaatsnemen
+uit.
+
+Zabern was in 't bizonder haar gunsteling, en hij van zijn kant was
+gereed zijn leven te offeren voor de belangen van zijn meesteres,
+zij het ook dat hij deze gevoelens nooit in het openbaar ten toon
+spreidde. Hij was een sterk, hoewel stilzwijgend tegenstander van
+Elizabeth's toekomstig huwelijk met den Hertog, zoowel omdat hij er
+uit een politiek oogpunt een onheil in zag voor den Staat, als wat
+betreft de ongelijkheid van zulk een paar, die niet anders dan tot
+een zeer ongelukkig huwelijk zou kunnen leiden.
+
+Daarom wilde Zabern alles doen om zulk een vereeniging te voorkomen,
+en het scheen hem toe dat deze dag zijn plannen begunstigde.
+
+"U komt op een ongewoon uur, heeren," begon de Prinses. "Waarschijnlijk
+hebt ge dus belangrijke berichten?"
+
+"Onze gezant te St. Petersburg," antwoordde de Premier, eenige papieren
+uit zijn portefeuille nemend, "meldt dat enkele dagen geleden de Czaar
+op een hofbal in het Winterpaleis naar hem toe kwam, en op strengen
+toon--klaarblijkelijk opdat iedereen het hooren zou--uitriep:
+
+"Is het waar, meneer, dat de Czernovische Regeering nog steeds niet
+voldoende gezuiverd is van weerspannige elementen? Dat de Prinses
+zelfs onbewimpeld te kennen durft geven, alleen uit eigen vrije
+beweging een huwelijk te zullen aangaan?"
+
+"Ik heb mij nooit openlijk in dien geest uitgelaten," merkte Elizabeth
+op. "Waarschijnlijk was dit slechts een zijdelingsche poging om van
+mijn gezindheid op de hoogte te komen. En wat antwoordde de gezant?"
+
+"Natuurlijk, dat hij omtrent de persoonlijke gevoelens der Prinses
+niet was ingelicht, en de vraag niet zonder nadere instructies uit
+Slavowitz kon beantwoorden."
+
+"Wat zei de Czaar hierop?"
+
+"Dat hij een gezantschap zou afvaardigen, om de Prinses aan de
+besluiten van het Petersburger Congres en alle daar uit voortgevloeide
+nadere regelingen te herinneren."
+
+"We zullen dat gezantschap gastvrij ontvangen," zei Elizabeth met
+een glimlach.
+
+"Uwe Hoogheid beschouwt de zaak wat luchtig," vervolgde
+Radzivil. "Mijns inziens zal het nuttig zijn als men te St. Petersburg
+ondubbelzinnig op de hoogte wordt gebracht van uw gevoelens. Bij uw
+komst aan de regeering hebt ge de gedenkwaardige woorden gesproken,
+dat het landsbelang boven uw persoonlijke neigingen zou gaan. Welnu,
+het landsbelang eischt, wil Czernovië niet onverbiddelijk bij Rusland
+ingelijfd worden, uw huwelijk met Prins Alexander, Hertog van Bora. Ik
+geloof, dat u wel zoudt doen, in die noodzakelijkheid niet alleen te
+berusten, maar van die berusting het gezantschap ten duidelijkste te
+doen blijken."
+
+"Het is de vraag of Czernovië's belang dit huwelijk eischt, Graaf
+Radzivil," antwoordde de Prinses. "In elk geval ben ik niet van
+plan het gezantschap, noch wie ook, op dit punt eenige beloften
+te doen. Zeker, ik ben door de bestaande bepalingen gebonden, geen
+huwelijk aan te gaan zonder toestemming van den Czaar..."
+
+...."Het is echter zeer de vraag," vulde Zabern aan, "of daaruit
+ook volgt dat men u tegen uw wil tot een bepaald huwelijk dwingen
+kan. Dit is de oude kwestie, die tusschen u, Prinses, Graaf Radzivil
+en mij meermalen een punt van bespreking heeft uitgemaakt. In
+deze dagen is ze meer dan ooit van gewicht. Men zal in Europa,
+waar de verontwaardiging over het in Zuid-Afrika gepleegde onrecht
+zeer groot is, niet ten tweede male werkeloos den ondergang van een
+Oud-Hollandsche republiek willen aanzien. Wij kunnen een beroep doen
+op de beslissing der Mogendheden, die trouwens belang er bij hebben
+uitbreiding van Russisch grondgebied tegen te gaan. Het is de vraag
+of een rechtskundige uit de bestaande regelingen ten opzichte van
+Czernovië, niet weet te bewijzen dat de Prinses volstrekt niet tot
+een huwelijk gedwongen kan worden."
+
+Radzivil, de voorzichtige, schudde bedenkelijk het hoofd. Hij zag
+vol zorg nieuwe verwikkelingen tegemoet.
+
+Na een korte tusschenpoos van stilte, zei de Prinses, de wenkbrauwen
+fronsend:
+
+"Wij hebben onze plannen omtrent een stelselmatig verzet tegen dat
+huwelijk steeds stipt geheim gehouden. Noch van u, Maarschalk, noch van
+u, Graaf, kan ik onvoorzichtigheid in dit opzicht veronderstellen. Hoe
+kan het mogelijk zijn, dat hieromtrent den Czaar iets ter oore is
+gekomen?"
+
+De twee Ministers zag elkaar veelbeteekend aan.
+
+Radzivil antwoordde:
+
+"Onze vermoedens daaromtrent zijn van zoo onaangenamen aard, dat wij
+ze tot nog toe Uwe Hoogheid niet hebben meegedeeld, hopend dat ze
+gelogenstraft zouden worden. Maar tevergeefs. We kunnen niet langer
+blind zijn voor het feit, dat er een verrader in onze omgeving,
+in het Kabinet zelf misschien is."
+
+"Een verrader!" riep Elizabeth uit.
+
+"Met tegenzin zijn wij tot deze conclusie gekomen. Geheimen die in den
+Ministerraad werden behandeld, zijn aan de raadslieden van den Czaar
+overgebracht. De brieven van onzen gezant laten daaromtrent niet
+den minsten twijfel. Wel is waar kunnen wij van een gedeeltelijk
+door Rusland beďnvloed Ministerie geen anti-Russische politiek
+verwachten, maar wel mogen we van alle leden der Czernovische Regeering
+eerbiediging eischen van staatsgeheimen, hoe ook hun persoonlijke
+gevoelens zijn mogen."
+
+Daarna las de Minister verscheiden uittreksels voor om zijn bewering
+te staven.
+
+"Een van mijn Ministers voert dus een geheime briefwisseling met den
+Czaar," riep Elizabeth verachtelijk. "Wie is de verrader?"
+
+En daarna de beide Ministers beurtelings scherp aanziend, vervolgde
+zij:
+
+"Wien verdenkt ge, heeren?"
+
+De Premier antwoordde:
+
+"Ik weet volstrekt niet op wien ik de verdenking zou moeten doen
+vallen."
+
+Maar Zabern glimlachte onmerkbaar, alsof hij met Radzivil's
+onnoozelheid spotte.
+
+Elizabeth zag hem aan, en vroeg:
+
+"Verdenkt _u_ iemand, Maarschalk?"
+
+"Ja, Hoogheid," antwoordde Zabern kort en beslist.
+
+"Zijn naam?" vroeg de Prinses snel.
+
+Maar Zabern antwoordde niet dadelijk.
+
+"Ik zou er de voorkeur aan geven mijn vermoedens tot volkomen zekerheid
+te brengen eer ik ze uitspreek, Hoogheid."
+
+"Dat eerbiedig ik volkomen," sprak de Prinses, "en toch..."
+
+"Uw geduld zal niet op al te zware proef worden gesteld, Hoogheid,"
+vervolgde Zabern. "Mijn spionnen volgen de bewegingen van den verrader
+reeds. Meer zelfs: zijn handlanger heb ik in de Citadel achter slot
+en grendel."
+
+"Meent ge Russakoff?" vroeg Radzivil.
+
+"Ja. Ik ben overtuigd, dat hij de tusschenpersoon is in deze
+verraderlijke briefwisseling. Zijn eenzame opsluiting op water en
+brood zal zijn tong wel los maken."
+
+"Ik maak u opmerkzaam, Excellentie," zei de Prinses, "dat ik niet den
+minsten schijn van dwangmiddelen duld. Ik verzoek u, bevelen te geven,
+dat die man op denzelfden voet als andere gevangenen behandeld wordt."
+
+Zabern boog zwijgend het hoofd, doch veroorloofde zich daarna met
+een lichten glimlach op te merken:
+
+"De gevangene is een Rus, Hoogheid... Hij zal zich zelfs nog
+verwonderen over de zachte behandeling die hij ondervindt."
+
+"U hebt mijn verlangen begrepen, niet waar?" vroeg Elizabeth, het
+hoofd fier opgericht en met dien gebiedenden blik, aan welks invloed
+zelfs een man als Zabern niet ontkwam. Daarna voegde ze er zachter
+en met een glimlach aan toe:
+
+"Nu en dan spreekt het Poolsche bloed, Maarschalk! Ik zal _u_ toch
+niet van Russische sympathieën moeten verdenken?"
+
+"Wanneer het zoover is, Hoogheid," antwoordde Zabern, eveneens lachend,
+"dan zal ik, als Minister van Justitie, de eerste zijn die den verrader
+Zabern in de Citadel doet opsluiten!"
+
+"Zoover zal het wel nooit komen," schertste de Prinses. Maar daarna
+plooide haar gelaat zich weer tot ernst, en ze vervolgde:
+
+"Wat denkt ge dus met dien man te doen?"
+
+"Hij was in het bezit van een cijferbericht, Hoogheid. Voorloopig
+zullen we afwachten of het uw Secretaris gelukt den sleutel te vinden."
+
+Men sprak nog eenige oogenblikken over onverschillige zaken; daarna
+gaf de Prinses te kennen, dat zij de audiëntie wenschte op te heffen.
+
+"Maarschalk," zeide Radzivil bij 't verlaten van het paleis, "wat hebt
+ge toch voor reden om dat duel te doen doorgaan? Wilt ge dan met alle
+geweld mijn plan betreffende het huwelijk der Prinses tegengaan?"
+
+"Juist. Dat is mijn doel. De Prinses zal zeer zeker verontwaardigd
+zijn, te zien dat haar toekomstige Gemaal zich boven de wet
+stelt. Zij zal daar stof tot verwikkelingen uit kunnen putten, die
+mijn plannen begunstigen. De Hertog is in mijn net geloopen, zooals
+ik wel verwachtte."
+
+"Welk net?"
+
+"De Wet tegen het Duel. Waarom deed ik zoo mijn best die aangenomen
+te krijgen?"
+
+"Om de Prinses een genoegen te doen."
+
+"Gedeeltelijk; maar meer nog omdat ik er een middel in zag om den
+Hertog te vangen. Ik wist wel, dat hij geen maand zonder een duel
+kan blijven, en dat hij zichzelf boven de wet verheven acht. En mijn
+plan is geslaagd. Vandaag zal de Hertog op de sabel duelleeren. Het
+is mogelijk dat ze elkaar dooden; zoo niet, dan zijn er twee dingen
+mogelijk: de Hollander doodt den Hertog, wat voor Czernovië een zegen
+zou zijn, of--"
+
+"Of, wat meer waarschijnlijk is, de Hertog doodt den Hollander."
+
+"Dat zou jammer zijn, omdat de Hollander, zooals ge me verteld hebt,
+een flinke kerel schijnt te zijn. Maar--in dat geval zal de Hertog,
+overeenkomstig de wet, terecht moeten staan wegens moord."
+
+Radzivil stond verbluft. Zóo ver had hij zich nog niet eens in de
+zaak ingedacht.
+
+"En als de Prinses zich aan de letter van de wet houdt," vervolgde
+Zabern met onwrikbare koelbloedigheid, "dan zal ze--vol eerbied voor
+de wetten, zooals ge weet--haar toekomstig Gemaal tot gevangenschap
+en verbanning buiten het grondgebied van den Staat veroordeelen."
+
+"Goede hemel!" riep de Premier.
+
+"Mijn stelsel werkt mooi, niet? Dat was ook mijn bedoeling."
+
+"Maar dat zal niet gebeuren! De Prinses moet tusschenbeiden komen en
+dat duel verbieden. Ik ga dadelijk terug en zal haar inlichten."
+
+"Halt!" zei Zabern ernstig. "Laat de Hertog zijn dwaasheden bot
+vieren. Wat denkt ge--zouden gij en ik onze portefeuilles lang behouden
+als Bora den troon kwam deelen?"
+
+Ze waren nu buiten het park gekomen, dat het Paleis omringde. Een
+ordonnans stond aan het hek, en meldde den Maarschalk dat hij een
+bericht had over te brengen.
+
+"En wat is dat, Nikita?
+
+"Maarschalk, de spion Russakoff is uit de Citadel ontsnapt."
+
+"Vervloekt! Daar zal de wacht voor boeten!"
+
+
+
+
+
+
+VEERTIENDE HOOFDSTUK.
+
+IVAN RAVENSKI.
+
+ Een gesprek met den Minister van Binnenlandsche Zaken.--De
+ drie verzegelde pakketten.--Elizabeth hoort van het duel.--De
+ brief van Felix.--Zou hij het zijn?--Naar het Roode Woud!
+
+
+Na het vertrek van haar beide Ministers ging de Prinses door de
+openslaande deuren van de audiëntiezaal in den, door helderen
+zonneschijn verlichten tuin. De schildwachten op het terras
+presenteerden de geweren toen zij voorbijkwam.
+
+In nadenken verzonken over het klaarblijkelijk gepleegd verraad volgde
+zij met naar den grond gerichte oogen de breede, met lindeboomen
+beplante laan, toen een schaduw op haar pad viel, die haar deed opzien.
+
+Voor haar stond Ivan Ravenski, de Czernovische Minister van
+Buitenlandsche Zaken. Hij was een man van ongeveer vijf-en-veertig
+jaar, maar zag er veel jonger uit; zijn gelaat was streng en ernstig,
+maar niet onaangenaam om te zien. Den hoed afnemend, boog Ravenski
+diep; Elizabeth groette hem met een lichte beweging van het hoofd,
+doch haar gezicht nam een koele uitdrukking aan. Ze mocht den Minister,
+een onvervalschten Rus van afstamming en politieke gevoelens, niet
+lijden, en hoewel ze hem nooit tot haar vertrouweling had gemaakt,
+integendeel, in afwachting van beter tijden, hem steeds in den waan
+had trachten te brengen, dat zij in een huwelijk met Bora het heil
+van den Staat zag, voelde zij toch bij instinct dat deze man haar
+innerlijke gedachten doorgrondde.
+
+Met een waardigheid als nam hij de plaats in die hem toekwam, begaf
+hij zich ter linkerzijde der Prinses en begon naast haar in de schaduw
+der linden de laan op en neer te loopen.
+
+"Als ik mij niet zeer bedrieg, Prinses," begon Ravenski, "hebt u
+zooeven van de beide Ministers, die ik het paleis zag verlaten,
+bericht ontvangen omtrent een gebeurtenis aan het Russische Hof,
+die u persoonlijk betreft."
+
+Elizabeth zag geen enkele reden om de waarheid hiervan te ontkennen,
+en antwoordde daarom:
+
+"Dat is zoo. Mag ik echter vragen hoe u tot die wetenschap kwam?"
+
+"Het is slechts een gissing, Hoogheid," antwoordde Ravenski, "maar een
+gissing die zeer voor de hand ligt. Als Minister van Buitenlandsche
+Zaken ben ik immers evenzeer als de Premier door den gezant te
+St. Petersburg ingelicht omtrent hetgeen de Czaar op het hofbal sprak."
+
+"En al is dit zoo," zei Elizabeth koel, "wat is daarin dan voor u de
+aanleiding mij dat nogmaals mede te deelen?"
+
+"Dat zal u aanstonds duidelijk worden, Prinses. Vergun me eerst deze
+vraag: U ziet immers de noodzakelijkheid in--meermalen vernam ik dit
+uit uw eigen mond--van een huwelijk met den Hertog van Bora?"
+
+"Inderdaad. Ik geloof, dat de belangen van den Staat dit eischen. Het
+Russischgezinde deel der bevolking zal dat huwelijk gaarne zien;
+daarenboven," voegde zij er met een zucht bij, "is het een politieke
+noodzaak. Leen ik er mij niet toe, dan zal de Czaar mij wel weten
+te dwingen."
+
+"De toon, waarop u mij dit antwoord geeft, Prinses, versterkt mij in
+de meening, die ik sinds lang koesterde, dat uw persoonlijke verlangens
+zich niet in de richting van dit huwelijk bewegen!"
+
+Elizabeth verwaardigde zich niet deze uitspraak te bevestigen. Door
+dit zwijgen stoutmoediger geworden, vervolgde Ravenski:
+
+"Zoudt ge geen middel weten, Prinses, aan de noodzakelijkheid van
+dat huwelijk te ontkomen?"
+
+"Die vraag stelt _u_ me, Excellentie?" vroeg Elizabeth, verbaasd, "_u_,
+die toch als geboren Rus niets anders moest wenschen dan dat huwelijk?"
+
+"Ik begrijp, dat deze vraag u verbaast, maar ik herhaal ze: zoudt u
+geen middel weten?"
+
+"U tracht me in een val te lokken," zei Elizabeth streng, "en ik
+ben niet van plan uw vraag te beantwoorden. U en ik behooren in het
+belang van den politieken toestand te berusten in mijn huwelijk met
+den Hertog. Ik begrijp niet...."
+
+"Er zijn overwegingen, Hoogheid, die sterker zijn dan de eischen
+der politiek. U kunt den Staat dienen en toch de inspraak van uw
+hart volgen."
+
+"Ik begrijp u niet. Verklaar u, wees duidelijk, verzoek ik u."
+
+"Welnu--ik zal zonder omwegen op mijn doel afgaan. Rusland wenscht den
+Hertog van Bora als Prins-Gemaal te zien, opdat diens afstammelingen,
+en dus afstammelingen van een Rus, Czernovië regeeren. Of de Hertog
+daartoe u tot gemalin kiest, is een bijzaak. Ook voor den Hertog is
+die omstandigheid bijzaak. Hij verlangt meer naar het bezit van een
+kroon dan naar het bezit van Prinses Elizabeth. En dus...."
+
+"En dus wilt u...."
+
+"Ik wil niets. Ik doe u een denkbeeld aan de hand. U zoudt--en ziedaar
+de kern van dat denkbeeld--vrijwillig afstand kunnen doen van den
+troon, ten behoeve van den Hertog."
+
+Elizabeth voelde duidelijk, dat er een diepere, baatzuchtige bedoeling
+schuilde achter dit schijnbaar belangeloos voorstel. Met een spottenden
+glimlach antwoordde ze:
+
+"U is wel vriendelijk, Excellentie, u zoo met mijn persoonlijke
+belangen in te laten, en daarvoor zelfs uw Russische sympathieën
+geweld aan te doen. Ik deed dus volgens u het beste lafhartig de
+zorgen der regeering van mij af te schuiven, en ergens als ambteloos,
+vergeten burgeres te gaan leven?"
+
+"_Met_ den man, die u liefheeft, Prinses!" fluisterde Ravenski.
+
+"Met den man, die.... Excellentie, wat bedoelt ge? Wie is die man,
+wie zou...."
+
+"_Ik_, Hoogheid," sprak Ravenski hartstochtelijk, "_ik_ wil die man
+zijn! Nu weet ge mijn geheim: ik heb u lief!"
+
+"Ik wilde dat Zabern u hooren kon!" sprak Elizabeth, zich vol afschuw
+omwendend. "Laat ons dit gesprek afbreken. Het is verraad."
+
+"Neen, Prinses. Luister. Ik heb u liefgehad sedert ik door mijn
+plaats in de Regeering met u in aanraking kwam. Ik heb voor een
+groot deel medegewerkt om u de macht en den titel te doen verkrijgen,
+die ge heden bezit, ten einde te toonen wat ik voor u over had. Ik
+offer mijn politieke plichten aan u op--Prinses, bewijst u dat niet
+voldoende de oprechtheid mijner liefde?"
+
+Bevend van verontwaardiging, wendde Elizabeth onwillekeurig den blik
+naar de beide schildwachten, die met langzamen pas het terras op en
+neer gingen.
+
+Ravenski zag die beweging, en vervolgde:
+
+"Eén oogenblik, Prinses, eer ge last geeft mij te arresteeren. Ik
+heb deze bekentenis niet gedaan zonder mijzelf een waarborg te
+verzekeren. Luister! Er woont op dit oogenblik aan de andere zijde
+der grens--het doet er niet toe waar--een persoon die mijn belangen
+is toegewijd. Hem heb ik de zorg voor drie verzegelde pakketten
+toevertrouwd. Zoodra hij mijn arrestatie verneemt, handelt hij als
+volgt. Een der pakketten zal hij aan den Russischen Minister van
+Buitenlandsche Zaken verzenden, het tweede aan den Hertog van Bora,
+het derde aan de redactie van de Czernovische Nieuwsbode, welks
+Russisch-gezinde uitgever Lipski maar al te graag den inhoud zal
+publiceeren, en waardoor een beweging in Czernovië zal ontstaan. Daar
+zijn uw schildwachten. Roep ze. Arresteer me. Maar wees er van
+verzekerd: binnen acht dagen daarna zijt ge onttroond."
+
+Elizabeth zweeg, maakte geen beweging.
+
+"Vergeef me, Prinses, dat ik u met bedreigingen toespreek, ik ging
+er niet dan met tegenzin toe over. Maar--gij erkent mijn macht,
+en ge weet dat ik u liefheb. Wat is uw antwoord?"
+
+Elizabeth maakte een beweging van ongeduld.
+
+"Ik hecht niet veel aan uw bedreigingen. Wat zouden die pakketten
+kunnen bevatten?"
+
+"Ik zal 't u zeggen. Het eerste een wasrol van een fonograaf, die
+ik, achter een meubel verborgen, een door u gevoerd gesprek met uw
+Secretaris deed opnemen, en die met uw eigen, zeer goed te herkennen
+stem het overtuigend bewijs levert, dat gij, hoewel uiterlijk berustend
+in het door Rusland gewenschte huwelijk met den Hertog, elk gunstig
+oogenblik afwacht om Rusland's plannen te verijdelen. Welke middelen
+gij daartoe wilt aanwenden, is mij nog onbekend, doch vast staat dat
+ge op niets minder dan een staatsgreep zint."
+
+"Verrader! Lafaard!" riep de Prinses, met een van verontwaardiging
+trillende stem. "Ik wist, dat geen middel tot bereiking van uw doel
+u te laag was, maar dat ge dit zoudt durven....!"
+
+"Verrader?" sprak Ravenski spottend. "Noem liever uw vrienden Zabern
+en Radzivil zoo, die ik sterk verdenk--zoo ze al niet in uw plannen
+zijn ingewijd--de uitvoering daarvan gaarne te zullen begunstigen."
+
+De Prinses was met uiterste inspanning haar ontroering meester
+geworden. Uiterlijk kalm vroeg ze:
+
+"En het tweede pakket?"
+
+"Is gelijk aan het eerste, Hoogheid."
+
+"Het derde?"
+
+"Bevat een eenigszins fantastisch verhaal van den door u beraamden
+staatsgreep, dat de bladen gretig zullen overnemen."
+
+Eenige oogenblikken beschouwde Ravenski de uitwerking zijner woorden,
+toen vervolgde hij:
+
+"Overdenk dit alles goed. Ik zal er u ruim den tijd toe geven. Ik
+heb geduld. Bedenk, dat wanneer de sombere muren van een Russische
+vesting u omringen, wanneer ruwe soldaten uw cipiers zijn, wanneer
+geen uwer angstkreten tot de buitenwereld doordringt--dat dan zelfs
+de liefde van Ravenski begeerenswaard zou zijn."
+
+Elizabeth kon het gevoel van afschuw niet onderdrukken, dat door deze
+woorden werd opgewekt.
+
+"Stort dus niet uzelf, noch uw vrienden, in 't verderf, Zabern,
+Radzivil, Dorislas, al de ministers wier politiek Rusland een doorn
+in 't oog is, en die door den Hertog aan den Czaar zouden worden
+overgeleverd. Czernovië zou door kozakken worden bezet en onder de
+krijgswet geplaatst, de mannelijke bewoners bij het Russische leger
+ingelijfd, de Universiteit gesloten, de wetten geschorst, kortom,
+uw land ten onder gaan."
+
+"Maar wanneer ik afstand doe," riep Elizabeth wanhopig, "wanneer Bora
+de regeering aanvaardt, zal het land dan niet eveneens ten onder gaan?"
+
+"Zeer zeker. Maar niet door geweld. En bovendien niet door uw direct
+toedoen. Daar ligt het zwaartepunt der kwestie. Nogmaals: gij hebt
+te kiezen. Ik zal wachten."
+
+"En ge zult lang moeten wachten, Excellentie," antwoordde Elizabeth
+trotsch. Ze waren op dit oogenblik den uitgang van het park genaderd;
+met een handbeweging noodigde ze den Minister uit te vertrekken.
+
+Ravenski bleef echter staan, en sprak:
+
+"Nog een enkel woord, Prinses. Hedenmiddag is mij een bericht ter
+oore gekomen, dat U zal intresseeren. In het Hotel Czernovië, waar
+vele vreemdelingen afstappen, en waar ik natuurlijk, belang stellend
+in buitenlandsche zaken, spionnendienst doe uitoefenen, heeft heden
+enkele uren geleden een twist plaats gehad tusschen den Hertog
+van Bora en een kortelings hier aangekomen Hollander. Merkwaardig
+genoeg schijnt een Latijnsche spreuk--esse quam vederi, wanneer mijn
+berichtgever goed verstaan heeft--de onmiddellijke aanleiding tot
+den twist te zijn geweest. Ik moet bekennen, dat dit gedeelte der
+zaak mij niet recht duidelijk is. Hoe het zij, het gevolg zal een
+duel zijn tusschen den Hollander en den Hertog, hedenavond te zeven
+uur. Hoogstwaarschijnlijk zal de Hertog, die dertig duels achter den
+rug heeft, en nooit gewond werd, den Hollander dooden. De kans bestaat
+echter, en we moeten daarmee rekening houden, dat de Hertog verwond
+wordt. Eenigen tijd geleden zou daarin geen bezwaar gelegen hebben;
+sedert de tot-stand-koming der duelwet zou de Hertog zich echter aan
+een strafvervolging blootstellen. U moet dat voorkomen."
+
+Elizabeth was plotseling verbleekt, als had een hevige schrik,
+die op dat oogenblik alleen _zij_ zou kunnen verklaren, haar
+bevangen. Ravenski, evenmin als de lezer, die echter zoo straks
+ingelicht zal worden, begrijpend wat er in haar binnenste omging,
+gaf een uitleg aan haar ontroering, die--naar we aanstonds zien
+zullen--onjuist was.
+
+"Ge verbleekt, Prinses. Ik begrijp dat. De mogelijkheid, dat de Hertog
+u op deze manier een wapen tegen zichzelf in handen geeft, komt als een
+onverwacht redmiddel tot u, dat u aanlokt, en waarvan ge toch aarzelt
+gebruik te maken. Vandaar uw ontroering. Ik zeg u echter: stijg te
+paard, rijd zoo snel ge kunt met een escorte naar het Roode Woud, waar
+het duel zal plaats hebben--en voorkom het. Het leven van den Hertog
+_moet_ gespaard blijven,--dat is immers in _mijn_ belang. Werkt ge dat
+belang tegen, staat ge mij niet voor de veiligheid van den Hertog in,
+dan beschuldig ik u openlijk, een officiëel te uwer kennis gebracht
+misdrijf, door de landswetten verboden, niet te hebben voorkomen."
+
+Elizabeth hield zich aan het hek van de parkpoort vast om niet te
+vallen, ze wankelde, en sprak alleen nauw verstaanbaar:
+
+"Ik zal gaan.... dadelijk...."
+
+Een triomfantelijke glimlach speelde om Ravenski's lippen. Hij
+geloofde den weerstand der Prinses gebroken te hebben en voelde zijn
+zaak reeds half gewonnen.
+
+Zwijgend ontblootte hij het hoofd, boog diep en eerbiedig, en verliet
+met snelle schreden het park.
+
+
+
+Tot recht begrip van het vorenstaande is een kleine uitlegging noodig,
+die in de aanteekeningen van Rob Rensma eerst op de laatste bladzijden
+voorkomt, omdat hij ze op dit tijdstip zijner avonturen nog niet van
+zijn vriend Van Stralen vernomen had. Toen laatstgenoemde hem namelijk
+zijn hier voren vermelde levensgeschiedenis meedeelde, verzweeg hij
+daaruit met opzet een punt van belang, dat hij zeer terecht op dat
+oogenblik nog geheim wenschte te houden, doch waarvan de lezer ter
+wille van de duidelijkheid thans behoort kennis te nemen.
+
+Zoodra men, na de verwoesting van het eiland Riva, tot het besluit
+was gekomen "De Vogel" in dienst te stellen van de bevrijding van het
+vaderland, had Li door middel van een der vliegmachines Elizabeth des
+nachts in het paleis een brief doen toekomen van den volgenden inhoud:
+
+
+ "Ik leef. Tracht den bestaanden toestand sleepend te houden
+ door de Russische eischen toenaderend te behandelen. Vernietig
+ dezen brief. Voorzichtigheidshalve zal ik niet meer schrijven,
+ doch reken er op dat ik, zoodra de gelegenheid mij gunstig
+ voorkomt, in Slavowitz verschijn en mij van Bora meester
+ maak. Houd moed. Blijf mij liefhebben. Eenmaal zullen we
+ elkander toebehooren. Leve de Oranje-Republiek!
+
+ Felix."
+
+
+Er was geen twijfelen mogelijk geweest: dezen brief had Felix
+geschreven! Door welk wonder hij aan den dood was ontsnapt, bleef
+Elizabeth een raadsel--maar wat deed dit er toe: hij leefde! En hij
+zou terugkomen om Czernovië en haar te redden, daarop vertrouwde ze
+vast. Felix was geen man van ijdele woorden.
+
+Vele maanden na die gebeurtenis had ze niets meer van hem vernomen,
+vergeefs, maar met onbeperkt vertrouwen, gewacht tot hij zou
+terugkomen. Telkens wanneer een verdacht vreemdeling was aangehouden,
+telkens als zij de arrestatie van een spion had vernomen, had ze
+gebeefd van angst bij de gedachte, dat dit Felix zou zijn. Toen men
+haar dien morgen van den spion Russakoff had verteld, was dadelijk het
+denkbeeld in haar opgekomen: hij is 't! Nu Ravenski haar van het duel
+met den Hollander onderrichtte, had ze onmiddellijk als bij ingeving
+gevoeld: die Hollander is Felix! Wel begreep ze een oogenblik daarna,
+dat dit instinct op een zeer zwakke mogelijkheid berustte, dat het
+niets meer dan een vage onderstelling was--maar de gedachte: het kňn
+misschien zoo zijn, was haar voldoende om tot een verijdeling van het
+duel te besluiten. Zij kende immers Bora's meesterschap op de wapenen,
+zij wist dat er onder de twintigduizend man van het Czernovische
+leger niet een was die zijn doodend zwaard durfde weerstaan, zij had
+hem in de schermzaal van het Paleis in snelle opeenvolging de beste
+schermers onder haar officieren zien ontwapenen. Zabern, Dorislas,
+Miroslav--wie kon zich met Bora meten?
+
+Men zal nu de ontroering begrijpen, die zich van haar meester maakte,
+toen zij Ravenski's mededeeling aanhoorde. Van haar ontsteltenis
+bekomen, moest zij onwillekeurig glimlachen bij de gedachte dat
+Ravenski haar misschien, onwetend natuurlijk, een grooten dienst
+had bewezen.
+
+Zij dacht er niet over na, welke gevolgen haar tusschenbeide treden
+kon hebben, zij dacht slechts aan éen ding: Felix moest gered worden!
+
+En, haar zelfbeheersching hernemend, gaf ze snel en beslist orders
+voor een onmiddellijk vertrek.
+
+
+
+
+
+
+VIJFTIENDE HOOFDSTUK.
+
+HET DUEL.
+
+ De ontmoeting in het Roode Woud.--De Russische
+ schildwacht.--Het duel begint.--De plotselinge verschijning
+ der Prinses.--De Hertog wordt gearresteerd.--Zij hebben
+ elkaar herkend!
+
+
+De avond viel, toen Felix met Rob en Paul hun weg zochten naar de
+grens van Czernovië.
+
+Van Slavowitz waren ze in een troďka, een met drie paarden bespannen
+voertuig, tot aan het Roode Woud gereden, volgens voorafgegane
+overeenkomst langs een anderen weg dan Bora en zijn getuigen.
+
+Nadat ze de troďka in een eenzame herberg aan den weg hadden
+ondergebracht, geleidde Paul de beide vrienden naar de afgesproken
+plaats, waar een smal voetpad door een dicht dennenbosch heenvoerde.
+
+"Prachtige dennen!" zei Felix, de kaarsrechte en statige stammen
+beschouwend.
+
+"Daar verschuilen de wolven zich achter in den winter," merkte Paul
+op. "Soms verscheuren ze de Russische schildwachten."
+
+Het voetpad ten einde loopend, kwamen ze op een ruime open vlakte.
+
+"De grenslijn moet ergens over deze vlakte loopen. Juist, daar staat
+de steen."
+
+Paul wees op een zwaar, rechthoekig steenblok, op welks oostelijke
+zijde, diep ingesneden, zich de letters R-U-S-L-A-N-D bevonden,
+terwijl de zuidzijde de letters C-Z-E-R-N-O-V-I-E vertoonde.
+
+"Nu zijn we op Russisch grondgebied," zei Paul, "en we mogen wel goed
+uitzien, opdat niet de een of andere verborgen schildwacht een schot
+op ons afvuurt."
+
+"Zoo? Is dat tegenwoordig Russische gewoonte om op wandelaars te
+schieten?"
+
+"Het komt voor, tenminste langs deze grens. Waarschijnlijk om
+vijandelijkheden van Czernovische zijde uit te lokken. Aha! daar is
+er al een. Ik dacht wel dat we niet ver zouden kunnen gaan zonder er
+een te ontmoeten."
+
+Werkelijk zat op ongeveer honderd meter afstand, in de schaduw der
+boomen, een Kozak te paard, de lans omhoog gericht.
+
+Het gezicht van dezen ruiter was wel geschikt om allerlei gedachten
+in Felix wakker te roepen.
+
+Ver, ver van hier, aan de bevroren stranden van Kamchatka, hielden
+andere vedetten de wacht. De afstand tusschen de beide grenzen was
+meer dan zesduizend mijlen.
+
+En dit rijk, zoo reusachtig uitgestrekt, bedreigde het kleine
+Czernovië! Het was bijna niet denkbaar, dat Czernovië ooit de ijzeren
+militaire vuist van dien reus ontkomen kon. De gedachte alleen was
+een dwaasheid.
+
+En toch....
+
+Opeens kwam de kozak, de lans vooruit stekend, snel aanrijden. Bij
+de drie vrienden aangekomen, hield hij zijn paard in.
+
+"Uw paspoorten?"
+
+"Hier," zei Paul, hem eenige roebels in de hand drukkend. "Dat paspoort
+is overal geldig. We gaan niet verder dan tot hier; we komen alleen
+maar even een duel uitvechten."
+
+"Een duel! Dat is tegen de Russische wet. Het wachthuis is hier niet
+ver vandaan. Als de commandant komt, worden we allemaal ingepikt."
+
+"Wel neen," zei Paul. "Ik heb nog meer paspoorten, voor den commandant
+ook. Kijk maar."
+
+De kozak dacht na. Hij stak de roebels in zijn linkerlaars. Hij hield
+wel van roebels, en zag graag vechten ook.
+
+"We zijn de eersten," merkte Paul op. "Nog vijf minuten."
+
+Felix gaf den kozak een sigaar, stak er zelf een op, en liep kalmpjes
+heen en weer. Hij scheen lang niet zoo ongerust als Paul, ofschoon
+deze niets merken liet, en zeker heel wat bedaarder dan Rob, die zich
+niets op z'n gemak voelde.
+
+"Het is eigenlijk een gek ding, dat duel," zei Paul. "Je doet er
+niemand een dienst mee. Als Bora valt, kan de Czaar het Czernovische
+kabinet als medeplichtig aan zijn dood beschouwen, omdat Radzivil,
+van het duel wetend, dit niet voorkwam. En dan...."
+
+"Ik heb dat alles overdacht," zei Felix. "Ik zal daarom zorg dragen
+hem hoogstens zoo te verwonden, dat hij voorloopig het duelleeren
+zal moeten uitstellen."
+
+"Als je dat doen kunt, des te beter," antwoordde Paul, hoewel hij zeer
+twijfelde of Felix dit voornemen tegenover een uitstekend schermer
+als de Hertog zou kunnen ten uitvoer brengen.
+
+Ruim dertig minuten na het vastgestelde uur verscheen de Hertog,
+door zijn getuigen vergezeld. De aanwezigheid van een dokter had men
+van weerszijden overbodig geacht.
+
+Baron Ostrova trad onmiddellijk op Paul toe en groette beleefd.
+
+"U bent laat, baron."
+
+"Wil ons verontschuldigen. Ons rijtuig verloor een wiel onderweg. Laten
+we ons daarom haasten. Hier zijn de sabels."
+
+Paul vergeleek de beide wapens, koos er een voor Felix uit, en gaf
+het sein tot het gevecht.
+
+Als een leeuw vloog Bora op Felix af, als wilde hij hem bij den
+eersten houw buiten gevecht stellen.
+
+Maar nauwelijks hadden de sabels elkaar geraakt, of het bevel
+weerklonk:
+
+"In naam der wet--houdt op!"
+
+Deze woorden werden door een vrouwenstem gesproken, een stem die
+Felix van ontroering deed trillen. Een houw van den Hertog pareerend,
+deed hij snel een pas achterwaarts, en terwijl hij zijn verdedigende
+houding bewaarde, wierp hij een blik in de richting vanwaar het bevel
+gekomen was.
+
+En daar, bleek en schoon, en zoo dicht bij hem dat hij haar in de
+oogen kon zien, stond Elizabeth, ademloos van overhaasting. Niemand
+der aanwezigen begreep waar zij opeens vandaan gekomen was; geheel in
+beslag genomen door het duel had men trouwens haar zachten voetstap
+niet vernomen.
+
+Felix vergat zijn verdedigende houding. Hij vergat alles. Zijn sabel
+gleed hem uit de handen en viel op den grond.
+
+Een doodsche stilte ontstond, toen men daar de Prinses zag staan,
+een jonge, weerlooze vrouw wel is waar, maar die op dat oogenblik de
+macht van den Staat vertegenwoordigde, en wier gevoelens ten opzichte
+van het duel men kende.
+
+Een oogenblik zweeg Elizabeth. Ze zag den vreemdeling aan--hij was
+het niet! Dat was Felix niet, die zwartharige, gebronsde man!
+
+Maar toen ze hem haar vraag:
+
+"Wie lokte dit duel uit?"
+
+beantwoorden hoorde met vaste heldere stem:
+
+"Dat deed ik!"
+
+toen waren die drie woorden genoeg om haar te overtuigen dat de
+lang verlorene hier voor haar stond. Ze begreep dat de verandering,
+die met hem had plaats gegrepen, slechts schijnbaar was, dat hij
+een uiterlijke vermomming had aangenomen, en niemand zou haar nu de
+overtuiging kunnen ontnemen dat Felix zich op slechts enkele passen
+van haar bevond. Die stem, den blik van die oogen, ze zou die na jaren
+en uit duizenden herkend hebben. Opnieuw maakte een diepe ontroering
+zich van haar meester en ze voelde haar hart hevig kloppen. Maar ze
+wist zich te beheerschen, en sprak:
+
+"Het past een van _mijn_ ministers niet zich boven de wet te stellen."
+
+Daarna, zich omwendend, riep ze:
+
+"Maarschalk, geleid uw gevangene naar de citadel."
+
+Verrast volgden alle aanwezigen de richting van haar blik, en nu zag
+men aan den zoom van het bosch, aan de Czernovische zijde van de
+grens, den Maarschalk Zabern staan, met gevouwen armen, uiterlijk
+even weinig te doorgronden als een sfinx, innerlijk verheugd over
+den loop van zaken.
+
+Een weinig meer achterwaarts stond een peloton lansiers van het Blauwe
+Legioen, en in hun midden een licht voertuigje, een elegante droschky,
+geschikt voor snelle ritten.
+
+"Maarschalk, geleid uw gevangene naar de citadel."
+
+De Hertog lachte spottend bij deze woorden:
+
+"Bedenk, dat ik op Russisch grondgebied sta! Ik stel mij onder
+bescherming van dezen kozak."
+
+De kozak, die tot nog toe zwijgend had toegezien, maakte bij deze
+woorden een angstige beweging. Hij vond het niets prettig op deze
+manier in de kwestie gemengd te worden, want hij vreesde al elk
+oogenblik den commandant van de wacht te zien komen, en dan zou hij
+ongetwijfeld duchtig worden gestraft, omdat hij deze schending van
+Russisch grondgebied had toegelaten. Geheel niet wetend met welke
+personen hij hier te doen had, zei hij nu in zijn benauwdheid iets,
+waarmee hij onwillekeurig de Prinses te hulp kwam, namelijk:
+
+"Ik kan u niet beschermen, want u mag op Russisch grondgebied ook niet
+duelleeren, en als ik mijn plicht deed zou ik u moeten gevangen nemen."
+
+Toen begreep de Hertog het nuttelooze van verder tegenstreven; hij
+stapte op Czernovisch grondgebied over, en gaf zich gewonnen.
+
+"Uw sabel," sprak Zabern.
+
+En met een bitteren glimlach gaf Bora den maarschalk zijn zwaard over.
+
+"Daar is uw escorte naar Slavowitz," zei de Prinses, op de afdeeling
+ulanen wijzend.
+
+Een der manschappen kwam met een handpaard naar voren, en de Hertog
+steeg op, gereed zich in gevangenschap te begeven.
+
+"De getuigen van den Hertog bevinden zich op Russisch grondgebied,"
+vervolgde de Prinses, "ik kan hen dus niet gelasten zich eveneens
+over te geven. Het is aan hun keuze overgelaten zich aan de
+Russische of de Czernovische wet te onderwerpen. Wat den Secretaris
+betreft"--er klonk oprechte spijt uit haar stem--"hij is van zijn ambt
+vervallen. Ik mag niet dulden dat een mijner onderdanen, wie hij zij,
+de wet overtreedt. Tegenover de beide andere heeren ben ik, daar zij
+vreemdelingen zijn, machteloos. Ik zou het echter op prijs stellen,
+in 't belang van het justitiëele onderzoek, hen ten spoedigste in
+mijn Paleis te ontmoeten."
+
+Alleen Felix had de ontroering bemerkt, die bij deze laatste woorden
+in haar stem trilde. Hij begreep dat zij hem herkend had en boog
+zwijgend het hoofd.
+
+Door Zabern geholpen, steeg de Prinses weer in haar droschky. De
+stoet zette zich in beweging, en verdween even snel en geheimzinnig
+als hij gekomen was.
+
+
+
+
+
+
+ZESTIENDE HOOFDSTUK.
+
+WAT KATINA VAN RUSSAKOFF VERTELDE.
+
+ De drie vrienden ontmoeten Zabern.--Katina, de patriot.--Zabern
+ komt Russakoff op het spoor.--Met spoed naar Slavowitz terug!
+
+
+Het was voor Paul geen opwekkend denkbeeld, dat hij, en dat door
+eigen schuld, bij de Prinses in ongenade was gevallen. Maar hij
+was, evenals zijn broer, een man die nooit den moed liet zinken,
+en altijd op zijn goed gesternte rekende dat hem er wel weer zou
+uitredden. Bovendien begreep hij heel goed, dat de Prinses ten
+aanhoore der vele toeschouwers moeilijk anders had kunnen handelen,
+en dat zij hem zoowel als Felix te zeer noodig had om niet op haar
+besluit terug te komen.
+
+Terwijl de drie vrienden, den straatweg weer opzoekend, over deze
+dingen liepen te praten, naderde hen op eens een in een mantel gehulde
+gedaante en hoorden zij een sabel tegen gespoorde laarzen kletteren.
+
+"Maarschalk Zabern!" riep de Secretaris. "Wat! Gaat u niet met de
+prinses mee naar Slavowitz?"
+
+"Ik wil een bezoek brengen aan de herberg "Oranje," waar ik iemand
+spreken moet. Hare Hoogheid heeft mij daarom toegestaan haar te
+verlaten."
+
+"Dan gaan we denzelfden weg, want wij lieten onze troďka in die
+herberg. Deze beide heeren, mijn vrienden, zijn Hollanders, die ik
+heden morgen leerde kennen."
+
+Paul stelde hen aan elkaar voor, en weldra was men in een druk gesprek,
+dat in hoofdzaak over de geschiedenis der Republiek liep, daar Zabern
+begreep dat deze den Hollanders intresseeren moest.
+
+Hij toonde ook van hun vaderlandsche historie goed op de hoogte te
+zijn, en maakte eenige vleiende opmerkingen over het roemrijk verleden
+van hun land. Ook over zijn eigen geschiedenis kwam hij te spreken;
+hij vertelde hoe hij wel oorspronkelijk van Russische afkomst was,
+maar toch Poolsch, en van moederszijde Czernovisch bloed in de aderen
+had, zoodat zijn sympathie voor een Staat als Czernovië, die zich
+aan de Russische overmacht trachtte te ontworstelen, wel begrijpelijk
+was. Vóor hij zich als Czernoviër had laten naturaliseeren, had hij
+in meer dan éen gevecht meegeholpen de Russen afbreuk te doen, en
+het was dus wel begrijpelijk dat omgekeerd de Russen hem met leede
+oogen zulk een belangrijke rol zagen spelen in het Czernovisch kabinet.
+
+"Bovendien heb ik nog iets anders te wreken," zei de Maarschalk,
+den wijden rechtermouw van zijn mantel opslaand, "dit!"
+
+En tot hun ontzetting zagen Felix en Rob, die van deze bizonderheid
+natuurlijk niet op de hoogte waren, dat Zabern de rechterhand miste.
+
+"Een kozak sloeg mij die af. Terwijl ik een sabelhouw afweerde, die men
+mij op het hoofd wilde toebrengen, voelde ik opeens een eigenaardige
+gewaarwording aan de rechterpols, en daar, voor me op de sneeuw,
+lag mijn eigen hand, de sabel nog omklemmend. Ze was juist bij het
+gewricht afgesneden, zooals ge ziet."
+
+"Verschrikkelijk!" riep Rob ontsteld.
+
+"Zeker. Het was alles behalve aangenaam, vooral omdat het de rechter
+was, en ik me nooit geoefend had in het gebruik van de linker. Maar--ik
+heb me er spoedig aan gewend, en deze linker doet nu even goed dienst
+als de verlorene."
+
+Zabern vertelde nu ook nog, dat hij in denzelfden veldslag, die
+hem een hand kostte, door de Russen gevangen genomen en naar Siberië
+getransporteerd werd. Na vijf jaar wist hij te ontsnappen, en vond een
+wijkplaats in Czernovië. Rusland had, bedenkend misschien dat vroegere
+dieven soms goede politiedienaars worden, dezen onverzoenlijke aan
+zich trachten te binden door hem een ministersportefeuille te bieden.
+
+Felix bewonderde in stilte dezen forschen, koelbloedigen man, het type
+van den vechtsoldaat, maar hij kon toch een gevoel van teleurstelling
+niet onderdrukken, dat Elizabeth zulk een ruw en ontembaar element in
+haar Ministerie had opgenomen, iemand, die zeer zeker haar belangen
+zou dienen, maar ongetwijfeld dikwijls op minder zachtaardige en
+menschelijke manier dan de Prinses dit zelf wel gewoon was.
+
+"Apropos," zei de Maarschalk, zich tot Paul wendend, "de ongenade
+van de Prinses moet geen reden worden om je belangstelling in den
+cijferbrief te doen verminderen, dien we op den spion Russakoff
+vonden. Los me dat raadsel op, en ik zal trachten je bij de Prinses
+in eere te herstellen."
+
+"Ik vrees dat er op die voorwaarde niet veel van mijn eerherstel
+zal komen," zei Paul somber. "Het cijferschrift is me totaal
+onbegrijpelijk. Ik zou een aanwijzing hebben wanneer ge den schrijver
+wist te noemen."
+
+"Hoe zoo?"
+
+"De eerste stap in een vraagstuk van deze soort is, te weten in welke
+taal het document geschreven is; en dat kan ik niet ontdekken. Hoe kan
+ik dan voortgaan? De grondbeginselen, die een deskundige op de eene
+taal toepast, falen bij een andere. Maar als ik weet wie de schrijver
+is, en dat hij bijvoorbeeld alleen maar Russisch kent, dan schiet ik
+een heel eind op. Ook wanneer ik weet, dat ik tusschen een bepaald
+aantal talen te kiezen heb, is dat een heele steun, ofschoon het
+'t werk tijdroovender maakt. Hebt u geen enkele aanwijzing omtrent
+den schrijver?"
+
+Zabern zweeg, en zag van terzijde naar de beide vreemdelingen.
+
+"U kunt die heeren vertrouwen als mijzelf, Maarschalk," zei Paul.
+
+"Ik geloof u gaarne. Overigens heb ik er toch geen bezwaar tegen dat
+zij dit gesprek hooren: ten eerste omdat het mij slechts éen woord
+zou kosten ze onschadelijk te maken, wanneer ik hen niet vertrouwde;
+ten tweede omdat zij mijn vermoeden eer met genoegen dan met tegenzin
+zullen vernemen. Ik geloof namelijk vast en zeker dat de schrijver
+of de geadresseerde van dezen brief is--de Hertog!"
+
+"De Hertog!" riep Paul verbaasd. "U beschuldigt den Hertog van een
+verraderlijke briefwisseling met Rusland! Onmogelijk."
+
+"Waarom onmogelijk?"
+
+"Is het aan te nemen, dat hij iets in 't schild zou voeren tegenover
+een Prinses met wie hij eenmaal trouwen zal?"
+
+Zabern glimlachte spottend.
+
+"De Hertog geeft niet zoo heel veel om dien halven troon, die hem
+wacht, met op den koop toe een vrouw die zich niet door hem zal
+laten gezeggen. Zijn geheim doel is los te komen van de Prinses,
+en te regeeren onder Russische suzereiniteit. Let er eens op, hoe
+hij allerlei hervormingen invoert die hem van nut kunnen zijn. Alle
+officieren van Hollandsche afkomst weert hij uit het leger. Bovendien
+hebben we het bewijs, dat er een verrader in het Kabinet is. Wien
+zoudt ge anders kunnen verdenken dan hem?"
+
+Paul antwoordde niet. Hij scheen in diep nadenken verzonken. Op eens
+schitterden zijn oogen alsof een nieuw verrassend idee in hem opkwam.
+
+"Maarschalk," zei hij met nadruk, "u zult morgenochtend de verklaring
+van dien brief hebben."
+
+Er was heel wat noodig om den Maarschalk verbaasd te doen staan;
+toch was hij een oogenblik zeer verrast.
+
+"Wat!" riep hij uit. "Je gelooft den sleutel gevonden te hebben,
+terwijl je een minuut geleden zelfs de taal niet kende waarin de
+brief geschreven is?"
+
+"De taal is Grieksch," zei Paul, nu bijna even verbaasd over zijn
+ontdekking als zijn metgezellen. "Ja, ja, nu begrijp ik alles. Een
+buitengewoon vernuftig ingericht cijferschrift. Alleen een toeval kon
+tot de ontdekking leiden. U hebt gelijk, Maarschalk, wat den Hertog
+betreft. Hij _is_ een verrader, en die brief zal het bewijzen. Van
+nacht zal ik er aan werken, en morgenochtend zult u den uitslag weten."
+
+"Goed," zei de Maarschalk, nog steeds verwonderd over de snelheid
+waarmee Paul een raadsel had opgelost, dat gedurende de afgeloopen
+maand zijn vernuft weerstaan had.
+
+De schemering viel, toen het viertal de herberg "Oranje" bereikte. Het
+was een ruime en schilderachtige woning, deels van hout en deels van
+steen gebouwd, en beschaduwd door overhangende beukeboomen.
+
+Buiten het gebouw, twee paarden vasthoudend, stond Zabern's ordonnans
+Nikita, die daarheen was gezonden om zijn meester op te wachten.
+
+Zabern trad binnen, en geleidde zijn gezelschap naar een afzonderlijke,
+met eikenhout beschoten kamer.
+
+"Ik heb overal mijn spionnen," zei hij, "ook hier. Er komen in deze
+herberg, die op de grenzen en aan den hoofdweg ligt, veel verdachte
+personen, en uit hun gesprekken valt soms veel af te leiden. De dochter
+van Boris Ludovski, de herbergier, houdt er een oog in 't zeil voor
+me, en door haar toedoen is de politie van Slavowitz dikwijls van
+waardevolle inlichtingen voorzien. Daarom kom ik ook nu hier; het is
+mogelijk dat ze me iets weet te vertellen over Russakoff, die heden
+morgen uit de Citadel ontsnapte. Ah! daar is Katina juist!"
+
+Het meisje, dat binnenkwam, was geheel volgens Russische gewoonte
+gekleed, maar de vorm van haar gezicht, haar blonde haren en haar
+donkerblauwe oogen wezen duidelijk op haar Czernovische afkomst
+van moederszijde. Zij werd door Zabern aan de overigen voorgesteld,
+en toen zij vernam, dat er een breuk had plaats gehad tusschen den
+Hertog en de Prinses, waarvan zelfs de arrestatie van eerstgenoemde
+het gevolg was geweest, danste zij van vreugde.
+
+"Hoe is dat gebeurd?" vroeg ze.
+
+Zabern legde het uit, en toen ze hoorde dat Felix de indirecte
+aanleiding was geweest van de geschiedenis, vloog ze hem bijna om
+den hals.
+
+"U hebt een goed werk voor Czernovië gedaan!" riep ze onstuimig. En
+Felix vermaakte zich met de bijna kinderlijke geestdrift van het
+meisje.
+
+"Maar wat is dat nu!" riep Zabern opeens, "wat hangt daar?"
+
+En hij wees naar een vuil, berookt olieverfportret, dat aan een der
+muren hing.
+
+Katina schudde de vuist tegen het portret.
+
+"Dat verwondert u, nietwaar?" zei ze. "Het portret van den Czaar in
+deze kamer! Toch heeft 't zijn nut, om Russische klanten te trekken,
+die het plezierig vinden dat hun vadertje op hen neer ziet terwijl
+ze drinken. Waarom zou ik van den vijand geen schatting eischen? Hun
+kopeken zijn allen ten bate van de goede zaak."
+
+"Maar wat zeggen de Czernoviërs ervan?"
+
+"Wel--de laatste bezoekers waren Russen, vandaar dat de Czaar er nog
+hangt. Wanneer er Czernoviërs komen, doe ik eenvoudig zóo--kijk!"
+
+Ze draaide het schilderij om, en zie! aan de andere zijde vertoonde
+zich een welgelijkend portret van Elizabeth.
+
+"Prachtig!" lachte Zabern. "'t Is jammer dat je geen man bent,
+Katina. Je zou een rol in de politiek hebben kunnen spelen. Patriotten
+als jij hebben we noodig. U weet, heeren, welke oude rekening Katina
+met Rusland te vereffenen heeft? Laat eens zien, Katina!"
+
+Het meisje stroopte een der mouwen een weinig op, en nu zagen de
+toeschouwers met ontzetting dat haar arm met diepe en breede litteekens
+bezaaid was, alsof men er de stukken vleesch uitgesneden had.
+
+"Zoo ziet mijn geheele bovenlichaam er uit," zei Katina bitter. "De
+lange riem van de knoet slingert zich geheel om het slachtoffer heen."
+
+"De knoet!" riep Rob, vol afschuw bij de gedachte dat men zulk een
+verschrikkelijk strafmiddel op een jong meisje had toegepast.
+
+"De meest welsprekende rede kan u niet meer anti-Russischgezind maken
+dan het gezicht van dien arm, niet waar?" vroeg Zabern, die dadelijk
+begrepen had, dat de beide vreemdelingen hem van nut konden zijn,
+en ze nu voor zich trachtte te winnen door een openhartigheid,
+waarbij hij zich niet meer bloot gaf dan hij zelf wilde.
+
+Felix van zijn kant doorzag de bedoeling van den Maarschalk zeer goed,
+doch vermeed er te spoedig op in te gaan, daar het hem voorloopig niet
+geraden voorkwam zijn geheim te verraden. In stilte moest hij lachen
+bij de gedachte, dat men _hem_ beproefde te winnen voor Elizabeth
+en Czernovië.
+
+Terwijl Katina heengegaan was om een laten bezoeker te bedienen,
+dien men van uit de gelagkamer om wodka hoorde roepen, vroeg Felix:
+
+"Wat heeft ze gedaan om zoo afschuwelijk behandeld te worden?"
+
+"Ik zal u haar geschiedenis vertellen," zei Zabern. "Katina's
+ouders--de vader een Pool, de moeder een onvervalscht
+Czernovische--woonden in Warschau. Omdat ze een schuilplaats hadden
+verleend aan een uitgeweken politieken misdadiger, een Pool, en
+dien dus aan de justitie onttrokken hadden, werd de geheele familie
+Ludovski naar een der mijnen in den Oeral verbannen. Daar trok Katina's
+schoonheid de aandacht van den gouverneur Feodor Orloff; hij beloofde
+haar, dat hij de familie Ludovski de vrijheid zou hergeven, zoo ze
+zijn vrouw wilde worden. Dat voorstel bracht Katina, die alle Russen
+verfoeide, in zulk een verontwaardiging, dat ze Orloff met de vlakke
+hand in 't gezicht sloeg.
+
+"Den volgenden dag was de Czaar jarig; Orloff deed de Poolsche
+gevangenen voor zich brengen en deelde hen mee, dat ze dien dag
+niet zouden behoeven te werken; daartegenover eischte hij, dat ze
+"Leve de Czaar" zouden roepen. Sommigen weigerden, en daaronder de
+koppige Katina. Nu had Orloff een kans. Wegens ontrouw aan den Czaar
+werd Katina tot vijftien knoetslagen veroordeeld.
+
+"Hebt ge ooit iemand zien knoeten? Neen? Wel, ik hoop dat 't u nooit
+gebeuren zal, want 't is geen prettig gezicht, zelfs voor wie zenuwen
+van ijzer heeft. Ik ben gedwongen geweest in Siberië meer dan een
+zoo'n geeseling bij te wonen, en ik kan u zeggen dat er geen helscher
+straf kan uitgedacht worden.
+
+"Het slachtoffer wordt, met ijzeren ringen om polsen en enkels,
+aan een in den grond gestoken latwerk bevestigd, zóo, dat hij niet
+de minste beweging kan maken.
+
+"Ongeveer twintig pas van hem af staat de beul, die de knoet met beide
+handen vasthoudt. Het is een reep dik leder, driehoekig gesneden, een
+duim breed, negen tot twaalf voet lang, en uitloopend in een punt; dit
+uiteinde is aan een ongeveer twee voet lange houten schacht verbonden.
+
+"De beul gaat voorwaarts, met gebogen lichaam, en den langen riem
+tusschen de voeten voortsleepend. Als hij drie of vier passen van
+zijn slachtoffer is, heft hij opeens de knoet boven zijn hoofd: de
+riem vliegt door de lucht, daalt fluitend, en sluit het bovenlichaam
+van den vastgebondene als in een ijzeren ring. Niettegenstaande hij
+is vastgebonden, schokt het slachtoffer onder den slag als door een
+galvanische ontlading getroffen, en uit een kreet, dien men, eens
+gehoord, nooit meer vergeten kan.
+
+"Bij het terugtrekken van den riem, scheurt deze de wond nog wijder
+en dieper open.
+
+"De beul gaat terug, en herhaalt dezelfde beweging. Vleesch en
+spieren worden ten slotte als met een scheermes in driehoekige
+stukken gehakt. Het slachtoffer, rood van bloed, wringt zich in
+verschrikkelijke stuiptrekkingen.
+
+"Zóo hebben de Russen Katina behandeld."
+
+Allen waren een oogenblik stil, toen ze dit afgrijselijk verhaal,
+dat maar al te zeer de werkelijkheid weergeeft, vernamen. Rob kon
+zijn verontwaardiging niet in toom houden; hij riep tot Katina,
+die bij de laatste woorden van Zabern weer binnengekomen was:
+
+"Als die Orloff nog leeft, zeg me dan waar ik hem vinden kan, en ik
+zal je wreken!"
+
+"Neen, dappere vreemdeling, neen. Die wraak behoort mij. Niemand mag
+me die ontnemen. En de dag komt! Het noodlot voert Graaf Orloff in
+de nabijheid van Czernovië!"
+
+"Juist," voegde Zabern er aan toe. "Hij is tot gouverneur van de
+Russische provincie Warsim benoemd, die aan Czernovië grenst."
+
+"En zijn handlangers gaan hem vooraf! Maarschalk, ge zult het niet
+kunnen gelooven, maar de man die mij op Orloff's bevel de knoetslagen
+toebracht--ik heb hem dezen zelfden dag gezien!"
+
+"Onmogelijk, Katina!"
+
+"Neen, Maarschalk, neen! Ik zag hem vandaag, dezen middag, in de
+kamer waar wij nu zijn. Ik kon me in dat gezicht niet vergissen, te
+meer niet daar ik er een herkenningsteeken op terugvond, een bruine
+vlek bij de slaap, die ik er ook vroeger gezien had."
+
+"Goede hemel, Katina, wat zeg je!" viel Zabern haar in de rede, met
+meer heftigheid dan men van hem gewoon was. "Die man, met die bruine
+vlek op z'n gezicht, is vanmiddag hier geweest? Had hij een blauwen
+kaftan, een rooden baard, een..."
+
+"Precies, Maarschalk."
+
+"Russakoff--zoo waar ik leef! Jouw beul en mijn spion zijn dezelfde
+persoon! Zou het mogelijk zijn? En hoe laat was hij hier?"
+
+"Ongeveer vier uur."
+
+"Dat is dus vijf uur geleden," zei Zabern, zijn horloge
+raadplegend. "Hij moet dadelijk na zijn ontsnapping hierheen gegaan
+zijn, ongetwijfeld met het doel de grens te bereiken. Had ik dat maar
+eerder geweten! Vertel verder, Katina!"
+
+"Vanmiddag," vervolgde Katina, "kwam ik van mijn wandeling terug,
+toen ik mijn zuster met een kan en twee glazen deze kamer zag
+binnengaan. "Katina," zei ze, "er zijn twee bezoekers, die er heel
+verdacht uitzien. Ze hebben om een afzonderlijke kamer gevraagd en
+wodka besteld. Ga jij het brengen, en zie eens wat je van ze denkt." Ik
+nam de wodka over en ging naar binnen.
+
+"Daar zaten twee mannen. De een had den rug naar me toegekeerd;
+tegenover hem zat de ander, dien ik onmiddellijk herkende als de man
+die mij de knoetslagen toediende in Orenburg."
+
+"Herkende de booswicht jou niet?"
+
+"Hij keek niet naar me toen ik binnenkwam; zijn heele aandacht
+was gevestigd op wat de andere man vertelde. Bovendien is het heel
+begrijpelijk, dat die Russakoff--zooals u hem noemt--van de vele
+menschen, die hij in zijn leven geknoet heeft, niet al de gezichten
+kan onthouden. Ik trachtte den anderen man wat beter in 't oog te
+krijgen, maar het lukte me niet zijn gezicht duidelijk te zien, want
+zijn hoed was diep over zijn voorhoofd gedrukt, en de kraag van zijn
+jas kwam bijna aan z'n mond. Toch maakte hij den indruk--en de toon
+van zijn stem bevestigde dat later--van veel voornamer stand te zijn
+dan zijn metgezel."
+
+"Waarom riep je niet je vader en je broers te hulp, om den man ook
+eens te laten voelen hoe de knoet neerkomt?"
+
+"Dat was ook mijn eerste gedachte. Maar toen ik de kamer uitging,
+hoorde ik hem iets zeggen, dat mijn aandacht trok, en waarom ik
+'t verstandiger vond eerst eens naar hun gesprek te luisteren. Op
+afluisteren zijn we hier ingericht; een achter het houtwerk verborgen
+buis maakt 't ons gemakkelijk in onze woonkamer alles te hooren wat
+men hier spreekt."
+
+"Daarom ga ik altijd zoo ver mogelijk van die buis afzitten," zei
+Zabern lachend.
+
+"Russakoff zei, terwijl ik juist de deur achter me wilde sluiten:
+"ge krijgt me er niet toe weer naar Slavowitz te gaan; ik heb weinig
+lust weer in Zabern's handen te vallen." Op het hooren van uw naam,
+Maarschalk, werd mijn nieuwsgierigheid nog grooter, zoodat ik mij
+haastte het oor aan de hoorbuis te leggen.
+
+"Ze spraken zacht, maar nu en dan verhieven hun stemmen zich, en kon
+ik enkele woorden verstaan.
+
+"Ik begrijp niet, dat Orloff zulk een onhandigen vent als jou
+gebruikt," zei Russakoff's metgezel. "Je kan niet van de wodka
+afblijven, mengt je in een kroegruzie en laat je arresteeren met
+een belangrijk politiek document in je zak! Als de Secretaris van
+de Prinses dien brief ontcijfert, wordt het heele plan van Rusland,
+om Czernovië zonder geweld, wettig en kalm, in beslag te nemen,
+verijdeld."
+
+"Wat?" riep Zabern. "Zeg dat nog eens, Katina!"
+
+Katina herhaalde haar woorden.
+
+"Czernovië zonder geweld in handen krijgen! En hoe zou men dat wel
+willen aanleggen?"
+
+Zabern's oogen schoten vonken van onder de overhangende
+wenkbrauwen. Zou men in Rusland beschuldigingen tegen de Prinses weten
+in te brengen, ernstig genoeg om haar den troon te ontnemen? Zeker,
+al was dit tusschen Elizabeth en hem, Zabern, nooit onomwonden
+uitgesproken, hij wist dat de Prinses elk middel zou aangrijpen om
+haar huwelijk met Bora te verijdelen--maar was men van dat geheime
+voornemen in Rusland al zóó overtuigd, dat men 't als een wapen tegen
+haar durfde gebruiken?
+
+Felix volgde een dergelijken gedachtengang, met dit verschil alleen
+dat hij, zekerder nog dan Zabern, wist dat Elizabeth nooit Bora zou
+toebehooren! Overigens verbaasde ook hij zich er over hoe men in
+Rusland daaromtrent was ingelicht geworden. Vrees greep hem aan,
+toen hij bedacht dat een regeering als de Russische er zelfs niet
+voor zou terugdeinzen den dolk van den een of anderen fanaticus te
+bezigen, om Elizabeth uit den weg te ruimen, zoodat Bora over haar
+lijk den troon zou bereiken! Wanneer het cijferschrift eens zulk een
+verschrikkelijk komplot inhield!
+
+"Ga verder, Katina. Wat zeiden ze nog meer?"
+
+"Na eenig gefluister, hoorde ik Russakoff zeggen: "neen, 't is te
+gevaarlijk. Bovendien--wat zijn vierhonderd roebels?"--"We zullen
+de som verdubbelen als het binnen twaalf uren gebeurt," antwoordde
+de ander.
+
+"Ik begreep duidelijk, dat er een misdaad beraamd werd. Snel liep
+ik naar buiten, riep mijn twee broeders, die hier aan het werk
+waren. We haalde onze wapens, traden de gelagkamer binnen--maar,
+tot onzen schrik--"
+
+"Waren de vogels gevlogen!"
+
+"Ja! Hun glazen waren nog vol; ze hadden dus waarschijnlijk bemerkt
+dat ze beluisterd werden, en kozen het hazenpad. We deden alles om ze
+te achterhalen, zochten in alle richtingen, maar konden geen spoor
+van hen ontdekken. Daar we de zaak van belang oordeelden, zonden we
+dadelijk Juliska naar Slavowitz om u in te lichten, maar u hebt haar
+natuurlijk niet meer gezien."
+
+"Neen; ik heb de stad klaarblijkelijk verlaten eer ze aankwam. Katina,
+je hebt opnieuw bewezen een waardig onderdaan van de Prinses te
+zijn. Dus deze spion staat in dienst van Graaf Orloff. We zullen
+dien nieuwen gouverneur zeker geen onrecht aandoen wanneer we hem
+verdenken van een aanslag op Czernovië's onafhankelijkheid. Welnu,
+Katina, het zal nu een dubbele overwinning zijn, die er voor ons op
+Orloff te behalen valt! En zooals nu duidelijk is, bestaat er een
+betrekking tusschen den Hertog en Orloff, terwijl Russakoff hun agent
+is. Ge ziet nu de belangrijkheid van het cijferbericht, Van Stralen,
+en de noodzakelijkheid het dadelijk te ontraadselen. Laten we ons dus
+niet langer ophouden.--Als Russakoff zich voor tweemaal vierhonderd
+roebels heeft laten overhalen naar Slavowitz terug te keeren, dan
+moeten mijn spionnen hem in handen hebben eer de nacht verstreken
+is. En dus--" besloot hij, plotseling opstaand--"naar Slavowitz."
+
+Katina snelde onmiddellijk heen om den koetsier te waarschuwen van de
+troďka, waarin Paul, Felix en Rob de tocht hierheen hadden gemaakt. De
+vier mannen traden naar buiten en vonden den soldaat Nikita daar nog
+staan met de twee paarden, alsof hij geen duim van de plaats geweken
+was. De nacht was gevallen en de sterren flonkerden. Het heldere licht
+van uit de herbergdeur stroomde vroolijk over den weg naar de boomen
+aan den anderen kant.
+
+"Vergeef mijn haast, heeren," zei Zabern, "maar ik zou verkeerd
+doen langer te talmen. De arrestatie van den Hertog, de streken
+die Russakoff mogelijk al heeft uitgehaald--daarin ligt voor
+het Russisch gedeelte der bevolking genoeg reden om een oproer te
+beginnen. Misschien zullen er een paar kanonschoten noodig blijken. Ik
+rijd vooruit; de heeren zullen me verplichten met zoo spoedig mogelijk
+te volgen; na al wat ze nu weten, kunnen hun diensten me aangenaam
+zijn."
+
+Zabern sprong in het zadel, kuste Katina die hem tot afscheid groette,
+de hand, en een oogenblik daarna galoppeerde hij naar Slavowitz,
+gevolgd door zijn trouwen ordonnans.
+
+Een minuut later verscheen de istvostchik (koetsier) met de troďka.
+
+De vrienden namen plaats, en nauwelijks hadden ze dit gedaan,
+toen in het lichtschijnsel van de herberg een man verscheen, die
+dadelijk daarop weer door de duisternis was opgeslokt, doch wiens
+groote cilindervormige hoed en zwarte soutane hem als een "papa"
+of priester van de Oostersche kerk aanduidden.
+
+Toen de istvostchik dezen geestelijke zag, kruiste hij zich naar
+Grieksche wijze, en stapte tegelijkertijd uit de troďka, zeggend:
+
+"Het spijt me, vadertjes, maar ik kan u van avond niet rijden."
+
+"Wat beteekent dat nu?" vroeg Felix aan Katina.
+
+"De arme kerel is een Rus," zei ze met een medelijdenden glimlach,
+"en Russen achten het een slecht voorteeken als ze bij den aanvang
+van een reis een priester van hun eigen geloof ontmoeten."
+
+"Dat is een vreemde manier om hun geestelijkheid te eeren," zei Felix,
+maar intusschen was met geen mogelijkheid, noch door geld, noch door
+woorden, van den ouden koetsier gedaan te krijgen dat hij op zijn
+besluit terugkwam.
+
+"Ik heb een troďka," zei Katina, "en daar ik toch over een uurtje
+mijn zuster Juliska uit Slavowitz zou gaan halen, kan ik nu wel
+vast inspannen. Bovendien is mijn troďka veel ruimer; we kunnen er
+gemakkelijk alle vier in."
+
+Dit was een gelukkige uitkomst, en men nam het aanbod gaarne
+aan. Katina ging daarop haar orders geven, en kwam weldra terug, met
+een zeer mooien bonten mantel om, gereed voor de reis. Tegelijkertijd
+werd een sierlijke, met rood leder bekleede troďka voorgebracht,
+waarvan de bespanning uit drie prachtige ponies bestond.
+
+"Ze zijn mooi, niet waar?" vroeg Katina, de beide paarden streelend
+die onder den duga of houten boog waren aangespannen, en die bij het
+trekken het eigenlijke werk doen. Dit is Elizabeth--die heet naar de
+Prinses; en dat Stephanie, naar mijn moeder."
+
+"En de derde?" vroeg Felix.
+
+"O, die maakt alleen parade, maar trekt niet. Omdat ze dus van weinig
+nut is, heeft mijn zuster haar natuurlijk Katina genoemd. Nu--wanneer
+de heeren klaar zijn....?"
+
+Men stapte in, Katina in het midden tusschen Felix en Paul, Rob tegen
+over hen, met den rug naar het paard.
+
+"Reis vanavond niet, vadertjes," zei de istvostchik, toen hij ze zag
+instappen, "er wachten u booze dingen."
+
+Katina zette de paarden met een ongeduldige beweging aan.
+
+Paul lachte.
+
+Felix keek ernstig: er was voor zijn gevoel iets wonderlijk
+indrukwekkends in de rustige waardigheid van den ouden man, zooals
+hij daar op de treden van de herbergdeur stond, met z'n muts in de
+hand en z'n blikken naar de sterren gericht.
+
+
+
+
+
+
+ZEVENTIENDE HOOFDSTUK.
+
+RUSSAKOFF BEGAAT EEN MOORD.
+
+ Hoe Katina een troďka ment.--Het klooster.--De Russische wijk
+ van Slavowitz.--De troďka komt in het gedrang.--Paul wordt
+ doodelijk gewond.--Felix, Zabern en het raadselschrift.--Zou
+ Rob werkelijk de oplossing gevonden hebben?
+
+
+Ofschoon Katina alle Russen haatte, had zij toch een eigenschap met
+hen gemeen--den hartstocht voor wild rijden.
+
+Met voetgetrappel en luide kreten zette zij de paarden steeds tot meer
+spoed aan. Ze had een lange zweep met een kort handvat, en daarmee
+knalde ze lustig, doch zonder de paarden te raken. Onder het rinkelen
+der zilveren bellen, waarmee de duga was behangen, snelden de vurige
+dieren voort alsof ze een wedstrijd met elkaar hielden, terwijl Katina
+het span mende met een kracht waarover de drie mannen zich verbaasden.
+
+Was de weg breed, dan spreidde ze de galoppeerende paarden uit als
+een waaier; en als de weg zoo nauw was, dat men er nauwelijks langs
+kon, dan wist ze de dieren bij elkaar te houden alsof ze bijna geen
+ruimte innamen, terwijl ze geen oogenblik de snelheid van het voertuig
+verminderde.
+
+Nu en dan stond ze op, boog zich voorover als een menner van
+een Romeinsche zegekar, en riep den vrienden vroolijk lachend een
+"vasthouden!" toe; in het volgend oogenblik vloog de troďka een steile
+helling af--plotseling spatte en plaste het water om hen heen, en
+eer men begreep dat het voertuig door een riviertje getrokken werd,
+beklommen de ponies alweer den tegenover liggenden oever.
+
+De verrassende kunststukken waarmee deze stoutmoedige bestuurster
+nu eens de troďka langs den rand van een kloof joeg, dan weer een
+hinderpaal vermeed die zich plotseling in haar weg stelde, gaan alle
+beschrijving te boven, en elk oogenblik meende Rob, die nog nooit van
+zulk rijden gehoord had, dat de troďka in splinters zou vliegen. De
+snelle, wiegende beweging, die sommigen dezelfde gewaarwording geeft
+als zeeziekte, was wel vreemd, maar op De Vogel en op het jacht van
+Lane was hij aan zulke ondervindingen gewoon geraakt.
+
+"We zullen met deze snelheid den Maarschalk gauw inhalen," zei Felix.
+
+"We volgen denzelfden weg niet," antwoordde Katina. "Ik rijd gewoonlijk
+dezen weg, al loopt hij om. En vanavond was het me er om te doen u
+dit klooster te laten zien."
+
+Ze bracht de troďka tot staan, en wees naar een reusachtig gebouw,
+dat ongeveer honderd meter van den weg lag, en in middeleeuwsche
+statigheid tegen den helderen hemel afstak.
+
+"Dit klooster is tevens een sterke vesting en heeft menigmaal
+Turksche en Russische legers tegengehouden," zei Katina. "Hoort ge dat
+orgel en die zingende monniken wel? Dat klinkt nu al, dag en nacht,
+onafgebroken door sedert het Petersburger Congres. Men bidt er voor
+de vrijheid van Czernovië. De bewoners zijn in drie deelen verdeeld;
+als het eene werkt, rust het andere en zingt het derde. Zoo is het
+er geen oogenblik stil. En het heeft nooit aan stemmen ontbroken;
+de bewoners worden steeds aangevuld en bestaan grootendeels uit
+ontslagen of ontsnapte staatsgevangenen, die Rusland naar Siberië
+zond. Verdienen zij niet, dat hun gebed verhoord wordt?"
+
+Katina nam de teugels weer op, en opnieuw vloog de troďka voort,
+zoo snel dat ze nauwelijks den grond scheen te raken. Het majestueuse
+klooster en de geheimzinnige stemmen verdwenen in de duisternis.
+
+Onophoudelijk vuurde Katina de paarden aan, en een uur na het vertrek
+kwam Slavowitz in het gezicht, dat sedert de Russische bedreigingen
+in een sterke vesting was veranderd.
+
+"Zal ik de Troitzka Poort doorrijden?" vroeg Katina.
+
+Paul knikte toestemmend.
+
+"Dat spaart een omweg uit," zei hij, "en dan zien we meteen eens hoe
+de stemming in het Russische kwartier is."
+
+Maar al te spoedig kwam men, het Troitzkoi Prospekt doorrijdend,
+tot de ontdekking dat die stemming alles behalve rustig was. In
+Russograd, het kwartier waar door toedoen van Zabern alle Russen of
+Russischgezinde personen verplicht waren te wonen, heerschte groote
+opgewondenheid, klaarblijkelijk veroorzaakt door het vernemen van 's
+Hertogs arrestatie. Ofschoon het reeds laat was, scheen men nog lang
+niet van plan te ruste te gaan; mannen en vrouwen verdrongen elkaar
+in de straten en bespraken luid en met heftige gebaren de Czernovische
+politiek. Russen, Tartaren, Kozakken en andere vreemdelingen, die men
+wijselijk, ten einde ze beter in het oog te houden, gezamenlijk in
+Russograd liet wonen, vergaten nu hun onderling getwist en verwenschten
+eendrachtelijk de vermetelheid van Prinses Elizabeth.
+
+"Ik wou dat die menschen maar wat op zij gingen," zei Katina, die
+groote moeite had om haar drie paarden door het gedrang te sturen,
+"zoo zullen we er nooit doorkomen."
+
+Daar de straten opgepakt stonden met menschen, en het asfalt door
+een regenbui van dien middag wat glibberig was geworden, kon het
+voertuig slechts langzaam voortkomen, en zoo vingen de inzittenden
+telkens gesprekken op, die om hen heen gevoerd werden.
+
+"Ik zag den Hertog binnenbrengen door de St.-Florian Poort," zei een
+vrouw tot een kring omstanders.
+
+"Ze dorsten hem natuurlijk niet door de Troitzka Poort brengen,"
+voegde haar man er aan toe, die naast haar stond. Op zijn wang was
+een lange streep opgedroogd bloed te zien.
+
+"Hij reed midden in den troep," vervolgde de vrouw, "en toen mijn man:
+"Leve de Hertog" riep, gaf een der ulanen hem een slag met zijn lans."
+
+"Ja," riep de man, "en toen de Prinses daarna in haar droschky
+voorbijkwam, scheen ze 't zich heelemaal niet aan te trekken dat de
+Hertog de gevangenis inging."
+
+"Niet aantrekken, zeg je?" schreeuwde z'n vrouw. "Ik verzeker je dat
+ik nooit iemand er zoo blij zag uitzien als zij vanavond. Verbeeld je,
+dat zoo'n meisje zoo maar 'n grooten kerel als de Hertog in de doos
+kan stoppen! 't Wordt tijd dat er een soldaat aan de regeering komt,
+en niet zoo'n kind."
+
+"Dat wordt 't zeker," zei 'n ander. "Bovendien is de Prinses een
+vijand van den Czaar. De schoenen die ze draagt, zijn op de zolen
+met het portret van den Czaar bedrukt, dan kan zij bij elken stap op
+hem trappen."
+
+Deze anecdote, die natuurlijk niet de minste waarheid bevatte, vond
+gretig gehoor.
+
+"Ze ontneemt den Hertog zijn bevel over het leger om Zabern in zijn
+plaats aan te stellen. En waarom Zabern? Omdat hij een Pool is,
+en de Russen haat!"
+
+Intusschen ging de troďka steeds langzamer voort, totdat ze eindelijk
+geheel tot staan werd gebracht, omdat de menschen niet konden of
+wilden op zij gaan.
+
+"Na pravo!" (naar rechts) riepen zij die links stonden nijdig,
+terwijl zij die rechts stonden even nijdig riepen:
+
+"Na levo!" (naar links.)
+
+Ze konden nu geen enkele richting meer uit, en zoo bleef de troďka
+midden in een menigte staan, die blijkbaar kwaad in den zin had,
+en grootendeels uit het lagere deel der bevolking bestond, dat de
+Russen het "Tshornoi Narod" of "Zwarte Volk" noemen.
+
+Russograd was nooit een veilige plaats voor aanhangers van de Prinses,
+maar op het oogenblik was hun verschijning voldoende om het fanatisme
+van dit gepeupel tot een gevaarlijke hoogte te brengen, te meer daar
+men Paul dadelijk herkende als den Secretaris van Elizabeth. Men was
+in de troďka slecht voor een verdediging gewapend--Rob en Felix hadden
+een stok, Paul geen ander middel om zich te verweren dan zijn vuisten,
+en Katina haar zweep. Toch hield men zich kalm, gereed om zoo noodig
+van die gebrekkige wapens gebruik te maken.
+
+Katina beproefde nogmaals voorzichtig, de paarden aan te zetten.
+
+"Pas op, menschen!" riep ze, "ga even wat op zij!"
+
+"Pas jij zelf op!" riep een ruwe stem, en een man in een blauwen
+kaftan en met een rooden baard greep de teugels van een der paarden
+vast. "Wou je over me heen rijden?"
+
+Katina herkende die stem onmiddellijk. Ze sprong op en riep:
+
+"Arresteer dien man! Hij is een ontsnapte gevangene!"
+
+"Arresteer die vrouw!" riep de man met een grijnslach. "Ze is een
+ontsnapte gevangene uit Orenburg; de Russische justitie zoekt haar!"
+
+Bevend van woede lichte Katina den zweep op, en zou er den man als
+met een sabelhouw het gezicht mee hebben opengereten wanneer Felix
+haar niet wijselijk bij den gordel gegrepen en op haar zitplaats
+terug gedrongen had.
+
+"En kennen jullie dien man niet?" ging Russakoff voort, op Paul
+wijzend. "Dat is de Secretaris van de Prinses--nu weet je al genoeg."
+
+De menigte begon een steeds dreigender houding aan te nemen, zoodat
+Paul om zich heen keek om te zien of geen der patrouilles te zien was,
+die 's avonds dit kwartier doorkruisten.
+
+"We _moeten_ er door," zei Felix vastbesloten, "Katina--de zweep
+er over!"
+
+Alsof Russakoff deze gefluisterde woorden verstaan had, strekte hij
+de hand naar Felix uit.
+
+"En dat is de man, die met den Hertog gevochten heeft!" riep hij. "Is
+dat rechtvaardig menschen, dat de Prinses hem vrij laat, en den Hertog
+gevangen neemt?"
+
+"Gooit ze er uit!"
+
+"Sla ze den kop af!"
+
+"Scheur ze in stukken!"
+
+Felix sprong op, den stok boven het hoofd zwaaiend.
+
+"Vooruit, Katina!" riep hij, dol van woede, toen een steen haar aan
+'t voorhoofd raakte.
+
+Katina boog achterover, en met een kracht die men niet van haar
+verwacht zou hebben, trok ze de teugels zoo strak aan, dat de paarden
+gedwongen waren de voorbeenen op te heffen. In de lucht trappelend,
+beschreven ze zulke gevaarlijke cirkels met hun hoeven, dat de
+dichtstbijstaande menschen angstig terugweken.
+
+Toen legde Katina met geweld de zweep over het span, liet plotseling de
+teugels schieten, en met een wilden kreet joeg ze de razend geworden
+paarden door de menigte, rechts en links slaande met haar weldra rood
+gekleurden zweep.
+
+De menigte week uiteen als water voor den boeg van een schip,
+en de troďka schoot als een pijl door de opening heen. Vloeken en
+verwenschingen, steenen en stukken hout vlogen het voertuig na, dat
+met zware schokken over enkele gevallen menschenlichamen reed. Nog
+eenige seconden, en de troďka snelde het Troitzkoi Prospekt af,
+de woedende menigte ver achter zich latend.
+
+"Bravo, Katina!" riep Felix. "Dat was maar juist op tijd, Secretaris,"
+zei hij, zich tot Paul keerend.
+
+Maar deze antwoordde niet. Met een kreet van ontzetting zag Felix
+dat hij een diepe wond in de zijde had, waaruit straalsgewijze het
+bloed liep.
+
+"O God!" riep Katina verschrikt, de paarden inhoudend, "men heeft
+hem vermoord!"
+
+Ze hief zachtjes zijn hoofd op, en liet het in haar schoot rusten;
+intusschen trachtte Felix het bloed te stelpen.
+
+Maar het was te laat.
+
+"Het was Russakoff," stamelde de stervende. "Denk er aan, Felix,
+de Furiën--de Furiën--van...."
+
+Hij voltooide dezen zonderlingen zin niet. Nog even bewoog hij de
+lippen, en zakte toen ineen--dood.
+
+"Russakoff heeft z'n roebels verdiend," zei Katina somber.
+
+De geheele gebeurtenis was zoo snel afgespeeld, dat het bijna
+onmogelijk was aan de werkelijkheid ervan te gelooven; maar
+het beweginglooze lichaam duidde daar maar al te zeer op. Een
+volle halve minuut staarde Felix hulpeloos op zijn ongelukkigen
+broeder. Schrik--verbazing--smart--die allen deden hem verstomd en
+radeloos staan; toen wekten die gevoelens voor een oogenblik een
+wilde begeerte naar wraak in hem op.
+
+"Ik zal den moordenaar vinden," zei hij, uit de troďka springend. "Ik
+zal hem op de plaats neerslaan, al zou het mijn dood zijn."
+
+Maar enkele woorden van Katina brachten hem tot bezinning. Ze greep
+hem bij de pols en zei:
+
+"Wie zou er gebaat zijn met uw dood? Ge zult niet gaan. Laat den
+moordenaar aan Zabern over, die zal hem weten te vinden. De hemel
+zij gedankt, daar is de Maarschalk!"
+
+Werkelijk hoorde men het getrappel van hoeven, en in de richting van
+het geluid ziend, bespeurde Felix een troep lanciers met Zabern aan
+het hoofd.
+
+Toen de Maarschalk de troďka ontwaarde, hield hij zijn paard in,
+en zei:
+
+"Hoe hebt ge 't in 's hemels naam gewaagd op een avond als dezen door
+Russograd te rijden?"
+
+Toen zag hij het beweginglooze lichaam in de troďka liggen, en met
+een kreet van schrik sprong hij van zijn paard.
+
+"Van Stralen dood! Mijn God, dat is verschrikkelijk! Van Stralen--dien
+ik onder de banier van de Prinses hoopte te zien strijden! Dood! En
+terwijl hij op het punt stond het cijferbericht op te lossen!"
+
+"Ja, het is verschrikkelijk," zei Felix. "Maar het is nu geen tijd
+voor woorden. De moordenaar is onder gindsche menigte, en zijn naam
+is Ivan Russakoff."
+
+De naam van den spion werkte als een tooverspreuk op Zabern. Hij gaf
+eenige orders, en eenige oogenblikken later werd de samengeschoolde
+menigte door tien ulanen met gevelde lansen verspreid; hun doel was
+de Troitzka Poort te bezetten en zoo den moordenaar het ontsnappen
+te beletten. Zoo snel mogelijk werden ook ten opzichte der andere
+poorten dergelijke maatregelen genomen, en de geheele Russische wijk
+werd vervolgens behendig binnen een cordon ulanen getrokken. Nieuwe
+detachementen en een sterke politiemacht rukten op Zabern's bevel aan.
+
+De Maarschalk zag wel in dat het niet gemakkelijk zou vallen de
+bewoners van de vreemdelingenwijk tot het uitleveren van den spion
+te bewegen, wiens moord op een gouvernements-beambte hem recht gaf op
+hun sympathie. Iedereen zou er trotsch op zijn hem een schuilplaats te
+verstrekken. Daarom kon Zabern er niet mee volstaan halve maatregelen
+te nemen, maar zou Russograd er eenige uren moeten uitzien alsof de
+staat van beleg was afgekondigd.
+
+"Denk er aan, Russakoff moet levend gegrepen worden; zijn dood kan
+me van geen enkel nut zijn," zei Zabern. "Maar aarzel overigens niet
+geweld te bezigen wanneer er weerstand geboden wordt. Nikita, stijg af,
+en help het lijk van den Secretaris vervoeren. Meneer Van Heelstra,
+het zou me zeer aangenaam zijn als u en uw reisgenoot me naar het
+Paleis wilden vergezellen."
+
+Zabern's uitgebreide voorzorgen mochten niet baten.
+
+Ofschoon alle straten van Russograd werden doorkruist, elk verdacht
+persoon ondervraagd, ofschoon de politie alle gebouwen onderzocht,
+en de Maarschalk onmiddellijk een instructie deed openen, die den
+geheelen nacht voortduurde, en door welker leider een groot aantal
+getuigen werden gehoord, kwam men niet tot een resultaat.
+
+Daar de spion na het nemen der militaire maatregelen niet ontsnapt
+kon zijn, deed Zabern het onderzoek met ijver voortzetten. 's Morgens
+om zeven uur ontbood hij Nariskin, het politiehoofd in Russograd,
+en deelde hem mede, dat hij het uit vreemdelingen samengesteld
+corps politiebeambten, dat in die wijk dienst deed, zou ontbinden,
+en voortaan de vreemdelingenwijk onder het directe toezicht van
+Slavowitzsche politie zou stellen. Wanneer Nariskin dergelijke wandaden
+als die van den vorigen avond niet voorkomen kon, dan moest het met
+de voorrechten van Russograd maar gedaan zijn. Tevens overhandigde
+de Minister hem een afschrift van een besluit, waarbij bekend werd
+gemaakt, dat de vreemdelingenwijk onder militaire bewaking zou blijven
+totdat de moordenaar was uitgeleverd.
+
+Tot Felix zei hij:
+
+"Ik vrees dat dit alles niet veel helpen zal. De heele bevolking van
+Russograd doet natuurlijk alles om den spion te verbergen."
+
+
+
+In het Paleis, in een der vertrekken die Paul het laatst bewoond had,
+lag het lijk van den armen, zoo ongelukkig omgekomen Secretaris. Met
+sombere gezichten stonden Zabern en Felix naast den doode, beiden
+vervuld van hun zoo uiteenloopende en toch in veel opzichten
+overeenstemmende gedachten. Felix sprak de zijne niet uit. Hij
+wist, dat hij het groote doel, dat hem steeds voor oogen zweefde,
+niet zonder opofferingen zou kunnen bereiken; maar dat hier nu, als
+eerste slachtoffer der hem vijandige machten, het ontzielde lichaam
+lag van zijn eerst kortelings teruggevonden broeder, greep hem meer
+aan dan hij Zabern blijken liet.
+
+"Een droevig lot!" mompelde Zabern, wiens ietwat ruw en onaandoenlijk
+gemoed toch ontroerd werd door Paul's ontijdig en tragisch einde. "En
+ten deele ben ik daar de oorzaak van."
+
+"Hoe zoo?"
+
+"Het cijferbericht dat ik hem toevertrouwde was de oorzaak van
+zijn dood."
+
+"Ge meent, dat hij vermoord werd om te verhinderen dat hij het
+ontcijferen zou?"
+
+"Juist. De Hertog deinst voor niets terug om zijn verraad te
+verbergen."
+
+"Welk bewijs hebt u voor zijn medeplichtigheid?"
+
+"Bewijzen--geen. Maar ernstige vermoedens genoeg. Gisteren morgen
+vernam de Hertog de gevangenneming van Russakoff, en dat Van Stralen
+bezig was het cijferbericht te ontraadselen. Het was niet bepaald
+mijn doel, dat hij dit vernemen zou; Graaf Radzivil, die wel eens
+wat gemakkelijk aan 't praten te brengen is, vertelde het hem. Nu,
+'t doet er betrekkelijk weinig toe; bovendien hecht ik niet veel aan
+geheimzinnigheid. Mijn ondervinding heeft me geleerd, dat men zelfs
+in de gewichtigste politieke kwesties de grootste openhartigheid kan
+gebruiken. Geheimhouding leidt tot niets, wekt achterdocht. Niets
+brengt zoo zeer op een dwaalspoor als eerlijkheid.
+
+"Maar ter zake. Radzivil meende te merken, dat de Hertog lang niet
+op z'n gemak was toen hij van de arrestatie hoorde. Eigenaardig is
+'t dat daarna de Hertog een inspectie-bezoek bracht aan de Citadel,
+in z'n kwaliteit als Leger-Commandant natuurlijk. En nog eigenaardiger
+is, dat twee uur later Russakoff's cel ledig gevonden werd. Hoe? Groot
+is de macht van den roebel!"
+
+"Als de Hertog die macht nu ook maar niet te baat neemt!"
+
+"Ik heb zorg gedragen, dat zijn bewaking aan vertrouwde personen
+is overgelaten. Maar om op den cijferbrief terug te komen. Die is
+nog steeds een geheim. En Van Stralen was juist den sleutel op het
+spoor! Sprak hij daar niet over onderweg? Gaf hij u geen enkele
+aanwijzing?"
+
+"Niets."
+
+"De inhoud van dien brief," zei Zabern, "zou ons de gelegenheid geven
+Rusland's geheime plannen te ontmaskeren, maar helaas! waar zullen
+we den uitlegger vinden!"
+
+De beide mannen hadden onder deze woorden het vertrek verlaten en
+begaven zich in Zabern's studeerkamer. De zeer ruime en practische
+inrichting van het Paleis liet namelijk toe, dat een vleugel geheel
+aangewezen was voor vergaderzalen, bureau's voor elk der Ministers,
+archieven, bibliotheken enz.
+
+Op de gang kwam Rob hen tegemoet, die evenals zij en Katina alles
+gedaan had om de zaak tot klaarheid te brengen. Katina was ten slotte
+bij kennissen eenige rust gaan zoeken, en Rob was juist van plan
+Felix voor te stellen naar het hotel te gaan, daar hij doodmoe was.
+
+Zabern, de man van ijzer en staal, glimlachte even toen hij het
+vermoeide gezicht van den jongen Hollander zag. Maar hij zei dadelijk:
+
+"De heeren zullen naar rust verlangen. Ik heb een kamer met twee bedden
+doen inrichten naast mijn studeervertrek. U zult me een genoegen doen
+daarvan gebruik te maken."
+
+Felix en Rob namen het aanbod dankbaar aan; de weg naar het hotel was
+lang, en ze zouden zeker nergens zoo rustig slapen als hier. Bovendien
+zag Felix in de tegemoetkomingen van Zabern een poging om hem
+en Rob aan zich te verbinden, waartegen hij niets geen bezwaar
+had. Integendeel, door zich den Maarschalk tot vriend te maken,
+hoopte hij zijn doel des te sneller te bereiken.
+
+"Goedennacht, heeren," zei Zabern, en voegde er glimlachend aan toe:
+"droom niet van het cijferschrift!"
+
+"Naar aanleiding van dat cijferschrift wilde ik u graag iets vragen,
+Excellentie," zei Rob op eens.
+
+Felix keek hem verbaasd aan.
+
+"En dat is?" vroeg Zabern.
+
+"Ik bedacht me zooeven, dat we misschien te weinig waarde hechtten
+aan de laatste woorden van den Secretaris...."
+
+"Wat waren die dan?"
+
+"Denk er aan," zei hij, "het zijn de Furiën!"
+
+"De Furiën?" vroeg Zabern verwonderd, "wat kan hij daarmee bedoeld
+hebben?"
+
+"Ik voor mij heb er niet anders in gezien dan onsamenhangende woorden,
+die hij zonder bewustzijn uitsprak, misschien verward door pijn en
+doodsangst," zei Felix.
+
+"Het is mogelijk," vervolgde Rob, "maar ik heb zoo'n voorgevoel, dat
+die woorden niet alleen een bepaalde bedoeling hadden, maar zelfs in
+verband stonden met het cijferschrift."
+
+Zabern en Felix zagen hem ongeloovig aan, tegelijkertijd toch in
+hun wanhopen aan de oplossing Rob's vermoeden aangrijpend als den
+stroohalm, waarnaar de verdrinkende grijpt.
+
+"En wat meer is," zei Rob, "ik meen zelfs met behulp van die woorden
+den sleutel op het spoor te zijn."
+
+"Is het mogelijk!" riep Zabern verrast.
+
+"Zoudt Uwe Excellentie mij het document, of een afschrift ervan,
+gedurende enkele uren willen afstaan?"
+
+Zabern's gelaat drukte aarzeling uit. Zou het voorzichtig zijn,
+zulke belangrijke staatsgeheimen in handen te geven van iemand,
+dien hij eerst sedert enkele uren kende?
+
+Rob begreep zijn aarzelen.
+
+"Sluit me desgewenscht onder bewaking op, Excellentie. Bovendien
+wil ik u elke verklaring afleggen, die ge ten opzichte van mijn
+vertrouwbaarheid verlangt."
+
+Maar Zabern's bezwaren waren reeds verdwenen.
+
+"Ge zult den brief hebben," zei hij. "'t Is waar, ik bezit alle
+middelen om mij tegen verraad uwerzijds te waarborgen. Vergeef me dat
+ik zoo spreek; het belang van den Staat gaat vóor alles, ik behoor
+daaraan desnoods iedereen, zelfs u, die ik in dezen korten tijd reeds
+leerde waardeeren, op te offeren. Maar weest verstandig, gaat nu beiden
+eenige uren slapen, en begeef u dan met frisschen moed aan het werk."
+
+De beide vrienden namen dezen raad. ter harte, en zochten de voor
+hen bestemde kamer op.
+
+Toch konden ze den slaap niet dadelijk vatten. Nog eenigen tijd
+bespraken ze de gebeurtenissen van dien dag, herdachten weemoedig den
+dood van Paul, en verwonderden zich over de merkwaardig openhartige
+politiek van Zabern, die toch zoo zeker van zijn daden en woorden
+scheen te zijn.
+
+"Dat is een merkwaardig man," zei Felix. "Hij kan ons tot een machtig
+vriend en helper worden, maar reken er op, dat hij ons ook zou weten
+te treffen, wanneer we verraders bleken te zijn."
+
+Hij zweeg eenige oogenblikken en vervolgde toen:
+
+"Alles gaat goed. Beter dan je misschien denkt, Rob. Al deze verwarde
+avonturen zullen ons ten slotte tot ons doel brengen; ik zie den weg
+reeds duidelijk voor me afgebakend liggen."
+
+Ze hadden zich intusschen ontkleed, en stapten in bed.
+
+Na een oogenblik vroeg Felix:
+
+"Waarin ligt nu de beteekenis van Paul's laatste woorden? Je hebt me
+vreeselijk nieuwsgierig gemaakt."
+
+Maar Rob antwoordde niet. Hij was, door vermoeienis overmand, in een
+vasten slaap gevallen.
+
+"Verwonderlijk," dacht Felix, terwijl hij ook langzamerhand zijn
+bewustzijn voelde wegvloeien. "Wie had gedacht, dat ik nu reeds onder
+éen dak met Elizabeth zou zijn! En louter door een toeval!"
+
+Toen sliep hij in.
+
+
+
+
+
+
+ACHTTIENDE HOOFDSTUK.
+
+FELIX EN ELIZABETH.
+
+ Felix wordt bij de Prinses ontboden.--Het
+ weerzien.--Wederzijdsche ontboezemingen.--Felix wordt tot
+ Secretaris benoemd.--
+
+
+Na eenige uren rust genoten te hebben, stond Felix op, van plan
+om naar het hotel terug te gaan en met Rob nader het cijferschrift
+te bekijken. Juist toen hij echter Rob wekken wilde, werd er aan de
+deur geklopt, en werd hem bericht, dat de Prinses, vernomen hebbende,
+dat de vreemdeling die bij den dood van haar Secretaris aanwezig was,
+zich in het Paleis bevond, hem in een particuliere audiëntie wenschte
+te ontvangen.
+
+Felix begreep, dat deze audiëntie geen zeer officiëel karakter zou
+behouden, en hij voelde een diepe ontroering bij de gedachte dat hij
+binnen enkele oogenblikken met Elizabeth alleen zou zijn. Hij hield
+zich tegenover den lakei echter goed, en maakte eenige bedenkingen
+wat betrof zijn toilet, vragend of er tijd was om zich in het hotel
+te gaan verkleeden. De lakei deelde hem evenwel mee, dat de Prinses,
+de omstandigheden begrijpend, genoegen zou nemen met de kleeding die
+de bezoeker op dit oogenblik aanhad.
+
+Felix werd nu naar een vertrek geleid, waar een kamerheer hem
+opwachtte, die het noodig oordeelde hem in te lichten omtrent de
+etiquette, waaraan hij zich te houden had, namelijk dat hij behoorde
+te blijven staan zoo hij niet tot zitten werd uitgenoodigd; dat
+hij slechts de vragen te beantwoorden had die hem gedaan werden en
+overigens uit zichzelf geen opmerkingen mocht maken; dat hij eerst
+kon heengaan als de Prinses het teeken daarvoor gaf, en dat hij het
+vertrek achterwaarts behoorde te verlaten, met het gezicht naar de
+Prinses gericht.
+
+Felix hoorde hem geduldig aan, en moest onwillekeurig glimlachen als
+hij dacht aan de wijze waarop hij deze voorschriften ten uitvoer zou
+brengen. Ook trof hem het eigenaardige verschil in zijn verhouding tot
+Elizabeth, als hij den tegenwoordigen toestand vergeleek bij dien van
+enkele jaren geleden: toen waren ze beiden zorgelooze kinderen, die
+elkaar liefhadden, en dacht hij slechts vaag aan de mogelijkheid dat
+hij eenmaal zijn vader in diens hooge betrekking zou kunnen opvolgen;
+nu was hij een zwervend avonturier--zij Prinses van Czernovië,
+geroepen om over enkele jaren een koningstroon te bestijgen! En wie
+zou zeggen, welke wonderbaarlijke veranderingen de toekomst nog voor
+hen verborgen hield?
+
+Toen Felix het Witte Salon binnentrad, zag hij Elizabeth aan een
+schrijftafel zitten, met een potlood aanteekeningen makend op
+een stapel voor haar liggende papieren. Ze had een ivoorkleurige
+satijnen japon aan met een overkleed van witte tulle, dat schitterde
+van zilveren borduursels. Klaarblijkelijk was ze in een zenuwachtigen
+toestand. Het potlood beefde in haar vingers. Ze keek niet naar Felix,
+maar hield de oogen op de papieren voor haar gericht.
+
+Nauwelijks was de kamerheer verdwenen, of ze stond op en snelde
+op Felix toe. Hij breidde de armen uit en sloot haar aan zijn
+borst. Eindelijk hadden ze elkaar dan wedergevonden!
+
+Toen de eerste vreugde van het wederzien voorbij was, zei Elizabeth:
+
+"Ga daar zitten. En laten we voorzichtig zijn. In dit Paleis hebben
+de muren ooren. Vertel me nu: hoe kom je hier? waar heb je dien tijd
+van onze scheiding doorgebracht?"
+
+Felix deed nu het geheele verhaal. Hoe hij met De Vogel had
+rondgezworven, de inrichting van het luchtschip in dien tijd steeds
+verbeterend, en het juiste tijdstip afwachtend om in Czernovië zijn
+slag te slaan; hoe hij Rob had leeren kennen, en hoe deze zich aan hem
+had gehecht; hoe De Vogel was verongelukt en hij een oogenblik gevreesd
+had alle hoop te moeten opgeven; hoe het geluk hem echter gediend
+had en hij den weg meende gevonden te hebben die naar het doel kon
+leiden. Kortom, Felix bracht Elizabeth geheel op de hoogte, verhaalde
+ook dat zijn overige lotgenooten in Turksche gevangenschap verkeerden,
+maar dat het voor 't oogenblik verstandig leek geen pogingen tot hun
+bevrijding in 't werk te stellen, hoe hard hun lot ook was. Voorloopig
+was het beter dat men hen allen, vurige vaderlanders, voor dood
+bleef houden; nu zij hun sterkste wapen, De Vogel, verloren hadden,
+was hun kracht meer in een voorzichtig en bedekt optreden te vinden.
+
+Elizabeth bracht hem, voor zooveel noodig, op de hoogte van den
+politieken toestand. Die was ongetwijfeld zeer moeielijk. Het aantal
+vreemdelingen in Czernovië vormde verreweg de minderheid en voor
+ernstige binnenlandsche onlusten behoefde geen vrees te bestaan. De
+betrekkingen tot het buitenland, vooral die tot Rusland, waren echter
+zeer gespannen. De Czaar wenschte beslist, dat Elizabeth den Hertog
+van Bora zou huwen; hij had geduld, hij kon wachten, wilde zelfs niets
+liever dan den schijn bewaren dat Elizabeth uit zichzelf tot dit
+huwelijk had besloten--maar zoo Elizabeth den toestand al slepende
+trachtte te houden, rekenend op Rusland's geduld, begreep ze toch
+dat dit spel hoogstens een jaar te spelen zou zijn. Dan zou de Czaar
+niet aarzelen door dwang te verkrijgen, wat men hem goedschiks niet
+geven wilde. En in deze moeielijke omstandigheden had ze een Kabinet
+naast zich, dat uit zeer verschillende bestanddeelen was samengesteld,
+waarvan ze slechts enkele leden geheel durfde vertrouwen. Op Zabern was
+al haar hoop gebouwd. Wel werd deze door andere beweegredenen geleid
+dan zij, maar zijn aanhankelijkheid was onverdacht. En eigenlijk was
+met Zabern de eenige Minister genoemd, op wiens politiek, zoowel
+tegenover binnen- als buitenland, zij geheel vertrouwen durfde;
+Radzivil, de Premier, hoewel ongetwijfeld de Prinses zeer toegedaan,
+was geen krachtige figuur, meer hoveling dan staatsman; Ravenski, te
+laf om verraad in het groot te plegen, werd zoozeer door zijn eigen
+belangen en begeerten gedreven, dat hij nooit iets voor anderen
+zou kunnen beteekenen; de Hertog--nu, diens Russische gezindheid
+was onverdacht; en wat de overigen aangaat--meerendeels twijfelaars,
+mannen wier Ministerschap hun ijdelheid bevredigde, en die niet graag
+openlijk partij kozen in een zaak die hun gevaarlijk kon worden. Ten
+slotte vertelde Elizabeth nog van de onvoorzichtigheid die ze eens
+begaan had, aan Paul te vertellen hoe ze altijd hoopte een middel
+te vinden om haar huwelijk met Bora te verijdelen, en op welke wijze
+Ravenski van die bekentenis misbruik had weten te maken. Hij was dus
+de eenige die haar geheim kende, want--al steunden ook Radzivil en
+Zabern haar plannen, geheel uitgesproken had ze die tegenover hen
+nooit. In zoover kwamen nu echter Felix, Zabern en zij zelf overeen,
+dat de Hertog op de een of andere, mits wettige, wijze op zij geruimd
+moest worden; daarin lag althans een middel om de onderhandelingen
+met Rusland langer slepende te houden. En de omstandigheden hadden een
+begin van uitvoering aan dit plan gegeven, al waren op het oogenblik
+de gevolgen die er uit zouden voortkomen, nog niet geheel te overzien.
+
+"Voor jou te kunnen leven en voor mijn volk!" zei Elizabeth, "ziedaar
+de illusie die ik verwezenlijkt hoop te zien!"
+
+Toen kwam het gesprek op Paul en zijn treurigen dood.
+
+"Een verschrikkelijke gebeurtenis is dat," zei Elizabeth bewogen. "Je
+was getuige van den moord, vertel me alles er van!"
+
+Felix deed het geheele verhaal, dat, op zichzelf reeds droevig, nog
+pijnlijker voor Elizabeth werd door de gedachte, dat het ongeval zoo
+spoedig nadat zij hem als secretaris ontsloeg, plaats gegrepen had. De
+ontroerde uitdrukking van zijn gelaat, waarmee hij haar beslissing had
+vernomen, zou nooit uit haar herinnering gaan. Ze gevoelde het verlies
+diep, te meer daar hij niet alleen haar trouwe helper, maar ook haar
+trouwe vriend was geweest; en langen tijd zat ze met Felix over hem
+te spreken, over zijn aanhankelijkheid en zijn uitstekende diensten.
+
+"Ik zal een nieuwen Secretaris moeten benoemen," zei ze. "Felix--jij
+moet zijn plaats innemen. Wil je dat?"
+
+Geen betrekking kon hem meer aanlokken dan die; hij zou er door in
+dagelijksch gezelschap van Elizabeth zijn. Maar hij voelde toch ook
+de bezwaren ervan.
+
+"Zal die benoeming geen aanstoot geven?"
+
+"Waarschijnlijk wel; aan sommigen ten minste. Maar ik kan daarmee geen
+rekening houden. Het Czernovische deel der bevolking keurt al wat ik
+doe onvoorwaardelijk goed; de Russischgezinden zullen natuurlijk de
+noodige tegenwerpingen maken. Maar wat hindert dat!"
+
+"Men zal 't verdacht vinden, dat je mij kiest, een vreemdeling,
+dien je gisteren voor het eerst zag."
+
+"Het ambt van Particulier Secretaris is geen officieele betrekking;
+de keuze van den persoon is geheel aan mij. Het kan heeten dat ik,
+juist om beide partijen tevreden te stellen, een vreemdeling kies,
+en dat jij daartoe in aanmerking kwam omdat je getoond hebt, mijn
+belangen te behartigen."
+
+Felix voelde zich nog niet geheel gerustgesteld, maar hij zag toch
+te veel voordeel in het plan om er niet op in te gaan.
+
+"Welnu, Hoogheid," zei hij schertsend, "ik neem de benoeming aan!"
+
+"Dat is goed! Je zult zien, dat het minder verbazing zal wekken dan je
+denkt. Men is hier aan vreemde dingen gewoon, en men weet bovendien dat
+ik doorgaans doe wat ik zelf wil. En nu moeten we onze maskers weer
+opzetten en onze rol behoorlijk spelen, want ik zal den Maarschalk
+Zabern doen roepen, opdat hij mijn besluit verneemt."
+
+Elizabeth gaf orders den Maarschalk te doen ontbieden, en deze liet
+zich spoedig daarna aandienen.
+
+Toen hij binnentrad, zag hij Felix scherp aan, als verwachtte hij
+op diens gelaat iets te zullen lezen omtrent den aard van zijn
+langdurig onderhoud met de Prinses. Maar Felix was, als hij wilde,
+even ondoordringbaar als Zabern zelf, en zijn gezicht verraadde niets.
+
+"Welk nieuws is er omtrent Russakoff?" vroeg de Prinses.
+
+"Het spijt mij, Hoogheid, te moeten melden dat de spion nog niet
+teruggevonden is."
+
+"Het zal hem blijken, dat hij niet veel gewonnen heeft door een man,
+die mij trouw was, te dooden om zijn Hollandsche afkomst. Want ik heb
+hem vervangen door een anderen Hollander, die nu reeds getoond heeft
+mij even trouw te zullen zijn. Maarschalk--mijn nieuwe Secretaris."
+
+Zabern boog.
+
+"Het kabinet zal zeker met die benoeming ingenomen zijn," antwoordde
+hij.
+
+"Het is een aangelegenheid, Maarschalk," antwoordde Elizabeth hoog,
+"die buiten de waardeering van het Kabinet valt."
+
+Zabern ging op een ander onderwerp over.
+
+"Hoogheid, de Hertog van Bora verzoekt U een vraag te mogen stellen."
+
+"En die is?"
+
+"Zijne Genade zou gaarne weten hoe lang zijn gevangenschap duren zal."
+
+"In elk geval totdat deze striem van het gelaat van mijn Secretaris
+verdwenen is. Overigens verzoek ik u de zaak voor het Hooggerechtshof
+aanhangig te maken, geheel volgens de daarvoor gestelde regelen. Wil
+ook dit den Hertog mededeelen."
+
+"Het zal mij een genoegen zijn, Hoogheid," antwoordde Zabern ironisch,
+"den Hertog Uw beslissing over te brengen."
+
+
+
+
+
+
+NEGENTIENDE HOOFDSTUK.
+
+EEN STAALTJE VAN SCHERMKUNST.
+
+ De Minister van Financiën en de Commandant der Citadel.--Een
+ opstootje in de Kamer.--Wat het orkest van Mengelberg op z'n
+ geweten heeft.--Felix verslaat zes tegenstanders.--De Furiën!--
+
+
+Toen Zabern en Felix, die gezamenlijk het Paleis hadden verlaten,
+het park doorstaken, kwamen hen twee heeren, waarvan een in uniform,
+tegemoet, aan wie Felix door Zabern werd voorgesteld.
+
+De jongere van de twee, die blond haar had, blauwe oogen, en een
+gezicht dat op een doorloopend goed humeur scheen te wijzen, was
+Dorislas, de Minister van Financiën. De ander, die er 'n beetje knorrig
+uitzag, was Miroslav, de Commandant van de Citadel, en, zooals Zabern
+er bijvoegde, "op het oogenblik de bewaker van den Hertog."
+
+"Ja--de Hertog!" zei Dorislas tot den Commandant. "Ik verwonder me
+erover, dat ge de citadel nog niet tegen geweld te verdedigen gehad
+hebt. Zullen onze vrienden in Russograd niet in verzet komen?"
+
+"De citadel heeft dikke muren," antwoordde de Commandant alleen.
+
+"En ik heb last gegeven," voegde Zabern er bij, "den Hertog te
+doen fusileeren, wanneer de bevolking hem met geweld zou trachten
+te bevrijden."
+
+"Geen halve maatregel!" lachte Dorislas. "En vindt de Prinses dat
+goed?"
+
+"Waarschijnlijk niet," antwoordde Zabern droog. "Maar ook in het meest
+verlichte land moet men onder dringende omstandigheden z'n toevlucht
+tot geweld nemen. Bovendien ben ik tot Minister van Oorlog ad interim
+aangewezen. Desverkiezend kan ik in geval van dreigend gevaar van de
+zijde der vreemdelingen, tot buitengewone maatregelen overgaan."
+
+"Je spreekt erover, collega," schertste Dorislas, "alsof je er naar
+verlangt, dat ze herrie zullen gaan maken!"
+
+Dorislas en Miroslav waren, zooals bleek, op weg naar de schermzaal,
+die midden in den Hoftuin stond. Het was hun gewoonte daar elken dag
+bijeen te komen om zich in de behandeling der wapenen te oefenen,
+een gewoonte, die in Czernovië, waar lichaamsoefeningen hoog staan
+aangeschreven, niets buitengewoons heeft. Het Gouvernement moedigt
+er het verstandig ontwikkelen van lichamelijke kracht zeer aan;
+op alle lagere scholen behooren gymnastiek, zwemmen en schermen tot
+de verplichte leervakken, aan de inrichtingen van hooger onderwijs
+zijn daaraan ook oefeningen in het paardrijden, roeien en schieten
+toegevoegd.
+
+Zabern noodigde Felix uit mede een kijkje te gaan nemen in de
+schermzaal.
+
+"En het cijferschrift, maarschalk?" zeide de nieuwe Secretaris.
+
+"Ik sprak uw jongen vriend zooeven," antwoordde Zabern. "Hij wilde me
+nog niets zeggen, maar ik zag aan zijn gezicht dat hij goed op weg
+was. Mij dunkt, het werk is aan hem toevertrouwd. Laten we hem niet
+storen. En wat ons beiden betreft, we hebben afleiding verdiend. Een
+partij sabel zal ons naar geest en lichaam verfrisschen."
+
+Felix had geen verdere bezwaren, en terwijl hij zich bij den Commandant
+voegde, volgde Zabern met Dorislas op eenigen afstand.
+
+"Maarschalk, wat beteekent dezen geheimzinnige geschiedenis?" vroeg
+de Minister van Financiën met een zijdelingschen blik op Felix. "Er
+loopt een vreemd gerucht, dat hij en de Prinses elkaar vroeger gekend
+hebben, en dat dit bleek uit een gesprek tusschen hem en den Hertog
+op de veranda van het Hotel Czernovië--van welk gesprek een kelner
+iets schijnt te hebben opgevangen. Op dat gesprek volgt een duel
+met den Hertog; de Prinses, daarvan onderricht, snelt den Hollander
+te hulp, verwijst haar aanstaanden Gemaal naar de citadel, maar laat
+den anderen duellant ongemoeid. En nu brengt u het verrassende nieuws
+dat de Prinses dezen Van Heelstra haar Secretaris heeft gemaakt. Wat
+beteekent dit alles?"
+
+"Vraag dat Hare Hoogheid," zei Zabern droog, en van onderwerp
+veranderend, voegde hij er bij: "gebeurde er iets bizonders in de
+kamerzitting gisteravond?"
+
+"Wat, Maarschalk! hebt ge daarvan niet gehoord?" riep Dorislas,
+terwijl zijn gezicht de uiterste verbazing te kennen gaf.
+
+"Gehoord? Ik heb niets gehoord. Ik ben tot zeven uur in den morgen
+bezig geweest met het spoor van dien Russakoff te zoeken, en daarna
+heb ik geslapen. Wat voor nieuwe dwaasheid hebt gij en de rest van
+het Ministerie dan weer in mijn afwezigheid uitgehaald?"
+
+"Wel, er werd ter sprake gebracht, dat de Czaar zich zeer duidelijk
+had uitgelaten over het huwelijk van de Prinses met den Hertog van
+Bora; de Russisch-gezinde afgevaardigde Lojgoroucki vroeg daaromtrent
+nadere inlichtingen aan de Regeering, en sprak de wenschelijkheid uit,
+dat men omtrent de gevoelens der Prinses aangaande deze omstandigheid
+nauwkeurig werd ingelicht."
+
+"Dat is nog al brutaal. En--werd hij op z'n nummer gezet?"
+
+"Radzivil antwoordde voor zijn doen zeer voorzichtig, wees er op dat
+de persoonlijke gevoelens van de Prinses geen regeeringszaak waren."
+
+"En zoo liep alles zeker met een sisser af?"
+
+"Het zou zeker zoo gegaan zijn, als de uitgever Lipski, de
+afgevaardigde der Slavowitzsche Russen, den boel niet bedorven
+had. Hij haalde een nummer van zijn avondeditie uit den zak, en
+las een stuk voor, waarin leelijke noten gekraakt worden over de
+gezindheid der Prinses tegenover Rusland, ja, waarin zelfs gewezen
+wordt op de mogelijkheid van een staatsgreep, door de partij der
+Prinses te ondernemen. Lipski verklaarde, de verantwoordelijkheid voor
+het artikel in de Kolokol niet op zich te willen nemen, maar daar
+hij verzekeren kon, dat het afkomstig was van een hooggeplaatst,
+invloedrijk en welingelicht persoon, meende hij toch dat het de
+aandacht der Volksvertegenwoording ten zeerste waard was."
+
+"De vent liegt natuurlijk alles," viel Zabern hem in de rede. "Dat
+artikel zal hij zelf wel geschreven hebben."
+
+"Juist toen hij uitgesproken had," vervolgde Dorislas, "drong
+het bericht van de arrestatie van den Hertog in de vergaderzaal
+door. Een onbeschrijfelijk tumult greep plaats. Allen schreeuwden
+door elkaar. "Dat is de staatsgreep!" riepen de Russen. "Gooit
+de vreemdelingen er uit!" riepen de Czernoviërs. Het lukte den
+voorzitter niet de orde te herstellen, en de vergadering werd een
+half uur geschorst."
+
+"Hij had dien Lipski door de boden er uit moeten laten zetten,"
+bromde Zabern. "En toen?"
+
+"Een half uur daarna zette men de vergadering voort. Lipski diende een
+motie in, luidend, dat de Kamer de zienswijze der Regeering wenschte
+te vernemen omtrent haar gedragslijn tegenover de Russische eischen
+nopens het huwelijk der Prinses."
+
+"De vlegel! Natuurlijk juichten de Russen. Was Ravenski er?"
+
+"Neen. Hij waagt zich niet graag in 't gewoel, en verkoos de Opera
+boven de Kamer."
+
+"De lafaard! Ik wou dat ik er geweest was!"
+
+"In de Opera? Nu, dat was wel de moeite waard, want...."
+
+"Geen gekheid. Wat gebeurde er daarna?"
+
+"Wel, men begon over de motie te stemmen. En ze werd aangenomen."
+
+"Aangenomen? Terwijl de vreemdelingen in de minderheid zijn?"
+
+"Vergeet niet, dat Mengelberg hier gisteravond was."
+
+"Mengelberg?" vroeg Zabern. "Wie is dat? Wat had die in de Kamer
+te maken?"
+
+"In de Kamer?" lachte Dorislas. "Daar was hij niet. In de concertzaal
+van de Opera. Maar u weet toch wel wie Mengelberg is! Heel de wereld
+kent hem."
+
+"De duivel mag hem halen. Verder."
+
+"Wel, bijna alle leden van onze partij woonden het concert bij. Men
+speelde de Piet-Hein-Rapsodie van Van Anrooy. Prachtig. Subliem. Jammer
+dat u er niet was. Ze waren er bijna allemaal, onze partijmannen."
+
+"Een zekere ezel, Dorislas genaamd, niet uitgezonderd. Maar wat
+drommel, liet Radzivil jullie dan niet door soldaten naar de Kamer
+sleepen?"
+
+"Radzivil zond Opalinski naar de Opera. Opalinski kwam binnen. Juist
+had Mengelberg den dirigeerstok opgeheven. Opalinski's schoenen
+kraakten. Mengelberg keek hem zoo doordringend aan, dat hij geen voet
+meer dorst verzetten. De muziek begon, en toen het stuk uit was,
+was de motie aangenomen. Toen we de Kamer binnenkwamen, werden we
+door het hoongelach der Linkerzijde begroet."
+
+"Nu--laat ze plezier hebben van hun motie. Ik zal Radzivil wel
+dicteeren wat hij er op antwoorden moet."
+
+Het viertal had nu de schermzaal bereikt. Boven den ingang wapperde de
+Czernovische vlag--rood-wit-blauw, met een gouden ster in het midden.
+
+Zabern wees naar de vlag. "De ster is er nog," zei hij. "De leid-ster
+van Czernovië. En zoo lang ik er ben, zal ze niet uitdooven."
+
+Men ging naar binnen. Daar dit gebouw gedurende Felix' afwezigheid was
+gesticht, behoefde hij geen verwondering te veinzen over de grootsche
+inrichting er van. Trouwens, er was onder Elizabeth's bestuur zooveel
+ontstaan en gewijzigd, dat het Felix doorgaans gemakkelijk viel
+niet te verraden dat hij een geboren Czernoviër was. Zijn hem zelden
+verlatende kalmte, en de gewoonte om weinig te spreken, kwamen hem
+daarbij te hulp.
+
+Door een ruime en koele voorhal bereikte men een enorme zaal, versierd
+met wapenrustingen, zwaarden, musketten, pistolen, schilderijen van
+veldslagen en wapenfeesten, en portretten van beroemde schermers.
+
+"Als het aan mij lag," zei Zabern, "zou ik ieder, die in een
+verantwoordelijke betrekking voor bevordering werd voorgedragen,
+hier willen brengen. Een partij sabel van tien minuten zou me beter
+inlichten omtrent z'n karakter dan een onderzoek of een examen van
+een maand."
+
+Felix maakte deze woorden, in verband met zijn benoeming tot
+Secretaris, onwillekeurig op zichzelf toepasselijk, en hij begreep
+wederom dat Zabern ook nu van zins was hem--in wien hij een aanhanger
+van zijn plannen vermoedde--nader op de proef te stellen en te
+leeren kennen.
+
+Onder de hooggeplaatste personen en officieren, die zich in de zaal
+bevonden, merkte Felix ook Graaf Radzivil op, en het trof hem dezen
+zeventigjarigen man te zien aanvallen en pareeren met al de lenigheid
+van een jongen van zestien. Maar meer nog verraste hem een aantal
+dames, die aan het andere einde der zaal aan het schermen waren; Zabern
+vertelde hem dat de doctoren deze oefeningen zeer hadden aanbevolen,
+en dat de Czernovische dames er blijkbaar behagen in hadden. Ook
+maakte hij hem opmerkzaam op een afgescheiden deel der zaal, dat
+op bepaald verlangen der Prinses voor iedereen toegankelijk was;
+op dit oogenblik waren er twee meisjes aan het schermen, in een van
+wie Felix dadelijk Katina herkende, terwijl Zabern hem vertelde dat
+de andere haar zuster Juliska was.
+
+Toen Zabern binnenkwam, hadden de meesten hun partijen gestaakt, en
+men zag met eenige nieuwsgierigheid naar den vreemdeling dien hij
+meebracht. Zabern stelde Felix aan het gezelschap voor, en weldra
+begreep ieder dat dit de merkwaardige Hollander moest zijn die
+het gisteren tegen den Hertog had durven opnemen. Er ontstond een
+gefluister, er werden blikken gewisseld, en ten slotte zei Zabern
+lachend tot Felix:
+
+"Deze dames en heeren zijn benieuwd, eenige staaltjes van uw
+schermkunst te zien, opdat men er zich een denkbeeld van kan vormen
+hoe het duel van gisteren ongeveer afgeloopen zou zijn."
+
+Felix verklaarde zich bereid een of meer partijen te trekken, hopend
+dat zich iemand als zijn tegenstander zou willen beschikbaar stellen.
+
+"We hebben hier," zei Zabern, "de zes beste schermers in Czernovië
+na den Hertog. Wanneer ge een van hen kunt verslaan, zullen we ons
+eenig denkbeeld kunnen vormen van hoe het hem onder uw handen vergaan
+zou zijn."
+
+De zes kampioenen waren, in volgorde van hun verdienste: Zabern,
+Miroslav, Dorislas, Radzivil, Brunowski, de President der Kamer,
+en Nikita, de ordonnans van Zabern.
+
+"Wanneer we een zevende moesten kiezen," fluisterde Zabern tot Felix,
+"ik verzeker u, dan zou die geen man zijn, maar niemand anders dan
+Katina."
+
+Felix voorzag zich van een scherm-sabel en zeide, gereed te zijn
+een der genoemde heeren, of zoo men wilde, allen achtereenvolgens,
+te ontmoeten. Daar hij niet geneigd was zelf een tegenstander aan
+te wijzen, ontstond er een vriendschappelijke woordenwisseling over
+de vraag wie zich het eerst zou aanbieden. Na eenige aarzeling trad
+Graaf Radzivil naar voren.
+
+Allen kwamen naderbij om het gevecht goed te kunnen zien. Er werden
+stoelen voor de dames in een kring gezet, en de heeren stelden zich
+daarachter op.
+
+Felix begreep wel, dat volstrekt niet alle aanwezigen hem gunstig
+gestemd waren. Men kende hem nauwelijks bij naam, en bovendien zou
+menigeen weinig gesticht zijn over zijn benoeming tot Particulieren
+Secretaris, een betrekking die menigeen in stilte begeerde, en die
+nu toegewezen was aan een onbekende, al was hij dan ook door zijn
+nationaliteit aan Czernovië verwant. Deze omstandigheid prikkelde
+Felix te meer om zich tot het uiterste in te spannen.
+
+Toen hij tegenover Radzivil stond, was het hem eerst een vreemde
+gewaarwording een zoo veel ouderen tegenstander te moeten bestrijden;
+weldra bleek hem echter dat Radzivil's arm niets van zijn jeugdige
+kracht of lenigheid had verloren. Felix was niettemin beslist de
+meerdere; binnen vijf minuten slaagde hij er in den Graaf verscheiden
+houwen toe te brengen en hem ten slotte te ontwapenen. De sabel vloog
+door de lucht en zou Katina getroffen hebben, wanneer deze niet met
+haar schermdegen behendig een afwerende beweging had gemaakt.
+
+Zabern, die met een onbewegelijk gezicht had staan kijken, scheen
+ingenomen met den uitslag.
+
+"Dat kan den beste gebeuren!" zei Dorislas, overtuigd dat de Premier
+toch de sterkste van beiden was. Hij zelf volgde op Radzivil, en weer
+stond Zabern elke beweging van Felix met aandacht te beschouwen.
+
+Dorislas was een beter schermer dan Radzivil, maar ditmaal had zijn
+driftig verlangen om de eer van Czernovië te wreken hem te pakken;
+hij maakte te weinig werk van zijn verdediging, viel te onstuimig en
+roekeloos aan, en in korter tijd dan de eerste maal was het Felix
+gelukt hem herhaaldelijk eenige houwen toe te brengen, zonder zelf
+een enkele maal getroffen te worden.
+
+"Mooi zoo!" zei Zabern, klaarblijkelijk zeer in z'n schik. "Dat kan
+den beste gebeuren, Dorislas!"
+
+Dorislas zag zoo beteuterd rond bij dit zoo weinig verwachte resultaat,
+dat de toeschouwers onwillekeurig in lachen uitbarstten.
+
+"Zeg maar niets, Dorislas!" werd er geroepen, "je bent immers
+morsdood!"
+
+Felix begon in hun achting te stijgen.
+
+Daarna waagde Miroslav een partij, en opnieuw keek Zabern zoo gespannen
+toe, dat het wel leek of zijn eigen leven van den afloop afhing.
+
+Gebruik makend van de les die Dorislas ontvangen had, begon de
+Commandant zeer voorzichtig en kalm, hoofdzakelijk de slagen
+afwerend. Toen hij echter eenige malen, door de afwering heen,
+getroffen werd, verdween zijn bedaardheid gauw. Hij gaf Felix meer
+moeite dan zijn voorgangers, maar ten slotte werd ook hem de sabel
+uit de hand gewrongen.
+
+Zabern verkneukelde zich.
+
+"Dat is boffen, en geen schermkunst!" riep Miroslav opgewonden. "Ik
+moet nog een partij met u doen, meneer Van Heelstra; dat loopje zal
+u geen tweede keer lukken."
+
+Felix was hier dadelijk toe bereid, maar verscheidene heeren
+protesteerden. De Hollander had volgens hen niets ongeoorloofds gedaan,
+en er was geen enkele reden waarom Miroslav een kans meer zou krijgen
+dan de anderen.
+
+"Miroslav schijnt in een slecht humeur vandaag," fluisterde een dame
+tot den achter haar staanden heer.
+
+"Hij heeft er ook reden toe," antwoordde deze. "De Prinses schijnt
+hem zeer hard te hebben gevallen over de ontsnapping van Russakoff."
+
+"De heer Van Heelstra moest nu zijn arm eens wat rust geven," merkte
+een der aanwezigen op.
+
+Maar Felix, die van de gunstige stemming wenschte te profiteeren,
+verklaarde volstrekt geen vermoeidheid te gevoelen.
+
+"Nu ben ik aan de beurt," zei Zabern, een sabel in zijn linker en
+eenige hand nemend. "Ik raad u aan voorzichtig te zijn."
+
+De waarschuwing was niet overbodig. Zabern werd algemeen beschouwd
+als de beste schermer na den Hertog, en Felix had weldra gemerkt,
+dat hij ditmaal een tegenstander gevonden had, die hem minstens
+in behendigheid gelijk stond. De Maarschalk had een arm van staal;
+en een man, die op menig slagveld in de loop van een geladen geweer
+had gezien, zou niet gauw zijn koelbloedigheid verliezen bij een
+schermpartij. Kalm en bedachtzaam deed hij enkele schijn-uitvallen
+om den ander op de proef te stellen; daarna nam hij een verdedigende
+houding aan, wachtend op het gunstige oogenblik. Felix zag geen kans
+door het defensief van Zabern heen te breken, en deze vierde partij
+nam daardoor een slepend karakter aan, dat scherp afstak tegen de
+schitterende en onstuimige partijen die voorafgingen. Reeds begon
+men te vreezen, dat er vooreerst geen eind kwam aan dit gevecht,
+toen Zabern opeens in de houding terugkwam, met zijn wapen salueerde,
+en zei:
+
+"Ik heb voldoende gezien, dat ik uw mindere ben, meneer Van
+Heelstra. Gaarne verklaar ik me overwonnen."
+
+En, merkwaardig genoeg, Zabern scheen zelf met deze bekentenis van
+zijn nederlaag zeer ingenomen te zijn.
+
+"Ik ben het niet met u eens, Maarschalk," antwoordde Felix. "Niemand
+kan zeggen hoe de partij zou afgeloopen zijn. Tegen uw rechterhand
+zou ik het in geen geval uitgehouden hebben."
+
+Hij wendde zich nu naar de beide overblijvende tegenstanders, Brunowski
+en Nikita.
+
+"Zouden we 't hierbij maar niet laten?" vroeg de President. "Voor
+Nikita en mij zijn de kansen nu toch verkeken."
+
+"Misschien wil de heer Van Heelstra u beiden tegelijk te woord staan,"
+zei Zabern lachend.
+
+Brunowski vond in 't eerst iets vernederends in dit voorstel, maar
+daar hij toch zelf begonnen was met zijn minderheid te erkennen,
+stemde hij ten slotte er in toe.
+
+De dames stonden nu op, de stoelen werden verplaatst, en men vormde een
+wijderen kring, daar de drie mannen veel ruimte noodig zouden hebben.
+
+"Duizend roebels tegen honderd dat de Hollander wint," zei Zabern tegen
+Dorislas, die echter, als verstandig financier, de weddenschap afsloeg.
+
+De vijfde partij vormde een schitterend slot.
+
+Brunowski en Nikita, aangetast in hun eergevoel, maakten 't den
+vreemdeling uiterst moeielijk. Hoewel niet zulke kranige schermers
+als Zabern, waren hun krachten toch lang niet gering te achten, en
+Felix was weldra een heel eind door hen teruggedrongen. De vorige
+partijen schenen bij deze vergeleken kinderspel. Aanval en afwering
+volgden elkaar zoo snel op, dat de toeschouwers de verblindend vlugge
+bewegingen der wapens bijna niet konden volgen. Nikita's sabel was
+overal tegelijk, Brunowski's kling suisde in fluitende cirkels door
+de lucht.
+
+Maar het gelukte hun geen van beiden den tegenstander te treffen. Felix
+liet zich tot tegen den muur terug dringen, steeds afwerend; toen sloeg
+hij met een geweldigen houw Nikita's sabel aan splinters, en bracht
+tegelijkertijd Brunowski een slag op den borstbeschermer toe, die den
+President den adem benam en hem een oogenblik deed terugdeinzen. Van
+die seconde maakte Felix gebruik--rinkelend vloog Brunowski's sabel
+door een glasruit.
+
+De omstanders zagen elkaar in ademlooze verwondering aan. Daarna
+weerklonk een levendig gejuich; alle haatdragende gevoelens waren
+verdwenen en in oprechte bewondering overgegaan.
+
+"Zoo iets hebben we nog nooit in Czernovië gezien," zei een stem.
+
+"Tienduizend duivels," bromde Zabern bij zichzelf, "waarom heeft de
+Prinses gisteren dat duel niet laten doorgaan?"
+
+En luider voegde hij er aan toe:
+
+"Dames en heeren, we zullen toestemmen, dat de Hertog alle reden
+heeft tot dankbaarheid."
+
+Niemand sprak hem tegen en Zabern's oogen glinsterden van genoegen.
+
+Op dit oogenblik kwam Katina langs; ze had uit de verte alles gade
+geslagen, en was nu op 't punt met Juliska naar huis te gaan. Bij
+den Maarschalk bleef ze even staan, als wilde ze een verzoek tot
+hem richten.
+
+"Maarschalk," fluisterde ze, "u hebt een proef genomen! Is het niet
+zoo? Zeg me eens waar u over denkt op het oogenblik?"
+
+"Dat het een vroolijk feest zal worden, het huwelijk van de
+Prinses!" antwoordde Zabern in orakeltaal. Dadelijk daarop vroeg hij
+haar luid:
+
+"Laat ons eens zien, Katina, dat de Czernoviërs schieten kunnen,
+al kunnen ze niet schermen!"
+
+Katina liet nu een witgeschilderd houten bord aan den muur hangen,
+ging op tien passen afstand staan en legde een aantal geladen revolvers
+naast zich. Vervolgens schoot ze de eene revolver na de andere zoo
+snel af, dat er nauwelijks een oogenblik stilte tusschen twee schoten
+was te vernemen. Als resultaat daarvan vertoonde zich een groot ovaal
+op het bord. Toen de revolvers opnieuw geladen waren, zette Katina
+haar kunststuk voort en binnen het ovaal verschenen lijnen en punten,
+die uit het geheel het portret van een man deden ontstaan, waarvan
+het origineel dadelijk door sommigen der aanwezigen werd herkend.
+
+"Orloff, de gouverneur van Warsim!" riepen verscheiden stemmen.
+
+"Begrijpt ge, waarom ik dit geleerd heb?" vroeg Katina fluisterend
+aan Zabern. Deze knikte zwijgend, en zei, rondziende naar Felix:
+
+"Kan iemand dit nadoen?"
+
+Er werd ook voor Katina in de handen geklapt, maar niemand waagde
+het zich met haar te meten en ook Felix glimlachte ontkennend.
+
+Langzamerhand verliet het gezelschap de schermzaal; tegenover zulke
+meesters als er heden middag aan 't woord waren geweest, schrok men
+terug voor het ten toon spreiden van zooveel zwakkere krachten.
+
+"En hoe maakt onze gevangene het?" vroeg Radzivil onder het weggaan
+den Commandant der citadel.
+
+"'n Beetje uit z'n humeur," antwoordde Miroslav. "Hij brengt zijn
+tijd hoofdzakelijk door met het drinken van ouden Rijnwijn, en
+in zichzelf te zitten mopperen. Tusschen twee haakjes, hij scheen
+vooral zeer verontwaardigd dat we hem fouilleerden, want hij scheurde
+enkele dingen, die we hem wilden ontnemen, van woede in stukken. Nu,
+'t was dan ook niet plezierig voor hem, maar 't is nu eenmaal regel
+in de citadel."
+
+"Wat verscheurde de Hertog?" vroeg Zabern, die de laatste woorden
+gehoord had, achterdochtig.
+
+"Niets bizonders, een boek," antwoordde Miroslav. "Ik liet de snippers
+door een soldaat opvegen, en zag toen toevallig den titel op een stuk
+van den omslag staan."
+
+"Hoe heette het?"
+
+"Tooneelspelen van Aeschylus. 't Was zonde van 't mooie boekje."
+
+"Het is jammer, dat ge dat boek niet hebt kunnen redden. Zijn de
+overblijfselen misschien nog te vinden?"
+
+"Al het afval in de citadel wordt tweemaal daags verbrand; u weet,
+zoo wil de Inspecteur van den Militairen Gezondheidsdienst het."
+
+"Dat is heel jammer," zei Zabern nadenkend. "Als goed soldaat had ge
+moeten bedenken, Commandant, dat _elke_ aanwijzing, ook de kleinste,
+van waarde is. Ik ben ervan overtuigd, dat de Hertog een grondige reden
+had om dat boek te verscheuren. Aeschylus, Aeschylus--" herhaalde hij,
+"wat schreef die ook weer? Mijn Grieksch heeft me wel wat in den
+steek gelaten."
+
+Op eens maakte Felix een driftige beweging.
+
+"Mijn God, Maarschalk! Ik weet het: Aeschylus schreef onder anderen
+"_De Eumeniden, of De Furiën_!"
+
+Zabern greep Felix bij den arm, en nam hem ter zijde.
+
+"De sleutel van het cijferschrift," fluisterde hij. "Dat waren de
+laatste woorden van Van Stralen:--_de Furiën_!"
+
+
+
+
+
+TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+ROB BETRAPT EEN INBREKER.
+
+ Rob gaat aan het cijferen.--Gevonden!--De inbraak in het
+ Paleis.--Zabern redt Rob nog juist op tijd.--Het verbrande
+ Charter.--Wat zal er van Czernovië worden?
+
+
+De opsteller der aanteekeningen, waaruit dit boek geput werd,
+liet zijn eigen persoon zoo bescheiden op den achtergrond, dat de
+beschrijver van zijn avonturen de lezers en zichzelf gelukwenschen
+moet met elke gelegenheid, die eens wat naders doet vernemen omtrent
+zijn persoonlijk aandeel aan de hier vermelde gebeurtenissen.
+
+Die gelegenheid is er thans.
+
+Gedurende de afwezigheid toch van Felix en Zabern, had Rob zich met
+alle aandacht aan het werk gezet om het cijferschrift nader tot zijn
+oplossing te brengen.
+
+Door den Paleis-bibliothecaris had hij zich een Grieksche uitgave van
+de Eumeniden doen geven, en, dankbaar voor La's lessen die hem in staat
+hadden gesteld althans van enkele Grieksche woorden de beteekenis te
+kunnen vatten, zette hij zich aan den arbeid, ten overvloede met een
+Grieksch-Czernovisch woordenboek gewapend.
+
+Het papier dat de Maarschalk hem had gegeven was met rijen cijfers
+bedekt, die door punten van elkaar gescheiden waren.
+
+De eerste acht getallen luidden aldus:
+
+
+ 6 . 42 . 50 . 37 . 97 . 39 . 65 . 21
+
+
+Wat stelden deze getallen voor? Zekere woorden uit het
+tooneelstuk? Wanneer het zesde woord uit de Eumeniden, het
+twee-en-veertigste, het vijftigste, en zoo voort, opgezocht en naast
+elkaar werden geplaatst, zouden ze dan een verstaanbaren zin opleveren?
+
+Hij paste deze methode toe, maar het resultaat moedigde hem niet
+aan de proef voort te zetten. Er kwam een totaal onbegrijpelijke
+opeenvolging van woorden te voorschijn.
+
+Bij nader inzien werd het hem duidelijk, dat de getallen niet in de
+plaats van woorden konden staan, daar immers de vocabulaire van een
+klassieken Griekschen dichter moeielijk toereikend kon zijn om te
+voorzien in alle termen, die bij de moderne schrijvers in gebruik zijn.
+
+Een andere waarneming bevestigde deze onmogelijkheid. Aan het eind
+van den brief kwam namelijk het getal 8537 voor, terwijl het aantal
+woorden uit de Eumeniden een aanmerkelijk lager cijfer bereikt. Werden
+daarentegen de letters in volgorde genummerd, dan bleek het totale
+aantal al gauw de 8537 te overtreffen.
+
+Rob besloot deze theorie te beproeven, namelijk dat 6 de zesde,
+42 de twee-en-veertigste letter, enzoovoorts, beteekende.
+
+Groot was zijn vreugde toen hij het volgend resultaat
+verkreeg:
+
+
+
+------
+TABLE
+
+ 6 . 42 . 50 . 37 . 97 . 39 . 65 . 21
+ N i c o l a a s
+------
+
+
+
+Nicolaas! Dat beteekende ten minste iets.
+
+Op de zelfde wijze voortgaand, vond hij voor de acht volgende cijfers
+de woorden "stemt toe."
+
+"Waarin stemt Nicolaas toe?" mompelde Rob. "Laat ik daar eens gauw
+probeeren achter te komen. Het is duidelijk dat ik nu den sleutel in
+handen heb."
+
+Hij begreep nu, dat het 't beste zou zijn de Eumeniden eerst
+geheel door te loopen, en bij voorbeeld elke tiende letter met zijn
+overeenkomstig volgnummer te merken. Als dat gedaan was, zou het
+ontcijferen verder slechts enkele minuten kosten.
+
+Rob begon dit eentonig werk, dat hem meer dan vier uren in beslag
+nam, ook omdat hij nu en dan zijn vorige telling moest verifieeren,
+daar elke fout zich natuurlijk tot het einde zou voortplanten, en
+verwarring brengen in de uitkomst.
+
+Toen zijn exemplaar van de Eumeniden eindelijk geheel becijferd gereed
+lag, bedacht hij zich nog met schrik dat misschien wel beschouwd
+zijn heele werk vergeefs was. De mogelijkheid bestond immers dat de
+schrijver een andere uitgave had gebruikt dan hij, en er waren meer
+lezingen dan éen van de klassieken!
+
+Maar gelukkig werd zijn geduld beloond.
+
+Juist toen de Maarschalk en Felix de kamer binnenkwamen, nieuwsgierig
+naar Rob's onderzoekingen, en hopend dat zij hem met hun laatste
+ontdekking van dienst konden zijn, stond Rob op en ging hen
+triomfantelijk tegemoet, het cijferschrift boven het hoofd zwaaiend.
+
+"Ik heb het! Ik heb het!"
+
+"Wel?" vroeg Zabern. Waren het de Furiën?"
+
+"Ze waren het! En ze hebben me op de hielen gezeten bij het werk. Daar
+ligt het, kant en klaar."
+
+Het was duidelijk, dat de ontcijfering juist was, want het resultaat
+bestond uit een reeks op zichzelf samenhangende en begrijpelijke
+zinnen. De beteekenis van het geheel was hun echter geen van drieën
+recht helder, ten minste niet op het eerste gezicht.
+
+Rob las de oplossing voor, die als volgt luidde:
+
+
+ _"Nicolaas stemt toe. Maak dus spoed. Overbrenging van het
+ document te gevaarlijk. Daarom dadelijk te verbranden. Bericht
+ daarna. Gezantschap volgt dan._
+
+ _"Lipski's wetsontwerp kloosterbelasting goed. Geld langs
+ gewonen weg beschikbaar. Ontdekking voorraden rechtvaardigt
+ annexatie._
+
+ _Orloff_."
+
+
+Bij het zien van de onderteekening had Zabern een onderdrukt gegrom
+doen hooren, als van een wild dier dat gereed staat zijn prooi te
+bespringen.
+
+"Orloff! Ik wist het wel!"
+
+Daar het intusschen nacht was geworden, raadde Zabern de beide vrienden
+aan, rust te gaan nemen. Hijzelf, de man van ijzer, wilde nog eenigen
+tijd besteden aan de bestudeering van het document; hij nam daarom
+alle papieren mee, Rob uitbundig lof brengend voor zijn vernuftige
+oplossing. Felix werd door een lakei naar een drietal ineenloopende,
+weelderig ingerichte vertrekken geleid, dat op speciaal bevel der
+Prinses in orde was gebracht; Rob behield de kamer die hij tot nog
+toe met zijn reisgenoot had gedeeld.
+
+Felix, moe van het schermen, viel onmiddellijk in slaap; Rob kon
+echter, na zooveel uren ingespannen cijferen, niet dadelijk tot rust
+komen. Hij had al dien tijd in een gesloten kamer zitten werken,
+en verlangde naar lucht. Daarom opende hij een venster en leunde
+naar buiten.
+
+Het was donker, en de lucht was zwaar bewolkt; een windstoot joeg
+hem eenige regendroppels in het gezicht.
+
+Het venster gaf uitzicht op een binnenhof, waaromheen het paleis
+hoefijzervormig gebouwd lag. Toen Rob toevallig den blik op den
+tegenoverliggenden vleugel vestigde, scheen het hem toe, dat zich daar
+iets of iemand ongeveer halverwege het dak en den grond bewoog. Zijn
+oogen tot het uiterste inspannend, zag hij dat de donkere vlek, die
+zich tegen den grijzen muur afteekende, de gedaante van een man was
+die in de lucht hing: want daar er van een ladder niets te zien was,
+kwam hij tot de conclusie dat de man aan een touw vastgebonden was.
+
+De gedaante bleef op dezelfde hoogte, en Rob meende hem voortdurend
+den arm in horizontale richting te zien heen en weer bewegen. Een
+zacht schurend geluid versterkte hem in de meening, dat de man bezig
+was de tralies door te vijlen die een der vensters aan de overzijde
+van buiten beveiligden.
+
+Daar hij zelf niet gezien kon worden, omdat hij het licht in zijn kamer
+uitgedraaid had, bleef hij de verdachte bewegingen nog eenigen tijd
+waarnemen. Het leek hem een gevaarlijke onderneming, die daar op touw
+werd gezet. Klaarblijkelijk leed het geen twijfel of iemand trachtte
+zich door een der vensters toegang te verschaffen tot het Paleis;
+de man werd wel is waar door de duisternis en door het geruisch van
+wind en regen begunstigd, maar hij kon elk oogenblik verrast worden
+door de nachtelijke ronden, die hun weg zoowel over den hof beneden,
+als boven over de platte daken namen.
+
+Vroeger op den avond had Rob de voetstappen en het aanroepen gehoord
+van twee schildwachten, die op de buitengalerij liepen, vanwaar
+uit de binnenplaats overzien kon worden. Sliepen die nu? Zoo niet,
+dan hielden ze wel heel slecht wacht, dat deze man zulk brutaal werk
+onder hun oogen kon verrichten.
+
+Opeens begreep Rob de waarheid. Die inbreker was zelf een soldaat,
+een van de twee, die speciaal waren aangewezen om dit deel van het
+Paleis te bewaken. De ander was zijn medeplichtige. Beiden waren bezig
+'t een of ander boos opzet te volvoeren. Verraad bedreigde het Paleis!
+
+Zijn eerste ingeving was, naar beneden te snellen en de wacht te
+waarschuwen. Maar vreezend, dat tijdverlies den inbrekers gelegenheid
+zou geven weer tot hun oorspronkelijke functie terug te keeren,
+besloot hij de zaak zonder hulp af te handelen.
+
+Hij stak een geladen revolver bij zich, en mat den afstand van
+zijn raam naar de daarboven gelegen, onder langs het dak loopende
+buitengalerij, die een soort van borstwering vormde. Buiten op de
+vensterbank staande kon hij met de handen juist de benedenzijde
+der galerij bereiken; hij vond er echter geen houvast voor
+zijn handen. Rondtastend stootte hij tegen een afvoerbuis, en een
+oogenblik dacht hij er aan, daarlangs omhoog te klimmen. De buis was
+echter zoo glad, en lag zoo dicht tegen den muur aan, dat hij er de
+handen niet omheen kon slaan. Toen deed het toeval hem een ijzeren
+handvat grijpen, dat in den muur was bevestigd, en, zooals hij den
+volgenden dag waarnam, een onderdeel uitmaakte van een reeks dergelijke
+handvatten, welke, met het oog op brandgevaar, dienen moesten om het
+dak te bereiken. Zich aan de bovenbinnenzijde van het raam vasthoudend,
+zette hij een voet op zulk een haak, trok den anderen voet bij, en
+greep met de hand den volgenden, hooger geplaatsten haak. Nog een stap,
+en hij stond op de galerij. In een vensternis verborgen, keek hij de
+galerij langs. Op eenige passen afstand, afstekend tegen de lucht,
+stond de donkere, in een mantel gehulde figuur van een schildwacht,
+die op zijn geweer leunde en de oogen naar het venster gericht hield,
+waar Rob zooeven den inbreker had gezien.
+
+In dezelfde richting kijkend, ontdekte Rob een flauw lichtschijnsel
+achter het geheimzinnig venster. Hij maakte daaruit op, dat 't den
+man gelukt was naar binnen te komen.
+
+Zonder gedruisch voortsluipend, gaf Rob den schildwacht plotseling
+een klap op den schouder, wees naar het getraliede venster en zei:
+
+"Ben je van plan dien schurk te arresteeren?"
+
+De schildwacht wendde zich hevig verschrikt om. Zich ontdekt ziend,
+velde hij het geweer en deed met de bajonet een stoot naar Rob. Deze
+was op zijn hoede, en greep, opzij springend, het geweer bij de
+loop. Met een enkele krachtige beweging had hij het den soldaat
+ontrukt, en in 't volgend oogenblik bracht hij hem met de kolf zulk
+een slag op 't hoofd toe, dat de man neerviel, en onbewegelijk liggen
+bleef, zonder een kreet geuit te hebben.
+
+Over de borstwering kijkend om te zien of deze schermutseling de
+aandacht had getrokken, zag Rob tot zijn verrassing een blauw licht
+achter het venster aan de overzijde. De man zwaaide gedurende enkele
+seconden, blijkbaar als sein, een lantaren heen en weer.
+
+Dadelijk snelde Rob de galerij langs en bereikte het punt waar het
+touw bevestigd was.
+
+In een vensternis knielend en omlaag ziende, bemerkte hij dat een
+dunne rookkolom uit het venster opsteeg.
+
+Wat gebeurde daarbinnen? Stak de man het Paleis in brand?
+
+Het lag niet in Rob's aard hier lang over na te denken. Hij besloot
+dadelijk de kamer binnen te dringen om aan die kwaadwilligheid een
+eind te maken. Het touw met beide handen grijpend, liet hij zich
+zakken. Zoodra zijn voeten het kozijn raakten, nam hij zijn revolver
+in de hand, en zonder zelf een blik naar binnen te werpen, wrong hij
+zich tusschen de spijlen door en liet zich naar binnen glijden. De
+kamervloer bleek vrij laag te liggen, en Rob viel languit op den
+steenen grond, maar hij was onmiddellijk overeind en trachtte nu de
+duisternis en den rook te doorboren, waarin de kamer gehuld was.
+
+Nauwelijks stond hij op zijn voeten of een fluisterende, verschrikte
+stem sprak:
+
+"Ben jij dat, Peter? Wat kom je hier doen? Maak in hemelsnaam geen
+leven. Gabor staat in de gang op post!"
+
+"Dan moet Gabor binnenkomen!" riep Rob met donderende stem. "Hallo,
+Gabor! kom binnen, hier is een gevangene voor je!"
+
+Op het geluid van de stem afgaande, sprong Rob door de duisternis op
+den man toe, greep hem met de linkerhand bij de keel, en hield hem
+met de rechter de revolver op het voorhoofd.
+
+De soldaat--want Rob voelde aan de uniformknoopen dat het een soldaat
+was--was bij dien onverhoedschen aanval ruggelings op den grond
+getuimeld, en bleef, door schrik en angst bevangen, onbewegelijk
+liggen.
+
+"Verroer je niet, of ik schiet!" beet Rob zijn tegenstander toe,
+en daarna riep hij zoo luid hij kon: "Gabor Gabor! te hulp!"
+
+Dadelijk daarop hoorde hij stemmen en voetstappen aan de andere zijde
+van de deur.
+
+"Gauw, Lasco!" werd er geroepen. "Haal den sleutel van de
+wacht. Melchior, vlieg de galerij op en zorg dat er niemand door het
+raam ontsnapt. Vooruit Lasco! stommeling! wat sta je te gapen! Haal
+den sleutel! Den sleutel, ezelskop!"
+
+"_Hier_ is de sleutel," riep een zware stem, die Rob dadelijk
+herkende. En in de gang weerklonk het rinkelen van Zabern's Hessische
+laarzen.
+
+Het was tijd. Want de soldaat, een stevige, groote kerel, die Rob
+gemakkelijk met éen hand had kunnen neerslaan, was van den schrik
+bekomen en nu nog slechts op lijfsbehoud bedacht. Hij wist met een
+plotselinge beweging Rob de revolver uit de hand te slaan, en, zich
+omgooiend, greep hij zijn veel kleineren aanvaller bij de keel.
+
+Daar ratelde de sleutel in het sleutelgat, de zware deur vloog open,
+en Zabern stond op den drempel. Het volle licht van de gang stroomde
+nu naar binnen, en twee soldaten met geladen geweren hielden zich
+gereed ieder neer te schieten die zich in den weg zou stellen.
+
+Zoowel de Maarschalk als de beide soldaten waren ten hoogste verbaasd
+toen ze zagen wie daarbinnen waren.
+
+"Wel--dat is Michael!" riep Gabor.
+
+"Rensma!" zei de Maarschalk alleen. Een seconde daarna
+had hij Michael de zware laars op de borst gezet, en Rob kon
+opstaan--ongedeerd. Ofschoon hijgend van inspanning en verward door
+de ongewone gebeurtenissen, zag hij dadelijk dat Zabern zijn oplossing
+van het cijferbericht in de hand had.
+
+"Juist op tijd!" zei de Maarschalk, die het verband tusschen Orloff's
+brief en de verraderlijke daad van Michael onmiddellijk begreep. "Gabor
+en Lasco--ga in die kamer daar; de krijgsraad wacht je wanneer je er
+uit komt. Ik zal het met dien man alleen wel klaarspelen."
+
+De beide soldaten gingen heen.
+
+"Goedennacht, Michael," fluisterde Gabor. "_Hem_ zullen we niet
+weerzien. Ik ken den Maarschalk."
+
+Nu Rob weer vrij was, zag hij dat hij zich in een gewelfde steenen
+kamer bevond, ongeveer twintig pas in 't vierkant, en slechts spaarzaam
+van meubelen voorzien. Tegen een der muren was een ijzeren kist met
+krammen bevestigd; Rob begreep instinctmatig dat de inhoud daarvan
+het doel van Michael's onderneming geweest was.
+
+Zabern deed een paar snelle schreden naar de kist, en scheen verlucht
+toen hij deze gesloten vond.
+
+Daarna wendde hij zich weer tot den soldaat, die verstijfd van schrik
+op den grond was blijven liggen, bovendien door Rob's revolver in
+bedwang gehouden.
+
+Zabern vouwde de armen over elkaar, en zag den man met een vreeselijken
+blik aan.
+
+"Ik zal niet vragen waarom je hier kwam. Jij en ik weten dat beiden. Je
+hebt het dus niet te pakken gekregen?"
+
+Michael antwoordde niet.
+
+"Is het nog in de kist?"
+
+Michael bleef zwijgen. Hij scheen van ontzetting de spraak verloren
+te hebben.
+
+"Waarom zeg je niets?"
+
+"Toen ik binnenkwam," zei Rob, "hing hier een rooklucht."
+
+Zabern was meer dan eens een man genoemd, die nooit vrees had
+gekend. Ditmaal echter faalde die uitspraak. Zijn geheele wezen drukte
+de grootste vrees uit, toen hij zich de woorden herinnerde uit het
+papier dat hij in de hand hield:
+
+"_Overbrenging van het document te gevaarlijk. Daarom dadelijk te
+verbranden._"
+
+"Als je het gedaan hebt, kerel, vermoord ik je! Had je een
+sleutel? Geef op!"
+
+Steeds antwoordde Michael niet.
+
+De richting van zijn oogen volgend, zag Zabern een sleutel op den
+grond liggen. Hij opende er de kist mede, en vond dat deze niets dan
+eenig verkoold papier bevatte. Zijn gelaat nam zulk een afschuwelijk
+verwrongen uitdrukking aan, dat Rob onwillekeurig terugdeinsde. Een
+kreet om genade klonk door het vertrek, toen Zabern de revolver uit
+Rob's handen rukte en op Michaël aanvloog. Een knal, een doffe slag--en
+daarna was alles stil. Het was zoo snel in zijn werk gegaan, dat Rob,
+met afgrijzen vervuld, geen tijd had gevonden tusschen beiden te komen.
+
+"Zonder krijgsraad!" zei hij streng. "Dat gebeurt in Holland niet!"
+
+"Er zijn oogenblikken, waarop men niet met de voorschriften van een
+wet rekening kan houden," antwoordde Zabern somber. "Die man wist een
+geheim, dat zelfs de meest vertrouwde leden van een krijgsraad niet
+behoorden te weten. Ik heb hem gevonnisd in het belang van den Staat."
+
+"En hoe zult ge die daad verantwoorden?"
+
+Zabern haalde schouders op.
+
+"Zelfverdediging. Een soldaat brak in in het Paleis. Ik betrapte
+hem--toen hij zich verzette, schoot ik hem neer. En denk er aan,"
+sprak hij zoo dreigend, dat Rob naar de deur keek, als wilde hij
+ontvluchten, "wanneer ik niet wist dat ik op uw stilzwijgen vertrouwen
+kon, dan--schoot ik ook u hier op de plaats neer! In het belang van
+den Staat is _alles_ geoorloofd."
+
+Rob zweeg. Een zonderlinge vermenging van afkeer en bewondering voor
+dezen verschrikkelijken man vervulde hem. Eensdeels betreurde hij het,
+dat een beschaafd, verlicht land zulke geweldige naturen als Zabern
+noodig had, om zich tegenover dreigend buitenlandsch gevaar staande
+te houden; aan den anderen kant begreep hij, dat ook het humaanste,
+zedelijk hoogst-staande volk het onderspit moest delven in een strijd
+tegen brutale overmacht, zoo het niet werd aangevoerd door mannen als
+Zabern, mannen met ontembaren wil en ijzeren vuisten. Maar dit hoopte
+hij van ganscher harte: dat eenmaal de tijd zou aanbreken, waarin
+geweld en onrecht zouden wijken voor menschelijkheid en verstand,
+waarin Czernovië een vrij, gelukkig land zou zijn in een vrij,
+gelukkig Europa. En dat dan de Zaberns gemist konden worden!
+
+Terwijl Rob dit overdacht, had er eenige oogenblikken een pijnlijke
+stilte geheerscht. Rob verbrak die met de vraag:
+
+"Wat was de misdaad van dien man?"
+
+"De afschuwelijkste misdaad die hij tegenover de Prinses plegen kon,
+en waardoor de vrijheid van geheel een volk werd vernietigd. Uw
+ontcijfering van het document is te laat gekomen, slechts enkele
+minuten te laat om ons van nut te zijn," antwoordde Zabern bitter.
+
+"Ik begrijp u niet, Maarschalk."
+
+"Waarop is de vrijheid van Czernovië gegrond? Op het Charter, dat
+Keizer Nicolaas ons gaf, toen de Republiek op van Rusland gekochten
+grond gesticht werd. Dat Charter is nu tot asch verbrand. Ziedaar
+het eerste bedrijf van het drama. Het volgende zal zijn, zooals uit
+het cijferbericht blijkt, dat de Czaar een deputatie zendt, die de
+gronden verzoekt te vernemen, waarop Czernovië zich onafhankelijk
+meent te mogen verklaren. Welk antwoord kunnen we geven? Welke
+bewijzen voorbrengen? Zonder ons Charter zijn we aan de genade van
+Rusland overgeleverd. Zijn Ministers--Nicolaas Bardogolski, de in
+het document genoemde Minister van Buitenlandsche zaken in de voorste
+rij!--zullen volhouden dat zulk een Charter nooit werd verleend, dat
+onze vrijheid op een leugen berust, dat alle bestaande afschriften van
+dat stuk op een legende steunen, welke wij langzamerhand tot historie
+vervormd hebben. "Laat ons het origineel zien!" zullen ze zeggen,
+"Toon ons de autenthieke handteekening van den Czaar!" Begrijpt ge
+nu wat die man deed?"
+
+De duivelsche toeleg van het complot deed Rob huiveren van afkeer. En
+zijn gedachten gingen uit naar de Prinses, die op dat oogenblik rustig
+sliep in haar op ruimen afstand van hier gelegen kwartier van het
+reusachtig Paleis, nog onwetend van dit nieuwe gevaar dat haar troon
+bedreigde. Hij voelde nu minder medelijden met den ongelukkige die
+daar aan zijn voeten lag.
+
+"Waarom verzond hij het document niet naar Rusland?"
+
+"De reden hebt ge in het cijferbericht gelezen. Het was minder
+gevaarlijk het dadelijk te vernietigen. En zooals ge gezien hebt, had
+Orloff, de handlanger der Russische Regeering, dat goed begrepen. Had
+deze man het Charter immers bij zich gestoken, dan was het nu weder
+in ons bezit. O, ik kan mezelf vervloeken dat ik dit niet voorkomen
+heb! "Bewaarder van het Charter," luidt een mijner titels. Een goed
+bewaarder inderdaad! Gelukkig weten u en ik alleen, dat het complot
+gelukt is, want die beide soldaten daar begrijpen er niets van. Ze
+weten niet eens wat een Charter is, nog minder dat het hier bewaard
+werd."
+
+"Ik vrees, Maarschalk, dat er anderen zijn die het weten," zei Rob,
+een lantaarn met blauw glas oprapend. "Ik zag een teeken geven met
+deze lantaarn--wat werd daarmee anders bedoeld dan een ergens opgesteld
+handlanger te berichten dat het Charter verbrand was?"
+
+De Maarschalk stiet een vloek uit.
+
+"Dan kunnen we het gezantschap van den Czaar spoedig verwachten,"
+zei hij.
+
+Naar het venster gaande, onderzocht hij de tralies.
+
+"Het doorvijlen van die zware staven moet meer dan éen nacht hebben
+gekost. Hoe is het mogelijk dat de post op de borstwering dit niet
+belette?"
+
+"Hij maakte zelf deel uit van die post," zei Rob. "Dat herinnert me
+er aan, dat er nog een man daarginds ligt; ik sloeg hem neer met zijn
+eigen wapen."
+
+"Nog een? Bij alle duivels! Dat je dien vergeten kon! Wanneer hij
+eens ontsnapt was met het bericht van wat hier was gebeurd!"
+
+Zabern snelde de kamer uit, en klom een wenteltrap op die naar het dak
+leidde. Rob volgde hem op den voet. De schildwacht lag nog op de plaats
+waar Rob hem gelaten had. Zabern onderzocht hem slechts een oogenblik.
+
+"Hij zal nooit weer den verrader spelen. Ge hebt hem den schedel
+verbrijzeld. En óok zonder een krijgsraad!" voegde hij er droog bij.
+
+Na Gabor en Lasco geroepen te hebben, gaf Zabern hun aanwijzingen
+om de twee lijken weg te brengen; tevens beval hij de strengste
+geheimhouding over het gebeurde.
+
+Daarna liep hij, met Rob naast zich, eenigen tijd somber en zwijgend
+langs de galerij.
+
+"Die twee worden morgen naar een garnizoen in 't Westen verplaatst,"
+zei hij, op de beide soldaten doelend, die nu met hun last de trap
+afgingen. "Vertrouwbaar zijn ze, geloof ik, wel,--maar wie _is_ er
+welbeschouwd te vertrouwen, niet waar? Mijn spreuk is: "wees tegenover
+iedereen op je hoede--vooral tegenover je zelf." Ik had gedacht mijn
+omgeving nu langzamerhand van verraders gezuiverd te hebben, maar,
+zooals ge ziet, ze huizen overal."
+
+Er was nog een punt in de kwestie, dat Rob niet duidelijk was. Daarom
+vroeg hij:
+
+"Hoe is het eigenlijk mogelijk, dat het complot uitgevoerd werd,
+terwijl toch de brief in onze handen viel, in plaats van aan zijn
+adres terecht te komen?"
+
+"Mogelijk werden er twee boodschappers uitgezonden, of werd Orloff
+ongerust toen Russakoff niet binnen een vastgestelden tijd terugkwam,
+en stuurde hij een anderen brief--die helaas het verlangde resultaat
+ten gevolge had."
+
+"Gelooft u, dat de Russische Regeering dit plan op touw heeft gezet?"
+
+"Dat zou ik niet direct willen verzekeren. Wel ben ik ervan overtuigd,
+dat, zoo ze niet de oorspronkelijke opsteller van het plan is, haar
+toch elk wapen welkom was dat men tegen Czernovië wist te smeden. En
+wie aan deze zijde van de grens de Russen in de kaart speelt, dat
+behoef ik u niet te zeggen."
+
+"De Hertog van Bora?"
+
+"Wie anders? En toch ontbreekt me het tastbare bewijs van zijn
+verraad. Misschien had ik beter gedaan dien Michael te laten leven. Hij
+zou heel wat hebben kunnen vertellen..."
+
+"Maar bewijst het niets tegen den Hertog, dat hij in 't bezit
+was van een exemplaar van de Eumeniden, waarin cijfers waren
+opgeteekend--terwijl nu gebleken is, dat de sleutel uit dat boek te
+vinden was? Juist de omstandigheid dat ik hem in het Hotel Czernovië
+dat boek in de hand zag hebben, terwijl ook de laatste woorden van
+den Secretaris er op doelden, bracht mij op het spoor."
+
+"Zeker bewijst dat iets--in onze oogen althans. En meer nog:
+in de gevangenis scheurde de Hertog dat boek aan stukken. Maar
+wat zullen zijn verdedigers zeggen? "Een toevallige samenloop van
+omstandigheden!" Bovendien durf ik den Hertog op dat vermoeden niet
+voor een rechtbank brengen; de rechters zouden het verschrikkelijke
+feit vernemen dat Czernovië zonder Charter is, een geheim dat voor
+iedereen, ook voor de Prinses verborgen moet blijven. Laat Hare
+Hoogheid dit nooit hooren; zij heeft reeds genoeg te dragen."
+
+"Vertrouw op mijn stilzwijgen, Maarschalk," antwoordde Rob.
+
+De ochtend begon aan te breken.
+
+"Nu moeten we gaan slapen," zei eindelijk de Maarschalk. "Czernovië
+gaat moeielijke tijden tegemoet. Maar ik zal op mijn post zijn. Peter
+de Groote zei: "er zijn drie Joden noodig om slimmer te zijn dan een
+Rus." Welnu: er zullen heel wat Russen noodig zijn om slimmer te zijn
+dan Zabern."
+
+
+
+
+
+
+EEN EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+HET GEZANTSCHAP VAN DEN CZAAR.
+
+ Felix aanvaart zijn nieuwe betrekking.--Graaf Feodor Orloff,
+ Gezant van den Czaar, doet eenige brutale vragen.--Elizabeth
+ antwoordt hem zeer beleefd.--Katina wordt eerst tegen haar zin,
+ daarna vrijwillig gevangen.--Zabern schrijft een brief.--
+
+
+Den volgenden morgen werd Felix in de Witte Zaal ontboden, waar hij,
+onder de aangename leiding der Prinses zelve, in de geheimen van zijn
+nieuwe betrekking werd ingewijd. Tot dusver liepen de gebeurtenissen
+hem mee; ongetwijfeld had hij geen beteren weg kunnen vinden om
+leidende macht te verkrijgen in de staatsaangelegenheden van Czernovië.
+
+Zij, die aan de geruchten hadden geloofd, die van een uit vroeger
+tijden dateerende relatie tusschen de Prinses en Felix gewaagden,
+konden uit de verhouding dier beide personen tot hun verwondering
+niets opmaken, dat die geruchten ook maar eenigermate bevestigde. Zoo
+ongedwongen als natuurlijk hun omgang was wanneer zij samen waren, zoo
+voorzichtig gedroegen zij zich in het openbaar. Geen blik, geen woord
+verried hun geheim; Felix behield steeds de bescheiden houding van den
+ondergeschikte, Elizabeth de autoritaire waardigheid van een Vorstin.
+
+Aan Zabern's scherp oog was het mysterie niet ontsnapt, dat deze twee
+menschen klaarblijkelijk aan elkaar verbond; wat hij echter ook van de
+keuze der Prinses dacht, de voorzichtige Maarschalk liet daarvan niets
+raden. Hij zag in de toekomst dingen, die voor anderen nog verborgen
+waren, en, vast overtuigd, dat Felix verborgen redenen had om de
+onafhankelijkheid van Czernovië te bevorderen, begreep hij te goed
+dat deze vreemdeling hem in zijn overeenkomstige plannen van groot
+nut kon zijn, dan dat hij zich verzetten zou tegen een toenadering,
+die hij eer aanmoedigde dan vreesde.
+
+Een van de eerste dingen, die Elizabeth met haar Secretaris besprak,
+was het tooneel, dat tusschen Ravenski en haar had plaats gehad. Zij
+had aan de bedreigingen van dien man in het begin niet te veel waarde
+gehecht, wetend dat hij even laf als egoďst was, en geen persoon om
+zich in ernstige politieke verwikkelingen te wagen. Het artikel in
+de Kolokol had haar echter doen opschrikken, en ze vertelde nu aan
+Felix het gebeurde, hopend dat hij raad zou weten te verschaffen.
+
+"Voorloopig kunnen we niet anders doen dan dien man in 't oog houden,"
+zei Felix. "En ten slotte is het misschien het beste om de geruchten,
+die hij heeft opgewekt, niet tegen te spreken. Zeker, hij heeft het
+bewijs, ten minste een moreel bewijs, dat je niet van plan bent in
+een huwelijk met Bora toe te stemmen, maar wat doet dit er eigenlijk
+toe? Dat je met iemand anders hoopt te trouwen, iemand, die door
+Rusland nooit zal erkend worden--dat weet hij niet, en daarin ligt toch
+eigenlijk de hoofdzaak. Bovendien, het Congres heeft alleen bepaald,
+dat je geen huwelijk mag sluiten zonder toestemming van Rusland,
+maar er is nooit gezegd, dat je niemand anders kiezen mag dan den
+Hertog van Bora!"
+
+Intusschen had de Hertog verscheiden dagen in de citadel
+doorgebracht. Zijn arrestatie was aanleiding geweest tot een vraag van
+Lipski, den afgevaardigde van Russograd, die in de kamer de Regeering
+daaromtrent had geďnterpelleerd, klaarblijkelijk met het doel die
+arrestatie onwettig te doen verklaren. Zabern had kort geantwoord,
+dat dit een zaak was die den geachten afgevaardigde niet aanging;
+waarop de geachte afgevaardigde een rede van twee uren hield om
+te betoogen dat, de Hertog Lid der Kamer zijnde, zijn arrestatie
+de geheele Kamer, en dus ook hem, Lipski, aanging. Hetgeen Zabern
+beantwoordde door te zeggen, dat de rechter wel zou uitmaken wie
+gelijk had. De Hertog had zich bovendien vrijwillig overgegeven, en
+toonde zich niet tegen zijn gevangenneming te willen verzetten. De
+Minister zou echter de Prinses in overweging geven den Hertog in
+afwachting van het vonnis op vrije voeten te stellen.
+
+Deze laatste mededeeling was het gevolg van een gesprek tusschen
+Felix en de Prinses, waarin deze laatste gezegd had:
+
+"De striem is nu van je wang verdwenen, Felix; als je er geen bezwaar
+tegen hebt, zouden we den Hertog voorloopig wel zijn vrijheid kunnen
+teruggeven."
+
+Felix had hiertegen natuurlijk geen bezwaren, protesteerde zelfs
+dat Elizabeth de beslissing van hem deed afhangen; en zoo ging er
+een order naar de citadel, waarbij de gevangene ontslagen werd. Nu
+bereidde Elizabeth zich op nieuwe moeilijkheden voor. Want als Bora
+vernemen zou, dat Elizabeth klaarblijkelijk alles in het werk stelde
+om een huwelijk met hem te verijdelen, zou hij niet nalaten zich
+openlijk haar vijand te toonen.
+
+Dien zelfden avond werd Felix bij Zabern geroepen, die hem in een
+sombere stemming ontving.
+
+"Het vermoeden van uw vriend was juist," zei hij tot Felix,
+die omtrent het avontuur van Rob was ingelicht, "dat signaal met
+het blauwe licht was ongetwijfeld een afgesproken teeken met een
+handlanger. Het verbranden van het Charter is aan derden bekend
+geworden. Het complot breidt zich uit. Wie denkt ge dat over enkele
+dagen hier zal zijn? Feodor Orloff!"
+
+"Orloff!?"
+
+"Niemand anders dan hij. Als afgezant van den Czaar komt hij een
+audiëntie vragen bij de Prinses. Ge begrijpt het doel van zijn komst?"
+
+"Hij wil zeker het Charter zien!"
+
+"Natuurlijk!"
+
+"Maar wordt het dan geen tijd dat we de Prinses alles vertellen? Wat
+moeten we doen wanneer ze hem op zijn vraag antwoordt, dat hij het
+Charter zal mogen zien?"
+
+"Dat zal ze niet doen. Ik heb haar overtuigd dat dit verkeerd zou
+zijn, dat we door zulk een toegevendheid een gevaarlijk voorbeeld
+zouden stellen. Het gaat niet aan, ons maar door elke deputatie
+die er lust toe heeft, naar onze huishoudelijke aangelegenheden te
+laten vragen. Geloof me, de Prinses zal hem weten te antwoorden. Een
+diplomatiek gesprek is haar toevertrouwd."
+
+Acht dagen later maakte Prinses Elizabeth zich gereed audiëntie te
+verleenen aan Graaf Feodor Orloff, Gouverneur van Warsim, buitengewoon
+gezant van Zijne Keizerlijke Majesteit den Czaar.
+
+Eenige minuten vóor dit onderhoud plaats had, gebeurde er een
+zonderling tooneel in het studeervertrek van Zabern. Juist toen de
+Maarschalk zich gereed maakte dit heiligdom te verlaten, werd de deur
+geopend, en Katina Ludovska door een viertal soldaten, die daarna
+weer vertrokken, binnengebracht.
+
+"Mijn spionnen hebben je dus gevonden," zei hij met een glimlach van
+voldoening. "Waar heb je je de laatste dagen opgehouden?"
+
+"Dus is het waar, dat ik op uw bevel gevangen genomen ben!" riep
+Katina met fonkelende oogen.
+
+"Volkomen waar. Deze kamer zal voorloopig je verblijf zijn. Kijk eens,
+hoe gemakkelijk, ja weelderig, ik ze voor je heb ingericht. De vensters
+zijn getralied, maar om zoo'n kleinigheid zal je wel niet geven."
+
+"Waarom ben ik hier?"
+
+"Om je leven te sparen. Weet je wel, Katina, dat, wanneer je Orloff
+doodschoot, ik, als Minister van Justitie, zou moeten zorgen dat je
+ter dood veroordeeld werd?"
+
+"Dus u hebt mijn plan geraden," zei ze bitter.
+
+"En ik moet het verijdelen. Kom, Katina, wees verstandig. Waarom zou je
+je in gevaar brengen. Door den gezant van den Czaar te vermoorden zou
+je bovendien een reden doen ontstaan om Czernovië te annexeeren--een
+land waar onschendbare personen niet veilig zijn!"
+
+"En ge zoudt me dus mijn wraak ontnemen?" zei Katina met een gebaar
+van wanhoop. "Welke andere gelegenheid zal ik er nu ooit voor
+hebben? Wanneer men me in Rusland niet te goed kende, was ik al lang
+de grens overgegaan om hem neer te schieten. Maar zoodra ik een voet in
+Rusland zette, zou ik gegrepen en weer naar Orenburg gezonden worden."
+
+"Ik voel alles voor je boosheid, en ik zou hoogstwaarschijnlijk even
+zoo doen als ik Katina was. Maar ik ben Zabern, zie je, en ik moet
+het eerst denken aan de belangen van het Gouvernement. Schiet Orloff
+op neutraal terrein dood--prachtig! Maar hier op Czernovischen grond
+zouden we zelfs den duivel moeten respecteeren wanneer hij in de
+gedaante van gezant kwam."
+
+In de verte klonk nu een fanfare van trompetten, ten teeken dat de
+ambassade den ingang van het Paleis had bereikt.
+
+Dit geluid scheen Katina razend te maken.
+
+"Dus hij zal hier met praal en pracht ontvangen worden, terwijl ik
+niets mag doen om me te wreken! Naar de hel met de politiek!" riep
+ze hartstochtelijk. "Ga opzij. Ik laat me niet tegenhouden!"
+
+Ze snelde naar de deur, maar Zabern was op zijn hoede, en stelde zich
+met uitgespreide armen in den weg.
+
+Toen zag Katina het nuttelooze van haar pogingen in, en ze viel
+moedeloos in een stoel neer.
+
+Zwijgend ging Zabern heen, de deur zorgvuldig achter zich sluitend.
+
+
+
+Elizabeth had last gegeven de audiëntie met groote pracht te doen
+plaats hebben. De Troonzaal, een reusachtige ruimte, welker gewelfd
+dak schitterde van het goud, was er voor uitgekozen. De wanden
+waren beschilderd met tooneelen uit de geschiedenis van Czernovië
+en Nederland; de meubels waren met het zeldzaamste en kunstigste
+snijwerk versierd.
+
+Langs de muren stonden de reusachtigste grenadiers, die de Lijfgarde
+bezat; in hun onbewegelijkheid leken ze eer op beelden dan op menschen.
+
+Aan elke zijde van den troon, waarop Elizabeth in een wit satijnen
+kleed, waarover een purperen statiemantel, had plaats genomen, stonden
+de Ministers en andere hoogwaardigheidsbekleeders, grootendeels mannen
+die elk oogenblk gereed waren voor de Prinses te sterven.
+
+Felix, achterwaarts van den troon aan een kleine marmeren tafel
+gezeten, belast met het opteekenen van wat er dien middag gesproken
+zou worden, kon niet nalaten de poëtische pracht van het geheel te
+bewonderen. En toch speelden hem in dit oogenblik toekomstdroomen
+door het hoofd, die zeer van deze werkelijkheid verschilden. Hij was
+zeer zeker niet ongevoelig voor het indrukwekkende, dat van de zaal,
+de uniformen, de ceremoniën, kortom van dit geheele schitterende
+tooneel uitging; maar zijn gedachten waren naar den eenvoud van vroeger
+teruggegaan, en zijn geheele levensopvatting deed hem vurig verlangen
+naar een nieuw, hervormd toekomst-Czernovië, een Oranje-Republiek,
+waar niet de praal, maar de wijsheid zou heerschen, waar niet de
+machtigste en rijkste, maar de edelste en verstandigste mannen den
+Staat zouden leiden, uit welke klasse der maatschappij ze ook mochten
+zijn voortgekomen. Hij wist dat Elizabeth deze denkbeelden deelde, maar
+beiden begrepen ze, dat de tijd daarvoor nog niet gekomen was, dat de
+tegenwoordige omstandigheden zelfs zulke verouderde tentoonspreidingen
+van macht en uiterlijke praal eischten.
+
+De gezant van den Czaar was een man van reusachtigen lichaamsbouw,
+in een schitterende uniform gestoken. Zijn gelaatsuitdrukking wees
+op een ruwe en wreede natuur; hij was juist om zijn onbesuisde en
+brutale manier van optreden voor deze zending uitgekozen, in de hoop
+dat zijn ruwheid de Prinses tot onvoorzichtige, door toorn ingegeven
+antwoorden zou verlokken, waaruit Rusland reden tot moeielijkheden
+zou kunnen putten. Daarom had Elizabeth, door Zabern gewaarschuwd,
+zich voorgenomen den gezant, hoe onbeschaamd hij zich mocht uitlaten,
+niet in de kaart te spelen.
+
+Toen Orloff binnenkwam, wisselden Zabern en Felix een blik, waaruit
+hun verachting sprak voor dezen man, den beul van Katina, den bewerker
+van den aanslag op Czernovië's onafhankelijkheid.
+
+"Zijn overgrootvader was al een misdadiger," fluisterde Zabern
+Felix toe.
+
+"Wat misdeed zijn overgrootvader?"
+
+"Hij vermoordde een Czaar. Wist je dat niet? Hij is de afstammeling
+van Gregorius Orloff."
+
+Ofschoon het onrechtvaardig was zich te laten leiden door wat een
+voorzaat van Orloff gedaan had, voelde Felix toch zijn afkeer van dien
+man toenemen. Dat zoo'n man als gezant tegenover Elizabeth moest staan!
+
+Orloff had zijn lederen handschoenen uitgetrokken, en het leek Felix
+alsof zijn zware, breede handen dezelfde waren die den ongelukkigen
+Czaar Peter III de keel hadden dichtgeknepen.
+
+Met een zonderlinge mengeling van nederigheid en trots knielde
+de gezant voor den troon, en, na zijn geloofsbrieven te hebben
+overhandigd, richtte hij zich weer in zijn volle lengte op, en begon
+met luide stem:
+
+"Zijne Majesteit de Czaar, Keizer aller Russen"--hier volgde een
+lange rij titels, waaronder ook "Suzerein van Czernovië," een titel
+die velen fluisteren deed: "voor hoe lang nog?"--"verzoektte mogen
+vernemen of de Prinses voornemens is zich in een huwelijk te begeven
+zonder toestemming van hem, den Czaar?"
+
+"Ofschoon ik het recht van den Czaar ontken om mij deze vraag te
+stellen," antwoordde Elizabeth rustig, "behaagt het mij nochtans die
+te beantwoorden. Men schrijft mij geheel ten onrechte het voornemen
+toe tot een huwelijk--zoodat dus ook de mogelijkheid niet bestaat
+van een huwelijk zonder toestemming van den Czaar."
+
+"In dat geval verzoekt de Czaar te mogen weten, welke bezwaren er van
+de zijde der Prinses zouden zijn tegen een huwelijk met een door hem,
+den Czaar, aan te wijzen toekomstig Prins-Gemaal?"
+
+Op deze vraag volgde het laconieke antwoord:
+
+"Voorloopig deze drie bezwaren: ten eerste dat die toekomstige
+Prins-Gemaal klaarblijkelijk nog niet aangewezen is, ten tweede dat
+de zekerheid nog niet bestaat of hij die aanwijzing zou volgen; ten
+derde dat--ingeval hij ze volgde--mijn antwoord op zijn aanzoek nog
+twijfelachtig is."
+
+Orloff, die gehoopt had een formeele weigering tegenover den Hertog
+te zullen vernemen, was niet weinig uit 't veld geslagen door dit
+diplomatieke en toch zeer duidelijke antwoord, dat een glimlach bij
+de aanwezigen opwekte.
+
+"Ik zal Uw antwoord aan den Czaar overbrengen," zeide Orloff. Daarna
+ging hij tot het tweede punt over.
+
+"De Czaar moet tot zijn leedwezen constateeren, dat een inbreuk op
+de Russische rechtsmacht is gepleegd, door een zijner bloedverwanten,
+den Hertog van Bora, op Russischen bodem te doen arresteeren."
+
+"Hebt gij een bewijs voor deze voorgewende schending?"
+
+"Voorgewende schending?" riep Orloff met geveinsde
+verbazing. "Beteekent dit twijfel aan het woord van den Czaar?"
+
+"In zooverre, Graaf Orloff, dat ik als ooggetuige kan verklaren den
+Hertog op Czernovisch gebied te hebben zien arresteeren."
+
+"Van Russische zijde verklaren twee getuigen het tegengestelde."
+
+"Die getuigen zijn?"
+
+"De Secretaris van den Hertog, Baron d'Ostrova, en een Kozak die aan
+de grens op schildwacht stond."
+
+Een gemompel van verontwaardiging over deze woorden ging door de zaal.
+
+"Het woord van een Prinses weegt wel tegen die verklaringen op. En
+die Prinses, Graaf Orloff, beroept zich op andere getuigen dan een
+Kozak! De Hertog van Bora wordt verzocht nader te komen."
+
+En tot verbazing van den Graaf, die met de aanwezigheid van den eerst
+kortelings in vrijheid gestelden Hertog onbekend was, trad Bora tot
+voor den troon. Hij had niet verwacht zoo opeens tot getuige geroepen
+te worden, en hoezeer met tegenzin, voelde hij zich gedwongen hier,
+in het bijzijn van hen die zijn arrestatie gezien hadden, de waarheid
+te zeggen.
+
+Met een gedwongen glimlach boog hij voor zijn mede-samenzweerder.
+
+"Inderdaad moet er hier een vergissing in het spel zijn," sprak
+hij. "Mijn arrestatie geschiedde aan de Czernovische zijde der grens."
+
+Orloff kon niet zeggen dat het hem meeliep; hij liet daarom dit punt
+rusten en ging voort:
+
+"Er zijn twee strafbare feiten gepleegd, waaromtrent de Czaar
+nader ingelicht verzocht te worden: ten eerste een duel op Russisch
+grondgebied, ten tweede omkooping van een Russisch schildwacht ten
+einde dat duel mogelijk te maken."
+
+"Diezelfde eerlijke Kozak," vroeg Elizabeth vriendelijk, "wiens
+getuigenis ge zooeven tegen mij gebruiken wilde?"
+
+Een glimlach ging door de vergaderzaal.
+
+Orloff fronste de wenkbrauwen, ging niet op Elizabeth's vraag in,
+en vervolgde:
+
+"Daarom wenscht de Czaar, wegens inbreuk op de Russische wet, de
+uitlevering van twee personen: den Hertog van Bora, en den Hollander
+Van Heelstra, thans Uwer Hoogheids Secretaris."
+
+"Mijn Secretaris," antwoordde Elizabeth, "is zooals u hem terecht
+noemt, Hollander. Het zal daarom voorzichtiger zijn te wachten,
+totdat de Hollandsche gezant te St. Petersburg geraadpleegd is. En
+dan blijft het nog de vraag in hoeverre de wetten uitlevering
+toestaan. Om geen ongelijkheid in 't leven te roepen, moet ook de
+kwestie betreffende de uitlevering van den Hertog blijven rusten tot
+die vraag is beantwoord. De Hertog kan trouwens het land niet verlaten
+eer de rechtbank zijn zaak geheel heeft onderzocht."
+
+Orloff begreep, dat hij niet veel verder kwam. De Prinses beantwoordde
+zijn vragen welwillend en afdoende, zoodat er geen enkele reden te
+vinden was om zich over de ontvangst te Slavowitz te beklagen. Maar
+Orloff had nog andere pijlen in zijn koker, en maakte zich gereed
+die af te schieten.
+
+"Uwe Hoogheid beroept zich op wetten en voorrechten, waarvan het
+recht van bestaan zou kunnen betwijfeld worden. Berusten zij op het
+Charter van Czaar Alexander?"
+
+"Maarschalk, ik verzoek u een afschrift van het Charter te doen
+brengen."
+
+"Vergeef me, Hoogheid," zei Orloff snel, een blik wisselend met Bora,
+die door Zabern gezien en begrepen werd, "geen afschrift! Ik zou
+gaarne het oorspronkelijk document zien."
+
+Elizabeth zag hem onderzoekend aan, zonder te vermoeden welk
+verraderlijk doel zijn vraag had.
+
+"Ge wilt het oorspronkelijk document zien? Dat is een zonderling
+verlangen. Het Charter werd in duplo geteekend, het voor
+Rusland bestemde exemplaar werd in de archieven van het Kremlin
+gedeponeerd--waarom hebt ge _uw_ origineel niet geraadpleegd? Wat
+doet u in Czernovië zoeken, hetgeen in uw eigen land te vinden is?"
+
+"De omstandigheid, Prinses, dat wij in het Kremlin tevergeefs
+zochten. Wij hebben de beweerde aanwezigheid van dat document niet
+kunnen constateeren."
+
+"De _beweerde_ aanwezigheid?" herhaalde Elizabeth verbaasd.
+
+"Ja," antwoordde Orloff, met zulk een onbeschaamden grijnslach, dat men
+hier en daar een sabel ten halve uit de schee hoorde vliegen. "Ja--want
+de waarheid is dat Czernovië nooit zulk een Charter bezeten heeft. Hoe
+het den eersten zoogenaamden President der Oranje-Republiek gelukt is,
+met den koop der gronden van Rusland enkele vrijheden te verkrijgen,
+is ons onbekend; vast staat echter dat het verhaal betreffende een
+Charter, door den Czaar verleend, een samenweefsel van leugens moet
+zijn, waaraan weldra een einde zal gemaakt worden. De Russische
+Regeering bezit de bewijzen, dat de onafhankelijkheid van Czernovië
+op een legende berust."
+
+Elizabeth lichtte de hand op om aan het toornig gemompel der
+vergadering een einde te maken.
+
+"En uit het niet-bestaan van het Charter zou volgen--?"
+
+"Dat Czernovië, evenals de andere provinciën, onder het rechtstreeksch
+bestuur van Rusland behoort te staan."
+
+Elizabeth zag den gezant verachtelijk aan.
+
+"Gedurende een eeuw hebben zich dus, volgens u, de slimme Russische
+staatslieden, uit wier midden gij gekozen zijt, om den tuin laten
+leiden! En erger nog: het Congres van St. Petersburg heeft twee
+grootmachten in Rusland's onvergeeflijke domheid doen deelen. Vestig
+de aandacht van den Czaar eens op het decreet van dat Congres, Graaf
+Orloff: dáárvan zal het origineel wel niet verdwenen zijn! Het behelst
+onder anderen deze zinsnede: "De Staat van Czernovië zal volgens het
+door den Czaar verleende Charter bestuurd worden, behoudens de bij
+dit Congres nader aangeduide omschrijvingen. Rusland, Oostenrijk en
+Duitschland worden gevolmachtigd de uitvoering van dit besluit te
+bewaken." Zie, Graaf Orloff, zoo sprak het Congres. Het nam dus het
+bestaan van het Charter aan. En nu zou de Czaar het ontkennen?"
+
+"Inderdaad, Hoogheid. Alleen wanneer het Charter mij getoond werd,
+zou de Czaar van zijn twijfel terugkomen. En ik geloof dat het U een
+kleine moeite zou kosten mij op dit punt tevreden te stellen."
+
+"Maarschalk Zabern is de Bewaarder van het Charter. Hij zou u zeer
+zeker het in den oostelijken vleugel van het paleis bewaarde Charter
+kunnen laten zien. Ik meen echter..."
+
+"Vergun mij op te merken," viel Zabern de Prinses in de rede, "dat het
+Charter sinds eenige maanden niet meer in het Paleis berust. Vrees
+voor brandgevaar deed mij besluiten het in de Czernovische Bank te
+deponeeren, waar het absoluut veilig is. Het exemplaar, waarvan Uwe
+Hoogheid spreekt, is een afschrift, te Uwer eventueele raadpleging
+gereedliggend."
+
+De natuurlijke wijze waarop Zabern sprak deed Felix zelf bijna de
+dupe dezer woorden worden. Te meer maakten ze indruk op Orloff,
+wiens gezicht ontsteltenis uitdrukte. Het Charter in den oostelijken
+vleugel een afschrift! Dus het complot had slechts de vernietiging
+van een waardeloos stuk papier ten gevolge gehad--Czernovië stond
+vast als te voren!
+
+Orloff's schrik en verslagenheid werden door Bora's gelaat
+weerspiegeld. Felix zag het, en hij was benieuwd hoe de man zich
+hieruit redden zou.
+
+"Ik moet dus aannemen," sprak hij, "dat men den gezant van den Czaar
+weigert, het Charter te onderzoeken?"
+
+"Volstrekt niet, Graaf Orloff," antwoordde Elizabeth op haar
+beminnelijksten toon. "Ik betwijfel echter of Rusland de
+voorzichtigheid niet te buiten gaat, door dit onderzoek zonder
+Oostenrijk en Duitschland te willen verrichten, die toch bij het
+Petersburger Congres dezelfde rechten van toezicht ontvingen. _Zij_
+hebben geen twijfel aan 't bestaan van het Charter geopperd. Een
+gezantschap der _drie_ Mogendheden zal ik zeer gaarne in de gelegenheid
+stellen het gevraagde onderzoek te verrichten."
+
+Orloff voelde de nieuwe moeielijkheid die hier in 't leven werd
+geroepen. Het was ontwijfelbaar, dat Rusland ten opzichte van
+Czernovië geen ingrijpende maatregelen kon nemen zonder de beide
+andere mogendheden daar in te kennen, die op hun beurt niet zeer
+geneigd zouden zijn mede te werken in een onderneming, waarbij alleen
+Rusland winnen kon. Nog éen kans zag Orloff open, zij 't dan ook dat
+hij daarvan geen dadelijk gebruik kon maken.
+
+"De Czaar is voornemens Uwe Hoogheid niet slechts den personeelen
+titel van Prinses te blijven toekennen, die Zijne Majesteit U eertijds
+als blijk zijner gunst en vriendschap verleende, doch op een nader te
+bepalen tijdstip U als Prinses van Czernovië te doen kronen, waartoe
+de instemming van Oostenrijk en Duitschland reeds is verkregen. Ik zou
+het mij tot een voorrecht rekenen, Zijne Majesteit Uw ingenomenheid
+met dit plan te mogen overbrengen."
+
+Elizabeth had dit allerminst verwacht; zij begreep dat het een begin
+was om de nog slechts in naam bestaande Republiek tot een monarchie,
+een vazalstaat, daarna een bezitting van Rusland te vervormen. In
+haar onzekerheid omtrent het te geven antwoord, zag zij Zabern van ter
+zijde aan; deze vertrok geen spier, doch knikte alleen nauw merkbaar
+toestemmend met het hoofd.
+
+De Prinses begreep dit teeken, en antwoordde:
+
+"Voorloopig voel ik geen bezwaar deze vriendschapsbetuiging van den
+Czaar, waarin ik overigens slechts een formaliteit zie, te aanvaarden."
+
+Orloff, ofschoon hiermee slechts ten halve tevredengesteld, was
+zoo verheugd eenig terrein gewonnen te hebben, dat hij gretig de nu
+volgende vraag stelde:
+
+"Wanneer de plechtigheid der kroning plaats heeft, zal het noodzakelijk
+zijn, eenige wijzigingen aan te brengen in het Charter--in zooverre
+immers het bestaan daarvan door U wordt volgehouden. Ingrijpende
+veranderingen zullen dat niet zijn; louter onbeteekenende, doch naar
+den vorm noodzakelijke wijzigingen, waartegen Uwe Hoogheid in geen
+geval bezwaren zult hebben. Ik mag er ongetwijfeld op rekenen, dat bij
+die plechtige gelegenheid het Charter, waarop Uwe Hoogheid den eed van
+trouw ook in Uw nieuwe waardigheid zult hebben te hernieuwen, aan het
+volk en aan de vertegenwoordigers van den Czaar zal vertoond worden?"
+
+"Ik noodig u, Graaf Orloff, in 't bizonder uit, met Maarschalk Zabern
+zitting te nemen in den Kanselarij-Raad, in welker handen ik dien
+eed zal afleggen."
+
+"Onder nadere goedkeuring van mijn Keizerlijken meester reken ik het
+mij tot een voorrecht die onderscheiding aan te nemen," zei Orloff,
+door den rustigen en vasten toon, waarop de Prinses die woorden sprak,
+nog sterker geschokt in zijn geloof aan het verbranden van het echte
+Charter.
+
+Wat Zabern betreft, hij voelde dat de Prinses, ofschoon niet anders
+kunnende handelen, een gevaarlijke belofte gedaan had. Wat zou het
+gevolg zijn, wanneer op den Kroningsdag inderdaad het Charter bleek te
+ontbreken? Er welde een vraag naar zijn lippen, die in het volgende
+oogenblik door de Prinses werd uitgesproken, zij het ook door een
+geheel andere overweging daartoe geleid. Er kwam een lichte trek van
+spot op haar gelaat, toen ze vroeg:
+
+"Uw gebieder is zoo welwillend, Graaf Orloff, klaarblijkelijk tot
+den dag der Kroning het bestaan van ons Charter nog als bewezen aan
+te nemen. Wanneer nu echter op dien dag zijn vermoedens omtrent het
+niet-bestaan van dat document inderdaad gegrond blijken te zijn?"
+
+"Zijne Majesteit heeft mij niet gemachtigd die vraag te beantwoorden,
+Prinses," sprak Orloff. "Ik meen echter mijn bevoegdheid niet te buiten
+te gaan, door U nu reeds te verzekeren, dat daarvan ongetwijfeld zeer
+ingrijpende veranderingen voor Czernovië het gevolg zouden zijn."
+
+De Prinses vroeg niet verder.
+
+Orloff boog, zeggend:
+
+"Mijn zending is geëindigd."
+
+"Graaf Radzivil," zoo wendde Elizabeth zich tot den Premier, "ik
+verzoek u onzen gast in alle mogelijke opzichten van dienst te zijn
+voor den tijd dien hij nog binnen de grenzen van dezen Staat wenscht
+door te brengen."
+
+Maar Orloff, weinig ingenomen met den uitslag van zijn zending, en
+wetend dat hij in Czernovië niet veel vriendelijke gezichten zou zien,
+wees dit aanbod van de hand, door te verklaren dat hij onmiddellijk
+naar St. Petersburg wenschte terug te keeren.
+
+"Tegenover den Czaar ben ik verplicht niet te dralen met het
+overbrengen Uwer antwoorden."
+
+"De Czaar is om zulk een bescheiden dienaar te benijden. Mijne Heeren,
+ik verklaar de audiëntie voor geëndigd."
+
+Zabern was de eerste, die naar oud Poolsch gebruik zijn zwaard trok
+en dit als beschermend boven Elizabeth's hoofd uitstrekte; ofschoon
+dit geen Czernovische gewoonte was, voelden de overige aanwezigen
+zich onwillekeurig meegesleept door deze uiting van ridderlijk
+eerbetoon. Een dubbele rij vormend, volgde men zijn voorbeeld, en de
+schoone heerscheres verliet, met een glimlach en een blos, onder dit
+veilig gewelf van blinkende klingen de zaal, nagejuicht door kreten
+van: "Leve de Prinses!"
+
+Zij had een diplomatische overwinning op Rusland behaald, maar niemand
+wist beter dan zij dat deze slechts tijdelijk was, en dat Rusland
+elke gelegenheid zou aangrijpen om een nieuwen aanval te wagen.
+
+Het gezelschap verspreidde zich. Orloff vertrok onmiddellijk naar
+St. Petersburg. De Hertog, met wrok in het hart, volgde de Prinses
+naar haar studeervertrek, ten einde eens voor al uit haar eigen mond
+te vernemen, of zij inderdaad voornemens was van een huwelijk met
+hem af te zien. De Ministers zochten den Hoftuin op, waar zij het
+gebeurde bespraken.
+
+"De Czaar zal zich daar niet bij neerleggen," zei Radzivil, "en toch
+kon de Prinses moeielijk anders spreken, wilde zij haar waardigheid
+ophouden."
+
+"Hebt ge op de twee verraders gelet?" zei Zabern tegen Felix, die
+met hem in de Troonzaal was achtergebleven. "Ze zullen nu wel aan
+het succes van hun complot gaan twijfelen. En Orloff is zoo goed als
+overtuigd, dat het Charter nog ongedeerd is."
+
+"Toch heeft hij vermoedens, vrees ik," zei Felix. "U hebt de
+moeielijkheid verschoven, doch tijdelijk. Wat zal er gebeuren, als
+het Charter op den kroningsdag ontbreekt? En is eigenlijk die kroning
+op zichzelf niet een gevaarlijk ding?"
+
+"Ach," antwoordde Zabern luchtig. "Komt tijd, komt raad. Ik zal er
+wel wat op vinden. En wat die kroning betreft--zoo iets bedreigde
+ons elken dag. Het bericht kwam alleen wat vroeger en onverwachter
+dan ik gedacht had. De kroning is natuurlijk het voorspel van het
+huwelijk--of van een annexatie. Maar zoover zijn we nog niet!"
+
+"Veroorloof me nog een vraag. Gelooft u, dat de Hertog de eenige
+verrader is in het Kabinet?"
+
+"Geen oogenblik," lachte Zabern. "Er is nog een tweede vogel
+dien ik knippen wil. En de Prinses weet even goed als gij wien ik
+bedoel--Ravenski!"
+
+"U weet alles, Maarschalk!"
+
+"Heel veel ten minste. Ik wist alleen tot nu toe niet, wat de
+Prinses mij eerst gisteren meedeelde, en wat zij ook u had verteld:
+het tooneel dat tusschen haar en Ravenski plaats greep. Wel, Ravenski
+beteekent als tegenstander niet veel. Bovendien staat zijn verraad op
+zichzelf. Hij tracht alleen zijn eigen persoon te bevoordeelen. Laat
+hem maar aan mij over."
+
+Daarna, als waren al deze dreigende gevaren van weinig gewicht,
+ging de Maarschalk luchtig op een ander onderwerp over:
+
+"Zie ik u vanavond op het bal masqué?"
+
+"Zonder twijfel," antwoordde Felix. Had de Prinses, die in haar costuum
+en achter haar masker onherkenbaar zou zijn, niet beloofd met hem te
+dansen? "Maar zult u er zijn, Maarschalk?" ging hij voort. "Ik dacht
+niet dat u een man voor muziek en dans was!"
+
+"Dat ben ik ook niet. Maar de maskerade, die vanavond op bevel der
+Prinses gegeven wordt, is iets meer dan louter een feest. Ook op een
+bal sluit men de politiek niet buiten. Maar ge zult het wel zien. Let
+op mijn woorden: op het bal van dezen avond zal de geschiedenis van
+Czernovië geschreven worden. Tot ziens!"
+
+Met deze woorden ging Zabern heen, en zocht de kamer op waar hij
+Katina had achtergelaten.
+
+Hij vond haar in nadenken verzonken bij het venster zitten; een
+revolver lag naast haar. Hij had verwacht met onstuimige verwijten
+ontvangen te zullen worden; in plaats daarvan zag ze hem met een
+blijden glans in de oogen aan. Zabern verwonderde zich over die
+merkwaardige verandering.
+
+"Je gevangenschap is geëindigd, Katina," zei hij vriendelijk. "Orloff
+is vertrokken."
+
+"Ik weet het," antwoordde ze, "want ik heb hem zien gaan. Hij nam
+zijn weg door den tuin, en van uit dit venster kon ik hem duidelijk
+waarnemen. O, Maarschalk Zabern"--Katina tikte met den vinger op de
+revolver--"dat was niet handig van u, mij mijn wapen niet te ontnemen!"
+
+"En waarom maakte je er geen gebruik van?" vroeg Zabern, die voelde
+den steek te verdienen. "Deed de gedachte aan Czernovië..."
+
+Katina verborg haar gelaat in de handen.
+
+"Het was zelfzuchtig van me--maar, neen, niet het heil van Czernovië
+weerhield mijn hand. Iets... iemand anders."
+
+"Iemand? Iemand, die zooveel invloed op je heeft, dat..."
+
+Katina knikte zwijgend. Daarna zag ze Zabern in de oogen, en vulde
+zijn woorden aan:
+
+"Iemand, dien ik zoo liefheb, dat ik om zijnentwil zelfs mijn wraak
+ondergeschikt maakte aan zijn verlangen."
+
+"Dus jij, Katina--de wraakzuchtige, onbesuisde Katina--je bent
+ontvankelijk voor die zachtere gevoelens?"
+
+"Hebt ge daaraan ooit getwijfeld?"
+
+"Ik had me er aan gewend, te denken dat je hierin evenzoo zou zijn als
+ik--ongevoelig voor alles, behalve voor onze liefde tot het vaderland!"
+
+"En is dat waarlijk zoo, Maarschalk? Is er in uw hart werkelijk voor
+zachtere gevoelens geen plaats? Zou zij, die u liefheeft, nooit op
+wederliefde mogen hopen?"
+
+Er was een oogenblik stilte.
+
+Toen scheen het, alsof Zabern, de stoere, ruwe Zabern, die nooit vrees
+had gekend, die gespot had met dood en gevaar--alsof die sterke man
+zwak was geworden als een kind.
+
+"Katina!" was 't eenige wat hij stamelen kon. En op de knieën
+neervallend verborg hij het hoofd in haar schoot.
+
+"Dus mij heb je lief. Mij, den leelijken ouden kerel met éen hand,
+en een verweerd gezicht vol sabelhouwen! En dat terwijl duizend jonge
+Czernoviërs op leven en dood zouden willen vechten om jou als bruid
+te verwerven!"
+
+"Maar geen van hen is immers als Zabern!" zei Katina, in haar
+verwarring blozend en bevend tegenover een aandoening, sterker dan
+ze ooit in haar leven gevoeld had.
+
+Zabern drukte haar in zijn armen.
+
+"Katina," sprak hij, en nooit had ze geweten dat zijn stem zoo zacht
+en welluidend kon klinken, "Katina, kus me!"
+
+Zoo waren dan deze twee onwrikbare, onoverwinnelijke menschen in
+enkele oogenblikken weerloos gemaakt en tot slaven van een macht,
+die sterker is dan alle Zaberns en Katina's ter wereld: de Liefde!
+
+Nog geruimen tijd zaten ze te samen, en de Maarschalk ging zoo
+geheel in deze voor hem nieuwe gewaarwordingen op, dat, toen op
+zeker oogenblik een Secretaris aan de deur klopte, meldend dat hij
+regeeringsbrieven te overhandigen had, Zabern alle politiek vergat
+en den Secretaris toeriep, de papieren aan den duivel te brengen.
+
+"Dat blijft in de familie," mompelde de verschrikte Secretaris,
+terwijl hij, verwonderd over dezen uitval, heenging.
+
+"Ik geloof toch wel," zei Katina, "dat dit prettiger is dan opgehangen
+te worden voor het dooden van Orloff!"
+
+"Dat is het zeker," antwoordde Zabern. "En het doodschieten van Orloff
+zou bovendien een veel te lichte straf voor hem geweest zijn. Ik weet
+iets anders voor hem. En daarbij heb ik jou hulp noodig."
+
+"Als ik er toe in staat ben, beschik dan over me."
+
+"Je hebt slechts je pen te gebruiken om me te helpen. Luister hoe. Maar
+bedenk, dat ik je een staatsgeheim toevertrouw, dat zelfs de Prinses
+en het Kabinet onbekend is."
+
+Zabern zette haar nu zijn plan uiteen, eindigend met de woorden:
+
+"Nu begrijp je dus hoe je me helpen kunt?"
+
+"O Ladislas!" zeide ze, ernstig het hoofd schuddend, "ik geloof dat
+je me toch aan de galg wilt brengen!"
+
+"Dat zal je meevallen!" lachte Zabern. "Dit plan is het eenig
+mogelijke om Czernovië te bevrijden. Slechts jij en ik mogen het
+weten, en niemand zal het zoo goed als jij kunnen uitvoeren. Je zult
+het dus doen?"
+
+"Ik zal alles doen wat je me vraagt," antwoordde Katina eenvoudig.
+
+
+
+Dadelijk na haar vertrek schreef Zabern een brief van den volgenden
+inhoud:
+
+
+ "Waarde Ludovski,
+
+
+ "Mijn onderzoekingen in Warschau hebben, na zeer veel
+ mislukkingen, zooveel succes gehad, dat ik de zekerheid
+ heb binnen enkele maanden u de familiepapieren te
+ kunnen verschaffen, die Orloff bij uw verbanning had
+ achtergehouden. Dan zal het zeer eenvoudig zijn u uw
+ rechtmatigen titel van Graaf Boris Ludovski te doen hergeven,
+ en keert ge tot uw vroegere waardigheden terug. Nog slechts
+ kort zult ge de drievoudige ellende behoeven te dragen arm,
+ verloochend en bewoner van een armzalige herberg te zijn;
+ een woning, u en de uwen waardig, wacht u in Slavowitz. Uw
+ benoeming tot een eervolle staatsbetrekking, waaraan een
+ zeer ruime bezoldiging verbonden is, ligt gereed en is geheel
+ overeenkomstig uw talenten en aspiratiën.
+
+ "Bedank mij niet. Ik heb mijzelf de onevenredig groote
+ belooning voor dezen geringen dienst reeds verzekerd; uw
+ dochter Katina zal u hedenavond bij haar thuiskomst wel
+ mededeelen waarin deze bestaat.
+
+ "Geloof mij nu en steeds de trouwe vriend uit uw jeugd
+
+
+ Ladislas Zabern."
+
+
+Snel sloot Zabern dit schrijven in een envelop, belde, en zei tot
+den binnentredenden ordonnans:
+
+"Te paard, Nikita, en in galop naar de herberg van Ludovski. Breng
+hem dezen brief."
+
+
+
+
+
+
+TWEE EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+EEN GEMASKERD BAL.
+
+ Het wetsontwerp-Lipski.--Prinses Elizabeth teekent een
+ contract.--De schatten van het St. Nicolaas-Klooster.--Iedereen
+ verliest den moed, behalve Zabern.
+
+
+Het was zeven uur in den avond. Het bal masqué waarvan Felix met Zabern
+sprak, zou te tien uur beginnen. Weinig vermoedden Felix en Katina,
+toen zij gedeeltelijk in Zabern's plannen werden ingewijd, dat er
+een zeer nauw verband bestond tusschen dit bal en de Kamerzitting,
+die van half acht tot half tien gehouden zou worden.
+
+Toch was dit zoo; niemand was daarvan beter op de hoogte dan Zabern,
+die uit de geheime depęche van Orloff meer gelezen had dan Rob en
+Felix er uit begrepen hadden. In deze zitting toch zou de afgevaardigde
+Lipski een wetsontwerp indienen, om, in overweging nemende de daling
+der rijksinkomsten en de zware lasten die voor versterking van levende
+en doode weermiddelen geëischt werden, voortaan de kloosters, die tot
+nog toe door den fiscus ongemoeid werden gelaten, te verplichten tot
+een bijdrage aan 's lands schatkist.
+
+Dit wetsvoorstel zag er eenvoudig en vrij onschuldig uit; in den mond
+van een Russischgezind afgevaardigde klonk het zelfs zeer belangeloos,
+wanneer men in aanmerking nam dat het tegemoet wenschte te komen aan
+militaire uitgaven, die toch allereerst versterking van de Russische
+grens ten doel hadden. Bovendien zouden ook de meeste Czernovische
+afgevaardigden het voorstel, oppervlakkig beschouwd, zeer billijk
+achten. Het budget van Dorislas was dit jaar onmatig hoog, er moest
+op alle geoorloofde manieren geld verschaft worden. Al meermalen was
+daartoe het voorstel geopperd, de kloosters te belasten, en nu Lipski
+de eerste was die den moed had een daartoe strekkend ontwerp in te
+dienen, zou men hem zeer zeker toejuichen. Het oude gebruik, geen
+belasting te heffen van de vrij talrijke kloosters--die meerendeels
+bewoond werden door uit omringende staten onverdraagzaam verdreven
+monniken, aan wie Czernovië, waar de godsdienst geheel vrij was,
+toevlucht had verleend--dat oude gebruik was niet rechtvaardig. Enkele
+kloosters waren zeer rijk; waarom zouden zij niet naar mate van
+krachten bijdragen in de lasten van een land, dat hun gastvrijheid
+verleende?
+
+Zabern, en enkele ingewijden met hem, wisten echter welke list achter
+Lipski's optreden verscholen was; door den cijferbrief gewaarschuwd,
+zou hij Lipski het genoegen ontnemen hem onverwacht met zijn voorstel
+op het lijf te vallen--waarvan de afgevaardigde zich natuurlijk
+te voren een feest had gemaakt--en bovendien had hij daardoor de
+gelegenheid gehad zich tegen de in te dienen wet te wapenen.
+
+Hoe een en ander in zijn werk ging, en welk listig doel Lipski met
+zijn voorstel beoogde, zullen we uit het volgende vernemen.
+
+Te halfacht opende Brunowski de Kamerzitting. Met de behandeling van
+allerlei onderwerpen was het negen uur geworden. Daar Lipski zich onder
+de laatste sprekers had doen inschrijven, vermoedde Zabern dat hij
+opzettelijk eerst tegen het einde der vergadering aan het woord wilde
+komen, om een uitgebreid debat over zijn voorstel tegen te gaan, dit
+onmiddellijk verwezen te zien naar een commissie van onderzoek, en dan
+de beraadslaging in een eerstvolgende zitting te doen plaats hebben.
+
+Toen nu de President eenige adressen en andere stukken van
+ondergeschikt belang aan de orde wilde stellen, nam Zabern het woord
+en vroeg, tot verbazing der vergadering, of het niet gewenscht was,
+wegens de belangrijkheid van het onderwerp, eerst het voorstel van
+den afgevaardigde Lipski ter tafel te brengen, strekkende tot heffing
+eener belasting op de eigendommen der Czernovische kloosters.
+
+Lipski, klaarblijkelijk verrast: "Zou ik mogen weten, hoe de Minister
+van Justitie zoo juist is ingelicht omtrent den inhoud van mijn
+voorstel?"
+
+Zabern, droogjes: "Heb ik mijn mond voorbijgepraat? Was uw onderwerp
+een geheim?"
+
+Lipski: "Het lag in mijn bedoeling de Kamer aangenaam te verrassen."
+
+Zabern: "En nu heb ik u de vreugde van die verrassing ontnomen! Dat
+spijt me."
+
+Lipski: "Het spijt _mij_, dat men me klaarblijkelijk bespionneert;
+de geheimen van mijn studeerkamer schijnen zelfs niet meer voor het
+schrikbewind van den Minister van Justitie veilig te zijn."
+
+Zabern: "U vleit me. Ik heb inderdaad een uitstekend corps
+spionnen. Gaarne geef ik u echter de verzekering, dat uw schrijftafel
+de eenige plaats is, waar zij nog niet zijn doorgedrongen. Maar
+misschien zal ik ook daarin spoedig slagen." (Gelach).
+
+Lipski, woedend: "Ik vraag, hoe u er achter bent gekomen!"
+
+Zabern, verlegenheid veinzend: "Ik weet 't waarlijk niet meer.... Laat
+ik me eens bedenken--heb ik 't niet in de Kolokol gelezen?" (Gelach).
+
+De Voorzitter: "Heeren, we kunnen deze kwestie laten rusten. De
+afgevaardigde Lipski zal zijn voorstel in 't openbaar behandelen; wat
+zoo straks door ons allen vernomen wordt, en nog heden avond door alle
+nieuwsbladen verspreid, kan men bezwaarlijk een geheim noemen. Hoe
+de Minister van Justitie den inhoud van het ontwerp te weten is
+gekomen, is van geheel ondergeschikt belang, daar hij, geen geheim
+geschonden hebbende, eenvoudig den loop der beraadslagingen eenigszins
+vooruitgeloopen is. Verlangt iemand hieromtrent nog het woord?"
+
+Lipski, driftig: "Ik verlang een nadere verklaring van den Minister!"
+
+Zabern: "De beste verklaring lijkt me deze: ik ontvang dagelijks
+zooveel inlichtingen, dat ik niet op elk oogenblik precies kan
+opgeven hoe ik aan mijn gegevens kom. Het is best mogelijk, dat ik
+niet langs rechtstreekschen weg den inhoud van het ontwerp ben te
+weten gekomen--ik herinner me dat waarlijk niet meer. Maar als ik
+den geachten afgevaardigde van Russograd daarmee kan gerust stellen,
+verklaar ik gaarne, dat ik aan de omtrent hem ontvangen inlichtingen
+hoegenaamd geen waarde heb gehecht. (Gelach). Zeker niet genoeg waarde,
+om een langdurige discussie als deze te rechtvaardigen." (Daverend
+gelach).
+
+De Voorzitter: "De afgevaardigde Lipski heeft het woord voor de door
+hem aangekondigde rede."
+
+Lipski, die al de helft van zijn succes verloren zag, zette nu kort
+de bedoeling van zijn ontwerp uiteen. Zooals Zabern wel verwacht had,
+werd het met instemming door het meerendeel der leden ontvangen. Er
+werd een commissie benoemd, de beraadslaging werd voor de volgende
+samenkomst bestemd, en daarna haastten zij, die het bal zouden
+bijwonen, zich hun costuum te gaan aantrekken.
+
+Om tien uur waren de zalen en tuinen van het Paleis reeds vol vroolijke
+gasten. Het middelpunt der feestelijkheid was de ruime balzaal, waar
+het schitterende licht der gouden candelabres de talrijke veelkleurige
+costuums bescheen.
+
+Onder de menigte bevond zich Felix, overal zoekend naar de gemaskerde
+Elizabeth, die hem niet had willen zeggen welk costuum zij aantrok,
+en schertsend had opgemerkt dat hij, zoo hij haar werkelijk liefhad,
+haar ook in elke vermomming zou terugvinden.
+
+Terwijl hij zich door de zaal bewoog, trok hij menigen nieuwsgierigen
+blik tot zich, want zoowel zijn forsche figuur als zijn prachtig
+costuum vestigden onwillekeurig de aandacht op hem. Hij had zich een
+Oud-Hollandsche kleedij gekozen; een breedgerande hoed met wapperende
+veeren dekte zijn blonden krulpruik; een sierlijke fluweelen mantel
+hing in gracieuse plooien van zijn schouders, die door een kraag
+van echte Vlaamsche kant waren omsloten; de beenen staken in hooge
+bruin-lederen laarzen, en zijn hand leunde op het met diamanten
+bezette gevest van den degen. Ongetwijfeld was hij onder de vele
+kranige figuren de kranigste, en telkens werd er fluisterend gevraagd
+wie hij wel zijn kon.
+
+Eindelijk kreeg Felix een slanke vrouwengestalte in het oog, omhuld
+door het zilvergrijze nonnenkleed, die eenzaam in een deuropening
+stond, welke naar de balzaal leidde. Hij kwam naderbij, en toen de
+non opeens het hoofd naar hem toewendde, hem door de kijkgaten van
+haar masker een blik toewerpend, twijfelde hij er geen oogwenk aan
+wie zij was.
+
+"Waarom zulk een somber costuum?" vroeg hij.
+
+"Is dit costuum niet het teeken der onschuld?"
+
+"Zeker--maar ook beteekent het: afstand doen van de liefde!"
+
+"En waarom zou ik daarvan geen afstand doen?"
+
+"Omdat je mij trouw gezworen hebt!"
+
+"Ah, Felix--dus je hebt me herkend," fluisterde Elizabeth, glimlachend
+onder haar masker. "En nu vraag ik op mijn beurt: waartoe dit
+Oud-Hollandsch costuum?"
+
+"Omdat ik meende jou daarmee het meest genoegen te doen."
+
+"En je hebt het goed geraden! Juist vanavond krijgt het een
+eigenaardige beteekenis--spoedig zal je begrijpen waarom. Ga mee naar
+het terras."
+
+Felix legde haar arm in de zijne, en leidde haar uit de woelige
+balzaal naar het rustige marmeren terras, waar hij in een afgelegen
+hoekje naast haar ging zitten.
+
+Het was een heerlijke zomernacht. De lucht was zuiver en zoel;
+het klateren van talrijke fonteinen klonk als muziek. De zilveren
+maansikkel, scherp tegen een donkerblauwen hemel afstekend, en de
+gekleurde lampjes die overal tusschen het groen gloeiden, verspreidden
+een poëtisch, tooverachtig licht.
+
+Ze hadden eenigen tijd zoo gezeten, zelfs achter hun vermomming de
+grootste voorzichtigheid betrachtend, omdat Zabern verzekerd had dat
+er Russische spionnen in de zaal waren, toen Elizabeth opeens uitriep:
+
+"Ah--wie komt daar?"
+
+Felix voelde haar arm in den zijne trillen, toen langs het door de
+maan verlichte terras een hooge, statige figuur, in een monnikspij
+gekleed, langzaam het tweetal naderde. Zijn pij was in kleur geheel
+gelijk aan die van Elizabeth, en evenals de hare op elken schouder
+van een rood kruis voorzien.
+
+Toen de monnik voor hen stond, zag hij Elizabeth eenige oogenblikken
+aandachtig aan, en vroeg toen:
+
+"Mag een broeder eenige woorden richten tot een zuster van dezelfde
+orde?"
+
+"Zijn wij van dezelfde orde?"
+
+"Kunnen de bewoners van het St. Nicolaas-klooster zich in elkaar
+vergissen?"
+
+"Felix," fluisterde zij, "ik moet dien man enkele oogenblikken alleen
+spreken. Wacht hier."
+
+De Prinses stond op, en liep met den monnik al pratend het terras op
+en neer, terwijl ze telkens Felix voorbij gingen.
+
+Ofschoon dit gedrag van Elizabeth vreemd leek, giste Felix toch de
+reden. Hij wist dat het St. Nicolaasklooster het groote gebouw met de
+zingende monniken was, dat Katina hem op hun rit in de troďka gewezen
+had. Ook kende hij de bewoners van dat klooster als onverzoenlijken,
+die reikhalzend uitzagen naar het oogenblik waarop ze van de Russische
+overheersching zouden worden bevrijd. Felix vermoedde dus, dat deze
+gemaskerde een monnik was, uit dat geheimzinnig klooster met de een
+of andere gewichtige mededeeling gezonden.
+
+Het gesprek, waarvan hij geen woord kon afluisteren, duurde ongeveer
+een kwartier, en eindigde daarmee, dat de monnik de Prinses eenige
+papieren overhandigde, die zij zoo snel in haar pij verborg, dat
+Felix eigenlijk niet wist of hij goed gezien had of niet.
+
+Daarna sloop de monnik weg, en de Prinses keerde bij Felix terug.
+
+Eer hij den tijd had Elizabeth te vragen wat dit voorval beteekende,
+zag hij tot zijn verbazing een tweeden gemaskerden broeder naderen. Hij
+was geheel gekleed als de vorige, zoodat Felix eerst meende dat het
+dezelfde was, maar weldra zag hij dat deze nieuwe bezoeker kleiner
+was en steviger gebouwd. Zonder twijfel wilde ook hij de Prinses om
+een onderhoud verzoeken. Hoe lang zou dit zoo voortgaan?
+
+Elizabeth raadde zijn gedachte, en glimlachte onder de zijden franje
+van haar masker.
+
+"Geduld," fluisterde ze. "Dit is de tweede en laatste. Daar komt
+Maarschalk Zabern aan, hij zal je alles uitleggen."
+
+Bij de nadering van den monnik werden dezelfde woorden van zooeven
+gewisseld, blijkbaar een afgesproken herkenningsteeken, en daarna
+stond Elizabeth wederom op om naast den monnik op het terras heen en
+weer te loopen.
+
+Een oogenblik later verscheen wederom iemand op het tooneel, in wien
+Felix, trots domino en masker, den Maarschalk herkende.
+
+Zabern ging naast hem zitten, en richtte de blikken op de Prinses,
+die op eenigen afstand over de balustrade van het terras leunde,
+klaarblijkelijk bezig iets te schrijven.
+
+"Wat denkt ge dat de prinses op 't oogenblik doet?" vroeg Zabern.
+
+"Het lijkt wel of ze haar naam in het balboekje van een danser
+schrijft--maar dat zal zeker 't geval niet zijn?"
+
+"Meneer de Secretaris," zei de Maarschalk nadrukkelijk, "ge zijt
+getuige van een gebeurtenis, die voorbestemd is de kaart van Europa te
+wijzigen. De Prinses teekent een geheim verdrag met Leopold Kossuth,
+den kleinzoon van Lodewijk Kossuth, den ongekroonden Koning van
+Hongarije."
+
+De verbazing van Felix laat zich niet beschrijven, en hij drong bij
+den Maarschalk op naderen uitleg aan.
+
+"Sedert eenige maanden," vervolgde Zabern, "heb ik een onderneming
+op touw gezet, die een gezamenlijken opstand van Polen, Hongarije
+en Czernovië ten doel heeft. Het oogenblik van uitvoering is zeer
+nabij. Alles is gereed. De Prinses, die aan het hoofd der beweging
+staat, heeft reeds een verdrag met den leider der Poolsche bondgenooten
+geteekend. Die twee monniken zijn onze geheime agenten. De eerste
+is een Pool, die documenten uit het hoofdkwartier der patriotten te
+Warschau overbracht. De tweede is een Hongaar uit Buda, die belast
+is met de onderhandelingen met Kossuth. De maskerade van dezen avond
+werd gehouden om het naderen der Prinses mogelijk te maken, daar geen
+andere manier de vermoedens der ons omringende spionnen zoo afleidt. De
+verrader Bora, die op het oogenblik in de balzaal alle dames het hof
+maakt, vermoedt weinig wat op zoo korten afstand van hem gebeurt."
+
+"Maar denkt ge dat die drie landen het tegenover de macht van
+Oostenrijk en Rusland zullen winnen?"
+
+"Ongetwijfeld. Hongarije houdt Oostenrijk in bedwang; Polen en
+Czernovië bedreigen Rusland, en het lijdt geen twijfel of meerdere
+Balkanstaten zullen ons te hulp snellen. Bovendien vinden wij een zeer
+sterken bondgenoot in de omstandigheid, dat Engeland op het punt is
+Rusland den oorlog te verklaren in Mandschoerije, waardoor talrijke
+troepen naar de Aziatische grenzen geschoven moeten worden."
+
+"En het geld?"
+
+"Stroomt ons bij millioenen toe, vooral uit Polen, waar de minste
+boer zijn laatste kopeke gegeven heeft. Ook de financiëele steun
+van Finland is niet gering te achten. Ja, het is zelfs vrij zeker,
+dat ook de Finnen naar de wapens zullen grijpen. Behalve over een
+sterk leger, beschikken we dus ook over een enorme oorlogskas, wat
+welbeschouwd de hoofdzaak is."
+
+"En waar worden die schatten bewaard?"
+
+"In het St. Nicolaas-klooster."
+
+"Als dan de wet van Lipski er door komt, waarvan ik vanavond hoorde
+vertellen, zou men zich wel eens kunnen verwonderen over den grooten
+rijkdom van dat klooster," merkte Felix op.
+
+"Daar roert ge, zonder 't te weten, een zeer belangrijke kwestie
+aan. Oogenschijnlijk richt die wet zich alleen tegen de kloosters in
+'t algemeen, maar inderdaad is ze op het St. Nicolaas-klooster in
+'t bizonder gericht. De Russisch-gezinden schijnen te vermoeden, dat
+de monniken van die inrichting nog andere dingen doen dan zingen. Dat
+ze dit vermoeden hadden opgevat, bleek me uit het tweede deel van den
+cijferbrief, die nu ook u duidelijker zal worden. Als de beambten,
+met de taxatie belast, dat klooster binnengaan, zullen ze niet
+alleen onzen voorraad goud ontdekken, maar bovendien documenten
+die onze samenzwering aan 't licht zouden brengen, en meer dan
+dat: plannen en modellen van Russische vestingen, wapens voor niet
+minder dan honderdduizend man, springmiddelen en projectielen van
+de nieuwste vinding, die sinds maanden op allerlei manieren zijn
+binnengesmokkeld. Vindt men dat alles, dan is natuurlijk bewezen dat
+Czernovië tegen Rusland complotteert, en het doel van de wet-Lipski
+is bereikt. Alles moet dus in het werk gesteld worden om de aanneming
+te verijdelen."
+
+Op dit oogenblik voegde Elizabeth zich bij hen, en dadelijk daarna
+naderden twee zwarte domino's, in wie Zabern den Premier en Dorislas
+herkende. Men begroette elkaar, en Zabern maakte de Prinses en Felix
+aan de beide Ministers bekend.
+
+Radzivil zette zich naast de Prinses, Dorislas leunde met over
+elkaar geslagen armen tegen de balustrade. Naar het scheen waren
+beide mannen onder den indruk van het in de Kamerzitting verhandelde,
+en verkeerden ze in een sombere stemming.
+
+"Heeft Uwe Hoogheid het verdrag met Kossuth geteekend?" begon Radzivil.
+
+"Een uur geleden. De Hongaarsche agent is er mee vertrokken."
+
+"Ik vrees, Prinses, dat op het laatste oogenblik moeielijkheden
+rijzen. Ge weet wat er in de Kamer is voorgevallen--wanneer we onzen
+schat verliezen, zijn we zelf verloren."
+
+"De wet is nog niet aangenomen, Graaf. De Czernovische patriotten
+hebben de meerderheid in de kamer."
+
+"Maar zij beseffen de geheime bedoeling niet van de wet! Zij zullen
+te goeder trouw vóórstemmen! En het zou te gevaarlijk zijn ons geheim
+aan tachtig personen mede te deelen, hoe goed ze ons ook gezind mogen
+zijn. Lipski legde heden avond nog eenige statistieken ter inzage, de
+waarde der schatten in de verschillende kloosters aangevend. Natuurlijk
+zijn die denkbeeldig--..."
+
+"Omdat," viel Dorislas in, "Lipski er geen begrip van heeft hoeveel
+millioenen in het St.-Nicolaasklooster liggen opgehoopt."
+
+"Juist," vervolgde Radzivil. "Uit die statistieken volgt, dat
+de opbrengst der kloosterbelasting gedurende een geheel jaar alle
+bestaande rijksbelastingen zou kunnen vervangen. Daar is men natuurlijk
+begeerig op aangevallen. Ook aan onze zijde zal men vrij algemeen
+vóór de wet stemmen."
+
+Men zat eenige minuten in zwijgen verzonken, onder den indruk
+van Radzivil's woorden. Zou die sluwe Lipski nu opeens aan de zoo
+schoone verwachtingen der patriotten den bodem inslaan? Zou alles
+vergeefs geweest zijn? Een sombere, neergeslagen stemming maakte
+zich van die kleine groep onverzoenlijken meester. Alleen Zabern
+scheen allen moed niet te hebben verloren; een onmerkbare glimlach
+speelde om zijn lippen, als zag hij een uitkomst, waar de anderen
+aan redding wanhoopten. Maar hij verried door geen enkel woord zijn
+geheime gedachten.
+
+"Kunt Uwe Hoogheid niet weigeren de wet te teekenen?" vroeg Felix.
+
+"Het Charter verplicht mij elke wet te teekenen, die door de Kamer
+is aangenomen. Wel kan ik in enkele gevallen weigeren, doch dan heeft
+de Kamer het recht van beroep op de drie toeziende Staten."
+
+"Kunt ge de Kamer niet ontbinden, en een nieuwe verkiezing
+uitschrijven?" vervolgde Felix.
+
+"We zouden er niets bij winnen," zei Radzivil, "hoe de meerderheid
+ook is, Russisch of Czernovisch--de wet behoudt haar zelfde
+aantrekkelijkheid."
+
+Dorislas, die graag Zabern's middeleeuwsche maatregelen nadeed,
+stelde voor:
+
+"Laten we doen als Cromwell: op den dag der stemmen worden soldaten
+achter de zetels der kamerleden geplaatst. Wie niet tegenstemt voelt
+een bajonet in zijn hals. Ook zouden we enkele leden in de doos kunnen
+stoppen, totdat de stemming afgeloopen is."
+
+Elizabeth glimlachte.
+
+"Dat zou de rechte manier zijn om de tusschenkomst der drie Mogendheden
+te bewerken!"
+
+"Is het niet mogelijk," opperde Felix, "alle papieren, schatten en
+wapens in't geheim weg te voeren?"
+
+"Onmogelijk," zei Dorislas. "Alle kloosters worden door militairen
+bewaakt. Dat is een zeer begrijpelijke maatregel, dien ik in Lipski's
+geval ook geëischt zou hebben. Hadden de monniken de gelegenheid
+hun bezittingen in veiligheid te brengen, dan zou de heele wet een
+dwaasheid zijn."
+
+Niemand durfde meer een oplossing aan de hand doen, die er trouwens
+niet scheen te zijn.
+
+"Als de wet wordt aangenomen," zei Dorislas, "zie ik maar éen weg
+uit de moeielijkheid. De monniken moeten trachten den een of anderen
+donkeren nacht het klooster in stilte te verlaten, een langzaam
+brandenden lont achterlatend, waardoor het kruitmagazijn in de lucht
+vliegt."
+
+"En daarmee zou al onze hoop vervlogen zijn!" zuchtte de Prinses.
+
+"Dat zou 't. Maar bedenk, Hoogheid, wat er gebeuren zou, ook al
+werden de papieren tijdig verbrand: Rusland zou in het klooster,
+dat eigenlijk meer een fort en een arsenaal is, een enormen voorraad
+goud en oorlogsmateriaal vinden. Dat staat evenzeer gelijk met onzen
+ondergang."
+
+"Het verwondert me, dat de Maarschalk nog niets gezegd heeft,"
+glimlachte Elizabeth. "Dat is het zekere bewijs dat hij over een of
+ander plan denkt. Zeg ons eens, Maarschalk, denkt ge wezenlijk dat
+er nog iets te redden valt?"
+
+"Ik ben er vast van overtuigd, Hoogheid," zei Zabern bedaard, en tot
+groote verrassing der overigen.
+
+"De wet-Lipski zal met groote meerderheid worden verworpen."
+
+"Wat!" riep Radzivil, ongeloovig, en benieuwd naar het door Zabern
+aan te geven middel, "en hoe wilt ge dat resultaat bereiken?"
+
+"Wanneer ik dat vertel, is alles al van te voren mislukt. Mijn plan
+eischt absolute geheimhouding."
+
+"Zelfs voor de Prinses?" vroeg Elizabeth.
+
+"In de eerste plaats voor de Prinses," antwoordde Zabern met een
+eigenaardigen glimlach.
+
+Elizabeth was natuurlijk zeer verwonderd over dit antwoord.
+
+"Ik zal me daarbij neerleggen, Maarschalk, ofschoon u mijn
+nieuwsgierigheid op een harde proef stelt. Maar u hebt mijn vertrouwen
+nooit beschaamd--"
+
+"En ik zal 't ook nu niet doen, Hoogheid."
+
+"Dan," zei Elizabeth, terwijl uit de balzaal de muziek van een slepende
+Hongaarsche wals naar buiten ruischte, "dan mag de Prinses dansen,
+als Zabern de wacht houdt. Secretaris--uw arm. Ik beloofde u een
+dans, en ik zal mijn woord houden. Maar wil eerst deze papieren van
+mij overnemen, Maarschalk; het zou gevaarlijk zijn als ik ze op den
+dansvloer liet vallen!"
+
+En Elizabeth, den Maarschalk de documenten overhandigend die zij
+zooeven had ontvangen, ging aan Felix' arm naar de balzaal.
+
+Dit gunstbetoon aan haar Secretaris deed Radzivil en Dorislas een blik
+van verwondering wisselen, maar eer zij er verder over konden nadenken,
+werd hun aandacht getrokken door een rumoer van verscheiden stemmen,
+dat uit de richting kwam tegengesteld aan die welke de prinses had
+ingeslagen.
+
+De drie Ministers zagen een groep gemaskerden op zich toekomen,
+dames en heeren, in fantastische costuums gekleed, en blijkbaar in
+de vroolijkste stemming, daar ze luid lachten en praatten.
+
+"Wie is dat nu?" vroeg Radzivil, naar een forschgebouwde gestalte
+wijzend, die als Peter de Groote was gekleed.
+
+"Een barbaar, die een anderen barbaar naäapt," zei Zabern, den
+bedoelden persoon herkennend.
+
+"De Hertog van Bora?"
+
+"Juist, en omringd door zijn gunstelingen en satellieten, juichend
+om het onbetwijfeld succes van Lipski's wet, waarvan ze den val
+der Prinses verwachten. Laat ze lachen. Over enkele dagen zullen ze
+huilen. We zullen onze maskers afdoen en ze aan het praten brengen;
+ik ben benieuwd wat ze te vertellen hebben."
+
+Toen de Hertog en zijn vrienden naderden, ontmaskerde het drietal
+zich. Bora herkende hen en kwam naar hen toe, blijkbaar zich spitsend
+op de verslagenheid der Ministers.
+
+"Dat is een leelijke knauw voor de Prinses, Maarschalk," zei de Hertog
+brutaal, terwijl hij een sigaret opstak. "De wet-Lipski gaat er zeker
+door." I
+
+"Door? O heden neen. Niets daarvan!" zei Zabern allervriendelijkst.
+
+"Wat?" riep Bora, onder het gelach van zijn aanhangers. "Denkt u dat
+ze allemaal zullen stemmen als u? Zelfs de heftigste patriotten zijn
+er vóor!"
+
+"Zoudt u denken?" vroeg Zabern koeltjes. "Het Huis zal voltallig zijn,
+honderdtwintig leden. Nu, ik waag me aan de voorspelling, dat er een
+getal van zeventig leden zal gevonden worden om de wet te verwerpen."
+
+"Dus met twintig stemmen meerderheid voor het Ministerie?"
+
+"Juist. Twintig stemmen."
+
+Bora lachte luidkeels.
+
+"Ik zou wel eens willen weten, wat u daaronder verwedden wilt!"
+
+"Elke som die u wenscht te noemen."
+
+"Ik zet vijfduizend roebels tegen!" zei de Hertog.
+
+"O, Uwe Genade! Als u zoo zeker is van uw slag, geef uzelf dan een
+grooter kans," zei Zabern bescheiden.
+
+"Wel, dan verdubbel ik het bedrag. Tienduizend roebels, dat de
+tegenstemmers beneden de zeventig blijven."
+
+"Dezelfde som, als het Ministerie geen zeventig stemmen aan haar
+kant heeft!"
+
+"Aangenomen!"
+
+"Dat zou ik wel graag op papier hebben," zei Zabern.
+
+Terwijl ten overstaan der wederzijdsche getuigen de overeenkomst op
+schrift werd gesteld, richtte Radzivil zich op verontwaardigden toon
+tot den Hertog.
+
+"En u gaat dus een weddenschap aan op een maatregel, waarvan u weet
+dat hij de Prinses onaangenaam is?"
+
+Bora haalde de schouders op.
+
+"Och, over deze wet kunnen de beste vrienden van meening
+verschillen. Denk er aan," zoo wendde hij zich opeens tot Zabern,
+"dat er niet ondershands gewerkt moet worden om de wet te doen vallen,
+of mijn weddenschap wordt krachteloos verklaard. Geen omkooperij van
+de zijde van het Ministerie."
+
+"Omkooperij laten we aan Lipski over, en aan zijn lastgever Orloff,"
+zei Zabern. "Of moet ik 't in het meervoud zeggen: zijn lastgevers?"
+
+Bora maakte even een verschrikte beweging.
+
+"Ge ziet, waarde Hertog," zei Zabern luchtig, "dat we op de hoogte zijn
+van wat er achter de schermen omgaat. Orloff trekt aan de touwtjes
+in zijn paleis te Warsim, en de poppen in de Kamer van Slavowitz
+dansen. De volgende week zult ge _mij_ aan de touwtjes zien trekken!"
+
+De Hertog werd eenigszins ongerust door de zekerheid waarmee Zabern
+sprak, en de juistheid waarmee hij scheen ingelicht. Zou die man
+opnieuw over hem triomfeeren?
+
+"Ge durft heel wat zeggen, Maarschalk," sprak hij dreigend, "maar ik
+denk dat ik mijn roebels zal winnen!"
+
+Met deze woorden ging hij heen, door zijn gezelschap gevolgd.
+
+Toen hij weg was, keerde Radzivil zich tot Zabern, en zei verschrikt:
+
+"Het lijkt wel of die Hertog uw beste vriend is! u verraadt hem
+alles. Hoe durft u zoo openlijk met hem spreken!"
+
+"Omdat ik zoo zeker van mijn zaak ben," zei Zabern kalm. "En ge
+weet, ik houd niet van geheimzinnigheid in de politiek. Ja, ik ben
+zoo zeker van mijn zaak, dat ik de Prinses hedenavond een besluit
+heb doen teekenen, waarbij de gevangenisstraf, die den Hertog morgen
+door de rechtbank voor die duelkwestie wordt opgelegd, bij wijze van
+gratie wordt veranderd in vervallenverklaring van zijn waardigheden
+als Minister en als Legercommandant. We kunnen nu openlijk optreden. We
+zijn niet bang meer voor Rusland, en we behoeven den Hertog niet meer
+te sparen. Ook heeft de Prinses hem heden middag ronduit medegedeeld,
+dat zij onherroepelijk van een huwelijk met hem afziet. Dat verbaast
+u, heeren? U zult u nog veel meer verbazen. De 15de September zal de
+val van Bora zijn."
+
+"De 15de September?" zei Dorislas. "Dat is immers de kroningsdag van
+de Prinses?"
+
+"Juist," antwoordde Zabern, "de kroningsdag van de Prinses, de sterfdag
+van den Hertog, de bevrijdingsdag van Czernovië."
+
+Radzivil en Dorislas zwegen verbaasd, zóoveel orakeltaal ging hun
+verstand te boven.
+
+
+
+
+
+
+DRIE EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+EEN MOORDAANSLAG OP DE PRINSES.
+
+ Rob wordt met een benoeming verrast.--De wapenschouwing.--Twee
+ schoten op de Prinses.--De daders ontsnappen.--De wet-Lipski
+ komt in stemming.--De verrassing van Zabern.--De moordenaar
+ wordt gevat.--De kelder van Lipski.--Zabern schrijft een
+ brief.--
+
+
+De dag, waarop in de avondzitting der Kamer over het lot der wet-Lipski
+zou beslist worden, en mogelijk dus ook over het lot van Czernovië,
+viel toevallig samen met de jaarlijksche wapenschouwing over het
+Czernovische leger.
+
+Deze revue had plaats op een groote vlakte, eenige mijlen buiten
+Slavowitz, en werd door de Prinses zelf gehouden.
+
+Reeds in den vroegen morgen was men algemeen bezig zich voor te
+bereiden voor dit feest. Het was gewoonte dat bijna de geheele
+bevolking de revue kwam bijwonen, terwijl zij die 't zich veroorloven
+konden in rijtuigen, en voorzien van eet- en drinkwaren, naar het
+veld reden. Men mocht dus terecht van een feest spreken.
+
+Ook Rob, die verlangend was dit militair schouwspel van naderbij te
+bezien, stak zich al tijdig in de kleeren, bij zichzelf berekenend
+hoe hij het meest van den dag zou kunnen profiteeren. Juist wilde hij
+op weg gaan, toen een bediende--Rob logeerde nog steeds in het Hotel
+Czernovië--hem berichtte, dat een lakei hem, namens den Maarschalk
+Zabern, verzocht in het Paleis te willen komen. Benieuwd wat de
+Maarschalk verlangde, haastte hij zich naar het Paleis en verzocht
+den commandant der wacht, hem bij den Minister van Justitie te doen
+aandienen.
+
+Enkele oogenblikken daarna stond hij in het studeervertrek van den
+Maarschalk. Deze was bij zijn binnenkomst opgestaan, en kwam hem nu
+tegemoet, hem vriendelijk de hand reikend. Nadat hij hem verzocht
+had plaats te nemen, zei Zabern:
+
+"Meneer Rensma, ik voel behoefte u nogmaals mijn dank te betuigen voor
+de diensten, die u het land bewezen hebt door uw krachten met zulk
+succes aan de oplossing van het cijferschrift te beproeven. Zooals
+u weldra ervaren zult, hebt u daarmee een nog verdienstelijker werk
+verricht dan u zelf wellicht vermoedt. Het zal u later duidelijk worden
+waarom ik juist vandaag behoefte gevoel u dien dank te brengen. Er is
+bovendien meer wat ik in u meen te moeten prijzen. Ik heb herhaaldelijk
+uw handelingen gadegeslagen, en daarbij met vreugde waargenomen,
+dat ge alles in het werk stelt om Czernovië te leeren kennen en een
+goed Czernoviër te worden."
+
+Hier merkte Rob bescheiden op, dat hij dit zeker niet had kunnen doen
+zonder de hulp van den Maarschalk, die hem in staat had gesteld zich
+nader te bekwamen als schutter en schermer, die de manége en het
+stalpersoneel van het Paleis voor hem beschikbaar had gesteld om
+zich in het paardrijden te oefenen, die hem toegang had verschaft
+tot alle museums en andere inrichtingen van wetenschap en kunst in
+Slavowitz--kortom, zonder wien hij nooit had kunnen doen waarvoor
+hij nu lof oogstte.
+
+De Maarschalk vervolgde:
+
+"Ik heb naar een middel gezocht om uw ijver en uw toewijding
+te beloonen, en ik meen dat middel gevonden te hebben in het
+volgende. Mijn werkzaamheden nemen met den dag toe; ik heb steeds
+hardnekkig geweigerd daarbij hulp aan te nemen, ten deele ook omdat
+ik in de meesten mijner politieke aangelegenheden geen vreemde oogen
+wensch toe te laten. Het werk overstelpt me echter; daarom--wetende
+dat ik op uw stilzwijgendheid kan rekenen--noodig ik u uit de benoeming
+tot mijn Particulier Secretaris te aanvaarden."
+
+Rob kon zijn ooren nauw gelooven. In den mond van een man als Zabern
+namen zulke woorden een zeer belangrijke beteekenis aan, en hij wist
+niet wat hij tegenover zulk een groote onderscheiding doen moest. Hij
+stamelde zijn dank en drukte de hoop uit, dat hij aan het gestelde
+vertrouwen zou kunnen voldoen.
+
+"Aan dat laatste twijfel ik niet!" zei Zabern lachend. "Wanneer
+ik je niet vertrouwen kon, waarde Secretaris, had ik dat al lang
+gemerkt. Mijn spionnen hebben je nader op de hielen gezeten dan je
+zelf ooit wist."
+
+En op een vragenden blik van Rob vervolgde Zabern:
+
+"Ik ga nooit over éen nacht ijs. Zoolang jij en je vriend hier
+zijn en ik de overtuiging had dat jullie me van nut konden worden,
+heb ik je beiden duchtig laten bewaken. Voor je deur heeft dag en
+nacht een van mijn agenten gestaan. Toen ik je het cijferschrift in
+handen had gegeven, zou elke verdachte beweging je den hals hebben
+gekost! Ja--de oude Zabern is nu eenmaal 'n gevaarlijk heer om mee
+om te gaan. Maar als je 't tot z'n Secretaris hebt gebracht--och,
+dan zal z'n gevaarlijkheid je nog wel meevallen. Maar we verpraten
+onzen tijd. Er is een plaats voor je in een rijtuig, dat met den
+stoet van de Prinses meegaat. Hier is het bewijs, dat je aan den
+ceremoniemeester moet laten zien, dan is alles in orde. En hier--je
+benoeming tot Secretaris, steek die in je zak. Ik had er maar op
+gerekend dat je het zou aannemen. Een uniform krijg je ook nog, alleen
+'n beetje minder mooi dan die van Van Heelstra. Ja, ja--'t is goed,
+hoor; bedank me maar niet. 't Is hoog tijd om te vertrekken."
+
+Tien minuten daarna had Rob het rijtuig gevonden en zette de stoet
+zich in beweging naar het paradeveld.
+
+De revue was een schitterend schouwpel, en Felix gaf, tot ingenomenheid
+der Prinses, telkens zijn bewondering te kennen.
+
+Een eigenaardig en beteekenisvol onderdeel van dit schouwspel
+vormde het St.-Nicolaasklooster, welks achterzijde op de vlakte
+uitzag. Elizabeth's landauer stond bijna in de schaduw van zijn grijze
+Gothische torens.
+
+Het gezang der monniken, sinds jaren onafgebroken, was duidelijk te
+hooren, al mengde het zich met de krijgshaftige geluiden daarbuiten. Om
+het klooster liepen langzaam de schildwachten heen en weer, de Prinses
+toonend dat er op dit oogenblik een macht bestond, waarvoor haar
+wil moest buigen. Deze gedachte stemde haar somber, niettegenstaande
+Zabern's verzekeringen dat alles goed zou afloopen; hoe ze ook zon,
+ze begreep niet welke maatregelen hij genomen kon hebben om de wet
+te doen vallen. Naar haar overtuiging bestond er maar éen middel:
+de patriottische afgevaardigden in het geheim te nemen, en hen de
+reden mee te deelen waarom de Prinses de wet wilde zien vallen,
+hoezeer deze oogenschijnlijk in het belang van Czernovië was. Maar
+zou een geheim, aan zeventig personen bekend, nog een geheim zijn? En
+bovendien: mocht de gezindheid dier zeventig mannen van elk hunner
+als onverdacht beschouwd worden?
+
+Niets had gedurende deze week de meening gewijzigd, dat de Kamer
+omtrent de wet van gedachten zou veranderen; integendeel bewees de
+toon der debatten dat er slechts een zeer klein aantal tegenstemmers
+zou zijn.
+
+Geen wonder, dat Elizabeth, ofschoon zij elk regiment dat voorbij
+marcheerde met een glimlach begroette die aller harten won, een
+vreesaanjagende moedeloosheid voelde bij de gedachte aan den komenden
+avond.
+
+Toen de revue geëindigd was, nam de Prinses met haar gevolg den
+terugweg aan. Felix en Radzivil zaten naast elkaar in denzelfden
+landauer als Elizabeth, terwijl Zabern daarachter reed aan het hoofd
+van een afdeeling huzaren.
+
+Ongeveer een mijl van de paradeplaats af, was de weg over een
+grooten afstand met dicht kreupelhout omzoomd. Terwijl het rijtuig
+voortreed, zagen de voorrijders twee mannen aan den kant van den weg
+op een omgevallen boomstam zitten. Ze zagen er ruw en armoedig uit,
+waarschijnlijk kolenbranders of houthakkers; de eene, met een zwarten
+baard, hield een krant in de handen en las er blijkbaar uit voor,
+terwijl zijn kameraad, een man met een rooden baard, te luisteren
+scheen.
+
+Toen de landauer tot op enkele passen van de mannen was genaderd,
+sprongen zij met verbluffende snelheid op, en men zag dat de roodbaard
+een revolver in de hand hield. Zijn wapen opheffend, richtte hij het
+op de Prinses en schoot het zoo snel af, dat de voorrijders zelfs
+den tijd misten om een kreet te uiten.
+
+Elizabeth had niets van het dreigend gevaar bemerkt, daar ze met den
+Premier in een levendig gesprek was gewikkeld.
+
+Een schot schoot een struisveer van haar hoed in stukken, een tweede
+kogel vloog zoo dicht langs haar slaap, dat de wenkbrauw licht
+geschroeid werd.
+
+Daarna, als ontsteld over de stoutheid van hun daad, en vreezend
+door de huzaren achtervolgd en gegrepen te worden, keerden de twee
+mannen zich om, zonder de uitwerking van de schoten waar te nemen,
+en stortten zich in het kreupelhout, juist toen Zabern's stem een
+donderend: "Vuur!" commandeerde.
+
+Een twaalftal karabijnen brandde los--maar een seconde te laat.
+
+Felix en Radzivil, die met den rug naar de paarden hadden gezeten,
+begrepen eerst nu wat er voorgevallen was.
+
+"Prinses, is u gewond?" riep de Premier, die veel verschrikter was
+dan Elizabeth zelf.
+
+"Neen," antwoordde ze met een zwakke stem, maar glimlachend, "ze
+hebben me gemist."
+
+"Graaf Radzivil," riep Felix, "blijf bij de Prinses, terwijl ik de
+schurken nazit!"
+
+De verschrikte jockey's hadden het rijtuig tot staan gebracht; Felix
+sprong er uit, juist toen Zabern met de huzaren kwam aangaloppeeren,
+getuigen van een daad die zij niet hadden kunnen verhoeden.
+
+Bemerkend dat de boomen te dicht opeen stonden om de paarden door te
+laten, sprongen zij uit den zadel, en snelden Felix achterna, die nu
+in het kreupelhout was verdwenen. Onder de voorsten behoorden Zabern
+en Nikita.
+
+Op vrij grooten afstand voor zich kreeg Felix de beide schurken in het
+oog; ze liepen achter elkaar, en telkens zag Felix ze als kangaroes in
+de hoogte springen--een omstandigheid waarvan hij spoedig de oorzaak
+begreep. Want toen hij zijn revolver al loopende op den achtersten
+man afvuurde, struikelde hij over een verborgen hindernis, en het
+schot ging de lucht in. Ofschoon duizelend van den val, sprong hij
+weer op, en zag de beide mannen achter de kromming van een nauw pad,
+dat ze nu volgden, verdwijnen. Nauwelijks had hij tien passen gedaan,
+of opnieuw stootte hij op een hindernis en sloeg hij tegen den grond.
+
+De vluchtelingen hadden maatregelen genomen om hun terugtocht te
+verzekeren. Sterke ijzerdraden, op onregelmatige afstanden en te
+halver kniehoogte geplaatst, liepen van boom tot boom, en waren
+door het dichte struikgewas verborgen. Toen Felix dit begreep en ook
+kangaroe-sprongen begon te maken om over het ijzerdraad heen te komen,
+hadden de vluchtelingen al een ruimen voorsprong beet.
+
+Even voorbij den laatsten draad splitste het pad zich in drieën,
+en de hier bijeen gekomen vervolgers stonden een oogenblik stil, om
+uit te maken welke richting zij kiezen zouden. Het scherpe oog van
+Zabern ontdekte een lichtkleurig voorwerp, dat eenige passen verder
+op het linkerpad lag. Het bleek een roode muts te zijn, die de man
+met den zwarten baard had gedragen, en die met een blikken plaatje,
+waarop 't portret van den Czaar, versierd was.
+
+"Dan dezen weg in!" riep Zabern.
+
+Men zette de vervolging weer voort; het pad was zoo smal, dat men
+slechts achter elkaar loopen kon. De grond begon hoe langer hoe weeker
+en moerassiger te worden. Dat bracht Zabern tot staan.
+
+"Er zijn hier geen voetsporen. We zijn op een verkeerden weg. Terug. De
+schurken hebben die muts opzettelijk hier neergegooid om ons te
+misleiden."
+
+Woedend over dit tijdverlies snelden zij terug naar het knooppunt,
+en terwijl Zabern met Felix en Nikita het rechter pad volgden, namen
+eenige huzaren, die door hun zware laarzen slechts langzaam vooruit
+gekomen waren, het middelste.
+
+"Misschien hebben ze geen van deze paden gevolgd," zei Felix onder
+'t loopen, "en liggen ze ergens in 't bosch verborgen."
+
+"Dat kan; maar laten we eerst de wegen afzoeken; daarna kunnen we
+nog altijd een cordon om het bosch trekken."
+
+"Maarschalk, zag u het gezicht van den man die vuurde?" vroeg Nikita.
+
+"Niet duidelijk."
+
+"Russakoff, de spion--of ik heet geen Nikita."
+
+"Dat dacht ik eerst ook, maar Russakoff is veel grooter," zei
+Felix. "Deze twee troffen me juist door hun korte gestalte."
+
+"Toch ben ik er zeker van!"
+
+"Nu, wanneer we ze eenmaal hebben, dan zullen we wel zien wie gelijk
+heeft."
+
+Na enkele minuten kwamen ze uit op den grooten weg aan de andere
+zijde van het bosch. Een snelle blik naar rechts bracht Zabern in de
+hevigste woede.
+
+Ver op den witten, stoffigen weg, die zich tot aan den horizon in
+een rechte lijn uitstrekte, waren drie zwarte voorwerpen zichtbaar,
+die elk oogenblik kleiner werden.
+
+"Ontsnapt!" riep Zabern. "Kijk--daar zijn hoefslagen in de klei. Er
+was dus een handlanger die hen opwachtte. Binnen tien minuten zijn ze
+over de grens, en ik twijfel er niet aan of ze hebben goede Russische
+paspoorten."
+
+Hiermee was elke gedachte aan een verdere vervolging een dwaasheid
+geworden.
+
+
+
+De nacht was gevallen.
+
+Zoowel binnen als buiten de Kamer heerschte groote opgewondenheid. De
+wet-Lipski was langzamerhand een volkszaak geworden, zonder dat men
+recht wist waarom. De een koos partij er tegen, omdat hij de kloosters
+haatte, de ander er vóór omdat hij hetzelfde geloof beleed als de
+monniken. Deze was de wet gunstig gezind omdat ze geld inbracht, gene
+hoopte op haar val, omdat de Prinses er niet mee ingenomen was. En
+allen voelden instinctmatig, dat er iets achter deze wet schuilde.
+
+Allerlei menschen stonden voor het kamergebouw opeen gepakt: Polen,
+Russen, Joden, Tartaren, Kozakken, Hongaren, Rumenen, Serviërs--maar
+uit een politiek oogpunt beschouwd waren er slechts twee partijen:
+Czernovisch- en anti-Czernovischgezinden. Neutralen waren er niet.
+
+De opgewondenheid was zoo groot, dat Zabern's rijtuig door kwaadwillige
+Russen werd bemoeilijkt, en door soldaten ontzet moest worden; hetgeen
+eenige verontwaardigde Polen aanleiding gaf, Lipski niet binnen
+te laten eer hij een flink pak slaag in ontvangst genomen had. Dit
+eenmaal begonnen spelletje werd algemeen voortgezet, zoodat een sterke
+militaire en politiemacht ontboden moest worden om de afgevaardigden
+gelegenheid te geven de Kamer te bereiken. Het voorplein werd door
+een cordon huzaren afgezet.
+
+Het rumoer drong ook in de Vergaderzaal door, waar dien avond over de
+wet beslist zou worden. De vergadering was, wat niet dikwijls gebeurde,
+voltallig; rechts van de voorzitterstafel zaten de Ministeriëelen,
+links de Oppositie. Brunowski's bel was voortdurend in beweging,
+want het debat had een zeer scherpen toon aangenomen.
+
+Lipski beschuldigde het Ministerie boeven te hebben omgekocht om de
+leden van de Oppositie te beletten de Kamer te bereiken.
+
+Zabern wees op zijn gehavende kleeren, en bracht spottend hulde
+aan het gepeupel, dat zijn gunsten onpartijdig over de beide zijden
+verdeeld had.
+
+De Hertog van Bora, hoewel geen lid van de Regeering meer, was als
+afgevaardigde aanwezig, en had duidelijk zijn partijkeuze kenbaar
+gemaakt door een plaats naast Lipski in te nemen.
+
+Lesko Lipski, afgevaardigde van Russograd, uitgever van het
+anti-ministeriëele nieuwsblad De Kolokol, leider van de oppositie, en
+ontwerper van de Klooster-Wet, wiens costuum volgens de laatste mode
+een beetje door de Polen gehavend was, keek rond met dien brutalen,
+uitdagenden glimlach, waarvan hij de uitsluitende bezitter was.
+
+Er was in de Kamer die zenuwachtige spanning, welke voorafgaat aan alle
+beslissende oogenblikken, waarin een knagende onzekerheid opgeheven
+zal worden, en die te opmerkelijker was, daar toch eigenlijk iedereen,
+behalve Zabern, zich overtuigd hield dat de wet er door komen zou.
+
+De moordaanslag, welke dien ochtend op de Prinses was gepleegd,
+had niet weinig bijgedragen tot de zenuwachtige spanning waarin men
+verkeerde. Haar populariteit, de sympathie, die de patriotten haar
+toedroegen, was er zeer door versterkt, en de oppositie had er een
+onrustig vermoeden uit geput, dat deze omstandigheid van invloed zou
+zijn op de stemmen der patriotten, die allicht, onder den indruk van
+het gebeurde, en wetend dat de Prinses om de een of andere onbekende
+reden de wet niet genegen was, zich zouden laten beďnvloeden om tegen
+hun eigen overtuiging in te stemmen. In elk geval was men algemeen
+van oordeel, dat de Regeeringspartij sedert dien morgen zeer in kracht
+was toegenomen.
+
+Een half uur vóor middernacht stond Zabern op om het debat ten gunste
+van het Kabinet te keeren.
+
+Zijn opstaan was het sein tot een vijandige beweging van Russische
+zijde. Men was--al wilde men 't niet bekennen--aan die zijde bang voor
+'t geen hij zeggen ging. Niet dat de Maarschalk zulk een welsprekend
+redenaar was; integendeel. Hij had alle verachting van den soldaat
+voor veel praten en voor de "mannen van het woord," zooals hij de
+afgevaardigden noemde; hij voelde meer voor een militair dictatoriaat
+dan voor een parlementaire wetgeving. Daarom werd zijn stem zelden
+in de Kamer gehoord; maar _als_ hij sprak, was het kort, gebiedend
+en raak; en meermalen besliste hij over de twijfelaars te zijnen
+gunste. En het aantal twijfelaars was dezen avond groot.
+
+In het eerst kon zelfs de donderende stem van Zabern zich niet
+verstaanbaar maken. Telkens als hij beproefde te spreken, gingen
+zijn woorden in het rumoer verloren, dat de oppositie in de plaats
+stelde van haar welsprekendheid, en dat voornamelijk in het stampen
+met voeten en het klapperen met lessenaars bestond.
+
+Voor volle twee minuten bewoog Brunowski de bel, maar zonder eenig
+effect. Blijkbaar wilde de oppositie Zabern beletten aan het woord
+te komen.
+
+Ten slotte gaf Brunowski een wenk aan een der boden, en bijna
+onmiddellijk daarop trad een afdeeling gewapende grenadiers binnen,
+waarvan er zich een achter den stoel van elken afgevaardigde
+opstelde. Een plotselinge stilte volgde. De President verklaarde nu,
+elkeen die de orde wilde verstoren onmiddellijk uit de zaal te zullen
+doen verwijderen. Dat hielp, want de oppositie begreep geen enkele
+stem te kunnen missen.
+
+De Maarschalk begon nu met te zeggen, dat hij zich verplicht gevoelde
+eenigen uitleg te geven omtrent den aanslag, die heden morgen op de
+Prinses was gepleegd.
+
+Nauwelijks had hij dit gezegd, of Lipski stond op.
+
+"Meneer de voorzitter, ik protesteer. De Maarschalk is buiten de
+orde. Hij vermijdt het eigenlijke onderwerp van het debat."
+
+"De Maarschalk zal ongetwijfeld het verband duidelijk weten te maken,"
+antwoordde Brunowski.
+
+"De Kamer zal begrijpen," vervolgde Zabern, "waarom de geachte
+afgevaardigde den naam der Prinses buiten de discussie wenscht
+te houden. Wie is verantwoordelijk voor den moordaanslag? Niet
+de ellendige, wiens schot, gelukkig voor de Prinses en Czernovië,
+zijn doel miste. Neen, heeren, veroordeel dan den kogel of straf
+het pistool. De daders huizen elders. De ware daders zijn zij, die
+in woorden en geschriften verzet kweeken tegen de openbare macht en
+het hoofd van den Staat. En van die personen"--hier verhief Zabern
+donderend zijn stem--"is de afgevaardigde voor Russograd het hoofd!"
+
+Lipski vloog op.
+
+"Meneer de President, moet ik hier blijven zitten, en me moordenaar
+laten noemen zonder te mogen protesteeren?"
+
+"Zeker niet. De Maarschalk moet zijn beschuldiging intrekken,
+of--bewijzen."
+
+"Het bewijs volgt. De twee ellendelingen, die op de Prinses schoten,
+zaten vóor den aanslag aan den weg, een krant lezend, waaruit zij
+blijkbaar de goedkeuring van hun daad putten. Ik zie den uitgever van
+dat blad al onrustig worden, want de naam ervan is de Kolokol. De
+moordenaars waren ijverige bestudeerders van de Kolokol, en in den
+uitgever zagen ze blijkbaar een groot politiek leider."
+
+"Waarom?" riep de Hertog.
+
+"Om de volgende reden," antwoordde Zabern, een vuil exemplaar van
+de Kolokol te voorschijn halend. "Hier is het blad dat de mannen op
+hun vlucht lieten liggen. Het bevat een artikel getiteld: "Harmodius
+de Patriot", en in margine zijn potloodaanteekeningen gemaakt als:
+"Goed zoo!"--"Zeer waar!"--ja, zelfs staat er in slecht Russisch:
+"Dood aan de Prinses!""
+
+Zabern hield de krant voor zich uit, om die de vergadering te laten
+zien.
+
+"Ik behoef de Kamer er wel niet aan te herinneren, dat Harmodius
+een Griek was, die den regeerder van Athene vermoordde en voor die
+daad door zijn medeburgers als een goed patriot werd geëerd. Waarom
+publiceert een uitgever, in plaats van de politieke gebeurtenissen
+van den dag, een artikel over een voorval dat meer dan drie-en-twintig
+eeuwen oud is? Omdat hij de leer wenscht te verkondigen, dat het ook
+heden een goede daad kan zijn het hoofd van een Staat te vermoorden."
+
+"Ik protesteer tegen die uitlegging!" riep Lipski.
+
+"Ten minste twee van uw lezers zijn 't met me eens, en hebben uw
+wenken in practijk gebracht. Ge ziet nu het effect van uw onderwijs
+in politiek; neem nu ook de verantwoordelijkheid voor uw uitingen op
+u. Ik zal de vrijheid nemen uw artikel voor te lezen."
+
+Zabern deed dit, en toen hij geëindigd had, ging er een storm van
+verontwaardiging op bij de rechterzijde, terwijl de linker een norsch
+stilzwijgen bewaarde.
+
+"We weten allen, dat de Prinses steeds sterk geijverd heeft voor de
+instandhouding van de vrijheid der Pers. Dit artikel bewijst hoe men
+die ruimheid van opvatting weet te waardeeren! Zoo, mijne heeren,
+zijn de gevoelens, zoo is het karakter van den afgevaardigde van
+Russograd. En die aanprijzer van den vorstenmoord durft de goedkeuring
+op een wetsvoorstel inroepen van mannen van eer, van onvervalschte
+Czernoviërs, die hun Vorstin getrouw zijn tot in den dood! Zult ge
+voor deze wet stemmen? Nooit! Al was ze het fraaiste voorbeeld van
+wetgeving dat ooit het vernuft van een staatsman schiep! Wie kan den
+man scheiden van zijn voorstel? Elke stem ten gunste van zijn wet,
+is een stem ten gunste van den vorstenmoord. Laten zij, die zich
+verheugen in de redding der Prinses, hun sympathie toonen door een
+wet te verwerpen die haar gevoelens kwetst."
+
+En nu had een dramatisch tableau plaats, dat door den handigen Zabern
+was voorbereid.
+
+Een kleine deur rechts van den voorzittersstoel ging open, en Elizabeth
+kwam de zaal binnen, tot groote verbazing der aanwezigen, die eerst
+dachten dat zij de Kamer wilde ontbinden.
+
+Brunowski bood dadelijk zijn stoel aan, doch de Prinses, wier
+bekoorlijke verschijning een liefelijke tegenstelling vormde bij de
+booze gezichten der afgevaardigden, bleef staan. Een oogenblik waren
+allen, zonder uitzondering, onder den indruk van haar stralende
+schoonheid. Toen zag men opeens met verwondering dat de Prinses,
+als door een plotselinge ingeving geleid, haar hoed losmaakte en dien
+naast zich legde.
+
+Brunowski maakte een beweging als wilde hij dit voorkomen.
+
+"Vergeef me, meneer de Voorzitter," sprak Elizabeth, "maar zooals
+ik zie brengen de gebruiken der Kamer mee, dat hier slechts _een_
+persoon het hoofd gedekt zal houden."
+
+Aller blikken wendden zich naar Lipski, die, terwijl alle
+afgevaardigden met ontbloot hoofd waren opgestaan, met z'n hoed op
+was blijven zitten.
+
+Hij had geen tijd lang van zijn lompheid te genieten. Zabern, alle
+etiquette vergetend, liep dwars door de zaal op Lipski toe. Een seconde
+daarna lag Lipski's hoofddeksel tien meter hooger op de galerij.
+
+"Meneer de President," zei Radzivil, "ik stel voor den afgevaardigde
+van Russograd het bijwonen der zitting voor den verderen duur te
+ontzeggen."
+
+"O neen, Graaf," viel Elizabeth hem in de rede. "Laat men ons niet
+kunnen verwijten dat wij een afgevaardigde van zijn stem beroofden."
+
+Toen de bel van den Voorzitter de toejuichingen had onderdrukt,
+die deze opmerking te weeg had gebracht, begon Elizabeth de reden
+van haar aanwezigheid in deze vergadering te verklaren.
+
+"Meneer de President, Heeren Ministers en Afgevaardigden," sprak ze
+met zelf beheersching en waardigheid, "het is waar dat de Prinses
+zich niet behoort te mengen in de aangelegenheden der Kamer, maar
+eenvoudig de besluiten der meerderheid heeft te aanvaarden. Doch,
+Heeren, uw Prinses is geen automaat, maar een menschelijk wezen met
+menschelijke gevoelens. Die gevoelens zijn door de kloosterwet zeer
+in beroering gebracht; ik aarzel niet dit te bekennen."
+
+Zij zweeg een oogenblik, en vervolgde toen:
+
+"Ik zal steeds overeenkomstig mijn eed handelen. Wordt de wet
+aangenomen, dan zal ik er mijn handteekening niet aan onthouden."
+
+De Linkerzijde juichte.
+
+"Maar ik vertrouw, dat de Kamer de wet _niet_ zal aannemen."
+
+Sensatie.
+
+"Wanneer mijn gevoelens eenigen invloed op uw meening kunnen hebben,
+dan doe ik een beroep op uw aller medewerking--tot welke partij ge
+behoort--om de wet te verwerpen."
+
+Met deze woorden boog ze naar beide zijden, en verliet de kamer te
+midden van geestdriftige kreten: "Leve de Prinses!"
+
+De ridderlijkheid van het meerendeel der leden was opgewekt. Wat de
+Oppositie had willen bereiken, was door twee pistoolschoten en door
+het beroep der Prinses verijdeld.
+
+Zabern triomfeerde.
+
+Zoodra de President zijn zetel weer had ingenomen, zette de Maarschalk
+zijn rede voort.
+
+"De Prinses heeft het tot een persoonlijke kwestie tusschen haar
+en Lipski gemaakt. Welnu, mijne heeren, ge hebt de Prinses gezien,
+en--ge ziet Lipski," vervolgde hij, op dien afgevaardigde wijzend,
+die een treurig figuur maakte in dat oogenblik. "Zal iemand nog
+twijfelen voor wie hij stemmen gaat?"
+
+Het was middernacht.
+
+Te midden van een onbeschrijflijke opwinding kondigde Brunowski de
+stemming aan.
+
+"Ik stel een gesloten stemming voor," zei Zabern.
+
+"Ik ben er tegen!" riep Bora.
+
+De President bracht dit punt in omvraag, met het gevolg, dat Zabern
+zijn zin kreeg. Hij begreep dat hem dit eenige stemmen in zijn
+voordeel zou geven, want het goud van Orloff had enkele twijfelaars
+onder de Czernoviërs omgekocht, en onder het toezicht van Lipski en
+Bora zouden ze het bij een openlijke stemming nooit gewaagd hebben
+hun lastgever te verloochenen.
+
+In de Slavowitzsche Kamer werden zoogenaamde gesloten stemmingen door
+middel van zwarte en witte schijven gehouden, waarvan elk lid er een
+in zijn lessenaar had. Zwart diende om tegen, wit om vóor te stemmen.
+
+Met den gekozen schijf in de gesloten hand ging nu ieder afgevaardigde
+langs de tafel van den President, en gedurende eenige oogenblikken
+hoorde men slechts den metalen klank waarmee de schijven in een
+bronzen urn vielen. Telkens wanneer iemand op die manier gestemd had,
+werd zijn naam opgeschreven, zoodat ten slotte het aantal schijven
+met het aantal namen moest overeenstemmen.
+
+"Honderdtwintig leden hebben gestemd," zei de griffier die de namen
+had aangeteekend. Dit was het grootste aantal, ooit bij een stemming
+verkregen.
+
+De vraag was nu, hoe er gestemd was?
+
+Op een teeken van den President werd de inhoud van den urn langzaam
+op het roode tafelkleed uitgestort.
+
+In hun opwinding verdrongen de leden zich om de tafel, in gespannen
+verwachting omtrent den uitslag.
+
+
+
+Op het voorplein was de beweging toegenomen. Een groote opschudding
+had het bericht veroorzaakt, dat de Prinses in de vergadering was
+geweest. Men wist elkaar te vertellen, dat zij met tranen in de oogen
+voor de afgevaardigden op de knieën was gevallen, en dat Zabern met
+een sabel in de hand door de zaal had geloopen, dreigend iedereen
+den hals af te snijden die niet tegen de wet stemde.
+
+Aller oogen waren op de groote vleugeldeuren gericht, vanwaar uit
+een schitterend licht het plein overstroomde.
+
+Tien minuten na middernacht ontstond er een beweging bij de trap die
+naar den ingang leidde; een bode van de Kamer kwam naar buiten, met
+een papier in de hand, waarop de uitslag van de stemming geschreven
+stond. Toen hij de hand ophief, werd het volkomen stil. Geen beweging,
+geen woord, geen ademhaling.
+
+"Er zijn uitgebracht 120 stemmen. Daarvan zijn er 39 voor, en 81
+tegen. De wet is dus verworpen met een meerderheid van 42 stemmen."
+
+Deze publicatie werd door een oogenblik van verbaasd stilzwijgen
+gevolgd. De patriotten konden niet gelooven in zulk een overwinning,
+de Russischgezinden niet in zulk een nederlaag. Maar toen men Zabern
+naar buiten zag treden, wien zijn aanhangers gelukwenschend de hand
+drukten, was er geen twijfelen meer mogelijk, en nu ontstond een
+geweldig tumult. De beide partijen wilden elkaar te lijf, en het
+plein moest door de huzaren worden schoongeveegd.
+
+Ook binnen het Kamergebouw was de opwinding groot. Lipski en de zijnen
+waren geheel verslagen en de eerste beklaagde zich vooral de kolossale
+sommen die besteed waren om de patriotten om te koopen.
+
+Na het besluit genomen te hebben dat de militaire bewaking der
+kloosters werd opgeheven, gingen ook de laatste afgevaardigden heen.
+
+In een kleine kamer, grenzend aan de vergaderzaal, zat Elizabeth,
+omringd door haar Ministers.
+
+"Een aantal van 81 stemmen! Meer dan twee-derden! Welk een triomf!" zei
+ze, stralend van vreugde.
+
+"Ons geheim is veilig," zei Radzivil, "Kossuth krijgt zijn geld."
+
+"Weer een nederlaag voor Rusland," zei Zabern. "Wat zal Orloff zijn
+roebels betreuren!"
+
+Door een van de gangen gaande, ontmoette Zabern den Hertog van Bora.
+
+Deze Minister had eindelijk het masker afgeworpen, maar de gelegenheid
+was hem niet gunstig geweest. In de hoop op een nederlaag van het
+Kabinet, had hij openlijk partij gekozen voor de oppositie, en
+zich naast Lipski gezet, alleen om des te meer van zijn triomf te
+genieten. Men kan begrijpen met welk een uitdrukking hij Zabern's
+glimlach beantwoordde.
+
+"U schijnt niet in zoo'n vroolijke stemming te zijn als de vorige
+week op het terras," zei Zabern. "Mag ik deze gelegenheid waarnemen
+om u mijn vordering van tienduizend roebels aan te bieden? Het is
+een heele som, maar ik zal ze zonder wroeging aannemen, omdat ik weet
+dat het Orloff-fonds u wel zal schadeloos stellen."
+
+Inwendig woedend, maar zonder iets te zeggen, schreef de Hertog
+onwillig een cheque voor het benoodigd bedrag.
+
+"Een onvoorziene omstandigheid heeft u uw weddenschap doen winnen,"
+zei hij kort.
+
+"Ja, 't was een heel--eh--onvoorziene omstandigheid," zei Zabern,
+terwijl hij met de cheque in den zak wegging.
+
+Toen de straten tot hun rust waren teruggekeerd reed Elizabeth,
+vergezeld door Felix, die op de galerij de zitting had bijgewoond,
+naar het Paleis terug. Daar vonden ze Zabern, in gezelschap van Rob,
+die reeds in zijn nieuwe functie aan de Prinses was voorgesteld. De
+Prinses noodigde de drie mannen uit, ondanks het late uur, nog een
+oogenblik in de Witte Zaal te verwijlen; zij voelde behoefte, zeide
+ze, haar drie trouwe onderdanen nog eens dank te zeggen voor wat ze
+hun verschuldigd was.
+
+"Dat pistoolschot had goede gevolgen, Maarschalk," merkte ze op. "Ik
+had nooit gedacht dat een moordaanslag zoo nuttig kon zijn, en ik
+zou in staat zijn de moordenaars vergiffenis te schenken."
+
+"Dan zult Uwe Hoogheid daartoe de gelegenheid hebben," antwoordde
+Zabern, "want de dader is in de kamer hiernaast."
+
+Hij stampte driemaal met den voet op den grond. Een deur ging open,
+en Katina Ludovska kwam binnen met haar zuster Juliska. Ze gingen
+eenigszins beschroomd op de Prinses toe en knielden voor deze
+neer, totdat zij verzocht werden op te staan. Zij waren beiden geen
+vreemden voor Elizabeth, die haar dikwijls in de schermzaal had zien
+oefenen. Voor de verwonderde Prinses begreep wat dit te beteekenen had,
+zei Zabern, op Katina wijzend:
+
+"Deze man met den rooden baard vraagt Uwe Hoogheid vergiffenis,
+dat zij zonder toestemming op U geschoten heeft."
+
+"Verklaar dat nader," zei de Prinses, hoog, en met een blik die zelfs
+de onvervaarde Katina deed terugdeinzen.
+
+"Zij handelde," vervolgde Zabern kalm, "op bevel van den Maarschalk
+Zabern. Het was noodig, dat Uw populariteit, Prinses, vandaag sterker
+dan ooit werd gevoeld, als voorbereiding tot Uw optreden in de Kamer
+zooals ik dat hedennamiddag met U vaststelde. Daarom besloot ik dat
+er een moordaanslag op U geschieden zou. En met scherpe patronen,
+die U slechts een haarbreedte zouden missen. Aan den doffen knal van
+een losse patroon zou men de list hebben herkend."
+
+"Maar Maarschalk," riep de Prinses, nog half verontwaardigd, "dat
+was een zeer gevaarlijk spel!"
+
+"Niet in 't minst," antwoordde Zabern. "Ik wist dat Katina Ludovska, de
+beste schutter van ons land, den kogel leiden zou waarheen ze wilde."
+
+"Maar dat neemt niet weg," zei de Prinses, ontsteld over zulk een
+roekeloosheid, "dat het een gevaarlijke proef was. In zulke dingen
+heeft toch zelfs de beste schutter zich nooit geoefend!"
+
+"Het spijt mij, Hoogheid, dat U voor de eerste maal Uw vertrouwen in
+mij blijkt te missen," zei Zabern, nog steeds onverstoord. "Katina
+had zich onder mijn leiding herhaaldelijk in dit schot geoefend. Haar
+zuster Juliska reed haar in de troďka voorbij, en zes achtereenvolgende
+malen schoot Katina haar op tien pas een kogel door de veeren van haar
+hoed, en een tweede langs haar slapen. Wanneer ik in aanmerking neem,
+dat Uwe Hoogheid het geheel aan mij had overgelaten, den val der
+kloosterwet te bewerken, en dat noch U, noch ik eenig ander middel
+wisten te vinden--dan meen ik mij als volkomen verantwoord te mogen
+beschouwen."
+
+Bij de herinnering aan den schrik van dien morgen, was Elizabeth's
+eerste gewaarwording van verbazing in toorn overgegaan; maar bij de
+gedachte dat welbeschouwd alles ten beste gekeerd was, keerde haar
+kalmte en de vriendelijke uitdrukking op haar gelaat terug.
+
+"Ge speelde een even roekeloos spel met uw levens als met het mijne,"
+zei ze tot Katina en haar zuster. "Wanneer de huzaren u geraakt
+hadden?"
+
+"Nikita was in het complot, Hoogheid," zei Zabern. "Hij had
+hun patronen uitgereikt, die ik voor deze gelegenheid had doen
+vervaardigen, en waarvan de kogel na het schot versplintert. Maar ik
+beken, dat ik lust had uw Secretaris een sabelhouw te geven toen ik
+hem zijn revolver zag aanleggen. Gelukkig struikelde hij juist."
+
+"Ik dacht weinig dat ik op Katina aanlegde," glimlachte Felix,
+"en ik ben dankbaar dat ze niet terugschoot. Dus Nikita was in het
+complot? En hij beweerde in een van de twee Russakoff te herkennen?"
+
+"Maar u zag hem niet lachen achter uw rug!"
+
+"En die roode muts..."
+
+"Was opzettelijk op den verkeerden weg geworpen."
+
+"En die aanteekeningen op de Kolokol..."
+
+"Waren van mijn hand."
+
+Felix vroeg niet verder. Evenals Rob vervulde hem een gevoel van
+treurigheid bij de gedachte, dat door zulke middelen het land gered en
+de Vorstin hoog gehouden moesten worden. Waar de macht alleen gesteund
+en gevoed kon worden door list en geweld, daar was de grondslag,
+waarop die macht beruste, wrak en wankelbaar. Tijdelijk zou zulk
+een toestand kunnen behouden worden, maar op den duur beteekende hij
+bederf en ondergang. En opnieuw kwam den beiden vrienden een toekomst
+voor den geest, waarin dit alles niet meer noodig zou zijn.
+
+Ook Elizabeth voelde de tragische grootheid van een man als Zabern.
+
+"Maar Maarschalk," zei ze ernstig, "u hebt me in een scheeve positie
+gebracht, door mij tegenover de Kamer als het ontsnapte slachtoffer
+van een moordaanslag voor te stellen. Bovendien hebt u getracht Lipski
+in verband te brengen met een daad, waar hij geheel buiten stond. Is
+dat te verantwoorden?"
+
+"Prinses," zei Zabern koel, "in gevallen als deze vraagt een staatsman
+niet naar verantwoording. _Het moest._ Ik had moreele bezwaren
+kunnen hebben--maar dan had ik U en Czernovië opgeofferd. Ik zal hem
+bewonderen, die een anderen uitweg wist aan te geven. Het oordeel
+over mijn daden laat ik aan de geschiedenis over."
+
+Er was een pijnlijke stilte. Allen begrepen, dat het gemakkelijker
+was de daden van dezen man te beoordeelen, dan in zijn plaats te
+moeten handelen.
+
+Na eenige oogenblikken vervolgde Zabern, nu op zijn oude, luchtige
+manier:
+
+"Wanneer Lipski het niet voor deze maal verdiend heeft, dan heeft
+hij het voor een ander maal. Onlangs heb ik een leeg huis door mijn
+spionnen doen onderzoeken, dat aan dat van Lipski grenst. Zij braken
+eenige steenen uit den tusschenmuur die de kelders scheidt--ik verzeker
+u dat er onder Lipski's woning ruim tienduizend klein-kaliber geweren
+liggen. Dat is óok verborgen materiaal! Maar voor een verraderlijken en
+oneerlijken strijd. Reken er op, dat Russograd zich den 14en September
+daarmee wapenen zal."
+
+"Den vooravond van mijn kroning!" riep Elizabeth met een verschrikte
+beweging.
+
+"Juist. Ik weet door spionnen dat men een gewapenden opstand tegen
+dien datum voorbereidt. Maar ook ditmaal heb ik hoop op een goeden
+afloop. Mijn plan is al gemaakt. Op Lipski en zijn geweren houd ik
+het oog."
+
+"Ik laat ook dit aan uw zorg over."
+
+"En Uwe Hoogheid vergeeft die kleine aardigheid van den moordaanslag?"
+
+Elizabeth stak den Maarschalk met een glimlach de hand toe.
+
+"Zonder uw zorg, Maarschalk, zouden we niets kunnen."
+
+
+
+Het was twee uur in den nacht, en het gezelschap scheidde.
+
+Maar Zabern, de onvermoeibare, zette zich aan zijn
+schrijftafel. Wederom was zijn brief aan Boris Ludovski gericht.
+
+
+ "Waarde Boris,
+
+
+ "Ik heb u een verblijdend bericht te melden. Zooeven heeft mijn
+ agent in Warschau mij bericht, dat het hem na de grootste
+ moeite gelukt is, van uw in beslag genomen bezittingen
+ tienduizend roebels vrij te maken. Ik zend ze u hierbij,
+ hopende de in mijn vorig schrijven bedoelde familiepapieren
+ spoedig te doen volgen.
+
+ "In gedachten drukt u de hand uw toekomstige schoonzoon en
+ oude vriend
+
+
+ Ladislas Zabern."
+
+
+
+Reeds vroeg in den morgen had de Maarschalk Bora's cheque aan de
+Czernovische Bank ingewisseld, en een uur daarna had Nikita bovenstaand
+schrijven met zijn kostbare bijlage veilig aan Ludovski overgebracht.
+
+
+
+
+
+VIER EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+EEN RUSSISCH LEGER AAN DE GRENS.
+
+ Felix wordt uit Czernovië verbannen.--Hij gaat, maar hij
+ zal terugkomen!--Zes Turksche krijgsgevangenen in het
+ studeervertrek van Zabern.--Rob verdwijnt.--Ravenski komt
+ met nieuwe bedreigingen.--De Czaar staat aan de grens!
+
+
+Eenige weken na deze gebeurtenissen liep Felix op een laat uur door
+de Paleis-tuinen, niet met het doel Elizabeth te ontmoeten, maar
+aangetrokken door de schoonheid van het maanlicht.
+
+Hij zat eenzaam aan den oever van een met boomen omzoomden vijver,
+peinzend over de eigenaardige, romantische wending die zijn leven
+genomen had.
+
+Maar nog iets anders hield zijn gedachten bezig, een raadselachtige
+zaak, die 't hem onmogelijk was te ontwarren.
+
+Nog slechts enkele minuten geleden had Rob hem verlaten, na hem een
+mededeeling te hebben gedaan, waarvan hij de beteekenis vergeefs
+trachtte te vatten.
+
+Rob was bij hem gekomen met een uitdrukking van vreugde op het gelaat.
+
+"Ik heb een plan ontworpen," zei hij, "zóo gewaagd, dat ik zelf aan de
+mogelijkheid der uitvoering twijfel. Maar ik zal 't beproeven. Gelukt
+het, dan kan de redding van Czernovië er 't gevolg van zijn."
+
+Natuurlijk had Felix op een nadere verklaring aangedrongen, maar Rob
+had deze geweigerd.
+
+"Ik wil je mijn plan niet zeggen, omdat ik zeker weet dat je 't me dan
+zult afraden, uit vrees dat ik mijn leven te zeer bloot stel. En ook,
+omdat je dan zelf deel er aan zult willen nemen. Het is veel beter dat
+jij hier blijft, waar je van nut kunt zijn, en dat slechts een van ons
+beiden zich in de waagschaal stelt. Ik kan gemist worden--jij niet."
+
+Op alle verdere verzoeken van Felix had hij slechts geantwoord:
+
+"Ontneem me deze gelegenheid niet om je te vergelden wat je voor mij
+gedaan hebt. Morgen verdwijn ik uit Slavowitz. Niemand weet van mijn
+vertrek, ook Zabern niet. Ik zal hem alleen een schrijven achterlaten,
+waarin ik hem verzoek, mijn heengaan den schijn van een diplomatieke
+zending op zijn last te geven. Dan zal men zich niet verwonderen,
+of argwaan krijgen over mijn vertrek. Geloof me, het is beter dat
+niemand mijn geheim weet, dan behoef ik ook niemand teleur te stellen
+als het plan mislukt."
+
+Met deze woorden was Rob heengegaan, Felix verbaasd en ongerust
+achterlatend.
+
+Een plotseling geritsel in de struiken maakte een einde aan Felix'
+overpeinzingen, en, opziend, zag hij Elizabeth naast zich staan.
+
+Ze was in een opgewonden stemming, en haar eerste woorden waren:
+
+"Felix--laten we Czernovië verlaten, nog dezen avond, nu dadelijk! Neem
+me met je mee."
+
+Een oogenblik twijfelde Felix of hij goed verstaan had; toen vroeg hij:
+
+"Wat is er gebeurd, dat je tot zulk een dwaasheid zou brengen?"
+
+"Er blijft ons niet anders over. Hoor wat er vanavond in den
+Ministerraad is besproken. Ravenski deed de vraag, of het waar
+was dat ik den Hertog van Bora medegedeeld had hem nooit te zullen
+huwen. Natuurlijk diende Ravenski als spreekbuis van den Hertog. Zabern
+en ik waren op deze vraag voorbereid, zooals te begrijpen is, en
+ik antwoordde dan ook onomwonden, dat het waar was, er bijvoegend
+dat dit overigens een zaak was die mij alleen aanging, omdat ik wel
+verplicht was Rusland's toestemming voor een huwelijk in te roepen,
+doch niet gedwongen kon worden tegen mijn zin te huwen. Daarop volgde
+de vraag, waarop we geheel niet voorbereid waren, en die ons dan ook
+zeer verraste: of ik me zou willen verklaren omtrent mijn verhouding
+tot mijn Particulieren Secretaris. Een oogenblik was ik van zins
+de vraag hooghartig af te wijzen, maar nu ze eenmaal gesteld was,
+nu ik voelde dat deze vraag door een afwijzend antwoord niet meer
+terug te dringen was, integendeel Czernovië als een loopend vuur zou
+doorkruisen--nu verklaarde ik, voor ik 't eigenlijk zelf besefte,
+dat ik van zins was mijn Secretaris tot Prins-Gemaal te verheffen--met
+of zonder toestemming van den Czaar."
+
+"En wat voor indruk maakte dat?" vroeg Felix, in een oogenblik de
+talrijke en gewichtige gevolgen overziend die Elizabeth's antwoord
+meebracht.
+
+"Radzivil en Dorislas keken elkaar aan alsof ze zeggen wilden, dat ze
+dit wel gedacht hadden, de overigen vonden blijkbaar mijn voornemen
+zeer bedenkelijk; Zabern zweeg en vond 't dus waarschijnlijk beter
+voorloopig zijn persoonlijke opinie ondergeschikt te maken aan de
+algemeene."
+
+"En die algemeene opinie was?"
+
+"Dat er van een huwelijk tusschen jou en mij nooit sprake kan
+zijn. Meer nog: men drong er op aan dat je onmiddellijk Czernovië
+verlaten zou. Ik wilde dit weigeren, maar Zabern gaf me een teeken om
+toe te geven. En, als altijd me aan zijn wil onderwerpend, beloofde ik
+op mijn woord dat je binnen vier-en-twintig uur vertrekken zou. Maar
+toen ik 't gezegd had, schrok ik voor mijn eigen woorden terug. Ik
+besloot je te vergezellen als je heen ging--dat kan niemand me
+verbieden. Ik zal nooit afstand van je doen. Je bent me meer waard
+dan een vorstinnekroon, ja dan mijn leven. Laten we vluchten Felix,
+ik smeek het je, laten we Czernovië aan zijn lot overlaten...."
+
+Felix zag, dat ze haar zelfbeheersching geheel verloren had. De
+zelfbewuste Prinses, die zooveel gevaren moedig onder de oogen
+had gezien, was veranderd in een smeekende, van ontroering en angst
+trillende vrouw, wier oogen vol tranen stonden. Hij trachtte haar tot
+kalmte te brengen, haar de dwaasheid van haar besluit te doen inzien.
+
+"Als je je woord hebt gegeven dat ik vertrekken zal--dan moet ik gaan,
+en... alleen."
+
+"Zonder mij?" riep Elizabeth. "Wil je daarmee zeggen dat we voor
+altijd scheiden moeten?"
+
+"Neen, dat nooit. Maar we moeten elkaar tijdelijk vaarwel zeggen. Ik
+ga, maar jij moet blijven. Bedenk dat je als Vorstin niet aan
+je zelf, maar aan je volk toebehoort. Als je Czernovië verlaat,
+geef je den Hertog de kroon, die hij door list en verraad tracht
+te bemeesteren. Laat dien verrader niet slagen. Geef je vaderland
+niet over aan zijn tirannie. Dat staat gelijk met de totale triomf
+van Rusland."
+
+"Die is toch niet ver meer," zei Elizabeth bitter. "Onze gezanten
+te Berlijn en te Weenen meldden ons, dat Rusland door Oostenrijk en
+Duitschland is gevolmachtigd naar eigen inzichten met Czernovië te
+handelen. De annexatie staat voor de deur."
+
+Opeens vormde zich een plan in Felix' hoofd. Misschien kon deze
+onverwachte verbanning hem van nut zijn. De raadselachtige woorden die
+Rob dezen avond gesproken had, kwamen hem te binnen, en het was hem
+of het besluit, waarbij hem het verblijf in Czernovië ontzegd werd,
+in verband met die woorden een bizondere beteekenis kreeg. Hij was
+immers verantwoordelijk voor zijn jongen vriend: hij zou hem niet
+alleen laten gaan. Ook tegen Rob's wil zou hij hem vergezellen.
+
+"Toch zal ik gaan," sprak hij. "Er is een kans, dat Czernovië de
+Russische wapenen nooit meer te vreezen zal hebben. Die kans is gering,
+maar beter te wagen en te mislukken, dan nooit iets te wagen. Lukt
+het plan, waarop ik doel, dan zal het Ministerie me bij terugkomst
+misschien met vriendelijker oogen aanzien."
+
+Ofschoon Felix zich niet nader over zijn plan wilde uitlaten, toonde
+hij zooveel vertrouwen in de toekomst, dat Elizabeth ten slotte voor
+zijn aandrang bezweek en beloofde in zijn wil te zullen berusten.
+
+Nog langen tijd zaten ze bijeen, geen van beiden den moed voelend
+tot de scheiding. Maar eindelijk scheurde Felix zich los, en met een
+hoopvol: "tot weerziens" verliet hij Elizabeth, om zich in zijn kamer
+in het Paleis voor zijn vertrek gereed te maken.
+
+In de vestibule ontmoette hij Zabern, die hem vroeg:
+
+"Dus gaat ge Czernovië verlaten?"
+
+"Het Ministerie wenscht het."
+
+"Maar ge moet terugkomen."
+
+"Wanneer?"
+
+"Op den vooravond der kroning."
+
+"Waarom op dien dag?"
+
+Zabern keek voorzichtig om zich heen, en fluisterde daarna Felix iets
+in 't oor.
+
+"Is dat dus het plan van den Hertog?" vroeg deze verrast.
+
+"Dat is het. En gij alleen kunt het verijdelen. Dus ge zult er zijn?"
+
+"U kunt op mij rekenen, Maarschalk."
+
+"Goed. Ik verzeker u--_wij_ zullen het laatst lachen. Nog éen ding. Kom
+morgenochtend, voor ge vertrekt, in mijn studeerkamer."
+
+Felix beloofde te komen, en zocht zijn kamer op, waar hij, na zijn
+koffer te hebben gepakt, vermoeid in slaap viel.
+
+
+
+Den volgenden morgen vond Felix Zabern en Rob in het studeervertrek
+van den Maarschalk.
+
+"Vóor dat ge vertrekt, meneer de Secretaris," zei Zabern, "wilde
+ik u nog een verrassing bereiden. U moet weten dat ik sedert eenige
+weken in drukke correspondentie ben met het Turksch Ministerie van
+Buitenlandsche Zaken, en wel over de volgende kwestie. Men heeft
+bij Midia, in het begin van den Dardanellen-Oorlog, acht Engelsche
+krijgsgevangenen gemaakt, die met een luchtballon aan de kust waren
+neergedaald en die men voor spionnen hield."
+
+Felix hield met moeite een uitroep van verrassing binnen, en zag Rob
+aan, wiens gezicht echter onbewegelijk bleef.
+
+"Ik sprak van Engelsche gevangenen," vervolgde Zabern, "maar het
+schijnt dat het met de opgave der nationaliteit, welke de gevangenen
+deden, niet in den haak was. Twee hunner, over wie straks nader,
+herkregen hun vrijheid, maar de andere zes, wier papieren op Engelsche
+afkomst wezen, hield men in bewaring. Den eersten tijd, toen de
+oorlog de handen vol gaf, bekommerde men zich weinig om het zestal;
+later echter, toen er tusschen de Engelsche en Turksche Gouvernementen
+over uitwisseling van krijgsgevangenen werd onderhandeld, bood men de
+zes genoemde personen aan in ruil voor den Turkschen generaal Ben Ali
+Pacha. Toen bleek, dat de Engelsche papieren niet in orde waren en
+toebehoord hadden aan reeds lang overleden Engelschen. De gevangenen
+vielen door de mand, en bekenden Hollanders te zijn. Ook deze bewering
+bleek bij onderzoek onjuist; daar men echter de zes mannen, met wie
+men eigenlijk geen raad wist, kwijt wilde zijn, werd het onderzoek
+naar hun herkomst nader voortgezet. Het lag voor de hand, dat men ook
+in Czernovië informeerde, omdat dit een Hollandsch-sprekende bevolking
+heeft. Door een toeval werd het schrijven van den Turkschen Minister,
+bij afwezigheid van onzen Minister van Buitenlandsche Zaken, aan mij
+ter afdoening in handen gegeven. Ik zou misschien zooveel beteekenis
+niet aan de zaak hebben gegeven, als niet het Turksche schrijven
+ook sprak van de twee mannen, die in vrijheid gesteld waren omdat
+hun papieren in orde waren en zij Hollanders bleken te zijn. Hun
+signalement paste volkomen op u beiden. Ge begrijpt dat mijn lust
+tot naspeuren en spionneeren hier een ruim veld vond."
+
+Zabern zweeg een oogenblik, en vermeide zich in de verbazing van Felix,
+die een poging deed om het geval te verklaren.
+
+"Doe geen moeite, waarde Van Stralen," zei Zabern lachend, Felix nu
+bij zijn waren naam noemend, "ik ben reeds volkomen ingelicht. Mijn
+jeugdige Secretaris"--op Rob wijzend--"heeft geen geheimen voor me;
+hij meende me uw geschiedenis in haar geheel te moeten vertellen,
+en ik geloof dat hij daar goed aan gedaan heeft."
+
+"Ik geloof het ook, Maarschalk," zei Felix. "U hebt ons zoo dikwijls
+uw vertrouwen getoond, wij willen nu ook u de bewijzen van het
+onze geven."
+
+"U begrijpt," ging Zabern voort, "dat veel mij nu duidelijker is
+geworden. Ook waarom u zulk een goed Czernoviër bent geworden. En u
+zult het met me eens zijn, dat deze ontdekking van grooten invloed
+op de hangende gebeurtenissen kan zijn. U hadt gelijk met tot nog toe
+de geheele geschiedenis geheim te houden; in uw tegenwoordig karakter
+kunt u de belangen van den Staat ongetwijfeld het beste dienen. Nu het
+echter tusschen u en den Czaar een kwestie is geworden om het bezit
+van de Prinses, zal het een groote factor in uw belang zijn, wanneer
+het patriottisch gedeelte der bevolking op het beslissend oogenblik
+in u den kleinzoon van den stichter der Republiek herkent, en den
+rechtmatigen regeerings-pretendent, en als 't weet dat uw verloving
+met de Prinses reeds van uw jeugd dateert. Dit alles versterkt nog mijn
+hoop op de toekomst. Maar nu moet ik u nog vertellen hoe het met uw zes
+vrienden is gegaan. Mijn Secretaris verzocht me hun invrijheidstelling
+tot elken prijs te bewerken. Met behulp van officiëele papieren--het
+papier is geduldig onder Zabern's hand!--bewees ik dat de Turksche
+krijgsgevangenen Czernovische onderdanen waren, en verzocht daarom
+hun uitlevering. Deze werd toegestaan."
+
+Zabern klapte in de handen, een deur ging open, en--daar traden ze
+binnen! La, Lo, Mu, Naf, Nef en Nof!
+
+Men kan zich de vreugde van het weerzien voorstellen. Men drukte
+elkaar wederzijds de hand, vertelde honderd uit, en moest ten slotte
+door Zabern tot rede gebracht worden, die er op wees dat het reeds
+naar den middag liep.
+
+La was de eerste, die aangaf wat er nu te doen stond. Hij wist
+dat Felix weer voor eenigen tijd afscheid moest nemen, en was van
+oordeel dat deze zelf het best kon beoordeelen hoe en waar hij
+dien tijd wilde doorbrengen, zoodat hij geheel vrij moest blijven
+in zijn handelingen. Wat hemzelf en zijn vijf lotgenooten betrof,
+hun bestemming was als vanzelf aangewezen. Ze zouden zoo spoedig
+mogelijk en met de snelste vervoermiddelen hun schuilplaats in de
+Himalaya opzoeken. Daar zou hun eenige en onverpoosde arbeid zijn:
+het vervaardigen van een nieuwen, maar nog machtiger en vernuftiger
+ingerichten "Vogel"!
+
+Opnieuw bewonderde Rob de energie en het idealisme van La, die na al
+zijn teleurstellingen opnieuw zichzelf, zijn kennis en zijn fortuin
+in dienst van de wetenschap en het vaderland stelde. Ja, met zulke
+mannen kon een land tot bloei gebracht worden; hij voelde het: de
+terugkeer van La en zijn metgezellen beteekende de terugkeer van
+Czernovië's bloei en grootheid, met hen zou de victorie beginnen!
+
+"Heeft men hier niets van jullie terugkomst gemerkt?" vroeg Felix.
+
+"Niets. We zijn gisteren middag ongemerkt binnen het paleis gebracht,
+niet waar Maarschalk?"
+
+"Als galeiboeven!" lachte Zabern. "In een gesloten dievenwagen! Maar
+ik meende er u een dienst mee te bewijzen."
+
+Daarmee was men 't eens. Voorloopig bleef geheimhouding gewenscht,
+en daarom besloten de zes mannen dan ook spoedig en onbemerkt te
+vertrekken. Zij namen afscheid, en enkele uren daarna vernam het
+Ministerie dat de Secretaris der Prinses Czernovië had verlaten, zonder
+dat iemand, ook Elizabeth niet, wist waarheen hij vertrokken was.
+
+Even nadat Felix van den Maarschalk afscheid genomen had, liet deze
+vergeefs een paar malen zijn Secretaris, die zijn vriend uitgeleide
+gedaan had, verzoeken bij hem te komen.
+
+Men zocht in Rob's kamer, in de Paleistuinen--maar Rob was niet
+te vinden.
+
+Ofschoon dit den Maarschalk verwonderde, daar Rob wist dat zijn
+diensten dien dag nog verlangd konden worden, en de jeugdige Secretaris
+overigens het voorbeeld zelve van stiptheid was, dacht hij er verder
+niet over na, vertrouwende dat het geval zich zoo aanstonds wel
+ophelderen zou.
+
+Terwijl hij echter op zijn schrijftafel eenige brieven rangschikte,
+viel zijn oog op een couvert, waarop in Rob's handschrift zijn adres
+was gesteld.
+
+Den brief openend, las hij tot zijn verbazing het volgende:
+
+
+ "Excellentie,
+
+
+ "Ik heb een plan gevormd in het belang van Czernovië. Vergeef
+ me dat ik u den inhoud niet meedeelde en zonder uw toestemming
+ vertrek. Ik heb daar ernstige redenen voor, die ik u--zoo ik
+ in leven blijf--later zal mededeelen. Hoe ook de uitslag zij,
+ deze zal bewijzen dat ik de Prinses, het vaderland en u,
+ Maarschalk, getrouw ben geweest.
+
+ "Ten einde geheel vrij in mijn handelingen te zijn, geef
+ ik u in overweging mijn afwezigheid te verklaren door een
+ diplomatieke zending uwerzijds.
+
+
+ Robert Rensma."
+
+
+Zabern's verbazing duurde nooit lang, en ook ditmaal nam hij de
+omstandigheden weldra voor wat ze waren.
+
+"Mijn menschenkennis moet me al zeer bedriegen," sprak hij tot
+zichzelf, "als die jonge Hollander niet drommels goed weet wat hij
+doet. Ik zal hem z'n gang laten gaan. Wie zal zeggen wat hij nog
+voor wonderen weet te bewerken? Want 'n wonder hebben we noodig om
+Czernovië te redden. Het beste is, hier maar niet al te zeer op te
+rekenen--dan kan 't niet anders dan meevallen!"
+
+
+
+Dienzelfden avond was er opnieuw een vergadering van den Ministerraad,
+door Elizabeth gepresideerd. Het gold de bespreking van een schrijven,
+door de Russische Regeering gezonden, en waarin de ceremoniën
+omschreven werden die men bij de kroningsplechtigheid wilde zien in
+acht nemen.
+
+Het schrijven behelsde tot in details alle bizonderheden, waaronder er
+waren van zulken zonderlingen, verouderden aard, dat Elizabeth er eerst
+om geglimlacht had en er daarna eenigszins mee verlegen was geweest. Ze
+had zich een eenvoudige kerkelijke kroning voorgesteld, waarbij de
+eed op het Charter al de voornaamste plechtigheid zou uitmaken, en nu
+verraste het Russisch schrijven haar met een menigte voorschriften,
+waarvan de meesten op oude overleveringen en bijgeloovige gebruiken
+berustten.
+
+Zabern had de schouders opgehaald, toen Elizabeth hem vroeg wat hij
+er van dacht.
+
+"Ik ken die kronings-formulieren," zei hij, "Rusland schrijft ze
+altijd voor bij dergelijke gelegenheden; soms, als de betrokken
+persoon voor die middeleeuwsche gebruiken voelt, volgt men ze op,
+maar doorgaans wordt er de hand mee gelicht. We zullen zien wat de
+Ministerraad er van zegt."
+
+Het stuk werd in den Raad voorgelezen; er werd bepaald welke personen
+met de leiding van het geheel en die der onderdeelen zouden worden
+belast, en daarna kwamen de voorgeschreven gebruiken ter sprake.
+
+Onder meer was bepaald, dat er een zoogenaamde kampioen moest worden
+aangewezen, die, vóor de Prinses de kroon ontving, zich voor den troon
+moest opstellen, een handschoen neerwerpen, en ieder die de Prinses
+het recht op de kroon zou willen betwisten, tot een gevecht uitdagen.
+
+"Natuurlijk," zei Radzivil, nadat hij dit had voorgelezen, "is dit
+niets dan een vorm, wordt er slechts een symbolische handeling
+mee bedoeld. Daar de Czaar zelf uw kroning wenscht, zal geen
+Russisch-gezinde er zich tegen verzetten, en de Czernoviërs zullen
+het natuurlijk nog minder doen."
+
+"Maar als het slechts een vorm is," zei Elizabeth met een medelijdenden
+glimlach, "zouden we dan zulk een kinderachtig oud gebruik niet
+achterwege laten?"
+
+Dit voorstel vond eenige tegenkanting bij Ravenski en de andere
+verdachte leden van het Kabinet, die van oordeel waren dat de wil
+van den Czaar tot in kleinigheden moest worden uitgevoerd.
+
+"Maar wat zouden daar dan de gevolgen van zijn?" riep Elizabeth. "Stel,
+dat iemand zoo dwaas is den handschoen op te rapen en de uitdaging aan
+te nemen, dan moet volgens de letter der voorschriften het gevecht
+plaats hebben. Maar als nu de kampioen valt, zou dan de Prinses van
+haar waardigheid afstand moeten doen? Dat is toch al te dwaas!"
+
+Men scheen dit in te zien, ofschoon Zabern tot Elizabeth's verbazing
+zich met geen enkel woord in de discussie mengde, en ten slotte kwam
+men overeen onder meer ook dit gedeelte van de kroningsplechtigheid
+te doen vervallen.
+
+Nadat nog verscheiden andere zaken waren geregeld, die de kroning
+betroffen, ging de vergadering uiteen.
+
+
+
+Eenige tijd ging nu zonder bizondere voorvallen voorbij.
+
+Twee dagen voor de kroning echter ontving Elizabeth een bezoek van
+Ravenski. Deze verrader had haar geruimen tijd met rust gelaten,
+maar alleen om daarna met te meer zekerheid zijn slag te slaan.
+
+Met een brutaliteit, sommige laffe menschen eigen, kwam hij op
+zijn vroegere voorstellen terug. Hij wees er op, dat men in Rusland
+Elizabeth's weigering om den Hertog van Bora te huwen, schijnbaar
+zonder protest had aangenomen, maar hij waarschuwde haar dat de Czaar
+zich voorbereidde haar voor die daad te doen boeten.
+
+"Reken er op Prinses, dat uw kroningsfeest een doodsfeest zal worden,
+zoo ge uw weigering niet intrekt. Door openlijk te erkennen, wat tot
+nog toe door middel van mijn fonograaf alleen mij bekend was, hebt ge
+mijn plan met de drie gezegelde pakketten van nul en geener waarde
+gemaakt. Ik heb mij daardoor echter niet laten overbluffen. Alle
+maatregelen tot uw ondergang zijn getroffen. Daarom vraag ik u voor
+de laatste maal: doe afstand van de regeering, volg mij als mijn
+vrouw--het is het eenige middel om uw leven te redden."
+
+Opnieuw wees Elizabeth zijn beleedigend voorstel van de hand, en
+beval den Minister zelf onmiddellijk te vertrekken, wilde hij niet
+door haar lijfwacht gearresteerd worden.
+
+Maar Ravenski beantwoordde haar bedreiging met een smalenden glimlach.
+
+"Arresteer mij, Prinses," zei hij, "maar weet dat, zoodra mijn
+gevangenneming bekend wordt, een mijner handlangers den Czaar het
+bewijs levert, dat het Charter, waarop ge uw kroningseed zult zweren,
+valsch is. Daarmee zal de annexatie een voldongen feit zijn."
+
+"Het Charter valsch! Ge weet niet wat ge zegt. Goed, lever dat bewijs
+als ge kunt! Het zal u niet gelukken. Ik spot met uw bedreigingen,
+die slechts dienen om mij een ongegronde vrees aan te jagen, En
+nu nogmaals: ga heen, of de grenadiers van mijn lijfwacht zullen u
+gehoorzaamheid leeren!"
+
+Met den smalenden glimlach nog op de lippen ging Ravenski zwijgend
+heen.
+
+Toen hij vertrokken was, voelde Elizabeth zich onwillekeurig onder
+den indruk van zijn woorden. Aan den eenen kant wist ze, dat hij
+haar slechts angst wilde aanjagen, want er was immers geen sprake
+van: het Charter, echt en onvervalscht, berustte veilig en wel in
+de Bank. Aan den anderen kant echter miste ze den moed Ravenski voor
+zijn beleedigend gedrag te doen straffen; hij had zoo dreigend en met
+zulk een zekerheid gesproken, dat ze niet nalaten kon een verborgen
+beteekenis aan zijn woorden te hechten. Zou er misschien inderdaad met
+het Charter iets niet in orde zijn? Waarom, zoo herinnerde zij zich
+nu, had Zabern er zoo op aangedrongen, dat ze Orloff dit document in
+geen geval toonen zou?
+
+Ze besloot den Maarschalk in dezen twijfel om raad te vragen.
+
+Een onverwachte gebeurtenis kwam echter dit voornemen op den
+achtergrond dringen.
+
+In den vroegen morgen van den dag die aan de kroning voorafging,
+lieten Radzivil en Zabern zich bij de Prinses aandienen.
+
+"Hoogheid," zeide de Premier, "een Russisch leger van honderdduizend
+man trekt samen bij Zamoska."
+
+Zamoska, geen zes mijlen van de Czernovische grens!
+
+"Een Russisch leger bij Zamoska?" herhaalde Elizabeth.
+
+"En aangevoerd door den Czaar in persoon."
+
+"Wat heeft de Czaar voor met een revue over zijn troepen zoo dicht
+bij onze grenzen?"
+
+"Toen het nieuws ons gisteravond bereikte," vervolgde Radzivil,
+"wilden we U niet in Uw slaap storen. Ik veroorloofde me daarom uit
+Uw naam den Czaar opheldering te doen vragen omtrent dit verzamelen
+van troepen bij onze grens."
+
+"Daar deed ge goed mee. Is de boodschapper terug?"
+
+"Zoo juist. Hij ontving als verklaring het bericht dat enkele Russische
+afdeelingen zich bij Zamoska vereenigden voor de herfstmanoeuvres."
+
+"U gelooft dat toch niet?" vroeg Elizabeth aan Zabern.
+
+"Zeker niet, Prinses. Ge zult U op het ergste moeten voorbereiden. Naar
+mijn overtuiging maakt de Czaar zich gereed U na Uw kroning met geweld
+van wapenen den volgenden eisch te stellen: den Hertog van Bora te
+huwen. Ge weet wat dit beteekent en waarvan dat huwelijk het voorspel
+zou zijn."
+
+"Maar met welk recht wil de Czaar dien eisch stellen!" riep Elizabeth
+met fonkelende oogen. "Met welk recht?"
+
+"Met het recht, dat de heele wereld erkent: het recht van den
+sterkste. De diplomatie heeft gefaald--nu zal het kanon spreken. En
+Prinses, wanneer de Russen onzen grond betreden--?"
+
+"Dan zullen we ze met de wapenen ontvangen!"
+
+"Maar, Hoogheid," zei Radzivil bedrukt, "welke kans hebben wij om ze
+te verslaan?"
+
+"Een zeer kleine," antwoordde Elizabeth, "maar wat zoudt ge dan
+willen? Dat ik me op de knieën voor den veroveraar wierp, den slag
+afwachtend? Nooit! Zoo lang me een man en een geweer overblijft,
+zoo lang zal ik tegenstand bieden!"
+
+"Wil Uwe Hoogheid het Kabinet en de Kamer niet bijeen roepen?" vroeg
+de Premier.
+
+"Om naar lafhartige of verraderlijke raadgevingen te
+luisteren? Neen. Maarschalk, geef onmiddellijk bevel, dat onze troepen
+de grens bezetten. Neem alle maatregelen die ge voor de verdediging
+van het land noodig oordeelt."
+
+"Wenscht Uwe Hoogheid de kroning uit te stellen?" vroeg Radzivil.
+
+"Alsof we bang waren? Neen. Geen uitstel. Na de plechtigheid zal ik
+het leger gereed vinden en mij aan het hoofd er van stellen. En nu--te
+wapen! Een Oud-Hollandsche Republiek valt niet zonder slag of stoot!"
+
+"Het is de geest van Uw voorouders die spreekt," zei Zabern. "Prinses,
+waarom zijt ge niet als man geboren!"
+
+"Een vrouw die _wil_, Maarschalk, staat in niets achter bij den man!"
+
+
+
+
+
+
+VIJF EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+DE VOORAVOND VAN DE KRONING.
+
+ Het Russische leger komt nader.--Ravenski hernieuwt zijn
+ bedreigingen.--Elizabeth ontvangt een bezoek van den Hertog
+ van Bora.--De drie verraders geknipt.
+
+
+De toebereidselen tot de kroning waren gereed; de laatste vlaggestok,
+de laatste eereboog was opgericht; de stad was vroolijk versierd met
+bloemen en kleurige lampions.
+
+Vreemdelingen en landvolk uit de omgeving liepen bewonderend door de
+stad, en telkens werd Elizabeth door hun geestdriftige kreten op het
+balkon geroepen.
+
+De vroolijk-versierde stad vormde een vreemde tegenstelling met de
+komende onheilen. Elizabeth voelde dat:
+
+"Zoo heeft menige stad er uitgezien aan den vooravond van haar val,"
+sprak ze bij zichzelf, zich steeds ongeruster makend over de inkomende
+berichten, en verwonderd, neen beangst door het uitblijven van elke
+tijding betreffende Felix. Wanneer hij een plan had tot redding van
+Czernovië, dan was 't nu tijd dat uit te voeren!
+
+Elk uur brachten koeriers haar tijding aangaande de bewegingen bij
+de grens. Vroeg in den morgen was het Russische leger opgebroken,
+het lag nu ongeveer een mijl van de grens. Telkens reden Kozakken,
+op hun vurige kleine paarden, in galop uit de linie, de Czernovische
+schildwachten door hun kreten als het ware tot vuren uitlokkend. Op
+heuveltoppen zag men Russische officieren staan, die door hun kijkers
+het omliggende terrein waarnamen.
+
+Twee boden, door Elizabeth afgezonden om in het Russisch kamp de
+reden van dit alles te vragen, waren niet teruggekomen.
+
+Men was in Czernovië gereed. Twaalfduizend man hadden de grensforten
+en hun tusschenliniën bezet, elk kanon stond gereed de toegangswegen
+tot Czernovië te bestrijken. De overige achtduizend man moesten in
+Slavowitz blijven, daar Zabern elk oogenblik gereed wilde zijn het
+te verwachten oproer te onderdrukken.
+
+Het was een spannende tijd. Vijanden binnen en buiten; een leger,
+dat in aantal verreweg het eigen overtrof, lag zoo dicht bij de
+grens, dat elk bij toeval of door kwaadwilligheid afgegaan schot de
+vijandelijkheden kon openen.
+
+Elizabeth overdacht dit alles in een sombere stemming, toen zij bericht
+ontving dat de Hertog van Bora in het Paleis was en haar verzocht
+te spreken. Ze was op zijn komst niet onvoorbereid, en haar gelaat
+stond vastbesloten toen zij de trap afging naar het Witte Salon,
+waar de Hertog wachtte.
+
+Onderweg kwam zij Zabern tegen.
+
+"De Hertog is er!" fluisterde zij.
+
+"Alles is gereed," antwoordde de Maarschalk.
+
+Toen Elizabeth de Witte Zaal binnenkwam, boog de Hertog met een
+glimlach van kwalijk verborgen triomf. Hij voelde zich volkomen
+veilig bij de gedachte, dat de Russen in de nabijheid waren, en hij
+kwam nu als een soort veroveraar zijn voorwaarden stellen, meenend de
+Prinses onderworpen en geheel onder den indruk der gebeurtenissen te
+vinden. Maar het spel dat hij speelde, bewees wel dat zijn diplomatieke
+gaven niet zeer groot waren.
+
+"Ik ben gekomen," begon hij, zonder zich door haar koel optreden te
+doen afschrikken, "om u aan een belofte te herinneren die ge mij zoo
+dikwijls deed--de belofte om mijn vrouw te worden."
+
+Elizabeth antwoordde niet, zag hem alleen met een verachtelijken
+blik aan.
+
+"Het is waar," vervolgde Bora luchtig, "dat ge mij op dat punt uw
+zoogenaamde eindbeslissing eenigen tijd geleden al meedeelde. Maar de
+loop der gebeurtenissen doet een mensch zoo vaak zijn aanvankelijke
+besluiten herroepen."
+
+"En waarom meent ge, dat de gebeurtenissen dit thans zouden doen?"
+
+Bora glimlachte geheimzinnig:
+
+"Ik wil alleen zeggen, dat ge u een weigering van mijn aanzoek zeer
+zult berouwen."
+
+"Ge ontwijkt mijn vraag. Dan zal ik ze beantwoorden. Gesteund door
+den Czaar, hoopt ge over Czernovië te regeeren. Niet mij--mijn
+positie alleen wenscht ge te bezitten. Ge streeft naar den troon
+van Czernovië, wel wetend dat ge die het zekerst en het rustigst
+zult bezitten door mij tot uw vrouw te maken. Heb ik uw lafhartige
+drijfveeren goed doorzien?"
+
+De Hertog zag nu zijn dwaling in; hij had verwacht de Prinses angstig
+en onderworpen te vinden; in plaats daarvan maakte haar streng optreden
+hem eenigszins ongerust. Hij deed echter een laatste poging om haar
+vrees aan te jagen, en zei trotsch:
+
+"U wijst mijn aanzoek af? Goed! Dan is dit onderhoud geëindigd."
+
+En na een vluchtigen groet ging de Hertog naar de deur. Elizabeth
+bewoog zich niet, liet hem rustig gaan. Hij rukte driftig de deur
+open, maar deinsde op het zelfde oogenblik terug: de mondingen van
+drie revolvers hadden hem aangegrijnsd.
+
+Snel sloot hij den toegang tot de Witte Zaal weer.
+
+"Dat is verraad, Prinses!" riep hij woedend. "Dat is sluipmoord! Laat
+me door!"
+
+En, om zich heenziend, snelde hij naar de breede glazen tuindeuren,
+waardoor men het terras bereikte. Hij had den deurknop nog niet
+gegrepen of vier grenadiers kruisten de bajonetten en versperden hem
+bij voorbaat den doortocht.
+
+"Ga zitten, Hertog, doe toch geen vergeefsche moeite," zei Elizabeth
+kalm. "Er zal u geen kwaad geschieden; ik wensch slechts dat ge
+wachten zult tot ik uitgesproken heb."
+
+Onwillig nam de Hertog weer plaats.
+
+"Waarom," vroeg Elizabeth, "hebt ge me sedert een jaar met betuigingen
+van liefde, met huwelijksaanzoeken beleedigd?"
+
+"Beleedigd? Waartoe dat woord?"
+
+"Omdat ge intusschen in 't geheim met mijn vijanden samenspande."
+
+"Ge hebt naar de woorden van Zabern geluisterd!"
+
+"Neen--naar die van Lipski. Ge schrikt--en ge hebt er reden
+toe. Zooeven, Hertog, heeft de Regeering Lipski's woning doen
+overvallen. Dat wist ge niet! Zijn kelders bleken duizenden wapens
+te bevatten, in zijn kamers vergaderden Russische agenten, waaronder
+de spion Russakoff. Lipski heeft alles bekend."
+
+"Wat bekend?" vroeg Bora, als door een bliksemstraal getroffen bij
+het vernemen van dit onverwachte nieuws.
+
+"Bij voorbeeld dit:
+
+"Ongeveer een jaar geleden stichtte hij een nieuw blad, de Kolokol. Het
+kweet zich zoo goed van zijn anti-regeeringsgezinde taak, dat in
+korten tijd tweedracht werd gezaaid waar vroeger rust en eenheid
+was. De Russen en andere vreemdelingen, vroeger even aanhankelijk
+als de Czernoviërs, zijn onder den invloed van dat opruiende blad
+vijanden van het Gouvernement geworden. En wie was de eigenaar van dat
+blad? Wie betaalde het? Wie gaf de strekking aan? Gij--Alexander Bora!"
+
+"Dat heeft Lipski gelogen!"
+
+"We zullen zien. U zult de gelegenheid hebben hem dat persoonlijk
+te zeggen. Is het ook een leugen, dat de Kloosterwet uw medewerking
+had? Dat ge de afgevaardigden trachtte om te koopen met het goud
+van Orloff?"
+
+"Leugens!" mompelde de Hertog, meer en meer verslagen.
+
+"En het complot om het Charter te vernietigen? Op uw verzoek vroeg
+Orloff goedkeuring op dat plan van de Russische Regeering. Gelukkig
+mislukte het door de waakzaamheid van Zabern," zei Elizabeth, niet
+wetend dat de Maarschalk haar van dit voorval nooit de juiste toedracht
+had verteld.
+
+De Hertog zag angstig om zich heen. Hij zou in staat geweest zijn
+Elizabeth te dooden, als hij daardoor had kunnen ontsnappen, want
+hij wist dat zijn verraad nu bekend was, en dat de gevangenis hem
+wachtte. Maar Elizabeth zag hem zoo doordringend aan, dat hij geen
+beweging maken durfde.
+
+"Er is nog meer!" ging ze voort. "Mijn Secretaris, mijn trouwste
+en aanhankelijkste onderdaan en vriend--hij werd op uw aanstoken
+vermoord. Russakoff werd er voor betaald door Lipski--vierhonderd
+roebels ontving hij. Ontken het niet--onlangs heeft Katina Ludovska
+aan Lipski's stem den man herkend die Russakoff in haar vaders herberg
+tot de misdaad omkocht. Met _uw_ medeweten! Het cijferschrift mocht
+niet opgelost worden! En nu--volg me. Hier zijn uw medeplichtigen."
+
+Elizabeth had een zijdeur geopend, en daar zag hij Lipski en Russakoff,
+door een afdeeling soldaten bewaakt. De Hertog trachtte niet langer
+te ontkennen; zwijgend en gebroken hoorde hij de Prinses aan.
+
+"Dat was dus uw plan--Russograd te wapenen, barricaden op te werpen,
+en wanneer het Gouvernement zou trachten den opstand te dempen, den
+Czaar te verzoeken hulp aan de onderdrukte Moscoviten te verleenen! En
+de Czaar zou zijn hulp niet weigeren: Bora op den troon, en de Prinses
+tusschen twee mogelijkheden geplaatst: hem te trouwen, of--haar verdere
+levensjaren te slijten op het fort Schlüsselburg, in de grijze wateren
+van het Ladoga-meer. De uitvoering van uw programma is verijdeld. En
+ge zult niet opnieuw beginnen."
+
+Elizabeth drukte op den knop van een electrische schel, en Zabern
+kwam binnen, gevolgd door een afdeeling grenadiers. Vijf minuten
+daarna werden de drie verraders met geboeide handen in een gesloten
+wagen naar de citadel gevoerd.
+
+Eerst daarna, maar zooals we zien zullen, nog niet te laat, vond
+ze gelegenheid Zabern met de bedreigingen van Ravenski in kennis
+te stellen.
+
+
+
+
+
+
+ZES EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+ZABERN EN RAVENSKI.
+
+ Melchior, de verrader.--Zabern verschijnt.--De
+ postduif.--Ravenski ontvangt een sabelhouw.--Het kanon van
+ de Citadel.
+
+
+Op dienzelfden dag vóor de Kroning, den 14en September 1902, had er
+in het studeervertrek van Ravenski, die even als de andere Ministers
+over drie appartementen van het Paleis voor eigen gebruik beschikte,
+een bijeenkomst plaats tusschen dezen titularis en den portier van
+het St. Nicolaas-klooster, Melchior Obrowitch.
+
+Terwijl het verwerpen van de wet-Lipski de aandacht van de kloosters
+had afgeleid, was Ravenski in stilte voortgegaan het geheim uit te
+vorschen, dat naar zijn vermoeden achter het zoo in de gunst der
+Prinses staande St. Nicolaas-klooster lag verborgen. Door middel van
+geld en beloften had hij den bovengenoemden Melchior, een uitgeweken
+Rus, die jaren geleden door Ravenski's invloed tot portier was
+benoemd, voor zich weten te winnen, en deze had hem sinds lang op
+de hoogte gehouden van allerlei gebeurtenissen in het klooster,
+welke het vermoeden wekten, dat daar politieke samenkomsten plaats
+hadden. Ja, meer dan dat: het aantal kisten, zoogenaamd levensmiddelen,
+meubelen, kleederen of iets dergelijks bevattend, dat den laatsten
+tijd het klooster was binnen gebracht, had den portier verwonderd,
+en de omstandigheid dat men hem al eenige maanden geleden den sleutel
+der kelders had ontnomen, en die aan de bewaring van een der monniken
+toevertrouwd, deed hem gelooven dat in die kelders nog andere dingen
+verborgen lagen dan vaten wijn en brandstoffen.
+
+Ravenski was met al deze inlichtingen zeer ingenomen, maar vooral
+deed het hem genoegen dezen avond van Melchior te vernemen, dat hun
+vermoeden, als zou het Charter van Czernovië wel degelijk verdwenen
+zijn, zekerheid geworden was. Ravenski had dus de Prinses niet op
+ijdele gronden met de openbaarmaking van dat geheim bedreigd. Ravenski
+had zich namelijk, den dag na dien, waarop Orloff als gezant ten
+Paleize was geweest, met dezen in verbinding gesteld, getrouw aan zijn
+aard alle middelen aangrijpend die hem voordeel konden bezorgen. En
+zijn vermoeden, dat er met het Charter iets niet in den haak was, vond
+weldra bevestiging. Zoodra hij zijn diensten Orloff aangeboden had,
+ontstond het begin van een levendige briefwisseling tusschen die beide
+mannen, en Ravenski kwam te weten, dat er volgens Orloff's inlichtingen
+wel degelijk een papier was verbrand dat den inhoud vormde van den
+ijzeren koffer die het Charter moest bevatten. Een afgesproken signaal
+met een blauwe lantaren had hem immers die zekerheid gegeven. Na de
+verklaring van Zabern omtrent de overbrenging van het Charter naar
+de Czernovische Bank, was Orloff echter verlangend te weten te komen
+of dus inderdaad slechts een copie was vernietigd, dan wel of Zabern
+een handig verzinsel voor waarheid had doen gelden.
+
+Onvermoeid had Ravenski dit nagespeurd, en hedenavond bracht Melchior,
+zijn handlanger, hem de zekerheid dat het Charter niet meer bestond!
+
+"Ik ben daarvan om twee redenen overtuigd," zei Melchior. "De eerste
+is deze. Een paar dagen geleden bracht een meisje uit den omtrek,
+Katina Ludovska, een bezoek aan het klooster-museum. Dit is op
+zichzelf niets bizonders; vele vreemdelingen, en ook landgenooten,
+vooral studenten en andere mannen der wetenschap, bezoeken dit museum,
+dat zeer merkwaardige boeken en perkamentrollen bezit, van belang voor
+de geschiedenis van kerken en kloosters. Terwijl ik Katina rondleidde,
+trof het mij, dat ze herhaaldelijk stilstond voor een document,
+dat de eigenhandige naamteekening van Czaar Alexander I draagt;
+telkens bekeek ze het met een aandacht die me vreemd voorkwam. Maar
+het merkwaardigst was, dat, op haar verzoek om dit stuk in bruikleen
+te mogen ontvangen als hulpmiddel bij een wetenschappelijke studie,
+de beheerder van het museum, broeder Angelico, dadelijk bereid was het
+af te staan, ofschoon anders slechts copieën, nooit oorspronkelijke
+stukken als dit, mogen worden meegenomen.
+
+"Dienzelfden dag ging ik Katina na; niet alleen overtuigde ik mij,
+dat ze in allerlei winkels van Slavowitz naar monsters van perkament
+vroeg, maar ook weet ik dat ze herhaaldelijk door Zabern ontvangen is,
+en langdurige bezoeken aan zijn studeervertrek bracht. Ziedaar mijn
+tweede reden.
+
+"Er is dunkt me geen twijfel aan: Zabern liet haar op een copie van
+het Charter de handteekening van Czaar Alexander namaken, en het stuk,
+dat gister in de ijzeren koffer naar de kerk werd overgebracht, is
+een valsch stuk, dat dienen moet om morgen de Prinses den kroningseed
+daarop te doen afleggen."
+
+"Uitstekend!" riep Ravenski. "Dat zijn inlichtingen die goud waard
+zijn, en zoo dadelijk gaat een brief, die deze tijding bevat,
+naar den Czaar. Nu heb ik bewijzen genoeg om de Prinses ten val te
+brengen. Morgen is Czernovië Russisch grondgebied!"
+
+De portier boog, en op een wenk van Ravenski liet hij dezen alleen.
+
+Onmiddellijk daarna stelde de Minister het gehoorde op schrift,
+adresseerde zijn brief aan den Czaar, en stak een copie daarvan
+in zijn binnenzak. Dit gedaan hebbende, leunde hij een oogenblik
+met gesloten oogen achterover in zijn armstoel, genietend van zijn
+aanstaanden triomf. Door het geopende venster drongen de vroolijke
+geluiden der feestvierende Czernoviërs naar binnen, die zich reeds
+verheugden op den dag van morgen.
+
+Ravenski hoorde het, en met spottenden glimlach zei hij luid:
+
+"Morgen zal uw blijdschap in rouw veranderen!"
+
+"_Wees daar niet te zeker van!_" zei een ironische stem.
+
+De eenige man in Czernovië, dien Ravenski op dit oogenblik het minst
+verlangde te zien, was Zabern--en toch was het Zabern die gesproken
+had!
+
+Hevig verschrikt opende Ravenski de oogen, en zag den Maarschalk
+met over elkaar geslagen armen aan de andere zijde van de tafel
+staan. Achter hem stond zijn ordonnans, Nikita. Een vrouw, Katina,
+was bezig de deur van het vertrek zorgvuldig te sluiten. In het
+besef van het gevaar strekte Ravenski de hand uit naar een bel,
+die op tafel stond. Maar Zabern was hem voor.
+
+"Geen geluid! of ik schiet je neer!"
+
+"Wat wilt ge van me?!"
+
+"Je leven!"
+
+Ravenski begreep dat Zabern tot geen ander doel gekomen kon zijn;
+toch gingen deze beide woorden hem als met een schok door het lichaam.
+
+"Ge wilt me dus vermoorden!" hijgde hij.
+
+"Noem het vermoorden. Het is me om 't even. Ik noem 't terechtstellen."
+
+"En mijn misdaad...?"
+
+"Ligt daar!" zei Zabern, snel den brief grijpend, waarop zijn scherp
+oog het adres gelezen had, en dien ook Ravenski in datzelfde oogenblik
+trachtte te verbergen.
+
+Zabern scheurde het couvert open.
+
+"Het bewijs van uw verraad. Er behoeft hierover geen woord meer
+gesproken te worden. Hier is een revolver. Ik geef u de gelegenheid
+zelfmoord te plegen. Dan zal men ten minste nog denken, dat ge
+éens in uw leven gevoeld hebt een geweten te bezitten, éens in uw
+leven wroeging hebt gekend. Het is de eervolste dood dien ik u kan
+aanbieden."
+
+Ravenski werd lijkbleek.
+
+"Geef me tien minuten slechts," hijgde hij, "tien minuten in de
+kamer hiernaast."
+
+"Met welk doel?"
+
+"Om--om te bidden."
+
+"Ik zie het nut daarvan niet in," zei Zabern droog. "Nooit kan een
+leven van gebed uw zonde uitwisschen."
+
+"Vijf minuten maar, opdat ik mijn geweten tot rust kan brengen in
+deze laatste oogenblikken van mijn leven! Ik smeek er u om."
+
+"Goed. Vijf minuten. Maar in deze kamer."
+
+"Het vertrek hiernaast is een bidvertrek," pleitte Ravenski.
+
+"Willig zijn wensch in, Maarschalk," zei Katina, die het geheele
+tooneel afschuwelijk vond, en reeds te voren vergeefs gepoogd had
+Zabern van deze ontzettende terechtstelling terug te brengen.
+
+"Maar dan ontsnapt hij ons!" riep Nikita.
+
+"Ik kan niet ontsnappen. Het bidvertrek heeft geen enkelen uitgang. Het
+venster is vijftig voet boven den grond."
+
+Zabern, vermoedend dat Ravenski een list voor had, doorzocht het
+vertrek, doch vond er niets dat kwade vermoedens kon opwekken. Er
+stond een bidstoel, er hing een enkele lamp; overigens was er niets
+wat een ontsnapping kon begunstigen.
+
+"Neem uw vijf minuten," zei Zabern. "Maar denk er aan, ik houd u in
+het oog. Tracht niet te ontsnappen."
+
+Ravenski ging met bevende schreden in het bidvertrek, en knielde neder.
+
+Zabern volgde elke beweging.
+
+"Maarschalk," vroeg Katina, een laatste poging aanwendend om de
+menschelijkheid te doen zegevieren, "is de gevangenis niet een
+voldoende straf voor zijn misdaad?"
+
+Zabern schudde alleen zwijgend het hoofd.
+
+"Wie zal trachten den Maarschalk te weerstaan?" zei Nikita, bijgeloovig
+en onderworpen als hij was.
+
+"_Dat zal ěk!_" zei een stem.
+
+Bij deze woorden zag het drietal elkaar verbaasd aan, want de stem
+kwam uit het bidvertrek en kon van niemand anders zijn dan van
+Ravenski. Van de oogenblikkelijke verrassing bekomen, wierp Zabern,
+een list vreezend, de deur wijd open.
+
+"Maarschalk Zabern," zei Ravenski, "wanneer gij den troon der Prinses
+wenscht te beschermen, kom dan geen stap nader. Zie goed wat ik hier
+in mijn hand heb."
+
+Het raam van het bidvertrek, dat te voren gesloten was geweest, stond
+nu open, en het maanlicht viel op het bleeke gelaat van Ravenski, die
+voor het venster stond. In zijn rechterhand hield hij een duif, aan
+wier hals een brief was gebonden. Op dit gezicht bleven de drie mannen
+onbewegelijk staan, want zij begrepen dat deze vogel een postduif was.
+
+Ravenski's list had dien van Zabern overtroffen, en de Maarschalk
+vervloekte het oogenblik van toegevendheid, dat hem deze nieuwe
+moeielijkheden berokkend had.
+
+"Zie je wel," mompelde hij tot Katina. "In de politiek is
+menschelijkheid een onvergeeflijke fout!"
+
+"Luister!" riep Ravenski, de hand waarschuwend opheffend. "Als ge
+een voet verzet, laat ik de duif los. Deze brief bevat een copie van
+dien, welken de Maarschalk zich zooeven toeëigende. De Czaar zal
+er uit lezen, dat het Charter door Katina Ludovska is vervalscht,
+en dat het St. Nicolaas-klooster de bewijzen eener Czernovische
+samenzwering bevat."
+
+"Praat niet te lang," zei Zabern met geveinsde onverschilligheid,
+"de vijf minuten zijn om."
+
+"Deze duif heeft reeds meermalen in het donker het kamp van den Czaar
+bereikt," vervolgde Ravenski. "Wanneer ge me nadert, zal ze den weg
+weten te vinden, en Czernovië is verloren. Beloof me mijn leven te
+sparen, en ik zweer dat ik van mijn plannen afzie."
+
+Zabern begreep dat er gehandeld moest worden.
+
+"Katina," fluisterde hij, "schiet! Niet Ravenski, maar de duif."
+
+Onmiddellijk weerklonk een schot, gevolgd door een snelle beweging
+van Zabern om de duif te grijpen. Maar de kogel had den pols van
+Ravenski geraakt, zijn hand liet het dier los, en dit vloog door het
+open venster naar buiten. Katina, hoe goed een schutter overigens,
+had het doel gemist.
+
+"In hemelsnaam, Katina," riep Zabern, als gek geworden naar het venster
+stormend, terwijl hij naar de duif wees, wier witte gedaante duidelijk
+tegen de donkere lucht afstak. "In hemelsnaam, schiet!"
+
+De duif, onzeker nog welken weg te kiezen, bewoog langzaam voort in
+groote kringen, elk oogenblik stijgend. Katina legde aan, volgde den
+vogel in zijn vlucht, en toen zij zeker scheen van haar schot, haalde
+zij den trekker over. Een tweede schot weerklonk. Angstig staarde
+Zabern naar de duif, hopend haar te zien vallen. Katina hield zich
+reeds gereed naar den Hoftuin te snellen en het dier op te rapen. Maar
+er fladderden slechts enkele veertjes door de lucht. Katina had opnieuw
+gemist en in een rechte lijn vloog de duif voort, een oogenblik later
+achter de boomtoppen verdwijnend.
+
+Met een verwensching liet Katina het wapen vallen.
+
+Maar er was geen tijd tot aarzelen. Van de verwarring gebruik
+makend, was Ravenski het bidvertrek uitgesneld, naar de deur van zijn
+zitkamer. Daar trad Nikita hem met uitgespreide armen in den weg, om
+hem den doortocht te versperren. Maar Ravenski, slechts op lijfsbehoud
+bedacht, greep met beide handen den zwaren eikenhouten leunstoel,
+om er Nikita het hoofd mee in te slaan. Hij hief den stoel op--maar
+Zabern was achter hem. Schuimbekkend van woede, geen oogenblik meer
+bedenkend dat hij tegenover de buitenwereld den schijn van zelfmoord
+had willen bewaren, bracht hij den ongelukkige een sabelhouw toe,
+die hem den schedel letterlijk in tweeën spleet.
+
+"Naar de hel, en zeg dat Zabern je gezonden heeft!"
+
+
+
+De kerkklokken lieten de vroolijke melodie hooren, die het slaan der
+uren voorafgaat. Na een tusschenpoos van plechtige stilte klonk de
+eerste slag van middernacht.
+
+"De Kroningsdag!" mompelde Zabern.
+
+"Hoor eens hoe ze juichen," zei Nikita.
+
+Uit elk deel der stad, van wijde pleinen en nauwe straten, klonk het
+steeds aanzwellend gejubel der bevolking. De feestdag was aangebroken!
+
+Met een bitteren glimlach blikte Zabern naar het oosten. De hemel
+was in die richting roodgekleurd door de talrijke wachtvuren van het
+Russische kamp--het kamp waarheen de vlugge duif nu haar weg zocht
+met de voor Czernovië zoo noodlottige tijdingen. Hoe lang nog zou
+het duren, eer--
+
+Zabern schrikte op.
+
+Boven het juichen der bevolking klonk een onheilspellend, dreunend
+geluid door de nachtlucht. De losbranding van een enkel, niet ver
+verwijderd kanon.
+
+Zabern begreep bij ingeving de beteekenis.
+
+"Het kanon van de Citadel!" riep hij, de kamer uitsnellend. "Bij alle
+duivels--_de Hertog is ontsnapt!_"
+
+
+
+
+
+
+ZEVEN EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+DE KRONING.
+
+ Hoe het kwam dat de Hertog ontvluchtte.--De stoet zet zich
+ in beweging.--Waar blijft Felix?--Waar blijft Rob?--Het
+ St. Nicolaas-klooster door de Russen bezet.--De stem van
+ Orloff.--De Hertog verschijnt.--De Czaar!--Rob brengt het
+ Charter.--Elizabeth kiest Felix tot kampioen.
+
+
+De morgen van Elizabeth's kroning brak zoo zonnig en zoel aan, dat
+het bijna onmogelijk was op zulk een mooien dag aan de komst van
+noodlottige gebeurtenissen te gelooven.
+
+Enkele uren vóor het begin der plechtigheid ontving de prinses haar
+Ministers, om nog eenige dingen te bespreken.
+
+Tot nog toe hadden er geen vijandelijkheden plaats gehad. Alle koeriers
+kwamen met de tijding terug, dat het Russisch leger de grens niet
+dichter genaderd was dan te voren. Niets wees op vijandige bedoelingen,
+zoodat sommige Ministers zich zelfs wat gerustgestelder gingen voelen.
+
+Zabern alleen wist maar al te goed, dat er geen enkele reden tot
+geruststelling was; niemand beter dan hij kende het gevaar dat
+Czernovië bedreigde. Hij had, wat natuurlijk onvermijdelijk was,
+de Prinses met den dood van Ravenski in kennis gesteld, maar er van
+gesproken als van een moordaanslag, welks daders hij op 't spoor
+was. Het leek hem overbodig de Prinses de overige bizonderheden te
+vertellen, en ook wilde hij liever het gebeurde met de duif voor haar
+verborgen houden. Wanneer de loop der gebeurtenissen haar van alles
+op de hoogte bracht, was het nog tijd genoeg; waartoe haar zorg en
+haar vrees nog te vermeerderen?
+
+"Bovendien," dacht Zabern, "wat heeft het voor nut, de Prinses al
+deze ellende te doen meeleven? Het eind is gekomen, al mijn werken is
+vergeefsch geweest, we moeten ons gewonnen geven. Alleen een wonder
+kan Czernovië nog redden--laten we in berusting dat wonder afwachten."
+
+Inderdaad, ondanks alles, had Zabern nog hoop. En dat gaf hem de
+kracht, ofschoon hij zich somber gestemd voelde, uiterlijk zijn gewone
+kalmte en vastberadenheid te bewaren.
+
+Het gesprek der Ministers kwam ook op den moord van Ravenski.
+
+"Een verschrikkelijke en geheimzinnige historie," zei Radzivil. "De
+dokters zeggen, dat de houw met een sabel moet toegebracht zijn,
+en door een vaste hand, die gewoon is het wapen te hanteeren."
+
+"Dan zal de Hertog van Bora 't wel gedaan hebben," zei Zabern droog.
+
+Radzivil vond de aardigheid ongepast, en vroeg:
+
+"U hebt toch zeker wel een belooning uitgeloofd voor wie de daders
+aanwijst?"
+
+"Geen roebel," zei Zabern kort.
+
+"Dat is tegen uw gewoonte!"
+
+"Waarom zou ik een premie uitloven als ik den dader ken? Hij heeft
+twee medeplichtigen."
+
+"U kent den dader? En waarom is hij dan nog niet gegrepen?"
+
+"Omdat ik gewichtige redenen heb hem nog ongemoeid te laten."
+
+"Maar als hij ontsnapt?"
+
+"Hij kan me niet ontsnappen. Bij elken pas, dien hij doet, heb ik
+hem in het oog. Ik kan elk oogenblik even gemakkelijk de hand op
+hem leggen als ik nu bijvoorbeeld de hand op mijn eigen arm leg,"
+zei Zabern glimlachend.
+
+Radzivil wilde op een nadere verklaring aandringen, maar Elizabeth,
+die het onderwerp onaangenaam vond, verzocht hem over iets anders te
+spreken. Nog den vorigen dag had ze met zooveel haat aan Ravenski
+gedacht, dat het haar nu toescheen alsof ze daardoor alleen mede
+schuld droeg aan zijn dood.
+
+Zabern voelde zulke zelfverwijten niet; het speet hem alleen, dat hij
+den Hertog ook niet op die manier van de baan geschoven had. Dan zou
+het viertal compleet geweest zijn, want dien morgen had hij gezorgd
+weldra bekend te kunnen maken, dat Lipski en Russakoff zich door
+ophanging in hun cel van 't leven hadden beroofd.
+
+"U hebt geen berichten omtrent Bora?" vroeg Elizabeth den Maarschalk.
+
+"Nog niet, Hoogheid," antwoordde deze, "maar daar komt iemand, die
+u wellicht het geheim kan oplossen.
+
+Aller oogen wendden zich naar een deur, waardoor een onderofficier
+met twee soldaten binnenkwam, in wier midden Miroslav, de Commandant
+der Citadel, zich bevond.
+
+"Ik heb uw opdracht uitgevoerd, Excellentie," zoo richtte de
+onderofficier zich tot Zabern. "De Commandant werd gegrepen, juist
+toen hij de stad wilde verlaten."
+
+"Goed," antwoordde Zabern. "Prinses, de Commandant Miroslav is tot
+Uw beschikking."
+
+"Verdedig u!" zei de Prinses streng. "U ontving orders den Hertog
+zeer nauwgezet te doen bewaken. Toch gelukte het hem te ontsnappen!"
+
+"Met mijn medeweten, Prinses!"
+
+"Hoe?" riep Elizabeth verbaasd, "met uw medeweten?"
+
+"Ja, Prinses. Ik zal u dat nader verklaren. Gisteravond werd mij gemeld
+dat er iemand aan de poort stond en mij spreken wilde. Ik liet vragen
+wie hij was. Daarop gaf hij mijn boodschapper een briefje in gesloten
+couvert mee. Hier is het."
+
+Elizabeth nam het aan. Zij las de enkele woorden die er op stonden,
+en gaf het toen met een ontsteld gelaat aan Radzivil. Onder een
+doodsche stilte lazen ook de overigen het briefje, dat van den
+volgenden inhoud was:
+
+
+ "Ik gelast u den Hertog van Bora in vrijheid te
+ stellen. Weigering kost u het leven.
+
+
+ Alexander."
+
+
+"Toen ik de onderteekening zag," vervolgde Miroslav, "gelastte ik den
+bezoeker onmiddellijk binnen te laten. Toen hij zijn mantel opensloeg,
+herkende ik dadelijk den Czaar.
+
+"Is het bevel tot invrijheidstelling al gegeven?" waren zijn eerste
+woorden. Tevergeefs verklaarde ik daartoe alleen door de Prinses
+gevolmachtigd te kunnen worden. De Czaar gelastte mij, als Suzerein
+van Czernovië, aan zijn bevel te voldoen."
+
+"En u erkende die Suzereiniteit?" vroeg Elizabeth verachtelijk.
+
+"Hoogheid, ik was zoo onder den indruk der Keizerlijke tegenwoordigheid
+en van zijn autoritair optreden; de gedachte aan zijn macht en de
+angst voor mijn leven hadden zulk een overwicht op me, dat ik niet
+anders dan gehoorzamen kon. De Maarschalk zelf zou in mijn geval niet
+anders gedaan hebben."
+
+Zabern lachte minachtend.
+
+"Ik bracht den Hertog binnen, en de Czaar verliet met hem de citadel,
+ik weet niet waarheen. Uwer Hoogheids toorn vreezend, besloot ik uit
+het land te vluchten. Ik geef me aan Uw genade over."
+
+"Het was uw plicht," sprak Elizabeth, "uw gevangenen te behouden,
+zelfs waar het uw leven gold. Door bevelen van een ander dan van mij
+aan te nemen, hebt ge verraad gepleegd."
+
+En zich tot den onderofficier wendend, vervolgde ze:
+
+"De Commandant blijft in het Paleis, totdat de kroning afgeloopen
+is. Daarna zullen we verder zien. De Minister van Justitie wordt
+verzocht de zaak aanhangig te maken."
+
+"De ezel!" mompelde Zabern. "Waarom liet hij den Czaar niet
+onmiddellijk opsluiten! Niemand schijnt tegenwoordig meer te durven!"
+
+De soldaten verlieten met hun gevangene het vertrek.
+
+"De Czaar in 't geheim binnen onze stad!" mompelde Radzivil. "Wat
+zou zijn doel zijn?"
+
+"Niet veel goeds, Graaf!" zei Elizabeth.
+
+Het geheime bezoek van den Czaar aan Slavowitz, en zijn gelukte poging
+om den Hertog in vrijheid te stellen, maakten een ontmoedigenden indruk
+op de Ministers. Zouden ze een kroning of een onttroning bijwonen? Zou
+de plechtigheid eindigen met een triomf voor de Russische partij? Met
+een gevoel van medelijden zagen ze naar hun jonge heerscheres, die
+echter niets verried van hetgeen in haar omging. Zij begrepen dat,
+zoo de Prinses vallen zou, haar val een waardige zou zijn, die zelfs
+haar tegenstanders met eerbied zou vervullen.
+
+Wat Zabern betreft, van hem maakte nog een andere onrust zich
+meester. Niet in de eerste plaats het wegblijven van Rob, hoezeer hij
+zich ook aan zijn jeugdigen Secretaris had gehecht, en hoe smartelijk
+hem de gedachte was, dat de arme jongen misschien het slachtoffer van
+zijn waagzucht geworden was. Neen, er was iets anders dat zwaarder
+nog woog dan dit: Van Stralen zou op den Kroningsdag terugkeeren,
+hij had het plechtig beloofd, en er was geen enkele reden om aan
+die belofte te twijfelen. Maar waar bleef hij? Waarom had Zabern
+tot nu toe niets van hem gehoord? Was hij nog in leven? En zoo ja,
+waar? Al deze vragen drongen zich aan den Maarschalk op. Hij, die nog
+éen lichtstraal van hoop zag, wist dat 't van Van Stralen afhing of
+ook die laatste hoop vernietigd zou worden. Want Zabern's scherpe en
+snelle geest had in deze laatste oogenblikken van vreezend verwachten
+een combinatie van mogelijkheden gemaakt, waarvan het ontsnappen
+van den Hertog en de hoop op Felix' terugkomst de hoofdbestanddelen
+uitmaakten. Kwam Felix terug--dan zou de vlucht van Bora een zegen voor
+Czernovië kunnen worden. Hoe? ja, dat wist op dit oogenblik Zabern
+alleen. Hoewel dus om geheel andere redenen dan Elizabeth hoopte hij
+even vurig als zij, dat Felix zijn woord gestand kon doen. Zonder
+'t te weten waren in dit uur hun gedachten met hetzelfde onderwerp
+vervuld. Felix had gesproken van een stout plan, dat redding brengen
+zou--waar bleef hij? waar bleef de redding? zoo vroeg Elizabeth zich,
+elke minuut dat de kroning nader kwam, angstig af.
+
+Het was voor de Prinses tijd geworden zich in haar kroningsgewaad te
+kleeden. Terwijl zij haar kleedvertrek opzocht, zag zij daarbuiten,
+op het ruime voorplein, den langen stoet zich vormen, die haar naar
+de kerk volgen zou. In veel opzichten was het een historische stoet:
+allerlei Oud-Hollandsche kleederdrachten zag men er, die misschien
+veroordeeld waren morgen tot het verleden te behooren.
+
+In den stoet bevond zich ook Katina, door een vrijwillige eerewacht
+van Czernovische vrouwen gekozen het vaandel dier wacht te dragen. In
+een sierlijk costuum, een degen aan den gordel, bereed ze het fraaiste
+paard van al haar vrouwelijke mede-Amazonen.
+
+Langs den stoet rijdend, hield Zabern een oogenblik bij haar stil.
+
+"Een degen van hout en blik, nietwaar?" vroeg hij glimlachend, op
+het wapen wijzend.
+
+"Staal!" zei Katina alleen, het half uit de scheede trekkend.
+
+"Goed! Op een dag als deze moet men gewapend zijn," zei Zabern,
+terwijl hij verder reed.
+
+Het trappelen der paarden, de voetstappen der soldaten, het schetteren
+van trompetten en het rollen van wielen drong tot Elizabeth door in
+haar kleedvertrek, en ze vroeg zich af, hoe dit alles eindigen moest?
+
+Een slank, wit Arabisch paard stond gereed haar naar de kerk
+te voeren. Zij had dit verkozen boven een statie-koets, hopend
+de sympathie der bevolking te winnen door zich zoo openlijk te
+vertoonen. Aan Radzivil en Zabern was de eer gegeven naast haar te
+rijden; wat Zabern betreft, hij hechtte minder aan de eer dan aan de
+gelegenheid om haar zoo noodig met zijn lichaam te beschermen.
+
+De stoet zou zich tegen tien uur in beweging zetten. Kort voor dat uur
+ontmoetten Zabern en Radzivil, op prachtige zwarte paarden gezeten,
+elkaar voor de Paleispoort.
+
+"Vreemd is het," zei Zabern onder het wachten, "dat de Secretaris er
+nog niet is."
+
+"De Secretaris?" vroeg Radzivil verbaasd. "Welke? Felix van
+Heelstra?" Heeft de Prinses hem dan terug geroepen?"
+
+"Neen, maar ik. En zijn wegblijven is een ernstige reden tot
+ongerustheid. Zat de Hertog nog in de Citadel, dan kwam het er niet
+op aan. Nu echter.... Maar daar komt de Prinses. Ge zult later wel
+begrijpen wat ik bedoel."
+
+Precies om éen minuut voor tienen verscheen Elizabeth aan den ingang
+van het Paleis, en, de marmeren treden afdalend, besteeg ze met behulp
+van Radzivil haar wit paard.
+
+Tegelijkertijd wuifde Zabern met de hand, en een artillerie-salvo
+van het dak van 't Paleis verkondigde de wachtende bevolking dat de
+Prinses het Paleis had verlaten.
+
+Onder het slaan der trommen, het schetteren der muziek en het
+klokgelui van alle kerktorens, werden de groote bronzen poorten van
+de Paleistuinen wijd opengeworpen, en het Blauwe Legioen, met in
+den zonneschijn flikkerende lansen, zette zich als het hoofd van den
+stoet in beweging.
+
+De weg was aan weerzijden als met menschen geplaveid. Aan elk venster,
+op elk dak, op elk balcon vertoonden zich toeschouwers. Heel Czernovië
+was er; iedereen had zich voorgenomen een plaats te veroveren. Waar
+maar een voet staan kon, had zich iemand opgesteld, op kroonlijsten,
+voetstukken van standbeelden, in lantarens, boomen en telefoonpalen.
+
+Zabern maakte bij zichzelf de opmerking, dat er in geval van nood
+toch nog heel wat mannen te wapenen zouden zijn, en onder het rijden
+zat hij zelfs al een plan in die richting uit te werken.
+
+Zoodra Elizabeth verschenen was, had men haar met geestdriftig gejuich
+begroet. De jubelkreten rolden, zich als golven voortplantend, langs
+de boulevard, stegen omhoog, en waren bijna luid genoeg om in het
+kamp van den Czaar gehoord te worden. Zoo groot was het enthousiasme,
+dat de troepen die den weg hadden afgezet, de menigte slechts met de
+grootste moeite konden weerhouden naar haar toe te snellen.
+
+De vijanden van de Prinses, trouwens zelf onder den indruk
+der liefelijke verschijning, droegen wel zorg hun gevoelens te
+onderdrukken. Eenvoudig in witte zijde gekleed, maakte Elizabeth in
+alle opzichten een vorstelijken indruk. Haar donker haar was onbedekt,
+slechts een smalle gouden diadeem omsloot het, terwijl een doorzichtige
+kanten sluier achter langs het hoofd afviel.
+
+De rit naar de kerk was een onafgebroken triomftocht, die door geen
+enkel voorval van vijandigen aard werd verstoord.
+
+"Zullen we dus hier de ontknooping moeten afwachten?" mompelde
+Zabern, toen de stoet het kerkgebouw naderde, welks muren dreunden
+van orgelklank en klokgelui.
+
+Zij, die de kerk mochten binnengaan, hetzij door hun aandeel in de
+plechtigheid, hetzij door een voorrecht, verbonden aan hun betrekking,
+zochten door verschillende deuren de hun aangewezen plaatsen op.
+
+Toen Zabern op de breede, met rood fluweel belegde treden stond, en
+de groote menigte daarbuiten overzag, werd zijn aandacht plotseling
+getrokken door een ruiter, die aan het andere einde van de boulevard,
+door niets in zijn rit belemmerd, met groote snelheid kwam aanrijden,
+ondanks de kans om op het gladde asfalt te storten, zijn paard steeds
+tot meer spoed aanzettend.
+
+"Een koerier!" riep het volk, bij ingeving begrijpend dat hij
+gewichtige tijding bracht. "Wat is er? Wat is er?"
+
+Maar de ruiter antwoordde niet.
+
+"Nikita!" mompelde de Maarschalk verwonderd.
+
+Toen het trillende paard aan den voet der kerktrap stilstond, snelde
+Zabern zijn ordonnans tegemoet.
+
+"Het St. Nicolaas-klooster is bezet, Maarschalk!"
+
+"Onmogelijk! Ik gaf gisteravond laat speciale orders voor de bewaking
+van 't klooster!"
+
+"Het is zoo. De monniken, zwijgen. De Russische vlag waait van
+den toren."
+
+"Maar wie heeft je dien onzin verteld?"
+
+"Ik heb het gezien, Maarschalk. Generaal Trevisa zendt me."
+
+"De postduif, Nikita!" zei Zabern somber. "Dat is het begin van
+Russische overheersching. Maar waar zijn de monniken, waarom hebben
+ze den brand niet in het kruit gestoken, als Trevisa zijn plicht niet
+wist te doen?"
+
+"Ik weet het niet, Maarschalk. Ik bracht een bericht van een der
+voorposten over, toen de generaal Trevisa mij gelastte u te melden
+dat het klooster door de Russen bezet is. Ik zag de Paulovski-Garde
+de uitgangen bewaken. Baron Ostrova, de vroegere Secretaris van
+den Hertog, gaf bevelen. Generaal Trevisa maakte zich gereed met
+duizend man het klooster te hernemen; zijn artillerie rijdt op om
+een bombardement te beginnen."
+
+"Onzin," mompelde Zabern. "Salongeneraals, die Czernoviërs! We hebben
+hard behoefte aan een flinken oorlog."
+
+Toen keerde hij zich om en wenkte een der ordonnans-officieren der
+Prinses.
+
+"Wees zoo goed den luitenant-generaal Trevisa te verzoeken, het
+bevel aan den generaal-majoor Elling over te dragen, en zich naar
+het Paleis te begeven, waar hij wachten zal op mijn terugkomst. De
+nieuwe commandant moet in stelling blijven en niets doen vóor men
+hem aanvalt. Deze soldaat zal u den weg wijzen. Dank u."
+
+Nikita en de ordonnans-officier zetten hun paarden om, en een
+seconde daarna sloegen de hoeven der rennende dieren de vonken uit
+het asfalt. Verbaasd keek de volksmenigte hen na.
+
+Zabern verbeet zijn woede. Het kostte hem moeite niet onmiddellijk
+naar de grens te rijden en het commando op zich te nemen. Maar zijn
+tegenwoordigheid in de kerk was noodzakelijk; het werd zelfs hoog
+tijd naar binnen te gaan.
+
+Toen Zabern de kerk wilde binnengaan, ontmoette hem de
+Opper-Ceremoniemeester, die met de regeling der plechtigheid belast
+was geweest.
+
+"Maarschalk, de kerk is overvloedig vol, en toch staan er honderden
+te wachten aan de noorderpoort, die roepen om binnengelaten te worden
+en van geldige toegangsbewijzen voorzien zijn."
+
+"Dat hebt u dan heel slecht geregeld."
+
+"Neen, Maarschalk. Het aantal uitgegeven kaarten komt juist overeen
+met het aantal zitplaatsen."
+
+"Zoo!" zei Zabern. "Dus u wilt zeggen, dat er eenige honderden menschen
+binnen zijn, die daar geen recht op hebben?"
+
+"Juist, Maarschalk. Een groot deel van de kerk is gevuld met menschen,
+van wie ik zeker weet dat ze niet uitgenoodigd zijn, en die zich
+dus van valsche toegangskaarten hebben voorzien. Het zijn voorname
+inwoners van de Russische wijk."
+
+"Wel, wel!" mompelde Zabern. "Dus nu 't ze niet gelukt is zich
+met Lipski's geweren te wapenen, gaan ze 't op een andere manier
+probeeren."
+
+"Sommigen zijn in uniform, anderen in galacostuum, maar bijna allen
+zijn ze gewapend. Wanneer ik tracht ze te doen verwijderen, ontstaan
+er ongetwijfeld ernstige botsingen. Wat moet ik doen?"
+
+"Voorloopig niets. We moeten wanorde trachten te voorkomen. Houden
+ze zich kalm--des te beter; willen ze geweld uitoefenen, dan krijgen
+ze met Zabern te doen."
+
+"En de menschen aan de noorderpoort?"
+
+"Zullen daar wel moeten blijven," zei Zabern, de schouders ophalend.
+
+Hij ging de kerk binnen.
+
+Het tooneel daarbinnen verblindde zelfs hem. De rijke toiletten der
+dames en de schitterende uniformen der heeren vormden een van kleuren
+gloeiend geheel; overal glansde goud en flonkerden edelgesteenten.
+
+Toen Zabern langzaam zijn plaats opzocht, ontgingen hem enkele
+spottende blikken van de zijde der Russograders niet. Klaarblijkelijk
+hadden ze kwaad in den zin; maar hun aantal was geringer dan dat der
+aanwezige patriotten, en een enkel woord was voldoende om duizend
+geweerloopen op de kerk te richten. Zabern beangstte zich dus niet
+over hun aanwezigheid.
+
+Op een tafel onder den preekstoel lag het Charter, dat slechts bij
+gelegenheden als deze in het openbaar werd tentoongesteld; aan iedere
+zijde van de tafel had een zwaar gewapend hellebaardier post gevat.
+
+Een weinig achter die tafel stond een groote eiken stoel, waarin de
+Prinses zou plaats nemen; links en rechts daarvan, maar iets meer
+achterwaarts, waren de zetels der Ministers opgesteld.
+
+Terwijl Zabern scherp de onrechtmatig binnengedrongen bezoekers zat
+op te nemen, de gedachte maar niet van zich af kunnende zetten dat de
+Czaar zich onder hen bevond, maakte zich een groote onrust van hem
+meester. Liep alles zooals hij verwachtte, had hij de plannen van
+den Czaar goed doorzien--dan viel er nog iets--veel misschien!--te
+redden. Maar dan was de aanwezigheid van Felix noodzakelijk. En Felix
+bleef weg! Niets wees op zijn tegenwoordigheid of zijn nadering!
+
+Een zijdeur ging open, en Elizabeth trad binnen. Haar blik ontmoette
+dien van Zabern--ze raadden elkanders gedachten. Ook de Prinses noemde
+in dit bange uur den naam van Felix,--van hem dien ze misschien nooit
+zou weerzien!
+
+Elizabeth's bleek, doch vastberaden gezicht verried door geen enkele
+beweging haar innerlijke ontroering. Blootshoofds, gehuld in een
+purper fluweelen kleed, met hermelijn omzoomd en glinsterend van
+parels, doorschreed ze met langzamen, doch vasten tred de kerk,
+gevolgd door vier kamervrouwen die haar sleep droegen.
+
+De Prinses had haar plaats ingenomen.
+
+De met het godsdienstig gedeelte der plechtigheid belaste predikant
+herdacht in een korte rede de aanleiding tot en de beteekenis van
+de kroning; daarna maakte de Kanselarij-Raad, waarin Orloff, die
+niets meer van zich had laten hooren, door Radzivil vervangen was,
+zich gereed de Prinses den eed te doen afleggen. De predikant zou
+daarna in een tweede toespraak de Prinses en het volk gelukwenschen,
+en daarmee zou de op verlangen van Elizabeth van alle verder vertoon
+ontdane, zeer eenvoudige plechtigheid geëindigd zijn.
+
+Elizabeth was opgestaan.
+
+Zij trok den rechterhandschoen uit, en, de linkerhand op het Charter
+leggend, hief zij de twee voorste vingers der andere hand op, gereed
+om de woorden van den eed uit te spreken, dien Radzivil haar zou
+voorzeggen.
+
+Op dat oogenblik gebeurde er iets ontzettends.
+
+Radzivil opende den mond tot spreken--daar klonk een stem, als
+bazuingeluid de kerk doorschallend.... de stem van Orloff:
+
+"Burgers van Czernovië, _het Charter is valsch!!_"
+
+En nauwelijks waren die woorden gesproken, of de Hertog van Bora,
+als uit den grond opgerezen, stond tegenover de Prinses.
+
+Enkele seconden was het doodstil, als waren alle aanwezigen met
+verschrikking geslagen. Toen barstte een geweldig tumult los.
+
+De Czernoviërs waren opgesprongen, hun zwaarden vlogen uit de scheeden,
+en als een oorlogskreet klonk hun:
+
+"Leve de Prinses!"
+
+Maar ook de Moscoviten grepen naar hun wapens, en beantwoordden de
+uitdaging met een:
+
+"Leve de Hertog van Bora!"
+
+Reeds weerklonk het gekletter der zwaarden, de beide partijen drongen
+op elkaar in; Zabern gaf een teeken om de Lijfwacht te ontbieden,
+vast besloten de kerk des noods met geweld te ontruimen.
+
+Maar Elizabeth had haar tegenwoordigheid van geest niet verloren; snel
+als de gedachte wierp ze zich tusschen de beide elkaar bedreigende
+partijen, en hief de hand op ten teeken dat ze spreken wilde.
+
+Dit maakte indruk.
+
+Allen waren nieuwsgierig naar hetgeen de Prinses in dit beslissende
+oogenblik zeggen wilde, en de stilte keerde terug.
+
+"Maarschalk Zabern!" riep zij met een stem, die als muziek klonk na
+het wilde rumoer van enkele oogenblikken te voren, "hier staat een
+ontvluchte gevangene--voer hem terug naar de Citadel!"
+
+"Ge bedreigt _mij_ met gevangenschap?" zeide de Hertog met een
+smalenden glimlach, "Het is aan mij te bedreigen, en aan u te
+gehoorzamen. Ik kom hier als afgezant van den Czaar!"
+
+Dit woord deed een nieuw tumult ontstaan. Men zag inderdaad,
+dat de Hertog, gekleed in het groot uniform van Maarschalk
+der Semenovski-Garde, met aan een blauw lint het kruis der
+Sint-Andreasorde, hier in het openlijk karakter van Russisch afgezant
+verscheen.
+
+"Stilte!" gebood de Hertog. "Luistert, wat ik u namens den Keizer
+aller Russen te boodschappen heb. De Czaar verlangt het bewijs,
+dat dit Charter echt is. Antwoord mij, Prinses: is dat zoo, of stond
+ge op het punt als een meineedige trouw te zweren op een document,
+waarvan ge weet dat het door den Maarschalk Zabern is vervalscht?"
+
+"Dood aan den Maarschalk!" klonk het van Russische zijde, "sleept
+hem de kerk uit! Leve de Hertog! Weg met de Prinses!"
+
+Maar donderend overstemden de Czernoviërs deze bedreigingen met een
+duizendvoudig:
+
+"Leve Elizabeth! Dood aan den Hertog!"
+
+Met over elkaar geslagen armen hoorde Zabern dit alles aan, koel,
+onbewogen. Een verachtelijke glimlach speelde om zijn lippen. Hij
+begreep dat de toestand uiterst kritiek was; wel kon een enkel woord
+uit zijn mond de Lijfwacht te hulp roepen, maar hij aarzelde nog,
+vreezend dat in het bloedig gevecht dat dan ontstaan zou, de Prinses
+leed zou geschieden. Hij aarzelde, maar zijn uiterlijk verried daarvan
+niets; vertrouwend op zijn goed gesternte, voelde hij instinctmatig
+dat hij ook ditmaal een uitweg vinden zou.
+
+De Prinses had opnieuw stilte weten te verkrijgen.
+
+"Maarschalk!" riep ze, plotseling een vreeselijk vermoeden in zich
+voelende oprijzen, "zeg mij de volle waarheid: is dat stuk het
+oorspronkelijke Charter van Alexander I?"
+
+Er ontstond een ademlooze stilte.
+
+Aller blikken richtten zich op Zabern. Wat zou hij antwoorden?
+
+Zabern, de man van het oogenblik, begreep dat verdere ontkenning
+nutteloos zou zijn; de tegenpartij had immers de volledige bewijzen
+der valschheid.
+
+En, bezwijkend voor haar smeekenden blik die zoo duidelijk zei:
+"zeg me de waarheid!", antwoordde hij:
+
+"Het is een getrouw afschrift."
+
+Elizabeth begreep het veelbeteekenend antwoord. Zabern had haar doen
+gelooven, dat het complot van Orloff mislukt en het Charter ongedeerd
+was. Ongetwijfeld had hij dit met een goede bedoeling gedaan, wetend
+dat Elizabeth's geweten zich er tegen verzetten zou, zich een kroon
+te verwerven door middel van oneerlijk verkregen rechten.
+
+Uiterlijk bleef ze onbewogen. Maar deze slag, zoo onverwacht gevallen,
+had haar des te zwaarder getroffen. Ze wist, dat haar land, dat
+zijzelf verloren was.
+
+"Ge hoort het, volk van Czernovië," vervolgde de Hertog triomfantelijk,
+"het Charter is valsch! Maarschalk Zabern, ik, uw vorst, gebied u deze
+indringster te arresteeren, die zich van mijn troon heeft trachten
+meester te maken!"
+
+Tot eenig antwoord trok de Maarschalk zijn zwaard.
+
+Deze beweging was het sein tot een rumoer, dat alle beschrijving te
+boven gaat.
+
+"Mannen van Czernovië!" riep een vrouwenstem, "zult ge toelaten dat
+uw Prinses aldus beleedigd wordt door huurlingen van den Czaar? Waar
+is de Oud-Hollandsche geest gebleven?"
+
+Aller oogen wendden zich naar de spreekster, die niemand anders was
+dan Katina Ludovska. De Czernoviërs voelden de beteekenis van haar
+woorden. Wat hun voorvaderen gedaan hadden, konden ook zij doen. Haar
+uitroep was het teeken om op te staan, de Moscoviten aan te vallen
+en uit de kerk te jagen. En toen ze met luide stem het Czernovische
+volkslied aanhief, voer een golf van ontroering door haar verzamelde
+landgenooten. De herinnering aan hun verleden bracht het bloed van
+alle patriotten aan 't gloeien. Door een gelijktijdigen drang bewogen
+sprongen ze op, trokken hun zwaarden en zongen het refrein mee.
+
+Het glinsteren van duizend klingen in het veelkleurig licht dat door de
+gebrande kerkramen viel, het schitteren der feestelijke gewaden en der
+ontelbare edelgesteenten, het machtige galmen der orgelklanken--want
+de organist, door geestdrift meegesleept, bespeelde zijn instrument
+zooals hij nooit in zijn leven meer doen zou--dat alles gaf een
+tooneel, waarvan de wederga in de gansche geschiedenis niet te vinden
+is. Vrouwen vielen flauw van aandoening, forsche mannen zongen met
+tranen in de oogen.
+
+Maar de Moscoviten op hun beurt stemden het Russische volkslied
+in, en nu barstte van weerszijden een stroom van verwenschingen en
+uitdagingen los.
+
+"Weg met de Russen!"
+
+"Leve de Hertog!"
+
+"Dood aan de Prinses!"
+
+"Czernovië voor eeuwig!"
+
+Katina, met getrokken degen, stond vooraan in de rij.
+
+"Verdedig je, vrouwenbeul!" riep ze, haar ouden vijand, Graaf Orloff,
+een slag met het plat van haar wapen toebrengend.
+
+Haar voorbeeld vond talrijke navolgers, en weldra weerklonk overal
+zwaardgekletter.
+
+Een zestal Russen, met sabels in de hand, hadden een beschermenden
+kring om den Hertog gevormd, die onbewegelijk het rumoer stond te
+aanschouwen. Zabern, beangst voor Katina's leven, drong zich door de
+menigte heen, trachtend haar te bereiken.
+
+Elizabeth, vergeefs op een middel zinnend om de vechtenden te scheiden,
+smeekte Radzivil de Lijfwacht te ontbieden.
+
+Toen klonk opeens een stem, die als een donderslag het tumult
+overstemde:
+
+"_De wapens neer!_"
+
+En, met de eene hand op de balustrade van het koor geleund, de andere
+gebiedend omhoog geheven, was daarboven een man verschenen, een statige
+figuur, in een schitterend en indrukwekkend uniform gekleed. Een
+oogenblik meende men een bovenaardsche verschijning te zien.
+
+"De duivel zelf!" mompelde Zabern.
+
+De gedaante van den vreemdeling richtte zich nog hooger op, en,
+met een stem van iemand die geboren is tot bevelen, riep hij nogmaals:
+
+"De wapens neer!"
+
+Zijn persoon en zijn woorden hadden een merkwaardige uitwerking.
+
+"De Czaar! De Czaar!"
+
+Het gevecht hield op. Aan elke zijde weken de strijdenden terug. Het
+geraas stierf weg in een doodsche stilte. De gewonden hielden hun
+jammerkreten in, want er waren gewonden, zoo kort de schermutseling
+geduurd had; en een doode zelfs was er gevallen: Orloff, door Nikita's
+hand verslagen.
+
+De Czaar wendde de blikken naar alle richtingen. Onwillekeurig staken
+de meesten hun zwaarden op.
+
+Elizabeth was de eerste die begreep, dat het nu een strijd zou worden
+tusschen twee souvereinen, en dat zij alles moest doen om te voorkomen
+dat de Czaar de vruchten van zijn indrukwekkend optreden plukte.
+
+Daarom, nog vóor hij opnieuw had kunnen spreken, vroeg Elizabeth,
+en haar kalme, heldere stem werd in de verste hoeken van het gebouw
+gehoord:
+
+"Ik verzoek den Czaar mij te zeggen, met welk recht hij een verrader
+in vrijheid stelde, die op mijn bevel gevangen was genomen?"
+
+Met deze woorden strekte ze de hand uit naar den Hertog van Bora.
+
+Haar stoutmoedigheid deed een rilling door de zaal gaan. Waar, in de
+geheele geschiedenis der menschheid, was het voorbeeld van iemand,
+die zóo een Russisch Keizer had durven toespreken?
+
+Voor den autocraat, van wien men gewoon was te zeggen: "er is slechts
+éen wil in Rusland--die van den Czaar," was zulk een taal even nieuw
+als verrassend.
+
+Hij zag met verbazing, maar niet zonder bewondering, naar de jonge
+vrouw die het waagde op zulk een toon het woord tot hem te richten.
+
+"Wat geeft u het recht tot zulke taal in tegenwoordigheid van den
+Czaar?"
+
+"De overtuiging, dat niemand dan _ik_ in Czernovië te gebieden heeft!"
+
+"En die overtuiging durft ge putten uit een Charter, dat nooit bestaan
+heeft, uit het bedriegelijk en valsch document dat daar ginds is
+neergelegd?"
+
+Elizabeth voelde zich den moed ontzinken. Ze zocht vergeefs naar
+een antwoord.
+
+Reeds klonken uit de rijen der Russischgezinden opnieuw dreigende
+kreten, toen opeens een beweging ontstond bij den hoofdingang van het
+gebouw. Aller oogen richtten zich daarheen, met vuisten en elbogen
+drong zich iemand naar voren, baande zich een weg tot voor de tafel,
+waarop het nagemaakte Charter lag, en riep:
+
+"_Hier is het Charter van Czernovië!_"
+
+Het was Rob, die zoo sprak.
+
+Met hijgende borst en fonkelende oogen stond hij daar, de triomf over
+zijn welvolbrachte daad in de oogen, en met uitgestrekten arm bood
+hij de Prinses een perkament aan, waaraan de zware roode zegels van
+Alexander I hingen.
+
+Een oogenblik maakte de Hertog van Bora een beweging om naar voren
+te dringen, maar Rob zag hem zoo dreigend aan, er was iets in zijn
+blik, dat zoo overtuigend als van een heilige zending sprak--dat de
+Hertog terugdeinsde. En opnieuw stonden allen ontzet en onbewegelijk;
+slechts enkelen zagen het Charter van nabij, maar men wist het:
+_die man sprak de waarheid_. De vaste klank van zijn stem, de
+diepe overtuiging waarmee hij sprak, de edele uitdrukking van zijn
+gelaat--alles wees er op dat hij een heilige plicht, een niet te
+verloochenen roeping vervulde.
+
+De Czaar was met snelle schreden de plaats genaderd waar Rob stond;
+hij bezag het Charter--er was geen ontkennen aan: het droeg niet
+alleen de authentieke handteekening van den schenker, maar was ook
+door de namen der opvolgende Czaren, ook door den zijne, gewaarmerkt.
+
+Met onuitsprekelijke verbazing staarde hij op het document; toen
+vroeg hij met weifelende stem:
+
+"Waar hebt ge dit Charter gevonden?"
+
+Rob hief het hoofd op, zag den Czaar recht in de oogen, en zei fier:
+
+"_In het Kremlin_, Sire!"
+
+Zabern was de eenige, die begreep. Toen Elizabeth, als altijd in
+raadselachtige gevallen, de oogen vragend op hem richtte, als wilde
+ze uit zijn mond de verklaring van Rob's woorden vernemen, ontving
+ze voor het eerst geen antwoord. Zabern staarde recht voor zich uit,
+onbewegelijk. En uit de oogen van dien ijzeren, onverzettelijken,
+door niets te ontroeren man stroomden tranen! Tranen, die hij niet
+trachtte te verbergen! In dit oogenblik aanschouwde zijn vooruitziende
+geest een visioen, dat werkelijkheid zou worden: Czernovië behouden,
+de Oranje-Republiek hersteld, bestuurd door een wijs, vastberaden
+heerscher, die slechts het goede wilde!
+
+Maar de beproevingen waren nog niet ten einde.
+
+Er was den Czaar een laatste redmiddel gebleven, en hij greep dit
+aan. Hoe het mogelijk was dat het duplicaat van het Charter, tot dusver
+veilig in de archieven van het Kremlin bewaard, hier plotseling op
+die tafel voor hem was neergelegd--hij vermocht dat raadsel niet op
+te lossen. Hij beproefde het ook niet, de vruchteloosheid van zulk een
+poging begrijpend. Maar zijn hoop was op den Hertog van Bora gevestigd,
+en, dezen een beteekenisvollen blik toewerpend, sprak hij luid:
+
+"Volk van Czernovië! Het Charter is inderdaad in zijn oorspronkelijken
+en ongeschonden staat hier aanwezig. Als handhaver van recht en
+waarheid behoor ik elke onjuistheid, ook al ben ik, de Czaar, zelf de
+oorzaak daarvan, openlijk te bekennen en te herstellen. Mijn twijfel
+aan het bestaan van het Charter is dus opgeheven.
+
+"Ik ben hier echter ook gekomen om te wijzen op een onrechtmatige
+afwijking van de door mij voorgeschreven kroningsceremoniën, welke
+de Prinses zich vermeten heeft. Het was mijn uitdrukkelijke wensch,
+dat men zich bij de kroning houden zou aan de door mij gegeven
+voorschriften. Dit is niet geschied. De Russische wet wil, dat bij
+plechtigheden als deze de gekroonde, in persoon of door middel van een
+kampioen, zijn rechten met het zwaard verdedigt. Verzet zich niemand
+tegen die rechten, dan worden ze als erkend beschouwd, en zal nooit
+eenige twijfel daaraan geduld worden. Komt echter iemand in verzet,
+dan is de gekroonde of zijn kampioen verplicht den strijd aan te
+nemen en het zwaard te doen beslissen. Valt de kampioen, dan is de
+kroning nietig."
+
+Toen de Czaar deze woorden gesproken had, ging er een gejuich op onder
+zijn aanhangers. De bedoeling van het gesprokene was hun duidelijk. En
+bij de andere partij zag men het nuttelooze in van elk verzet tegen
+deze totaal verouderde, barbaarsche instelling. Voor men trouwens kon
+overwegen op welke wijze men daartegen zou protesteeren, had de Hertog
+van Bora de Prinses zijn lederen handschoen voor de voeten geworpen.
+
+"Ik verzet mij tegen de rechten der Prinses!" riep hij. "Wie wil haar
+kampioen zijn, en het tegen mij opnemen?"
+
+Het was volkomen stil na deze woorden. Waar was de kampioen, die het
+zwaard van den Hertog zou durven trotseeren? Zelfs Zabern durfde dien
+handschoen niet opnemen. Gaarne zou hij zijn leven voor haar hebben
+geofferd, maar zijn dood zou in dit geval haar ondergang beteekenen.
+
+"Ik geef de Prinses tien minuten om een kampioen te benoemen--zoo
+wil het de wet!" riep de Czaar.
+
+Tien minuten! Tien minuten die over het lot van Czernovië zouden
+beslissen, alles vernietigend wat Zabern met zooveel krachtsinspanning
+had opgebouwd!
+
+"Alles is tegen ons!" mompelde de Maarschalk, de vuist krampachtig
+ballend. "Ik hoopte in dit geval voorzien te hebben, wetend dat
+deze uitdaging geschieden zou. En nu moeten we het gevecht afwijzen,
+want onze kampioen is er niet!"
+
+De wanhopigste plannen kwamen bij Zabern op. Hij wilde de Lijfwacht
+ontbieden, den Czaar gevangen nemen; hij dacht er zelfs over den Czaar
+een doodelijken sabelhouw toe te brengen, kortom, de krankzinnigste
+daad leek hem nog beter dan deze verschrikkelijke machteloosheid. Maar
+hij dwong zich zijn koelbloedigheid te bewaren. Eén onberaden
+handeling, en het Russische leger zou Czernovië binnentrekken.
+
+Vijf, zes, zeven, acht lange minuten van angst en spanning waren
+voorbijgegaan.
+
+Het bestaan van Czernovië was nog slechts bij seconden te tellen.
+
+Meer dan duizend menschen hielden onafgewend den blik op het uurwerk
+gericht, dat boven den ingang hing, en welks wijzer langzaam maar
+zeker het oogenblik ging verkondigen, waarop de Czaar zijn ijzeren
+hand vernietigend op heel een volk zou leggen.
+
+Negen minuten....
+
+Op een teeken van den Czaar deed de Hertog een stap voorwaarts.
+
+"Nog éen minuut, Prinses!" zoo klonk zijn waarschuwende stem. "Waar
+is uw kampioen?"
+
+"_Hier is hij!_" sprak een vaste, heldere stem.
+
+Het eene wonder verdrong dezen dag het andere!
+
+Iedereen wendde de oogen naar den spreker, die juist de kerk door de
+oostelijke poort was binnengekomen--een jonge man met een door de zon
+gebronsd gezicht, maar wiens blond haar, wiens athletische gestalte
+en edele gelaatsbouw duidelijk zijn Oud-Czernovische afkomst verrieden.
+
+Wie was deze man?
+
+Er werden namen genoemd, men fluisterde, bezon zich, er werden
+veronderstellingen geuit en weer tegengesproken--totdat Zabern opeens
+den naam uitsprak, die reeds velen op de lippen zweefde:
+
+"Van Stralen!"
+
+Ja--hij was het: Felix van Stralen, in wien enkelen nu hardnekkig
+eenige gelijkenis wilden zien met den verbannen Secretaris der
+Prinses, maar die anderen aanleiding gaf op de beide praalgraven
+van den vader en den grootvader te wijzen--zie, was het niet geheel
+hetzelfde gezicht, dat daar in een steenen medaillon was uitgehouwen?
+
+En een storm van geestdrift voer door de zaal! Het oude geslacht
+der Van Stralens, het geslacht dat de Oranje-Republiek gesticht
+en grootgemaakt had, keerde terug! Door een wonder, dat niemand
+wist te doorvorschen, maar dat hier voor hun oogen geschied was,
+had de dood dezen man aan Czernovië teruggegeven, op het oogenblik
+dat alleen zijn naam voldoende zou geweest zijn grootsche daden in
+de herinnering te roepen en tot nog grootschere aan te sporen! Ja,
+de dood had hem teruggegeven, want stond niet daarginds, bij het graf
+zijner vaderen, de gedenkplaat waarop het droevig omkomen van zeven
+der meest geziene Czernoviërs werd herdacht?
+
+Dit was een wonder! een wonder! Een vingerwijzing naar den weg, dien
+het Czernovische volk voortaan te gaan had! Ja, nu voelde men zich
+sterk om elk juk, hoe zwaar ook, af te schudden, nu kwamen de oude
+tijden terug!
+
+Te midden van een geweldige geestdrift, waartegenover de Czaar en
+zijn aanhangers machteloos stonden, trad Felix op den Hertog toe.
+
+Elizabeth, wier hart, deels van bewondering, deels van angst wild
+klopte, staarde hem aan. Ze wist voor welk doel hij gekomen was.
+
+Felix had den handschoen opgeraapt, die daar tien minuten lang
+onaangeroerd had gelegen, en terwijl hij hem met een achteloos gebaar
+den Hertog voor de voeten wierp, sprak hij:
+
+"Hertog, ik neem uw uitdaging aan. Op leven en dood!"
+
+Opnieuw golfden de losbarstingen van gejubel door de kerk. Slechts
+met moeite wist de Czaar zich verstaanbaar te maken, toen hij vroeg:
+
+"Prinses, wenscht gij dezen man als kampioen?"
+
+Een minuut te voren had zij vurig naar een triomf over den Czaar
+verlangd--nu ging de Prinses in de Vrouw verloren. Een geweldige
+strijd had in haar binnenste plaats. Wat moest ze doen? Was het niet
+beter land, volk, troon, alles op te offeren, maar hem te behouden,
+met hem en hun geluk te vluchten naar een eenzaam hoekje, waar het
+rumoer van vreeselijke tooneelen als dit niet doordrong? Mocht ze,
+moest ze Felix opofferen?
+
+"De Prinses moet een kampioen aanwijzen, of zich gereed maken afstand
+te doen van den troon," sprak de Czaar.
+
+Toen drukte Zabern's vuist haar arm zoo vast en ruw, dat de pijn haar
+tot bezinning bracht.
+
+"Prinses," fluisterde de Maarschalk, "het _moet_. En ik weet, _ik
+weet_" voegde hij er met nadruk bij, "dat Felix overwinnen zal."
+
+Toen raapte Elizabeth al haar krachten bijeen.
+
+_Het moest._
+
+"Ik wijs dezen man aan tot mijn kampioen," sprak ze helder en vast.
+
+Nu daverde het gejubel der Czernoviërs door de kerk, dat muren en
+vensters trilden. Allen, de patriotten, de Moscoviten, de Czaar
+zelf--ze gevoelden het: de oude Oranje-Republiek herrees, een nieuw,
+sterk volk ontstond, dat door geen leger ter wereld ten onder gebracht
+zou kunnen worden!
+
+Toen het gejuich was weggestorven, zag men dat de Prinses, bewusteloos,
+door haar kamervrouwen werd weggedragen.
+
+
+
+
+
+
+ACHT EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+HET KRONINGSDUEL.
+
+ De ontmoeting tusschen Elizabeth en Felix.--Het duel
+ begint.--Edelmoedigheid van Felix.--De Hertog wordt doodelijk
+ gewond.
+
+
+Zij, die de kerk waren binnengekomen in de verwachting een intressante
+plechtigheid te zien, bemerkten dat de werkelijkheid hun verwachting
+verre had overtroffen.
+
+Inderdaad had een reeks dramatische tooneelen elkaar opgevolgd,
+en nog was het hoogtepunt niet bereikt. De troon van Czernovië was
+afhankelijk geworden van den uitslag van een duel.
+
+Op aanwijzing van den Czaar werd alles voor dat duel in gereedheid
+gebracht. Men had er een grasveld voor gekozen, dat achter de kerk was
+gelegen, ingesloten door den grooten, aan de kerk behoorenden tuin,
+welks zware begroeide hekken den toegang en het inzicht van buiten
+af beletten.
+
+Het gebouw stroomde weldra leeg; ieder trachtte zich een zoo
+goed mogelijke plaats te bezorgen. Enkele zetels en banken werden
+aangesleept; op het grasveld werd met behulp van tusschen palen
+gespannen touwen een groot vierkant afgezet. Al deze maatregelen
+namen eenigen tijd in beslag, van welken de ministers gebruik maakten
+om Felix de hand te drukken en hun spijt te betuigen dat ze hem
+uit Czernovië verdreven hadden. Ook Rob was het voorwerp van een
+ovatie; van alle kanten bestormde men de beide helden met vragen,
+maar het oogenblik was te vol van ernstiger dingen, dan dat zij nu
+in verklaringen konden vervallen, die even goed tot een volgenden
+dag konden wachten.
+
+Bovendien werd Felix weldra weggeroepen. Een page meldde hem, dat de
+Prinses hem wenschte te spreken.
+
+De Hertog, die het bericht hoorde overbrengen, lachte spottend,
+maar de kalme, ongedwongen manier waarop Felix den page aanhoorde en
+daarna beloofde te zullen komen, gaf den Hertog en zijn keizerlijken
+beschermer toch een onwillekeurig gevoel van ongerustheid.
+
+Felix ging naar de woning van den kerkbewaarder, waar hij Elizabeth
+aantrof, ontdaan van haar zwaren kroningsmantel; het zuivere wit van
+haar zijden kleed was niet witter dan haar gelaat in dit oogenblik.
+
+Op een teeken van de Prinses gingen de kamervrouwen heen.
+
+"Hoe vreeselijk," mompelde een van haar onder het weggaan, "dat zulk
+een edel man sterven moet!"
+
+Elizabeth stond op, maar haar ontroering was zoo groot, dat ze
+gevallen zou zijn als Felix haar niet in zijn armen had opgevangen,
+waar zij nu bleef en zich aan hem vastklemde.
+
+"O, Felix, Felix!" mompelde ze, en gedurende enkele minuten kon ze
+niet anders doen dan dien naam herhalen.
+
+Zou dit een scheiding voor eeuwig zijn? Haar troon, haar macht,
+haar weelde, haar diplomatieke overwinningen--het was alles niets
+in vergelijking met haar liefde voor Felix. Hij was haar kostbaarst
+bezit, en toch--en toch--kon deze omarming de laatste zijn! Binnen
+een uur kon zijn lijk de kerk uitgedragen worden, en de Czaar zou haar
+vervallen-verklaring proclameeren, en de troonsbestijging van Bora.
+
+En wat zou het leven zijn zonder Felix!
+
+"Ween niet, Elizabeth," zei hij zacht. "Deze dag zal de schoonste
+van ons leven worden."
+
+Maar Elizabeth dorst het niet gelooven.
+
+"O Felix!" riep ze, "het is zelfzuchtig, het is slecht van me om jouw
+leven te wagen voor dat barbaarsche duel!"
+
+"Het is nu te laat voor zelfverwijten," antwoordde hij ernstig. "Ik
+heb in het openbaar mijzelf als kampioen aangeboden, en zelfs de
+Prinses zal me daarvan niet terugbrengen."
+
+"Maar ben je dan zoo zeker van de overwinning?"
+
+"Even zeker als jij 't over een uur zijn zult."
+
+"Een uur!" kreet Elizabeth. "Nooit zal ik de kracht hebben zoo lang te
+wachten. Felix, ik doe afstand--we zullen samen naar een ander land
+gaan, waar we het geluk zullen vinden. Zeg dat je dit ook wilt! Neem
+dat duel niet aan! Wanneer je komt te vallen...."
+
+"Dat zal ik niet. Zou ik zoo roekeloos je troon in de waagschaal
+stellen?"
+
+"Mijn troon!" herhaalde Elizabeth bitter. "Is die het waard, jouw
+leven er voor te wagen?"
+
+"Ja," antwoordde Felix beslist. "Zouden we in een zwak oogenblik ons
+levensdoel opgeven? vluchten als lafaards? een naam achterlaten,
+beladen met het verraad aan heel een volk gepleegd, dat op ons
+vertrouwde? Nooit!"
+
+Hij kuste haar, en zacht haar armen van zijn schouders losmakend,
+verliet hij de kamer.
+
+De Hertog van Bora fronste de wenkbrauwen toen Felix terugkwam. Niemand
+twijfelde aan den aard van het onderhoud dat tusschen hem en Elizabeth
+had plaats gegrepen; allen wisten dat hij naar het gevecht ging met
+de kussen van Elizabeth nog gloeiend op de lippen.
+
+"Als die man er nooit geweest was," mompelde Bora, "was ik nu
+Prins-Gemaal."
+
+"Wees een man, Bora," sprak de Czaar, "wat niet is, kan komen. Versla
+dien kampioen, en geheel Europa zal u uw nieuwen titel onbetwist
+laten."
+
+Men was gereed.
+
+De voorschriften, volgens welke het duel moest plaats hebben, werden
+voorgelezen. Bovendien werd den beiden strijders een eed afgevergd
+waarbij ze verklaarden een rechtvaardige zaak te verdedigen, en hun
+tegenstander met eerlijke middelen te zullen bevechten.
+
+Er heerschte een gespannen stilte.
+
+Men wist, dat dit gevecht niet eindigen zou zoolang een der strijders
+nog leefde, en hierin vooral lag de afgrijselijke aantrekkingskracht
+er van. Een rilling van angstige verwachting ging door de talrijke
+vrouwen die langs het grasveld stonden opeengedrongen; de mannen,
+meer koel en kritisch, trachtten den afloop af te leiden uit bouw en
+uiterlijk voorkomen der tegenstanders.
+
+Op die wijze beschouwd, scheen het voordeel aan de zijde van den
+Hertog, die een forsche en gespierde lichaamsbouw bezat; Felix was
+kleiner en tengerder gebouwd, maar daardoor ook leniger en vlugger
+in zijn bewegingen.
+
+De omstandigheden, waaronder dit duel zou plaats hebben, maakten het
+eenig in de geschiedenis van Czernovië.
+
+De eene kampioen, Bora, aangevuurd door de tegenwoordigheid van zijn
+keizerlijken gebieder, den Czaar, vocht om een kroon te veroveren, de
+andere, Felix, om de hand eener Prinses. Er lag een romantische tint
+over deze gebeurtenis, die sterk aan lang vervlogen dagen deed denken.
+
+Elk der partijen vertrouwde in het succes van zijn kampioen. De
+Moscovieten bluften op de dertig duels van den Hertog, uit welke
+hij steeds zonder een enkele wond te voorschijn was getreden. De
+Czernoviërs konden zich niet op zulke daden beroemen; de wapenfeiten in
+de schermzaal waren eertijds niet van algemeene bekendheid geworden,
+en de zekerheid, dat de vreemdeling van toen dezelfde persoon was
+als de gestorven gewaande zoon van den laatsten President, die nu
+voor hen stond, was nog slechts tot enkelen doorgedrongen. Rob had
+namelijk ten slotte geen weerstand kunnen bieden aan de vele vragen,
+waarmee men hem bestormde, en in 't kort iets van Felix' en zijn
+eigen wedervaren verteld. Hoe het zij, de Czernoviërs hadden toch
+vertrouwen in hun kampioen, want de rustige, vastberaden wijze, waarop
+hij den handschoen had opgeraapt, had hen ontzag ingeboezemd. En
+meer dan woorden 't konden doen, had de wilde vreugde, die op het
+gelaat van Zabern verschenen was bij die handeling, hun vertrouwen
+versterkt. Felix' koele, fonkelende blik, zijn dichtgeknepen lippen
+en zijn onverschrokken uiterlijk bewezen dat hij een gevaarlijk
+tegenstander zou zijn.
+
+De beide mannen ontdeden zich van hun jas, en ontvingen ieder een
+sabel, nadat men zich overtuigd had dat de beide wapens in niets van
+elkaar verschilden.
+
+Intusschen was het nieuws ook tot de menigte daarbuiten doorgedrongen,
+en de opgewonden kreten der zich bij de kerk verzamelende bevolking
+vormden een zonderling contrast met de doodsche stilte, die in de
+onmiddellijke omgeving der strijders heerschte.
+
+Op het platte dak der kerk kon men twee mannen zien staan; zij hadden
+twee vlaggen, een witte en een zwarte, aan den voet van den vlaggestok
+gelegd. De oogen van heel het volk waren op dien stok gevestigd,
+want het was bekend geworden dat het hijschen van de witte vlag de
+overwinning van den kampioen der Prinses zou aankondigen, terwijl de
+zwarte zijn nederlaag zou melden.
+
+Het oogenblik was gekomen.
+
+Op een teeken van den Czaar salueerden de duellanten eerst elkaar en
+daarna de aanwezigen. Toen kletterden de sabels tegen elkander.
+
+De voorbereiding had zoolang de toeschouwers in spanning gehouden,
+dat het begin van den strijd inderdaad voor allen een verlichting was.
+
+Een huivering voer door de menigte. Vijfduizend paar oogen waren
+op die twee mannen gericht. Een bliksemstraal had de heldere lucht
+kunnen doorklieven, een aardbeving de kerk doen instorten--niets zou
+de aandacht van hen hebben kunnen afleiden.
+
+Zabern, die graag een goede partij zag schermen, keek met onverholen
+blijdschap toe, zeker als hij was van den uitslag.
+
+De Czaar was eveneens in zijn element, en zat voorovergebogen toe
+te kijken, met de handen op het gevest van zijn zwaard geleund, even
+vol vertrouwen in de overwinning van Bora als Zabern het was in die
+van Felix.
+
+De Hertog, brandend van verlangen om zich in de oogen van den Czaar
+te onderscheiden, en blijkbaar het gevecht in den kortst mogelijken
+tijd willende beslissen, viel zoo onstuimig op Felix aan, dat deze
+niets anders kon doen dan zich verdedigen. Zoo machtig viel Bora's
+kling neer, dat Felix' arm bij iederen slag trilde, zoo snel was zijn
+houw, dat Felix dien dikwijls slechts op enkele millimeters afstand
+van zijn schedel kon afweren. Het oog kon nauwelijks de beweging der
+sabels volgen, zulke bliksemsnelle kringen beschreven ze in de lucht.
+
+De Hertog drong zijn tegenstander steeds meer achteruit, zoodat deze
+bijna de omheining van het afgezette terrein had bereikt.
+
+De Czernovische toeschouwers zagen angstig toe; dit wijken was een
+slecht teeken.
+
+"Onze kampioen is lang niet meer zoo sterk als toen we hem in de
+schermzaal zagen," zei Radzivil verschrikt.
+
+"Bah! mijn beste Radzivil," zei Zabern vol vertrouwen, "zie je
+niet dat hij den Hertog uitput? Bora is dom met zoo z'n kracht te
+verspillen. Dit is te hevig dan dat 't lang kan duren. Ah! wat zei
+ik je? Het eerste bloed is voor ons!"
+
+De Hertog was een oogenblik te roekeloos geweest, en had van Felix
+een steek in de zijde ontvangen die enkele millimeters diep was. Dit
+was zoo vlug geschied, dat bijna niemand 't had gezien, ofschoon
+allen toekeken.
+
+"De Hertog is gewond!"
+
+"Hij is niet gewond!"
+
+De twijfel verdween, toen zich op Bora's wit hemd een kleine roode
+vlek vertoonde, die zich langzaam uitbreidde.
+
+Zabern glimlachte boosaardig bij het zien van den woedenden Hertog,
+die wel een stier in een Spaansche arena leek, wiens huid door de
+eerste banderillo wordt doorboord. Hij keek tegelijk verwonderd en
+ongeloovig, niet begrijpend hoe zoo iets hem gebeuren kon.
+
+Dit was de eerste wond die hij als duellist ooit bekomen had, en zijn
+gevoel van overmacht was door die omstandigheid meer geknakt dan de
+pijn het doen kon. Maar weldra herstelde hij zich, en het gebeurde
+deed hem dubbel op zijn hoede zijn.
+
+Het behendig gebruik dat Felix van een onachtzaamheid van zijn
+tegenstander had gemaakt, wekte het vertrouwen der patriotten in
+verhoogde mate op, tegelijkertijd een gevoel van verslagenheid bij
+de Moscoviten teweeg brengend.
+
+De Hertog ging nu omzichtiger te werk, en zoo ontstond een waarlijk
+schitterende tentoonspreiding van schermkunst, die ieders bewondering
+wekte.
+
+Elke beweging der klingen werd met vreezen en beven waargenomen,
+vooral door de Czernoviërs, die wisten dat dit gevecht tusschen
+vrijheid en despotisme zou beslissen.
+
+Vele der aanwezige dames, die het gevecht nauwelijks durfden
+aanzien, verborgen haar gelaat in de handen, om het dan weer, door
+een verschrikkelijke nieuwsgierigheid gedreven, naar het tooneel van
+den strijd te keeren. Sommigen zagen toe met den zakdoek voor den mond
+gedrukt, om de angstkreten te smoren die de duellanten gehinderd zouden
+hebben. De vreeselijke ontroering deed er verscheidenen flauwvallen.
+
+Er scheen een wending ten gunste van Felix te ontstaan. Hij begon
+den Hertog, wiens kracht slonk, achterwaarts te dringen. Opeens,
+toen de Hertog zich sterk op zij boog, om een slag te ontgaan dien
+hij niet had kunnen afweren, verloor deze het evenwicht en viel,
+terwijl Felix hem op hetzelfde oogenblik het zwaard uit de hand sloeg.
+
+En daar lag hij, op een knie geleund, weerloos, overgeleverd aan de
+genade van zijn tegenstander.
+
+Felix' gevoel van ridderlijkheid weerhield hem den noodlottigen slag
+toe te brengen.
+
+"Ik vermoord geen ongewapende," zei hij.
+
+"Wat een dwaasheid is dit!" riep Zabern, toornig opspringend. "Spaarde
+hij uw broer? Zou hij u sparen als gij daar in zijn plaats lag? Het
+is nu geen tijd om edelmoedig te zijn. Sla toe!"
+
+Bora bewoog zich niet; sprakeloos van schrik wachtte hij zijn einde af.
+
+Maar Felix bleef weigeren.
+
+"Doodt hem, doodt hem! Sla toe!" riepen de Czernoviërs.
+
+De tuin weerklonk van woedende kreten. Zelfs zachtmoedige vrouwen,
+door de opwinding van het oogenblik meegesleept, deelden in de
+dreigende kreten der mannen. Om zich heen ziende, ontwaarde Felix
+niets dan een zee van wuivende handen en hoorde hij slechts stemmen
+die hem aanmoedigden tot den laatsten slag.
+
+"Genade mag niet verleend worden!" riep een stem.
+
+"Het duel is op leven en dood!" riep een ander.
+
+Maar Felix bleef onbewegelijk. Vechten wilde hij--moorden niet.
+
+De Czaar maakte van deze gelegenheid gebruik om de autoriteit van
+zijn woord in de schaal te werpen, en op zijn voorstel herkreeg de
+Hertog zijn sabel, en begon het duel opnieuw.
+
+De Russischgezinden herademden. Hun kans was weer vergroot.
+
+"Het is een schande," mompelde Zabern. "Nu heeft hij nieuwe kracht
+opgedaan."
+
+Gedurende dit intermezzo had Bora meer dan eens den Czaar aangekeken,
+als smeekend om diens tusschenkomst. Maar de Keizer zat onbewegelijk
+als een beeld, en deed of hij de zwijgende vraag niet verstond. Hij
+wilde dit zoo zorgvuldig ineengezet plan, om de Prinses uit den weg
+te ruimen, niet zoo gemakkelijk laten varen. Ook al zou de Hertog
+er het slachtoffer van worden. Wee den man, die den Czaar in zijn
+val meesleept! Bora's hart kromp ineen bij het zien van 's Keizers
+onbewegelijk gelaat.
+
+De strijd ging nu zijn laatste beslissende periode in.
+
+Er was geen twijfel meer; alle aanwezigen wisten dat het nog slechts
+een kwestie van tijd was die hier uitgevochten werd.
+
+En de Hertog wist dit het best van allen. Zijn zelfvertrouwen begaf
+hem. Hij streed niet meer voor een kroon--hij streed voor zijn leven.
+
+Hij deed geen poging om Felix aan te vallen. Waarom zou hij ook? Hij
+kon niet meer doen dan hij gedaan had. Telkens en telkens had hij zijn
+tegenstander trachten te bereiken, en met een enkel sierlijk gebaar
+had deze elken houw afgeweerd. Er was geen mogelijkheid meer om den
+dood te ontsnappen, tenzij Felix een onvoorzichtigheid beging, die
+van zijn vaste hand en zijn scherp oog moeielijk te verwachten viel.
+
+Meer en meer werd Bora achteruit gedrongen, totdat zijn rug ten
+laatste het koord raakte waarmee het veld was afgesloten; toch zou
+hij nog verder moeten wijken wilde hij de sabelpunt ontgaan, die,
+snel en doodelijk als de tong van een slang, onophoudelijk op enkele
+centimeters van zijn gezicht en zijn borst glinsterde.
+
+Zijn krachten vloeiden snel heen; zijn arm was uitgeput door het
+voortdurende afweren; hij snakte er naar het zwaard weg te werpen en
+om genade te smeeken. Het was een verschrikkelijk schouwspel.
+
+Terwijl de zweetdruppels hem het gezicht benamen, worstelde hij steeds
+voort, totdat ten slotte het eind kwam.
+
+Met een laatste wanhopige poging hief hij den arm hoog op om Felix
+een slag op het hoofd toe te brengen, waarvoor hij al de hem gebleven
+spierkracht verzamelde. Maar snel als de gedachte maakte Felix gebruik
+van het doel, dat Bora's breede, onbeschermde borst nu aanbood;
+den sabel horizontaal vooruitbrengend, bracht hij den Hertog een
+steek toe die de borst doorboorde en, onder den linkerschouder door,
+in den rug uitkwam.
+
+Bora's armen sloegen met een wilden zwaai omhoog, zonder den slag te
+hebben toegebracht; zijn sabel viel rinkelend op den grond; hij uitte
+slechts een zucht, en toen gleed zijn lichaam als een vormlooze massa
+op den grond.
+
+"Nu, er is mooi gevochten!" zei Zabern.
+
+Een daverende triomfkreet steeg uit de rijen der Czernoviërs op,
+eenige seconden later door een geweldig juichen van de buitenstaande
+bevolking gevolgd, toen de witte vlag langs den stok omhoog gleed,
+de overwinning van Elizabeth's kampioen verkondigend.
+
+
+
+
+
+
+NEGEN EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
+
+EIND GOED, AL GOED.
+
+ De kroning gaat door.--Czernovië is vrij!--Felix wordt
+ Prins-Gemaal.--Felix en Elizabeth doen afstand van den
+ troon.--Robert Rensma, President der Oranje-Republiek.--
+
+
+Toen de Czaar zijn nederlaag begreep, nam zijn gelaat een oogenblik
+een uitdrukking van smartelijke verslagenheid aan. Maar hij wist
+zich onmiddellijk te beheerschen, liet het lijk van den Hertog met
+een doek bedekken en wegbrengen, en sprak toen:
+
+"Het woord van den Czaar is heilig. Elizabeth is de wettige vorstin
+van Czernovië; een nieuw Charter van mijn hand zal voor nu en eeuwig
+de volkomen onafhankelijkheid van dat Rijk erkennen en verzekeren. Laat
+de kroning voortgang hebben."
+
+Nauwelijks had hij deze woorden gesproken, of Prinses Elizabeth, die
+de blijde tijding door een boodschapper van Zabern ontvangen had, kwam
+door de kerkdeur naar buiten. Recht op Felix toegaande, reikte zij hem
+de hand, en dit gebaar was welsprekender dan de langste proclamatie
+had kunnen zijn. Alle aanwezigen wisten het: daar stonden de Prins en
+de Prinses van Czernovië! Geen ander dan zij beiden zou hen regeeren.
+
+En terwijl de juichkreten der in den tuin verzamelde menigte nog niet
+waren weggestorven, terwijl de Moscoviten deels zwijgend toezagen,
+deels haastig en langs afgelegen straten naar hun huizen terugslopen,
+begonnen opeens alle kerkklokken der stad met jubelenden galm te
+luiden, en vreugdeschoten overstemden het hoera-geroep dat door heel
+Slavowitz weerklonk.
+
+Verrast zag Elizabeth op. De hekken van den grooten tuin werden
+opengeworpen, ja ingedrukt, en het volk stormde binnen, wierp zich
+aan de voeten van Felix en Elizabeth, riep honderdduizendstemmig:
+
+"Leve de Prins! Leve de Prinses!"
+
+En Zabern, als altijd bedacht op den vragenden blik van Elizabeth,
+dien zij in zulke gevallen op hem richtte, zei met een glimlach:
+
+"Heel Slavowitz weet reeds, Prinses, dat gij uw aanstaanden Gemaal
+den titel: Prins van Czernovië hebt verleend."
+
+"Maar--hoe kan men dat weten? Ik heb mij in dien geest geheel niet
+uitgelaten, nog minder eenig besluit geteekend!"
+
+"Neen Prinses," antwoordde Zabern rustig, "maar u zou het ongetwijfeld
+spoedig doen. Daarom heb ik er maar op gerekend. Sedert een week lagen
+tienduizend proclamaties gereed, vijfduizend om het volk uw verloving
+mede te deelen, even zoo veel om de benoeming van uw Gemaal tot Prins
+bekend te maken. Door een uitstekende regeling dezer aangelegenheid is
+'t me mogelijk geweest deze proclamaties binnen een half uur overal
+te doen aanplakken."
+
+Elizabeth kon niet nalaten te lachen. Zabern moest toch altijd
+zulke eigenmachtige dingen doen! Maar ze was het van hem gewend en
+kon het hem ook niet kwalijk nemen. Alleen zei ze, half schertsend,
+half verwijtend:
+
+"En als de Hertog van Bora het duel gewonnen had?"
+
+"Dan had ik de proclamaties bewaard voor een gunstiger oogenblik,
+Prinses. Want Czernovië mocht Russisch worden--zoolang Zabern leefde,
+zou het nooit Russisch _blijven_!"
+
+Dit antwoord was Zabern waardig, en diep geroerd drukten Elizabeth
+en Felix hem zijn linker en eenige hand.
+
+
+
+Inmiddels had de Czaar bevelen gegeven om het St. Nicolaasklooster,
+om welks bezit reeds eenige kleine schermutselingen hadden plaats
+gegrepen, te ontruimen, en het Russische leger de grens te doen
+verlaten. Alleen een klein escorte bleef achter om den Czaar uit
+te geleiden.
+
+Hoewel het Elizabeth nu louter een vorm leek, en ook de toeschouwers,
+die hun plaatsen in de kerk weer hadden ingenomen, de plechtigheden
+meer bijwoonden om van het gelukkig einde der gebeurtenissen getuige
+te zijn, dan wel om de waarde die zij er aan hechtten, besloot men
+de kroning niet uit te stellen, en in handen van den Czaar legde
+Elizabeth den kroningseed af.
+
+Een half uur na die plechtigheid had de Russische Keizer het
+grondgebied van Czernovië verlaten, zonder dat velen zijn heengaan
+betreurden.
+
+
+
+Het was een veelbewogen dag geweest, en aan den maaltijd ten Paleize,
+waar de Prinses, behalve haar toekomstigen Gemaal, Zabern, Radzivil,
+Dorislas en Rob genoodigd had, werd natuurlijk over niets anders
+gesproken dan over den angst en de spanning waarin men sedert dien
+morgen verkeerd had.
+
+Ieder op zijn beurt werd aan het woord gelaten om zijn aandeel in de
+gebeurtenissen, of zijn oordeel erover mee te deelen.
+
+Zabern, anders weinig spraakzaam, was uitgelaten als een kwajongen;
+tot groot vermaak der aanwezigen deed hij een uitvoerig verhaal
+van het ingewikkeld netwerk van listen en lagen, dat hij gesponnen
+had om de tegenpartij te verschalken, en men bewonderde opnieuw de
+geestkracht en de onvermoeibaarheid van dezen man, die, wanneer het
+noodig was, zich den tijd niet gunde tot slapen of eten, die zich
+om zoo te zeggen op tien plaatsen tegelijk vertoonde, en die maanden
+vooruit zag naderen, wat voor anderen nog verborgen bleef wanneer ze
+er vlak voor stonden. Hoe ruw en roekeloos deze man soms zijn mocht,
+hij bezat ongeëvenaarde verdiensten, en zonder hem zouden de dingen
+ongetwijfeld geheel anders geloopen zijn dan nu het geval was geweest.
+
+De held van den dag was natuurlijk Rob.
+
+Hij moest omstandig vertellen hoe hij het Russische duplicaat van het
+Charter machtig was geworden, en op zijn gewone bescheiden wijze deed
+hij dit.
+
+Toen de Maarschalk hem den dag voor Felix' vertrek had meegedeeld,
+dat de zes mannen van "De Vogel" zich in het Paleis bevonden, had hij
+opeens begrepen dat niemand beter dan zij hem behulpzaam konden zijn
+bij de uitvoering van een plan, dat hem reeds lang bezighield.
+
+Hij had namelijk terecht ingezien, dat al de moeielijkheden waarin
+Czernovië verkeerde, haar brandpunt hadden in het ontbreken van het
+Charter, het onmiskenbare bewijs van 's lands onafhankelijkheid. Kon
+men dit terugbezorgen, dan zou reeds veel gewonnen zijn, vooral wanneer
+het volkomen in 't geheim geschiedde. Natuurlijk was hierop maar éen
+weg: het duplicaat, dat in de Archieven van het Kremlin moest berusten,
+machtig te worden. Wel had Orloff verzekerd dat men in Rusland dit
+duplicaat tevergeefs had gezocht, maar aan het leugenachtige van deze
+verklaring bestond geen twijfel. Er bleef een groote kans over, dat
+men zekerheidshalve het duplicaat vernietigd had, doch waar slechts
+van een mogelijkheid, niet van een zekerheid sprake was, zou het
+onverantwoord zijn geweest het bestaan van die mogelijkheid niet nader
+te onderzoeken. In een zaak van zulk een gewicht als deze behoorde men
+zich aan een stroohalm vast te houden, en zelfs de gewaagdste pogingen
+niet nalaten, zoodra ze slechts een vage kans op succes hadden.
+
+Zabern was dit geheel met Rob eens, en hij verklaarde, toen deze zoo
+ver met zijn verhaal was gevorderd, dat hij nu niet begrijpen kon zelf
+dat denkbeeld gemist te hebben. Bij gebrek aan een Charter er een te
+maken, dat was dadelijk in hem opgekomen, maar geen oogenblik had hij
+den inval gehad om een onderzoek naar het bestaan van een duplicaat
+in te stellen. Hij bracht Rob in de vleiendste bewoordingen lof, en
+verzekerde de aanwezigen, dat zijn leerling hem binnen enkele jaren
+ongetwijfeld over het hoofd zou groeien.
+
+Rob vroeg dus Zabern, zoodra deze hem de aankomst der zes Turksche
+gevangenen had bericht, dadelijk bij hen toegelaten te worden. Hij
+nam La in het geheim, en deze had wel ooren naar zijn voorstel. Om te
+beginnen moesten ze allen trachten zoo gauw mogelijk hun schuilplaats
+in de Himalaya te bereiken; eenmaal in het bezit van hun voorraden
+en hulpmiddelen, zouden ze gemakkelijker kunnen overleggen wat hun
+daarna te doen stond.
+
+Op het punt van te vertrekken, voegde Felix zich bij hem en de
+omstandigheid dat hij genoodzaakt was Czernovië te verlaten, gaf Rob
+aanleiding om zich niet langer tegen zijn meegaan te verzetten. Felix
+werd nu met de plannen in kennis gesteld, en toonde zich daar zeer
+mee ingenomen.
+
+In hun schuilplaats aangekomen, gingen ze dadelijk aan het werk. Er
+lagen groote voorraden monum, ook waren er talrijke instrumenten en
+machinerieën beschikbaar, en op La's voorstel werd terecht het eerst
+gezorgd een kleine vliegmachine gereed te maken. De nieuwe, verbeterde
+"Vogel," waarvan La in de gevangenis het ontwerp al geheel gereed
+had gemaakt, was een kwestie van later zorg.
+
+Toen een vliegmachine voor twee personen gereed was, zetten Rob en
+Felix daarmee rechtstreeks koers naar Moskou. Hun taak werd daar
+spoediger volvoerd dan ze dachten. Des avonds op het dak neergekomen,
+vonden ze weldra hun weg naar de Archieven. Alle afsluitingen te doen
+smelten met een verbeterde thermiet-samenstelling was slechts een
+kleine moeite. Elke afsluiting week voor hun pogingen. Enkele personen,
+die hun in den weg traden, moesten ze met hun gaspistolen bedwelmen,
+maar overigens ondervonden ze geen tegenstand. Het zoeken naar het
+Charter kostte den meesten tijd, en telkens stootten ze op groote
+bundels papieren, die nagebladerd moesten worden en geen van allen
+het begeerde bleken te bevatten. Totdat Rob eindelijk een ijzeren
+kistje vond, waaruit tot hun groote vreugde het waardevolle document
+te voorschijn kwam!
+
+Het was inmiddels 14 September geworden, en de vliegmachine moest
+haar grootste snelheid ontwikkelen om tijdig haar doel te bereiken.
+
+De groote opgewondenheid die in de stad heerschte leidde de aandacht
+van hun neerdaling, die trouwens op een verlaten weiland plaats had,
+af. Ze brachten den toestel in veiligheid, en Rob snelde naar de kerk,
+waar hij in het laatste oogenblik, maar juist op tijd, aankwam. Het
+overige weet men. Felix, die zijn vermomming had afgelegd, was, van
+de verwarring gebruik makend, de kerk binnengedrongen, en had rustig
+het tijdstip afgewacht om zijn slag te slaan.
+
+Zoo was dus door het optreden dezer beide mannen Czernovië gered,
+en het lijdt geen twijfel of de geschiedboeken zullen hun namen met
+dankbaarheid en eerbied vermelden.
+
+Tegen het eind van het maal verrichtte Elizabeth een daad van
+edelmoedigheid, door den Commandant Miroslav en den generaal
+Trevisa te doen ontbieden en hen, wegens het nationale feest dat
+heden gevierd werd, gratie te verleenen. Dit liet niet na vooral op
+Miroslav een goede uitwerking te oefenen, en hoewel in een andere,
+minder verantwoordelijke betrekking, bleef hij nog lange jaren het
+land uitstekende diensten bewijzen.
+
+Toen door de berichten in de nieuwsbladen de geheele en juiste
+toedracht der gebeurtenissen bekend werd, nam de geestdrift, en
+daarmee de populariteit van Elizabeth, Felix en Rob, steeds toe.
+
+Er werden herhaaldelijk ovaties aan het Paleis gebracht, en zoodra
+een der drie genoemde personen zich in het openbaar vertoonde, kwam
+er geen einde aan de toejuichingen en het eerbetoon.
+
+Elizabeth, door Zabern geleid, begreep terecht, dat van deze stemming
+een krachtig en beleidvol gebruik moest worden gemaakt.
+
+Er werden nu talrijke hervormingen ingevoerd, die uitstekende
+gevolgen bleken te hebben, en daar, door den dood van Kossuth, het
+met dezen gesloten verdrag van onwaarde was geworden, kwam een groot
+gedeelte van het verzamelde geld weer vrij. Maar voor zoover dit door
+Czernoviërs was bijeen gebracht, wilde geen hunner van terugname weten,
+en ettelijke millioenen vloeiden daardoor in de staatskas, waarvan
+een richtig gebruik het land niet anders dan ten goede kon komen.
+
+De Czaar, het moet tot zijn eer gezegd worden, toonde al den
+eerbied en de bewondering waarop een vorstin als Elizabeth recht
+had. Hij zond een nieuw Charter en gaf tevens de meest volledige
+waarborgen voor de duurzame onafhankelijkheid van het land, dat hij
+zoo ernstig had bedreigd. Uit de dagbladen weten we allen, dat door
+toedoen van Koningin Wilhelmina het Congres te 's-Gravenhage, van 1
+December 1902, bijeengeroepen werd, waarop alle groote Mogendheden
+de onafhankelijkheid van Czernovië erkenden, zoodat ook de laatste
+vrees voor vreemde inmenging is verdwenen. Bovendien is het thans
+bekend genoeg, dat Czernovië, door zijn sterke, zedelijk hoogstaande
+organisatie, tegenwoordig een voorbeeld vormt voor andere beschaafde
+landen, dat van heinde en ver geleerden worden uitgezonden om zijn
+staatsinstellingen te bestudeeren, en dat het een aanbeveling en een
+eer is voor iedereen, te kunnen zeggen dat hij aan een Czernovische
+universiteit zijn opleiding genoot.
+
+
+
+Den 28en September had het huwelijk van Felix en Elizabeth plaats,
+nadat daags te voren, in allen eenvoud, Zabern en Katina in den echt
+verbonden waren.
+
+Het zou te ver voeren, het huwelijk van den Prins en de Prinses
+uitvoerig te beschrijven; men begrijpt trouwens dat deze plechtigheid
+alle van dien aard verre overtrof. Zij kenmerkte zich echter door
+een gebeurtenis, die hier niet onvermeld mag blijven.
+
+Toen, onder het bruisen van het orgel, de feeststoet de kerk verliet,
+daalde plotseling van hoog uit de lucht een regen van bloemen op het
+rijtuig neer, waarin Felix en Elizabeth hadden plaats genomen. Verbaasd
+richtten zich aller oogen naar boven, en--daar zag men hoe een groot,
+sierlijk gebouwd luchtschip, met vlaggen in de Czernovische kleuren
+rijk getooid, snel daalde, om op eenige meters boven den grond
+onbewegelijk te blijven hangen.
+
+Het was De Vogel!
+
+Dit door La zoo kunstig vervaardigde, volmaakte luchtschip, was
+bestemd de vraag van den bestuurbaren ballon volkomen en schitterend
+op de lossen, en daarmee ook een sociale kwestie van het hoogste
+belang. Want met die uitvinding waren de grenzen, die tot nog toe de
+volkeren scheidden, als het ware weggewischt. Afstanden, natuurlijke
+hinderpalen bestonden niet meer; straks zouden alle natiën éen worden,
+verbroedering, samenwerking en eenheid zouden alle partijtwisten,
+allen haat en elke onverdraagzaamheid doen ophouden. De periode van
+wereldvrede en naastenliefde was aangebroken!
+
+
+
+Den 8sten October kwamen Felix en Elizabeth van hun reis terug en
+toen werd Czernovië verrast door een onverwacht bericht.
+
+De Prins en de Prinses deden afstand van de regeering!
+
+In het eerste oogenblik kon niemand aan de waarheid van dat besluit
+gelooven. Maar weldra verkondigde een proclamatie, dat de geruchten
+waarheid bevatten.
+
+Zeer lang en ernstig hadden Felix en Elizabeth dit plan besproken
+en overdacht. Ze voelden zich beiden zeer aangegrepen door de snelle
+opeenvolging van schokkende gebeurtenissen der laatste tijden; niet
+alleen maakte een dringende behoefte aan rust en afzondering zich
+van hen meester, maar ook begrepen ze dat een jongere kracht beter
+dan zij het werk zou kunnen voleindigen, waarvan zij de vaste en
+onomstootelijke basis hadden gelegd. De Russische elementen hadden zich
+hoe langer hoe meer uit Czernovië teruggetrokken, de onafhankelijkheid
+van het land was onaantastbaar, hun taak kon als geëindigd beschouwd
+worden. Bovendien was naar hun vaste overtuiging de terugkeer tot de
+republiek het ideaal, dat voor Czernovië moest nagestreefd worden; ook
+dat zou bereikt worden door afstand te doen, en een verkiezing voor
+een President uit te schrijven. Wat hun persoonlijke keuze betreft,
+deze kon niet twijfelachtig zijn.
+
+De proclamatie, waarin de afstand werd medegedeeld, omschreef
+uitvoerig de redenen die daartoe geleid hadden, en hoewel niet allen
+zich daar volkomen mee konden vereenigen, velen zelfs trachtten Felix
+en Elizabeth van hun besluit terug te brengen, moest men zich ten
+slotte gewonnen geven.
+
+De verkiezing werd uitgeschreven.
+
+Niets belette, die volgens de wetten van het land te doen houden, want
+de republiek bestond feitelijk nog, de constitutioneele gebruiken die
+langzamerhand waren ingeslopen hadden van Czernovië slechts in naam
+een vorstendom gemaakt. De titels, aan Elizabeth en Felix gegeven,
+waren in den grond niets dan een uiterlijke vorm, een door een bevriend
+vorst verleende waardigheid, waarmee de Czernovische wetten niets te
+maken hadden. De omstandigheden hadden tot dezen abnormalen toestand
+geleid, de oorspronkelijke regeeringsvorm was er echter in zijn wezen
+niet door veranderd.
+
+Maar het volk, verblind door de praal, waarmee het in den laatsten
+tijd was geregeerd, wilde deze dingen niet zoo kalm overdenken.
+
+Toen door Felix en Elizabeth als candidaat voor den Presidentszetel
+Rob werd aanbevolen, de man die Czernovië gered had, was de verkiezing
+vrijwel overbodig. Men stemde als éen man op hem. Maar toen hij met
+bijna algemeene stemmen was gekozen, wilde het geestdriftige volk hem
+tot Koning uitroepen. Wat men ook deed, hoe Rob zelf ook telkens weer
+verklaarde die hooge waardigheid niet te begeeren, ze zelfs voor het
+land ongewenscht te vinden--het volk liet zich niet overtuigen. Het
+sprak hardnekkig van den "Koning," de dagbladen noemden hem in hun
+berichten "Robert I, Koning van Czernovië."
+
+Zabern, de man van den ouden stempel, had wel graag gezien, dat Rob
+zich dit Koningschap had laten welgevallen. Maar Felix en Elizabeth
+waren 't met den "Koning" eens, dat het 't beste zou zijn deze vlaag
+te laten uitwoeden, en dan geleidelijk het volk te overtuigen van de
+zegeningen, die een republikeinsch bestuur zou brengen.
+
+Inderdaad is Rob dan ook nooit tot Koning gekroond, en in zooverre
+is de titel van dit boek, waarin het verhaal zijner avonturen is
+samengevat, niet juist. Maar het feit, dat het hem slechts éen
+woord gekost zou hebben om zich een troon te veroveren, het feit,
+dat een bevolking van acht millioen zielen er behagen in schiep hem
+"Koning Robert" te noemen, was oorzaak dat de samensteller van dit
+verhaal niet nalaten kon hem, en voor het laatst, ook op zijn beurt
+dien titel toe te kennen.
+
+In een proclamatie, die Rob na zijn verkiezing, den 9en October des
+morgens om 10 uur, tot zijn volk richtte, deelde hij mede, dat het de
+uitdrukkelijke wensch der afgetreden Vorstin was, het presidentschap
+hersteld te zien, en dat hierin ongetwijfeld reden te over zou
+gevonden worden om ook aan zijn persoonlijk verlangen te voldoen
+en hem een republiek, geen koninkrijk te schenken. Hij zette nader
+zijn denkbeelden over een republikeinsch stelsel van bestuur uiteen,
+en eindigde met de overtuiging uit te spreken dat men ten slotte
+zijn inzichten zou deelen. En zijn onderschrift luidde: "Gedaan te
+Willemstad, den 9en October 1902. De President der Oranje-Republiek:
+Rensma."
+
+Het herstel van die twee zoo lang in onbruik geraakte bewoordingen
+had een diepgaande uitwerking. Het stemde tot nadenken, riep den
+goeden Oud-Hollandschen tijd terug, en stemde tot dankbaarheid bij
+de gedachte dat de nieuwe President niet anders wenschte dan de oude
+gebruiken aan den nieuwen tijd onderworpen te maken.
+
+De tijd heeft dan ook geleerd, dat men Rob's inzichten is gaan deelen.
+
+
+
+Felix en Elizabeth bewonen een door het Gouvernement voor hen gebouwde
+villa in het mooiste gedeelte der stad; Zabern, die zich ouderwetsch
+begon te gevoelen, trok zich uit het politieke leven terug en ontving
+eveneens van den Staat een sierlijk huis, even buiten de stad gelegen,
+waar hij met Katina nog menig gelukkig jaar hoopt door te brengen. Maar
+alle vier blijven ze warme belangstelling voelen voor alles wat hun
+land en zijn bestuurders betreft, en Rob hoopt nog lang van hun zeer
+gewichtige en op ervaring gegronde raadgevingen gebruik te maken.
+
+
+
+Deze geschiedenis zou niet volledig zijn, zoo niet nog met enkele
+woorden van de terugkomst van Rob in Amsterdam werd melding gemaakt.
+
+Toen ook de drukte der verkiezingen voorbij was dacht Rob het eerst
+aan zijn voogd, zijn vrienden en bekenden in het vaderland, van wie
+hij zoolang gescheiden was geweest, en hij besloot, alvorens zijn
+taak in de Oranje-Republiek te aanvaarden, naar Amsterdam te gaan en
+zijn omgeving met zijn nieuwe levensrichting bekend te maken.
+
+Hij zond het ons bekende telegram, nam den nachttrein over Weenen,
+en stond, zooals wij weten, op eens tegenover zijn innig verheugden
+voogd, die reeds aan zijn behoud was gaan twijfelen.
+
+In de nieuwsbladen had men toen ter tijde reeds veel over de
+Czernovische gebeurtenissen gelezen. Maar zooals dat gaat, vooral
+wanneer er zulke snel opeen volgende verwikkelingen plaats hebben,
+die berichten hielden slechts verwarde mededeelingen in, waarvan de
+meeste op verzinsels en misverstanden berustten. Ja, men kan veilig
+zeggen dat de bladen in die dagen over Czernovië de grootste dwaasheden
+opdischten. Men sprak van een avonturier, die zich met geweld van
+de regeering had meester gemaakt, na de Prinses, die onlangs ver
+beneden haar stand gehuwd was, verbannen te hebben. Kortom, de pers
+verspreidde de gebruikelijke, op vage geruchten berustende "berichten
+van speciale correspondenten," alleen om die den volgenden dag weer
+tegen te spreken.
+
+Rob's aankomst in Amsterdam, en de enkele ophelderingen die hij aan
+hem bestormende reporters gaf, brachten ten slotte meer helderheid
+in de krantenberichten.
+
+
+
+De aanteekeningen van den President houden hier op, en daarmee is de
+taak van hem, die er dit boek uit samenstelde, ten einde.
+
+De uitgever wenschte echter, dat er nog het volgende aan toegevoegd
+zou worden.
+
+De bladen hebben dezer dagen, enkele weken vóor de verschijning van
+dit werk, het bericht gebracht dat de President der Oranje-Republiek
+(die er duizend exemplaren van bestelde voor de openbare bibliotheken),
+den heer A. Bertrand benoemd heeft tot officieel geschiedschrijver
+in dienst van den Staat.
+
+Deze benoeming is inderdaad geschied, en naar aanleiding daarvan
+ontvangt de uitgever talrijke brieven en telegrammen, waarin gevraagd
+wordt "of de boeken van Bertrand nu toch zullen blijven verschijnen."
+
+Het is den schrijver dier boeken een voorrecht en een genoegen,
+bij zijn vertrek naar Willemstad de Nederlandsche jeugd te kunnen
+meedeelen, dat haar belangstelling hem vleit, en dat hij hoopt nog
+menig werk van zijn hand over de Nederlandsche grenzen te zenden!
+
+
+
+
+
+AANTEEKENINGEN
+
+[1] Snelvoeten.
+
+[2] Wees zooals ge u voordoet.
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+_Bij den uitgever dezes verscheen mede:_
+
+_In dienst van den Kroonprins_
+
+EEN VERHAAL UIT DEN FRANSCH-DUITSCHEN OORLOG
+
+DOOR
+
+A. BERTRAND
+
+MET VELE EN FRAAIE PLATEN.
+
+Prijs ingenaaid f _2.40_, in prachtband f _2.90_.
+
+_"In dienst van den Kroonprins"_ speelt tijdens den Fransch-Duitschen
+Oorlog, en het is niet alleen een gelukkige gedachte geweest een
+episode uit dien belangrijken, altijd boeienden reuzenstrijd tusschen
+twee Europeesche grootmachten tot achtergrond voor een romantisch
+verhaal te kiezen, maar het mag ook een uitstekende eigenschap van
+dit boek genoemd worden, dat de inhoud _geheel op historische feiten
+is gegrond_, en die _met groote nauwgezetheid_ weergeeft. Nergens
+is den loop der geschiedkundige gebeurtenissen geweld aangedaan;
+integendeel zijn de avonturen van den jeugdigen held, die den oorlog
+eerst als toeschouwer, daarna als onverschrokken strijder meemaakt,
+zoo onopgesmukt en toch met zooveel waarheidsliefde verteld, dat
+men telkens gevoelt, hoe hier de geestdriftige, maar gewetensvolle
+geschiedschrijver aan het woord is. Bizonder gelukkig is de
+schildering der groote veldslagen; zoowel Franschen als Duitschers
+laat de samensteller recht wedervaren, en bij het te boek stellen der
+geweldige botsingen tusschen hun kolossale legers, stijgt zijn taal
+meer dan eens tot geestdriftige vervoering, ja tot een inderdaad
+dramatische hoogte. _Zeldzaam aangrijpend_ zijn die veldslagen
+beschreven, en daarbij zoo meeslepend, dat de lezer gedwongen wordt
+in ademlooze spanning het verhaal ten einde toe te blijven volgen.
+
+Dit boek is zoo degelijk geschreven, dat ook ouderen van dagen, vooral
+militairen, het zullen willen lezen. Terwijl alle wetenschappelijke
+geleerdheid is vermeden, is _door deskundig toezicht bij de bewerking
+waarborg gegeven aan de strikt juiste boekstaving der zeer populair
+vertelde militaire operaties_. Het behoeft geen betoog dat dit de
+waarde van het boek verhoogt.
+
+Mocht men nog vreezen, dat dit nieuwe jongensboek een te
+oorlogszuchtigen geest ademt, dan zal een vluchtig doorbladeren
+doen zien, dat de schrijver zich beijverde de afschrikkende zijde
+van den oorlog in een scherp licht te stellen, en elke gelegenheid
+aangreep om den vrede te verheerlijken. _Gevoelens van eer,
+zelfverloochening, vaderlandsliefde, schoone voorbeelden van trouw
+en plichtsvervulling--elke bladzijde voert ze den lezer op ongezochte
+wijze voor oogen._
+
+Het lijdt geen twijfel, of elkeen, wiens hart toegankelijk is voor
+edele gevoelens, zal dit boek met stijgende verrukking lezen; een
+schat van goede lessen zal hij er uit putten, en niemand zal zich de
+lezing berouwen. Moge die lezing er, voor zoover noodig, toe leiden
+om ook aan de andere boeken der serie-Bertrand de aandacht te wijden,
+die zij--blijkens achterstaande pers-beoordeelingen--zoo ruimschoots
+verdienen.
+
+
+
+_Het Vaderland._
+
+'t Is een boek vol avonturen, dat met spanning door de jongens gelezen
+zal worden. En daarbij is het een goed boek. Geen oorlogszuchtige
+strekking, al handelt het over den oorlog, geen ruwe opgesierde
+verhalen, maar een boeiende, der waarheid getrouwe vertelling van
+wat Hans heeft meegemaakt. _Ook de ouderen, vooral de militairen,
+zullen het met genoegen lezen._ Het heeft vele en fraaie platen.
+
+
+_De Oprechte Haarlemsche Courant._
+
+De serie Bertrand is met een kloek werk--meer dan 400 bladzijden groot
+en flink gedrukt--vermeerderd. _Voor hen, die houden van aankweeking
+van vaderlandsliefde en gloeien van vereering voor het Vorstenhuis,
+is het een hoogst begeerlijk boek._
+
+De lotgevallen van een cadet van den Kroonprins van Pruisen in den
+oorlog van 1870 worden op boeiende wijze beschreven. Leerrijk is dit
+werk, omdat de lezers op onderhoudende wijze in de gelegenheid zijn,
+geschiedkundige kennis op te doen van den Fransch-Duitschen oorlog.
+
+Zoo nu en dan wordt eene vergelijking gemaakt met het Nederlandsche
+leger, dat gewoonlijk--en naar wij meenen dikwijls niet ten
+onrechte--een veeg uit de pan krijgt.
+
+_Aan avontuurlijke voorvallen en wonderbaarlijke ontsnappingen is het
+verhaal bijzonder rijk. Vooral de veldslagen zijn goed geteekend. Het
+is den auteur niet voldoende met enkele penhalen een schets te geven
+van een veldslag. Zijne teekeningen zijn af._
+
+De twaalf, goed in den tekst passende houtgravuren, zijn vol leven
+en verhoogen zeer de aantrekkelijkheid van den inhoud.
+
+
+_Bij den uitgever van dit boek verscheen ook:_
+
+H. BERTRAND, _De Ridders van de Rozenorde._
+
+----, _Het Gezonken Goudschip._
+
+----, _Eindelijk Gesnapt._
+
+----, _Getrouw aan den Koning._
+
+----, _Voor Koning en Vaderland._
+
+----, _Een Strijd om de Schatten van Alva._
+
+
+
+OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+OVER
+
+_De Ridders van de Rozenorde._
+
+
+_Het Nieuws van den Dag._
+
+In het bekende kloeke formaat van Becht's St.-Nicolaas-jongensboeken
+is verschenen _De Ridders van de Rozenorde_. De heer H. Bertrand, die
+al de voorgaande bewerkte, heeft ook dit verhaal in het Nederlandsch
+overgebracht.
+
+Was dus de bewerking weder aan goede handen toevertrouwd, dat de
+inhoud niet onderdoet voor de belangwekkende lotgevallen, die verhaald
+werden in "Voor Koning en Vaderland," "Het gezonken Goudschip" en de
+andere boeken, dat zullen de jeugdige lezers begrijpen, als wij hun
+mededeelen, dat deze bijna 400 bladzijden bevatten de avonturen en
+krijgsbedrijven van vier jongens--ware zeehelden--die dienst namen
+onder den admiraal Drake en o.a. deel hadden aan het verslaan van
+de Spaansche Onoverwinnelijke Vloot. 't Waren deze jongens, die de
+Rozenorde stichtten, een orde, waarvan de leden plechtig bezwoeren
+al het mogelijke te zullen doen om elkander te overtreffen in trouw
+aan de Koningin, in dapperheid tegenover hare vijanden, in daden
+van ridderlijkheid en van barmhartigheid tegenover de armen en zwaar
+beproefden.
+
+Een aantal flink uitgevoerde platen zijn aan het werk toegevoegd.
+
+
+OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+OVER
+
+_Het Gezonken Goudschip._
+
+
+_Het Nieuws van den Dag._
+
+Een jongensboek van _Hans Von Zobeltitz_ behoeft ten onzent geen
+uitvoerige aankondiging meer. De Nederlandsche jeugd heeft hare
+goedkeuring aan al zijn vroegere verhalen geschonken en 't is dan ook
+geen wonder, dat de uitgever (_H.J.W. Becht_, te Amsterdam) voortgaat
+met _Zobeltitz_' boeiende boeken verder onder haar bereik te brengen.
+
+Dezen keer is de keuze al bizonder gelukkig geweest. Nooit kwam een
+boek beter op zijn tijd dan dit; dit zal duidelijk zijn, als we zeggen,
+dat het pakkende verhaal gedeeltelijk speelt in ... Transvaal. En
+wel ten tijde van Jamesons beruchten inval. De hoofdpersonen komen
+met Oom Paul in eigen persoon in aanraking, maken vermetele tochten
+met de Boeren mede, helpen een handje vechten, enz. enz.
+
+Hoe dit alles in elkaar zit, wordt in 437 bladzijden van: _Het gezonken
+Goudschip "De Admiraal De Ruijter"_ (zoo is de titel van het boek)
+uiteengezet op een wijze, die onze jongens ook dit werk van den
+talentvollen schrijver weder zal doen verslinden.
+
+De Heer _Bertrand_ wijdde ook thans weder groote zorg aan de
+bewerking. We behoeven niet te zeggen, dat het _Goudschip_ van een
+mooien stempelband voorzien en fraai geďllustreerd is.
+
+
+_Dagblad voor Z.-Holland en 's-Gravenhage._
+
+Een overzicht te geven van dit lijvige boek--bijna 450 bladzijden, ik
+denk er niet aan. Wel wil ik het werk van heeler harte aanbevelen. Het
+zal in deze dagen dubbel belangstelling wekken, omdat de Jamesonraid
+er in ter sprake komt: onze Hollandsche jongens vooral zullen er in
+groeien. Maar de ouderen ook wel.
+
+Er is in dit boek een onweerstaanbare humor. Jochem Päsel, die per
+slot toch geen ezel bleek te zijn, houdt er de vroolijkheid in. Hoe de
+auteur het verbazend aantal personen "in de hand houdt", is eenvoudig
+verwonderlijk;--ook om deze reden, afgescheiden van den omvang van
+het boek, zou het een onbegonnen werk zijn in détails te treden.
+
+Ik zou bezwaarlijk uit de laatste jaren 'n werk kunnen noemen dat met
+dit te vergelijken is, in 't zelfde genre natuurlijk. Het is met mooie
+platen geďllustreerd. Kortom, 'n boek aanbevelenswaard van alle kanten.
+
+
+
+
+OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+OVER
+
+_Eindelijk Gesnapt._
+
+
+_Het Nieuws van den Dag._
+
+_Eindelijk gesnapt_ is door den Heer _H. Bertrand_ op even
+voortreffelijke wijze als de vorige boeken in het Nederlandsch
+overgebracht.
+
+Wat zullen de jonge lezers dit boeiende verhaal weder verslinden!
+
+Hoe zullen zij medeleven met de verrassende lotgevallen van Hasso
+Gehren, den leerling van het Gymnasium, die op zoo interessante
+wijze bij een sensatie-makende inbraak betrokken wordt. Deze wakkere
+Hasso heeft namelijk den inbreker gesproken (welk een inbreker!) en
+hij wordt daardoor de held, die de handhavers van het recht op het
+spoor kan brengen. Hij gaat mee met de politie, om in verre landen
+den voortvluchtige na te zitten. En zij krijgen hem eindelijk: na
+een wedloop om den aardbol heeft de politie, dank zij de schrandere
+aanwijzingen van den knaap, haar prooi ten slotte te pakken. Maar
+wat heeft dat een moeite gekost: spoorwegongelukken, brand aan
+boord, vechten met de Chineesche zeeroovers, wij noemen hier maar
+een klein gedeelte op van het verbazingwekkende dat Hasso bij deze
+vervolgingsjacht doorleeft.
+
+Dit nieuwe boek van _Zobeltitz_, met zijn fraaien band en
+verdienstelijke platen, zal het verrukkelijkst cadeau zijn, dat een
+jongen zich wenschen kan.
+
+
+_Nieuwe Rotterdamsche Courant._
+
+Zoo modern mogelijk zijn de wonderlijke reizen, verteld in het dikke
+boek van _Hans van Zobeltitz_, door _H. Bertrand_ vertaald, en door
+_H.J.W. Becht_ uitgegeven. _Eindelijk gesnapt na een wedloop om den
+aardbol_ is de titel. Een wedloop als de reis om de aarde in tachtig
+dagen. Maar wat een avonturen! Wat een gevaarvolle ontmoetingen,
+wat een mislukkingen als het doel juist zal worden bereikt, wat een
+bedriegerijen hier en zelf-opofferingen daar.... En dat alles onder
+de "modernste" omstandigheden van reisgelegenheden enz. Het begin is
+trouwens al up to date. Een hotel is gevestigd boven een Bank. Een
+logé van het hotel breekt in in de Bank. Maar met wat een schat van
+nieuwerwetsche inbrekersmiddelen! Men moet zijn natuurkunde maar
+kennen! Hij wordt, wegvluchtend, nog net gezien door een gymnasiast,
+en de detective die hem achter na gaat, neemt mitsdien dezen jongen
+mede. Men ziet: de opzet is eenvoudig als het ei van Columbus. Maar
+de avonturen zijn overheerlijk.
+
+
+OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+OVER
+
+_Een strijd om de Schatten van Alva._
+
+
+_Het Nieuws van den Dag._
+
+_"Een Strijd om de Schatten van Alva of de Watergeuzen in 1572"_
+is de titel van een dik boek, in prachtband, dat verscheen bij den
+uitgever _H.J.W. Becht_ te Amsterdam.
+
+Voor jongens, die al vrij wat van de vaderlandsche geschiedenis weten
+en die dus zulke heele kleine jongens niet meer zijn, zal dit spannende
+boek ongetwijfeld een begeerlijke lectuur zijn.
+
+Alva's schatten, om welke hier op zoo avontuurlijke wijze gestreden
+wordt, zijn de rijkdommen, afkomstig van den tienden penning en des
+ijzeren hertogs beeldschoone dochter. Beiden vallen, als het loon
+der dapperheid, ten deel aan den hoofdpersoon der geschiedenis, een
+Engelsch edelman, die met de Watergeuzen gemeene zaak gemaakt heeft,
+en dan ook dien hatelijken Alva troeft wat hij kan.
+
+De belangrijkste episoden uit het verhaal worden door fraaie
+illustraties veraanschouwelijkt.
+
+
+_De Telegraaf._
+
+_Niet alleen een boeiend, maar ook een leerzaam boek._ Het is
+geschiedkundig juist, zonder dat daarom de fantasie er in gemist wordt.
+
+
+_De Kerkelijke Courant._
+
+Dit dikke boek is als aangewezen voor elke jongensbibliotheek. Het
+leert eerbied voor de helden der geschiedenis, en doet dat op een
+volstrekt niet schoolsche wijze. Integendeel: _elke bladzij getuigt
+van geest en fantasie_.
+
+
+_De Amsterdammer._
+
+_Een Strijd om de Schatten van Alva_ is een merkwaardig boeiend
+jongensboek, dat den verzamelaar der serie, den heer BERTRAND, alle
+eer aandoet.
+
+
+_De Avondpost._
+
+Dit prachtig jongensboek _boeit van het begin tot het einde_.
+
+
+_Algemeen Handelsblad._
+
+Wat zal _dit meesleepende boek_ verslonden worden!
+
+
+OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+OVER
+
+_Getrouw aan den Koning._
+
+
+_Het Nieuws van den Dag._
+
+De serie jongensboeken van _Hans von Zobeltitz_, die de Heer _Bertrand_
+zoo keurig in het Nederlandsch overbrengt en die dan door den Heer
+_H.J.W. Becht_ zoo smaakvol worden uitgegeven, is weer vermeerderd
+met een deel even dik en even onderhoudend als zijn voorgangers.
+
+De talentvolle schrijver behandelt, onder den titel _Getrouw aan den
+Koning_, op de hem eigene wijze de geschiedenis van de gedenkwaardige
+jaren 1813-1815. De ondergang van Napoleon en de weder-opleving van
+Europa na zijn val worden op aanschouwelijke wijze verhaald, al zijn
+natuurlijk de merkwaardige lotgevallen van de helden van het boek
+in deze geschiedenis de hoofdzaak. In de levendige beschrijvingen
+van den slag bij Waterloo en den volkerenslag bij Leipzig, en het
+aandeel, dat daarin ook ons land nam, zullen de jongens zeer zeker
+groot behagen scheppen.
+
+
+_De Amsterdammer._
+
+Bij den uitgever _H.J.W. BECHT_, alhier, is verschenen _Getrouw aan
+den Koning_, een verhaal uit de jaren 1813-1815, naar het Duitsch van
+_Hans von Zobeltitz_ door _H. Bertrand_. Een heerlijk jongensboek vol
+afwisseling. De wapenfeiten van Maarschalk Blücher, de veldslagen van
+Napoleon, zijn tocht naar Rusland, zijn er in beschreven, doch niet uit
+een geschiedkundig oogpunt, zoodat het steeds boeiend blijft. Menige
+jongen zal dan ook dit boek met graagte lezen.
+
+
+_Het Algemeen Handelsblad._
+
+_Getrouw aan den Koning_ behoeft door zijne dikte niemand af te
+schrikken. Deze geschiedkundige roman uit de dagen van Leipzig en
+Waterloo moge wel wat erg veel _histoire bataille_ geven, men kan
+hem niet de deugd ontzeggen van bijzonder boeiend te zijn. Ook de
+geschiedenis die zich nergens op vervelende wijze op den voorgrond
+dwingt, schijnt met eerbied te zijn behandeld.
+
+
+_Het Nieuwe Schoolblad._
+
+In een romantisch verhaal wordt de bevrijding van Duitschland
+geschetst, op levendige en boeiende wijze. 't Is een mooi boek,
+zoowel voor ouderen als voor de jeugd (12 jaar en ouder), en voor
+onze scholen wel geschikt.
+
+
+
+OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+OVER
+
+_Voor Koning en Vaderland._
+
+
+_Het Haagsche Dagblad._
+
+Alles te zamen kunnen we dit flinke boek--roy. 8°, 424 bldz.--ten volle
+aanbevelen als gezonde kost voor jongelieden, waaruit ze den veelszins
+belangrijken tijd van Frederik den Groote--als Kroonprins--en diens
+Koninklijken vader, en van zooveel krachtige figuren meer wat nader
+kunnen leeren kennen.
+
+
+_Het Vaderland._
+
+Zoo'n prettig geschreven historisch-romantisch verhaal en vooral een,
+waardoor men niet zoo spoedig heen komt (424 blz.), is juist iets
+voor onze jongens.
+
+
+_Nederland._
+
+_Voor Koning en Vaderland_ heeft in Duitschland opgang gemaakt. Hiertoe
+werkt, behalve de vaderlandsche strooming daar en de belangstelling
+voor al wat het Brandenburgsche huis aangaat, ook het werkelijk
+amusante van het boek mee. _Het is flink geďllustreerd en behoort
+tot de avontuurlijke jongensromans in het genre van Marryat._
+
+
+_De Telegraaf._
+
+Een zeer aardig boek, met goede Duitsche houtgravuren. Het is een
+hoogst boeiende roman voor jongelieden, die van lezen houden en nog
+niet tot de overtuiging gekomen zijn, dat er eigenlijk geen leesbare
+boeken meer bestaan. De Duitsche auteur heeft het bekende tijdvak van
+_Zopf und Schwert_ gekozen, toen Koning Frederik Wilhelm I in onmin
+leefde met zijn zoon, later Frederik de Groote. Twee jongelieden,
+Frits Wünke en Christiaan von Stachow, treden in dienst van den
+Kroonprins, en deelen in zijn lief en leed tot aan zijne verheffing
+op den troon zijns vaders. _Er heerscht een uitmuntende geest in dit
+boek, dat met veel handigheid is samengesteld._
+
+
+_De Arnhemsche Courant._
+
+Het is een jongensboek, waaraan heel wat te lezen valt: 424 bladz. Toch
+gelooven we, dat de jongelui, die het lezen, spijt zullen hebben,
+dat het al uit is. Het speelt in de eerste helft der achttiende
+eeuw in den oorlog om Silezië, die de grondslag was van Pruisen's
+macht en grootheid. Aan tafereelen uit het krijgsmansleven zijn deze
+bladzijden rijk en al zijn zij geen soldaten, zullen de jongelui gaarne
+de campagnes medemaken, die op zoo levendige en aanschouwelijke wijze
+verhaald worden.
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+End of Project Gutenberg's Van Schooljongen tot Koning, by A. Bertrand
+
+*** END OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK VAN SCHOOLJONGEN TOT KONING ***
+
+***** This file should be named 17593-8.txt or 17593-8.zip *****
+This and all associated files of various formats will be found in:
+ http://www.gutenberg.org/1/7/5/9/17593/
+
+Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
+Proofreading Team at http://www.pgdp.net/
+
+
+Updated editions will replace the previous one--the old editions
+will be renamed.
+
+Creating the works from public domain print editions means that no
+one owns a United States copyright in these works, so the Foundation
+(and you!) can copy and distribute it in the United States without
+permission and without paying copyright royalties. Special rules,
+set forth in the General Terms of Use part of this license, apply to
+copying and distributing Project Gutenberg-tm electronic works to
+protect the PROJECT GUTENBERG-tm concept and trademark. Project
+Gutenberg is a registered trademark, and may not be used if you
+charge for the eBooks, unless you receive specific permission. If you
+do not charge anything for copies of this eBook, complying with the
+rules is very easy. You may use this eBook for nearly any purpose
+such as creation of derivative works, reports, performances and
+research. They may be modified and printed and given away--you may do
+practically ANYTHING with public domain eBooks. Redistribution is
+subject to the trademark license, especially commercial
+redistribution.
+
+
+
+*** START: FULL LICENSE ***
+
+THE FULL PROJECT GUTENBERG LICENSE
+PLEASE READ THIS BEFORE YOU DISTRIBUTE OR USE THIS WORK
+
+To protect the Project Gutenberg-tm mission of promoting the free
+distribution of electronic works, by using or distributing this work
+(or any other work associated in any way with the phrase "Project
+Gutenberg"), you agree to comply with all the terms of the Full Project
+Gutenberg-tm License (available with this file or online at
+http://gutenberg.org/license).
+
+
+Section 1. General Terms of Use and Redistributing Project Gutenberg-tm
+electronic works
+
+1.A. By reading or using any part of this Project Gutenberg-tm
+electronic work, you indicate that you have read, understand, agree to
+and accept all the terms of this license and intellectual property
+(trademark/copyright) agreement. If you do not agree to abide by all
+the terms of this agreement, you must cease using and return or destroy
+all copies of Project Gutenberg-tm electronic works in your possession.
+If you paid a fee for obtaining a copy of or access to a Project
+Gutenberg-tm electronic work and you do not agree to be bound by the
+terms of this agreement, you may obtain a refund from the person or
+entity to whom you paid the fee as set forth in paragraph 1.E.8.
+
+1.B. "Project Gutenberg" is a registered trademark. It may only be
+used on or associated in any way with an electronic work by people who
+agree to be bound by the terms of this agreement. There are a few
+things that you can do with most Project Gutenberg-tm electronic works
+even without complying with the full terms of this agreement. See
+paragraph 1.C below. There are a lot of things you can do with Project
+Gutenberg-tm electronic works if you follow the terms of this agreement
+and help preserve free future access to Project Gutenberg-tm electronic
+works. See paragraph 1.E below.
+
+1.C. The Project Gutenberg Literary Archive Foundation ("the Foundation"
+or PGLAF), owns a compilation copyright in the collection of Project
+Gutenberg-tm electronic works. Nearly all the individual works in the
+collection are in the public domain in the United States. If an
+individual work is in the public domain in the United States and you are
+located in the United States, we do not claim a right to prevent you from
+copying, distributing, performing, displaying or creating derivative
+works based on the work as long as all references to Project Gutenberg
+are removed. Of course, we hope that you will support the Project
+Gutenberg-tm mission of promoting free access to electronic works by
+freely sharing Project Gutenberg-tm works in compliance with the terms of
+this agreement for keeping the Project Gutenberg-tm name associated with
+the work. You can easily comply with the terms of this agreement by
+keeping this work in the same format with its attached full Project
+Gutenberg-tm License when you share it without charge with others.
+
+1.D. The copyright laws of the place where you are located also govern
+what you can do with this work. Copyright laws in most countries are in
+a constant state of change. If you are outside the United States, check
+the laws of your country in addition to the terms of this agreement
+before downloading, copying, displaying, performing, distributing or
+creating derivative works based on this work or any other Project
+Gutenberg-tm work. The Foundation makes no representations concerning
+the copyright status of any work in any country outside the United
+States.
+
+1.E. Unless you have removed all references to Project Gutenberg:
+
+1.E.1. The following sentence, with active links to, or other immediate
+access to, the full Project Gutenberg-tm License must appear prominently
+whenever any copy of a Project Gutenberg-tm work (any work on which the
+phrase "Project Gutenberg" appears, or with which the phrase "Project
+Gutenberg" is associated) is accessed, displayed, performed, viewed,
+copied or distributed:
+
+This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
+almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or
+re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
+with this eBook or online at www.gutenberg.org
+
+1.E.2. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is derived
+from the public domain (does not contain a notice indicating that it is
+posted with permission of the copyright holder), the work can be copied
+and distributed to anyone in the United States without paying any fees
+or charges. If you are redistributing or providing access to a work
+with the phrase "Project Gutenberg" associated with or appearing on the
+work, you must comply either with the requirements of paragraphs 1.E.1
+through 1.E.7 or obtain permission for the use of the work and the
+Project Gutenberg-tm trademark as set forth in paragraphs 1.E.8 or
+1.E.9.
+
+1.E.3. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is posted
+with the permission of the copyright holder, your use and distribution
+must comply with both paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 and any additional
+terms imposed by the copyright holder. Additional terms will be linked
+to the Project Gutenberg-tm License for all works posted with the
+permission of the copyright holder found at the beginning of this work.
+
+1.E.4. Do not unlink or detach or remove the full Project Gutenberg-tm
+License terms from this work, or any files containing a part of this
+work or any other work associated with Project Gutenberg-tm.
+
+1.E.5. Do not copy, display, perform, distribute or redistribute this
+electronic work, or any part of this electronic work, without
+prominently displaying the sentence set forth in paragraph 1.E.1 with
+active links or immediate access to the full terms of the Project
+Gutenberg-tm License.
+
+1.E.6. You may convert to and distribute this work in any binary,
+compressed, marked up, nonproprietary or proprietary form, including any
+word processing or hypertext form. However, if you provide access to or
+distribute copies of a Project Gutenberg-tm work in a format other than
+"Plain Vanilla ASCII" or other format used in the official version
+posted on the official Project Gutenberg-tm web site (www.gutenberg.org),
+you must, at no additional cost, fee or expense to the user, provide a
+copy, a means of exporting a copy, or a means of obtaining a copy upon
+request, of the work in its original "Plain Vanilla ASCII" or other
+form. Any alternate format must include the full Project Gutenberg-tm
+License as specified in paragraph 1.E.1.
+
+1.E.7. Do not charge a fee for access to, viewing, displaying,
+performing, copying or distributing any Project Gutenberg-tm works
+unless you comply with paragraph 1.E.8 or 1.E.9.
+
+1.E.8. You may charge a reasonable fee for copies of or providing
+access to or distributing Project Gutenberg-tm electronic works provided
+that
+
+- You pay a royalty fee of 20% of the gross profits you derive from
+ the use of Project Gutenberg-tm works calculated using the method
+ you already use to calculate your applicable taxes. The fee is
+ owed to the owner of the Project Gutenberg-tm trademark, but he
+ has agreed to donate royalties under this paragraph to the
+ Project Gutenberg Literary Archive Foundation. Royalty payments
+ must be paid within 60 days following each date on which you
+ prepare (or are legally required to prepare) your periodic tax
+ returns. Royalty payments should be clearly marked as such and
+ sent to the Project Gutenberg Literary Archive Foundation at the
+ address specified in Section 4, "Information about donations to
+ the Project Gutenberg Literary Archive Foundation."
+
+- You provide a full refund of any money paid by a user who notifies
+ you in writing (or by e-mail) within 30 days of receipt that s/he
+ does not agree to the terms of the full Project Gutenberg-tm
+ License. You must require such a user to return or
+ destroy all copies of the works possessed in a physical medium
+ and discontinue all use of and all access to other copies of
+ Project Gutenberg-tm works.
+
+- You provide, in accordance with paragraph 1.F.3, a full refund of any
+ money paid for a work or a replacement copy, if a defect in the
+ electronic work is discovered and reported to you within 90 days
+ of receipt of the work.
+
+- You comply with all other terms of this agreement for free
+ distribution of Project Gutenberg-tm works.
+
+1.E.9. If you wish to charge a fee or distribute a Project Gutenberg-tm
+electronic work or group of works on different terms than are set
+forth in this agreement, you must obtain permission in writing from
+both the Project Gutenberg Literary Archive Foundation and Michael
+Hart, the owner of the Project Gutenberg-tm trademark. Contact the
+Foundation as set forth in Section 3 below.
+
+1.F.
+
+1.F.1. Project Gutenberg volunteers and employees expend considerable
+effort to identify, do copyright research on, transcribe and proofread
+public domain works in creating the Project Gutenberg-tm
+collection. Despite these efforts, Project Gutenberg-tm electronic
+works, and the medium on which they may be stored, may contain
+"Defects," such as, but not limited to, incomplete, inaccurate or
+corrupt data, transcription errors, a copyright or other intellectual
+property infringement, a defective or damaged disk or other medium, a
+computer virus, or computer codes that damage or cannot be read by
+your equipment.
+
+1.F.2. LIMITED WARRANTY, DISCLAIMER OF DAMAGES - Except for the "Right
+of Replacement or Refund" described in paragraph 1.F.3, the Project
+Gutenberg Literary Archive Foundation, the owner of the Project
+Gutenberg-tm trademark, and any other party distributing a Project
+Gutenberg-tm electronic work under this agreement, disclaim all
+liability to you for damages, costs and expenses, including legal
+fees. YOU AGREE THAT YOU HAVE NO REMEDIES FOR NEGLIGENCE, STRICT
+LIABILITY, BREACH OF WARRANTY OR BREACH OF CONTRACT EXCEPT THOSE
+PROVIDED IN PARAGRAPH F3. YOU AGREE THAT THE FOUNDATION, THE
+TRADEMARK OWNER, AND ANY DISTRIBUTOR UNDER THIS AGREEMENT WILL NOT BE
+LIABLE TO YOU FOR ACTUAL, DIRECT, INDIRECT, CONSEQUENTIAL, PUNITIVE OR
+INCIDENTAL DAMAGES EVEN IF YOU GIVE NOTICE OF THE POSSIBILITY OF SUCH
+DAMAGE.
+
+1.F.3. LIMITED RIGHT OF REPLACEMENT OR REFUND - If you discover a
+defect in this electronic work within 90 days of receiving it, you can
+receive a refund of the money (if any) you paid for it by sending a
+written explanation to the person you received the work from. If you
+received the work on a physical medium, you must return the medium with
+your written explanation. The person or entity that provided you with
+the defective work may elect to provide a replacement copy in lieu of a
+refund. If you received the work electronically, the person or entity
+providing it to you may choose to give you a second opportunity to
+receive the work electronically in lieu of a refund. If the second copy
+is also defective, you may demand a refund in writing without further
+opportunities to fix the problem.
+
+1.F.4. Except for the limited right of replacement or refund set forth
+in paragraph 1.F.3, this work is provided to you 'AS-IS' WITH NO OTHER
+WARRANTIES OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOT LIMITED TO
+WARRANTIES OF MERCHANTIBILITY OR FITNESS FOR ANY PURPOSE.
+
+1.F.5. Some states do not allow disclaimers of certain implied
+warranties or the exclusion or limitation of certain types of damages.
+If any disclaimer or limitation set forth in this agreement violates the
+law of the state applicable to this agreement, the agreement shall be
+interpreted to make the maximum disclaimer or limitation permitted by
+the applicable state law. The invalidity or unenforceability of any
+provision of this agreement shall not void the remaining provisions.
+
+1.F.6. INDEMNITY - You agree to indemnify and hold the Foundation, the
+trademark owner, any agent or employee of the Foundation, anyone
+providing copies of Project Gutenberg-tm electronic works in accordance
+with this agreement, and any volunteers associated with the production,
+promotion and distribution of Project Gutenberg-tm electronic works,
+harmless from all liability, costs and expenses, including legal fees,
+that arise directly or indirectly from any of the following which you do
+or cause to occur: (a) distribution of this or any Project Gutenberg-tm
+work, (b) alteration, modification, or additions or deletions to any
+Project Gutenberg-tm work, and (c) any Defect you cause.
+
+
+Section 2. Information about the Mission of Project Gutenberg-tm
+
+Project Gutenberg-tm is synonymous with the free distribution of
+electronic works in formats readable by the widest variety of computers
+including obsolete, old, middle-aged and new computers. It exists
+because of the efforts of hundreds of volunteers and donations from
+people in all walks of life.
+
+Volunteers and financial support to provide volunteers with the
+assistance they need, is critical to reaching Project Gutenberg-tm's
+goals and ensuring that the Project Gutenberg-tm collection will
+remain freely available for generations to come. In 2001, the Project
+Gutenberg Literary Archive Foundation was created to provide a secure
+and permanent future for Project Gutenberg-tm and future generations.
+To learn more about the Project Gutenberg Literary Archive Foundation
+and how your efforts and donations can help, see Sections 3 and 4
+and the Foundation web page at http://www.pglaf.org.
+
+
+Section 3. Information about the Project Gutenberg Literary Archive
+Foundation
+
+The Project Gutenberg Literary Archive Foundation is a non profit
+501(c)(3) educational corporation organized under the laws of the
+state of Mississippi and granted tax exempt status by the Internal
+Revenue Service. The Foundation's EIN or federal tax identification
+number is 64-6221541. Its 501(c)(3) letter is posted at
+http://pglaf.org/fundraising. Contributions to the Project Gutenberg
+Literary Archive Foundation are tax deductible to the full extent
+permitted by U.S. federal laws and your state's laws.
+
+The Foundation's principal office is located at 4557 Melan Dr. S.
+Fairbanks, AK, 99712., but its volunteers and employees are scattered
+throughout numerous locations. Its business office is located at
+809 North 1500 West, Salt Lake City, UT 84116, (801) 596-1887, email
+business@pglaf.org. Email contact links and up to date contact
+information can be found at the Foundation's web site and official
+page at http://pglaf.org
+
+For additional contact information:
+ Dr. Gregory B. Newby
+ Chief Executive and Director
+ gbnewby@pglaf.org
+
+
+Section 4. Information about Donations to the Project Gutenberg
+Literary Archive Foundation
+
+Project Gutenberg-tm depends upon and cannot survive without wide
+spread public support and donations to carry out its mission of
+increasing the number of public domain and licensed works that can be
+freely distributed in machine readable form accessible by the widest
+array of equipment including outdated equipment. Many small donations
+($1 to $5,000) are particularly important to maintaining tax exempt
+status with the IRS.
+
+The Foundation is committed to complying with the laws regulating
+charities and charitable donations in all 50 states of the United
+States. Compliance requirements are not uniform and it takes a
+considerable effort, much paperwork and many fees to meet and keep up
+with these requirements. We do not solicit donations in locations
+where we have not received written confirmation of compliance. To
+SEND DONATIONS or determine the status of compliance for any
+particular state visit http://pglaf.org
+
+While we cannot and do not solicit contributions from states where we
+have not met the solicitation requirements, we know of no prohibition
+against accepting unsolicited donations from donors in such states who
+approach us with offers to donate.
+
+International donations are gratefully accepted, but we cannot make
+any statements concerning tax treatment of donations received from
+outside the United States. U.S. laws alone swamp our small staff.
+
+Please check the Project Gutenberg Web pages for current donation
+methods and addresses. Donations are accepted in a number of other
+ways including checks, online payments and credit card donations.
+To donate, please visit: http://pglaf.org/donate
+
+
+Section 5. General Information About Project Gutenberg-tm electronic
+works.
+
+Professor Michael S. Hart is the originator of the Project Gutenberg-tm
+concept of a library of electronic works that could be freely shared
+with anyone. For thirty years, he produced and distributed Project
+Gutenberg-tm eBooks with only a loose network of volunteer support.
+
+
+Project Gutenberg-tm eBooks are often created from several printed
+editions, all of which are confirmed as Public Domain in the U.S.
+unless a copyright notice is included. Thus, we do not necessarily
+keep eBooks in compliance with any particular paper edition.
+
+
+Most people start at our Web site which has the main PG search facility:
+
+ http://www.gutenberg.org
+
+This Web site includes information about Project Gutenberg-tm,
+including how to make donations to the Project Gutenberg Literary
+Archive Foundation, how to help produce our new eBooks, and how to
+subscribe to our email newsletter to hear about new eBooks.
diff --git a/17593-8.zip b/17593-8.zip
new file mode 100644
index 0000000..a0555b5
--- /dev/null
+++ b/17593-8.zip
Binary files differ
diff --git a/17593-h.zip b/17593-h.zip
new file mode 100644
index 0000000..0748103
--- /dev/null
+++ b/17593-h.zip
Binary files differ
diff --git a/17593-h/17593-h.htm b/17593-h/17593-h.htm
new file mode 100644
index 0000000..cdb97bc
--- /dev/null
+++ b/17593-h/17593-h.htm
@@ -0,0 +1,14808 @@
+
+<!DOCTYPE html
+PUBLIC "-//W3C//DTD HTML 4.01 Transitional//EN" "http://www.w3.org/TR/html4/loose.dtd">
+
+<!-- This HTML file has been automatically generated from an XML source, using XSLT. If you find any mistakes, please edit the XML source. -->
+<html lang="nl-1900">
+<head>
+<meta http-equiv="Content-Type" content="text/html; charset=ISO-8859-1">
+
+<title>Van Schooljongen tot Koning</title>
+<link rel="schema.DC" href="http://dublincore.org/documents/1998/09/dces/">
+<meta name="author" content="A. Bertrand">
+<meta name="DC.Creator" content="A. Bertrand">
+<meta name="DC.Title" content="Van Schooljongen tot Koning">
+<meta name="DC.Date" content="## January 2006">
+<meta name="DC.Language" content="nl-1900"><style type="text/css">
+
+
+body
+{
+font: 100%/1.2em "Times New Roman", Times, serif;;
+margin: 1.58em 16% 1.58em 16%;
+}
+
+/* title page headers */
+
+h1.docTitle
+{
+font-size: 1.6em;
+line-height: 2em;
+}
+
+h2.docImprint, h1.docTitle, h2.byline, h2.docTitle
+{
+text-align: center;
+}
+
+h2.byline
+{
+font-size: 1.1em;
+line-height: 1.44em;
+font-weight: normal;
+}
+
+span.docAuthor
+{
+font-size: 1.2em;
+font-weight: bold;
+}
+
+h2.docImprint
+{
+font-size: 1.2em;
+font-weight: normal;
+}
+
+/*
+
+h1..h5 headers
+
+class
+sub subtitle
+label label (e.g. chapter twelve)
+
+lghead head of embedded poem, etc.
+
+*/
+
+.div0 { padding-bottom: 1.6em; }
+.div1 { padding-bottom: 1.44em; }
+.div2 { padding-bottom: 1.2em; }
+.div3, .div4, .div5 { padding-bottom: 1.0em; }
+
+h1, h2, h3, h4, h5
+{
+font-style: normal;
+text-transform: none;
+}
+
+h1
+{
+font-size: 1.44em;
+line-height: 1.5em;
+}
+
+h1.label
+{
+font-size: 1.2em;
+line-height: 1.2em;
+margin-bottom: 0;
+}
+
+h2
+{
+font-size: 1.2em;
+line-height: 1.2em;
+}
+
+h2.label
+{
+font-size: 1.0em;
+margin-bottom: 0;
+}
+
+h3
+{
+font-size: 1.0em;
+line-height: 1.2em;
+}
+
+h3.lghead
+{
+margin-left: 10%;
+margin-right: 10%;
+}
+
+h4
+{
+font-size: 1.0em;
+line-height: 1.0em;
+}
+
+h5
+{
+font-size: 1.0em;
+line-height: 1.0em;
+font-style: italic;
+}
+
+
+/*
+p -- paragraph
+
+class
+initial initial paragraph of chapter, i.e. no indentation
+argument argument, the list of topics at the head of a chapter
+note footnote
+quote quoted material, like blockquote
+stb small thematic break
+mtb medium thematic break
+ltb large thematic break
+figure figure, plate, illustration
+legend legend with figure, plate, or other type of illustration
+*/
+
+p
+{
+text-indent: 0em;
+}
+
+.alignleft
+{
+text-align: left;
+}
+
+.aligncenter
+{
+text-align: center;
+}
+
+.alignright
+{
+text-align: right;
+}
+
+.alignblock
+{
+text-align: justify;
+}
+
+p.poetry
+{
+margin: 0em 10% 1.58em 10%;
+}
+
+p.line
+{
+margin: 0 10% 0 10%;
+}
+
+p.beforeline, p.afterline
+{
+margin-top: 1em;
+}
+
+p.initial
+{
+text-indent: 0em;
+}
+
+p.argument, p.note
+{
+font-size: 0.9em;
+line-height: 1.2em;
+text-indent: 0em;
+}
+
+p.argument
+{
+margin: 1.58em 10% 1.58em 10%;
+}
+
+p.quote
+{
+font-size: 0.9em;
+line-height: 1.2em;
+margin: 1.58em 5% 1.58em 5%;
+}
+
+div.blockquote
+{
+font-size: 0.9em;
+line-height: 1.2em;
+margin: 1.58em 5% 1.58em 5%;
+}
+
+div.notetext
+{
+font-size: 0.8em;
+line-height: 1.1em;
+}
+
+div.divFigure
+{
+text-align: center;
+}
+
+.floatLeft
+{
+float: left;
+margin: 10px 10px 10px 0;
+}
+
+.floatRight
+{
+float: right;
+margin: 10px 0 10px 10px;
+}
+
+p.figureHead
+{
+text-align: center;
+}
+
+p.figure, p.legend
+{
+font-size: 0.9em;
+margin-top: 0;
+text-align: center;
+}
+
+p.smallprint, li.smallprint
+{
+font-size: 0.8em;
+line-height: 1.1em;
+color: #666666;
+}
+
+/* Special cases for Filipino Riddles */
+
+p.question
+{
+text-align: left;
+margin-bottom: 0em;
+}
+
+p.answer
+{
+text-align: right;
+margin-top: 0em;
+}
+
+p.explanation
+{
+margin-left: 0.9em;
+margin-right: 0.9em;
+font-size: smaller;
+}
+
+
+/*
+// span -- used for special effects in formatting.
+//
+// class
+// leftnote note in the left margin
+// rightnote note in the right margin
+// pageno page number, inserted at location of original page break.
+//
+// Note that the positioning only works properly in IE 5/6
+*/
+
+span.leftnote
+{
+position:absolute;
+left:1%;
+height:0em;
+width:14%;
+font-size: 0.8em;
+text-indent: 0em;
+line-height: 1.2em;
+}
+
+span.rightnote, span.pageno
+{
+position:absolute;
+left:86%;
+height:0em;
+width:14%;
+text-align:right;
+text-indent: 0em;
+font-size: 0.8em;
+line-height: 1.2em;
+}
+
+span.lineno
+{
+position: absolute;
+left: 12%;
+height: 0em;
+width: 12%;
+text-align: right;
+text-indent: 0em;
+font-size: 0.6em;
+line-height: 1em;
+font-style: normal;
+}
+
+span.corr
+{
+border-bottom: 1px dotted red;
+}
+
+span.measure
+{
+border-bottom: 1px dotted green;
+}
+
+.Greek
+{
+font-family: Gentium, "Arial Unicode MS", serif;
+}
+
+.Arabic
+{
+font-family: "Arial Unicode MS", sans-serif;
+}
+
+.letterspaced
+{
+letter-spacing: 0.2em;
+}
+
+span.smallcaps
+{
+font-variant: small-caps;
+}
+
+/*
+a -- anchor
+
+class
+offsite
+gloss glossary entry; should be less visible
+noteref (foot) note reference.
+hidden
+
+*/
+
+a.hidden:hover
+{
+text-decoration: none;
+}
+
+a.noteref:hover
+{
+text-decoration: none;
+}
+
+a.noteref
+{
+font-size: 0.7em;
+vertical-align: super;
+text-decoration: none;
+}
+
+a.hidden
+{
+text-decoration: none;
+}
+
+hr
+{
+width: 100%;
+height: 1px;
+color: black;
+}
+
+hr.tb
+{
+margin-top: 10px;
+margin-bottom: 10px;
+width: 25%;
+height: 1px;
+text-align: center;
+}
+
+hr.noteseparator
+{
+width: 25%;
+height: 1px;
+text-align: left;
+}
+
+
+
+
+
+body
+{
+background: #FFFFFF;
+font-family: "Times New Roman", Times, serif;
+}
+
+body, a.hidden
+{
+color: black;
+}
+
+h1, h2, h3, h4, h5, h6
+{
+color: #001FA4;
+font-family: Verdana, Arial, Helvetica, sans-serif;
+}
+
+.figureHead, .noteref, span.leftnote, p.legend
+{
+color: #001FA4;
+}
+
+span.rightnote, span.pageno, span.lineno
+{
+color: #AAAAAA;
+}
+
+a.hidden:hover, a.noteref:hover
+{
+color: red;
+}
+
+
+</style></head>
+<body>
+
+
+<pre>
+
+The Project Gutenberg EBook of Van Schooljongen tot Koning, by A. Bertrand
+
+This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
+almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or
+re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
+with this eBook or online at www.gutenberg.org
+
+
+Title: Van Schooljongen tot Koning
+ Een verhaal samengesteld uit de aanteekeningen van Robert
+ I, koning van Czernovië
+
+Author: A. Bertrand
+
+Illustrator: Jan Sluyters
+
+Release Date: January 24, 2006 [EBook #17593]
+
+Language: Dutch
+
+Character set encoding: ISO-8859-1
+
+*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK VAN SCHOOLJONGEN TOT KONING ***
+
+
+
+
+Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
+Proofreading Team at http://www.pgdp.net/
+
+
+
+
+
+
+</pre>
+
+
+<p class="div1"></p>
+<p></p>
+<div class="divFigure">
+<p class="legend"><img border="0" src="images/cover.jpg" alt=""></p>
+</div><p>
+
+</p>
+<p class="div1"></p>
+<p class="aligncenter">Van Schooljongen tot Koning
+<span class="pageno"></span>
+
+</p>
+<p></p>
+<div class="divFigure">
+<p class="legend"><img border="0" src="images/p000.jpg" alt="Nu zag Rob het kolossale luchtschip. (pag. 19.)"></p>
+<p class="figureHead">Nu zag Rob het kolossale luchtschip. (pag. 19.)</p>
+</div><p>
+<span class="pageno"></span></p>
+<h1 class="docTitle">Van Schooljongen tot Koning</h1>
+<h1 class="docTitle">Een verhaal samengesteld uit de aanteekeningen</h1>
+<h1 class="docTitle">Van</h1>
+<h1 class="docTitle">Robert I</h1>
+<h1 class="docTitle">Koning van Czernovi&euml;</h1>
+<h2 class="byline">Door<br>
+<span class="docAuthor">A. Bertrand</span><br>
+Ge&iuml;llustreerd door Jan Sluyters
+</h2>
+<h2 class="docImprint">Amsterdam<br>
+H.J.W. Becht<br>
+1903
+</h2><span class="pageno"></span><p class="div1"></p>
+<p class="aligncenter">Boek-, Courant- en Steendrukkerij G.J. Thieme, Nijmegen.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[XIII]
+</span></p>
+<p class="div1"></p>
+<h1>Inhoud.</h1>
+<p>I. <b><a href="#d0e357">Hoe dit Boek ontstond</a></b> 1
+
+
+</p>
+<p>De ontvoering van een Hoogere-Burgerscholier op 13 October 1901.&#8212;Na een jaar van angst en spanning zien zijn vrienden hem
+terug.&#8212;Er wordt hem &#402;10.000 geboden voor een beschrijving van zijn lotgevallen.
+
+
+</p>
+<p>II. <b><a href="#d0e482">Rob vliegt de Lucht in</a></b> 11
+
+
+</p>
+<p>Wat Rob in het Vondelpark vond.&#8212;De geheimzinnige doos.&#8212;Rob meent een komplot op het spoor te zijn.&#8212;Hoe zijn nieuwsgierigheid
+gestraft werd.
+
+
+</p>
+<p>III. <b><a href="#d0e533">Op het Luchtschip</a></b> 16
+
+
+</p>
+<p>Rob komt aan boord van &#8220;De Vogel&#8221;.&#8212;Hij wordt vriendelijk ontvangen en vindt een fraaie logeerkamer voor zich ingericht.&#8212;Hij
+leert het leven aan boord kennen.&#8212;De eerste dag valt hem niet tegen.
+
+
+</p>
+<p>IV. <b><a href="#d0e729">Hoe &#8220;De Vogel&#8221; er uitzag</a></b> 35
+
+
+</p>
+<p>Rob ondervindt dat er in de lucht ook een H.B.S. is.&#8212;La toont hem eenige wonderen.&#8212;De geheimen van de stuurkamer.&#8212;Bijna zoo
+hoog als de Mont-Blanc.&#8212;Rob gaat vroeg naar bed.
+
+
+</p>
+<p>V. <b><a href="#d0e855">Een Strijd tusschen een Lucht- en een Oorlogsschip</a></b> 46
+
+
+</p>
+<p>&#8220;De Vogel&#8221; gaat aan land.&#8212;Er dreigt gevaar.&#8212;Rob redt den commandant.&#8212;Een Engelsch oorlogsschip.&#8212;Een onbloedig gevecht.&#8212;Het
+jacht van den ontdekkingsreiziger Lane.&#8212;Rob wordt zeeman.&#8212;De landing te Dover.
+
+
+</p>
+<p>VI. <b><a href="#d0e1142">Rob komt in Londen</a></b> 68
+
+
+</p>
+<p>De ontvangst te Dover.&#8212;De aankomst in Londen.&#8212;Het huis in Longmanstreet.&#8212;Li&#8217;s eerste lezing over een nooit gemaakte Zuidpoolreis.&#8212;Alle
+Londensche heeren wenschen zich een poolmeisje tot vrouw.&#8212;Het diner van het Aardrijkskundig Genootschap.&#8212;Rob drinkt thee met
+den Koning.&#8212;De kroonjuweelen.
+
+<span class="pageno">
+[XIV]
+</span></p>
+<p>VII. <b><a href="#d0e1270">Li steelt de Kroonjuweelen</a></b> 80
+
+
+</p>
+<p>Li krijgt het koffertje te leen.&#8212;La verricht nieuwe wonderen.&#8212;De Koning ontvangt een splinternieuw koffertje.&#8212;Hoe hij beetgenomen
+werd.&#8212;De kroonjuweelen zijn gestolen!&#8212;Het verhaal van de diefachtige poes.&#8212;Li heeft de diamanten te pakken.&#8212;De groote ontdekkingsreiziger
+steekt met zijn jacht van wal.&#8212;Terug op &#8220;De Vogel&#8221;.&#8212;De reis naar Transvaal.&#8212;Hoe het met de diamanten afliep.
+
+
+</p>
+<p>VIII. <b><a href="#d0e1466">Li vertelt z&#8217;n Geschiedenis</a></b> 95
+
+
+</p>
+<p>Waarin verteld wordt, hoe &#8217;t maar &#8217;n haartje gescheeld had, of Rob was weer in &#8217;t Vondelpark gaan wandelen.&#8212;Li vertelt zijn
+levensgeschiedenis.&#8212;Rob hoort van de stichting der Oranje-Republiek, van Rusland&#8217;s booze plannen, van de dappere Elizabeth
+Helmont en den edelen ingenieur Van Stralen.
+
+
+</p>
+<p>IX. <b><a href="#d0e1586">Een onverwacht Avontuur</a></b> 112
+
+
+</p>
+<p>De kust van Tripolis.&#8212;De leeuwenjacht.&#8212;De onderaardsche gewelven.&#8212;In handen van menscheneters!&#8212;De ontdekkingsreiziger Korling
+als goochelaar.&#8212;De vlucht.&#8212;Weer op &#8220;De Vogel&#8221;!
+
+
+</p>
+<p>X. <b><a href="#d0e2062">Nof en de Strandroover</a></b> 138
+
+
+</p>
+<p>Nof is verdwenen.&#8212;Men wacht hem tevergeefs.&#8212;De man in het schuitje.&#8212;Het losgeld.&#8212;Nof komt terug.&#8212;Het verhaal van Quebranto
+den Strandroover.&#8212;Naar Czernovi&euml;!
+
+
+</p>
+<p>XI. <b><a href="#d0e2451">De &#8220;Vogel&#8221; wordt vernietigd</a></b> 156
+
+
+</p>
+<p>De reis wordt door stormen vertraagd.&#8212;De nederdaling bij Midia.&#8212;Er ontploft een mijn en &#8220;De Vogel&#8221; vliegt in de lucht.&#8212;In
+Turksche gevangenschap.&#8212;De Dardanellen-Oorlog.&#8212;Li en Rob herkrijgen hun vrijheid.&#8212;De Engelsche spionnen gaan de doos in.&#8212;Naar
+Slavowitz!
+
+
+</p>
+<p>XII. <b><a href="#d0e2589">Rob maakt kennis met den Hertog van Bora</a></b> 168
+
+
+</p>
+<p>In het Hotel Czernovi&euml;.&#8212;Van Stralen ontmoet zijn broer.&#8212;Daar komt de Prinses!&#8212;Een ontmoeting met den aanstaanden Prins-Gemaal.&#8212;Esse
+quam videri.&#8212;Van Stralen doet een duel op.&#8212;De tooneelspelen van Aeschylus.&#8212;Van avond om zes uur.
+
+
+</p>
+<p>XIII. <b><a href="#d0e3021">De Verrader</a></b> 193
+
+
+</p>
+<p>Waarin we Maarschalk Zabern en Prinses Elizabeth leeren kennen.&#8212;Wat de gezant te Petersburg schreef.&#8212;Een verrader onder de
+Ministers.&#8212;Russakoff is ontsnapt!
+
+
+</p>
+<p>XIV. <b><a href="#d0e3206">Ivan Bavenski</a></b> 202
+
+
+</p>
+<p>Een gesprek met den Minister van Binnenlandsche Zaken.&#8212;De drie verzegelde pakketten.&#8212;Elizabeth hoort van het duel.&#8212;De brief
+van Felix.&#8212;Zou hij het zijn?&#8212;Naar het Roode Woud!
+
+<span class="pageno">
+[XV]
+</span></p>
+<p>XV. <b><a href="#d0e3395">Het Duel</a></b> 213
+
+
+</p>
+<p>De ontmoeting in het Roode Woud.&#8212;De Russische schildwacht.&#8212;Het duel begint.&#8212;De plotselinge verschijning der Prinses.&#8212;De Hertog
+wordt gearresteerd.&#8212;Zij hebben elkaar herkend!
+
+
+</p>
+<p>XVI. <b><a href="#d0e3540">Wat <span class="corr" title="Bron: Katrina">Katina</span> van Russakoff vertelde</a></b> 220
+
+
+</p>
+<p>De drie vrienden ontmoeten Zabern.&#8212;Katina, de patriot.&#8212;Zabern komt Russakoff op het spoor.&#8212;Met spoed naar Slavowitz terug!
+
+
+</p>
+<p>XVII. <b><a href="#d0e3827">Russakoff begaat een Moord</a></b> 238
+
+
+</p>
+<p>Hoe Katina een tro&iuml;ka ment.&#8212;Het klooster.&#8212;De Russische wijk van Slavowitz.&#8212;De tro&iuml;ka komt in het gedrang.&#8212;Paul wordt doodelijk
+gewond.&#8212;Felix, Zabern en het raadselschrift.&#8212;Zou Rob werkelijk de oplossing gevonden hebben?
+
+
+</p>
+<p>XVIII. <b><a href="#d0e4125">Felix en <span class="corr" title="Bron: Elisabeth">Elizabeth</span></a></b> 254
+
+
+</p>
+<p>Felix wordt bij de Prinses ontboden.&#8212;Het weerzien.&#8212;Wederzijdsche ontboezemingen.&#8212;Felix wordt tot Secretaris benoemd.
+
+
+</p>
+<p>XIX. <b><a href="#d0e4225">Een Staaltje van Schermkunst</a></b> 262
+
+
+</p>
+<p>De Minister van Financi&euml;n en de Commandant der Citadel.&#8212;Een opstootje in de Kamer.&#8212;Wat het orkest van Mengelberg op z&#8217;n geweten
+heeft.&#8212;Felix verslaat zes tegenstanders.&#8212;De Furi&euml;n!
+
+
+</p>
+<p>XX. <b><a href="#d0e4503">Rob betrapt een Inbreker</a></b> 278
+
+
+</p>
+<p>Rob gaat aan het cijferen.&#8212;Gevonden!&#8212;De inbraak in het Paleis.&#8212;Zabern redt Rob nog juist op tijd.&#8212;Het verbrande Charter.&#8212;Wat
+zal er van Czernovi&euml; worden?
+
+
+</p>
+<p>XXI. <b><a href="#d0e4843">Het Gezantschap van den Czaar</a></b> 295
+
+
+</p>
+<p>Felix aanvaardt zijn nieuwe betrekking.&#8212;Graaf Feodor Orloff, Gezant van den Czaar, doet eenige brutale vragen.&#8212;Elizabeth antwoordt
+hem zeer beleefd.&#8212;Katina wordt eerst tegen haar zin, daarna vrijwillig gevangen.&#8212;Zabern schrijft een brief.
+
+
+</p>
+<p>XXII. <b><a href="#d0e5257">Een gemaskerd Bal</a></b> 319
+
+
+</p>
+<p>Het wetsontwerp-Lipski.&#8212;Prinses Elizabeth teekent een contract.&#8212;De schatten van het St. Nicolaas-klooster.&#8212;Iedereen verliest
+den moed, behalve Zabern.
+
+
+</p>
+<p>XXIII. <b><a href="#d0e5587">Een Moordaanslag op de Prinses</a></b> 338
+
+
+</p>
+<p>Rob wordt met een benoeming verrast.&#8212;De wapenschouwing.&#8212;Twee schoten op de Prinses.&#8212;De daders ontsnappen.&#8212;De wet-Lipski komt
+in stemming.&#8212;De verrassing van Zabern.&#8212;De moordenaar wordt gevat.&#8212;De kelder van Lipski.&#8212;Zabern schrijft een brief.&#8212;
+
+<span class="pageno">
+[XVI]
+</span></p>
+<p>XXIV. <b><a href="#d0e6016">Een Russisch Leger aan de Grens</a></b> 364
+
+
+</p>
+<p>Felix wordt uit Czernovi&euml; verbannen.&#8212;Hij gaat, maar hij zal terugkomen!&#8212;Zes Turksche krijgsgevangenen in het studeervertrek
+van Zabern.&#8212;Rob verdwijnt.&#8212;Ravenski komt met nieuwe bedreigingen.&#8212;De Czaar staat aan de grens!
+
+
+</p>
+<p>XXV. <b><a href="#d0e6306">De Vooravond van de Kroning</a></b> 381
+
+
+</p>
+<p>Het Russische leger komt nader.&#8212;Ravenski hernieuwt zijn bedreigingen.&#8212;Elizabeth ontvangt een bezoek van den Hertog van Bora.&#8212;De
+drie verraders geknipt.
+
+
+</p>
+<p>XXVI. <b><a href="#d0e6425">Zabern en Ravenski</a></b> 388
+
+
+</p>
+<p>Melchior, de verrader.&#8212;Zabern verschijnt.&#8212;De postduif.&#8212;Ravenski ontvangt een sabelhouw.&#8212;Het kanon van de Citadel.
+
+
+</p>
+<p>XXVII. <b><a href="#d0e6602">De Kroning</a></b> 398
+
+
+</p>
+<p>Hoe het kwam dat de Hertog ontvluchtte.&#8212;De stoet zet zich in beweging.&#8212;Waar blijft Felix?&#8212;Waar blijft Rob?&#8212;Het St. Nicolaas-klooster
+door de Russen bezet.&#8212;De stem van Orloff.&#8212;De Hertog verschijnt.&#8212;De Czaar!&#8212;Rob brengt het Charter.&#8212;Elizabeth kiest Felix tot
+kampioen.
+
+
+</p>
+<p>XXVIII. <b><a href="#d0e7160">Het Kroningsduel</a></b> 426
+
+
+</p>
+<p>De ontmoeting tusschen Elizabeth en Felix.&#8212;Het duel begint.&#8212;Edelmoedigheid van Felix.&#8212;De Hertog wordt doodelijk gewond.
+
+
+</p>
+<p>XXIX. <b><a href="#d0e7369">Eind goed, Al goed</a></b> 438
+
+
+</p>
+<p>De kroning gaat door.&#8212;Czernovi&euml; is vrij!&#8212;Felix wordt Prins-Gemaal.&#8212;Felix en <span class="corr" title="Bron: Elisabeth">Elizabeth</span> doen afstand van den troon.&#8212;Robert Rensma, President der Oranje-Republiek.&#8212;
+
+
+
+</p><span class="pageno">
+[1]
+</span><p class="div1"><a id="d0e357"></a></p>
+<h1 class="label">Eerste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Hoe dit boek ontstond.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De ontvoering van een Hoogere-Burgerscholier op 13 October 1901.&#8212;Na een jaar van angst en spanning zien zijn vrienden hem
+terug.&#8212;Er wordt hem &#402;10.000 geboden voor een beschrijving van zijn lotgevallen.
+</p>
+</div>
+<p>De groote gebeurtenis, die den 13<sup>en</sup> October 1901 het geheele land in rep en roer bracht, waarover de kranten weken lang kolommen vol schreven, en die weldra
+in alle deelen van Europa met schrik en verwondering besproken werd&#8212;die gebeurtenis ligt ons allen nog zoo versch in het geheugen,
+dat ik ze den lezer nauwelijks nader behoef aan te duiden.
+
+</p>
+<p>Nu echter de geheimzinnige sluier opgeheven is, waarmee deze gebeurtenis een jaar lang was bedekt, en de geschiedenis van
+Rob Rensma&#8217;s lotgevallen in dit boek wordt bekend gemaakt, nu zij het mij volledigheidshalve vergund de feiten nog even in
+&#8217;t kort aan te stippen.
+
+</p>
+<p>Het was ongeveer half negen in den morgen van <span class="pageno">
+[2]
+</span>den 13<sup>en</sup> October 1901. Rob bevond zich op dat tijdstip op het Leidsche Plein te Amsterdam, en had dus geen haast te maken om met het
+spelen van negenen in de Hoogere-Burgerschool te zijn. Maar daarom alleen liep hij niet zoo langzaam: hij had twee zware repetities
+in &#8217;t vooruitzicht&#8212;en hij had den heelen vorigen avond in &#8217;t Vondelpark gefietst! Meer behoef ik er niet van te zeggen.
+
+</p>
+<p>Rob slenterde dus zoo&#8217;n beetje langs de straat, z&#8217;n boeken onder den arm en z&#8217;n oogen naar den grond, en hij trachtte zich
+vergeefs &#8217;n formule uit zijn natuurkundeboek te binnen te roepen, die hij totaal vergeten was, en waarnaar hem vandaag zeker
+gevraagd zou worden. Ze vroegen hem altijd dingen die hij niet wist! Rob was niet dom&#8212;integendeel. Hij had een vlug en helder
+verstand, maar hij gebruikte &#8217;t niet altijd. Hij hield meer van lichamelijke dan van geestelijke inspanning. Fietsen, zwemmen,
+voetballen&#8212;dat was je ware; maar langer dan &#8217;n uur rustig op de bank te zitten, daarvoor was Rob te ongedurig.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik gaf mijn nieuwe fiets ervoor,&#8221; dacht Rob, &#8220;als ik vandaag niet naar hok hoefde. H&egrave;, als er nu eens onverwacht iets gebeurde,
+waardoor...&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij had dezen zin bij zichzelf nog niet voltooid, toen hij zich opeens krachtig om het middel voelde gegrepen, opgetild en
+snel omhoog gevoerd worden.
+
+</p>
+<p>E&eacute;n minuut daarna was hij nog slechts als een stip, twee minuten later was hij geheel niet meer te zien.
+
+</p>
+<p>&#8217;s Morgens om halfnegen is het op &#8217;t Leidsche Plein al zoo druk als in een kleinere stad wanneer <span class="pageno">
+[3]
+</span>&#8217;t kermis is. &#8217;t Spreekt dan ook vanzelf, dat zijn ontvoering niet onopgemerkt bleef. Maar &#8217;t is merkwaardig zooveel verschillende
+verhalen men te hooren krijgt, als tien ooggetuigen een gebeurtenis ieder op zijn eigen manier weergeven. Meer dan tien menschen
+hadden waarschijnlijk &#8217;t verdwijnen van den zooeven nog rustig wandelenden jongen niet van &#8217;t begin tot &#8217;t eind gezien; want
+alles ging zoo verbazend snel in zijn werk, dat Rob al uit &#8217;t gezicht verdwenen was eer men goed begreep wat er gebeurde.
+Maar toen later, ten behoeve van &#8217;t onderzoek, door de justitie getuigen werden opgeroepen, verklaarden zich 234 personen
+bereid onder eede te verklaren wat ze gezien hadden, terwijl bij vergelijking der op schrift gebrachte verklaringen daarvan
+159 zeer aanmerkelijk van elkaar bleken te verschillen! De een had duidelijk gezien, dat een groote roofvogel den jongen in
+zijn klauwen had gepakt; de tweede wist zeker, dat er op het dak van den Stadsschouwburg een man had gestaan die een langen
+lijn uitwierp met een haak er aan, en zoo den jongen naar zich toe trok; de derde had Rob, dien hij zeer goed kende, om halfnegen
+bij het Centraal-Station ontmoet, zoodat hij niet begreep hoe er van dat ontvoeringsverhaal iets waar kon zijn; een vierde
+had zonder eenigen twijfel een luchtballon gezien, waar Rob met een dreg ingeheschen werd&#8212;kortom, ieder had een andere lezing
+van het geval, en de een sprak tegen wat de ander gezien had.
+
+</p>
+<p>Van een geregeld onderzoek kon in deze zaak geen sprake zijn. De rechter van instructie bepaalde zich tot &#8217;t doen opschrijven
+van 234 getuigen-verklaringen, <span class="pageno">
+[4]
+</span>en overigens was niemand bij machte ook maar de geringste aanwijzingen te geven omtrent een vermoedelijken dader of omtrent
+de mogelijke aanleiding tot de daad.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het onderzoek wordt voortgezet&#8221;&#8212;dit was het laatste, wat de kranten het nieuwsgierig publiek omtrent het positieve gedeelte
+van deze geheimzinnige geschiedenis konden opdisschen. Maar het publiek was daarmee natuurlijk niet tevreden, en zoo moesten
+de nooit uit het veld geslagen krantenmannen het terrein der feiten wel verlaten, om over te gaan tot dat der fantasie. Men
+<i>wilde</i> nu eenmaal niet tevreden zijn met het weinige, dat de justitie te weten was gekomen. En de verslaggevers begonnen ijverig
+op hun onuitputtelijken duim te zuigen. Avond aan avond verschenen er ellenlange artikelen om de verdwijning te verklaren.
+In de buitenlandsche bladen werd duchtig meegedaan. Zoo verscheen in de Figaro een meer geestig dan wetenschappelijk artikel
+van een ongenoemde, waarin betoogd werd dat hier niet anders kon gewerkt hebben dan een chemisch proces. Aangezien immers
+door de proeven van professor Raymond gebleken was dat het element falmium, door hem in het zonnespectrum geconstateerd, een
+sterke oplossende kracht bezat, was het zeer goed mogelijk&#8212;zoo redeneerde de Figaro-schrijver&#8212;dat door een tijdelijke en plaatselijke
+versterking van dat element een zoo sterke oplossende inwerking had plaatsgehad, dat Rob binnen enkele seconden in den poedervorm
+was overgegaan. Niemand dacht eraan, en de schrijver zelf waarschijnlijk &#8217;t minst van allen, deze redeneering in ernst op
+te nemen. Maar evenmin wilde <span class="pageno">
+[5]
+</span>men geloof hechten aan het zeer geleerde en langdradige opstel van den beroemden Duitschen metereoloog Von M&uuml;ller in de &#8220;Wissensch&auml;ftliche
+Bl&auml;tter,&#8221; dat ten doel had de verdwijning te verklaren uit de opzuigende werking van een krachtigen luchthoos. Was deze verklaring
+inderdaad de juiste, dan moest Rob immers hier of daar weer neergekomen zijn, en zou men zijn overblijfselen hebben moeten
+vinden. Dat nu was niet het geval. Aan de rechtbank werd niets anders gedeponeerd dan het pak boeken, dat Rob onder den arm
+had toen hij zich op weg naar school bevond, en dat hij klaarblijkelijk gedurende zijn vliegtocht had laten vallen. Het was
+door een agent van politie bij de kiosk opgeraapt.
+
+</p>
+<p>De heer Von M&uuml;ller liet het er echter niet bij zitten. Hij gaf nog ettelijke naschriften op zijn artikel, en richtte ten slotte
+zelfs zulke krachtige vertoogen tot de Nederlandsche Regeering, dat deze zich tegenover de autoriteit van den geleerde niet
+verantwoord achtte zijn mededeelingen over het hoofd te zien. Op last van den Minister van Justitie werden gedurende eenige
+weken alle daken van alle huizen in den omtrek van het Leidsche Plein onderzocht&#8212;echter zonder ander resultaat dan dat de
+post &#8220;onvoorziene uitgaven&#8221; op de begrooting met &#402;10.000, zijnde de kosten van het onderzoek, moest verhoogd worden.
+
+</p>
+<p>Na ongeveer vier weken begon de publieke belangstelling te luwen, totdat opeens een nieuwe gebeurtenis alle gemoederen weer
+in beroering bracht. Den 11<sup>en</sup> November toch werd bij den voogd van Rob, zijn ouders leefden niet meer, Willemsparkweg 921, een brief in de bus gevonden
+van den volgenden inhoud:
+
+
+<span class="pageno">
+[6]
+</span></p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;Ik ben in leven, en u hoeft u dus niet ongerust over me te maken. Alleen zult u geduld moeten hebben, want ik zal waarschijnlijk
+wel een jaar moeten wegblijven. Maar u kunt er vast op rekenen dat ik dan gezond en ongedeerd bij u terugkom. Ontvang de hartelijke
+groeten van
+
+
+</p>
+<p>uw liefhebbenden Rob.&#8221;
+
+
+</p>
+<p>&#8220;P.S. Wilt u er vooral aan denken, dat mijn konijnen iederen morgen hun eten krijgen?
+
+
+</p>
+<p>Rob.&#8221;</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Ook deze gebeurtenis, de ontvangst van den brief, zal de lezer zich nog duidelijk herinneren. Afdrukken ervan werden overal
+verspreid; aan alle winkelruiten werd er een aangeplakt en alle kranten gaven er een als gratis bijlage. Opnieuw ging er een
+storm van ontroering door het land.
+
+</p>
+<p>Professor Von M&uuml;ller moest er het zijne weer van hebben. Hij schreef aan de Nederlandsche Regeering, dat deze brief vervalscht
+moest zijn. De hoos alleen was echt, en zou dit blijven zoolang niemand het tegendeel bewees. De geleerde heer roerde zich
+z&oacute;o, dat een onderzoek gelast werd naar de echtheid van het handschrift. Alle schoolcahiers, alle verjaarbriefjes, die Rob
+ooit aan tantes en ooms had geschreven, kwamen voor den rechter. Maar door iedereen, door Rob&#8217;s voogd en de familie Rensma
+in de eerste plaats, door de onderwijzers en de schriftkundigen, werd pertinent verklaard dat niemand anders dan Rob het bewuste
+briefje geschreven kon hebben. Nu werd de professor kwaad, en begon een verwoeden veldtocht tegen de schriftgeleerden, die
+volgens hem allemaal ezels waren. Hij schreef de eene brochure na <span class="pageno">
+[7]
+</span>de andere, en werd ten slotte zoo vervelend, dat niemand meer notitie van hem nam. Toen schonk de Duitsche Keizer hem de Kroonorde
+en den personeelen titel van Geheimrath.
+
+</p>
+<p>De zaak werd er niet duidelijker op, en er zou zeker nog heel wat tijd en inkt aan besteed zijn, wanneer niet in die dagen
+de Transvaalsche Oorlog alle aandacht in beslag had genomen. De kranten bepaalden zich nu alleen tot enkele sensatieberichten.
+Ongeveer elke zes weken kwam er opeens een telegram, nu uit Singapore, dan uit Groenland, dan weer uit Valparaiso, dat er
+een jongen aangehouden was, wiens signalement geheel overeenkwam met het overal verspreid portret van den ontvoerde. Natuurlijk
+brachten zulke berichten telkens een kortstondige maar hevige spanning, en bleken zij ook telkens onjuist te zijn. Eens werd
+zelfs door de Japansche Regeering, op verzoek van de onze, een jongmensch op staatskosten naar Amsterdam getransporteerd,
+omdat men nu zeker meende Rob gevonden te hebben. Maar alle kosten en moeiten waren vergeefs. Het jongemensch, een reizend
+Mongoolsch marskramer, die eigenlijk heelemaal niet begreep wat men van hem wilde, genoot eenige dagen de belangstelling van
+heel Amsterdam, maar werd zoo bekeken, nageloopen, gedrongen en van het kastje naar den muur gestuurd, dat hij dol blij was
+toen de Japansche Consul hem weer overnam. Toch had hij de voldoening, met een aardig spaarduitje weer naar zijn land terug
+te keeren, want de handige directie van het Rembrandt-Theater had kans gezien hem tegen buitensporig hooge betaling voor twee
+avonden te engageeren, en zijn aardige <span class="pageno">
+[8]
+</span>Mongoolsche volksliederen hadden een uitbundig succes gehad.
+
+</p>
+<p>Men kan begrijpen dat de familie Hartog, bij wie Rob in huis was geweest, in groote spanning leefde. Ofschoon zij het &#8217;t beste
+oordeelde, den raad van Rob op te volgen en te berusten, was de justitie van oordeel dat men zich hier niet bij mocht neerleggen,
+en gedurende drie maanden werd het huis op den Parkweg door een sterke politiemacht bewaakt, ten einde te trachten den brenger
+van het briefje, mocht hij opnieuw komen, in handen te krijgen. Men ontdekte echter geen enkel spoor, en daar ook, noch uit
+het papier, noch uit den inkt iets omtrent de herkomst der berichten kon afgeleid worden, gaf men het ten slotte op.
+
+</p>
+<p>Zoo verging het jaar 1901; het werd October 1902, en de belangstelling was langzamerhand verflauwd; men begon het geval Rensma
+te vergeten.
+
+</p>
+<p>Toen&#8212;we herinneren het ons allen nog levendig&#8212;gebeurde er opeens iets, dat als een electrische schok door heel Nederland voer.
+Den 9<sup>en</sup> October ontving de familie Hartog een telegram uit Slavowitz, de hoofdstad van Czernovi&euml;, luidende:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;Ik kom den dertiende thuis.
+
+
+</p>
+<p>Rob.&#8221;</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Vier dagen van vreeselijke spanning! Zou het waar zijn? Zou dit telegram werkelijk door Rob zijn afgezonden? Of had men weer
+met een van die leugenachtige sensatieberichten te doen, waardoor al zoo dikwijls teleurstelling was veroorzaakt?
+
+</p>
+<p>Den 13<sup>en</sup> October, des avonds te elf minuten over achten, werd er forsch aan de bel getrokken, en tien <span class="pageno">
+[9]
+</span>seconden daarna.... stond Rob in de huiskamer, stralend, gezond, stevig!
+
+</p>
+<p>Men begrijpt niet hoe zulke dingen uitlekken, maar zeker is, dat de ochtendbladen van den 14<sup>en</sup> met vette letters aan het hoofd van de eerste pagina de groote gebeurtenis meldden. Op den Parkweg zag het zwart van de menschen;
+men verdrong zich voor de woning van de familie Hartog. Rob moest op het balcon komen en werd met luide hoera&#8217;s begroet. De
+heele buurt vlagde. Krantenjongens deden buitensporige zaken. De Amsterdammer Nieuwsbode, tot op dat oogenblik een kwijnend
+blaadje van den derden rang, wist door een reeks handig-gestelde artikelen de aandacht te trekken, en kreeg er in acht dagen
+tijds zevenduizend abonn&eacute;s bij. Zooals men weet is &#8217;t nu een Naamlooze Vennootschap met een kapitaal van twaalfmillioen gulden.
+In alle winkels verrezen speciale etalages, men kocht eenige weken slechts Rensma-brood, Rensma-sigaren, Rensma-paraplu&#8217;s,
+en er was geen lief meisje in heel ons land, die Rob&#8217;s portret niet op haar &eacute;tag&egrave;re had staan.
+
+</p>
+<p>Maar het handigst van allen wist de uitgever van dit boek van Rob&#8217;s terugkomst partij te trekken. Om ongeveer acht uur in
+den morgen was door bulletins en telegrammen het groote nieuws bekend geworden; om kwart voor negen stapte er iemand voor
+het huis Willemsparkweg 921 van zijn fiets, belde, gaf zijn kaartje af en fietste vijf minuten later weer weg, met de schriftelijke
+verklaring in zijn zak, waarbij hem&#8212;nadere regeling voorbehouden&#8212;de alleenuitgave verzekerd werd van Rob&#8217;s reisavonturen!
+De 17 Amerikanen, 11 Duitschers, 8 Franschen, <span class="pageno">
+[10]
+</span>3 Russen, 2 Engelschen, 1 Deen en 1 Griek, die later op den dag telegrafisch dezelfde autorisatie vroegen, vischten achter
+het net. Eerst den volgenden dag kwamen de eerste aanbiedingen van andere Hollandsche uitgevers in. Niet alleen waren zij
+allen te laat, maar hun voorwaarden bleven ver ten achter bij die van eerstgenoemden uitgever, die zonder nadere onderhandelingen
+&#402;10,000 bood, en dit bedrag onmiddellijk verdubbelde toen hij vernam, dat Rob het voor de algemeene armen van Amsterdam wenschte
+te bestemmen.
+
+</p>
+<p>Ondanks het gedane verzoek, had Rob geweigerd zelf het relaas van zijn lotgevallen te schrijven. Hij verklaarde daartoe den
+tijd te missen, en zooals we later zien zullen, was dit motief alleszins gegrond. Het gevolg van een en ander was, dat de
+uitgever denzelfden dag een telegram verzond van dezen inhoud:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;A. Bertrand&#8212;Hotel de Draak&#8212; Peking.
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Rob Rensma terug&#8212;ben in het bezit van zijn aanteekeningen&#8212;wilt ge daaruit reisverhaal samenstellen&#8212;honorarium &#402;5000.&#8221;</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>De bewerker van dit verhaal maakte op dat oogenblik een reis door China, bezig met het verzamelen van gegevens voor een nieuw
+jongensboek, en seinde terug:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;Ja&#8212;ik kom.
+
+
+</p>
+<p>A. Bertrand.&#8221;</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Veertien dagen later werd te Amsterdam een begin gemaakt met het schiften en ordenen van Rob&#8217;s notities, en als resultaat
+daarvan ligt thans het volledige en getrouwe overzicht van Rob&#8217;s wonderlijke avonturen voor u.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[11]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e482"></a></p>
+<h1 class="label">Tweede Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Rob vliegt de lucht in.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Wat Rob in het Vondelpark vond.&#8212;De geheimzinnige doos.&#8212;Rob meent een komplot op het spoor te zijn.&#8212;Hoe zijn nieuwsgierigheid
+gestraft werd.
+</p>
+</div>
+<p>Het ligt voor de hand, dat men al gauw na Rob&#8217;s verdwijning zich de vraag stelde: wat is de onmiddellijke aanleiding tot zijn
+ontvoering? Is hier een wraakoefening in het spel? Is er een bepaalde reden waarom juist Rob het slachtoffer van deze geheimzinnige
+geschiedenis moest worden?
+
+</p>
+<p>De lezer zal zich deze vraag ook gesteld hebben, en het ligt daarom in de bedoeling allereerst in dit opzicht een nadere verklaring
+te geven.
+
+</p>
+<p>Iedereen weet, dat Rob den avond v&oacute;or de ontvoering in het Vondelpark gefietst had, daarna nog even in zijn studieboeken had
+gesnuffeld, en vervolgens naar bed gegaan was. Er was dien dag, noch de vorige dagen, iets bizonders met hem gebeurd, en den
+volgenden dag was hij op het gewone uur naar school gegaan. Deze eenvoudige feiten waren <span class="pageno">
+[12]
+</span>aan ieder bekend, en men kon er met geen mogelijkheid eenige aanwijzing in vinden, die steun aan het gerechtelijk onderzoek
+zou geven.
+
+</p>
+<p>Maar wat tot op heden niemand geweten heeft, is het volgende.
+
+</p>
+<p>Toen Rob door het Park fietste, liet hij zich als gewoonlijk geen enkelen kwajongensstreek ontgaan, en, in zijn neiging om
+dingen te doen die verboden zijn, reed hij ook zoo nu en dan door de voetpaden. De parkwachter had hem voor deze overtreding
+al menig standje gemaakt, maar op dat oogenblik was de man niet te zien, en bovendien begon &#8217;t al te schemeren. Op het wandelpad,
+dat langs den vijver loopt, had Rob het ongeluk met zijn voorwiel een van twee mannen te raken, die daar op een bank in fluisterend
+gesprek zaten. De mannen, blijkbaar verschrikt, stonden haastig op; de een mompelde iets dat Rob niet verstond, en daarna
+verwijderden beiden zich snel. Rob was ook even geschrokken, meenende dat hij den man bezeerd had, maar toen hij zag dat ze
+&#8217;t blijkbaar niet boos opnamen, maakte hij zich gereed om weer in het zadel te springen. Daar werd hij echter op zijn schouder
+getikt, en de parkwachter stond naast hem, zeggend: &#8220;al weer zonder licht?&#8221; De wachter, een goedhartig man, wist wel dat Rob
+nu eenmaal onverbeterlijk was, en liet het dus bij deze vermaning. Maar Rob vond het toch verstandiger, zijn lantaren aan
+te steken. Daarom zette hij, terwijl de wachter weer verder wandelde, zijn wiel tegen de bank, en stak een lucifer aan. Weldra
+brandde de lantaren helder, en Rob wou juist wegrijden toen hij op de bank een metalen <span class="pageno">
+[13]
+</span>voorwerp zag liggen, dat de stralen van het lantarenlicht scherp weerkaatste. Dadelijk was zijn nieuwsgierigheid geprikkeld;
+hij nam het voorwerp, dat een stalen doos of kistje bleek te zijn, op zijn fiets mee, en besloot het thuis eens op zijn gemak
+te bekijken.
+
+</p>
+<p>Het zou zeer zeker verstandiger van Rob geweest zijn, als hij het kistje aan den parkwachter ter hand had gesteld, of getracht
+had de beide mannen in te halen, die het klaarblijkelijk hadden laten liggen. Maar de vorm en het uiterlijk van zijn vondst
+trokken hem zoo aan, dat hij niet laten kon het voorloopig in zijn bezit te houden. Dat hij, thuisgekomen, het voorwerp aan
+niemand liet zien, heeft een verklaarbare oorzaak. Een paar maanden geleden toch, in de zomervacantie, had Rob, bij familie
+in Utrecht logeerende, bij een der forten in den omtrek der stad een langwerpige huls gevonden, die later bleek een dynamietpatroon
+te zijn, welke vermoedelijk na een oefening van de genie-troepen was blijven liggen.
+
+</p>
+<p>Dat wist Rob toen echter nog niet; hij had er aan gepeuterd en er op gehamerd, en het gevolg was geweest dat &#8217;t ding, waarin
+zich nog een overblijfsel van het springmiddel had bevonden, plotseling met een hevigen slag was ontploft. Rob had vrij ernstige
+brandwonden aan gezicht en handen gekregen, zijn haren en wenkbrauwen waren geschroeid, en &#8217;t had maar weinig gescheeld of
+hij zou er een oog bij verloren hebben. Natuurlijk had zijn voogd hem onder handen genomen, en hem streng verboden ooit weer
+iets op te rapen waarvan hij vermoeden kon dat het zulk een gevaarlijken inhoud bezat.
+
+</p>
+<p>Rob had dit verbod op zijn manier opgevat, en <span class="pageno">
+[14]
+</span>bracht het in practijk door voortaan nooit iets van zijn vondsten te vertellen. Toen hij dan ook thuis kwam, bracht hij het
+doosje dadelijk op zijn kamer, en eerst &#8217;s avonds in bed begon hij bij kaarslicht zijn buit te onderzoeken. Hij bleek een
+blank stalen doos in den vorm van een boek te pakken te hebben, ongeveer 20 cM lang, 15 cM breed en 3 cM dik. Langs een der
+lange zijden liep een stalen draad, waarmee de doos klaarblijkelijk gesloten werd gehouden. Daar de draad aan beide uiteinden
+tegen de doos was vastgesoldeerd, trachtte Rob het soldeer in de kaarsvlam te doen smelten. Dit lukte echter niet, en daar
+Rob door de treurige ervaring van den afgeloopen zomer wel wat huiverig was gevonden voor proefnemingen met vuur, stapte hij
+zijn bed uit en scharrelde in zijn timmerkist een nijptang en een vijl op. Met behulp van deze beide werktuigen gelukte het
+hem den draad te verbreken, en nu ging de doos zonder veel moeite open. De inhoud bleek uit drie bladen perkament te bestaan,
+althans uit bladen van een zeer taaie, geoliede papiersoort. Het eerste blad was blanco, de beide anderen waren met diepzwarten,
+glanzenden inkt beschreven. Op het eene bevonden zich niets dan cijfers; het andere bevatte de volgende regels:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>Kroonjuweelen &pound;1000.000
+<br>15 October Green-eiland
+<br>20 October Dover
+<br>Huur hoek Longmanstreet 2610 en 2612
+<br>Advertenties en aanplakbiljetten.
+</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>De beteekenis van deze zinnen was voor Rob totaal <span class="pageno">
+[15]
+</span>onverstaanbaar. Hij begreep echter wel, in verband met het vreemde gedrag der beide mannen, die de metalen doos verloren hadden,
+en ook omdat dit document zoo stevig was verpakt, dat hij vermoedelijk met aanteekeningen te doen had, die voor den eigenaar
+van groote waarde waren. Zijn levendige fantasie spon een ganschen roman om de drie perkamenten bladen, en toen hij, moe gekeken
+op de geheimzinnige woorden, die hij te vergeefs met elkaar in verband trachtte te brengen, ten slotte in slaap was gevallen,
+droomde hij voortdurend van alle wonderverhalen die hij in zijn leven gelezen had. Hij was er van overtuigd dat hij een zeer
+belangrijke vondst had gedaan, die hem misschien op het spoor van een samenzwering of een andere avontuurlijke onderneming
+zou brengen.
+
+</p>
+<p>Den volgenden morgen verborg hij de doos in den binnenzak van zijn jas, voornemens om na schooltijd een kameraad in het geheim
+te nemen en met diens hulp het document eens aan een nauwkeurig onderzoek te onderwerpen.
+
+</p>
+<p>Rob vermoedde weinig, dat hij niet lang ongestraft in het bezit van het gevondene zou blijven. Toen hij den vorigen avond
+naar huis ging, was een der mannen, die het kistje hadden laten liggen, hem gevolgd; voor de deur van zijn woning had deze
+een eigenaardig gefluit doen hooren, en kort daarna zweefde een donker voorwerp boven het huis, en bleef daar gedurende den
+geheelen nacht, door niemand opgemerkt, hangen. Hoe het verder met Rob toeging, weten we, en we hebben dus nu na te gaan waar
+hij te land kwam, toen hij door die onverklaarbare aantrekkingskracht van de aarde werd opgeheven.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[16]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e533"></a></p>
+<h1 class="label">Derde Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Op het luchtschip.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Rob komt aan boord van &#8220;De Vogel&#8221;.&#8212;Hij wordt vriendelijk ontvangen en vindt een fraaie logeerkamer voor zich ingericht.&#8212;Hij
+leert het leven aan boord kennen.&#8212;De eerste dag valt hem niet tegen.
+</p>
+</div>
+<p>Zij, die twee jaar geleden meenden gezien te hebben dat Rob van het dak van den Stadsschouwburg door een man, die zich daar
+verborgen hield, omhooggehaald werd, kunnen er zich thans op beroemen dat hun getuigenis voor den rechter van instructie de
+waarheid het meest nabij kwam. Want inderdaad kwam de gang van zaken ongeveer daarop neer.
+
+</p>
+<p>Het bolvormige voorwerp, dat gedurende den nacht boven het huis van den heer Hartog had gezweefd, had zich tegen den morgen
+tot boven het dak van den Schouwburg verplaatst, waar het onzichtbaar bleef voor de voorbijgangers. Toen Rob langs kwam, werd
+een metalen lijn uitgeworpen, die ondanks zijn uiterste dunheid geheel onbuigbaar was, en aan welks uiteinde een cirkelvormige
+band was bevestigd, die over Rob&#8217;s hoofd heengleed en daarna vast om zijn armen en <span class="pageno">
+[17]
+</span>zijn middel werd dichtgetrokken. Boven op het dak gekomen, werd Rob door een man, in een nauwsluitend zwart pak zonder eenige
+versiering gekleed en met een zwart masker voor, in ontvangst genomen. Deze zei alleen: &#8220;niet bang zijn; rustig blijven.&#8221;
+Daarna haakte hij de lijn los, legde Rob op een klein platform, dat onder aan een bol was bevestigd die op een luchtballon
+leek, nam zelf plaats op een soort stuurstoel, die zich aan het uiteinde van het platform bevond, en draaide snel een houten
+kruk eenige malen om. Onmiddellijk daarna schoot de geheele toestel met fabelachtige snelheid omhoog, zoo snel dat Rob den
+wind langs zijn ooren voelde suizen. Rob was wel een beetje verschrikt, maar hij was nog al niet bang van aard, en de manier
+waarop zijn ontvoerder hem met kalme, heldere stem had aangemaand rustig te blijven, boezemde hem zulk een vertrouwen in,
+dat hij weldra zijn bedaardheid terug voelde keeren. Met open oogen lag hij rond te kijken; hij vond de snelle beweging en
+de frissche wind die langs zijn gezicht streek niet onaangenaam. Wel kon hij zich geheel niet bewegen, want zijn geleider
+had ook een ring om zijn beenen gesloten, maar hij bemerkte dat zijn boeien hem geheel geen pijn deden, en waarschijnlijk
+met een zachte stof gevoerd waren. Ook begon hij het reisje wel romantisch te vinden, en stelde hij zich al de verbaasde gezichten
+van zijn kameraden voor als zij van zijn geheimzinnig verdwijnen zouden hooren.
+
+</p>
+<p>Na enkele minuten zeer snel gestegen te hebben, draaide zijn geleider weer aan de kruk, en de ballon bleef onbewegelijk hangen.
+Naar beneden ziende, bemerkte <span class="pageno">
+[18]
+</span>Rob dat hij zich boven een dikke wolkenlaag bevond, die de aarde aan zijn oog onttrok. De zon scheen vroolijk, en kleurde
+de wolken met roze en gele tinten, zoodat ze een geheel ander aanzien kregen dan men van beneden af gewoon was waar te nemen;
+een paar vogeltjes kwamen op den rand van het platform zitten en kwinkeleerden vroolijk; de heldere hemel boven de luchtschippers
+was zoo diep en glanzend blauw als men dat in onze noordelijke landen zelden of nooit waarneemt.
+
+</p>
+<p>De man aan het roer opende een klein deurtje in den bodem van het platform, en bracht een flesch, een glas, een bord en een
+doos van eigenaardigen vorm en uit een paarlmoer-achtig metaal vervaardigd, te voorschijn. Uit de flesch schonk hij een blauwe
+vloeistof in, terwijl hij uit de doos een paar roodgekleurde rolletjes nam en die op het bord legde. Ofschoon Rob kort geleden
+stevig ontbeten had, voelde hij nu opeens een prikkelenden honger, en hij liet zich dus ook niet lang nooden, toen zijn geleider
+een van zijn handen vrijmaakte, en tot hem zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Eet en drink iets. In deze hooge lucht krijgt men gauw honger.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het zag er vreemd uit: die blauwe vloeistof en dat roode voedsel. Maar de stem van den geheimzinnigen stuurman klonk weer
+zoo vriendelijk en vertrouwenwekkend, dat Rob geen oogenblik aarzelde. Hij at en dronk, en de uitwerking was hoogst merkwaardig.
+De drank had het prikkelende en opwekkende van champagne, zonder de benevelende eigenschappen daarvan; de kleine roode broodjes
+deden aan pasteikorst denken, maar waren lichter en brosser, <span class="pageno">
+[19]
+</span>en toch voelde Rob zich na ze gegeten te hebben zoo verzadigd en versterkt alsof hij een voedzaam maal genoten had. Toen hij
+gereed was en zich weer heelemaal op zijn gemak voelde, vroeg hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat <span class="corr" title="Bron: gebeurd">gebeurt</span> er eigenlijk met me?&#8221;
+
+</p>
+<p>De man met het masker antwoordde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Voorloopig kan ik je geen enkele inlichting geven. Vraag dus niets. Ik zal je boeien losmaken, maar wees zoo verstandig en
+blijf rustig zitten. Ontvluchten is natuurlijk onmogelijk, doe dus ook geen poging om mij te bemoeilijken.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob beloofde dat hij in alles gehoorzamen zou. Toen deed de man ook den band van zijn voeten af, en Rob ging rechtop zitten.
+Zijn geleider schoof nu het masker opzij, en Rob keek in een flink, mannelijk gezicht, waarin de donkere oogen scherp en helder
+schitterden. Om den mond lag een ernstige, vastberaden trek.
+
+</p>
+<p>&#8220;Schrik niet,&#8221; zei de stuurman, &#8220;ik zal een signaal geven.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij opende een klepje in een buis, die zich naast de stuurkruk bevond, en nu deed zich een zwaar, doordringend geluid als
+van een misthoorn hooren. Na ongeveer een minuut werd dit signaal van uit de verte beantwoord, en de stuurman sloot de klep.
+Weldra zag Rob uit de wolkenmassa een donker gevaarte naderen, het nam snel in omvang toe, en hield vlak naast het schuitje
+waarin Rob zich bevond stil. Nu zag Rob, dat zich boven het kolossale luchtschip een aantal vleugelschroeven bevond, die snel
+ronddraaiden, en hij begreep dat deze dienden om den winddruk te neutraliseeren en het schip zwevende te houden. Op dergelijke
+<span class="pageno">
+[20]
+</span>wijze was het ook mogelijk geweest het &#8220;schuitje,&#8221; zooals Rob het bij zichzelf noemde, bijna onbewegelijk op dezelfde plaats
+te doen blijven.
+
+</p>
+<p>Het luchtschip, waarop Rob nu overstapte&#8212;nadat hij met verbazing gezien had, hoe zijn geleider met enkele weinige handbewegingen
+de ballon van het schuitje deed leegloopen en daarna den geheelen toestel opvouwde en in een betrekkelijk kleine kist borg&#8212;bleek
+een langgerekt sigaarvormig lichaam te zijn, waarboven zich een ballon bevond die er ongeveer als een liggende O uitzag. De
+lengte van het schip schatte Rob op ongeveer 25 M., de breedte op nagenoeg 8 M. Verscheidene wentelende schroeven en raderen
+deden een eigenaardig gedempt snorren hooren; hier en daar merkte Rob toestellen en instrumenten op, waarvan de beteekenis
+hem natuurlijk ontging. Aan het achtereinde van het dek stond een huisje met glazen wanden, waarin zich een man, klaarblijkelijk
+de stuurman, bevond; ook deze droeg dezelfde eenvoudige zwarte uniform als zijn geleider, en was het eenige levende wezen
+dat op het dek te bespeuren viel.
+
+</p>
+<p>Op aanwijzing van zijn geleider daalde Rob een trap af, die zich aan de voorzijde van het dek bevond en toegang gaf tot een
+gang, welke in de lengte van het schip liep, en waarop verscheidene deuren uitkwamen. Een daarvan, het nummer 9 dragende,
+werd voor hem geopend, en Rob werd verzocht binnen te gaan en te wachten tot men hem zou doen roepen.
+
+</p>
+<p>Toen de deur zich achter hen gesloten had, bleek Rob zich in een kamertje van ongeveer 3 bij 4 M. <span class="pageno">
+[21]
+</span>te bevinden, dat er lang niet ongezellig uitzag. Het was smaakvol gemeubeld, en ontving zijn licht door een breed, vrij hoog
+in den wand aangebracht venster. Aan de zoldering en langs de wanden bevonden zich electrische lampjes; tegen een der zijmuren
+stond een ledikant, de andere was in regelmatige en even groote vakken verdeeld, die elk een opschrift hadden in een voor
+Rob onbekende taal, en klaarblijkelijk de deuren vormden van zich in dien zijwand bevindende kastjes of bergplaatsen. De vloer
+was bedekt met een zachte, veerkrachtige stof; de wanden waren van een glad, warm gekleurd behangsel voorzien; het heele vertrek
+was even eenvoudig, smaakvol als practisch ingericht. Op een bij het raam aan den muur bevestigd lessenaartje lag een boek,
+waarop in het Hollandsch, Fransch, Duitsch, Engelsch en de Rob onbekende taal het woord &#8220;Handleiding&#8221; stond gedrukt; Rob wilde
+dit juist opnemen en inzien toen een stem naast hem sprak:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik kom eens even met je praten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob schrikte een oogenblik, want hij had niemand hooren binnenkomen; de deur was volkomen geruischloos opengaan en had zich
+evenzoo weer gesloten. Hij keek om en zag iemand in de bekende zwarte kleeding naast hen staan. Voor hij iets kon zeggen,
+sprak de binnengekomene:
+
+</p>
+<p>&#8220;Je hebt zeker die metalen doos bij je, die je gisteren gevonden hebt?&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob haalde het gevraagde uit zijn binnenzak, en de ander nam haar met een tevreden hoofdknik aan, bekeek den inhoud, en zei
+toen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat maakt het ons gemakkelijk. Ik vreesde dat <span class="pageno">
+[22]
+</span>we het voor goed kwijt zouden zijn. Heb je gelezen wat er in staat?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja, dat heb ik.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik dacht het wel; de sluiting is verbroken. Nu vrees ik echter, dat de commandant je vooreerst niet kan laten gaan. De inhoud
+is zeer belangrijk en niemand buiten ons mag die weten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik wil u graag beloven dat ik er nooit met iemand over spreken zal,&#8221; zei Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja&#8212;dat geloof ik wel. Maar daar mogen we niet op rekenen. Het is heel jammer, dat je het slachtoffer bent geworden van de
+slordigheid van een onzer kameraden. Maar daar is niets aan te veranderen. Neem nu een goeden raad van me aan. Wees kalm en
+onderwerp je in alles aan wat je hier voorgeschreven zal worden. Dan verzeker ik je dat je &#8217;t hier heel goed zult hebben en
+dat je, zoo gauw maar eenigszins mogelijk is, weer vrijgelaten zult worden. Ik zal nu beginnen met je wat beter thuis te brengen
+in onze omgeving, dan zal je ook spoedig op je gemak zijn en je gevangenschap geduldig dragen. Laten we gaan zitten.&#8221;
+
+</p>
+<p>De spreker schoof twee stoelen bij het raam, en vervolgde nadat beiden hadden plaats genomen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe heet je?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Rob.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is een goede, korte naam. Dien zal je wel kunnen houden. We houden hier van eenvoud en kortheid, en hebben daarom allen
+bondige namen. Ik heet Lo; zoo moet je me ook voortaan noemen. Als je er aan gewend bent, zijn onze namen volstrekt niet onwelluidender
+dan die de menschen op aarde <span class="pageno">
+[23]
+</span>dragen. Verder behoor je te weten dat we elkaar hier allemaal bij den naam noemen en met jij en je aanspreken. Ook dat is
+eenvoudig en went gauw. Het maakt den omgang gemakkelijker en aangenamer, en neemt volstrekt de achting voor elkaar niet weg.
+We spreken ook den commandant, die Li heet, op die gemeenzame wijze aan, en toch gehoorzamen wij hem gaarne. Kijk eens, in
+dat Handboek, waarnaar je zooeven keek, vind je alles wat noodig is om je hier met kennis van zaken te kunnen bewegen; maar
+om het je gemakkelijker te maken, zal ik je in hoofdtrekken den inhoud vertellen, dan kan je het later nog wel eens nalezen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Lo nam nu het Handboek van het lessenaartje, sloeg het open, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Je bent hier op het luchtschip De Vogel. Alweer een eenvoudige naam, en tevens doelmatig, want je zult later bemerken dat
+dit schip geconstrueerd is volgens dezelfde beginselen als het lichaam van een vogel.
+
+</p>
+<p>&#8220;Met het doel en de bestemming van De Vogel heb je voorloopig nog niet te maken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Er zijn hier de volgende personen aan boord: Li, de commandant, iemand van ongeveer dertig jaar, dien je straks zult leeren
+kennen; La, onze geleerde, de wetenschappelijke raadsman van het schip, van wien je nog wel genoeg zult hooren; zijn eenige
+fout is verstrooidheid, en daaraan heb jij ook te danken dat je op &#8217;t oogenblik hier ben&#8212;maar dat komt later wel ter sprake.
+Ten derde Mu, de stuurman, die je op het dek zeker wel in zijn huisje hebt zien zitten; hij vervangt zoo noodig den commandant.
+<span class="pageno">
+[24]
+</span>Dan hebben we Naf, Nef en Nof, die alle drie een veelzijdigen, soms drukken werkkring vervullen. De eerste heeft het toezicht
+op de gemeenschappelijke vertrekken&#8212;je zult weldra in de gelegenheid zijn te zien welke dat zijn&#8212;hij springt desvereischt
+voor den stuurman in, zorgt voor de bereiding van het voedsel, regelt de uurwerken, houdt de vrij talrijke instrumenten in
+orde die er aan boord zijn, en is kortom met de geheele leiding van de dagelijksche bezigheden belast. Nef en Nof zijn onze
+boden; ze worden met belangrijke zendingen naar de aarde belast&#8212;soms zelfs naar een andere planeet&#8212;doen allerlei speur- en
+onderzoekingsdiensten, behandelen in ernstige omstandigheden onze verweermiddelen (het geschut, zouden ze op aarde zeggen)
+en hebben elk een klein vliegtoestel tot hun beschikking, waarvan je er een dezen morgen hebt leeren kennen. De zevende en
+laatste ben ik; je zoudt me den particulieren secretaris van den commandant kunnen noemen. Ik breng het grootste deel van
+mijn tijd in zijn werkkamer door, werk zijn plannen en bevelen uit, breng die ter kennis van de overige bemanning, schrijf
+de geschiedenis van het schip, beheer de geldmiddelen&#8212;die we hier in de lucht ook noodig hebben, zooals je zien zult&#8212;voer
+daarvan de administratie, en ben ten slotte belast met de zorg voor onze gasten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoor ik ook tot de gasten?&#8221; vroeg Rob eenigszins ondeugend.
+
+</p>
+<p>&#8220;We noemen iedereen zoo die geen deel uitmaakt van de vaste bemanning,&#8221; antwoordde Lo. &#8220;Op &#8217;t oogenblik ben je dus aan mijn
+bizondere zorgen <span class="pageno">
+[25]
+</span>toevertrouwd. Je bevindt je in het vertrek voor de gasten van het schip. Er zijn hier de volgende kamers, zooals je op dezen
+platten grond duidelijk zien kunt: aan het einde van de gang de kamer van den commandant, waarin tevens een schrijftafel voor
+mij; daarnaast de eetkamer, waarin de leeskamer inkomt. Deze vertrekken zijn genummerd: 1, 2 en 3. Langs de gang bevinden
+zich 7 kamers, 4 rechts en 3 links, doorloopend genummerd; de nummers 4, 5, 6, 7 en 8 zijn voor de bemanning (de commandant
+en ik hebben onze slaapvertrekken achter de werkkamer); kamer 9 is voor eventueele gasten en kan zoo noodig voor meerdere
+personen worden ingericht; kamer 10 is het zoogenaamde laboratorium, tevens keuken&#8212;twee bestemmingen die zich hier, zooals
+je zien zult, zeer goed laten vereenigen. Eindelijk bevindt zich onder in het schip de badkamer, genummerd 11, en een bergruimte
+die het nummer 12 draagt; met het glazen huis van den stuurman, n&deg;. 13, is het aantal compleet. In dit huis bevinden zich
+alle toestellen, die voor het voortbewegen van het schip noodig zijn.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ziezoo, nu weet je den weg.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat onze taal betreft, die is hoogst eenvoudig, en gemakkelijk te leeren. La is er de uitvinder van en heeft het vraagstuk
+van een practische, duidelijke en niet moeielijke taal schitterend opgelost. Misschien, als je ons vertrouwen hebt weten te
+winnen, zal hij je in de geheimen ervan inwijden. Maar voorloopig zal het wel Latijn voor je blijven.
+
+</p>
+<p>&#8220;En nu zal ik je nog even vertellen wat je hier in je kamer vinden kunt.
+<span class="pageno">
+[26]
+</span></p>
+<p>&#8220;Zooals je ziet, is alles aanwezig wat je op aarde in een goed ingerichte logeerkamer maar zou kunnen verlangen. Je hebt zeker
+al opgemerkt dat alles er even eenvoudig en toch uiterst sierlijk uitziet. En bovendien heeft elk voorwerp de uitstekende
+eigenschap van onbreekbaar te zijn; glas of hout komt niet voor, alles is van metaal, tot de dekens van je bed toe, hoe vreemd
+dit ook klinkt. Later zal je dit duidelijker worden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hier in dezen zijwand vind je alles wat je maar wenschen kunt; elk vak heeft een deurtje&#8212;kijk, als ik op dit knopje druk,
+springt bijvoorbeeld deur 2 open. In dat kastje liggen kleeren; je vindt er compleete stellen van boven- en ondergoed, het
+is eenvoudig, practisch en hygi&euml;nisch. Hoe het schoongehouden wordt, leer ik je later. In kast 3 is beddegoed, in kast 4 schrijfgereedschap,
+nummer 5 bergt eenige wapens en instrumenten die je te pas komen&#8212;kortom, je vindt hier alles wat maar nuttig of aangenaam
+kan zijn.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zie zoo. Nu ben je voorloopig op de hoogte. Het is nu halftwaalf. Kijk nu eens een half uur in je kamer rond totdat je met
+alles vertrouwd bent. Om twaalf uur kom ik je halen en gaan we naar den commandant.&#8221;
+
+</p>
+<p>Met deze woorden nam Lo afscheid en Rob werd voor een half uur aan zichzelf overgelaten.
+
+</p>
+<p>Hij moest bekennen dat hij zijn toestand z&oacute;o avontuurlijk vond, dat hij eigenlijk hoopte voorloopig niet vrijgelaten te zullen
+worden. Hij ging in gedachte alle boeken na, waaruit hij van wonderlijke reizen en romantische avonturen had gelezen, en &#8217;t
+leek hem <span class="pageno">
+[27]
+</span>dat in geen van die verhalen zulke ongeloofelijke dingen werden verteld als hij nu meemaakte. Zoo dikwijls had hij gehoopt
+z&eacute;lf eens zulke avontuurlijke reizen te mogen maken, en nu werd op eens onverwacht aan dat verlangen voldaan. Wat zouden het
+toch voor menschen zijn, onder wie hij zich nu bevond? In elk geval wilden ze hem geen kwaad doen, want de beide mannen met
+wie hij tot nu toe te doen had gehad, waren bizonder vriendelijk voor hem geweest. Hij begreep wel dat ze hem gevangen hielden
+omdat hij toevallig op het spoor van een hunner geheimen was gekomen, maar hij zag eveneens in dat men hem niet langer van
+zijn vrijheid zou berooven dan hoog noodzakelijk was. In dit opzicht zag hij den toestand niet ernstig in. Wel was hij bezorgd
+dat zijn kennissen in angst zouden verkeeren, en dat vergalde veel van &#8217;t genoegen dat hij al in zijn avontuur gekregen had.
+Wat de onderwijzers en de jongens van de H.B.S. van zijn verdwijnen zouden denken, dat trok hij zich zoo erg niet aan; integendeel
+voelde hij zich wel gewichtig tegenover hen. Maar &#8217;t hinderde hem dat zijn voogd en diens vrouw ongerust zouden zijn. Waarschijnlijk
+zouden ze wel gehoord hebben dat hij op het Leidsche Plein naar boven getrokken was, want er waren natuurlijk menschen geweest
+die hem hadden zien vliegen, al wist hij zich door den eersten schrik heelemaal niet te herinneren welken indruk zijn ontvoering
+op de voorbijgangers had gemaakt. Maar als niemand verdere berichten van hem kreeg, dan zouden ze zich thuis toch erg ongerust
+gaan maken.
+
+</p>
+<p>Rob dacht over dit alles nog na, toen de deur <span class="pageno">
+[28]
+</span>weer geruischloos werd geopend en Lo hem uitnoodigde mee te gaan.
+
+</p>
+<p>Ze liepen de gang ten einde en Lo opende de deur van een niet groot maar eenvoudig en smaakvol ingericht studeervertrek, waar
+de commandant Li aan zijn schrijftafel zat. Li bleek een man van ongeveer dertig jaar te zijn, met een ernstig, energiek,
+maar vriendelijk gezicht, die dadelijk toen Rob binnentrad, opstond, hem tegemoet kwam en de hand uitstak.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ga zitten, Rob,&#8221; zei Li. &#8220;Ik heb van den secretaris al &#8217;t een en ander van je gehoord. Het spijt me dat ik genoodzaakt ben
+geweest je te doen oplichten; maar daar was niets aan te verhelpen. Door een toeval had je een document in handen gekregen,
+dat voor mij van veel gewicht is; ik mocht je niet in &#8217;t ongestoord bezit daarvan laten. Vertel me nu eens; hoe heet je?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Rob Rensma.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe oud ben je?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zestien jaar.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waar ga je school?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Op de H.B.S. in Amsterdam.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En waar woon je?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Willemsparkweg 921.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Goed zoo,&#8221; zei Li, terwijl de secretaris de antwoorden opteekende. &#8220;Ik hoop dat ik je zoo gauw mogelijk naar huis kan terugsturen.
+Dat zal ook veel van jezelf afhangen. Er is te eer kans op, naar mate je je tegenover ons gedraagt als vriend. En dat laatste
+zal je gemakkelijk vallen, want je zult hier aan boord niets zien gebeuren of niets behoeven te <span class="pageno">
+[29]
+</span>verrichten dat niet met eer en geweten is overeen te brengen. Om een duidelijker indruk van je goeden wil te krijgen, zal
+ik je nu en dan een kleine opdracht doen uitvoeren in verband met onze ondernemingen. Ik twijfel niet of je zult er eer mee
+inleggen. Ben je gezond en sterk?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;O ja,&#8221; antwoordde Rob. &#8220;Ik mankeer nooit wat.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zal je goed te pas komen. Bovendien leiden wij hier een regelmatig leven, bewegen ons doorgaans in hooge, zuivere lucht,
+en hebben ten overvloede een uitstekenden dokter, onzen geleerden La, aan boord. Ziekten komen dan ook zoo goed als nooit
+voor. Nu, we spreken elkaar wel nader. Heb je nog iets te vragen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja, ik zou wel graag willen dat mijn voogd iets van me hoorde; die zal wel ongerust zijn....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik was juist bezig maatregelen daaromtrent te beramen; maar ik vrees dat je nog eenig geduld zult moeten hebben. We maken
+op &#8217;t oogenblik&#8221;&#8212;Li drukte op een knop aan den wand, en achter een zich daarnaast bevindend ruitje sprong het cijfer 150 te
+voorschijn&#8212;&#8220;we maken op &#8217;t oogenblik 150 K.M. per uur, en hebben dus sedert halftien bijna 400 K.M. afgelegd. Op dit oogenblik
+een van de vliegtoestellen af te zenden, zou nutteloos zijn, zooals je later zult leeren begrijpen. In elk geval moet je maar
+beginnen met een briefje te schrijven. Zoodra er gelegenheid is zend ik het af. Nog iets anders?&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob had geen andere wenschen kenbaar te maken, en werd nu weer verzocht Lo te volgen, die hem in kamer 9 terugbracht.
+
+</p>
+<p>Lo deed kastje 2 openspringen, en zei:
+<span class="pageno">
+[30]
+</span></p>
+<p>&#8220;Kies je hier nu een pak kleeren uit; in de Handleiding zal je vinden, welke je noodig hebt en hoe je ze aan moet trekken.
+Kastje 6 is leeg, en dient als bergplaats, doe daar de kleeren maar in die je nu aan hebt. Vijf minuten v&oacute;or het eten zal
+je een bel hooren; ik kom je dan halen voor den gemeenschappelijken maaltijd. Dan maak je tevens met de andere schepelingen
+kennis.&#8221;
+
+</p>
+<p>Lo verdween en Rob begon van kleeren te verwisselen. Het trof hem hoe practisch de kleeding, die hij uit het kastje haalde,
+was ingericht. Alles zat vrij sluitend en belemmerde toch nergens de bewegingen; hij had zelf een gevoel alsof hij bijna geen
+kleeren aan had, en vond toch niet dat hij last had van de kou. De schoenen waren van dezelfde stof als het pak, en maakten
+niettemin een zeer solieden indruk; ze gleden gemakkelijk aan den voet, knelden nergens en behoefden niet geregen of geknoopt
+te worden. Rob bekeek zich in den spiegel en was van oordeel dat het pak hem heel goed stond. Hij had zich in deze kleeding
+wel eens willen laten kieken!
+
+</p>
+<p>Juist toen hij klaar was, ging de bel; een oogenblik daarna kwam Lo binnen en verzocht hem mee te gaan. In de eetkamer waren
+de overige reisgenooten reeds verzameld. De kennismaking werd Rob zeer gemakkelijk gemaakt, want allen kwamen naar hem toe
+alsof hij volstrekt geen vreemde voor hen was, drukten hem de hand en heetten hem hartelijk welkom.
+
+</p>
+<p>Aan tafel heerschte een opgewekte en gezellige toon. Er werd gepraat en gelachen, en uit beleefdheid tegenover den gast werd
+er dezen middag Hollandsch <span class="pageno">
+[31]
+</span>gesproken, ofschoon er uit gewoonte nu en dan een woord La&iuml;sch in het gesprek werd gemengd. Rob was in het eerst vrij stil,
+want hij zag zooveel vreemde dingen om zich heen, dat zijn oogen en ooren er geen raad mee wisten. Maar La en Lo, in wier
+midden hij zat, lokten hem tot praten uit en beantwoordden met onuitputtelijk geduld al wat hij vroeg.
+
+</p>
+<p>De geleerde La vertelde hem, dat de toestanden op het schip niet dadelijk waren geweest als nu. Men was begonnen met vrij
+gebrekkige hulpmiddelen, had vooral onoverkomelijke bezwaren ondervonden ten opzichte van voeding, kleeding, verlichting en
+verwarming. Maar La was er in geslaagd door de eene uitvinding na de andere het leven aan boord te vergemakkelijken en te
+vereenvoudigen, zoodat men ten slotte door eigen productie in alle behoeften kon voorzien. De verlichting bijvoorbeeld was
+geheel electrisch, en werd door dezelfde toestellen geleverd als die, welke De Vogel in beweging brachten; met accumulatoren
+had men niet te maken, daar de vele steeds rondwentelende vliegschroeven en luchtschepraderen voor een onuitputtelijke hoeveelheid
+wrijvingselectriciteit zorgden. De verwarming werd geregeld door buizen met langs electrischen weg verhitte lucht. De voeding,
+zooals Rob gelegenheid had proefondervindelijk op te merken, was zeer eenvoudig, maar daarom niet minder versterkend; haar
+voornaamste eigenschap bestond daarin, dat ze opwekte en verzadigde, zonder dat loome, vadzige gevoel na te laten dat een
+&#8220;goed diner&#8221; op aarde gewoonlijk tevoorschijn roept. Door langs chemischen weg uit plantaardig voedsel die bestanddeelen af
+te scheiden, welke de mensch in hoofdzaak voor het <span class="pageno">
+[32]
+</span>onderhoud van zijn lichaam noodig heeft, had La in een betrekkelijk kleine ruimte genoeg levensmiddelen opgehoopt om de eerste
+tien jaren aan een hongersnood het hoofd te kunnen bieden; het laboratorium was de bewaarplaats van dezen voorraad, waarvan
+elk onderdeel door hermetische sluiting tegen bederf werd gevrijwaard. Elken dag bepaalde La het menu, dit op wetenschappelijke
+gronden samenstellend; Naf, de kok, had dan slechts de capsules te openen, door La aangewezen, en na enkele eenvoudige bewerkingen&#8212;de
+eene spijs wat verwarmen, de andere oplossen in water&#8212;was de maaltijd gereed. Daar men de gezelligheid en een vriendschappelijken
+omgang aan boord naar waarde wist te schatten, was het gewoonte de gemeenschappelijke maaltijden niet al te vluchtig in te
+richten, hoewel de weinig omslachtige wijze van voedsel bereiden en nuttigen er al licht toe leiden zou aan die maaltijden
+slechts een zeer ondergeschikte plaats toe te kennen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zooals je ziet,&#8221; vertelde La, &#8220;drinken we water. Dat is onze gewone drank, en we bevinden er ons op den duur best bij. Gezond
+en gemakkelijk te verkrijgen, want aan regen hebben we natuurlijk zelden gebrek! Dierlijk voedsel en alcohol komen aan boord
+nooit op het programma. Hoogstens tracteeren we ons nu en dan op fructa, een oplossing in water van nuttige bestanddeelen
+uit vruchten, met wat koolzuur vermengd. Fructa heeft een mooie blauwe kleur.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En hoe worden de kleeren gemaakt, die we dragen?&#8221; vroeg Rob, steeds nieuwsgieriger.
+
+</p>
+<p>&#8220;Bijna alles op het schip is van metaal,&#8221; antwoordde La. &#8220;Dat wil zeggen, ik noem het metaal <span class="pageno">
+[33]
+</span>omdat het zich ongeveer als zoodanig laat bewerken. Voor zulk een stof hebben we eigenlijk op aarde geen naam. In het La&iuml;sch
+noemen we het monum. Monum is een delfstof&#8212;misschien vertel ik je later wel eens waar we die vinden&#8212;die zeer taai en buigzaam
+is, maar toch zoo goed als onbreekbaar. Wat uit monum is vervaardigd, is althans gedurende een menschenleeftijd niet aan slijtage
+onderhevig. Door het met azijnzuur te behandelen wordt &#8217;t week en plooibaar, zoodat we er tapijten, dekens, kleedingstukken,
+uit kunnen vervaardigen, meer of minder poreus, al naar mate we er meer of minder door verwarmd wenschen te worden. De inwerking
+van salpeterzuur maakt het doorschijnend, zoodat het voor glasruiten geschikt is; in vloeibare lucht gedompeld (waarvan we
+hier een ruim gebruik maken, zooals je zien zult) wordt het ruig en vouwbaar, en is het geschikt voor schrijfpapier; in &#8217;t
+vuur gesmeed kunnen er zeer lange en toch onbuigzame kabels van gemaakt worden....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Aan zoo&#8217;n kabel heesch ik jou naar boven, Rob,&#8221; viel Nef den geleerden spreker in de rede. &#8220;Je had zeker wel gewild dat &#8217;t
+ding gebroken was!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu, in &#8217;t eerst vond ik &#8217;t maar half leuk, zoo opgenomen te worden,&#8221; antwoordde Rob, &#8220;maar nu begin ik er heusch schik in
+te krijgen!&#8221;
+
+</p>
+<p>Deze woorden kwamen er zoo van harte uit, dat allen er om lachten. Li knikte Rob eens toe en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu, we willen maar hopen dat je geen spijt zult hebben van je verblijf aan boord.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het liep intusschen tegen twee uur, en de tafel werd opgeheven. Rob zag dat iedereen meehielp <span class="pageno">
+[34]
+</span>om een deel van het servies op te ruimen en schoon te maken, en stak ook dadelijk een helpende hand uit, hetgeen klaarblijkelijk
+een goeden indruk maakte. Later vertelde Lo hem, dat het gewoonte was ieder te laten wegbergen en in orde houden wat hij zelf
+gebruikte, een maatregel die tijd en arbeid bespaarde.
+
+</p>
+<p>Toen ieder weer aan zijn bezigheden gegaan was, bracht Lo den gast in de leeskamer, waar talrijke schilderijen aan den muur
+hingen en een geheele wand door een kolossale boekenkast ingenomen was. Ook bevond er zich een kleine vleugel en zag Rob er
+viool- en violoncelkisten staan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hier brengen we onzen vrijen tijd door,&#8221; zei Lo. &#8220;Je vindt hier lectuur voor een menschenleeftijd; wetenschappelijke werken&#8212;voor
+een groot deel handschriften van La&#8212;en ook zuiver letterkundige. Allerlei geduld- en gezelschapsspelen vind je er ook, maar
+alleen zulke waarbij alles aan het verstand, niets aan het toeval wordt overgelaten. Er zijn ook zeer ingewikkelde en moeielijke
+bij&#8212;uitvindingen alweer van La.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob bracht den heelen middag in de leeskamer door, waar hij voortdurend nieuwe dingen vond die zijn belangstelling gaande
+hielden; om zeven uur had er wederom een gemeenschappelijke maaltijd plaats, en tegen acht uur was Rob zoo vermoeid van de
+elkaar verdringende indrukken, dat hij naar bed ging en weldra zoo vast insliep alsof hij in zijn eigen kamertje op den Willemsparkweg
+lag.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[35]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e729"></a></p>
+<h1 class="label">Vierde Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Hoe De Vogel er uitzag.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Rob ondervindt dat er in de lucht ook een H.B.S. is.&#8212;La toont hem eenige wonderen.&#8212;De geheimen van de stuurkamer.&#8212;Bijna zoo
+hoog als de Mont-Blanc.&#8212;Rob gaat vroeg naar bed.
+</p>
+</div>
+<p>Den volgenden morgen werd Rob door een electrisch belletje, dat zich boven zijn bed bevond, om zes uur gewekt. Hij had aan
+&eacute;en stuk door geslapen, en voelde zich verkwikt en uitgerust. Hij zette zijn horloge gelijk met de klok die zich, zooals in
+alle andere kamers van &#8217;t schip, boven de deur bevond en zag nu eerst dat de wijzerplaat niet in twaalf doch in vier-en-twintig
+uren verdeeld was. Na twaalf uur in den middag begon men dus van dertien tot en met vier-en-twintig te tellen, om dan weer
+met &eacute;en te beginnen. Zooals Rob later hoorde, was de tijd aldus ingedeeld, omdat de soms zeer snelle verplaatsingen van het
+luchtschip een regelmatige indeeling van dag en nacht, zooals men die op aarde heeft, niet mogelijk maakten. Men zou dan immers
+de klokken aan boord steeds moeten gelijk zetten met die van <span class="pageno">
+[36]
+</span>de plaats op aarde, waarboven men zich op dat oogenblik bevond, hetgeen natuurlijk ten gevolge kon hebben dat men eenige aarde-uren
+lang volgens de lucht-klok slechts een enkel uur of misschien zelfs geheel niet vooruitging. Men had daarom aan boord de volgende
+tijdsverdeeling, gelijk Rob ook in de Handleiding vermeld vond: zes uur opstaan, zeven uur ontbijt, dertien uur middagmaal,
+negentien uur avondeten, twee-en-twintig uur naar bed. Zoo gebeurde het wel, dat men bij daglicht sliep, en in het donker
+aan &#8217;t werk was; meestal echter zweefde men op zulk een hoogte, dat het zonlicht weken achtereen zichtbaar bleef, en in elk
+geval wendde men aan deze schijnbaar abnormale toestanden spoedig.
+
+</p>
+<p>Na het ontbijt werd Rob verzocht in La&#8217;s kamer te komen, en nu vernam hij dat deze hem elken dag van acht tot elf en van veertien
+tot zestien les zou geven in dezelfde vakken, die hij nu op de H.B.S. moest missen. Eerst vond Rob dit wel een beetje &#8217;n teleurstelling,
+want hij vond zoo&#8217;n tijdje gedwongen vacantie wel aardig; maar hij moest La toch toestemmen, dat &#8217;t niet prettig zou zijn
+wanneer hij zoo ten achter was als hij in Amsterdam terugkwam, en ook begreep hij dat hij daardoor in zijn heele volgend leven
+schade zou kunnen ondervinden. Weldra zag hij dan ook in, hoe dankbaar hij voor deze welwillende en verstandige beschikking
+van den commendant moest zijn. En toen hij ondervond hoe kalm en duidelijk La in al zijn uitleggingen was, en hoe deze het
+&#8220;droogste&#8221; vak intressant wist te maken, was hij niet alleen spoedig met zijn lesuren verzoend, maar begon hij er een dagelijks
+weerkeerend genot in te vinden. Ook <span class="pageno">
+[37]
+</span>stak hij in enkele dagen meer op, dan hij bij klassikaal onderwijs in weken gedaan zou hebben. Dikwijls bleven er van het
+werkprogram enkele uren over, die La gebruikte om hem in allerlei dingen van het luchtschip-leven in te wijden, en zoodoende
+hoorde hij telkens meer wat zijn achting en zijn vriendschap voor zijn nieuwe kennissen deed toenemen. Hoewel hij nog steeds
+niet wist wat het doel van hun eigenaardig bestaan was, leerde hij elken dag hun opvattingen en hun levensbeschouwing hooger
+schatten. Vooral de groote waarde, die zij aan een gezond, regelmatig leven bleken te hechten en aan de juiste verdeeling
+van rust, handenarbeid en hoofdwerk, maakte een aangenamen indruk, en hij begreep al gauw dat hij hier met goede, hoogstaande
+menschen te doen had. Er werd van elk zonder onderscheid tamelijk veel inspanning gevergd, maar daartegenover stond dat men
+op de rustdagen ook in den uitgebreidsten zin van het woord voor ontspanning zorgde. Steeds heerschte er een opgewekte, vriendschappelijke
+geest onder de leden der bemanning, en de waardeering waarmee men elkaars daden en woorden besprak en beoordeelde, leidde
+tot de onmisbare eenheid en samenwerking, die voor &#8217;t bereiken van een gemeenschappelijk doel onontbeerlijk is.
+
+</p>
+<p>Toen de middagles dien dag was afgeloopen, vertelde La aan Rob, dat Nof gereed stond om met een van de kleine vliegtoestellen
+naar de aarde te gaan, en of hij hem dus een briefje voor zijn voogd wilde meegeven. Rob schreef een paar regels, en nadat
+Li deze had gelezen en goedgekeurd, vertrok Nof er mee.
+<span class="pageno">
+[38]
+</span></p>
+<p>&#8220;Je moet je niet al te veel van deze zending voorstellen,&#8221; zei La. &#8220;De vliegtoestellen hebben nog niet die volmaking, welke
+wij ze op den duur hopen te geven. De grootste moeielijkheid bestaat echter in het vinden van den weg, afgezien nog van de
+omstandigheid dat ze meer aan de willekeur van weer en wind zijn blootgesteld dan &#8217;t schip. Hier aan boord kunnen we steeds
+met de meeste nauwkeurigheid bepalen waar we ons ten opzichte van de aarde of van een andere planeet bevinden; dat is een
+groot voordeel.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar hoe gebeurt dat dan?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, we hebben natuurlijk allerlei instrumenten voor plaatsbepaling, die op zee en ook door den gewonen ballonvaarder gebruikt
+worden, maar op den duur zijn die voor ons gebruik te omslachtig en ook niet altijd toereikend gebleken. Ga maar eens mee
+naar de stuurkamer, dan zal ik je laten zien wat ik er op gevonden heb.&#8221;
+
+</p>
+<p>Ze gingen samen de monum trap op, die naar het dek leidde, en werden door Mu met een vriendelijk woord ontvangen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben altijd maar blij als er gasten aan boord zijn,&#8221; zei Mu. &#8220;Dan sjouwt onze museumgids La het schip met hen rond en krijgt
+de stuurkamer in de eerste plaats een beurt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Je zit hier ook wel erg eenzaam, h&egrave;?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Jawel,&#8221; antwoordde Mu, &#8220;maar dat is zoo erg niet. Ten eerste houd ik wel van eenzaamheid; daaraan zijn we hier allemaal aan
+boord gewend, en voor menschen die van denken en werken houden is alleen-zijn trouwens niet zoo&#8217;n verdriet. Maar dat <span class="pageno">
+[39]
+</span>neemt niet weg dat ik zoo nu en dan wel van een praatje houd.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen, Mu heeft het nog zoo kwaad niet,&#8221; zei La. &#8220;Hij doet vrijwel &#8217;t intressantste werk aan boord, ook wel &#8217;t meest inspannende
+en verantwoordelijke, maar daarom kan hij zich ook nu en dan door Naf laten aflossen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En welk stuk zal ik de heeren nu &#8217;t eerst vertoonen?&#8221; vroeg Mu schertsend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben er &#8217;t meest benieuwd naar hoe je hier midden in de wolken den weg kan vinden,&#8221; zei Rob, die het een zonderlinge gewaarwording
+vond zich te midden van een ruimte te bevinden, die niets dan lucht en wolken te zien gaf. Het was een heerlijk, frisch gevoel,
+daar boven op het dek, en elke ademhaling gaf genot. Iets griezeligs was er ook wel in, zoo door de lucht te vliegen, maar
+toch bemerkte men de voortgaande beweging alleen doordat de schroeven hun voortdurend gesnor deden hooren, en het dek van
+monum-planken licht trilde; overigens had men zich evengoed kunnen voorstellen, dat het schip stillag en alleen de wolken
+bewogen.
+
+</p>
+<p>Mu had bij Rob&#8217;s vraag La even aangekeken, maar deze knikte geruststellend en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;De commandant heeft geen bezwaar, dat ik enkele dingen aan onzen gast laat zien. Rob kan dat als een aangenaam bewijs van
+vertrouwen opvatten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Mu schoof nu een langwerpige metalen plaat opzij, die het bovenblad van een vlak voor hem staand tafeltje bedekte, en nu zag
+Rob een glazen oppervlak, waarover zich een reeks fotografische beelden voortbewoog, die hem aan een voorstelling met <span class="pageno">
+[40]
+</span>den bioscoop deden denken. Onwillekeurig riep hij dan ook uit:
+
+</p>
+<p>&#8220;Net een kinematograaf!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is het ook,&#8221; zei Mu glimlachend. &#8220;Door middel van een verbeterde kinematografische opname trekken langs deze plaat, sterk
+verkleind, de afbeeldingen van het aardoppervlak, waarboven we ons bevinden. Zoolang we ons binnen den dampkring bewegen en
+evenwijdig aan de oppervlakte der aarde blijven, kan ik op de plaat precies den stand van het schip ten opzichte der aarde
+waarnemen. Een enkele maal mag een hevig onweer of een andere atmosferische storing de beelden eens onzuiver maken of zelfs
+geheel verstoren&#8212;in het algemeen kan ik het gebruik van de gewone instrumenten tot plaatsbepaling ontberen. De wolkenlaag
+die ons van de aarde scheidt oefent geen nadeeligen invloed; het toestel is zoo ingericht dat het door dergelijke beletselen
+heen toch zijn werk blijft verrichten. Zijn we toevallig in de schaduw van de aarde verzeild geraakt, dan hebben we maar wat
+hooger te stijgen en de opname geschiedt weer even duidelijk. Deze uitvinding, de volmaking van den kinematograaf, hebben
+we, evenals bijna alles aan boord, aan onzen professor La te danken.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen La spottend een buiging maakte bij deze laatste woorden, plaagde Mu:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja, als de professor eens een oogenblik niet verstrooid is, vindt hij soms wel een aardig stukje speelgoed uit. &#8217;t Is een
+echte knutselaar.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Kijk jij maar naar je hoogtemeter,&#8221; schertste La terug, &#8220;anders zeilen we weer tegen den een of anderen <span class="pageno">
+[41]
+</span>top van de Himalaya aan, zooals je ons al eens geleverd hebt!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Vierduizend meter,&#8221; zei Mu, den hoogtemeter aflezend, een toestel dat door middel van een kwikkolom, welks stand van de luchtdrukking
+afhankelijk was, de hoogte boven het zeepeil aangaf.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan zouden we tegen den Mont-Blanc kunnen stooten,&#8221; zei Rob. &#8220;Die is immers 4800 Meter!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist,&#8221; zei Mu. &#8220;Maar op botsingen hebben we nu weinig kans, want we zeilen boven den Atlantischen Oceaan. Kijk maar.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob keek naar de glazen plaat, en zag daarop inderdaad niets dan een golvende beweging, waaruit hij begreep dat zich onder
+hen de zee bevond. Nu en dan schoof er een vlekje, groot als een vlieg, over de plaat; dat was zeker een schip.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie stuurde er van morgen en van middag toen we aan tafel zaten?&#8221; vroeg Rob, opeens bedenkend dat er toen niemand in de stuurkamer
+kon geweest zijn.
+
+</p>
+<p>&#8220;Niemand!&#8221; antwoordde Mu. &#8220;Wanneer er niets bizonders aan de hand is, kom ik gewoonlijk aan tafel. Tusschen Li en mij in bevindt
+zich een dergelijke plaat als hier, zoodat we ook gedurende de maaltijden precies kunnen nagaan waar we zijn. Bovendien vliegen
+we dan meestal met een matige snelheid of liggen we stil, zoodat er volstrekt geen gevaar bij is. In de werkkamer van den
+commandant is ook zoo&#8217;n plaat, benevens toestellen om de snelheid en de hoogte af te lezen. En verder zijn alle kamers telefonisch
+met de stuurkamer verbonden. Ja Rob, je kunt &#8217;t niet zoo verzinnen, of &#8217;t is er!&#8221;
+<span class="pageno">
+[42]
+</span></p>
+<p>Rob had veel schik in de vroolijke en duidelijke uitleggingen van Mu, en hij hield dezen wel een uur met allerlei vragen aan
+de praat. Mu legde hem de toestellen uit, waarmee de snelheid, het voor- en achteruit vliegen, het stijgen en het dalen werden
+geregeld, en wees hem ten slotte op de eenvoudige manier waarop het gas gefabriceerd en naar den ballon gevoerd werd. Voor
+dit laatste was trouwens slechts een zeer eenvoudige inrichting noodig, omdat het monum omhulsel van den ballon maar &eacute;en liter
+gas per maand doorliet, geen noemenswaard verlies dus.
+
+</p>
+<p>Toen Rob zijn nieuwsgierigheid in de stuurkamer bevredigd had, maakte La een wandeling met hem over het dek.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zijn dat allemaal kanonnen?&#8221; vroeg Rob, op een twaalftal toestellen wijzend, die langs de verschansing stonden opgesteld.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja, dat is ons geschut,&#8221; antwoordde La. &#8220;Dat ziet er oorlogszuchtig uit, h&egrave;? Maar toch is &#8217;t een heel humaan soort geschut.
+We kunnen nu eenmaal niet buiten verweermiddelen, omdat we soms met kwaadwilligen te doen hebben&#8212;wilde volksstammen bijvoorbeeld.
+En dat komt nog al eens voor, daar we de enkele maal dat we aan land stappen, dit meestal ergens in een afgelegen streek doen,
+waar we geen kans loopen door beschaafde menschen ontdekt te worden. Dan moeten de kanonnen soms een woordje meespreken. Maar
+dooden vallen er nooit. Een evenmensch het leven te benemen&#8212;dat staat niet op ons <span class="corr" title="Bron: pogramma">programma</span>; daartoe meenen we het recht niet te hebben. Dit geschut, en evenzeer de pistolen, <span class="pageno">
+[43]
+</span>die elk van ons onder zijn uitrustingstukken heeft, wordt geladen met patronen die een bedwelmend gas bevatten. Wie er door
+getroffen wordt, blijft volle vier-en-twintig uur buiten kennis, zonder daarvan later eenige nadeelige gevolgen te ondervinden.
+Het is een poging om den oorlog, zoolang deze helaas onvermijdelijk is, te humaniseeren. Overigens zijn al deze kanonnen,
+evenzeer als onze pistolen, snelvuurwapenen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar als er nu toch eens iemand aan boord weet te komen, wat dan?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat gebeurt uiterst zelden,&#8221; zei La. &#8220;De kanonnen verspreiden zulk een grooten kring van gas om <span class="corr" title="Bron: het het">het</span> woord verwijderd]schip, dat niemand daar straffeloos doorheen komt. Maar als laatste middel kunnen we de geheele verschansing
+met electriciteit laden, zoodat ieder die ze aanraakt, teruggeslingerd wordt. Zelfs het dek kunnen we over het heele oppervlak
+van zulk een lading voorzien.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar hoe kunnen we er dan zelf op loopen?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;De zolen van onze schoenen zijn volkomen ge&iuml;soleerd.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En hoe zit &#8217;t met dat bedwelmend gas?&#8221; ging Rob voort, &#8220;krijgen de schutters daar dan geen last van?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Daartegen hebben we ieder een klein toestel, dat we met een enkele beweging voor den mond kunnen vastmaken. Het sluit de
+neusgaten af en voert versche lucht aan den mond toe. Je zult er zoo een in je kamer vinden, kastje 5; ik raad je aan het
+steeds bij je te dragen. Zooals je ziet, hebben wij die dingen meestal aan een gordel om ons middel, dan zijn ze vlug bij
+de hand. Bovendien hoort tot ieders uitrusting <span class="pageno">
+[44]
+</span>een kleine ransel om op den rug te dragen; die bevat genoeg om verscheiden weken van huis te kunnen blijven zonder in eenig
+opzicht gebrek te behoeven lijden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat zit daar dan allemaal in?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Te veel om op te noemen! Een doosje met voedings-capsules; verbandmidden; een kleine electrische fakkel; schrijfgereedschap;
+een cilinder met zuurstof&#8212;ziedaar de hoofdzaken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar er zit toch zeker wel een reserve-stel ondergoed in?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen; wel een klein toestel om zoowel boven- als ondergoed vlug en eenvoudig schoon te maken. Onze monum-kleeding is namelijk
+zoo goed als onverslijtbaar; met het stel kleeren dat we aan hebben kunnen we dus verscheiden jaren toe. Het reinigen geschiedt
+niet, zooals op aarde, door het goed te wasschen; dat zou te omslachtig zijn. We persen er eenvoudig machinaal ozon doorheen;
+dat werkt tevens ontsmettend. Ozon wordt ons natuurlijk in onbeperkte mate door onze electriciteits-toestellen geleverd. Electriciteit
+en ozon kunnen we hier in de lucht genoeg fabriceeren om alle fabrieken van de wereld te voorzien.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob vroeg zooveel, en kreeg zooveel antwoorden, dat het hem begon te duizelen en hij geen tijd had alles behoorlijk in zich
+op te nemen. Toch kon hij niet nalaten nog te vragen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe houden we &#8217;t hier uit, als we h&eacute;el hoog stijgen? Dan is immers de lucht zoo ijl, dat we er geen adem in kunnen halen?
+En komen we wel eens buiten den dampkring?&#8221;
+<span class="pageno">
+[45]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ja&#8212;nu vraag je te veel,&#8221; zei La. &#8220;Dat is allemaal niet in &#8217;n paar woorden uit te leggen. Maar ik denk, dat je op die vragen
+wel eens proefondervindelijk het antwoord zult krijgen. Heb dus wat geduld. Je zult hier nog genoeg wonderlijke dingen meemaken.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het was intusschen tijd voor het avondmaal geworden, dat in een even gezellige stemming verliep als den vorigen dag.
+
+</p>
+<p>&#8217;s Avonds zat Rob nog wat op het dek in een makkelijken stoel, en keek naar de millioenen prachtig fonkelende sterren, waarvan
+enkelen er zoo groot en nabij uitzagen, dat het leek of het schip zich maar enkele honderden meters behoefde te verheffen
+om die lichtende werelden binnen te vliegen.
+
+</p>
+<p>Vermoeid door de talrijke en ongewone indrukken, ging Rob ook dien avond tijdig naar bed, en sliep zoo gerust en vast alsof
+hij een oude, beproefde luchtrob was.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[46]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e855"></a></p>
+<h1 class="label">Vijfde Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Een strijd tusschen een Lucht- en een Oorlogsschip.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De Vogel gaat aan land.&#8212;Er dreigt gevaar.&#8212;Rob redt den commandant.&#8212;Een Engelsch oorlogsschip.&#8212;Een onbloedig gevecht.&#8212;Het jacht
+van den ontdekkingsreiziger Lane.&#8212;Rob wordt zeeman.&#8212;De landing te Dover.
+</p>
+</div>
+<p>Toen Rob den 15<sup>en</sup> October door de electrische bel gewekt werd, scheen de zon zoo helder in zijn kamer, dat hij vlug opstond en onwillekeurig,
+evenals hij dat thuis gewoon was, dadelijk naar &#8217;t raam liep om te zien hoe het we&ecirc;r was. Tot zijn verbazing zag hij dat een
+paar wuivende, groene boomtakken tegen het venster tikten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zouden we aan land zijn gegaan?&#8221; dacht Rob.
+
+</p>
+<p>Hij klom op een stoel om beter door het vrij groote raam te kunnen zien, en zag nu, dat het schip inderdaad op den vasten
+bodem lag. Op enkele meters afstand bruiste de zee.
+
+</p>
+<p>Rob kleedde zich vlug aan. In de gang ontmoette hij Lo, die hem vriendelijk goedenmorgen wenschte en zei:
+<span class="pageno">
+[47]
+</span></p>
+<p>&#8220;Je hebt zeker wel gezien dat we aan land zijn, nietwaar? Ga maar meteen naar de eetkamer; de commandant verzoekt je niet
+aan dek te komen.&#8221;
+
+</p>
+<p>In de eetzaal vond Rob alleen La, die nog zat te ontbijten, met een boek naast zich, waarin hij al etend bladerde. De anderen
+schenen al klaar te zijn; boven aan de trap had hij alleen Naf zien staan, met een gaspistool in de hand. Er scheen iets bizonders
+te zijn gebeurd.
+
+</p>
+<p>La keek even op toen Rob binnenkwam, zei goedenmorgen en las toen weer door. Rob begreep dat hij het beste deed met zich niet
+nieuwsgierig te toonen; hij ging zitten en at met smaak een paar tarwebroodjes, die in hun capsule niet meer dan enkele kubieke
+centimeters ruimte hadden ingenomen, maar na een klein kunstmatig gistingsproces langs electrischen weg ongeveer de grootte
+van een kadetje hadden aangenomen. Daar dit brood van den geheelen tarwekorrel, met omhulsel en al, was gemaakt, bezat het
+bizonder voedzame eigenschappen.
+
+</p>
+<p>Na een tijdje keek La van z&#8217;n boek op, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Waar blijven de anderen toch? Ik kreeg zoo&#8217;n honger dat ik maar vast begonnen ben.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De anderen zijn al lang klaar,&#8221; zei Rob, naar hun gebruikte borden en glazen wijzend. &#8220;Er schijnt iets bizonders aan de hand
+te zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;H&eacute; ja,&#8221; zei de verstrooide La, die dat eerst nu eveneens opmerkte. &#8220;En ons laten ze hier maar zitten. Als er wat ongewoons
+gebeurt, schijn ik er nooit in gekend te worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob moest even glimlachen om de kinderlijke verontwaardiging van La, die hij aan den eenen <span class="pageno">
+[48]
+</span>kant begreep omdat het voor een man van zulke buitengewone verdiensten ongetwijfeld niet aangenaam moest zijn als men hem
+verwaarloosde, maar die hem aan den anderen kant verwonderde omdat men zich hier aan boord zelden of nooit achteruitgezet,
+prikkelbaar of ontevreden toonde. Integendeel had hij de doorloopende goedgehumeurdheid en de onderlinge harmonie van zijn
+gastheeren steeds bewonderd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ga toch eens kijken,&#8221; zei La.
+
+</p>
+<p>Na eenige oogenblikken kwam hij echter terug en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Die Nof staat daar aan de trap met &#8217;t gezicht van een draak, die z&#8217;n schatten bewaart. Hij zegt dat we niet naar boven mogen.
+&#8217;t Is wat moois.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij zal er wel goede redenen voor hebben,&#8221; zei Rob. &#8220;De commandant heeft &#8217;t zeker zoo gelast.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Je geeft me daar een goed lesje, Rob,&#8221; zei La glimlachend. &#8220;En je hebt groot gelijk. Als Li &#8217;t zoo wil, dan zal &#8217;t wel goed
+zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Met deze woorden boog La zich weer over zijn boek, en weldra was hij zoo in zijn lectuur verdiept, dat hij de omgeving vergat.
+
+</p>
+<p>Rob was te nieuwsgierig om stil te zitten. Hij ging naar het raam en keek uit. <span class="corr" title="Bron: En">Er</span> vertoonde zich slechts een klein gedeelte van de omgeving; een groep hooge boomen, waartusschen het luchtschip verborgen
+scheen te liggen, belemmerde het uitzicht. Door op een stoel te gaan staan en zich met een kijker te wapenen, slaagde Rob
+er in zijn gezichtsveld wat te verruimen, en toen bemerkte hij dat zich op enkele honderden meters afstand twee zwarte gestalten
+sluipenderwijze door het hooge struikgewas <span class="pageno">
+[49]
+</span>voortbewogen. Een van die beide mannen scheen hem toe de commandant te zijn, doch hij kon dit niet met zekerheid bepalen.
+Vreemder leek het hem echter, dat zich op een afstand achter hen eenige gedaanten vertoonden, die hij gemakkelijker kon onderscheiden,
+omdat zij klaarblijkelijk voor een deel in &#8217;t rood gekleed waren.
+
+</p>
+<p>Lang tijd om dit schouwspel rustig gade te slaan had Rob niet, want opeens zag hij, dat de roodjassen zich over een breeden
+kring verspreidden, alsof zij de voor hen uit sluipende twee mannen wilden omsingelen. Bij instinct voelde hij duidelijk,
+dat hier gevaar dreigde. Hij kon het niet langer werkeloos aanzien. In enkele seconden had hij zijn gaspistool uit het foudraal
+genomen, den zuurstoftoestel voor den mond gegespt, en was hij de trap opgevlogen. Hij stiet Naf, die hem wilde tegenhouden,
+opzij en snelde de enkele treden af van het laddertje dat tegen den zijwand van het schip was bevestigd. Nof zond hem een
+paar schoten achterna, zich streng aan het consigne houdend, maar Rob bekommerde zich hier niet om, wetend dat de zuurstoftoestel
+hem beschermde. In enkele groote sprongen had hij de roodjassen achterhaald. V&oacute;&oacute;r dezen beseften wat er gebeurde, schoot hij
+er drie neer, en hoewel het geluid van de gasontplofifing bij dit merkwaardig soort pistolen zeer gedempt klonk, waren Li
+en Lo er toch duidelijk genoeg door gewaarschuwd. Ze begrepen nu het gevaar waarin ze verkeerden, snelden op hun schreden
+terug en kwamen Rob te hulp. Binnen weinige oogenblikken lagen ook de drie overige roodjassen bewusteloos.
+<span class="pageno">
+[50]
+</span></p>
+<p>Laconiek als altijd, drukte Li zwijgend Rob&#8217;s hand. Tijd tot veel uitleggingen was er trouwens niet, want nauwelijks had men
+de zes vijanden, die aan hun uniformen als Engelsche marine-soldaten kenbaar bleken te zijn, naast elkaar in &#8217;t gras gelegd,
+in afwachting van wat men later met hen doen zou, of er dreunde van uit zee een kanonschot, weldra door een tweede en een
+derde gevolgd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Naar boord!&#8221; was &#8217;t eenige wat Li zei.
+
+</p>
+<p>Op het schip gekomen, riep hij de bemanning bij elkaar.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het spijt me, den strijd openlijk te moeten beginnen,&#8221; sprak hij. &#8220;Ik had gehoopt dat we onopgemerkt zouden gebleven zijn.
+Maar het kan nu niet anders meer. Op je plaatsen! Mu&#8212;vijftig meter!&#8221;
+
+</p>
+<p>Nauwelijks was dit commando geuit of Naf en Nef stelden zich bij de kanonnen op, terwijl Li met Lo en Rob in het midden van
+het dek bleven staan. La, die, uit zijn lectuur opgeschrikt, met een verbaasd gezicht boven de trap was komen uitkijken, ontving
+het bevel: &#8220;dampkringtoestel; dubbele weerstand,&#8221; en verdween onmiddellijk daarop weer onder het dek.
+
+</p>
+<p>Mu had de stijgkruk omgedraaid, en De Vogel verhief zich pijlsnel in de lucht. Op vijftig meter hoogte gekomen, hield het
+schip stil. Rob zag toen op enkele honderden meters van het strand een reusachtig oorlogsschip liggen, dat de Engelsche vlag
+in top voerde. Hij begreep nu, dat de landing van De Vogel door dit schip was bemerkt, en dat Li reden had om zich niet van
+het eiland te laten <span class="pageno">
+[51]
+</span>verdringen. Wat hier achter stak was hem nog niet duidelijk, doch daar men &#8217;t niet noodig scheen te vinden hem hieromtrent
+in te lichten, deed hij ook geen nieuwsgierige vragen.
+
+</p>
+<p>Li gaf een teeken met de hand, en De Vogel bewoog zich langzaam in de richting van het oorlogsschip. Zou Li met zijn rank
+luchtvaartuig en zijn handvol mannen dat geweldige, zwaarbewapende en duimdik gepantserde zeekasteel willen aanvallen? In
+groote spanning wachtte Rob de komende gebeurtenissen af. Op den eersten indruk afgaande, leek hem een gevecht tusschen twee
+zulke ongelijke tegenstanders eenvoudig onzinnig. Daarentegen boezemde de kalme en besliste houding der luchtvaarders hem
+zulk een vertrouwen in, dat hij geen oogenblik twijfelde of ze zouden niets beginnen, waarvan ze den uitslag niet van te voren
+met zekerheid konden voorspellen. En dat die uitslag in hun voordeel zou zijn, ook dat stond bij Rob al spoedig, tegen alle
+waarschijnlijkheid in, vast.
+
+</p>
+<p>Aan boord van het Engelsche schip had men De Vogel bemerkt. Duidelijk zag Rob, dat de snelvuurkanonnen geladen en gericht
+werden, en ook zag hij een afdeeling marine-soldaten, met geweren bewapend, op het voordek aantreden. Het zware belegeringsgeschut,
+dat tegenover het luchtschip onbruikbaar was, zweeg al eenigen tijd.
+
+</p>
+<p>Rob&#8217;s spanning nam toe. Hoe moest dit afloopen? Wat zou er gebeuren als straks een hagelbui van projectielen losbarstte? Zou
+dan De Vogel niet doorboord worden als een zeef?
+
+</p>
+<p>Hij had nauwelijks tijd gehad deze gedachte ten <span class="pageno">
+[52]
+</span>einde te denken, toen een geweldig, oorverdoovend gekraak de lucht verscheurde. Het leek alsof het oorlogsschip in vuur en
+vlam stond. Een ware sproeiregen van kogels werd op De Vogel afgestuurd.
+
+</p>
+<p>Rob zag Li aan. Deze wenkte Mu met de hand. De Vogel daalde langzaam eenige meters. Het kanon- en geweervuur verdubbelde in
+hevigheid, maar tot Rob&#8217;s grenzenlooze verbazing scheen geen enkel projectiel De Vogel te kunnen bereiken. Het leek wel alsof
+er zich een ondoordringbare sfeer om het luchtschip bevond. De geweldige ijzermassa&#8217;s, door de Engelsche wapenen uitgebraakt,
+bereikten De Vogel klaarblijkelijk niet; ze kwamen tot op enkele meters, en vielen dan, werkeloos, uitgeput, sissend en klaterend
+deels in zee, deels op het oorlogsschip terug.
+
+</p>
+<p>De Vogel was tot ongeveer vijf-en-twintig meter boven den waterspiegel gedaald; Li wenkte, en Mu hield het luchtschip zwevende.
+Toen gaf Li een fluitsignaal, dat schel boven het kanongebulder uitklonk, en Naf en Nef drukten op den electrischen ontstekingsknop
+van een viertal gaskanonnen. Electrisch geladen en afgevuurd, strooiden deze kanonnen binnen enkele minuten tienduizendtallen
+gaspatronen over het oorlogsschip. De uitwerking was verrassend. Na een bombardement van nagenoeg vijf minuten was het kolossale
+vaartuig zoo volledig in een dichten sfeer van verdoovend gas gehuld, dat zich aan boord geen teeken van leven meer bespeuren
+liet. De gansche bemanning lag bewusteloos. Gedurende enkele minuten zag men hier en daar een hoofd boven het dek uitkomen,
+maar ook dit hield spoedig op; het <span class="pageno">
+[53]
+</span>gas drong in alle hoeken en gaten door, en weldra was alles aan boord in diepe rust.
+
+</p>
+<p>Toen kwam er even een glimlach op het strakke, kalme gezicht van Li.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het kasteel van de Schoone Slaapster,&#8221; zei hij tot Rob, die met bewondering opzag tot den man, aan wiens gezag bovenaardsche
+krachten onderworpen schenen te zijn.
+
+</p>
+<p>Nog ongeveer tien minuten bleef men het Engelsche schip waarnemen. Toen Li als vrij zeker kon aannemen, dat er niemand aan
+boord meer wakker was, liet hij De Vogel dalen, en, door Lo en Rob vergezeld, ging hij op het oorlogsschip over.
+
+</p>
+<p>Rob, zeer in z&#8217;n schik met de onderscheiding die de commandant hem verleende, keek aan boord de oogen uit. Welk een reusachtige,
+zwaar bewapende kolos! Hoe was het mogelijk, dat de slanke, luchtige Vogel dat dreigende monster binnen enkele minuten volledig
+had getemd!
+
+</p>
+<p>Li wandelde het geheele schip door, hier en daar een enkelen Engelschman die nog bewoog, met een schot tot rust brengend.
+Ten slotte liet hij in de machinekamer den stoom ontsnappen, en deed hij de ankerkettingen ratelend vallen; ook gaf hij bevel
+de zes soldaten, die nog op het eiland lagen, aan boord te doen brengen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zie zoo,&#8221; sprak, Li, toen allen op De Vogel terug waren, &#8220;voorloopig hebben we rust. Maar toch niet langer dan vier-en-twintig
+uren. Dan zal onzen Engelschen vrienden de maag beginnen te jeuken, en worden ze weer levend. V&oacute;or dien tijd moeten we uit
+de voeten zijn. Ieder weet wat hij te doen <span class="pageno">
+[54]
+</span>heeft; aan het werk dus. Ik zou wel willen, dat Rob even in mijn werkkamer kwam.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen Li de deur van zijn kamer achter hen gesloten had, bood hij Rob een stoel aan en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Je hebt je flink gedragen zooeven. Lo en ik hadden inderdaad niet gemerkt dat ze ons op de hielen zaten. Nu was dat wel niet
+zoo erg, want we hadden een weerstandstoestel bij ons. Maar dat kon jij niet weten, en je daad blijft dus even flink en beslist.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat is dat: een weerstandstoestel?&#8221; vroeg Rob, die sedert zijn komst aan boord een voortdurend vragen-en-antwoorden-spelletje
+speelde, elke gelegenheid aangrijpend om achter de vele wonderen te komen waarmee hij zich omringd zag.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is alweer een van de pracht-uitvindingen van La,&#8221; antwoordde de commandant. &#8220;Het is een toestel, dat de lucht op enkele
+meters om ons heen sterk verdicht, de zwaartekracht z&oacute;o doet toenemen, dat zelfs de snelste projectielen uit aardsche vuurwapenen
+hun kracht verliezen en machteloos terugtuimelen. In het groot bezitten we zulk een toestel onder aan De Vogel, in een uitbouw.
+La is er zoo trotsch op, dat hij het steeds zelf bedient. Op die manier hadden we zoo even zulk een ondoordringbaar verdichte
+luchtsfeer om ons schip, dat er geen schot door kon.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob was eigenlijk een beetje teleurgesteld. Hij had gedacht, dat hij den commandant en Lo van den dood had gered, en nu vernam
+hij, dat zijn tusschenkomst vrijwel overbodig was geweest!
+
+</p>
+<p>Maar Li scheen de teleurstelling op zijn gezicht te lezen. Ten minste hij ging voort:
+<span class="pageno">
+[55]
+</span></p>
+<p>&#8220;Maar nu moet je niet denken, dat ik je niet dankbaar ben voor je optreden. Het bewijst me, dat je geen wrok voelt tegen ons,
+niettegenstaande we je hier zoo lang te logeeren houden. &#8217;t Liefst zou ik je beloonen door je vrij te laten; maar dat kan
+onmogelijk. Ik vertrouw wel op je zwijgen, maar niemand kan weten hoe je tegen je eigen voornemen en wil in, mij ooit zou
+kunnen schaden. Heb dus nog wat geduld; ik zal je geregeld de gelegenheid geven met je familie te correspondeeren. Ik wilde
+je nu echter over wat anders spreken. Om je te bewijzen hoe ik je daad van dezen morgen op prijs stel, zal ik je wat meer
+inwijden in mijn plannen. Misschien zal je dat den lust geven in ons aller belang mee te werken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Je hebt zeker wel begrepen, dat je door een verzuim van La in onze handen bent geraakt. Hij was met een zending naar Amsterdam
+belast, in samenwerking met Nef, die wegens het wetenschappelijk karakter der zending het moeielijk alleen kon doen. Hij liet
+een trommel met belangrijke stukken in het Vondelpark liggen, en jij vondt dien. Toen zat er niets op, dan jou en den trommel
+in te pikken!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu, ik ben niets boos op La, hoor!&#8221; zei Rob. &#8220;&#8217;t Is een goeie man en hij heeft me al heel wat laten zien en onderwezen in
+die paar dagen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, dat doet me genoegen,&#8221; zei Li. &#8220;La heeft er erg &#8217;t land over gehad. En nu hoor ik met pleizier dat jullie samen kunnen
+opschieten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Je hebt gelezen wat er op de monum blaadjes stond, die in den trommel zaten, nietwaar?&#8221;
+<span class="pageno">
+[56]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ja, voor zoover ik &#8217;t begreep,&#8221; antwoordde Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu, kijk dan nog eens hier.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li nam uit een loket in den wand, waarvan hij &#8217;t deurtje deed openspringen door een druk op een verborgen veer, een doos,
+waarin zich een stapel van hetzelfde taaie, onverscheurbare papier bevond, dat Rob indertijd in den trommel had gevonden.
+Li nam er een blaadje uit, en reikte het Rob over. Er stond hetzelfde op wat deze al eens gelezen had:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>Kroonjuweelen <i>&pound;</i> 1000.000
+<br>15 October Green-eiland,
+<br>20 October Dover
+<br>Huur hoek Longmanstreet 2610 en 2612
+<br>Advertenties en aanplakbiljetten.
+</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Met een kleine toelichting is de bedoeling duidelijk,&#8221; zei Li. &#8220;De bedoeling is de in dit stuk vermelde kroonjuweelen, ter
+waarde van 1000.000 pond, en op het oogenblik in &#8217;t bezit van de Engelsche Koninklijke Familie, machtig te worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob keek den spreker verbaasd aan. Met welk doel zou dit moeten gebeuren? dacht hij. Van een gewonen diefstal kon toch bij
+de mannen van De Vogel geen sprake zijn.
+
+</p>
+<p>Maar Li zag zijn verbaasd gezicht, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat klinkt je vreemd, h&egrave;? Misschien neem je me die struikrooversstreek minder kwalijk, als je hoort dat de opbrengst van
+die sieraden dienen zal om de Transvalers van geld te voorzien, opdat ze hun oorlog langer kunnen volhouden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob&#8217;s gezicht helderde op. Dat vond hij een prachtig idee! Zoo zou dus de Engelsche Koning <span class="pageno">
+[57]
+</span>gedwongen worden ook het zijne bij te dragen tot de verbetering van den financi&euml;elen nood bij de Boeren! Nu, zoo&#8217;n poets wilde
+hij dien Engelschen wel mee helpen bakken!
+
+</p>
+<p>&#8220;Daar heb je schik in, h&egrave;?&#8221; vroeg Li. &#8220;Maar vind je eigenlijk niet, dat het niet te pas komt iemand z&#8217;n bezittingen af te
+nemen, al is &#8217;t met een goed doel?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja,&#8221; zei Rob na eenig nadenken, &#8220;dat is eigenlijk niet in den haak. Ik vindt &#8217;t wel prettig als die dappere Boeren eens flink
+van geld worden voorzien, want dat kunnen ze best gebruiken. Maar tegenover den Engelschen Koning blijft &#8217;t toch diefstal.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Goed geredeneerd,&#8221; zei Li. &#8220;Oogenschijnlijk is &#8217;t ook zoo. Maar nu zal ik je eens wat anders vertellen. Van &#8217;t oogenblik,
+dat de Boeren de eerste diamantvelden begonnen te ontginnen, hebben de Engelschen begeerige oogen op dat rijke land geslagen.
+Als ze maar eenigszins kans er toe zagen, staken ze hun neus in de Transvaalsche huishouding. Toen nu de Boeren-Republieken
+onder Engelsche suzereiniteit kwamen, waren er eenige jaren, waarin de oogst zeer slecht uitviel en de Republieken niet in
+staat waren de hooge belastingen op te brengen die het Engelsche Gouvernement van hen vergde. Misschien heb je er wel eens
+van gehoord&#8212;er is ten minste heel wat over gepraat en geschreven&#8212;dat de Engelschen toen beslag legden op een partij zeer mooie,
+groote en zuivere diamanten, die door de Staatsmijnen waren opgeleverd, en in de reservekas der Transvaalsche Republiek berustten.
+Het heette toen, dat men deze diamanten alleen in waarborg nam, dat ze teruggegeven <span class="pageno">
+[58]
+</span>zouden worden zoodra de achterstallige belastingen waren voldaan. De waarheid was echter, dat het Engelsche Gouvernement al
+sedert jaren begeerige oogen op die edelsteen en had geslagen, waarvan de kleinste nog in omvang de beroemde Koh-i-noor overtrof.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nauwelijks waren de kostbaarheden in Engeland, of ze werden in een kroon en een diadeem verwerkt&#8212;dezelfde die Koning Edward
+en zijn Gemalin met het kroningsfeest zijn aangeboden. Dat was op zichzelf al niet in den haak, maar het ergste is, dat de
+Engelschen tot nog toe in gebreke zijn gebleven, het verschuldigde terug te betalen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar hebben de Boeren dan hun achterstallige belasting voldaan?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Die hadden ze vijf jaar geleden al, met den interest, tot den laatsten cent opgebracht. De Engelsche Regeering had zeker
+zulk een stiptheid niet verwacht. Althans, ze zoekt nu al vijf jaren allerlei uitvluchten in die diamanten-zaak. De eene leugen
+stapelt ze op de andere, rakelt verhalen van oude schulden op, die Transvaal nog aan Engeland te voldoen had, kortom tracht
+zich op allerlei manieren van haar verplichtingen te ontdoen. En nu de oorlog is uitgebroken, is er natuurlijk van teruggave
+geen sprake meer. Zoo hebben de Boeren hun belastingen dus dubbel betaald.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is schandelijk!&#8221; zei Rob verontwaardigd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is het,&#8221; zei Li. &#8220;Toen ik achter die geschiedenis kwam, riep ik hetzelfde als jij nu. En het trof me zoo sterk, dat ik
+me er zelfs door liet afleiden van het eigenlijke doel, dat ik mij met mijn geheimzinnige <span class="pageno">
+[59]
+</span>luchtreizen had gesteld, en waarin je ook later, naar ik hoop, zult worden ingewijd. Ik heb me voorgenomen die kroonjuweelen
+machtig te worden, en ze aan de Transvaalsche Regeering terug te geven. Eerst daarna zal ik het eigenlijke doel van mijn onderneming
+weer opvatten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar hoe wil je je daarvan meester maken?&#8221; vroeg Rob nieuwsgierig.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zal je wel merken,&#8221; antwoordde Li. &#8220;Let maar goed op wat er van nu af aan gebeurt. We beginnen al dadelijk, want we moeten
+klaar zijn en vertrekken, eer de Engelschen weer tot bewustzijn gekomen zijn. Dit eiland is een Engelsche bezitting, maar
+de eigenaars kwamen er nooit, omdat het onbewoond is, en niets oplevert. Daarom heb ik er sedert eenigen tijd een bergplaats
+gemaakt, die je straks zien zult. Het is me nu echter gebleken, dat de Engelschen er voor kort een kolenstation hebben gevormd;
+vandaar de onverwachte aanwezigheid van het oorlogsschip. Het was dus in mijn belang, die heeren voorloopig onschadelijk te
+maken.&#8221;
+
+</p>
+<p>Met deze woorden stond Li op, en verzocht Rob hem te volgen; hij zou dan wel nader zien wat er gebeuren ging.
+
+</p>
+<p>Veel dingen waren Rob nu duidelijker geworden, en met belangstelling volgde hij Li, in gespannen verwachting naar de dingen
+die komen zouden.
+
+</p>
+<p>Nadat Naf bij het oorlogsschip op post was gezet en Mu de bewaking van De Vogel was opgedragen, ging Li, gevolgd door de overigen,
+van boord, en sloeg een voetpad in dat naar het midden van het eiland leidde. Daar bevond zich een rotsachtige <span class="pageno">
+[60]
+</span>hoogte van ongeveer vijf-en-twintig meter boven de oppervlakte der zee, vanwaar men het geheele kleine eiland kon overzien,
+dat niet meer dan een kilometer in omtrek mat.
+
+</p>
+<p>Op de hoogte, waar ze zich nu bevonden, stond een vrij dicht boschje van laag hout. Li boog de struiken uiteen, door de anderen
+gevolgd, en stond nu voor een rotsblok, dat schijnbaar den verderen doorgang belemmerde. Het werd met eenige inspanning door
+de mannen opzij geschoven, en nu werd een ongeveer vier meter breede, donkere opening zichtbaar, waarboven de stijlen van
+een ijzeren ladder uitstaken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dit eiland is waarschijnlijk door vulkanische werkingen opgeworpen,&#8221; zei Li tot Rob. &#8220;We staan nu althans voor de opening
+van een sinds lang uitgedoofden krater. We ontdekten die toevallig, en nu hebben we er een bergplaats van gemaakt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Nadat allen hun electrische lantarens hadden ontstoken, daalde men in de duistere opening af. Beneden gekomen, verwijdde de
+trechter zich, en bevond men zich in een kelderachtige ruimte waar allerlei scheepsmateriaal en eenige kisten stonden opgestapeld.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu worden we zee- in plaats van luchtvaarders,&#8221; zei Li.
+
+
+</p>
+<p></p>
+<div class="divFigure">
+<p class="legend"><img border="0" src="images/p060.jpg" alt="Men daalde in de duistere opening af. (pag. 60.)"></p>
+<p class="figureHead">Men daalde in de duistere opening af. (pag. 60.)</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Met vereende krachten werden allerlei voorwerpen naar boven gesleept, waarvan Rob de beteekenis en het gebruik niet dadelijk
+begreep. Toen allen weer uit den krater geklauterd waren en de opening weer met den steen was afgesloten, zag Rob dat de mannen
+uit enkele eenvoudige onderdeelen vlug en handig een wagen ineen zetten, die een groot plat bovenvlak <span class="pageno">
+[61]
+</span>had. Daarop werden de kisten en een massa ander materiaal geladen, en ten slotte werd de wagen naar het strand gereden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo&#8217;n bewaarplaats is wel gemakkelijk, niet waar?&#8221; vroeg Li. &#8220;Toen ik ze ontdekte, was dat door een bizonder toeval. We hadden
+bij Green-eiland overnacht, toen we bij het aanbreken van den morgen&#8212;&#8217;t was stormachtig weer&#8212;een stoomjacht onder Engelsche
+vlag met de branding zagen worstelen. Dadelijk schoten we te hulp, maar te laat om redding te brengen. We zagen slechts hoe
+twee mannen al zwemmende het land trachtten te bereiken; de een werd tegen de klippen verpletterd, de ander bereikte den wal,
+doch overleed eenige uren later aan de bekomen wonden. Het bleek al gauw uit de papieren, die we aan boord vonden, dat we
+hier te doen hadden met den Engelschen ontdekker James Lane, over wien verleden jaar in de kranten zoo veel te doen was. Lane
+was een zonderling; een wel handig en zelfs geleerd man, doch die de buitensporigste plannen op touw zetten, welke telkens
+mislukten, hoeveel moeite en kosten hij er ook aan besteed had. Zijn laatste onderneming was een reis naar de Zuidpool, in
+een door hemzelf geconstrueerd stoomjacht. Hij vertrok onder veel belangstelling en zelfs uitgeleid door vertegenwoordigers
+van den tegenwoordigen Koning, die zich voor den avontuurlijken man intresseerde. Sedert hoorde men niets meer van hem; hoe
+het met hem gegaan is, heb je zoo even gehoord. Zijn bemanning had hij onderweg in een Fransche haven aan wal moeten zetten,
+daar ze hem beschuldigde van roekelooze waaghalzerij en <span class="pageno">
+[62]
+</span>bevreesd werden voor hun toekomst. Hij zette toen koppig de reis voort, slechts door zijn secretaris trouw gebleven. Het resultaat
+weet je.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En heb je toen zijn jacht bewaard?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zooals je ziet,&#8221; zei Li, op de overigen wijzend, die intusschen bezig waren het vaartuig ineen te zetten. &#8220;Bij onderzoek
+van het jacht bleek dit zeer vernuftig gebouwd te zijn, namelijk met uitneembare onderdeelen. Ook was het door een geniale
+constructie zoo ingericht, dat het zelfs door de zwaarste zee&euml;n niet omgeworpen kon worden. La maakte het voor electrische
+drijfkracht gereed, zoodat het veel eenvoudiger te besturen is. We deden er reeds een proefvaart mee, en zullen &#8217;t nu voor
+de eerste maal voor een grootere reis gebruiken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Heeft men nooit getracht Lane op te sporen?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Jawel; het Britsch Aardrijkskundig Genootschap, door de Regeering gesteund, rustte een expeditie uit, toen de berichten van
+Lane ophielden. Zonder eenig resultaat natuurlijk. Overigens was Lane een zonderling, eenzelvig man, die kind noch kraai op
+de wereld bezat, zoodat ten slotte niemand zich meer om zijn lot bekommerde. Het moet wel een eigenaardige gewaarwording zijn
+als men hem nu in eens te Londen terug ziet.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob keek Li verwonderd aan. Daar begreep hij nu niets van.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ben je daar verbaasd over?&#8221; glimlachte Li. &#8220;Als we straks aan boord zijn, zal je Lane zien. Wacht maar.&#8221;
+
+</p>
+<p>Na ongeveer twee uren gewerkt te hebben, had <span class="pageno">
+[63]
+</span>men het jacht gereed. Er was nu nog eenige tijd noodig om de benoodigde levensmiddelen en vele andere onmisbare artikelen
+uit De Vogel in het jacht over te laden, doch eer de avond viel was men gereed te vertrekken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ziezoo,&#8221; zei Li, toen allen aan boord waren. &#8220;Nu zal ik mijn geweten geruststellen en het jacht met toebehooren aan de Engelsche
+Regeering afleveren, ofschoon het de vraag is of het mij als strandvonder niet rechtens toekomt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen het donker inviel, en het oorlogsschip met zijn slapende bemanning nog slechts als een reusachtige, logge, zwarte massa
+zichtbaar was, koos het jacht, de &#8220;Lane&#8221; genaamd, zee. Op eenigen bovenwaartschen afstand volgde De Vogel, alleen met Mu bemand.
+
+</p>
+<p>Men zat er gezellig bijeen in het rooksalon, behalve Naf, die zich in de stuurkamer bevond, en Li die naar de commandantshut
+was gegaan, toen Rob&#8217;s oog op een groot, uitvoerig geschilderd portret viel, op welks lijst geschreven stond: &#8220;James Lane.&#8221;
+Hij wilde er heen gaan om het eens van dichterbij te bekijken, toen de deur geopend werd, en een man binnentrad, die als van
+het schilderij weggeloopen scheen.
+
+</p>
+<p>&#8220;James Lane!&#8221; riep Rob onwillekeurig uit.
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist!&#8221; zei vroolijk de binnenkomende&#8212;en Rob herkende Li&#8217;s stem&#8212;&#8220;lijkt &#8217;t niet sprekend?&#8221;
+
+</p>
+<p>De vermomming was inderdaad treffend. Li had in zijn uiterlijk volkomen de figuur van Lane nagebootst; alleen was zijn gezicht
+wat gebruinder, waren zijn haren wat grijzer.
+<span class="pageno">
+[64]
+</span></p>
+<p>&#8220;Nog vijf dagen,&#8221; zei Li, &#8220;en Lane komt in Engeland terug. Nu, Rob, denk je niet dat ze den grooten ontdekkingsreiziger, die
+zooeven van de Zuidpool terugkeert, met pracht en praal, en zelfs aan het Hof zullen ontvangen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Nu begreep Rob, van welke toevallige omstandigheden Li gebruik wilde maken om zich toegang te verschaffen tot de onmiddellijke
+omgeving van den Koning. Het plan leek hem gewaagd, maar hij twijfelde niet of Li zou het met zijn gewone zekerheid en behendigheid
+tot een goede uitvoering brengen.
+
+</p>
+<p>Nadat men nog eenigen tijd Li&#8217;s vermomming bewonderd had, ging deze zich weer daarvan ontdoen, en kwam weldra terug om nog
+een paar gezellige uren in den kring der kameraden door te brengen. Rob voelde zich nu geheel thuis; hij bemerkte met genoegen
+dat allen hem als een der hunnen behandelden, zijn oordeel vroegen, hem in vertrouwen namen, kortom hem zoo zeer op zijn gemak
+zetten, dat hij dankbaar was goede en vriendelijke menschen te hebben ontmoet.
+
+</p>
+<p>Het ontbrak gedurende de eentonige zeereis niet aan afwisseling. Men hield zich aan boord met muziek en lectuur bezig, Rob&#8217;s
+lessen bij La gingen geregeld door, en de gezellige gesprekken des avonds aan en na tafel waren voor Rob even aangenaam als
+leerrijk. Het viel hem op, hoe allen hun best deden om vriendelijk en goedgehumeurd tegenover elkander te zijn, hoe men zich
+beijverde om het gesprek nooit te doen verwateren in alledaagsche praatjes, maar &#8217;t altijd daarheen te leiden, dat de een
+steeds van den ander iets leerde. Vaak was men <span class="pageno">
+[65]
+</span>het ook over &#8217;t een of ander onderwerp oneens, maar hoe levendig de discussie ook werd, altijd bleef de toon hoffelijk en
+opgewekt, en men eindigde onveranderlijk met elkaars gevoelens nog meer te waardeeren dan te voren, ook al was men niet tot
+overeenstemming kunnen komen. Li bezat een bewonderenswaardigen tact om zulke discussies te leiden, en zoo noodig ook tijdig
+te doen eindigen.
+
+</p>
+<p>Gedurende de reis was Rob herhaaldelijk in de gelegenheid den marconi-toestel in werking te zien, die door La bediend werd.
+Deze deelde hem nu mee, dat Nof niet alleen met het overbrengen van het briefje aan Rob&#8217;s ouders belast was, maar ook eenige
+toebereidselen moest treffen in Londen en in Dover, waar men landen zou. Vandaar zond hij telkens draadlooze telegrammen naar
+het jacht. Ook met De Vogel, die nu zoo hoog gestegen was, dat hij zonder kijker niet meer was waar te nemen, werden nu en
+dan marconigrammen gewisseld.
+
+</p>
+<p>Den 24<sup>en</sup> October, den dag v&oacute;or men zou landen, liet Li Rob in de commandantshut komen, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal je nu enkele dingen vertellen, die je noodig hebt te weten, omdat ze je misschien te pas kunnen komen. Ten eerste
+dan, moet je weten, dat we in Londen met ongeduld verwacht worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Weten ze daar dan al dat je komt?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeker! Nof is vooruitgegaan als mijn particulier secretaris, of liever als die van Lane. Hij is over land gekomen, naar &#8217;t
+heet, en heeft al zalen in Londen afgehuurd, en contracten met impressario&#8217;s afgesloten, ten doel hebbende de lezingen van
+den <span class="pageno">
+[66]
+</span>ontdekkingsreiziger Lane voor te bereiden, welke deze over zijn Zuidpooltocht zal houden. Dagelijks heb ik hem berichten geseind,
+welke hij in de groote bladen heeft doen opnemen, en het publiek is al zoo opgezweept, dat zich offici&euml;ele comit&eacute;&#8217;s van ontvangst
+hebben gevormd en de Koning zijn verlangen te kennen heeft gegeven den ontdekkingsreiziger te ontmoeten. Heel Dover en Londen
+zijn door <span class="corr" title="Bron: Nof&#8217;s">Nofs</span> zorg met groote, gekleurde aanplakbiljetten beplakt, waarop mijn, of liever Lane&#8217;s, welgelijkend portret is afgebeeld. Men
+draagt al Lane-dassen, drinkt Lane-limonade, rookt Lane-sigaren. Het Britsch Aardrijkskundig Genootschap zal ons een groot
+feestmaal aanbieden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob zag het eene wonder zich al weer op het andere stapelen. Dat zou intressant worden. Als hij er nu maar bij kon zijn!
+
+</p>
+<p>&#8220;En hoe gaat het nu met ons allemaal?&#8221; vroeg hij. &#8220;Wat stellen wij voor?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, daar jullie allemaal Hollanders zijn, stel je Hollandsche ingenieurs en oud-zeeofficieren voor, die ik voor mijn reis
+heb aangeworven nadat mijn scheepsvolk was weggeloopen. Dat klinkt voornaam; voor matrozen zouden jullie er trouwens niet
+zeebonk-achtig genoeg uitzien. En jij zult fungeeren als mijn adjudant; dan kan je me overal volgen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is heerlijk!&#8221; juichte Rob. &#8220;Dan kom ik dus ook bij den Koning! En hoe krijg je nu de diamanten?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Geduld! dat zal je wel zien,&#8221; lachte Li. &#8220;Voorloopig moet je maar precies doen wat ik zeg, en op de vragen, die men je mocht
+stellen, voorzichtige antwoorden geven.&#8221;
+<span class="pageno">
+[67]
+</span></p>
+<p>Rob kon dien nacht bijna niet slapen van opwinding bij de gedachte aan de avontuurlijke dingen die voor de deur stonden. Hoe
+zou Li het wel aanleggen? Zou het lukken? Was het eigenlijk niet een gevaarlijke onderneming, en wat zou hun lot worden als
+de list eens ontdekt werd? Al dergelijke vragen bestormden Rob en hielden hem wakker, maar ten slotte herkreeg zijn blind
+vertrouwen in Li, die zoo zeker van zijn zaak was, en geen oogenblik scheen te aarzelen, de overhand, en hij sliep gerust
+in.
+
+</p>
+<p>De zee was dien nacht, evenals trouwens gedurende de heele reis, zeer kalm, en de vernuftige inrichting van het jacht maakte
+dat het bijna niet slingerde. Rob had dan ook geen oogenblik last van zeeziekte gehad, en hij sliep dien nacht zoo rustig,
+dat hij den volgenden morgen eerst na vijf minuten het geweldig kanongebulder hoorde, waarmee het jacht, de Engelsche vlag
+in top voerend, begroet werd door de ter reede van Dover liggende oorlogsbodems. Snel stond hij op, kleedde zich vlug aan
+en liep naar het dek, dat door een prachtige herfstzon vroolijk beschenen werd.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[68]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e1142"></a></p>
+<h1 class="label">Zesde Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Rob komt in Londen.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De ontvangst te Dover.&#8212;De aankomst in Londen.&#8212;Het huis in Longmanstreet.&#8212;Li&#8217;s eerste lezing over een nooit gemaakte Zuidpoolreis.&#8212;Alle
+Londensche heeren wenschen zich een poolmeisje tot vrouw.&#8212;Het diner van het Aardrijkskundig Genootschap.&#8212;Rob drinkt thee met
+den Koning.&#8212;De kroonjuweelen.
+</p>
+</div>
+<p>Nauwelijks was Rob op het dek, of hij hoorde boven het kanongedonder uit de muziek van een groot aantal muziekkorpsen, die
+aan de kade waren opgesteld, en die onophoudelijk het Engelsche volkslied speelden. Alle huizen in den omtrek waren versierd
+en bevlagd; alle schepen waren met tallooze kleine vlaggetjes opgetuigd en de in het want staande matrozen joelden. Het was
+een leven dat hooren en zien hem verging.
+
+</p>
+<p>Nauwelijks had Lo den jongen in &#8217;t oog gekregen of hij duwde hem aan een arm de kajuitstrap af, en fluisterde hem haastig
+toe:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ga je vlug verkleeden, er ligt een pak voor je in de rookzaal.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zoo gauw hij kon, trok Rob het mooie, zwarte <span class="pageno">
+[69]
+</span>pak aan, dat hij vond liggen, en waarin hij er zooveel deftiger en ouder uitzag dan te voren, dat hij den spiegel, die hem
+vertelde dat hij nu zijn eerste gekleede jas aanhad, bijna niet gelooven kon. Toen hij weer naar het dek was gesneld, vond
+hij daar Li-Lane eveneens stemmig in &#8217;t zwart gekleed, en de overigen in reistoiletten van allerlei kleuren.
+
+</p>
+<p>V&oacute;or hij daarover zijn verbazing te kennen had kunnen geven, wees Li hem op een stoomsloep, die, met muziek aan boord, snel
+het jacht naderde.
+
+</p>
+<p>De sloep kwam op zij, en een deftig heer, in groot ornaat en met een gouden keten om den hals, beklom de scheepstrap. Boven
+gekomen, trad hij met uitgestrekte handen op Li toe, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Mister Lane, als burgemeester van Dover, en daartoe door Z.M. den Koning uitgenoodigd, heet ik u welkom op Engelschen bodem.
+Het heeft Z.M. behaagd een koninklijken salon-trein tot uw beschikking te stellen, die u onmiddellijk naar Londen zal voeren.
+Het spijt de burgerij van Dover, dat zij den grooten ontdekkingsreiziger niet eenigen tijd in haar midden zal mogen behouden,
+doch zij heeft vernomen dat u reeds een woning in Londen gehuurd hebt, en zeer verlangend zijt daar de rust te genieten, die
+gij na de ontberingen van uw reis zoo ruimschoots hebt verdiend. Het is mij een eer en een voorrecht, u uit naam van den Koning,
+welkom te heeten op den vaderlandschen grond.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li, die deze toespraak met een vriendelijken glimlach en overigens zonder een spier te vertrekken had aangehoord, dankte nu
+den mayor met een sierlijke, in onberispelijk Engelsch uitgesproken rede. <span class="pageno">
+[70]
+</span>Toen hij zweeg, werd op de stoomsloep een vlaggetje geheschen, en dadelijk daarna brak de muziek en het gebulder van het geschut
+weer los.
+
+</p>
+<p>Li en de zijnen werden nu uitgenoodigd den burgemeester naar den wal te volgen, waar ze eenige versierde open rijtuigen vonden
+gereedstaan, die hen onder het gejuich der menigte naar het station brachten. Li groette en boog naar alle zijden, met de
+rust en het gemak van iemand, die zooveel groote emoties heeft meegemaakt, dat een huldebetoon als dit hem niet meer overweldigen
+kan. Li had met den burgemeester, Lo en Rob in het voorste rijtuig plaats genomen en deed den mayor een verhaal van een wonderbaarlijke
+redding uit de handen van zuidpoolsche wilden, die hij aan het cordate optreden van Rob te danken had, en waaraan het toe
+te schrijven was dat hij Rob steeds in zijn onmiddellijke nabijheid wilde zien.
+
+</p>
+<p>&#8220;Had deze jonge man mij het leven niet gered,&#8221; zoo besloot hij zijn verhaal, &#8220;dan zou ik niet in staat geweest zijn de wetenschap
+met mijn nederige diensten ter zijde te staan.&#8221;
+
+</p>
+<p>De burgemeester vond hierin aanleiding Rob eenige waardeerende woorden te zeggen, die deze met een verlegen buiging beantwoordde.
+
+</p>
+<p>Onder het gewuif en gejuich der dicht opeen gepakte menschenmassa zette de trein zich in beweging, en daar de reis ook door
+eenige autoriteiten werd meegemaakt, was men voortdurend verplicht zich te laten complimenteeren en de rol van beroemde mannen
+te spelen.
+
+</p>
+<p>Aan de stations, waar opgehouden werd, en men <span class="pageno">
+[71]
+</span>toespraken moest aanhooren van burgemeesters en presidenten van corporaties, die met haar banieren op het perron stonden,
+kocht Lo eenige kranten, waarin ze allerlei berichten over zichzelf vonden, die niet weinig vermakelijk waren om te lezen.
+
+</p>
+<p>In Londen aangekomen, speelde zich het Doversche programma nogmaals af. Muziek, toespraken, gejuich, kanongebulder. Door de
+drukke straten, die zwart waren van de menschen, reed men in open rijtuigen naar de Longmanstreet, waar twee kolossale huizen
+voor Lane en zijn gezelschap waren gehuurd.
+
+</p>
+<p>Nog verscheiden malen moesten de reizigers zich op het balkon aan de geestdriftige menigte vertoonen, die zich niet verstrooide
+dan nadat Lane een toespraak had gehouden. En ook daarna werd het niet rustig, want den geheelen dag regende het bloemen,
+invitaties en telegrammen van gelukwensching. Maar vooral werd Li bestormd door verslaggevers van kranten, die hij allervriendelijkst
+te woord stond, alle inlichtingen gevend die ze wenschten, en door wie hij zich ontelbare malen in allerlei houdingen liet
+kieken.
+
+</p>
+<p>Eindelijk tegen den avond, ook doordat Li in de kranten had doen plaatsen, dat hij de eerstvolgende dagen gaarne met rust
+zou gelaten worden, werd het wat stiller, en zat men gezellig bijeen, hartelijk lachend om de vermakelijke avonturen van dien
+dag.
+
+</p>
+<p>Werkelijk vermoeid door de snelle reis en al het eerbetoon, ging men vroeg naar bed. Naf had uitstekend gezorgd; het geheele
+huis was uitstekend gemeubileerd en van alles voorzien wat men maar wenschen kon, en Rob merkte wel dat Li op de een of andere
+manier over onuitputtelijke geldmiddelen beschikte.
+<span class="pageno">
+[72]
+</span></p>
+<p>Toen Rob naar zijn kamer ging en het venster wilde sluiten, hoorde hij beneden op straat wapengekletter. Hij keek naar buiten,
+en zag dat een compagnie garde-grenadiers een eerewacht had betrokken, en dat twee reusachtige schildwachts met statige passen
+voor het huis heen en weer liepen.
+
+</p>
+<p>Den volgenden dag bleef men rustig thuis. Li zat aan zijn schrijftafel, snuffelde in dikke boeken en schreef vele vellen papier
+vol. Tegen den avond vernam Rob, dat Li een lezing zou houden voor twintigduizend menschen in de groote concertzaal van het
+Koninklijk Conservatorium. Hij stelde zich veel van die lezing voor, benieuwd wat Li zijn hoorders zou opdisschen, maar toen
+men den avond daarop in open rijtuigen naar het Conservatorium was gereden en Li het podium had bestegen, stond Rob versteld
+van de kalmte en de schijnbare kennis van zaken, waarmee Li zijn Poolreis verhaalde. Na een beschrijving gegeven te hebben
+van zijn ondervindingen en ontberingen gedurende de reis er heen, stond hij uitvoerig stil bij de bizonderheden die de Pool
+zelf betroffen. Hij schilderde die als een vrij uitgestrekte, zeer bewoonbare streek, waar niet, zooals men dikwijls verondersteld
+had, het opeengehoopte ijs allen plantengroei en het dierlijk leven onmogelijk maakte, maar waar integendeel weelderige bosschen
+en een zeer intelligente bevolking gevonden waren, welke laatsten de koene ontdekkers vriendelijk ontvangen had, hoewel zeer
+verbaasd, dat er buiten hen zelven nog andere wezens op aarde bestonden die er ongeveer als zij uitzagen. De bewoonbaarheid
+en den plantengroei verklaarde Li hierdoor, dat de <span class="pageno">
+[73]
+</span>warmte, ontstaan door de wrijving van de aarde om de aardas, groot genoeg was om het ijs over een groote uitgestrektheid te
+ontdooien. Toen Li vertelde dat de Poolbewoners hoogstwaarschijnlijk afstamden van de leden eener sinds onheugelijke tijden
+daar aangekomen, doch door de buitenwereld verloren gewaande expeditie, en dat deze expeditie een Engelsche moest geweest
+zijn, aangezien de heerschende taal een wel is waar verbasterde ofschoon nog zeer begrijpelijke vorm van het Engelsch bleek
+te zijn&#8212;toen Li dit vertelde, barstte er onder het gevleide publiek zulk een daverende storm van toejuichingen uit, dat er
+volle twintig minuten noodig waren eer het publiek gekalmeerd was en Li zijn rede kon voortzetten. Na eenige wetenschappelijke
+verhandelingen ten beste te hebben gegeven omtrent de aswenteling der aarde, besloot Li zijn met gespannen aandacht gevolgde
+lezing door een geestdriftige schildering van de Zuidpoolsche vrouwen te geven. In haar was naar zijn zeggen schoonheid en
+lieftalligheid harmonisch vereenigd. Aan de Zuidpool kwamen geen ongelukkige huwelijken voor; wie met een Zuidpoolsche trouwde,
+kon verzekerd zijn van een duurzaam geluk. Deze met gloed en geest uitgesproken slottirade bracht het publiek opnieuw in verrukking,
+en nog dienzelfden avond wist een verrukt jongmensch zevenduizend handteekeningen van trouwlustige lotgenooten te verzamelen
+voor het stichten van een &#8220;South-Polar-women-import-fund.&#8221; Den volgenden dag sprak heel Londen over de plotseling beroemd
+geworden Zuidpoolschen, en gedurende vele weken werden ze in alle caf&eacute;-concerts in woord en kleedij geprezen <span class="pageno">
+[74]
+</span>en nagebootst aan de hand van de uitvoerige beschrijving, die Li van haar uiterlijk had gegeven.
+
+</p>
+<p>Den 29<sup>en</sup> October had het groote diner plaats, door het Aardrijkskundig Genootschap aangeboden. Rob zat op een eereplaats, links van
+de echtgenoote van den secretaris, en rechts van de vrouw van den president, die aan de zijde van Li was gezeten. Het diner,
+dat eindigde met de aanbieding van het buitengewoon eerelidmaatschap aan den ontdekker James Lane, kenmerkte zich door het
+overgroote aantal speechen, die Li met onvermoeibaren ijver beantwoordde, daarbij een kennis van zaken ten toon spreidend,
+waarvan Rob nu en dan verstomd stond.
+
+</p>
+<p>De 1<sup>e</sup> November eindelijk was bestemd voor de soiree ten Hove. Alle bewoners van De Vogel, Rob incluis, staken zich voor die gelegenheid
+in rok, en Li gaf zijn metgezellen, vooral den jongsten, voor het vertrek nog de noodige goede lessen met betrekking tot de
+talrijke voorschriften, waaraan zij zich aan het ceremoni&euml;ele Engelsche Hof hadden te houden.
+
+</p>
+<p>Om klokslag negen uur kondigde de Chambellan met luider stem de komst aan van Sir James Lane en gezelschap, welke betiteling
+Li er op wees, dat het den Koning behaagd had den grooten ontdekkingsreiziger een onderscheiding te verleenen, waarvoor Li
+Zijne Majesteit nog niet had bedankt, toen deze zijn vorstelijke mildheid nog verder uitstrekte door zijn beroemden onderdaan
+dadelijk na de begroeting met de versierselen van het commandeurskruis der Bath-orde te omhangen.
+
+</p>
+<p>Terwijl de gasten zich al pratend door de ruime <span class="pageno">
+[75]
+</span>zalen bewogen, onderhield de Koning zich zeer vriendelijk met Li en Rob. Zijne Majesteit deed allerlei vragen, die duidelijk
+blijk gaven van zijn belezenheid over het onderwerp, een belezenheid van vermoedelijk jongen datum. Li gaf uitgebreide, wetenschappelijk
+getinte antwoordden, en vooral de beschrijving der Zuidpoolsche dames intresseerde den Koning zeer. Toen Li vertelde, dat
+hij aan de Pool ook uitgebreide diamantvelden had ontdekt, die nog onontgonnen lagen en bestemd waren kolossale schatten op
+te leveren, begonnen de oogen van den Vorst te schitteren. Merkwaardig was het, dat &#8217;t woord &#8220;diamant&#8221; nauwelijks was uitgesproken,
+of een lang, correct-gerokt heer, met een monocle in &#8217;t oog en een orchidee in &#8217;t knoopsgat, die een minuut geleden nog aan
+&#8217;t andere einde der zaal had gestaan, mengde zich in &#8217;t gesprek, al pratend eenige aanteekeningen in zijn notitieboekje makend.
+Deze heer werd voorgesteld als Zijner Majesteits Minister van Koloni&euml;n.
+
+</p>
+<p>Toen het gesprek eenmaal op diamanten was gekomen, wist Li door een handige overgang ook de kroonjuweelen in de conversatie
+te mengen, en hij vroeg, of de edelgesteenten, die den Koning en de Koningin bij de kroning waren aangeboden, werkelijk van
+een zoo verbazenden omvang waren als de dagbladen, waarin hij de beschrijving had gelezen, vermeld hadden.
+
+</p>
+<p>In antwoord hierop gaf de Koning een geestdriftige beschrijving van de kroon en den diadeem, die, naar hij zeide, in een zeer
+kunstig uit hout gesneden kastje werden bewaard, dat steeds zorgvuldig in een brandkast stond gesloten. De brandkast bevond
+zich in &#8217;s Konings slaapvertrek, en was van een hoogst vernuftige <span class="pageno">
+[76]
+</span>sluiting voorzien, waarvan het geheim alleen aan hem zelf bekend was.
+
+</p>
+<p>Li deed nog eenige belangstellende vragen, en haalde intusschen al pratend een marokijn leeren &eacute;tui uit den zak, waarin zich
+eenige prachtige groote steenen bevonden, welke hij zich veroorloofde den Koning als een souvenir aan de reis aan te bieden.
+Zijne Majesteit was verrukt over de helderheid en het slijpsel der steenen, die volgens Li door hem zelf aan de Pool waren
+gedolven, en het behaagde hem het geschenk welwillend te aanvaarden. Toch kon hij, met een kennersblik de juweelen monsterend,
+de opmerking niet weerhouden, dat de kroondiamanten nog grooter van omvang waren.
+
+</p>
+<p>Nu gaf Li luide zijn verbazing te kennen. Dat er steenen zouden bestaan, grooter nog dan die, welke het Zijne Majesteit behaagd
+had als een nederige hulde van een zijner meest getrouwe onderdanen aan te nemen, kwam hem verwonderlijk voor, en hij waagde
+het zelfs op zeer bescheiden wijze de mogelijkheid te opperen, dat de Koning zich vergiste.
+
+</p>
+<p>Zijne Majesteit, een-en-al welwillendheid, bood den ontdekkingsreiziger nu aan, zich persoonlijk te gaan overtuigen van de
+pracht der kroonjuweelen, die door deskundigen op minstens een millioen pond waarde werden geschat, en Li toonde zich verrukt
+over dit gunstbewijs. Door enkele ministers en andere hoogwaardigheidsbekleeders vergezeld, ging men nu naar het slaapvertrek,
+waar zich dicht naast het praalbed een sierlijk geornamenteerde brandkast bevond, die door den Koning met enkele onmogelijk
+<span class="pageno">
+[77]
+</span>te volgen handgrepen werd geopend. Daarna drukte Zijne Majesteit op een veer, en er schoof een kunstig bewerkt houten koffertje
+te voorschijn, waarvan het deksel zich, eveneens door een druk op een verborgen veer, opende. Nu lagen, achter glas opgesteld,
+de kroondiamanten in schitterende pracht voor de bewonderende oogen der toeschouwers. Het electrisch licht tooverde de heerlijkste
+kleurfonkelingen in de geslepen vakken, en allen waren het er over eens, dat nergens ter wereld de weerga van zulk een pracht
+gevonden kon worden.
+
+</p>
+<p>Alleen Li scheen meer in bewondering voor het koffertje dan voor de diamanten verdiept te zijn, en vroeg ten laatste:
+
+</p>
+<p>&#8220;Is dit van Indisch maaksel?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist,&#8221; antwoordde de Koning. &#8220;Het is een voortbrengsel van Britsch-Indische houtsnijkunst, en een geschenk van den Emir
+van Paschuda ter gelegenheid onzer Kroning.&#8221;
+
+</p>
+<p>Nadat het gezelschap weer in de zaal teruggekeerd was, liep het gesprek nog eenigen tijd over het koffertje. Li gaf zijn groote
+belangstelling te kennen voor dergelijke industrie in &#8217;t algemeen, en vertelde dat hij op zijn reizen zooveel merkwaardige
+voorwerpen van handenarbeid en gebruikskunst had verzameld, dat hij &#8217;t de moeite loonend vond een vergelijkende studie van
+zuidelijke inlandsche industrie te gaan schrijven. Zelfs had hij al eenige bladzijden voor dat boek op schrift gebracht, met
+het plan het van talrijke illustraties te voorzien. Daartoe wilde hij vooreerst fotografische opnamen maken van de voorwerpen
+uit zijn eigen collectie, maar ook zou hij <span class="pageno">
+[78]
+</span>een dankbaar gebruik maken van al wat museums en particuliere verzamelaars hem konden en wilden bieden.
+
+</p>
+<p>Zijne Majesteit, die het er op gezet scheen te hebben den gast met gunstbewijzen te overladen, gaf onmiddellijk te kennen,
+dat hij de eerste wilde zijn die hem in dit schoone werk ter zijde stond, en bood Li het Indische kistje in bruikleen aan.
+De juweelen konden zoo lang in de brandkast liggen, en wanneer Li beloofde dat hij het koffertje met de grootste omzichtigheid
+zou behandelen en het niet langer aan zijn bestemming onttrekken dan voor de beschrijving en het doen van opnamen strikt noodig
+was&#8212;in elk geval niet meer dan tweemaal vier-en-twintig uur&#8212;dan was er tegen het in leen geven geen enkel bezwaar.
+
+</p>
+<p>Li stribbelde nog wat tegen, sprak van de te groote eer die hem bewezen werd, meende dat hij het aanbod niet mocht aannemen&#8212;doch
+eindigde met er een dankbaar gebruik van te maken.
+
+</p>
+<p>En zoo werd dan besloten, dat het koffertje den volgenden morgen onder militair geleide in Li&#8217;s hotel zou gebracht worden.
+
+</p>
+<p>Het was inmiddels vrij laat geworden. Zijne Majesteit trok zich in zijn appartementen terug; de rijtuigen der gasten werden
+afgeroepen, en ook Li met gezelschap reed in hofkoetsen naar Longmanstreet.
+
+</p>
+<p>Daar aangekomen, zat men nog enkele oogenblikken gezellig bijeen. Li was klaarblijkelijk zeer ingenomen met den gang van zaken,
+en zei vroolijk tot Rob:
+
+</p>
+<p>&#8220;Het halve werk is gedaan!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar ik dacht,&#8221; zei Rob, &#8220;dat je het koffertje <i>zonder</i> de diamanten te leen kreeg!&#8221;
+<span class="pageno">
+[79]
+</span></p>
+<p>&#8220;Natuurlijk, beste jongen!&#8221; lachte Li, &#8220;maar ik had ook geen oogenblik gedacht dat ik de diamanten er bij zou krijgen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar hoe wil je dan...&#8221; begon Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Geduld maar! Je zult &#8217;t wel zien, hoe &#8217;t nu verder gaat. Nu komt onze geleerde La in actie.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Electriciteit overwint alles!&#8221; antwoordde deze raadselachtig.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben erg benieuwd,&#8221; zei Rob. &#8220;Maar vertel eens, Li, hoe kwam je aan dien prachtigen diamant? en was &#8217;t eigenlijk niet zonde
+om dien weg te geven?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Niet erg,&#8221; zei Li leuk. &#8220;Kijk onze alchimist eens lachen&#8212;&#8217;t is alweer La, die er achter zit. Die fabriceert in z&#8217;n vrijen
+tijd valsche diamanten&#8212;van koolstof onder electrischen druk&#8212;en je ziet dat z&#8217;n uitvinding ons al goed te pas is gekomen!&#8221;
+
+
+
+<span class="pageno">
+[80]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e1270"></a></p>
+<h1 class="label">Zevende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Li steelt de kroonjuweelen.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Li krijgt het koffertje te leen.&#8212;La verricht nieuwe wonderen.&#8212;De Koning ontvangt een splinternieuw koffertje.&#8212;Hoe hij beetgenomen
+werd.&#8212;De kroonjuweelen zijn gestolen!&#8212;Het verhaal van de diefachtige poes.&#8212;Li heeft de diamanten te pakken.&#8212;De groote ontdekkingsreiziger
+steekt met zijn jacht van wal.&#8212;Terug op De Vogel.&#8212;De reis naar Transvaal.&#8212;Hoe het met de diamanten afliep.
+</p>
+</div>
+<p>De volgende dagen waren weer gewijd aan lezingen, offici&euml;ele bezoeken, feestmaaltijden, waaraan geen einde scheen te komen.
+Li en zijn metgezellen schenen wel van ijzer te zijn, zoo onvermoeid namen ze aan al die dingen deel, maar Rob werd het nu
+en dan te machtig, en Li zorgde er dan ook menigmaal voor dat hij tijdig naar bed ging en er voor zijn afwezigheid bij het
+een of ander feest een geldige reden werd gevonden.
+
+</p>
+<p>Den 3<sup>en</sup> November werd er aan het hotel in Longmanstreet een kabinetschrijven van den Koning bezorgd, inhoudende dat dienzelfden middag
+door een officier van de Householdguards, onder geleide van <span class="pageno">
+[81]
+</span>zes manschappen het koffertje zou bezorgd worden, waarin de beroemde edelsteenen bewaard werden. Toen Li den brief las, glimlachte
+hij zwijgend. Rob verbaasde zich wat Li met dat kistje doen zou, maar zweeg eveneens en wachtte af.
+
+</p>
+<p>Des middags werd het kostbare voorwerp gebracht. Li gaf het onmiddellijk aan La over, en nu begaven allen zich in een vertrek,
+waarvan Rob het bestaan nog niet wist, en waar voor La een geheel laboratorium bleek te zijn ingericht, en wel door Nof, die
+met zijn vliegmachine des nachts al de benoodigde instrumenten naar binnen had gebracht.
+
+</p>
+<p>La zette zich aan het werk. Hij maakte een vorm van het zoo gemakkelijk te bewerken en te plooien <span class="corr" title="Bron: nonum">monum</span>, die geheel om het kistje sloot, zoodat alle onderdeelen van het snijwerk daarin werden afgedrukt. Uit de kranten wetende,
+dat het koffertje vervaardigd was van een in Britsch-Indi&euml; veelvuldig voorkomende acacia-houtsoort, had hij gezorgd zich reeds
+lang van te voren een blok van die houtsoort te verschaffen. De monum-vorm werd nu met de opening naar boven gelegd, het houtblok
+haaks gezaagd, zoodat het eenigszins grooter inhoud had dan de vorm binnenwerks, en vervolgens boven de opening geplaatst.
+Een sterke electrische stroom werd nu door het monum geleid, en Rob zag tot zijn verbazing, dat een lichte druk boven op het
+blok voldoende was om dit in den vorm te doen zakken. Het overtollige hout werd door den scherpen rand van den vorm afgesneden,
+en nadat het monum was weggenomen vertoonde het blok uiterlijk geheel den vorm van het kistje.
+
+</p>
+<p>Nu sneed La het blok met een zeer dun, door <span class="pageno">
+[82]
+</span>electriciteit in gloei&iuml;ng gebracht zaagje in twee&euml;n, zoodat hij het in een doos en een deksel scheidde; daarna werden beide
+blokken eveneens met een monum-vorm geheel volgens het model uitgehold. Ten slotte werden scharnieren aangebracht, en het
+geheel met een bruine vloeistof bestreken, waardoor het volkomen de kleur van het model verkreeg. En zoo stonden er nu twee
+treffend op elkaar gelijkende kistjes naast elkaar op de werkbank, die in niets van elkaar verschilden!
+
+</p>
+<p>Het moeielijkste kwam echter nu eerst. Lo bracht nu tegen den achterwand een zeer smallen tweeden wand aan, die zoo was ingericht,
+dat hij bij het sluiten van den deksel een op den bodem van het koffertje gelegd voorwerp geheel verborg, zonder dat er uiterlijk
+iets van dien dubbelen bodem te bemerken was. Opende men opnieuw den deksel, dan bleef die dubbele wand liggen.
+
+</p>
+<p>Alles was nu gereed.
+
+</p>
+<p>Toen de termijn verstreken was, vroeg Li een audi&euml;ntie bij den Koning aan, ten einde zelf het koffertje te mogen terugbrengen,
+en zoo de gelegenheid te hebben Zijne Majesteit voor deszelfs groote welwillendheid dank te zeggen.
+
+</p>
+<p>De audi&euml;ntie werd toegestaan. Met belangstelling beschouwde de Koning de foto&#8217;s, die Li door La van het kistje had doen maken,
+en hij was zelfs zoo welwillend den grooten Poolreiziger uit te noodigen zijn hulp te verleenen bij het weder op hun plaats
+brengen der juweelen. Li nam dit aanbod gaarne aan; met eigen handen legde de Koning kroon en diadeem weer in het koffertje,
+en toen Li het deksel gesloten <span class="pageno">
+[83]
+</span>had, wist hij dat de dubbele wand de sieraden geheel bedekte, dat het bij het opnieuw openen van het kistje den schijn zou
+hebben als was de inhoud verdwenen, en dat men de list niet zou doorzien, omdat de onderwand van het nagemaakte kistje zoo
+aanmerkelijk veel dunner was dan de zeer zware bodem van het echte, dat de dubbele bodem even diep onder de bovenzijde lag
+als de enkele bij het oorspronkelijke koffertje.
+
+</p>
+<p>Nadat de Koning zorgvuldig de brandkast had gesloten en zich nog eenigen tijd met Li onderhouden had, nam deze afscheid.
+
+</p>
+<p>In het hotel aangekomen, vond hij zijn reisgenooten in gespannen nieuwsgierigheid bijeen.
+
+</p>
+<p>Hij knikte hen vroolijk toe.
+
+</p>
+<p>&#8220;Alles gaat uitstekend,&#8221; zei hij. &#8220;Binnen een week zijn de juweelen hier in huis.&#8221;
+
+</p>
+<p>Men was gewoon, dat Li zulke uitspraken niet deed, of de feiten stelden hem in het gelijk. Maar dit nam niet weg, dat men
+zeer benieuwd was hoe het nu verder met deze geschiedenis zou afloopen. Rob vooral toonde zich zeer verlangend naar den uitslag
+der onderneming en begreep nog niet goed hoe het gaan moest.
+
+</p>
+<p>Lang behoefde men niet in spanning te blijven. Reeds den volgenden avond ontving Li bezoek van een in &#8217;t zwart gekleed heer,
+die zich eenvoudig liet aandienen als mr. Johnson, maar daarna de Eerste Kamerheer van den Koning bleek te zijn, die Li onder
+vier oogen meedeelde, dat Zijne Majesteit hem den volgenden morgen wenschte te ontvangen, en dat hij daartoe in een gesloten
+huurrijtuig zou worden afgehaald.
+<span class="pageno">
+[84]
+</span></p>
+<p>Toen mr. Johnson vertrokken was, en Li de overigen den inhoud van &#8217;t gesprek meedeelde, schrok Rob erg.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het geheim van &#8217;t koffertje kan toch niet ontdekt zijn?&#8221; vroeg hij angstig.
+
+</p>
+<p>&#8220;Geen sprake van,&#8221; antwoordde Li kalm. &#8220;Laten we maar tijdig naar bed gaan en rustig slapen, blij dat we van avond eens geen
+offici&euml;el feest hebben bij te wonen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Den volgenden morgen om tien uur kwam het rijtuig voor.
+
+</p>
+<p>Li steeg in, en weldra bevond hij zich in &#8217;s Konings particulier kabinet. Het gezicht van Zijne Majesteit stond zeer ernstig.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mr. Lane,&#8221; sprak hij, &#8220;ik heb u doen ontbieden in verband met een zeer vreemd geval. Gisterenmiddag opende ik het koffertje,
+dat de kroonjuweelen bevat, eerlijk gezegd omdat ik nog eens nauwkeurig wilde nagaan of het geen schade had geleden terwijl
+het in uw handen was. U moet mij dat niet kwalijk nemen; ik hecht zoo aan dat meesterwerk van houtsnijkunst, dat ik er steeds
+een overdreven zorg aan wijd. Natuurlijk vond ik het in de beste orde, niet het minste spoor van een minder voorzichtige behandeling
+was er aan te bemerken&#8212;iets wat ik trouwens verwachten kon, maar waarvoor ik u toch dankbaar ben.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li boog zwijgend, en de Koning vervolgde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Stel u echter mijn verbazing en tevens mijn schrik voor, toen ik de diamanten spoorloos verdwenen vond! Een oogenblik durfde
+ik mijn oogen niet vertrouwen; ik meende zelfs aan een zinsbegoocheling onderhevig te zijn. Maar het bleek maar al te waar:
+de diamanten <span class="pageno">
+[85]
+</span>waren en bleven weg! Had ik ze niet zelf een dag te voren eigenhandig in het koffertje gelegd&#8212;het geen u, die daarbij aanwezig
+was, immers bevestigen kunt&#8212;dan zou het verdwijnen mij niet zoo sterk verbaasd hebben als nu. Er is natuurlijk geen andere
+mogelijkheid dan diefstal&#8212;wonderen komen in onzen tijd niet voor! Maar wie is de dief? En hoe had de diefstal plaats? Even
+zeker als, theoretisch beschouwd, alleen door diefstal de steenen verdwenen kunnen zijn, even vast staat het, dat die diefstal
+uit een practisch oogpunt eenvoudig ondoenlijk is. Niemand kent het zeer samengesteld geheim van de sluiting der brandkast&#8212;deze
+was trouwens geheel onbeschadigd&#8212;maar sterker is, dat de deur van mijn slaapvertrek dag en nacht door twee schildwachten wordt
+bewaakt, die door mijn ordonnans-officier, den commandant der paleiswacht en mijzelf herhaaldelijk worden gecontroleerd. Ik
+vraag u: zou men hier niet bijna aan een mirakel gaan gelooven?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is ongetwijfeld een hoogst merkwaardig geval, Sire,&#8221; zei Li nadenkend. &#8220;Toch moeten we niet te gauw aan bovennatuurlijke
+werkingen gelooven of zulk een gebeurtenis te diep onderzoeken. Ik heb wonderen zien verrichten door Indische fakirs, die
+oppervlakkig beschouwd zuiver hekserij schijnen, en die toch een hoogst eenvoudigen truc tot grondslag hebben. Zoekt men hun
+oorsprong te ver, dan kan men zeker zijn te dwalen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U bedoelt daarmee, dat....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat de zaak vermoedelijk veel eenvoudiger is dan we denken. Doch ik ben zoo onbescheiden op Uwer Majesteit&#8217;s vermoedelijke
+plannen vooruit te loopen.&#8221;
+<span class="pageno">
+[86]
+</span></p>
+<p>&#8220;Integendeel, ik hecht waarde aan uw advies. U was trouwens degene, die, met mij, de diamanten het laatst gezien heeft, die
+evenals ik de absolute zekerheid bezit dat ik eigenhandig kroon en diadeem in het kistje plaatste. Ik dacht daarom dadelijk
+aan u, toen ik die kostbare voorwerpen miste. U kunt misschien helpen een, zij &#8217;t ook zeer vaag, spoor te vinden. Herinner
+u eens goed, wie waren in onze omgeving, toen u mij het kistje terugbracht? Zag u in de vertrekken en gangen die wij doorgingen,
+geen personen, wier aanwezigheid daar u vreemd voorkwam? Weet u zeker, dat de beide schildwachten voor mijn kamerdeur stonden?
+Hebt u duidelijk gezien dat ik de brandkast zorgvuldig sloot? Hebt u bij uw vertrek uit het paleis niets verdacht waargenomen?
+Zooals u ziet zijn er vragen genoeg, de moeite van het overwegen waard. Niemand weet nog van het verdwijnen der kostbaarheden.
+Ik verlang ook dat daaraan voorloopig niet de minste ruchtbaarheid wordt gegeven. Juist door in stilte en stelselmatig te
+werk te gaan, hebben we de meeste kans van slagen. Bovendien zou ik niet gaarne den schijn op mij laden, zulk een kostbaar
+geschenk als die juweelen slecht beheerd te hebben. Kortom, ik heb alle reden vooreerst alleen op uw hulp te vertrouwen. En
+ik hoop met succes.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De taak, die Uwe Majesteit zich verwaardigt mij op te leggen, is vereerend, maar zwaar. Ik zou verkeerd doen, met mij in
+de uitvoering daarvan te overhaasten. Wil mij eenige dagen toestaan, waarin ik rustig over het geval kan nadenken. Ik woonde
+op mijn reizen meer zulke geheimzinnige diefstallen <span class="pageno">
+[87]
+</span>bij, die later bleken een verbluffend eenvoudig verloop te hebben gehad, en het zou mij niet verwonderen als ook hier iets
+dergelijks in &#8217;t spel was. Instinctmatig voel ik, dat de oplossing hier zeer voor de hand ligt. Misschien zelfs vind ik in
+de vele aanteekeningen, die ik over mijn reizen maakte, gevallen vermeld, die op dit gelijken. Hoorde Uwe Majesteit ooit,
+hoe uit den Grooten Tempel te Delhi het Gouden Hart van Boeddha gestolen werd?&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen de Koning ontkennend antwoordde vervolgde Li:
+
+</p>
+<p>&#8220;Eenige jaren geleden verdween dat voorwerp plotseling uit den tempel. Er heerschte groote verslagenheid, want de bevolking
+zag er het voorteeken van een naderend onheil in. Maar ook brak men zich het hoofd met de vraag, hoe die verdwijning mogelijk
+was. Het Gouden Hart was dien dag in processie door den tempel gedragen, ter gelegenheid van een godsdienstig feest. Daarna
+had men het voor ieder zichtbaar op zijn gewone plaats boven het altaar gelegd, dat dag en nacht bewaakt werd door biddende
+priesters. Alle uitgangen van den tempel, ja zelfs de vensters, werden steeds en onder alle omstandigheden door krijgslieden
+bewaakt. Tien minuten nadat het Hart boven het altaar geplaatst was, en de tempelgangers inmiddels het gebouw ontruimd hadden,
+strekte de Hoogepriester met een kreet van schrik de hand naar het altaar uit.... De biddende priesters zagen op&#8212;het Gouden
+Hart was verdwenen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En hoe was dit wonder geschied?&#8221; vroeg de Koning in gespannen belangstelling.
+<span class="pageno">
+[88]
+</span></p>
+<p>&#8220;Op een bijna kinderachtig eenvoudige wijze, Sire,&#8221; vervolgde Li. &#8220;Een vreemdeling, hartstochtelijk verzamelaar, bezat een
+merkwaardig middel om in het bezit te komen van die voorwerpen, welke hij niet door geld machtig kon worden, en die hij toch
+zoo gaarne aan zijn collectie wilde toevoegen. Dat middel was&#8212;een kat! Dit slimme dier was er van jongs af op gedresseerd
+zich vlug en onbemerkt meester te maken van elk voorwerp, dat zijn meester hem met een enkel gebaar aanduidde. Zoo ging het
+ook met het Gouden Hart. De zwarte, in de namiddagschemering nauw zichtbare kat deed haar werk voortreffelijk. Ze sloop naar
+het altaar, had binnen enkele seconden het verlangde voorwerp in haar bek en schoot met onhoorbare snelheid tusschen de priesters
+door, den tempel uit en haar meester achterna. Later ontdekte men, bij gelegenheid van een anderen diefstal, het vermiste
+voorwerp in de collectie van den vreemdeling, en zoo kwam ook de kattenlist aan het licht. Toen bleek dus, dat een eenvoudige
+poes bewerkt had, wat de priesters voor een mirakel van godenhand hadden uitgemaakt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Uw verhaal is even intressant als spannend,&#8221; zei de Koning. &#8220;En uw ondervindingen op dit gebied geven me hoop, dat u het
+spoor in deze duistere geschiedenis zult kunnen vinden. Dus&#8212;zwijgen tegenover iedereen; zoodra u iets meent gevonden te hebben,
+ontvang ik bericht.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li beloofde nogmaals zijn uiterste best te zullen doen, en keerde toen naar huis terug.
+
+</p>
+<p>&#8220;Over twee dagen!&#8221; zei hij alleen tot Rob, die hem vragend aanzag.
+<span class="pageno">
+[89]
+</span></p>
+<p>Er gingen nu twee dagen voorbij, die Li gebruikte om door middel van de nieuwsbladen te doen rondbazuinen, dat hij in de volgende
+week voor een paar maanden met zijn jacht den Atlantischen Oceaan ging doorkruisen.
+
+</p>
+<p>Toen die twee dagen om waren, vroeg Li opnieuw een audi&euml;ntie bij den Koning aan, welke dadelijk werd toegestaan.
+
+</p>
+<p>Zijne Majesteit kwam Li met uitgestrekte handen tegemoet, en vroeg terstond:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, hebt u kans gezien, eenig licht te vinden in de duistere zaak?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik geloof inderdaad, Sire, dat ik den dader op het spoor ben.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Den dader?&#8221; riep de Koning verrast. &#8220;Dus u gelooft dat we hier werkelijk met een diefstal te doen hebben?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik geloof het niet alleen, ik weet reeds zeker, dat er een zeer eenvoudige, hoewel sluw aangelegde diefstal in het spel is.
+Ik heb echter nog niet alle bewijzen in handen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar vertel me dan voorloopig hoe u tot die schitterende ontdekking gekomen bent,&#8221; vroeg de Koning nieuwsgierig.
+
+</p>
+<p>&#8220;Vergeef me, Majesteit,&#8221; sprak Li, &#8220;dat ik Uw geduld nog eenigen tijd op de proef stel. Ik kan me immers vergissen, en zou
+niet graag willen, dat ik U zoowel als mezelf met een ijdele hoop gevleid had. Vergun me dus, dat ik U niets mededeel, eer
+ik met volkomen zekerheid kan oordeelen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik waardeer en begrijp uw voorzichtigheid, mr. Lane,&#8221; antwoordde de Koning, &#8220;en ik zal u daarom <span class="pageno">
+[90]
+</span>niet langer met nieuwsgierige vragen lastig vallen, hopende u daarmee tevens te toonen welk een volkomen vertrouwen ik in
+u stel. Ik wil u op alle mogelijke wijzen van dienst zijn. Zeg mij slechts, waarmee ik u in het belang uwer verdere onderzoekingen
+van dienst kan zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer het niet te veel van Uw goedheid gevergd is,&#8221; zei Li &#8220;zou ik gaarne nogmaals tijdelijk in het bezit gesteld worden
+van het kistje. Het kan me bij mijn nasporingen van groot nut zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Met het meeste genoegen zal ik het u nogmaals in gebruik afstaan, en wel voor zoo lang als u het denkt noodig te hebben.
+U kunt het zelfs nog heden in uw rijtuig meenemen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Na deze woorden haalde de Koning zelf het koffertje te voorschijn. Eer hij een lakei ontbood, die het zorgvuldig verpakt in
+Li&#8217;s rijtuig zou brengen, drukte hij nogmaals op de veer, die het deksel deed openspringen, en staarde met weemoedigen blik
+in de leege ruimte.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe lang zal het duren, eer ik mijn schatten weer terug heb,&#8221; sprak hij met een zucht.
+
+</p>
+<p>&#8220;Misschien korter dan U denkt, Sire,&#8221; zei Li. &#8220;Ja, ik heb zulke goede verwachtingen van den uitslag mijner pogingen, dat het
+is alsof ik de juweelen daar reeds weer op den boden van het kistje zie liggen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen Li in Longmanstreet teruggekeerd was, riep hij zijn getrouwen bijeen. Hij toonde hun het koffertje, deed het open, sloeg
+den dubbelen wand opzij&#8212;en daar lagen voor aller verbaasde oogen de in veelkleurigen glans schitterende kroonjuweelen!
+
+</p>
+<p>Li bergde de kostbare stukken eenvoudig in het <span class="pageno">
+[91]
+</span>handtaschje dat hem steeds op reis vergezelde; toen gaf hij het nagemaakte kistje aan Lo, die het twee minuten later door
+middel van een electrischen stroom tot een fijn poeder verbrand had.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ziezoo,&#8221; zei Li. &#8220;Nu kan de Koning zijn eigen koffertje terug krijgen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Drie dagen later was Li opnieuw ten paleize. Hij overhandigde het avontuurlijke kistje weer aan den Koning, en meldde dezen,
+dat hij nu nog slechts over eenigen tijd moest kunnen beschikken, en de diamanten zouden terecht zijn.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wees ervan verzekerd, Majesteit, dat de juweelen aan den rechtmatigen eigenaar zullen teruggegeven worden,&#8221; zei hij met een
+fijn glimlachje.
+
+</p>
+<p>De Koning was verrukt. Hij drukte Li herhaaldelijk de hand, en beloofde hem de grootst denkbare eerbewijzen als zijn taak
+tot een goed einde zou gebracht zijn.
+
+</p>
+<p>&#8220;Uwe Majesteit zal vernomen hebben,&#8221; zei Li, &#8220;dat ik volgens de nieuwsbladen het plan heb eenige maanden in den Atlantischen
+Oceaan te gaan kruisen. Mijn eigenlijk doel is echter, den dief te achterhalen, die het koninkrijk verlaten heeft, en omtrent
+wien ik zekere aanwijzingen heb dat hij op weg is naar Zuid-Afrika.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Koning kon geen woorden vinden om zijn dankbaarheid te uiten, en toen Li met zijn reisgenooten den volgenden dag in zijn
+jacht Dover verliet, was hij tot Pair van Engeland verheven, en bezat hij, behalve het grootkruis van de Engelsche Huisorde,
+een mandaat, dat hem machtigde levenslang uit &#8217;s Konings particuliere schatkist een jaargeld van <span class="pageno">
+[92]
+</span>vijfduizend pond te trekken. Het jacht was nog geen vijf minuten in zee, of Li strekte de hand uit, en achtereenvolgens plompten
+de aanstelling tot Pair, de Bathorde, de Huisorde en het mandaat in de golven.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb immers de diamanten!&#8221; zei hij eenvoudig.
+
+</p>
+<p>Daarna keerde hij zich tot Rob en vroeg vroolijk:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel&#8212;wat zeg je nu van ons avontuur?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb in al mijn boeken van Bertrand nog nooit zoo iets gelezen,&#8221; zei Rob, &#8220;en die zijn toch wel de mooiste en avontuurlijkste
+boeken die ik ken. Las je ze wel eens?&#8221;
+
+</p>
+<p>Li had schik in de verbazing van den jongen, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;In mijn jeugd bestonden er zulke prachtige boeken nog niet. Maar ik maakte er wel eens kennis mee. Ze schijnen in alle talen
+vertaald te worden, want op mijn vele reizen zag ik ze zoowel in China als in Amerika, op Groenland, in Siberi&euml; en op de Zuidzee-Eilanden.
+Maar dat is zeker, ons diamanten-avontuur is &#8217;n aardig stukje geweest.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob kon niet nalaten te zeggen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Alles is je wel erg meegeloopen. Het gebeurde eigenlijk allemaal net zooals je het graag wou. Maar wat zou je nu gedaan hebben
+als het eens niet zoo vlot van stapel was geloopen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ach,&#8221; zei Li leuk, &#8220;dan had ik er wel weer een ander middel op gevonden. Hebben moest ik ze.&#8221;
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>De zeereis was weer even voorspoedig als te voren. Den 15<sup>en</sup> November was men weer op Green-Eiland, <span class="pageno">
+[93]
+</span>met een hoera verwelkomd door Mu, die De Vogel weer op zijn gewone plaats onder de boomen had verborgen. Ditmaal was er geen
+oorlogsschip te zien dat de reizigers bemoeielijkte.
+
+</p>
+<p>Enkele uren na de landing kwam ook Nof met de vliegmachine aan, en bracht het voor Rob heerlijke bericht, dat het hem gelukt
+was den brief aan Rob&#8217;s voogd des nachts onbemerkt in de bus te doen. Ook bracht hij eenige kranten mee, waarin al de in &#8217;t
+Eerste Hoofdstuk vermelde gissingen omtrent Rob&#8217;s verdwijning stonden, en waarin allen, de held niet &#8217;t minst, veel schik
+hadden.
+
+</p>
+<p>Nof kreeg niet lang rust, want Li gelastte hem dadelijk het jacht naar Dover te brengen, het daar onbeheerd in de haven te
+laten liggen, opdat de Engelsche regeering er over kon beschikken, en dan met de mee te nemen vliegmachine zich weer bij de
+overigen te voegen. Het punt van bijeenkomst werd hem door Li schriftelijk in cijfertaal opgegeven.
+
+</p>
+<p>Alles, wat uit het huis in Longmanstreet in het jacht was geladen, werd nu op De Vogel overgebracht, en men was reisvaardig
+voor het verdere doel van de onderneming.
+
+</p>
+<p>Nog denzelfden avond stak De Vogel van wal. De reis ging nu rechtstreeks naar Vrijheid, waar de Transvaalsche Regeering op
+dat oogenblik haar zetel had. De lucht was voortdurend helder, hoewel koud, en het was een heerlijke gewaarwording met de
+maximum snelheid, die De Vogel kon ontwikkelen, door den ijlen, drogen dampkring te vliegen. Niet altijd was het gemakkelijk,
+den juisten weg te vinden; de kinematografische opnamen van den Atlantischen <span class="pageno">
+[94]
+</span>Oceaan gaven slechts vage beelden, waarin het oog vergeefs een steunpunt zocht, en zoo moest herhaaldelijk aan zon en sterren
+gevraagd worden waar men zich bevond. Gemiddeld genomen, ging de reis echter zeer voorspoedig, en in den nacht van den 26<sup>en</sup> op den 27<sup>en</sup> November werden de Transvaalsche steenen in de tent van den waarnemenden President gedeponeerd, zonder dat deze zich van
+hun herkomst ook maar in de verste verte rekenschap kon geven.
+
+</p>
+<p>Men zal zich herinneren, dat op het eind van &#8217;t jaar 1901 de kranten vage, verwarde berichten gaven omtrent een belangrijken
+diefstal van diamanten aan het Engelsche Hof. Enkele weken daarna werden geruchten weer tegengesproken, en ten slotte vernam
+men er niets meer van. De toedracht van dit geval weet de lezer nu grootendeels. Er behoeft nog slechts aan toegevoegd te
+worden, dat de Transvaalsche Regeering, edelmoediger en fierder dan de Engelsche, de diamanten onmiddellijk terugzond, met
+de laconieke mededeeling dat het haar aan geld niet ontbrak. De Koning gelastte dat men de grootste stilzwijgendheid zou bewaren
+over deze gebeurtenis, waarin hij zelf immers een min of meer komische rol vervuld had. Meermalen heeft hij daarna de diamanten
+en het kistje peinzend bekeken; de spoorlooze verdwijning van Sir James Lane, Pair van Engeland, drager van verscheiden hooge
+orden, heeft hem steeds zonderling toegeschenen&#8212;maar het rechte verband der dingen is hem nooit goed duidelijk geworden.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[95]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e1466"></a></p>
+<h1 class="label">Achtste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Li vertelt z&#8217;n geschiedenis.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Waarin verteld wordt, hoe &#8217;t maar &#8217;n haartje gescheeld had, of Rob was weer in &#8217;t Vondelpark gaan wandelen.&#8212;Li vertelt zijn
+levensgeschiedenis.&#8212;Rob hoort van de stichting der Oranje-Republiek, van Rusland&#8217;s booze plannen, van de dappere Elizabeth
+Helmont en den edelen ingenieur Van Stralen.
+</p>
+</div>
+<p>Eenige dagen na het vertrek uit Zuid-Afrika, terwijl De Vogel met groote snelheid in noordoostelijke richting voortvloog,
+verzocht Li zijn jongen vriend bij hem in zijn werkkamer te komen. Nadat hij hem had uitgenoodigd te gaan zitten, sprak hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben je langzamerhand geheel tot de vaste bemanning van het luchtschip gaan beschouwen, Rob. Terwijl ik het onaangenaam
+blijf vinden, dat ik je van je vrijheid moest berooven, ben ik toch dankbaar dat we zulk een goeden vriend in je gevonden
+hebben. En het zou me moeielijk vallen van je te scheiden. We stellen trouwens allen op je tegenwoordigheid prijs. Ik heb
+nooit eenige belofte van je gevergd, en toch heb je je tegenover ons zoo flink, trouw en eerlijk gedragen alsof je door je
+woord en door verplichtingen <span class="pageno">
+[96]
+</span>aan ons gebonden was. Dat heeft me heel veel genoegen gedaan. En er is nog iets waarvoor je ten zeerste lof verdient. Toen
+we in Londen waren, heb ik je geheel vrij gelaten; je kon in de stad ongehinderd rondloopen en had alle gelegenheid ons te
+verraden of te verlaten. Integendeel heb je alles gedaan om onze plannen te doen slagen. We weten nu, dat we een trouw kameraad
+in je hebben gevonden. Als dank wil ik daar iets tegenover stellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li zweeg even, en vervolgde toen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer je wilt, zal ik je binnen acht dagen naar Amsterdam terugbrengen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob aarzelde geen oogenblik met zijn antwoord.
+
+</p>
+<p>&#8220;Als je er niets tegen hebt, Li, dan zou ik liever nog wat blijven.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li drukte hem hartelijk de hand, en de glimlach op zijn flink, mannelijk gezicht bewees duidelijk dat het antwoord van Rob
+hem goed deed. Toch vroeg hij nog:
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar verlang je dan niet naar je huis terug?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeker doe ik dat,&#8221; zei Rob, &#8220;ik verlang wel terug, want mijn voogd was altijd heel goed voor me, en ook zou ik de zusters
+en broers graag terugzien. Maar toch zou ik wel hier willen blijven ook...&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer je ouders nog leefden, Rob, zou ik er zeker bezwaar tegen hebben dat je nog bleef. In de bestaande omstandigheden
+durf ik het echter wel op me nemen je nog wat hier te houden, te meer daar het in verband met mijn verdere plannen niet ongewenscht
+is. Maar we zullen afspreken, dat je volkomen vrij bent zelf den dag van je vertrek te bepalen, en <span class="pageno">
+[97]
+</span>dat er iedere vier weken, als de omstandigheden het toelaten en ik een der vliegtoestellen missen kan, een bericht naar je
+voogd gaat.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob dankte Li voor zijn welwillende beschikkingen. Hij voelde inderdaad nu en dan wel een soort van heimwee naar huis, naar
+zijn schoolkameraden, naar zijn fiets en zijn voetbal; maar hij merkte toch ook dat dit gevoel langzamerhand minder werd.
+Het avontuurlijke van dit leven in de lucht trok hem sterk aan, en ook had hij zich langzamerhand zeer aan de goedgehumeurde,
+vriendelijke en toch zoo flinke en doortastende Vogel-bewoners gehecht. Bovendien verveelde hij zich geen oogenblik; voortdurend
+werd er voor de noodige ontspanning gezorgd: men maakte muziek aan boord, las elkaar voor, speelde ping-pong, en zelfs La&#8217;s
+aangename en helder-voorgedragen lessen waren hem een uitspanning. Hij voelde zich goed vorderen, en was zelfs verder dan
+hij op dit oogenblik geweest zou zijn wanneer hij nog op de schoolbanken zat. La legde vooral op algemeene ontwikkeling den
+nadruk, hield hem op de hoogte van de nieuwste uitvindingen en ontdekkingen, en legde hem de politieke gebeurtenissen en verhoudingen
+in Europa uit, hoofdzakelijk door middel van de nieuwsbladen, die nu en dan op voorzichtige wijze aan boord gebracht werden.
+Daartoe daalde De Vogel soms des nachts in een bosch of op een bergtop, en een der &#8220;opvarenden&#8221; begaf zich naar een nabijliggende
+stad, uit den rijken costuumvoorraad de noodige vermomming kiezend.
+
+</p>
+<p>Nadat wederom eenige dagen verloopen waren, had Li opnieuw een ernstig gesprek met Rob
+<span class="pageno">
+[98]
+</span></p>
+<p>&#8220;Over enkele dagen gaan we zeer belangrijke gebeurtenissen tegemoet, Rob,&#8221; sprak Li. &#8220;Het oogenblik lijkt me nu gekomen je
+in een geschiedenis in te wijden, die ons allen, behalve jou, bekend is. De geschiedenis namelijk van mij en mijn lotgenooten.
+Die is de volgende.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zooals je uit je geschiedenis zult weten, werd in 1809 door eenige Nederlandsche uitgewekenen, die deels om politieke redenen
+door Napoleon waren verbannen, deels vrijwillig zich aan de Fransche heerschappij onttrokken, een kolonie gesticht op de Russische
+grens, ten noordoosten van het Balkanschiereiland. De grond, een uitgestrektheid ongeveer met die van Nederland overeenkomende,
+werd daartoe van den Russischen Staat gekocht, die zich alleen enkele schijnbaar onbeteekenende rechten van toezicht op de
+jonge Republiek voorbehield. Tot de voornaamste kolonisten behoorde mijn grootvader, evenals mijn vader en ik Johan Willem
+van Stralen geheeten. Hij, een vurig patriot, een verwoed tegenstander van Napoleon, tegen wien hij in Spanje, Itali&euml; en Duitschland
+in vreemden krijgsdienst de wapenen had gedragen, werd tot President gekozen. Onder zijn krachtig beheer geraakte de Republiek
+binnen weinige jaren tot ongekenden bloei; z&oacute;o sterk ontwikkelde zij zich zelfs, dat Rusland, wat trouwens te verwachten was,
+een begeerig oog op den nabuurstaat begon te slaan. Mijn grootvader deed alles om de onafhankelijkheid der Republiek te handhaven.
+Doch dit was verre van gemakkelijk, vooral daar zijn onvervalscht Hollandsch bloed hem tot geen enkele concessie aan Russische
+wenschen of zeden liet verleiden. Hij bleef Nederlander <span class="pageno">
+[99]
+</span>in merg en been, deed alles om de Nederlandsche taal in de kolonie te doen voortleven, en bezielde ook zijn zoon met dergelijke
+gevoelens. Toen deze, na den dood van mijn grootvader, tot President werd gekozen, werd de strijd tegen den Russischen invloed
+onverflauwd voortgezet. Maar het was mijn vader niet beschoren zijn taak ten einde te brengen. Hij stierf aan moeraskoortsen,
+toen ik nog te jong was om naar de hooge betrekking te dingen die nu open kwam, en zijn dood was oorzaak van een menigte verwikkelingen.
+In den loop der jaren hadden zich talrijke vreemdelingen in de Republiek gevestigd, Turken, Oostenrijkers, maar vooral Russen.
+Ondanks de uiterste pogingen om het Hollandsch karakter van de Republiek te bewaren, wijzigde zich dit hoe langer hoe meer,
+en de verkiezingen, die voor de benoeming van een nieuwen President waren uitgeschreven, gaven aanleiding tot heftige tooneelen.
+De Russische Regeering stookte in &#8217;t geheim, vermeerderde de oneenigheid, en trachtte zoodoende een gelegenheid tot interventie
+in &#8217;t leven te roepen. Toen er ten slotte een botsing tusschen de Nederlandsche en de Russische partijen plaats had, waarbij
+enkele schoten werden gewisseld, mengde Rusland zich in de kwestie. Eenige Russische regimenten bezetten de hoofdstad; de
+orde werd met geweerschoten en knoetslagen hersteld, en een keizerlijke ukaze vermeldde weldra, dat de Czaar goedgevonden
+had voor de Republiek, die een gevaar voor de naburige staten begon te worden, persoonlijk een nieuwen President aan te wijzen,
+van wien verwacht kon worden dat hij de orde zou weten te handhaven.
+<span class="pageno">
+[100]
+</span></p>
+<p>Oogenschijnlijk leek de keuze van dien President zeer neutraal, ja zelfs geheel in den geest van het Nederlandsche deel der
+bevolking. De Czaar toch had daartoe den hoogbejaarden jeugdvriend van mijn grootvader, den vroegeren staatssecretaris Helmont,
+aangewezen, die de algemeene achting genoot, bij iedereen, ook bij de vreemdelingen, zeer goed stond aangeschreven, doch die
+wegens zijn gevorderden leeftijd en zijn zeer wankelbare gezondheid in andere opzichten juist niet de aangewezen man voor
+een zoo zwaar ambt scheen te zijn. Helmont nam de betrekking aan, deels uit plichtsgevoel, deels onder den dwang der Russische
+Regeering, tegenover wier verpletterende overmacht de kleine Republiek machteloos was. Hijzelf echter, evenzeer als de heele
+bevolking, wist dat hij hoogstens voor enkele jaren tegen zijn moeielijke taak opgewassen zou zijn.
+
+</p>
+<p>De Russische Regeering begreep dat natuurlijk ook; in die wetenschap en in het feit, dat zij de waardigheid van President
+erfelijk verklaarde in de Republiek, lag echter haar geheele kracht. Helmont toch bezat slechts een enkele dochter uit zijn
+tweede huwelijk, en toen de oude man stierf, kwam het looden gewicht van de regeeringstaak op de zwakke schouders van het
+jonge meisje. Zij bezat de energieke, taaie natuur van het Hollandsche ras, en zij aanvaardde het bewind met het volle besef
+van haar groote verantwoordelijkheid; ja, zij liet de illusie niet los haar land eenmaal geheel van vreemden invloed te bevrijden.
+Het spreekt echter vanzelf, dat de zwaarte van haar taak haar menigmaal deed wankelen. Het duurde dan ook niet lang, of er
+deden zich politieke verwikkelingen voor, <span class="pageno">
+[101]
+</span>die de Russische diplomatie opnieuw aanleiding gaven zich in de aangelegenheden der Republiek te mengen. Dat geschiedde in
+het jaar 1899, juist toen het Europeesch Congres in St. Petersburg plaats had. De Russische afgevaardigden wisten hun belangen
+zoo goed te bepleiten, en den politieken toestand in de Republiek als zoo gevaarlijk voor de omringende staten voor te stellen,
+dat de groote mogendheden terwille van den Europeeschen vrede een besluit uitvaardigden, waarbij bepaald werd dat Rusland
+tot lid der regeering, tevens commandant van het leger, een persoon zou aanwijzen, die in deze functi&euml;n aan de mogendheden
+verantwoordelijk zou zijn voor de rust in de Hollandsche Republiek. Hollandsche&#8212;dit woord werd wel is waar in het besluit
+niet genoemd, want om te meer met elke hoop op toekomstige zelfstandigheid te breken, werd op het Congres tevens de naam Oranje-Republiek
+in Czernovi&euml;, die van de hoofdplaats, Willemstad, in Slavowitz veranderd! En de mogendheden zagen dit schandelijk onrecht
+aan zonder een hand uit te steken! Alleen het kleine Nederland zond protest op protest, Koningin Wilhelmina deed een kostbaar
+gedenkteeken plaatsen op het graf van mijn te vroeg gestorven vader, als wilde zij in zwijgende verontwaardiging de plek aanwijzen,
+waar de vrijheid der Oranje-Republiek van nu aan begraven lag... Overigens zweeg Europa; zwijgend, wreed en koud zag het toe
+hoe die handvol dappere Hollanders onderdrukt werd, evenals het toegezien had toen de Finnen, de Boeren, de Polen, de Denen
+verdrukt werden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het Congres-besluit was voor de Republiek het teeken van algemeenen rouw. Toen de eerste vertegenwoordiger <span class="pageno">
+[102]
+</span>der mogendheden&#8212;de Russische Hertog Alexander van Bora, achterneef van den Czaar&#8212;zijn intocht deed in Willemstad, waren alle
+vensters en luiken gesloten, de gordijnen neergelaten, de lantarens met krip omwoeld, de vlaggen halfstoks geheschen. Het
+was een vreeselijke dag, en vele dappere mannen zwoeren toen, dat ze hun leven zouden geven voor de vrijheid van Czernovi&euml;!
+
+</p>
+<p>&#8220;Voor mij&#8212;en nu zal ik je vertellen op welke wijze mijn geschiedenis aan &#8217;t zooeven verhaalde verbonden is&#8212;was deze ommekeer
+een dubbel zware slag. Ik had het land waar ik geboren was innig lief; van mijn grootvader en mijn vader had ik geleerd voor
+vrijheid en voor recht te leven&#8212;en desnoods te sterven. De langzame maar zekere ondergang van mijn land greep me hevig aan.
+Maar er was meer. Elizabeth Helmont, die na haar vader&#8217;s dood de regeering had aanvaard, was mijn verloofde. Daar ik in dien
+tijd mijn studi&euml;n nog niet geheel voltooid had, was onze verloving nog niet openlijk bekend; maar wij hadden elkaar van kind
+af aan gekend, waren te samen opgegroeid, hadden elkaar altijd liefgehad. Toen haar zoo onverwacht de eerste plaats in &#8217;s
+lands vergaderzaal werd aangewezen, gaf dat een vreemde wijziging in onze verhouding, maar wij zagen geenszins in dat die
+toestand ooit ons toekomstig geluk in den weg zou kunnen staan. Het Congres-besluit viel als een donderslag. Want de bepaling,
+die ons beiden rechtstreeks trof, was deze: het hoofd van den Czernovischen Staat mocht geen huwelijk aangaan zonder toestemming
+van den Russischen Souverein.
+<span class="pageno">
+[103]
+</span></p>
+<p>&#8220;De bedoeling hiervan was duidelijk, en de Russische diplomatie liet niet na, er nog menigmaal ondubbelzinnig den nadruk op
+te leggen, dat alleen een Rus het gouvernementshuis met Elizabeth zou deelen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe het kwam, dat ik slechts tweemaal een kort onderhoud met mijn verloofde had over deze voor ons zoo verschrikkelijke gebeurtenissen,
+zal je straks duidelijk worden. In die enkele uren echter werden we het over twee dingen geheel eens: nooit zouden we een
+ander dan elkaar toebehooren&#8212;maar niet eer, dan zoodra de belangen van het vaderland dit toelieten. We hielden onze liefde
+hoog, maar ook de toekomst van ons arme land lag ons na aan &#8217;t hart, en het op dit oogenblik lafhartig in den steek te laten
+om zelfzuchtig eigen verlangens na te streven&#8212;dat zou ons beiden tegen de borst gestuit hebben. Ik behoorde onder de eersten
+die Elizabeth tot standhouden aanmoedigden, die de begaafde, energieke vrouw, in begrippen van eer en zelfverloochening opgevoed,
+steunden bij haar onvermoeid streven den Oud-Hollandschen naam hoog te houden. Wij hadden geduld, wij konden wachten; eerst
+ons land, daarna wijzelf.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn verhaal nadert nu tot de omstandigheden waaronder De Vogel ontstond. Je moet weten, dat ik aan de universiteit te Willemstad
+voor ingenieur studeerde, en wel speciaal op &#8217;t gebied van machinebouw. Als kind was ik al &#8217;n knutselaar geweest, en ik had
+altijd gedroomd &#8217;n groot uitvinder te zullen worden. In de electriciteit lag, meende ik, de toekomst, en daar in de Oranje-Republiek
+reeds sinds <span class="pageno">
+[104]
+</span>jaren in alle bedrijven de stoom was afgeschaft, voertuigen, fabrieken, kortom alle machinale beweging, ook de verlichting,
+door electriciteit werden gevoed, had die meening een redelijken grond. Het jaar, waarin het Congres-besluit werd uitgevaardigd,
+voltooide ik mijn studies door een practischen cursus in de werktuigen-fabriek en het laboratorium van den Staats-Adviseur
+voor technische zaken, de geleerde professor Lingmans, een schatrijk man, die zijn vermogen en zijn leven wijdde aan wetenschappelijke
+uitvindingen ten bate van den Staat. Het eiland Riva, aan de Zwarte-Zeekust, dat hem persoonlijk toebehoorde, was geheel ingericht
+voor zijn werkzaamheden; daar woonde dagelijks een honderdtal studeerende jongelui zijn cursussen en proefnemingen bij. Daar
+werkte hij ook onvermoeid aan zijn bestuurbaar luchtschip, dat hij reeds tot een ongekende trap van volmaking had gebracht.
+Gelukte het hem zijn theorie geheel in toepassing te brengen, dan zou zijn reeds in heel Europa gevestigde naam met onvergankelijken
+roem overladen worden. Iedereen wist, dat hij onophoudelijk aan zijn groote uitvinding werkte, maar de details ervan waren
+een geheim. In een zeer groote loods, waar trouwens meer proeven genomen en uitvindingen gedaan werden waarvan niets uitlekte,
+was de ballon verborgen, en daar kwamen, behalve Lingmans, slechts enkele ingewijden: de oud-genie-officier Melling, de directeur
+van de militaire luchtscheepvaart-compagnie Van Woelderen, de gouverneur van de Zeevaartschool Halmans, de luitenant der pantserfort-artillerie
+Weeningh, de doctor in de chemie Lenthoven en de ingenieur Van Stralen. Wanneer je die <span class="pageno">
+[105]
+</span>namen hoort, zou je zoo zeggen, dat &#8217;t meerendeels mannen van middelbaren leeftijd waren. Maar dat is niet zoo. Ze wisselden
+af tusschen de twintig en de dertig; in de Oranje-Republiek riep men bij voorkeur de kundigsten tot openbare ambten, zonder
+in de eerste plaats naar den leeftijd te vragen; een naar mijn inzicht zeer juist beginsel. Het kwam zoodoende wel voor, dat
+een kapitein van dertig, twee-en-dertig jaar tot militair adviseur van den Staat werd benoemd, en zoo lang het Hollandsche
+element onvervalscht was, en de jeugd in de beginselen van mijn grootvader werd opgevoed, kwam zooiets iedereen natuurlijk
+voor en gaf het nooit aanleiding tot afgunst.
+
+</p>
+<p>&#8220;Om je nu maar dadelijk uit den droom te helpen, wil ik je vertellen, dat de personen die ik je zooeven opnoemde, in dezelfde
+volgorde genomen, met Lingmans te beginnen, tegenwoordig heeten: La, Mu, Naf, Nef, Nof, Lo&#8212;en Li! Ik wil mezelf niet roemen,
+maar uit de omstandigheid, dat professor Lingmans onder zijn vele leerlingen mij het eerst tot ingewijde in zijn uitvinding
+had gekozen, kun je opmaken dat ik zijn lessen niet zonder vrucht had gevolgd.
+
+</p>
+<p>&#8220;En nu komt het groote feit, dat de directe aanleiding werd tot onze tegenwoordige onderneming.
+
+</p>
+<p>&#8220;E&eacute;n dag v&oacute;or Hertog Alexander zijn intocht deed binnen Slavowitz, hadden Lingmans en wij de laatste hand gelegd aan De Vogel.
+De grendels van het openslaande dak der loods waren losgemaakt; het luchtschip was geheel gereed om op een wenk van den maker,
+door het stuksnijden van een enkel touw, omhoog te stijgen, de vrije lucht in. Drie dagen later stonden we met ons zevenen
+op het bovendek van <span class="pageno">
+[106]
+</span>De Vogel. Niemand wist, hoever het met &#8217;t werk stond; het liep tegen den avond, alle werklieden en studenten hadden het eiland
+verlaten; de zon was reeds ondergaan. Het plan van Lingmans was, dien avond op te stijgen, De Vogel boven de stad te doen
+stilhouden, en dan opeens al de electrische lichten aan boord te ontsteken, zoodat de bevolking verbaasd omhoog zou zien,
+en weten dat de luchtscheepvaart een nieuw stadium was ingetreden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Alles was gereed; op een wenk van La sneed ik het touw door.... De Vogel zette zich langzaam en statig in beweging.... reeds
+waren we ongeveer vijf-en-twintig meter gestegen.... daar weerklonk een donderend geraas, alsof orkanen en onweders uit alle
+hoeken van het heelal gelijktijdig losbraken! De hemel was rood en zwavelgeel gekleurd, bliksemflitsen doorsneden het luchtruim,
+onder ons spatte en schuimde de zee huizenhoog op, een dichte grijze nevel onttrok de aarde aan ons gezicht, een hoos van
+zand en steenen wervelde omhoog en deed De Vogel hulpeloos ronddraaien....
+
+</p>
+<p>&#8220;Het was een ontzettend geweld. Hooren en zien verging ons, en gedurende enkele minuten waren we allen onze bezinning kwijt.
+Mu was de eerste die zijn tegenwoordigheid van geest herkreeg; hij draaide den stuurkruk snel en krachtig eenige malen om&#8212;als
+een pijl schoot De Vogel eenige honderden meters omhoog, buiten het bereik der woedende elementen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Langzamerhand begonnen we den omvang van het gebeurde te overzien. Het bleek dat een geweldige zeebeving het gansche eiland
+met al wat er op was had verwoest, voor honderdduizenden aan waarde, al La&#8217;s kostbare bezittingen, vernietigend!
+<span class="pageno">
+[107]
+</span></p>
+<p>&#8220;De kalmte van La was bewonderenswaardig. &#8220;Mijn doel is immers bereikt,&#8221; zei hij rustig. &#8220;De Vogel vliegt&#8212;en hoe!&#8221; En toen
+voegde de even geleerde als edele man er aan toe: &#8220;Hoe gelukkig, dat er geen menschen op het eiland waren! Daarvoor moeten
+wij in de eerste plaats dankbaar zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Daar zweefden wij nu honderden meters boven de aarde. Het was inmiddels geheel donker geworden, onze lichten, toen nog niet
+zoo volmaakt als nu, doorboorden slechts moeielijk den zwaren nevel. We bezaten ook nog niet die uitstekende middelen om ons
+te ori&euml;nteeren, en Mu kon in &#8217;t minst niet vaststellen waarheen hij ons bracht. Toen gelastte La, den ballon zwevende te houden,
+en we kwamen in de commandantskamer bijeen om te beraadslagen over hetgeen ons te doen stond.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mij, als jongste, werd het eerst mijn meening gevraagd. Ik had die al gereed. In de beide dagen na den intocht van Hertog
+Alexander had ik, in wanhopige gesprekken met Elizabeth, op de onzinnigste middelen gepeinsd om een uitweg te vinden. Als
+gevolg daarvan was een plan in me gerijpt, dat ik niemand, ook Elizabeth niet, had meegedeeld. Alleen had ik me voorgenomen,
+het La in vertrouwen ter beoordeeling voor te leggen. Ik wilde hem, niet minder vurig patriot dan ikzelf, voorstellen, zijn
+uitvinding in dienst te brengen van het vaderland. Wetend, over welke verschrikkelijke wapenen La beschikken kon, hoe onuitputtelijk
+zijn geniale hersens waren in het uitvinden van middelen om de natuurkrachten aan zijn wil te onderwerpen, had ik ingezien
+dat niets ter wereld in staat zou zijn met vrucht een strijd te beginnen <span class="pageno">
+[108]
+</span>tegen den onoverwinnelijken Vogel, voorzien als deze was van alle denkbare hulpmiddelen om den wil van een handvol vastberaden
+mannen tot zelfs den machtigsten potentaten der aarde op te dringen. Kort en goed: ik stelde de vergadering voor, reeds nu,
+op dit oogenblik, La&#8217;s beginsel in toepassing te brengen: alles voor het vaderland! Jong en geestdriftig als ik was, hield
+ik een gloeiende rede, wees nogmaals op het schandelijk onrecht dat ons land werd aangedaan en eindigde met te zeggen, dat
+wij, door ons van den persoon van Hertog Alexander, ja desnoods van den Czaar zelf, meester te maken, de toekomst van de Oranje-Republiek
+in handen hadden! En wat beteekende het voor ons, zulk een slag te slaan? De groote snelheid, die De Vogel ontwikkelen kon,
+stelde ons immers in staat, plotseling van uit groote hoogte neer te schieten, den Prins of den Czaar op een wandeling of
+een rijtoer te verrassen, en ons dan met onzen kostbaren buit uit de voeten te maken. Als voorwaarde, waarop we onzen gevangene
+zouden uitleveren, konden we dan de meest volkomen waarborgen vragen voor de onafhankelijkheid van ons land!
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen ik uitgesproken had, heerschte er eenige seconden diepe stilte. Mannen als de daar vergaderden waren niet gewend overijlde
+besluiten te nemen of in de vervoering van het oogenblik een voorstel toe te juichen, waarvan zij de degelijkheid nog niet
+grondig hadden onderzocht.
+
+</p>
+<p>&#8220;La was de eerste die sprak.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het voorstel van Van Stralen hangt nog in de lucht,&#8221; zei hij. &#8220;Maar het komt me voor, dat het zeer goed tot een levensvatbaar
+plan is uit te werken. <span class="pageno">
+[109]
+</span>Ja, ik ben daarvan zoo overtuigd, dat ik nu reeds wijs op de groote voordeelen, welke het zooeven gebeurde ongeluk voor ons
+heeft. Riva is verwoest, met al wat er op was. Van het feit, dat wij ontkomen zijn, is niemand bewust; evenmin zijn er sporen
+te vinden die dit feit zouden kunnen uitwijzen. Ieder is ervan overtuigd, dat wij zijn omgekomen; over acht dagen zijn de
+opvolgers voor onze betrekkingen aangewezen. Meer wil ik voorloopig hierover niet zeggen. Overhaasting is schadelijk. Voor
+heden breng ik daarom alleen in rondvraag, of iemand er iets tegen heeft, tot morgenochtend met De Vogel verborgen te blijven,
+om daarna tot nadere beraadslagingen over te gaan. We hebben dan allen tijd tot nadenken gehad.&#8221; Niemand had hiertegen bezwaar,
+en zoo hield Mu dien nacht De Vogel achter een dikke wolkenlaag drijvende.
+
+</p>
+<p>&#8220;Den volgenden morgen riep La ons opnieuw bijeen en sprak:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat mij betreft, ik ben besloten, evenals Van Stralen, op De Vogel te blijven en onze aanwezigheid voor ieder verborgen te
+houden, totdat we op goede grondslagen een operatieplan hebben gebouwd, in elk geval niet weer naar de aarde terug te keeren
+eer we de volkomen zekerheid hebben dat een onderneming, als door Van Stralen voorgesteld, totaal onuitvoerbaar is. We zijn
+allen ongetrouwd; ik geloof niet, dat er bezwaar is, gezamenlijk die onderneming door te zetten. Natuurlijk is ieder echter
+vrij, te doen wat hij wil. Morgenochtend komen we opnieuw bij elkaar. Wie dan besloten heeft heen te gaan, zal ik op de aarde
+terugbrengen; het spreekt vanzelf dat <span class="pageno">
+[110]
+</span>ik van hem volkomen geheimhouding verwacht.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Den volgenden morgen vergaderden we wederom, en zooals te verwachten viel, wenschte niemand zijn vrijheid terug.
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen stelden we een uitgebreid programma op, waarvan de hoofdinhoud hierop neerkwam, dat we Hertog Alexander, een bekend
+jager, op een zijner jachtpartijen in de boschrijke streken rond Willemstad zouden trachten op te lichten. Er werd echter
+tevens besloten, dat we daartoe niet zouden overgaan, eer De Vogel, die ondanks zijn hooge mate van volmaaktheid, nog in zijn
+kindsheid verkeerde, volkomen voor zijn taak berekend zou zijn. Daarom zwierven we nog vele maanden rond, dien tijd gebruikend
+om de talrijke verbeteringen aan te brengen, die ons luchtschip tot zijn tegenwoordige ontwikkeling brachten. In dien tijd
+stichtten we ook onze nederzetting op Green-Island, benevens een verborgen schuilplaats in de hoogste toppen van het Himalaya-gebergte,
+waar we nu en dan neerdaalden als we&#8212;wat in &#8217;t begin dikwijls gebeurde&#8212;er naar verlangden weer eens vasten grond onder de
+voeten te hebben. In die periode verdeelden we ook onze werkzaamheden zooals die op &#8217;t oogenblik verdeeld zijn, en werd ik
+op uitdrukkelijk verzoek van La, die zijn tijd geheel aan nieuwe uitvindingen en verbeteringen wilde blijven wijden, tot commandant
+benoemd. We kregen toen ook onze tegenwoordige onpersoonlijke namen, en kwamen langzamerhand tot de gewoonten en gebruiken,
+die jij nu ook hebt leeren aannemen, en die niet anders zijn dan de vervolmaking van de reeds jaren in de Oranje-Republiek
+heerschende beginselen.
+<span class="pageno">
+[111]
+</span></p>
+<p>&#8220;In al dien tijd heb ik Elizabeth niet gezien; dat zij echter getrouw is gebleven aan haar overtuigingen, daarvan ben ik zeker.
+Door courantenberichten en geregelden spionnendienst zijn we steeds op de hoogte gebleven van de politieke gebeurtenissen
+in Europa, speciaal in Czernovi&euml;, en we weten ook dat binnen enkele weken het juiste oogenblik gekomen is om onzen slag te
+slaan. Hertog Alexander wordt algemeen genoemd als de aanstaande gemaal van Elizabeth, en zijn nakomelingen zullen de koningskroon
+ontvangen, om Czernovi&euml; als Russischen vazalstaat te regeeren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Onze tocht naar Engeland is slechts een uitstapje geweest, een afwijking van het programma, die ik mij meende te mogen veroorloven.
+Nu gaat het recht op Slavowitz aan, en je begrijpt hoe ik er naar verlang mijn vaderland terug te zien, het te bevrijden,
+en&#8221;&#8212;besloot Li zijn lang verhaal met een diepen zucht&#8212;&#8220;Elizabeth wederom de mijne te noemen!&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob had gespannen geluisterd; toen Li ge&euml;indigd had, zwegen beiden geruimen tijd.
+
+</p>
+<p>Rob&#8217;s bewondering voor deze dappere mannen, die al hun moed en hun kennis in dienst stelden van hun ideaal, groeide met het
+oogenblik, en vooral voelde hij eerbied voor de zelfverloochening, waarmee Li zijn toch zoo zwaar wegende persoonlijke belangen
+aan de goede zaak ten offer bracht. Hij drukte Li krachtig de hand, en beloofde alles in het werk te stellen om naar vermogen
+van krachten tot de bereiking van het grootsche doel mede te werken.
+
+</p>
+<p>Toen zij weer naar hun bezigheden terugkeerden, was elk hunner overtuigd in den ander een waar en trouw vriend gevonden te
+hebben.
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[112]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e1586"></a></p>
+<h1 class="label">Negende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Een onverwacht avontuur.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De kust van Tripolis.&#8212;De leeuwenjacht.&#8212;De onderaardsche gewelven.&#8212;In handen van menscheneters!&#8212;De ontdekkingsreiziger Korling
+als goochelaar.&#8212;De vlucht.&#8212;Weer op De Vogel!
+</p>
+</div>
+<p>Het was 4 December 1901 geworden, en De Vogel daalde neer op de kust van Tripolis, eenige mijlen ten oosten van Bengasi, waar
+niet veel kans bestaat opgemerkt te worden. De streek is daar eenzaam en onbewoond.
+
+</p>
+<p>Hier was het punt waar Nof zich met den vliegtoestel weer bij zijn reisgenooten zou voegen.
+
+</p>
+<p>Toen De Vogel neerdaalde, was het tien uur in den morgen; men wist dat Nof tegen den middag kon aankomen, en er werd daarom
+besloten De Vogel onder toezicht van Mu, en onder een groep palmboomen verborgen, achter te laten. De anderen wilden dan een
+tochtje maken door &#8217;t kustgebergte, wat volgens de Vogelbewoners veilig kon geschieden, daar deze streek tot eenige mijlen
+landwaarts in geheel onbewoond was. De plantengroei, de mooie <span class="pageno">
+[113]
+</span>vergezichten, die men hier en daar over de Middellandsche Zee had, dit was aanleiding genoeg om het uitstapje te wagen.
+
+</p>
+<p>Van eenig voedsel voorzien, en als altijd met de gaspistolen en de voorraadtasch bij hen, gingen de zes mannen aan land, Mu
+de boodschap achterlatend, dat ze niet v&oacute;or den avond zouden terugkomen.
+
+</p>
+<p>Hoewel de zon fel scheen, het zand en de rotsen den gloed weerkaatsten, vergat men dat gaarne voor het prachtige landschap,
+dat bij elken pas de bewondering opwekte. Nu en dan beklom men een kleinen heuvel, en vandaar had men een prachtig uitzicht
+op den Middellandschen Oceaan, die met recht zijn bijnaam &#8220;de Blauwe Oceaan&#8221; mocht dragen, want de golven zagen er uit als
+vloeibare blauwe edelgesteenten, die in de zonnestralen gloeiden en flonkerden.
+
+</p>
+<p>Op eens bleef Rob staan, greep Li bij den arm en wees op een hoog rotsblok, dat eenige honderden meters meer zuidwaarts lag.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een leeuw!&#8221; zei Li, zoo kalm alsof hij een onschuldig huisdiertje gezien had in plaats van dezen woestijnkoning.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een leeuw!&#8221; herhaalden de anderen.
+
+</p>
+<p>Hoewel vertrouwend op hun wapens, bleven toch allen onbewegelijk staan, onwillekeurig onder den indruk bij het zien van dit
+majestueuse dier, dat, de naderenden bemerkend, opgestaan was uit zijn lui-liggende houding, en den staart langzaam heen en
+weer bewoog.
+
+</p>
+<p>De leeuw deed een dreigend gebrul hooren, dat door de rotsen honderdvoudig werd weerkaatst, en nu vertoonde zich naast hem
+een minder groot, niet zoo <span class="pageno">
+[114]
+</span>majestueus dier, dat een leeuwin bleek te zijn. Beiden bleven op de plaats waar ze waren, nu en dan een dof gebrul uitstootend,
+en zonder de reizigers uit het oog te verliezen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is het beste, dat we er recht op af gaan,&#8221; zei Li. &#8220;Omkeeren en vluchten zou dwaasheid zijn, dan hebben ze ons weldra
+met enkele sprongen ingehaald.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob voelde het hart in de keel kloppen.
+
+</p>
+<p>Hij was niet bang van aard, maar den leeuw kende hij tot nog toe alleen uit Artis, waar de tralies hem veilig van den toeschouwer
+scheiden. Het was wel een schouwspel om ook den moedigste angst aan te jagen, daar zoo van aangezicht tot aangezicht tegenover
+dit machtige dier te staan.
+
+</p>
+<p>Maar de overigen waren op hun reizen aan zulke ontmoetingen gewoon geraakt, en zonder een oogenblik te aarzelen, gingen ze
+recht op het leeuwenpaar af, de pistolen gereed houdend.
+
+</p>
+<p>Als verbaasd over zooveel stoutmoedigheid, bleven de beide dieren staan, totdat de mannen op ongeveer twintig meter waren
+genaderd.
+
+</p>
+<p>Toen deed de leeuw een geweldigen sprong naar beneden, en kwam brullend op Li af, die rustig staan bleef.
+
+</p>
+<p>Het dier was hem tot op vijf passen genaderd, het hief den verschrikkelijken klauw op, en Rob verwachtte elk oogenblik zijn
+onverschrokken vriend ter aarde te zien storten.
+
+</p>
+<p>Maar Li richtte bedaard, trok af, en, door het uitstroomende gas bedwelmd, bleef de leeuw zonder zich te verroeren bewusteloos
+aan Li&#8217;s voeten liggen.
+<span class="pageno">
+[115]
+</span></p>
+<p>Een tweede schot, en de inmiddels toegesprongen leeuwin had hetzelfde lot ondergaan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een prachtig dier,&#8221; zei Li. &#8220;Ik houd er niet van een weerloos dier te dooden, vooral niet een, dat ons volstrekt geen kwaad
+heeft gedaan. Maar anders zou zijn huid een fraai figuur maken als haardkleed in onze eetzaal.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Laten we verder gaan,&#8221; zei La. &#8220;Deze dieren zijn voor vierentwintig uur buiten gevecht gesteld; tegen dat zij bijkomen, hebben
+wij Afrika al verlaten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Men beklom nu de rots, om te zien of zich daarboven het hol van de leeuwenfamilie zou bevinden. Men vond er echter tot zijn
+verrassing slechts een soort leger van gedroogde planten, waar de dieren hun middagslaapje hadden willen doen, en, om zich
+heen ziende, bemerkte Rob op eens twee jonge leeuwtjes, niet grooter dan een flinke kat, die angstig zaten te kijken waar
+hun ouders bleven, en nu en dan een gehuil deden hooren als van een bevreesd, verdwaald kind.
+
+</p>
+<p>&#8220;Daar moesten we er een van vangen en tam maken,&#8221; zei La, &#8220;we zouden dan op De Vogel ook een huisdier hebben.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Misschien kan &#8217;t wel als waakhond dienen,&#8221; zei Rob.
+
+</p>
+<p>Men ging nu op de beide dieren toe, die echter verschrikt op de vlucht sloegen.
+
+</p>
+<p>Gedurende eenige minuten liepen de mannen ze na, de dieren niet uit het oog verliezend.
+
+</p>
+<p>Op eens waren ze beiden als in een rotswand verdwenen. Slechts een opening van ongeveer een halven meter doorsnede toonde
+aan waar ze verdwenen waren.
+<span class="pageno">
+[116]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ha!&#8221; zei Li, &#8220;daar hebben we het leeuwenhol! Daar moeten we in.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij ging op den buik liggen, en trachtte naar binnen te zien. Het was daar echter geheel donker. Het hoofd en de schouders
+naar binnen werkend, ontstak hij zijn electrische lamp en verlichtte daarmee het hol.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het hol wordt van binnen wat wijder,&#8221; zei Li, &#8220;we zouden er wel in kunnen kruipen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar als er nu eens nog meer leeuwen in waren?&#8221; onderstelde Rob, &#8217;n beetje beangst.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zal niet,&#8221; zei Li, &#8220;er woont nooit meer dan &eacute;en leeuwenfamilie tegelijk in een hol.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar,&#8221; riep op eens La, &#8220;het kan immers onmogelijk een leeuwenhol zijn! Door die kleine opening kunnen die groote dieren
+toch niet naar binnen!&#8221;
+
+</p>
+<p>Men zag de juistheid van die opmerking in, doch nu was men slechts te nieuwsgieriger om te weten te komen wat dit voor een
+onderaardsche gang was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Laten we er in gaan,&#8221; zei Li, als altijd door het avontuurlijke aangetrokken.
+
+</p>
+<p>Niemand had daar iets tegen, en nu ging men een voor een, Li vooruit, naar binnen, allen met de electrische lantaarn in de
+hand.
+
+</p>
+<p>Gedurende eenige meters moest men op den buik voortkruipen; toen werd de gang hooger en breeder, en kon men gaan staan. Voor
+zich uit ziende, bemerkte men zich in een soort onderaardsche straat te bevinden, die over een onafzienbaren afstand in rechte
+lijn doorliep.
+
+</p>
+<p>La bukte zich, en onderzocht den bodem.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dit is waarschijnlijk een oude stroombedding,&#8221; <span class="pageno">
+[117]
+</span>zei hij, &#8220;de aard van den bodem wijst er op. Vermoedelijk heeft vroeger een rivier hier voor een deel van zijn loop onder
+de aardoppervlakte doorgestroomd.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan zou &#8217;t wel aardig zijn eens te onderzoeken waar deze gang aan de andere zijde uitkomt,&#8221; zei Li.
+
+</p>
+<p>Zijn voorstel vond bijval en nu begon men in zuidelijke richting door te loopen, hier en daar losse steenen tot hoopjes opstapelend,
+om op die manier bij het teruggaan een herkenningsteeken te hebben.
+
+</p>
+<p>Na ongeveer tien minuten in rechte lijn te hebben doorgeloopen, kwam men op een soort pleintje, waarop, behalve de weg dien
+men gevolgd was, verscheidene andere gangen uitmondden. Enkele daarvan liep men in, doch deze bleken slechts weinige meters
+diep te zijn; daar niemand voorkeur had voor een bepaalde richting, en dat ook moeielijk hebben kon, besloot men den weg te
+volgen die ongeveer in het verlengde van den oorspronkelijken lag.
+
+</p>
+<p>Na een kwartier te zijn voortgegaan, besloot men halt te houden, en eenig voedsel te gebruiken.
+
+</p>
+<p>Dit middagmaal onder de oppervlakte van den beganen grond had voorzeker iets eigenaardigs, en deed den lust tot avonturen
+nog toenemen.
+
+</p>
+<p>Toen men weer reisvaardig was, had alleen La eenig bezwaar tegen den verderen tocht.
+
+</p>
+<p>&#8220;Is het eigenlijk geen dwaasheid,&#8221; zei hij, &#8220;een onbekenden weg naar een onbekend doel te blijven volgen, zonder dat ons dat,
+naar alle waarschijnlijkheid ten minste, eenig nut kan opleveren?&#8221;
+
+</p>
+<p>In die uitspraak lag ongetwijfeld veel waars, maar de meeste stemmen verklaarden zich toch voor het doorzetten van den tocht,
+ten eerste omdat men wou <span class="pageno">
+[118]
+</span>volvoeren wat men eenmaal begonnen was, en ten tweede omdat men immers elk oogenblik kon terugkeeren wanneer de onderneming
+gevaarlijk of te langdurig zou blijken te zijn.
+
+</p>
+<p>Men ging dus verder.
+
+</p>
+<p>Rob bleef echter staan en vroeg:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie heeft dit doosje lucifers laten liggen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Lucifers?&#8221; vroeg La verwonderd, &#8220;dat kan jijzelf alleen gedaan hebben. Zulke dingen van barbaarschen oorsprong worden aan
+boord van De Vogel niet gebruikt. Daar heerscht de electriciteit oppermachtig.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar ik had heelemaal geen lucifers bij me toen ik aan boord kwam,&#8221; zei Rob, het doosje bekijkend. &#8220;Het moet van een van
+jullie zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Ook de anderen bekeken het doosje, maar het bleek geen van allen toe te behooren. Het droeg een Hollandsch etiket en was blijkbaar
+ook in Holland gemaakt.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is vreemd,&#8221; zei La. &#8220;Steek het bij je, Rob. Na dezen vondst zou ik er voor zijn den tocht voort te zetten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Nog gedurende een half uur ging men verder.
+
+</p>
+<p>Nu eens moest men op den buik kruipend voortgaan, daar de zoldering zich verlaagde, dan weer waadde men tot over de enkels
+door het water, waarmee enkele gangen waren volgeloopen. Het aangenaamste van dit verblijf onder den grond was de heerlijke
+koele temperatuur die er heerschte, in tegenstelling met de brandende warmte daarboven.
+
+</p>
+<p>De vondst van het doosje lucifers, waaraan La zeer veel waarde scheen te hechten, was aanleiding dat men telkens naar den
+grond zag, hopende nog iets <span class="pageno">
+[119]
+</span>dergelijks te vinden. En inderdaad raapte Nef na eenigen tijd een knoop op.
+
+</p>
+<p>Tot aller verbazing droeg deze&#8212;zooals trouwens meer op knoopen voorkomt&#8212;een randschrift. Niet over dit feit op zichzelf was
+men verbaasd, maar over de woorden die er stonden: F. Sinemus, Leidschestraat, Amsterdam.
+
+</p>
+<p>Wel, dit was de naam van een bekend Amsterdamsch magazijn, zooals Rob meedeelde. Hoe kwam die Hollandsche knoop hier verzeild?
+
+</p>
+<p>La scheen iets te vermoeden, maar zei niets.
+
+</p>
+<p>De tocht werd voortgezet.
+
+</p>
+<p>Een paar maal bleek men zich, door &#8217;t voortdurend kronkelen en wenden dat de gangen sedert eenige minuten deden, in de richting
+te hebben vergist, en kwam men langs een omweg weer op een punt terug dat men eenigen tijd te voren verlaten had. Dat maakte
+de reis lastig en tijdroovend, maar nu men eenmaal zooveel moeite gedaan had, was men het er over eens, dat men tot het einde
+zou doorgaan.
+
+</p>
+<p>Met nieuwen moed legde men opnieuw een weg van ongeveer vijftien minuten af.
+
+</p>
+<p>Toen bukte La zich en raapte een stukje papier op, dat de aandacht der anderen ontsnapt was. Het was blijkbaar een snipper
+van een grooter stuk, en bevatte niets dan enkele onleesbare, afgebroken woorden, en onderaan in een hoek de letters W.K.
+
+</p>
+<p>&#8220;W.K! Zou het mogelijk zijn!&#8221; mompelde La onder het verder gaan, zonder dat zijn verbaasde reisgenooten hem tot een nadere
+verklaring konden brengen.
+
+</p>
+<p>Weer vorderde men tien minuten, toen Li, die <span class="pageno">
+[120]
+</span>vooraan liep, de anderen opeens tot stilstaan dwong en den vinger op de lippen legde, ten teeken dat ze zouden zwijgen.
+
+</p>
+<p>Allen luisterden nu in gespannen aandacht, en daar hoorde men op eenigen afstand een verward geluid van stemmen, dat nu en
+dan door gejuich scheen te worden onderbroken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Deze gewelven zijn bewoond!&#8221; fluisterde Li.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zouden we verder durven gaan?&#8221; vroeg een van de anderen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mits met voorzichtigheid, <i>moeten</i> we verder gaan,&#8221; zei La nu. &#8220;Ik geloof dat onze tocht nu <i>een doel</i> begint te krijgen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Voet voor voet ging men nu voorwaarts.
+
+</p>
+<p>Bij het omslaan van een hoek sprong Li opeens terug, en dwong de anderen zich tegen den wand gedrukt op te stellen.
+
+</p>
+<p>Voorzichtig keek Li om den hoek, en wenkte toen de anderen, dat ze nader konden komen. Nog enkele passen slopen ze vooruit,
+en toen trok een zeer merkwaardig schouwspel, dat ze door een smallen spleet in de rotsen konden bijwonen, hun aandacht.
+
+</p>
+<p></p>
+<div class="divFigure">
+<p class="legend"><img border="0" src="images/p120.jpg" alt="De heele vergadering had den rug naar de verborgen toeschouwers gekeerd. (pag. 121.)"></p>
+<p class="figureHead">De heele vergadering had den rug naar de verborgen toeschouwers gekeerd. (pag. 121.)</p>
+</div><p>
+
+</p>
+<p>In een met flambouwen verlichte groote ruimte, die waarschijnlijk wel met deze gangen in verband zou staan, bevonden zich
+een groot aantal negers, die allen slechts spaarzaam gekleed waren, en waarvan de meesten om polsen en enkels ringen van doodsbeentjes,
+vruchtenpitten en dierentanden droegen. Ze zaten meerendeels op den grond gehurkt, slechts enkelen stonden, en allen waren
+gewapend met een schild en een speer.
+<span class="pageno">
+[121]
+</span></p>
+<p>De heele vergadering had den rug naar de verborgen toeschouwers gekeerd, en zag met groote aandacht naar den tegenoverliggenden
+wand der &#8220;zaal,&#8221; waar klaarblijkelijk het een of ander gebeurd was dat zij zeer merkwaardig vonden, doch waar op het oogenblik
+niets bizonders te zien was.
+
+</p>
+<p>Hoe vreemd het moge klinken, het geheel maakte den indruk van een schouwburg, waarin de negers de toeschouwers vormden.
+
+</p>
+<p>En weldra zagen Li en zijn vrienden tot hun groote verbazing, dat hier inderdaad een soort van voorstelling plaats had, die
+men eer in een West-Europeesch land dan in deze Afrikaansche wildernissen zou gezocht hebben.
+
+</p>
+<p>Een rechthoekig gedeelte van den donkeren wand, dat het tooneel scheen te vormen, werd plotseling hel verlicht.
+
+</p>
+<p>Men zag nu een houten vierkant tentje van ongeveer 2 M. hoog, 1.5 M. diep en 1.5 M. breed, waarvoor naar beide zijden opengeslagen
+gordijn hingen. Het houten huisje was geheel ledig.
+
+</p>
+<p>Onder een oorverdoovende muziek, die de negers op steenen, met huiden overspannen potten en op lange rieten fluiten te weeg
+brachten, kwam nu een man naar voren, die geheel het voorkomen had van een neger, ook zwart van gelaatskleur was, doch wiens
+bewegingen schenen aan te duiden dat hij van een ander ras was. Hij stak de hand op en gebood stilte.
+
+</p>
+<p>Nu begaf hij zich in het huisje, en werd door een helper aan den achterwand vastgemaakt. Dit geschiedde door zijn nek, zijn
+enkels en zijn polsen <span class="pageno">
+[122]
+</span>te omsluiten met halfcirkelvormige banden, die aan den achterwand waren vastgemaakt, en om een hunner uiteinden konden draaien.
+Het andere uiteinde werd daarna door negers uit het publiek, die zich daartoe kinderlijk opdringend aanboden, met hangsloten
+aan een eveneens in den wand gestoken oog bevestigd. De sloten werden omgedraaid en daarna gingen de gelukkige eigenaars der
+sleutels weer naar hun plaatsen terug, overtuigd dat een hangslot als &#8217;t hunne, waarover ze een week lang met hun gebrekkige
+hulpmiddelen hadden gesmeed, nooit te openen zou zijn.
+
+</p>
+<p>De helper schoof nu het gordijn dicht. Enkele seconden daarna, terwijl dezelfde helsche muziek de pauze had aangevuld, opende
+de helper het gordijn&#8212;en de gevangene was gevlogen!
+
+</p>
+<p>De negers waren stom van verbazing. Ze liepen op het huisje toe, rukten aan hun hangsloten, maar begrepen niet hoe men deze,
+trouwens nu weer gesloten, voorwerpen had kunnen openen.
+
+</p>
+<p>Een stormachtig gejuich ging op, en de vertooner van het kunststuk moest allerlei huldebetuigingen in ontvangst nemen.
+
+</p>
+<p>De achter de rots verborgen toeschouwers keken elkaar met een glimlach aan. Wat beteekende deze kermisvertooning hier in de
+wildernis, bijgewoond door een natuurvolk, dat van zulke uitvindingen der beschaving nooit gedroomd had?
+
+</p>
+<p>Zij hadden echter niet veel tijd tot nadenken, want de voorstelling scheen hiermee ge&euml;indigd, en het gezelschap maakte aanstalten
+tot heengaan.
+
+</p>
+<p>Om zich niet te verraden, bleven de zes mannen <span class="pageno">
+[123]
+</span>onbewegelijk in hun hoekje zitten, hopend onbemerkt te ontsnappen zoodra de zaal leeg was.
+
+</p>
+<p>Zij hadden echter niet er op gerekend, dat de &#8220;schouwburg&#8221; zijn voornaamsten uitgang had naar de gewelven waar zij zelf zich
+op het oogenblik bevonden, en voor zij er op bedacht waren, stond een tiental negers verbaasd naar hen te kijken.
+
+</p>
+<p>Tegenwoordigheid van geest was het eenige wat onze vrienden redden kon. In de handen te vallen van dezen negerstam had niet
+de minste bekoring voor hen, en het was dus zaak door een vastberaden optreden te doen zien dat ze niet van plan waren zich
+gevangen te geven.
+
+</p>
+<p>Zes gaspistolen gingen af, en de voorste rijen der negers vielen bewusteloos neer. Snel hun neusknijpers opzettend brandde
+de kleine troep dapperen nogmaals los, en ook een rij van de nu opdringende negers viel neer. Maar het aantal was te groot,
+en een in het nu geopende gewelf binnendringende luchtstroom joeg het bedwelmende gas weg. Ook van uit andere gangen kwamen
+negers aansnellen, en de overmacht was zoo groot, dat het onverschrokken zestal weldra overmand en gebonden werd weggevoerd.
+
+</p>
+<p>Dat was een verschrikkelijke gebeurtenis.
+
+</p>
+<p>In het begin had men een flauwe hoop, dat er met zulke moderne negers, die vertooningen hielden, waarmee men in het Amsterdamsche
+Rembrandt-Theater een goed figuur zou maken, wel te redeneeren zou zijn. Maar weldra bleek niet alleen, dat men zich op geen
+enkele manier verstaanbaar kon maken, doch ook dat men blijkbaar met een bloeddorstigen stam te doen had, getuige de talrijke
+trofee&euml;n van schedels en <span class="pageno">
+[124]
+</span>doodsbeenderen, die men opgesteld zag in een ander, eveneens met flambouwen verlicht gedeelte van de gewelven, waar de zes
+vrienden nu heengebracht werden.
+
+</p>
+<p>Eenige zeer rijk versierde negers, die blijkbaar tot de regeeringspartij van den stam behoorden, namen nu op een uit rotsblokken
+gevormde verhevenheid plaats, en schenen raad te houden. Zij gaven een teeken, en de gevangenen werden voorgebracht. Eerst
+beproefde men elkaar door gebaren te begrijpen, maar toen dit geheel mislukte, scheen een der hooge heeren op een beter denkbeeld
+te komen. Hij zond een boodschapper af, en deze kwam terug met den helper, die zooeven bij de comedievoorstelling had geassisteerd.
+Men wilde hem blijkbaar als tolk doen dienen.
+
+</p>
+<p>Benieuwd wat deze neger van zijn betrekking terecht zou brengen, keken de gevangenen toe. Het opperhoofd gaf den tolk eenige
+instructies, en tot groote verbazing der zes mannen, vroeg de neger hun in zuiver Hollandsch:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie van u is de verantwoordelijke persoon van uw expeditie?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik,&#8221; antwoordde Li.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het opperhoofd van den stam der Ligo-Ambura<a id="d0e1820src" href="#d0e1820" class="noteref">1</a> vraagt of zij u zonder gevaar uw wapens kunnen afnemen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat kan,&#8221; zei Li, &#8220;maar wij zullen ze zelf wegleggen, want wanneer een oningewijde ze aanraakt, zal hij groote rampen over
+den stam brengen.&#8221;
+<span class="pageno">
+[125]
+</span></p>
+<p>De tolk bracht dit antwoord over, en het opperhoofd gelastte nu, dat Li hem de pistolen zou brengen.
+
+</p>
+<p>Het opperhoofd keek er eenigszins angstig naar, en liet toen door den tolk weten, dat hij verlangde er mee te zien schieten.
+Tevens gaf hij bevel een der andere negers als doel te gebruiken.
+
+</p>
+<p>Li deed hem opmerkzaam maken, dat dit niet ging, want dat de neger dan bewusteloos zou neervallen.
+
+</p>
+<p>Maar dat scheen het opperhoofd een zaak van ondergeschikt belang, en hij herhaalde zijn bevel zoo dreigend, dat Li wel moest
+gehoorzamen.
+
+</p>
+<p>Er werd nu een slaaf voorgebracht, en Li schoot een gaspatroon op hem af, met het gevolg, dat de man bewusteloos neer viel,
+veroordeeld om daar vier-en-twintig uur te blijven liggen.
+
+</p>
+<p>Deze uitwerking bracht er eenigszins den schrik in, vooral toen de gassen bovendien nog vier andere negers, die in de nabijheid
+stonden, eveneens bewusteloos deden worden. Het opperhoofd kreeg nu zooveel ontzag voor de wapens, dat hij Li deed gelasten
+ze bij elkaar op een daarvoor aangewezen rotsblok aan het verste gedeelte der zaal neer te leggen. Verscheiden negers bleven
+er angstig om heen dwalen, nieuwsgierige blikken naar die wonderdingen werpend, maar niemand durfde zich in de nabijheid wagen.
+
+</p>
+<p>Toen volgde de vraag, of de gevangenen bovennatuurlijke wezens waren.
+
+</p>
+<p>Li liet hierop antwoorden, dat ze reizigers waren die leeuwen kwamen schieten en overigens slechts vredelievende bedoelingen
+hadden.
+
+</p>
+<p>Het opperhoofd deed nu nog verscheidene vragen <span class="pageno">
+[126]
+</span>stellen, die de tolk naar zijn eigen inzicht beantwoordde. In de plaats daarvan, doende of hij de vragen vertaalde, hield
+hij het volgend gesprek met Li.
+
+</p>
+<p>De tolk: &#8220;Weet u wel waar u hier bent?&#8221;
+
+</p>
+<p>Li: &#8220;Neen.&#8221;
+
+</p>
+<p>De tolk: &#8220;In handen van menscheneters.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li: &#8220;Maar wat doet u dan hier?&#8221;
+
+</p>
+<p>De tolk: &#8220;Ik ben een Hollander, de bediende van een ontdekkingsreiziger. We zijn al een jaar hier gevangen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li: &#8220;Maar waarom sparen ze u het leven?&#8221;
+
+</p>
+<p>De tolk: &#8220;Professor Korling geeft allerlei goochelvoorstellingen. Daarmee heeft hij zichzelf en mij het leven gered, en op
+die manier hebben we dat leven al een jaar lang gerekt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li: &#8220;Dat is verschrikkelijk. En wat denkt u dat ze met ons zullen doen?&#8221;
+
+</p>
+<p>De tolk: &#8220;Opeten, zonder twijfel. Elke blanke die in hun handen valt, wordt levend geroosterd en daarna opgegeten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li: &#8220;Een prettig vooruitzicht. Komen er hier veel blanken?&#8221;
+
+</p>
+<p>De tolk: &#8220;Tamelijk veel. Ze gaan hier dikwijls op de leeuwenjacht, en vermoeden dan niet dat zich in deze eertijds onbewoonde
+streken kannibalen ophouden. De Ligo-Ambura zijn een stam, die zich van de hunnen hebben afgescheiden. Uit Midden-Afrika gekomen,
+hebben ze ze zich hier in die holen, een oude stroombedding, gevestigd.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li: &#8220;Denkt ge, dat er kans is te ontsnappen?&#8221;
+
+</p>
+<p>De tolk: &#8220;Zeer weinig, anders hadden wij het al gedaan.&#8221;
+<span class="pageno">
+[127]
+</span></p>
+<p>Hiermee eindigde het gesprek, want het opperhoofd gaf het bevel de gevangenen weg te brengen.
+
+</p>
+<p>Zij werden nu in een andere &#8220;zaal&#8221; gebracht, grenzende aan deze, en werden daar den geheelen dag gelaten.
+
+</p>
+<p>Tegen den avond bracht men hun eenig voedsel, hoofdzakelijk bestaand uit wat taai, oneetbaar leeuwenvleesch, en daarna liet
+men hen weer aan hun lot over.
+
+</p>
+<p>Toen ze alleen waren werd er raad gehouden. Li stelde voor zich van de pistolen meester te maken, maar de omstandigheid dat
+de stam verscheidene honderden leden telde, deed hen van een algemeenen aanval, waarbij zij toch wel het onderspit zouden
+delven, afzien.
+
+</p>
+<p>Het was een wanhopige toestand.
+
+</p>
+<p>De groote kans, dat zij morgen levend gebraden en opgegeten, zouden worden, stemde hen geen van allen vroolijk, maar ze bleven
+toch nog geruimen tijd over middelen ter ontsnapping nadenken, nu evenals altijd den moed niet verliezend.
+
+</p>
+<p>Tegen tien uur &#8217;s avonds werd een zwaar rotsblok, dat den ingang afsloot, opzij geschoven; twee negers kwamen binnen, en de
+deur, of liever gezegd het rotsblok, ging weer dicht. Zoodra de opening gesloten was, kwam een der negers, dien men herkende
+als hem, die dien middag de voorstelling had gegeven, met uitgestrekte handen op hen toe, en zei in het Hollandsch:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe heerlijk, dat ik landgenooten tref! Maar hoe treurig, dat u lotgenooten moet zijn!&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij stelde zich nu voor als de bekende ontdekkingsreiziger <span class="pageno">
+[128]
+</span>Willem Korling, en vertelde dat hij, evenals zijn knecht, gedwongen was geworden een negercostuum aan te trekken en zich zwart
+te verven, opdat zij de negers door hun Europeesche kleeding en hun blanke kleur niet voortdurend zouden ergeren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Korling!&#8221; zei La, &#8220;dus ik heb goed geraden!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wist u dan, dat ik hier was?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen. Maar ik vond op weg hierheen dit doosje lucifers, dezen knoop, en dit papiertje met uw voorletters&#8221;&#8212;de professor herkende
+die inderdaad als van hem afkomstig&#8212;&#8220;en daar ik wist dat u in Nederland al sedert een jaar als gestorven betreurd wordt, omgekomen
+op de kust van Tripolis, vermoedde ik dadelijk dat ik uw spoor gevonden had. Het is mij een groote vreugde dat u nog leeft,
+maar ik vind het verschrikkelijk u onder deze omstandigheden te moeten aantreffen.&#8221;
+
+</p>
+<p>La had de avonturen van den ontdekkingsreiziger&#8212;den Hollandschen natuurkundige en Afrika-kenner Korling, tevens professor
+in de oude talen&#8212;in de nieuwsbladen gelezen, en ook Rob herinnerde zich nu zeer goed daarvan gehoord te hebben. Na eenige
+zeer geslaagde ontdekkingsreizen te hebben ondernomen, onder meer naar de bronnen van den Nijl, was Korling bij zijn laatsten
+tocht met zijn schip door hevige stormen op de kust van Tripolis geworpen; alle opvarenden waren omgekomen, behalve hijzelf
+en zijn bediende, die in handen der <span class="corr" title="Bron: Lingo-Ambura">Ligo-Ambura</span> waren gevallen. In Nederland wist men niet beter of de beminde en beroemde man was een afgrijselijken dood gestorven.
+
+</p>
+<p>&#8220;Men was reeds bezig,&#8221; vertelde Korling, &#8220;het <span class="pageno">
+[129]
+</span>vuur te stoken waarboven wij gebraden zouden worden, toen ik op de gedachte kwam door enkele kleine goochelkunstjes, waarmee
+ik mijn kinderen wel bezig hield, de aandacht af te leiden. Die poging gelukte boven verwachting. Ik tooverde een armring
+van het opperhoofd weg, en bracht die uit den neus van zijn vrouw weer te voorschijn; ook vertoonde ik eenige toeren met lucifers
+en geldstukken. Het succes was verbazend. Het opperhoofd benoemde mij tot zijn hofkunstenaar, en sedert dien tijd ben ik bijna
+onafgebroken bezig met sensationeele voorstellingen te geven. Het is wel droevig,&#8221; zei hij met een zucht en een glimlach,
+&#8220;te moeten bedenken dat ik, professor en ontdekkingsreiziger, mijn leven moet rekken door als kermisgoochelaar op te treden.
+Maar wat doet men al niet om te verhinderen dat men opgegeten wordt? Dat zou toch al een heel onwaardig einde zijn!&#8221;
+
+</p>
+<p>De professor vertelde nu ook nog, dat zijn natuurkundige kennis hem in staat had gesteld met allerlei eenvoudige, zelfs gebrekkige
+hulpmiddelen, proeven te vertoonen, waarvoor deze wilde menschen het grootste respect toonden.
+
+</p>
+<p>&#8220;U zult niet willen gelooven,&#8221; zei hij lachend, &#8220;dat ik hier de zegeningen der modernste beschaving heb binnengeleid. Zoo
+heb ik bijvoorbeeld electrisch licht weten te verkrijgen en zelfs een <span class="corr" title="Bron: telephoon">telefoon</span> aangelegd, waarmee het opperhoofd me soms een heelen dag opschelt en ellenlange gesprekken met me houdt; want ik heb natuurlijk
+in dat jaar gelegenheid genoeg gehad om de taal der <span class="corr" title="Bron: Lingo-Ambura">Ligo-Ambura</span> grondig te leeren. De kunst die ik van middag vertoonde, kent men in Europa onder den naam van &#8220;De gevangene <span class="pageno">
+[130]
+</span>van Zenda.&#8221; Ze is heel merkwaardig, vindt u niet?&#8221;
+
+</p>
+<p>Het was eigenaardig, zooals deze man over zijn goocheltoeren sprak, en &#8217;t leek wel of hij er plezier in had en niets liever
+wilde dan hier zijn leven als &#8220;hofkunstenaar&#8221; te slijten. Maar men moet bedenken, dat hij zich met die toeren het leven had
+gered, en dus groote waarde er aan toekende, ja, er dag en nacht geheel van vervuld was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe gaat die toer eigenlijk?&#8221; vroeg Rob nieuwsgierig.
+
+</p>
+<p>&#8220;O, dat is heel eenvoudig,&#8221; antwoordde Korling. &#8220;De oogjes, waarover het losse uiteinde van de om nek, enkels en polsen sluitende
+halve bogen past, kunnen door het wegnemen van een spie aan den achterkant worden losgemaakt uit den wand. De gevangene trekt
+ze dan eenvoudig met de halve bogen, de hangsloten en al naar zich toe, en&#8212;is vrij. De sloten hebben er dus eigenlijk niets
+mee te maken en kunnen zoo stevig zijn als men maar wil. De gevangene stapt door den achterwand, die om een spil in het midden
+draaien kan, uit het huisje, na de halve bogen weer met die spie&euml;n aan den achterwand bevestigd te hebben.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is zeker heel eenvoudig,&#8221; zei Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Morgen zal ik u nog een veel mooieren toer laten zien,&#8221; zei de professor. &#8220;Dan ga ik in een rechtopstaande doodkist staan,
+en verander voor uw oogen in een geraamte. Griezelig, h&egrave;? Maar toch is &#8217;t heel eenvoudig. &#8217;t Was indertijd in de Warmoesstraat
+in Amsterdam te zien.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja!&#8221; riep Rob, in wien nu al de belangstelling en de nieuwsgierigheid van den schooljongen loskwam. <span class="pageno">
+[131]
+</span>&#8220;Dat herinner ik me heel goed. Maar ik begreep er toen niets van. Hoe doen ze dat?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, dat gaat als volgt,&#8221; zei de professor. &#8220;Recht voor den toeschouwer staat een open doodkist; daarin ga ik rechtop staan,
+schel verlicht door lampjes aan weerszijden. De doodkist staat achter op het tooneel; naar de toeschouwers toegaande, staan
+er rechts twee en links twee coulissen, zwart evenals de achtergrond, en het tooneel in gelijke deelen verdeelend. Tusschen
+twee van die coulissen, rechts of links naar verkiezing, maar verborgen voor den toeschouwer, staat precies zoo&#8217;n kist als
+de eerste, doch in richting loodrecht daarop. Deze bevat een geraamte&#8212;dat hier nog al gemakkelijk te krijgen is! Nu draait
+men de lichten naast de kist, waarin ik sta, langzaam uit, zoodat ik geheel in &#8217;t donker kom en onzichtbaar wordt. Tegelijkertijd
+worden de lichten van de andere kist langzaam opgedraaid en het spiegelbeeld daarvan wordt zichtbaar op een groote glazen
+plaat, die van de linker- (rechter-) voorste coulisse onder een hoek van vijfenveertig graden met den horizon, naar de rechter-
+(linker) achterste coulisse loopt. Dit beeld bedekt nu volkomen het intusschen verdwenen eerste beeld. Met andere woorden:
+men ziet mij langzamerhand in een geraamte veranderen. U begrijpt dat de negers daar verrukt van zullen zijn!&#8221;
+
+</p>
+<p>Het verhaal intresseerde Rob zeer, die het heerlijk vond zoo in de geheimen van de kermis te worden ingewijd.
+
+</p>
+<p>Maar Li vond het tijd worden den professor op andere gedachten te brengen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ziet u geen kans om ons weg te tooveren, professor? <span class="pageno">
+[132]
+</span>Met andere woorden: een middel tot ontsnapping aan de hand te doen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Daar scheen de professor nog niet over gedacht te hebben. Hij was zoo gewoon geraakt aan zijn gevangenschap, en zoo overtuigd
+dat elke poging tot ontsnapping vruchteloos zou zijn, dat hij eigenlijk wat verbaasd van die vraag opkeek.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het zou misschien mogelijk zijn ons van de wapens meester te maken,&#8221; zei de bediende van den professor. &#8220;We kunnen er wel
+niet veel mee uitrichten tegen overmacht, maar wanneer de voorstelling morgen veel succes heeft, hebben we kans dat de heele
+stam tegen den avond smoordronken ligt te slapen. Dan is er misschien iets uit te richten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar we kunnen toch niet over de Middellandsche Zee zwemmen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het middel om over de zee te komen zou ik u misschien kunnen verschaffen,&#8221; zei Li.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat!&#8221; riep de professor opspringend. &#8220;En hoe?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat moet u aan me overlaten,&#8221; antwoordde Li. &#8220;Ik mag het u niet zeggen voorloopig.&#8221;
+
+</p>
+<p>Natuurlijk dacht Li aan De Vogel. Mu en de inmiddels teruggekeerde Nof zouden ongerust zijn over hun wegblijven, en trachten
+met De Vogel hun sporen te volgen. Li hoopte het luchtschip den volgenden dag te kunnen praaien. Voor zulke gevallen had men
+steeds een signaalfluitje, dat een zeer doordringend geluid gaf en waarmee men elkaar seinen kon geven.
+
+</p>
+<p>Het werd tijd om te gaan rusten, ten einde op de gebeurtenissen van den volgenden dag voorbereid te zijn. Men kon niet veel
+anders doen dan op den <span class="pageno">
+[133]
+</span>naakten grond te gaan liggen, en zoo te ondervinden hoe de professor en zijn bediende tot nog toe den nacht in hun nu door
+zes lotgenooten gedeeld verblijf hadden doorgebracht.
+
+</p>
+<p>Den volgenden morgen werd men vrij vroeg gewekt en voor het opperhoofd gebracht. Deze liet hen meedeelen, dat ze tegen den
+middag de eer zouden genieten door hemzelf, zijn vrouwen en hovelingen te worden opgegeten.
+
+</p>
+<p>Toen deze mededeeling was gedaan, hield de professor een lange toespraak tot het opperhoofd.
+
+</p>
+<p>Hij vertelde hem, dat hij verkeerd zou doen met de vreemdelingen zoo spoedig dat groote gunstbewijs te schenken, daar zij
+bizondere eigenschappen bezaten, waardoor hun gebeente ook na den dood de macht bleef houden om te leven en te bewegen.
+
+</p>
+<p>Dat vond het opperhoofd uiterst merkwaardig.
+
+</p>
+<p>Hij had al heel wat blanken opgegeten, maar nooit had hij in de overgebleven botjes nog eenig leven bespeurd. Ook het gebeente
+van de gestorven negers was steeds zoo dood gebleven als het was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar als zij na hun dood blijven leven,&#8221; merkte het opperhoofd op, &#8220;dan is het ook niet onaangenaam voor hen doodgemaakt
+te worden, niet waar?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is zoo,&#8221; zei de professor.
+
+</p>
+<p>&#8220;Welnu, dan zullen we ze maar zoo gauw mogelijk opeten,&#8221; zei het opperhoofd met echte neger-logica, &#8220;des te eer kunnen we
+ons van de waarheid uwer woorden overtuigen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Korling vond, dat het gesprek een onverwachte en onaangename wending nam, en merkte daarom haastig op:
+<span class="pageno">
+[134]
+</span></p>
+<p>&#8220;Daartegen is echter een bezwaar. Het geraamte moet bepaald in zijn geheel blijven. Gaat er een beentje verloren, dan mislukt
+de proef.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan zullen we zorg dragen ze heel voorzichtig af te kluiven, zoodat ze ongeschonden blijven,&#8221; zei het opperhoofd, niet uit
+het veld geslagen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat heeft toch bezwaren bij het eten,&#8221; opperde Korling. &#8220;het is niet gemakkelijk zoo&#8217;n heel lichaam te hanteeren.&#8221;
+
+</p>
+<p>Daarvoor voelde de neger blijkbaar wel wat, en zoo verkreeg de professor ten slotte de toezegging, dat de blanken nog tot
+morgen van het braadspit bevrijd zouden worden.
+
+</p>
+<p>In den middag begon de voorstelling.
+
+</p>
+<p>De professor had de armen en beenen van het skelet door middel van touwtjes beweegbaar gemaakt, en zoo gelukte het hem, niet
+alleen opvolgend de zes gevangenen in geraamten te veranderen, maar hen in dien toestand nog de vroolijkste sprongen te doen
+maken, zoodat de toeschouwers inderdaad wel veronderstellen moesten dat doodgaan voor hen een allerplezierigste ondervinding
+was.
+
+</p>
+<p>De voorstelling had een uitbundig succes.
+
+</p>
+<p>Telkens en telkens moest de professor zijn kunststuk weer vertoonen, en toen men eindelijk verzadigd was, ruimde Korling met
+behulp van zijn bediende snel het tooneel op, opdat men er niet achter zou komen welken poets hij ze gespeeld had.
+
+</p>
+<p>Er volgde nu een vroolijk feest, als gewoonlijk na zulke gelukte voorstellingen. De professor verrichtte nog een aantal eenvoudige
+goocheltoeren, en ten slotte bereikte de feeststemming zulk een <span class="pageno">
+[135]
+</span>hoogte, dat bijna alle negers verregaand dronken waren. De gevangenen moedigden hen in &#8217;t drinken aan, en toen eindelijk de
+waggelende wachter hen in hun slaapvertrek had opgesloten, kon men het snurken der dronken in den dut gevallen feestvierders
+in de gewelven met een zware echo hooren weerschallen.
+
+</p>
+<p>Toen alles rustig was, gaf de bediende van den professor het teeken tot opstaan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Er is een doorgang naar de nevenzaal,&#8221; zei hij, &#8220;waar de pistolen liggen. We zullen deze gaan halen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Op zijn aanwijzing schoof men met gezamenlijke krachten een rotsblok op zij, en zoo kwam men bij de pistolen, die nog op dezelfde
+plaats lagen, maar door een slapenden neger &#8220;bewaakt&#8221; werden.
+
+</p>
+<p>Ieder stak spoedig zijn wapen weer in den gordel, en nu nam men denzelfden weg als die, welken Li en zijn reisgenooten hierheen
+gevolgd waren. De professor kende hier overal uitstekend den weg, en, door de electrische lantarens bijgelicht, bereikte men
+na vijf kwartier loopen den uitgang.
+
+</p>
+<p>Welk een blijdschap en een opluchting, toen men zich weer vrij voelde!
+
+</p>
+<p>Er was echter geen tijd zich lang aan die blijdschap over te geven.
+
+</p>
+<p>Elk oogenblik kon hun ontsnapping bemerkt worden, en dan zou het met hun leven spoedig gedaan zijn.
+
+</p>
+<p>Zoo snel mogelijk spoedde men zich naar de groep van palmboomen, waar De Vogel was achtergebleven.
+
+</p>
+<p>Deze was er niet!
+
+</p>
+<p>Welbeschouwd behoefde dit niet zoo te verwonderen, want begrijpelijkerwijs zou Mu met Nof aan &#8217;t zoeken zijn gegaan naar de
+vermisten.
+<span class="pageno">
+[136]
+</span></p>
+<p>Er bestond op De Vogel echter de vaste regel, dat men in gevallen als deze steeds na een bepaalden tijd met het luchtschip
+weer op de plek terugkwam waar men gescheiden was, om te zien of de vermisten zich daar ook bevonden.
+
+</p>
+<p>Dank zij dezen verstandigen maatregel, maakte men zich niet ongerust over de afwezigheid van het luchtschip, en besloot onder
+de palmen rustig zijn komst af te wachten.
+
+</p>
+<p>Tegen vier uur in den morgen werd Li&#8217;s signaalfluitje van uit de lucht beantwoord.
+
+</p>
+<p>Onmiddellijk daarop werden de professor en zijn bediende geblinddoekt, nadat men hun meegedeeld had dat ze zich met volle
+vertrouwen konden overgeven, maar dat deze maatregel noodzakelijk was, omdat zij niet wenschten dat hij de inrichting zag
+van het vaartuig waarmee men hen zou wegbrengen. Te voren was overeengekomen dat men hen in Marseille zou afzetten, waar de
+professor goede bekenden had wonen. Men had intusschen wijselijk steeds La&iuml;esch gesproken als het dingen betrof die geheim
+moesten blijven, en zich overigens gehouden of men uit Holland afkomstig was.
+
+</p>
+<p>Mu daalde snel met De Vogel neer, en weldra waren allen aan boord. Nu zette het luchtschip met den meesten spoed koers naar
+Marseille.
+
+</p>
+<p>Natuurlijk vertelde Mu, dat hij erg in de benauwdheid gezeten, en overal gezocht had, en de anderen moesten in kleuren en
+geuren hun avonturen vertellen. Gelukkig dat nu alles voorbij was, en men alweer een les in de voorzichtigheid had ontvangen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het ligt aan de aarde,&#8221; zei Li ernstig. &#8220;Zoolang <span class="pageno">
+[137]
+</span>we hier op De Vogel zijn, denken we niet aan onvoorzichtigheden en waaghalzerij, maar zoo gauw zijn we niet op den vasten
+grond, of we schijnen ons geroepen te voelen kwajongensstreken uit te halen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Opeens, bemerkend dat Nof er niet was, zei Li:
+
+</p>
+<p>&#8220;Waar is Nof? Die is toch al lang aan boord?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen,&#8221; antwoordde Mu, &#8220;hij is niet gekomen; ik dacht dat hij jullie ontmoet had en verbaasde me al dat hij niet bij jullie
+was.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu, hij zal zeker een dag later komen; hij heeft nog al tegenwind. Maar dan moeten we morgen weer naar de kust terug.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En ons niet meer door negers laten inrekenen!&#8221; zei Rob lachend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Daar zal ik wel voor oppassen,&#8221; zei Li. &#8220;Niemand gaat van boord!&#8221;
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Men bereikte spoedig Marseille, en in den vroegen morgen werd de professor met een vliegmachine aan wal gezet. Daar moest
+men hem wel aan zijn lot overlaten.
+
+</p>
+<p>De lezer heeft ongetwijfeld in &#8217;t laatst van December 1901 uit de kranten gezien, dat professor Korling, dien men dood waande,
+opeens in Nederland teruggekomen was en dat onbekende personen, die Hollanders zeiden te zijn, hem met een luchtballon naar
+Marseille hadden gebracht.
+
+</p>
+<p>De eigenlijke toedracht van deze gebeurtenis heeft tot nu toe eigenlijk niemand goed begrepen, ook de professor zelf niet.
+De lezer zal daarom zeker met belangstelling in dit <span class="corr" title="Bron: hoofstuk">hoofdstuk</span> den geheimzinnigen sluier hebben zien oplichten.
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[138]
+</span></p>
+<p></p>
+<hr class="noteseparator">
+<div class="notetext">
+<p class="notetext"><a id="d0e1820" href="#d0e1820src" class="noteref">1</a> Snelvoeten.
+</p>
+</div>
+<p class="div1"><a id="d0e2062"></a></p>
+<h1 class="label">Tiende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Nof en de Strandroover.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Nof is verdwenen.&#8212;Men wacht hem tevergeefs.&#8212;De man in het schuitje.&#8212;Het losgeld.&#8212;Nof komt terug.&#8212;Het verhaal van Quebranto
+den Strandroover.&#8212;Naar Czernovi&euml;!
+</p>
+</div>
+<p>Toen men weer bij Bengasi terugkwam, was het helder dag.
+
+</p>
+<p>De Vogel bleef eenigen tijd zwevende boven de zee, en met behulp van sterke kijkers begon men den omtrek in alle richtingen
+af te zoeken. Maar er was niets van Nof te zien.
+
+</p>
+<p>Toen de dag voorbijging en de avond viel, zonder dat men iets van den vermiste vernam, begon men zich ernstig ongerust te
+maken. De tijd was ruim berekend, en Nof had al lang terug kunnen zijn; er was dus reden om aan een ongeluk te gaan gelooven.
+
+</p>
+<p>Toch kon men voorloopig niet veel anders doen dan in de buurt blijven kruisen, hopend dat Nof ten slotte zou komen opdagen.
+
+</p>
+<p>Men nam dus een afwachtende houding aan.
+
+</p>
+<p>Twee, drie dagen gingen voorbij, maar Nof bleef weg.
+<span class="pageno">
+[139]
+</span></p>
+<p>De eenige afleiding, die men zich schenken kon, was boven de rotsenwoning van den negerstam te gaan zweven, en zich dan te
+vermaken met den schrik dier zwarte heeren, toen ze daar zulk een gevaarte door de lucht zagen zeilen. Waarschijnlijk vermoedden
+ze niet, dat daar op De Vogel het maaltje blank vleesch te vinden was, dat hun eenige dagen geleden zoo leelijk den neus voorbijgegaan
+was.
+
+</p>
+<p>Toen men weer twee dagen gewacht had en Nof nog niet verschenen was, besloot Li desnoods de geheele reis te maken, die Nof
+verricht had, hopend hem onderweg te zullen vinden. Wat den omtrek betreft, die was nu over twee uur in het rond zoo grondig
+doorzocht, dat men veilig kon aannemen Nof daar niet te zullen vinden.
+
+</p>
+<p>Alles werd dus voor de reis klaargemaakt, toen, op het punt van te vertrekken, Rob&#8217;s aandacht getrokken werd door een klein
+bootje, dat langs de kust voer, en waaruit een man stapte, die, na &#8217;t bootje aan wal getrokken te hebben, recht op de palmengroep
+afging waar De Vogel zich gewoonlijk verdekt opstelde.
+
+</p>
+<p>Van achter de rotsen, waar het luchtschip zweefde, bleef men den man waarnemen. Hij vertoefde slechts enkele oogenblikken
+bij de boomen, zocht daarna z&#8217;n schuitje weer op, en roeide dicht langs het strand in westelijke richting weg.
+
+</p>
+<p>Dit was ongetwijfeld een merkwaardig verschijnsel, en Li besloot zich op de hoogte te gaan stellen van wat die man in het
+palmbosch had uitgevoerd. Daar aangekomen, vond men een briefje aan een der stammen gespijkerd&#8212;het was van Nof!
+
+</p>
+<p>Snel brak Li het open, en las:
+
+
+<span class="pageno">
+[140]
+</span></p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;Leg op deze plaats ten spoedigste tienduizend gulden neer. Tracht niet een onderzoek in te stellen of mij te hulp te komen.
+
+
+</p>
+<p>Nof.&#8221; </p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Het leed geen twijfel, dit briefje was van Nof. En er zat niets anders op, dan het gevraagde geld te deponeeren, daar alleen
+dan Nof tot hen zou kunnen terugkeeren.
+
+</p>
+<p>&#8217;t Was een geheimzinnige kwestie. Vermoedelijk was Nof in handen van roovers geraakt, maar hoe dit zij, het was &#8217;t beste rustig
+af te wachten welke uitwerking het neerleggen van &#8217;t geld zou hebben, om daarna te besluiten wat er nader te doen stond. Het
+spoor van den man in &#8217;t bootje te volgen, of andere maatregelen te nemen, zou tegen den wensch van Nof en dus gevaarlijk zijn.
+
+</p>
+<p>Tienduizend gulden was een behoorlijke som, maar het leven van Nof was die som wel waard, en gelukkig was er een zeer aanzienlijke
+hoeveelheid geld aan boord, daar de mannen bij hun eerste opstijging daarvoor gezorgd hadden, voorziende dat de proef met
+De Vogel mislukken kon, en zij dan bij het neerdalen in een misschien onbekende streek dankbaar zouden zijn over het noodige
+geld te kunnen beschikken.
+
+</p>
+<p>De gevraagde som werd dus gedeponeerd, en men wachtte, op eenigen afstand achter de rotsen verborgen, den uitslag af.
+
+</p>
+<p>Tegen den morgen kwam dezelfde man met het bootje, stapte aan land, zag behoedzaam om zich heen, en stelde zich daarna in
+het bezit van &#8217;t geld. Toen verdween hij weer op de zelfde manier waarop hij gekomen was.
+<span class="pageno">
+[141]
+</span></p>
+<p>Men wachtte nu weer eenige uren in angstige spanning, brandend van verlangen om den man na te gaan, totdat ongeveer tegen
+vier uur het bootje weer zichtbaar werd. Dezen keer zaten er twee mannen in, en toen men het bootje zag teruggaan, nadat een
+der mannen aan land gestapt was, herkenden allen in dien laatste Nof!
+
+</p>
+<p>Nu zette Mu De Vogel in beweging; het schip daalde bij de palmen, en Nof was weer bij zijn vrienden terug!
+
+</p>
+<p>Nadat van weerszijden de blijdschap zich in handdrukken en gelukwenschen had geuit, moest Nof vertellen wat er toch eigenlijk
+gebeurd was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Er stond nog al wind in de Middellandsche Zee,&#8221; vertelde Nof, &#8220;en daarom moest ik &#8217;s nachts nu en dan aan de kust neerdalen
+om me niet te veel aan gevaar bloot te stellen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dergelijke dalingen liepen altijd goed af. Een enkele maal bemerkte ik menschen in de nabijheid, maar meestal zagen ze mij
+niet of kon ik me tijdig uit de voeten maken. Acht dagen geleden ben ik echter de dupe geworden van mijn te groote vertrouwen
+in de omstandigheden. Ik had me eenige mijlen westelijk van hier met mijn toestel op de kust neergelaten en me daar te slapen
+gelegd, ofschoon ik voetstappen in &#8217;t zand had gezien, en een uitgedoofd vuur eveneens op de nabijheid van menschen wees.
+
+</p>
+<p>&#8220;Tegen den ochtend werd ik wakker doordat ik om me heen hoorde praten. Tot mijn schrik zag ik een zestal mannen met wijde
+mantels en groote hoeden voor me staan, waarvan er vier me vastgrepen toen ik een beweging maakte om naar den vliegtoestel
+te <span class="pageno">
+[142]
+</span>snellen, en twee dien toestel geheel vernielden, zonder blijkbaar te weten waarmee ze te doen hadden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik bood hevigen weerstand, maar kon mijn handen niet vrij krijgen om van mijn pistool gebruik te maken, en zoo werd ik ten
+slotte overmand en vastgebonden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Men leidde me door een woeste, onbewoonde streek, door eenzame, sombere bosschen en over kale, door de zon geroosterde rotsen.
+Er wonen in dat kustland enkele schaapherders en een paar houthakkers, maar men komt ze slechts zelden tegen langs de smalle,
+door muilezelhoeven gevormde paden. Op mijn vraag, waar men me heenbracht, antwoordde een der mannen: &#8220;naar Quebranta!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat!&#8221; riep La, toen Nofs verhaal zoover gevorderd was. &#8220;Woont die schurk tegenwoordig daar?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ken je hem dan?&#8221; zei Nof verwonderd.
+
+</p>
+<p>&#8220;&#8217;t Is een speciale vriend van hem!&#8221; spotte Li.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb wel van hem gelezen,&#8221; zei La. &#8220;Hij maakte jaren lang het Andalusische hoogland, tusschen Jerez en Almeria, onveilig,
+maar de Spaansche Regeering heeft hem ten slotte zoo weten op te jagen, dat hij de zee overgestoken is. Niemand wist waarheen
+hij verdwenen was, maar Nof heeft dus zijn schuilplaats ontdekt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Helaas ja!&#8221; zei Nof. &#8220;Ik zou gaarne een ander de eer hebben gegund. Maar om verder te gaan. Men bracht me dan bij Quebranta,
+een man met een geel, mager gezicht, scherpe gelaatstrekken, een merkwaardig spitsen neus en doordringende oogen. Ik hoorde
+later dat er een soort van geheimzinnig waas over hem hangt, weinigen uit den omtrek hebben hem ooit gezien, maar tot in de
+verafgelegen steden <span class="pageno">
+[143]
+</span>kent en vreest men hem. En de meesten hebben zijn macht gevoeld; hij weet alles wat er gezegd, gedaan, ja gedacht wordt in
+het geheele uitgestrekt gebied waarover hij heerscht. Hij deelt belooningen en straf uit met dezelfde vrijgevige hand. Als
+een geitenhoeder iets doet dat naar zijn zin is, maakt hij den man rijk voor zijn leven; maar niemand leeft lang genoeg om
+hem tweemaal valsche inlichtingen te verschaffen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Van uit zijn verborgen schuilplaats in de rots, honderd voet boven het kamp van zijn volgelingen, gedraagt hij zich tegenover
+het omringende land als een havik tegenover een vlucht patrijzen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dikwijls genoeg zijn er expedities tegen hem uitgezonden, maar steeds zonder resultaat; hij verschanst zich in de rotsen,
+en schijnt onderaardsche wegen te weten, die in dit land zoo talrijk voorkomen, en waarin een oningewijde niet gemakkelijk
+den weg vindt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu&#8212;dat hebben wij ondervonden,&#8221; lachte Li.
+
+</p>
+<p>&#8220;Quebranta vindt zichzelf allesbehalve een gewonen roover; hij is een heerscher. En bovendien is hij er trotsch op een goed
+koopman te zijn. Wie zonder behoorlijke papieren (en die zijn natuurlijk in zijn oogen nooit behoorlijk) zijn gebied betreedt,
+is zijn eigendom. En dat eigendom verkoopt hij daarna tegen den besten prijs dien hij er voor krijgen kan. Dat wil zeggen,
+hij vermoordt zijn gevangenen slechts zelden, maar vraagt een losprijs voor ze, en laat daarop geen cent afdingen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen Quebranta me van het hoofd tot de voeten had opgenomen, knikte hij even, en liet me daarna op eenige passen afstand
+van hem met kettingen aan de rotsen vastmaken.
+<span class="pageno">
+[144]
+</span></p>
+<p>&#8220;Daar lag ik, beproevend mijn lot zoo gelaten mogelijk te ondergaan. Ik bleef kalm voor me uit kijken en zei geen woord.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat scheen Quebranta merkwaardig te vinden. Gewoonlijk, zoo vertelde hij me later, kwam in gevallen als deze het karakter
+van zijn gevangenen het best uit. Bijna allen smeekten, deden vragen, waren nieuwsgierig wat er met hen gebeuren zou en bleven
+geen oogenblik rustig. Dat ik daar totaal onbewogen zat, koel, onverschillig en zonder een enkele vraag te doen, maakte indruk
+op hem.
+
+</p>
+<p>&#8220;Na eenigen tijd liet hij me los maken, blijkbaar overtuigd dat ik me kalm gedragen zou. Hij schoof een stoel bij (zijn hol
+was heel aardig van meubels voorzien) en noodigde me uit te gaan zitten. Daar hij en de zijnen gelukkig wat Fransch spraken,
+hoewel zeer gebrekkig, konden we ons verstaanbaar maken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Se&ntilde;or,&#8221; zei Quebranta. &#8220;We moeten eens over het losgeld spreken. Bezit u of uw familie veel vermogen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik vertelde hem dat dit maar zeer magertjes was.
+
+</p>
+<p>&#8220;U bent dus niet rijk. U zegt het ten minste. Welnu, ik zal u gelooven en een matige som vaststellen. Daarna zullen we over
+dit onderwerp, zoolang u mijn gast bent, niet meer spreken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik keek eens rond naar de hooge klippen, die dit verblijf omringden, en een ontsnapping zeer onwaarschijnlijk maakten; daarna
+vestigde ik mijn blikken op het eigenaardige kleine personage, dat daar tegenover me aan den ingang van het hol zat, dat hem
+tot woonplaats diende.
+<span class="pageno">
+[145]
+</span></p>
+<p>&#8220;Quebranta zat in den zonneschijn, kouwelijk gehuld in een wijden, geplooiden mantel, en met een breeden hoed diep over de
+oogen gedrukt. Hij rookte een sigaret, en nooit zag ik zoo iets roofdierachtigs als de hand, die als een lange, gele klauw
+die sigaret vasthield.
+
+</p>
+<p>&#8220;Misschien,&#8221; vervolgde hij, &#8220;wilt u zoo goed zijn mij eenig begrip van uw werkkring, uw maatschappelijke positie te geven,
+opdat ik het bedrag van het losgeld met eenige juistheid bepalen kan.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik werd getroffen door den hoffelijken toon, waarop deze roover sprak, en antwoordde, dat mijn beroep luchtreiziger was,
+een vak dat niet veel inbracht.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo,&#8221; zei Quebranta langzaam. &#8220;En waar is uw ballon?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Men heeft hem hedenmorgen bij mijn gevangenname vernietigd.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar dat kleine ding&#8212;men bracht me de overblijfselen zoo even&#8212;wilt u toch geen ballon noemen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is een moderne uitvinding, die werkt, of liever werkte, door electriciteit.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat intresseerde den roover, en ik moest hem &#8217;t een en ander van de werking uitleggen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hebt ge hier in de buurt menschen wonen die een losgeld voor u betalen willen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Bij Bengasi bevinden zich vrienden van me, eveneens met een ballon. Die zullen wel geneigd zijn me vrij te koopen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Bij Bengasi,&#8221; zei Quebranta peinzend, alsof hij er over dacht of ook dat gezelschap niet ingepikt kon worden.
+<span class="pageno">
+[146]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ik liet hem merken, dat ik zijn gedachten raadde, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ze zijn zwaar gewapend en van de nieuwste verdelgingsmiddelen voorzien; er zou dus voor u niets dan nadeel in gelegen zijn
+ze aan te vallen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij antwoordde kort:
+
+</p>
+<p>&#8220;U schijnt niet te weten hoe ver mijn macht reikt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Na even gezwegen te hebben vervolgde hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;In elk geval zal ik zorgen, dat ze uw verblijf hier voorloopig niet te weten komen. Zoodra ik het oogenblik gekomen acht,
+zal er een man naar hen toe gaan om het losgeld op te eischen. Trachten ze de betaling te ontwijken of u met geweld te bevrijden,
+dan laat ik u onmiddellijk neerschieten. Dat moet u ze zelf in een briefje schrijven&#8212;dan hebben zij, u en ik de beste waarborgen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Quebranta liet me nu tot den avond alleen. Toen kwam hij weer bij me zitten en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben op &eacute;en ding trotsch, se&ntilde;or, en dat is, dat ik nooit verandering breng in wat ik eenmaal bepaald heb. Ik wilde nu namelijk
+het bedrag van uw losgeld vaststellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is goed,&#8221; zei ik kalm.
+
+</p>
+<p>&#8220;Die kalmte scheen hem belangstelling in te boezemen. Hij keek me aan, of hij zeggen wilde: &#8220;je intresseert me.&#8221; Maar ik voelde,
+dat ik hem intresseerde evenals een kikvorsch het een vivisector doet.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zullen we dan maar zeventienduizend peseta&#8217;s zeggen?&#8221; vroeg hij. &#8220;Die som heb ik juist noodig.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U hebt het gezegd,&#8221; antwoordde ik, &#8220;en er zal dus weinig aan te veranderen zijn. Maar ik betwijfel zeer of u die som krijgen
+zal. Zeventienduizend peseta&#8217;s&#8212;dat <span class="pageno">
+[147]
+</span>is ongeveer tienduizend gulden. Zooveel geld is er gewoonlijk niet aan boord van &#8217;n luchtballon. Ik denk dat u niet veel meer
+dan vijf- of zesduizend zult krijgen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Op deze manier probeerde ik met hem te onderhandelen, en wat afgedongen te krijgen. Maar daar was geen sprake van.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik hoop voor u,&#8221; zei Quebranta, &#8220;dat de heele som bijeen wordt gebracht, want een teleurstelling in mijn verwachtingen leidt
+altijd tot zeer onaangename gevolgen. Zeer onaangenaam.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij schudde het hoofd en ging heen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Den volgenden morgen dicteerde hij me het briefje, dat jullie aan den palmboom hebt gevonden. Hij nam het in ontvangst, maar
+scheen nog niet van plan het af te zenden, want hij hield me nog een paar dagen bij zich zonder dat ik iets van jullie antwoord
+vernam. Misschien wilde hij eerst nog eens zien of er niet meer van me te halen zou zijn.
+
+</p>
+<p>&#8220;Die dagen waren onaangenaam en spannend. Ik had wel veel hoop, dat ik door jullie losgeld gered zou worden, maar de kans
+kon ook verkeeren; onder roovers heerschen andere begrippen van eer en eerlijkheid dan bij ons. En zoo zat ik naar de toppen
+der pijnboomen te kijken, die wuifden in den wind, en wenschte tevergeefs dat ik iets anders doen kon dan zitten en wachten!
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is een hard ding om te moeten bedenken, dat je misschien over enkele dagen opgehouden hebt te bestaan, terwijl je hersens
+nog zoo goed werken, en er in je hoofd nog zooveel onuitgewerkte plannen voor de toekomst liggen. Ik snakte er naar den <span class="pageno">
+[148]
+</span>kleinen rooverhoofdman een poets te spelen, want ik wist dat het niet weinig beteekenen zou zoo iets te doen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Des avonds kwam hij weer bij me, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu beschouw ik u als gast, en u mag om alles vragen wat u wenscht&#8212;behalve om uw vrijheid natuurlijk. Ik zal mijn best doen
+een goed gastheer te zijn en u bij uw vertrek de beste herinneringen aan uw verblijf in ons midden te doen meenemen. Ik heb
+dus uw woord dat ge niet ontsnappen zult?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik aarzelde. Het viel me moeielijk mijn woord te geven aan een roover. Maar ten slotte zei ik:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer we bij elkaar zaten te praten, was het eigenaardig te zien, hoe die kleine, kouwelijke, bij het vuur zittende toehoorder
+belang stelde in de nieuwste berichten uit de beschaafde wereld. Sedert jaren was hij daarmee niet in aanraking geweest, sedert
+jaren zag hij in zijn eigen klein gebied de wereld. Met zijn geheele aandacht luisterde hij toe, als ik hem van den vooruitgang
+der wetenschap vertelde, en hij stond verbaasd over het toenemend gebruik der electrische stroomingen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een echte Spanjaard is die Quebranta, en een Spanjaard met al de eigenschappen van zijn ras in zich, maar tot uitersten gedreven.
+Angst kent hij niet, trotsch is hij boven mate, in hoffelijkheid overtreft niemand hem, en wreed is hij&#8212;ongeloofelijk.
+
+</p>
+<p>&#8220;Op een middag liet hij twee van zijn volgelingen, die de orde verstoord hadden, eenvoudig afmaken en voor de gieren werpen.
+Dit vond ik afschuwelijk, en het leek me of ik achter zijn roofvogelachtig <span class="pageno">
+[149]
+</span>voorkomen den waanzin zag gluren. Maar hij zei kalm:
+
+</p>
+<p>&#8220;Dit is onvermijdelijk. Ik <i>moet</i> gehoorzaamd worden. Deze troep volgelingen zijn niet anders dan wolven, ik moet ze met de zweep regeeren. Bovendien zijn
+er altijd liefhebbers genoeg om me te volgen. Ik kan er dus best een paar missen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar dat zal daarmee eindigen, dat ze zich op een goeden dag tegen u keeren,&#8221; waagde ik op te merken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Daarop heb ik gerekend. Neen&#8212;als ik sterf, zal &#8217;t met mijn vrijen wil en op mijn eigen manier zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij zweeg eenige oogenblikken, en ik begon werkelijk met alle kracht die in me was, te snakken naar het oogenblik waarop
+de losprijs komen zou. In de nabijheid van zoo&#8217;n man werd het me te angstig.
+
+</p>
+<p>&#8220;Quebranta was opgestaan, en had een guitaar te voorschijn gehaald.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat is ons leven eigenlijk ook waard,&#8221; zei hij, de snaren beroerend, &#8220;dat we er zooveel om geven zouden? Ik leef hier, gevreesd
+en gehoorzaamd zooveel ik maar wil. Soms heb ik het voorrecht een welopgevoed man tot gezelschap te hebben, zooals nu. Maar
+soms ook krijg ik er genoeg van, en dwaal ik rusteloos in de bergen rond. Muziek is het eenige dat me niet verveelt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij speelde nu eenige melancolieke Andalusische liedjes, en zong zelfs met bevende stem oude Spaansche melodie&euml;n van lang
+vergeten menschen en daden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo gingen enkele dagen voorbij, totdat er op een avond iets bizonders gebeurde.
+
+</p>
+<p>&#8220;Alleen door mijn woord gebonden, wandelde ik door de rotsen, toen ik op een gegeven oogenblik <span class="pageno">
+[150]
+</span>van uit het struikgewas mijn naam hoorde noemen. Natuurlijk was dit de een of andere verborgen schildwacht, maar &#8217;t verwonderde
+me, dat deze nog een paar maal, op een zachten, geheimzinnigen toon mijn naam noemde.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat is er?&#8221; vroeg ik.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat ik u zeggen wil, moet tusschen ons beiden blijven. U kunt ons helpen, en wij u. Blijf staan waar ge staat. Als u belooft
+ons te helpen, zal ik u mijn gezicht laten zien.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik beloof niets.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Omdat ge niet weet wat ik zeggen wil. Quebranta wil u al uw geld ontnemen, niet waar?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En u zou het liever willen behouden, evenals wij, is het niet zoo?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat kan wel.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Doe &#8217;t dan. &#8217;t Kost maar weinig moeite. U zult me niet verraden?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat kan ik niet, want ik weet niet wie u bent.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar ge zult het niet doen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neem dit dan.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik stak de hand in het gebladerte, en voelde me een revolver in de hand drukken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Je wilt dus dat ik hem vermoord?&#8221;
+
+</p>
+<p>Er volgde een onderdrukt gelach, en daarna zei de stem:
+
+</p>
+<p>&#8220;Natuurlijk. Je hebt er de gelegenheid voor. Dan zijn we allen vrij, want we haten hem.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen verdween de spreker.
+
+</p>
+<p>&#8220;De verzoeking was sterk. Door &eacute;en schot kon ik <span class="pageno">
+[151]
+</span>mijzelf en velen anderen een dienst bewijzen. Ik stak de revolver in mijn zak en ging naar het hol. Quebranta zat met zijn
+rug naar mij toe bij het vuur te schrijven. Hoe gemakkelijk zou het nu zijn, den trekker over te halen...
+
+</p>
+<p>&#8220;Quebranta had me hooren aankomen, en wendde zich om. Hij keek me scherp aan, als vermoedde hij dat er iets bizonders in me
+omging.
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen zei hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Er is een belangrijk bericht voor u.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat dan?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het losgeld.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En&#8212;-?&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij haalde de schouders op.
+
+</p>
+<p>&#8220;Negenduizend gulden,&#8221; zei hij. &#8220;Ik heb tienduizend gevraagd.&#8221;
+
+</p>
+<p>Op dit oogenblik viel Li den spreker in de rede:
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar we hebben toch de volle som meegegeven.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat weet ik,&#8221; vervolgde Nof. &#8220;Hij noemde opzettelijk duizend gulden te weinig. Straks zult ge begrijpen waarom.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En dus?&#8221; vroeg ik.
+
+</p>
+<p>&#8220;En dus,&#8221; zei Quebranto, &#8220;ben ik bereid mijn belofte te houden. Dat wil zeggen: voor negen tienden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe bedoelt ge dat?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel&#8212;men heeft slechts negen tienden van het losgeld betaald. Ik zal u dus morgen, v&oacute;or de zon opgaat, voor negen tienden
+in vrijheid stellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik begreep hem nog niet recht.
+
+</p>
+<p>&#8220;Moet ik daar dankbaar voor zijn?&#8221; vroeg ik.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel&#8212;u hebt me aangenaam bezig gehouden. U intresseert me. Ik zal u daarom de vrijheid laten <span class="pageno">
+[152]
+</span>zelf te kiezen welk tiende gedeelte van uw lichaam ge achterlaten wilt als herinnering aan uw bezoek.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Quebranto maakte een buiging, en vervolgde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Het doet me oprecht leed, dat het hiertoe gekomen is. Maar ik zie geen anderen uitweg. U kunt wel wat missen, u bent zwaar
+gebouwd. Ik raad u dus sterk aan, een uwer ledematen achter te laten. Men kan ook zonder een voet of een hand leven.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Een koude rilling ging door mijn lichaam. Dit was verschrikkelijk.
+
+</p>
+<p>&#8220;Opnieuw kwam de verzoeking over me, van mijn wapen gebruik te maken, dat zoo te rechter tijd mijn pistool was komen vervangen,
+dat men me, evenals mijn overige uitrusting, had afgenomen. Een geladen revolver was onder mijn hand, waarom zou ik niet elk
+gewetensbezwaar op zij zetten tegenover het ongehoord wreede gedrag van dien man?
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar ik had mijn woord gegeven, en ik voelde nu opnieuw hoe ons eergevoel dikwijls een lastige bezitting blijkt te zijn.
+
+</p>
+<p>&#8220;In elk ander geval had ik misschien geen bezwaar gehad zulk een tegenstander neer te schieten, ja, ik zou blij zijn geweest
+er een verontschuldiging voor te hebben.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar in dit bizondere geval aarzelde ik.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nog een uur&#8212;en ik zou aan zijn helpers overgegeven worden, om voor mijn leven verminkt te worden, en als ze wisten dat ik
+van het mij gegeven middel om hen te bevrijden geen gebruik gemaakt had, zou dat er zeker niet toe bijdragen om hun wijze
+van behandeling te verzachten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Quebranto zat naar me te kijken met knippende <span class="pageno">
+[153]
+</span>oogen. Hij scheen met genoegen te constateeren dat mijn onverschilligheid geweken was.
+
+</p>
+<p>&#8220;En dat was zoo.
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen de bandiet nogmaals zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Werkelijk, ik zou u raden een voet of een hand als souvenir achter te laten,&#8221; toen verliet mijn kalmte me, en ik riep: &#8220;Lage,
+gemeene roover! Schooier!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Quebranto sprong op en greep naar zijn mes, terwijl hij me strak aankeek.
+
+</p>
+<p>&#8220;Weet je, wat me alleen spijt?&#8221; ging ik woedend voort, &#8220;dat ik je gepermitteerd heb zoo gemoedelijk met me om te gaan. Als
+ik geweten had wat &#8217;n bandiet je was, had ik nooit een woord met je gepraat. Nu weet je wat ik van je denk, en ik verzeker
+je, dat ik graag de prijs betalen zal, die ik weet dat je voor deze woorden vragen zult!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het was uiterst onvoorzichtig van me, zoo te spreken, want het stond gelijk met het onderteekenen van mijn doodvonnis. Maar
+ik was mezelf niet meer meester.
+
+</p>
+<p>&#8220;Quebranto&#8217;s gezicht was geel geworden. Zijn lichaam schokte. Elk woord had doel getroffen. Zijn bloedelooze oogleden knipten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Se&ntilde;or, u hebt tegen me gesproken, zooals niemand te voren ooit heeft durven doen,&#8221; zei hij. &#8220;Ik heb mijn woord gegeven, en
+u zult uw vrijheid hebben. Maar bedenk, dat ik recht heb op het tiende deel van uw lichaam. En ik verzeker u, <i>dat ik niet &eacute;&eacute;n tiende, maar tien honderdste deelen zal nemen</i>! Als ge vertrekt, zal niemand u meer herkennen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het waren afschuwelijke woorden, deze laatsten. Maar ik was zoo woedend, dat ze geen indruk op me maakten.
+<span class="pageno">
+[154]
+</span></p>
+<p>&#8220;Jij lafaard!&#8221; zei ik, &#8220;beul! Je mag alles doen wat je wilt, als ik je afschuwelijke gezicht maar niet hoef te zien.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En ik keerde me om en keek naar buiten. Maar mijn mond was droog, het zweet stond op mijn voorhoofd. Daar beneden brandden
+de vuren, daar wachtte men op me, wachtte op het bevrijdend schot dat ik niet wilde, niet kon afvuren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Na eenige oogenblikken zei Quebranta:
+
+</p>
+<p>&#8220;U hebt een geladen revolver in uw zak. Waarom gebruikt u die niet?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik gaf geen antwoord, hoewel verwonderd dat hij dit wist.
+
+</p>
+<p>&#8220;Bent u niet bang voor wat er gebeuren zal?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik antwoordde ook nu niet. Ik voerde een inwendigen strijd met mezelf.
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom schiet u me niet neer, se&ntilde;or?&#8221; vroeg hij weer.
+
+</p>
+<p><span class="corr" title="Bron: &#8220;"></span>Ik wendde me om en stak hem de revolver toe.
+
+</p>
+<p>&#8220;U weet wel dat ik u niet neerschieten kan,&#8221; zei ik ernstig.
+
+</p>
+<p>&#8220;Quebranta nam het wapen niet aan, maar vroeg:
+
+</p>
+<p>&#8220;Omdat u je woord gegeven had?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Natuurlijk,&#8221; antwoordde ik.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het was even stil. Toen vroeg ik:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe wist u dat ik een revolver had?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik gelastte dien man ze u te geven. Ik wilde zien of ik u karakter goed beoordeeld had. Maar het spijt u toch dat u me niet
+dood kon schieten. Is het niet zoo?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik wilde dat ik het nu nog doen kon!&#8221; zei ik. &#8220;Maar wat behoeft er verder tusschen ons gepraat <span class="pageno">
+[155]
+</span>te worden. Neem een tiende van me, en laat me vrij. Of dood me!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen gebeurde er iets zeer merkwaardigs.
+
+</p>
+<p>&#8220;Se&ntilde;or,&#8221; zei Quebranta, &#8220;wanneer ik iemand als u ontmoet, laat ik hem het liefst zooals hij is. U hoort niet tot het soort
+menschen dat van mij kwaad zal ondervinden. Een man, die zijn eer weet te bewaren zooals u dat gedaan hebt, <i>ook tegenover een bandiet</i>, is waard te leven. Had u me doodgeschoten, dan zou uw naam in Spanje en Afrika als dien van een verlosser genoemd worden.
+Maar nu&#8212;neem uw leven uit mijn handen aan. En wat het losgeld betreft, wees gerust: de volle som is er.
+
+</p>
+<p>&#8220;Na morgen zullen we elkaar nooit meer zien; maar herinner u altijd, dat ge eens een man hebt ontmoet, die, evenals gij, voor
+niets bang was. Die, evenals gij, zijn woord gestand deed. Vaarwel, Se&ntilde;or!&#8221;
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Hiermee was <span class="corr" title="Bron: Nof&#8217;s">Nofs</span> verhaal ge&euml;indigd. We weten, dat hij den volgenden dag behouden op De Vogel terug was.
+
+</p>
+<p>Allen hadden ademloos zijn verhaal aangehoord, en Nof was niet weinig verrast, toen hij hoorde dat de anderen in dien tusschentijd
+ook zulke spannende avonturen hadden beleefd.
+
+</p>
+<p>Gelukkig waren ze nu weer vereenigd, en ze beloofden elkaar plechtig nooit weer zulke waagstukken uit te halen.
+
+</p>
+<p>Met een en ander was intusschen veel tijd verloren gegaan, en men maakte zich gereed om met de meeste snelheid de onderbroken
+reis voort te zetten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Naar Czernovi&euml;!&#8221; was nu het wachtwoord.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[156]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e2451"></a></p>
+<h1 class="label">Elfde Hoofdstuk.</h1>
+<h1>De Vogel wordt vernietigd.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De reis wordt door stormen vertraagd.&#8212;De nederdaling bij Midia.&#8212;Er ontploft een mijn en De Vogel vliegt in de lucht.&#8212;In Turksche
+gevangenschap&#8212;De Dardanellen-Oorlog.&#8212;Li en Rob herkrijgen hun vrijheid.&#8212;De Engelsche spionnen gaan de doos in.&#8212;Naar Slavowitz!
+</p>
+</div>
+<p>Het was 1 Januari 1902 geworden. De eigenlijke reis had zoo lang niet geduurd, maar twee omstandigheden waren van nadeeligen
+invloed geweest. Ten eerste kenmerkte de geheele maand December van het jaar 1901 zich door hevige stormen en onweders, die&#8212;hoezeer
+ook De Vogel onafhankelijk was van atmosferische storingen&#8212;de snelheid van het luchtschip aanmerkelijk vertraagden. Het kostte
+Mu de grootste moeite de juiste richting te bewaren, en om de motoren niet aan al te groote inspanning te onderwerpen, was
+men soms dagen achtereen genoodzaakt voorzichtig te laveeren, of, tegen den storm in, juist genoeg snelheid te ontwikkelen
+om De Vogel op eenzelfde punt drijvende te houden. Ten tweede trof bij een zwaar onweer de bliksem een der vele <span class="pageno">
+[157]
+</span>afleiders, die zich op het dek verhieven, en ontstond er door een tot dusver onopgemerkt gebrek aan isoleering een begin van
+brand in de stuurkamer, waardoor de kinematografische plaat werd beschadigd, en La geruimen tijd in de weer was om het ongeluk
+te herstellen. Daar men er op De Vogel niet van hield los over dergelijke storingen, die trouwens wel meer voorkwamen, heen
+te loopen, gaf een en ander aanleiding tot langer oponthoud dan men wel gewenscht had.
+
+</p>
+<p>Dien 1<sup>en</sup> Januari, toen de dikke nevels die tot dusver boven de aarde hadden gehangen, wat opgetrokken waren, meldde Mu tegen het vallen
+van den avond, dat men eenigszins oostelijk van de koers was afgeweken en zich nu boven Midia bleek te bevinden, aan de Oostkust
+van Turkije.
+
+</p>
+<p>Het kwam Li wenschelijk voor, nu eenigen tijd zwevende te blijven, ten einde het operatieplan, dat nu weldra zou uitgevoerd
+worden, nog eens onderling te bespreken. Ook leek het hem gewenscht zich wat nauwkeuriger omtrent den toestand op aarde te
+doen inlichten eer men tot beslissende stappen overging. Tot nu toe was dat steeds gebeurd door een van de leden der bemanning
+met een vliegtoestel omlaag te zenden, van welke reis hij dan met de noodige nieuwsbladen terugkwam. Daartoe werd dan gewoonlijk
+tegen den avond ergens op een afgelegen plek geland; de vliegtoestel werd verborgen, en in de een of andere vermomming, gewoonlijk
+die van een onschadelijk toerist, ging men de nabijgelegen stad binnen, hoorde naar de gesprekken in koffiehuizen en trachtte
+zoo het noodige te weten te komen.
+<span class="pageno">
+[158]
+</span></p>
+<p>Door het noodweer van de laatste weken was daarvoor in langen tijd geen gelegenheid geweest; Li stelde daarom voor Midia te
+bezoeken, en gaf zijn voornemen te kennen dit persoonlijk te doen.
+
+</p>
+<p>Bij deze gelegenheid wachtte Rob een verrassing. Een half uur v&oacute;or De Vogel op de eenzame kust zou neerdalen om Li aan land
+te zetten, vroeg deze hem of hij lust had mee te gaan. Natuurlijk was Rob hiermee zeer ingenomen, en op aanwijzing van Li
+kleedde hij zich even als deze in een eenvoudig maar smaakvol reiscostuum.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo zien we er uit als Hollanders,&#8221; zei Li. &#8220;Die vermomming is me altijd het beste voorgekomen, want men mag over &#8217;t algemeen
+de Hollanders op reis nog al lijden. En voor overmaat van voorzichtigheid zullen we ons nog wat grimeeren ook; vooral jou
+kan dat te pas komen, want ze zullen je wel overal zoeken, en wie weet of we in Midia jouw portret niet voor de winkels zien
+hangen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Met een door La uitgevonden onschadelijk kleurmiddel werden de beide vrienden van blond in zwart herschapen, en het was verwonderlijk
+te zien hoe onherkenbaar ze nu waren geworden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wees maar niet bang dat je zoo zult blijven,&#8221; zei Li lachend, &#8220;La heeft een uitstekend middeltje waarmee je de kleurstof
+weer kunt verwijderen, en je zult er volstrekt geen nadeelige gevolgen van ondervinden. Nu nog een paar biljetten op de Czernovische
+Bank meenemen, die zijn in Turkije wel in te wisselen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Met verbazing zag Rob hoe Li voor een enorme waarde aan papieren geld bij zich stak.
+
+</p>
+<p>&#8220;Je kan nooit weten,&#8221; verklaarde Li. &#8220;Je moet op <span class="pageno">
+[159]
+</span>alles voorbereid zijn. Geen kleeren, geen eten&#8212;dat hindert niet. Geen geld&#8212;dan ben je verloren.&#8221;
+
+</p>
+<p>Er was besloten niet met een der vliegtoestellen aan land te gaan, doch met Vogel en al de aarde te bereiken. Li kende de
+kust bij Midia als zeer eenzaam en woest, en er was bij een daling volstrekt geen gevaar, vooral niet wanneer men zorgde alle
+lichten te dooven.
+
+</p>
+<p>Behoedzaam daalde het luchtschip neer. De avond was zeer donker, het weer vrij onstuimig; men hoorde niets dan de branding
+die tegen de rotsen sloeg.
+
+</p>
+<p>Even v&oacute;or men den bodem zou bereiken, gaf La opeens een teeken aan Mu, deze bracht het schip tot stilstand, en vroeg wat er
+was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer we eens allemaal aan land gingen?&#8221; zei La. &#8220;Ik geloof dat daar geen bezwaar tegen is voor enkele uren; we komen in
+een beschaafde streek, en niet bij kannibalen ditmaal. Mu houdt het schip op een flinke hoogte drijvend en we vinden hem vanavond
+hier weer terug.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li vond het voorstel aanvankelijk wat onvoorzichtig, maar allen hadden in zoo lang geen vasten grond onder de voeten gehad,
+en de ondervinding had bovendien zoo dikwijls geleerd dat men voor enkele uren zoo&#8217;n uitstapje wel kon wagen&#8212;dat Li ten slotte
+geen bezwaren meer had, en besloten werd gezamenlijk aan wal te gaan.
+
+</p>
+<p>Ook de andere vijf bewoners van De Vogel staken zich dus vlug in een reiscostuum, en daarna legde de ballon de enkele meters
+af, die hen van de aarde scheidde. Het trapje werd neergelaten, en behalve Mu stapten allen aan land.
+<span class="pageno">
+[160]
+</span></p>
+<p>Men sloeg nu gezamenlijk den weg naar Midia in. Nauwelijks had men eenige honderden meters afgelegd, of men hoorde snelle
+voetstappen achter zich en Mu kwam aanhollen met een portefeuille, die La had laten liggen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Je legitimatiepapieren,&#8221; hijgde hij.
+
+</p>
+<p>&#8220;O juist, goed dat je er aan dacht,&#8221; zei La. &#8220;Dankjewel. Die kunnen altijd wel te pas komen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Mu plaagde La wat met z&#8217;n verstrooidheid, omdat hij alweer wat had laten liggen, en legde Rob uit dat men nooit zonder de
+noodige papieren aan wal ging.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar hoe kom je daar dan aan?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;O, heel eenvoudig. Ik heb de papieren van &#8217;n Hollandsch koopvaardijkapitein, dien we eens in zee drijvende vonden, vastgesjord
+op een vlot van planken en tonnen&#8212;wie weet wat de arme man had doorgemaakt. We legden het lijk op het strand bij een klein
+visschersdorp, met een briefje, zijn herkomst behelzende, er bij. Jij hebt in je binnenzak&#8212;heb je dat nog niet eens gemerkt?&#8212;dergelijke
+papieren, op een van onze tochten gevonden, en de anderen zijn allen van Engelsche documenten voorzien die we op het jacht
+van Lane inpikten. Zooals je ziet, rekenen we op alles.&#8221;
+
+</p>
+<p>Mu was intusschen weer in de richting van De Vogel gegaan, die hij niet gaarne langer dan hoog noodig was onbeheerd wilde
+laten. Toen hij er nog ongeveer tweehonderd meter van verwijderd was, voelden allen plotseling den grond onder hun voeten
+trillen; een geweldige slag weerklonk, die lang nadreunde, en een metershooge vlam verlichtte gedurende enkele seconden de
+omgeving. Toen hoorde men <span class="pageno">
+[161]
+</span>het ruischen van neervallend stof en het kletteren van omlaag komende steenen.
+
+</p>
+<p>Eenige oogenblikken stonden allen als bedwelmd; toen volgde men het voorbeeld van Li en snelde in de richting van De Vogel,
+vanwaar men de slag gehoord meende te hebben.
+
+</p>
+<p>Bij de plaats aangekomen, waar men kort te voren geland was, bleven allen als vastgenageld aan den grond staan. De groote
+donkere vorm van De Vogel teekende zich niet langer tegen de lucht af. Het rotsblok, waarachter hij verborgen had gelegen,
+was tot op zijn grondvlak afgebrokkeld, het strand lag met gruis en steenen als bezaaid. De zee sloeg met geweldige golven
+over den oever, de laatste overblijfselen met zich voerend van het vernielingswerk dat hier had plaatsgegrepen.
+
+</p>
+<p>Enkele seconden heerschte er een verschikkelijke stilte; allen stonden sprakeloos, nog niet goed beseffend wat er eigenlijk
+gebeurd was.
+
+</p>
+<p>La was de eerste die tot bezinning kwam. Hij ging naar Mu toe, en zei rustig:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe dankbaar ben ik, dat ik mijn portefeuille liet liggen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen drukte hij Mu de hand en gaf overigens door geen woord of beweging de ontroering te kennen, die zich ongetwijfeld van
+hem meester gemaakt moest hebben. Want nu begrepen allen het gebeurde: door een tot dusver onverklaarde oorzaak was De Vogel,
+met al wat er zich op bevond, in de lucht gevlogen&#8212;en daarmee al het werk vernietigd, waaraan La sedert jaren onbaatzuchtig
+zijn leven, zijn kunde en zijn fortuin gegeven had.
+<span class="pageno">
+[162]
+</span></p>
+<p>De Vogel-bewoners waren geen menschen die luide aan hun emoties lucht gaven; ook nu wisten ze hun ontroering te verbergen.
+Maar Rob voelde hoe Li hem krampachtig de hand drukte, en hoe een snik het krachtige lichaam van dezen nooit ontmoedigden,
+onwrikbaren man doorschokte. Vernietigd, het werk, de hoop, de illusie van jaren!
+
+</p>
+<p>Er was geen lange tijd tot nadenken of treuren. Want opeens bemerkte men, dat het in den omtrek levendig begon te worden.
+In de verte hoorde men dof tromgeroffel en geschetter van signaalhoorns, het gestamp van talrijke regelmatige voetstappen
+kwam naderbij en aan alle zijden zag men flambouwen het duister doorvlammen. Bij instinct begrepen allen hier tegenover een
+vijandige beweging te staan. Reeds grepen enkelen naar hun wapenen, maar Li hield hen terug.
+
+</p>
+<p>&#8220;Kalmte&#8212;dat is op &#8217;t oogenblik het eenige noodige. Ons verweren tegen overmacht kunnen we niet. Het is trouwens de vraag,
+waarom en of we ons zouden moeten verweren. Ik weet in &#8217;t minst niet wat er gaande is&#8212;een reden echter te meer om rustig af
+te wachten.&#8221;
+
+</p>
+<p>De voetstappen naderden snel; wapengekletter werd verneembaar. Nog enkele minuten, en de zeven mannen waren door talrijke
+Turksche troepen omringd; een officier sommeerde hen zonder verzet mee te gaan, en te midden der soldaten werden allen naar
+Midia geleid.
+
+</p>
+<p>Daar voerde men hen dadelijk voor een hooggeplaatst officier, die vroeg of een der gevangenen Turksch verstond. Daar alle
+Czernovi&euml;rs, door de veelvuldige <span class="pageno">
+[163]
+</span>aanraking met het naburige volk, die taal min of meer machtig zijn, hadden allen behalve Rob die vraag kunnen beantwoorden.
+Li trad echter snel naar voren en zei in het Turksch:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik spreek die taal vrij goed. Mijn metgezel&#8221;&#8212;hij wees op Rob&#8212;&#8220;kent geheel geen Turksch. Van de andere heeren zou ik het u
+niet kunnen zeggen; ik zie hen heden avond voor het eerst.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U bent allen Engelschen, niet waar?&#8221; vroeg de officier verder.
+
+</p>
+<p>&#8220;Deze heer en ik zijn Hollanders,&#8221; antwoordde Li. &#8220;Wij zijn enkele uren geleden hier aangekomen, om de stad te zien. Die andere
+heeren ken ik niet.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dus u gaat een stad zien, die op &#8217;t punt is gebombardeerd te worden, en u bereist een land, waar binnen enkele uren een oorlog
+zal losbarsten? Dat lijkt mij een vreemde onderneming.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wij reizen als dagbladcorrespondenten,&#8221; antwoordde Li gevat, &#8220;vandaar dat we het gevaar eer zoeken dan vermijden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Bent u in het bezit van papieren?&#8221;
+
+</p>
+<p>Li gaf het gevraagde over, en beduidde Rob hetzelfde te doen.
+
+</p>
+<p>De officier zag de stukken in, begreep er klaarblijkelijk niet veel van, en vroeg nog:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe kwam u daar aan het strand?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;We waren verdwaald, en door de duisternis overvallen.&#8221;
+
+</p>
+<p>De ondervrager gaf een wenk, en eenige soldaten voerden Li en Rob in een zijvertrek, waar men hen ongeveer twee uren in het
+onzekere liet omtrent hun lot. Daarna verscheen een officier, die hen in een <span class="pageno">
+[164]
+</span>gesloten rijtuig naar een hoog, somber gebouw bracht, waar hun ieder een zeer eenvoudig gemeubeld, hoewel zindelijk vertrek
+werd aangewezen. Op hun vraag, wat men met hen en de andere gevangenen van plan was, ontvingen ze geen antwoord. Tegen tien
+uur werden in elke cel een matras, een kussen en twee dekens gebracht, benevens een stuk brood, wat boter en een kop koffie.
+De soldaat die een en ander bracht, vertelde dat zij morgenochtend wel nadere berichten zouden ontvangen, liet een kaars achter
+en ging heen. Van binnen hoorde men hem de zware grendels voor de deur schuiven.
+
+</p>
+<p>Rob had op De Vogel geleerd zich wijsgeerig in zijn lot te schikken, en hij deed dat ook nu. Wel had hij weinig gedroomd dat
+hij nog eenmaal in Turksche gevangenschap zou komen, maar de behandeling was naar omstandigheden niet onvriendelijk, het brood
+en de koffie smaakten goed, en Rob was zoo moe, dat hij weldra in gerusten slaap viel.
+
+</p>
+<p>Li kon zich minder gemakkelijk schikken. Ook hem verlieten zijn gewone kalmte en zijn hoop op de toekomst niet, maar de vreeselijke
+gebeurtenissen der laatste uren, het in de lucht vliegen van De Vogel en zijn daarop gevolgde arrestatie stemden hem toch
+somber, en hij begreep, dat op het oogenblik bijna alle hulpmiddelen om zijn doel te bereiken, hem uit de handen waren geslagen,
+dat er hem slechts &eacute;en ding was gebleven om op te blijven vertrouwen: eigen kracht. Vol onrustige gedachten zocht hij zijn
+eenvoudig bed op.
+
+</p>
+<p>Den volgenden morgen werd Li voor den zelfden officier gebracht, die hem tevoren in verhoor had <span class="pageno">
+[165]
+</span>genomen, en die zich nu bekend maakte als generaal Iradin Effendi, gouverneur der vesting Midia. Li vernam nu met groote verbazing,
+dat op 1 Januari de oorlog tusschen Engeland en Turkije was uitgebroken, de oorlog dien wij kennen als den Dardanellen-Oorlog,
+omdat hij ontstond doordat Turkije, tegen de bestaande verdragen in, aan Russische bewapende oorlogsschepen toegestaan had
+de Dardanellen te passeeren. We weten ook, dat die oorlog door de tusschenkomst van Rusland, welks belangen meebrachten, dat
+Engeland geen invloed zou krijgen op het Balkan-schiereiland, vrij spoedig werd gestuit; op dat oogenblik was die snelle afloop
+echter nog niet te verwachten. Daar men berichten had ontvangen, dat Engelsche oorlogsvaartuigen op de Zwarte-Zeekust bij
+Midia zouden trachten te landen, was deze plaats in staat van beleg gebracht, en had men, onder meer veiligheidsmaatregelen,
+eenige zware mijnen langs de kuststrook aangelegd, die electrisch met de vesting waren verbonden, zoodat men ze van daar uit
+kon doen ontploffen, zoodra de landingstroepen aan wal zouden komen. Li begreep nu ook, dat De Vogel het ongeluk had gehad
+op zulk een mijn terecht te komen; dadelijk daarop was een electrische bel in het fort in beweging gekomen, en enkele minuten
+daarna had men de ontploffing bewerkstelligd. Tegelijkertijd zag Li in, dat, gaven de Hollandsche papieren Rob en hem groote
+kans om hun vrijheid te herwinnen, de Engelsche passen, waarvan de anderen door een ongelukkige speling van het toeval waren
+voorzien, hen van den wal in den sloot zouden helpen. Ontkenden ze Engelschen te zijn, dan zou men hun eigenlijke <span class="pageno">
+[166]
+</span>nationaliteit willen weten; hielden ze vol inderdaad Britsche onderdanen te zijn, dan zouden ze onder vermoeden van vijandelijke
+bedoelingen worden gevangen gehouden. Alles in aanmerking nemende, begreep Li dat het laatste, hoe hard ook voor de slachtoffers,
+toch nog het beste zou zijn. Rob en hij zouden misschien ongehinderd Czernovi&euml; kunnen binnendringen, om dan te overwegen in
+hoever ze hun plan konden doorzetten; kwamen ze echter allen gezamenlijk in hun land terug, dan zou de kans op herkenning
+sterk vergroot worden, en daarmee die op mislukking.
+
+</p>
+<p>De generaal deelde Li mede, dat hij diens papieren had onderzocht, en door een tolk doen vertalen, en dat ze hem voorkwamen
+in orde te zijn. Li moest echter nog een aantal vragen beantwoorden, zijn aanwezigheid op het strand nader verklaren en een
+berisping aanhooren over zijn onvoorzichtigheid. Daarna werd hij naar zijn cel teruggebracht, en onderging Rob een gelijkluidend
+verhoor. Daar Li den vorigen avond met hen besproken had wat zij zouden antwoorden, kon de gouverneur over het resultaat tevreden
+zijn.
+
+</p>
+<p>Nog drie weken brachten de beide vrienden in hun gevangenschap door; in dien tijd werden ze nog eenige malen verhoord, en
+ten slotte vernamen ze, dat door voorspraak van den Nederlandschen Consul in Konstantinopel hun invrijheidstelling was bewerkt.
+
+</p>
+<p>En zoo stonden Rob en Li in &#8217;t laatst van Januari als vrije mannen op de stoep van het grijze gebouw, dat hen zoo lang tegen
+hun wil had geherbergd, en lag de toekomst weer voor hen open. V&oacute;or hun vertrek <span class="pageno">
+[167]
+</span>vernamen ze nog, dat de Engelschen, die men tegelijk met hen gevangen had genomen, van spionnage verdacht werden, en voorloopig
+wel in krijgsgevangenschap zouden blijven.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ziezoo,&#8221; zei Li, die in zijn cel genoeg gelegenheid had gehad om te overdenken wat hem te <span class="corr" title="Bron: doeu">doen</span> stond, &#8220;nu naar Slavowitz!&#8221;
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[168]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e2589"></a></p>
+<h1 class="label">Twaalfde Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Rob maakt kennis met den Hertog van Bora.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>In het Hotel Czernovi&euml;.&#8212;Van Stralen ontmoet zijn broer.&#8212;Daar komt de Prinses!&#8212;Een ontmoeting met den aanstaanden Prins-Gemaal.&#8212;Esse
+quam videri.&#8212;Van Stralen doet een duel op.&#8212;De tooneelspelen van Aeschylus.&#8212;Van avond om zes uur.
+</p>
+</div>
+<p>In de eerste dagen van Februari zaten Rob en Li op de veranda van het Hotel Czernovi&euml;, het voornaamste in Slavowitz, de schilderachtige
+hoofdstad van de voormalige Oranje-Republiek. Zij waren overeengekomen, te reizen als gefortuneerde toeristen, die de vele
+merkwaardigheden der hoofdstad kwamen bezien, en zich overigens van de menschen en dingen om hen heen weinig aantrokken.
+
+</p>
+<p>Een marmeren tafeltje stond tusschen hen in, en daar ze nu ter wille van den uiterlijken schijn afstand moesten doen van hun
+sobere Vogelgewoonten, zal het den lezer niet verwonderen, dat op het tafeltje een flesch chartreuse en een kistje sigaren
+prijkten, alsmede twee koppen voortreffelijke koffie, waarvan ze na een uitstekenden maaltijd&#8212;men dineerde in <span class="pageno">
+[169]
+</span>Czernovi&euml; algemeen om 1 uur&#8212;met welbehagen genoten. Beneden hen stroomde het vroolijke Czernovische leven voorbij, en als
+luie, voor hun genoegen bestaande toeristen keken ze langs den roezemoezigen boulevard. Toch waren hun gesprekken niet zoo
+onbezorgd als hun voorkomen zou doen veronderstellen. Telkens vormden de achtergelaten vrienden het onderwerp ervan, en als
+zij zich vergeefs hadden bezonnen op een middel om hen te bevrijden, was de overtuiging des te treuriger, dat het in veel
+opzichten misschien beter was wanneer ze voorloopig gevangen bleven. Een ander ding, dat vooral Rob bezig hield, was de vrees,
+dat men zich nu in Amsterdam, zonder berichten, zeer ongerust over hen zou maken.
+
+</p>
+<p>Het was twee uur.
+
+</p>
+<p>De veranda van het hotel was behalve door onze beide vrienden nog slechts door een enkel heer bezet, die met den arm op de
+balustrade geleund en den rug naar Li en Rob toegekeerd, in gedachten verzonken een cigaret zat te rooken. Terwijl Li met
+Rob zat te praten, had hij het oog niet van dien heer afgewend; toen deze het hoofd een oogenblik meer naar hun kant draaide,
+brak Li opeens het gesprek af, en wenkte een kelner, wien hij vroeg:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie is die heer!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is de kapitein der artillerie Van Stralen, Particulier Secretaris van Prinses Elizabeth.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo,&#8221; zei Li onverschillig. &#8220;Dank je wel. Ik heb dien heer meer ontmoet, geloof ik. Daarom vroeg ik het.&#8221;
+
+</p>
+<p>Een oogenblik daarna stond Li op, en ging op den heer af. Rob zag met verbazing toe, en begreep <span class="pageno">
+[170]
+</span>heelemaal niet hoe hij het had, toen hij Li de beide handen op de schouders van den ander zag leggen, blijkbaar om hem te
+verhinderen op te staan.
+
+</p>
+<p>Daarna hoorde hij Li zeggen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Blijf zitten. Toon vooral geen verbazing.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen de aangesprokene, blijkbaar verrast, een beweging maakte om op te springen, hield Li hem tegen, en zei rustig:
+
+</p>
+<p>&#8220;Kom bij ons zitten.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Secretaris stond nu op en voegde zich bij Rob en Li. Toen sprak Li:
+
+</p>
+<p>&#8220;Rob&#8212;ik stel je mijn broer voor. Hij wist niet dat ik nog leefde&#8212;ik wist niet dat hij tegenwoordig zulk een hooge betrekking
+bekleedde.&#8221;
+
+</p>
+<p>Ofschoon Li&#8217;s broer klaarblijkelijk een even koelbloedig man was als Li zelf, kon hij eerst geen woorden vinden om zijn verbazing
+te uiten en was hij door aandoening geheel van streek. Eindelijk zei hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is onbegrijpelijk. Als ik je stem niet duidelijk herkende, zou ik het niet gelooven. Hoe kom je zoo veranderd? Je haar
+is zwart, je kleur zoo donker... En waarom leef je eigenlijk nog?&#8221;
+
+</p>
+<p>Nu moest Li hartelijk lachen. Hij antwoordde:
+
+</p>
+<p>&#8220;De hoofdzaak is, <i>dat</i> ik leef. Laten we voorloopig daarmee tevreden zijn. Ik leg je later alles uit. Ik herkende je dadelijk, en toen ik hoorde
+dat je Secretaris van Prinses Elizabeth was, vond ik daarin een reden om mijn incognito voor deze eerste en laatste maal op
+te heffen. Je kunt me onschatbare diensten bewijzen. Maar laten we beginnen met naar mijn kamer te gaan, daar kunnen we rustiger
+en veiliger spreken.&#8221;
+<span class="pageno">
+[171]
+</span></p>
+<p>Ze gingen nu met hun drie&euml;n naar binnen, en weldra werd er over en weer over het gebeurde van den laatsten tijd druk gepraat.
+Li vertelde in groote trekken zijn lotgevallen, en zijn broer beloofde natuurlijk in alle opzichten de stiptste geheimhouding.
+
+</p>
+<p>Toen de eerste vreugde van het ongedachte en onverwachte weerzien voorbij was, begon men wederzijds te vragen en te antwoorden
+in verband met Li&#8217;s plannen, en de hulp die hij daarbij van zijn broer Paul meende te kunnen hebben.
+
+</p>
+<p>Paul vertelde, dat men in geheel Czernovi&euml; van den dood der zeven mannen overtuigd was, te <span class="corr" title="Bron: eer">meer</span> daar het geheele eiland Riva immers met al wat er op was, in de golven was verdwenen. En Li zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik had je dadelijk herkend, maar was eerst niet van plan je aan te spreken. Toen de kelner me echter vertelde, dat je Particuliere
+Secretaris van Elizabeth was geworden, begreep ik van die omstandigheid te kunnen partij trekken. Vertel eens, waarom sprak
+die man van &#8220;Prinses&#8221; Elizabeth?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, sedert een maand heeft de Czaar bij wijze van vorstelijke beleefdheid aan Elizabeth den titel van Prinses gegeven; je
+weet dat de Russen daarmee nog al vrijgevig zijn&#8212;van welk denkbeeldig Russisch bezit ze Prinses is, weet ze geloof ik zelf
+niet goed. Maar de bedoeling van het cadeau is duidelijk genoeg. Als Elizabeth Prinses genoemd kan worden, is het voor den
+Czaar gemakkelijker Hertog Alexander aan haar uit te huwelijken, en dat is dan toch ten slotte de bedoeling. We worden trouwens
+langzaam maar zeker gerussificeerd. Allerlei veranderingen in den regeeringsvorm hebben we ons moeten <span class="pageno">
+[172]
+</span>laten welgevallen, en ik weet niet hoe dit eindigen moet.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Is er niets van verzet te merken? Geloof je niet dat er geheime plannen gevormd worden om een omwenteling te weeg te brengen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Paul haalde de schouders op.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat willen wij tegen het machtige Rusland beginnen? Elk verzet is in beginsel een dwaasheid. Het volk protesteert met waardigheid;
+het begroet elke nieuwe Russische hervorming met rouwbetoon. Maar wat geeft dat? We zullen wel moeten berusten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Li zweeg eenige oogenblikken en zag voor zich uit.
+
+</p>
+<p>&#8220;Elizabeth gelooft natuurlijk ook aan mijn dood?&#8221; vroeg hij toen, echter zoo rustig, dat Rob er verwonderd van opzag. Het
+leek wel alsof er een diepere bedoeling achter lag, hetgeen trouwens ook, naar hij later zien zou, het geval was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Natuurlijk. Ze heeft er vreeselijk onder geleden, maar haar groote geestkracht stelde haar in staat haar verdriet te beheerschen
+en zich met alle toewijding aan het welzijn van den Staat te geven. Ik ben de eenige met wien ze over je spreekt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Denk je, dat ze dien Hertog van Bora trouwen zal?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ze roert dat onderwerp wijselijk zelden aan,&#8221; zei Paul ontwijkend; &#8220;ze wil, en kan trouwens ook niet, de eerste zijn die
+dat ter sprake brengt. Maar het zou me verwonderen als men haar daartoe brengen kon.&#8221;
+
+</p>
+<p>Op dit oogenblik hoorde men beneden in de straat een verward gegons van stemmen. Paul was naar het venster gegaan en zei:
+<span class="pageno">
+[173]
+</span></p>
+<p>&#8220;Daar komt de Prinses!&#8221;
+
+</p>
+<p>Li voelde zijn hart kloppen alsof het wilde bersten, toen hij de oogen naar den naderenden stoet wendde. Het juichen der langs
+de boulevards geschaarde menschenmenigte kwam nader en nader.
+
+</p>
+<p>Een detachement ulanen opende den stoet, hun lansen glinsterden in den zonneschijn, aan de punten fladderden groene vaantjes.
+Daarna volgde de Prinses in een open landauer. Nog een oogenblik en het rijtuig bereikte het hotel, en alsof het geluk Li
+gunstig was, kwam het juist tegenover het balcon waarop hij stond, tot stilstand.
+
+</p>
+<p>De equipage zag er zeer sierlijk uit, met blauwe zijde bekleed, en het Czernovische wapen in goud op de portieren. De mooie
+zwarte paarden, wier huid als satijn glom, hadden lichtbruin met zilver beslagen tuig.
+
+</p>
+<p>Maar Li zag niets van dat alles, zijn oogen waren op haar gericht, die in het rijtuig zat.
+
+</p>
+<p>Ja, zij die daar met vriendelijken glimlach en hoffelijke buiging het juichende volk dankend groette&#8212;die jonge en schoone
+vrouw was Elizabeth! Voor een oogenblik werd alles, de straat, de huizen, de menschen, tot een verward visioen; het gonsde
+in zijn ooren als het stroomen van een geweldige rivier. Met inspanning bedwong hij zijn eerste opwelling om het hotel uit
+te snellen, en haar tegemoet; hij trad iets terug en verborg zich achter eenige alo&euml;-planten, opdat hij kon blijven zien zonder
+opgemerkt te worden. Het was verbazend, neen het was een verrukking voor hem, te zien met welk een waardigheid en een gemak
+Elizabeth haar nieuwen staat wist te dragen.
+<span class="pageno">
+[174]
+</span></p>
+<p>De landauer van de Prinses had stilgestaan, omdat zij twee voetgangers wenschte aan te spreken, die, te oordeelen naar den
+eerbied, hun door de menigte bewezen, personen van aanzien in Czernovi&euml; waren.
+
+</p>
+<p>De eerste was een bejaard, zilverharig man van een statig voorkomen, en die zich onderscheidde door een ouderwetsche hoffelijkheid.
+
+</p>
+<p>&#8220;Graaf Radzivil,&#8221; antwoordde Paul op Li&#8217;s vraag, &#8220;de Eerste-Minister van Czernovi&euml;.&#8221;
+
+</p>
+<p>De ander was iemand van breeden, stevigen lichaamsbouw, met een donkergetint, niet onknap gelaat, zwarte oogen en een zwarten
+puntbaard. De zonnestralen speelden met den zilveren adelaar op zijn helm; zijn prachtige uniform glinsterde van goud galon,
+sterren en orden. Hij liep rechtop, met de linkerhand op het gevest van zijn sabel, en het was duidelijk dat hij zoowel in
+eigen oogen als in die van zijn omgeving, een zeer gewichtig personage was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie is dat?&#8221; vroeg Li.
+
+</p>
+<p>&#8220;Alexander, Hertog van Bora, commandant van het Czernovische leger, lid van het kabinet, neef van den Czaar en vermoedelijk
+troonopvolger.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is dus de man, die zijn intocht deed, toen ik met De Vogel vertrok, het plan vormend hem in mijn macht te krijgen,&#8221; zei
+Li; en na een oogenblik voegde hij er bitter aan toe: &#8220;zooals de zaken nu staan, zal ik duchtig moeten oppassen dat het omgekeerde
+niet plaats heeft.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij zag nu hoe Elizabeth zich in haar rijtuig vooroverboog, vroolijk lachend, en klaarblijkelijk in druk gesprek met den Prins.
+Hij kreeg zelfs den indruk dat ze alles in het werk stelde om hem te behagen. <span class="pageno">
+[175]
+</span>Onwillekeurig vormde hij zich een oordeel over den Prins: iemand met een niet al te vlug verstand, maar eerzuchtig; een ruw,
+door de uiterlijke voorschriften der etiquette slechts met moeite in bedwang gehouden karakter. Wat kon Elizabeth in dien
+man zien, dat haar belangstelling inboezemde?
+
+</p>
+<p>&#8220;De Prins schijnt op zeer goeden voet met Elizabeth,&#8221; merkte hij op.
+
+</p>
+<p>&#8220;Natuurlijk&#8212;zijn aanstaande vrouw,&#8221; sprak Paul met een zucht.
+
+</p>
+<p>Li antwoordde niet. Hij zag hoe de Prinses, die haar gesprek ge&euml;indigd had, den rechterhandschoen uittrok, en de blanke bejuweelde
+hand den Hertog toestak, met een glimlach en een sierlijkheid van gebaar, die den verborgen toeschouwer door de ziel sneden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ze heeft me vergeten,&#8221; sprak hij bij zichzelf. &#8220;En dat is eigenlijk wel te begrijpen&#8212;ze moet wel denken dat ik niet meer
+terug kom....&#8221;
+
+</p>
+<p>Bora bracht Elizabeth&#8217;s hand aan de lippen, en Graaf Radzivil nam den hoed af. Toen gleed het rijtuig weer voort langs den
+boulevard, gevolgd door een detachement ulanen in dezelfde uniform als zij die er aan voorafgegaan waren.
+
+</p>
+<p>Toen het rijtuig uit het gezicht verdwenen was, zei Paul:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik moet tot mijn spijt weg. De Prinses heeft &#8217;s middags na den maaltijd mijn diensten noodig. Het kan ook zijn, dat mijn
+tegenwoordigheid slechts kort of in &#8217;t geheel niet vereischt wordt&#8212;in dat geval kom ik dadelijk terug.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob en Li&#8212;of laten we hem nu liever weer <span class="pageno">
+[176]
+</span>bij zijn eigenlijken naam noemen&#8212;Rob en de ingenieur Van Stralen begaven zich na Paul&#8217;s vertrek weer naar de veranda, de eerste
+zonder eenigszins te beseffen hoe deze verwikkelingen zich ontwarren zouden, de ander vol vertrouwen op de toekomst en bezield
+met den vasten wil tot slagen, maar op het oogenblik toch zonder een juist en duidelijk overzicht van de komende dingen.
+
+</p>
+<p>Van Stralen sprak geen woord, en leunde over de balustrade, zonder te zien keek hij peinzend langs den boulevard. Rob, hem
+niet willende storen, zweeg eveneens.
+
+</p>
+<p>Ze hadden eenige oogenblikken zoo gezeten, en Rob was juist van plan zijn reisgenoot een wandeling door de stad voor te stellen,
+toen hij naast zich het gekletter van een sabel en het rinkelen van gespoorde voeten hoorde, terwijl een ruw verschoven stoel
+onzacht zijn arm raakte. Hij keek op, en zag twee heeren, die hij onmiddellijk als den Hertog van Bora en Graaf Radzivil herkende.
+Reeds had de antipathie, die Van Stralen voor den Hertog voelde, zich ook aan hem zoo meegedeeld, dat hij een oogenblik de
+drift in zich voelde opbruisen over de onbeleefde wijze waarop die man hem, zonder eenig woord van verontschuldiging, letterlijk
+op zij drong om gemakkelijker te kunnen zitten. Ook de toon, waarop hij den toeschietenden kelner wijn bestelde, en hem daarna
+afsnauwde, omdat de man hem niet dadelijk begreep, klonk Rob zeer afstootend in de ooren. Toen de Hertog dan ook, een oogenblik
+daarna, ongedurig weer opstond, en, naar een gemakkelijker zetel omziend, zonder veel complimenten den stoel greep, <span class="pageno">
+[177]
+</span>waarop Van Stralen en Rob hun hoeden hadden uit de hand gelegd, sprong ook Rob op, nam den Hertog snel den stoel weer uit
+de hand, en legde de op den grond gevallen hoofddeksels weer op hun vorige plaats.
+
+</p>
+<p>De Hertog, gewoon te doen en te laten wat hij wilde, stond een oogenblik verstomd. Zijn oogen glinsterden van toorn, hij sloeg
+onwillekeurig de hand aan het gevest van zijn zwaard, en bulderde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe durft u, meneer! Weet u niet wie ik ben?&#8221;
+
+</p>
+<p>Daar deze woorden in het Russisch werden uitgesproken, dat Rob niet verstond, gaf deze geen onmiddellijk antwoord; Van Stralen,
+uit zijn droomerij ontwaakt, had zich intusschen tot den Hertog gewend, en zei in het Hollandsch:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wij weten zeer goed, wie u is, meneer. Daarom verbaast uw onbeleefdheid ons des te minder.&#8221;
+
+</p>
+<p>De zwarte oogen van den Hertog flikkerden woest; hij had gedurende zijn verblijf in Czernovi&euml; de landstaal te goed geleerd,
+om te kunnen veinzen dat hij Van Stralen&#8217;s woorden niet verstond. Zijn gezicht werd dreigend en donker van uitdrukking, en
+hij riep uit:
+
+</p>
+<p>&#8220;Bent u gek of dronken? Is het al niet erg genoeg dat u niet opstond en mij niet groette toen ik binnenkwam, zooals elk Czernovi&euml;r
+gewoon is? Wees zoo goed, Graaf Radzivil, de namen dezer heeren te noteeren; ze zullen hun onbeleefdheid boeten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Graaf Radzivil fluisterde den Hertog iets toe, waarop deze eenigszins scheen te kalmeeren; daarna naderde hij Van Stralen
+met een hoffelijke buiging en stelde zich voor:
+<span class="pageno">
+[178]
+</span></p>
+<p>&#8220;Graaf Radzivil, Premier van Czernovi&euml;. Mag ik weten, met wien....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben Hollander, mijn naam is Van Heelstra,&#8221; antwoordde Van Stralen, opzettelijk Rob buiten de kwestie houdend. &#8220;Mag ik
+vragen wie deze&#8212;eh&#8212;heer is?&#8221;
+
+</p>
+<p>De Hertog zag nu, dat hij met vreemdelingen te doen had, en dus wijzer deed geen twist met hen te beginnen. Hij antwoordde
+kort:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben de Hertog van Bora, commandant van het Czernovische leger. Ik had u voor Czernovi&euml;rs aangezien.&#8221;
+
+</p>
+<p>Met die woorden draaide hij zich om, meenend nu voldoende excuses gemaakt te hebben, en Van Stralen zou er zich op hebben
+kunnen verheffen, dat hij de eenige man was, aan wien ooit de Hertog op zijn manier verontschuldigingen had aangeboden.
+
+</p>
+<p>Graaf Radzivil echter, wiens hoffelijke aard niet gedoogde, dat een vreemdeling zou heengaan met een onaangename herinnering
+aan Czernovi&euml; en zijn hooggeplaatste inwoners, vond het noodig Van Stralen nog eenige vriendelijkheden te zeggen.
+
+</p>
+<p>&#8220;U zult als Hollander zeker veel zien in deze stad, waardoor u aan uw eigen land wordt herinnerd?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeker,&#8221; antwoordde de ingenieur. &#8220;Maar helaas ook veel, wat mij den Russischen invloed in herinnering brengt.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Prins had zich bij deze woorden wrevelig afgewend, en deed alsof hij aan het verdere gesprek geen aandacht schonk.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een gesprek daarover,&#8221; zei graaf Radzivil glimlachend, &#8220;zou ons op het gevaarlijk terrein der politiek <span class="pageno">
+[179]
+</span>brengen. Zeker is, dat Czernovi&euml; de laatste jaren veel van haar oorspronkelijk karakter verloren heeft. Men leert zich in
+het onvermijdelijke schikken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ook de Prinses?&#8221; vroeg Van Stralen scherp.
+
+</p>
+<p>&#8220;De persoonlijke gevoelens der Prinses heb ik niet de eer te kennen,&#8221; antwoordde Radzivil diplomatiek. &#8220;Wel staat vast, dat
+zij&#8212;zelf van Hollandschen oorsprong&#8212;haar genegenheid voor den Hollandschen stam niet verbergt. Meerdere personen uit haar
+omgeving zijn afstammelingen van Hollandsche geslachten; ik zelf ben het van de zijde mijner moeder; de Particuliere Secretaris
+der Prinses, de heer Van Stralen, is volbloed Hollander. Waarschijnlijk hebt u, zonder het te weten, dien heer dezen middag
+hier ontmoet; hij gebruikt geregeld zijn diner in dit hotel.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik had zelfs het genoegen door een toeval met hem kennis te maken,&#8221; zei Van Stralen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, dat is zeker toevallig,&#8221; vervolgde de Graaf, en, zich tot den Hertog wendend, sprak hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;De heer Van Heelstra maakte dezen middag met onzen vriend den Secretaris der Prinses kennis, Hoogheid; gelooft u niet, dat...&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar de Hertog veinsde hem niet te hooren. Hij haatte den Secretaris, en alleen daarom den onbekenden Hollander des te meer.
+
+</p>
+<p>&#8220;Van Stralen is een uitnemend man,&#8221; vervolgde de goedpraatsche Radzivil; &#8220;hij bewees ons menigen goeden dienst. Een belangrijk
+cijfertelegram dat ons onlangs in handen viel, en waarmee de deskundigen geen raad wisten, pluisde hij uit. Hij heeft een
+belangrijk werk over raadselschrift geschreven, ofschoon <span class="pageno">
+[180]
+</span>ik tot mijn schande bekennen moet het nooit gelezen te hebben. Hij strekt onzen kleinen Staat tot eer. We mogen niet veel
+beteekenen onder de <span class="corr" title="Bron: groot machten">grootmachten</span>, maar door de voortreffelijke eigenschappen van vele Czernovi&euml;rs zijn we toch sterker dan velen denken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Esse quam videri<a id="d0e2788src" href="#d0e2788" class="noteref">1</a>,&#8221; glimlachte Van Stralen.
+
+</p>
+<p>Nauwelijks had hij deze woorden geuit, of het bleek dat de Hertog het gesprek zeer goed gevolgd had. Hij keerde zich plotseling
+om, zijn gezicht teekende verbazing en toorn, en hij vroeg ruw:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat meent u daarmee?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Gaarne wil ik het voor u vertalen, Hoogheid, daar u klaarblijkelijk geen latijn kent. Esse quam videri wil zeggen...&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Beleedig me niet langer!&#8221; riep de opgewonden Hertog. &#8220;Ik weet zeer goed wat het zeggen wil. Ik vraag alleen, waar u die woorden
+gelezen hebt, hoe u....&#8221;
+
+</p>
+<p>Buiten zichzelf van woede, kon hij geen woorden vinden om zich juist uit te drukken, en terwijl hij daarnaar nog zocht, vervolgde
+Van Stralen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Uwe Hoogheid heeft een eigenaardige manier om iemand een uitlegging te vragen. Waar ik die woorden las? Waarschijnlijk waar
+ook u ze las, daar u ze immers ook blijkt te kennen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is een leugen!&#8221; riep de Hertog.
+
+</p>
+<p>&#8220;Voorzichtig, Hoogheid,&#8221; wierp Radzivil in &#8217;t midden, terwijl hij om zich heen zag, &#8220;laten we geen publiek schandaal uitlokken.&#8221;
+<span class="pageno">
+[181]
+</span></p>
+<p>Van Stralen had moeite zich deze beleediging te laten aanleunen, maar daar hij met zijn handelwijze een bepaald plan had,
+hield hij zich kalm, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Uwe Hoogheid laat zich zeer kwetsend over mij uit, doch ik ben bereid die woorden als niet gesproken te beschouwen. U zult
+mij echter ten goede houden, dat ik nu ook op uw vragen geen nader antwoord kan geven.&#8221;
+
+</p>
+<p>Met deze woorden ging Van Stralen weer kalm aan zijn tafeltje zitten en stak een nieuwe sigaar op.
+
+</p>
+<p>De Hertog was echter volstrekt niet van plan het hierbij te laten. Hij ging naar den ingenieur toe, wiens terugtrekkende beweging
+hij voor lafheid hield, en vroeg:
+
+</p>
+<p>&#8220;U wenscht mij dus niet te antwoorden?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U weigert?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Beslist.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan zult u met mij duelleeren.&#8221;
+
+</p>
+<p>Van Stralen voelde veel lust de uitdaging aan te nemen; zijn tegenstander had hem na de korte kennismaking al genoeg afkeer
+ingeboezemd. Maar het leek hem toch verstandiger zulk een conflict voorloopig, als &#8217;t eenigszins mogelijk was, te vermijden.
+Ten eerste zou met het overhoop steken van den Hertog de Czernovische kwestie volstrekt niet opgelost zijn, ten tweede zou
+het duel aanleiding kunnen geven tot een openbare bespreking daarvan, waardoor Van Stralen zich meer bloot zou geven dan hij
+op dit oogenblik wel wenschte.
+
+</p>
+<p>Hij antwoordde dus rustig:
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen Hoogheid, ik zal niet duelleeren.&#8221;
+<span class="pageno">
+[182]
+</span></p>
+<p>&#8220;Als u niet vechten wilt, kan ik u er niet toe dwingen. Maar ik kan u ten minste als een lafaard brandmerken.&#8221;
+
+</p>
+<p>En zijn stok oplichtend, gaf hij Van Stralen een slag op de wang.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoogheid!&#8221; riep Radzivil, en begaf zich, boos en verontwaardigd, naar het andere einde der veranda.
+
+</p>
+<p>De kleur was uit Van Stralen&#8217;s gelaat geweken; alleen een roode streep gloeide op zijn linker wang.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zult ge nu vechten?&#8221; zei de Hertog met een tartenden glimlach, terwijl hij den stok opnieuw ophief. &#8220;Of hebt ge nog een nadere
+opwekking noodig?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Vechten? Ja, waarachtig, dat zal ik!&#8221; antwoordde Van Stralen, diep ademhalend. &#8220;Zend uw getuigen hierheen; ze zullen de mijnen
+ontmoeten. Ik heb u verder niets meer te zeggen. Onze sabels zullen het overige doen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Een glans van wilde vreugde ging over het gelaat van den Hertog.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn getuigen zullen binnen een uur hier zijn. Maar eerst een waarschuwing aan Radzivil. Die is te praatziek: en de kwestie
+behoeft niet aan de groote klok gehangen te worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Hertog verwijderde zich, en Van Stralen bleef naast den verschrikt zwijgenden Rob zitten, terwijl de enkele gasten van
+het hotel, die zich op het balcon bevonden, de oogen op hem richtten, en tot elkaar zeiden, dat de Hertog zeker weer een van
+zijn onderdanen op zijn gewone zachtaardige manier voor een onbeleefdheid had gestraft.
+
+</p>
+<p></p>
+<div class="divFigure">
+<p class="legend"><img border="0" src="images/p182.jpg" alt="En zijn stok oplichtend, gaf hij Van Stralen &#8217;n slag op de wang. (pag. 182.)"></p>
+<p class="figureHead">En zijn stok oplichtend, gaf hij Van Stralen &#8217;n slag op de wang. (pag. 182.)</p>
+</div><p>
+
+</p>
+<p>De Hertog, volstrekt niet beschaamd over zijn uitbarsting van woede, alleen ge&euml;rgerd omdat Radzivil <span class="pageno">
+[183]
+</span>zulke duidelijke teekenen van afkeuring had gegeven, ging naar het tafeltje waar de Premier zich had neergezet.
+
+</p>
+<p>De laatste dorst niet veel meer dan zwakke tegenwerpingen maken, want hij verkeerde in een moeielijke positie. Het was niet
+handig zich iemand tot vijand te maken, die bestemd was Prins-Gemaal van Czernovi&euml; te worden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Uwe Hoogheid vergeet dat het duel bij de wet verboden is.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben de aanstaande Prins-Gemaal en sta boven de wet,&#8221; antwoordde de Hertog hooghartig.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Prinses zal waarschijnlijk die meening niet deelen. Herinner u hoe ijverig zij gewerkt heeft om de Wet tegen het Tweegevecht
+er door te krijgen. Als een van haar eigen Ministers die wet overtreedt, zal zij zich daar zeker niet bij neerleggen. U hebt,
+vergeef mij dat ik het zeg niet zeer voorzichtig gehandeld.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Bah, m&#8217;n beste Radzivil, zorg maar dat je weet te zwijgen, en ze zal er nooit van hooren. Denk er aan,&#8221; voegde hij er dreigend
+bij, &#8220;dat, wanneer Hare Hoogheid de zaak te weten komt, ik niet twijfelen zal aan de herkomst van haar inlichtingen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij dronk haastig een glas wijn leeg, en wierp een blik vol haat in de richting van den ingenieur.
+
+</p>
+<p>&#8220;Weet ge wel, Radzivil, dat de spreuk, die deze Hollander zooeven uitsprak, gegraveerd staat in de binnenzijde van een ring,
+welken de Prinses draagt? Slechts eenmaal legde zij dien, doordat een der steenen beschadigd was, in mijn tegenwoordigheid
+af. Ik had toen de gelegenheid het inschrift te lezen, en <span class="pageno">
+[184]
+</span>vroeg wie haar dien ring had geschonken. De Prinses bleef niet alleen het antwoord schuldig, maar was blijkbaar in verlegenheid.
+Dat kwam mij verdacht voor, evenals &#8217;t me verdacht voorkomt, dat die vreemdeling zooeven dezelfde spreuk aanhaalde.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar welke conclusie zou Uwe Hoogheid daaruit dan willen trekken?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat er de een of andere verhouding bestaan heeft, misschien zelfs nog bestaat, tusschen de Prinses en dien man daar.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Uwe Hoogheid moet zich vergissen. De heer Van Heelstra bezoekt Slavowitz voor de eerste maal in zijn leven. Waar en wanneer
+zou de Prinses hem ontmoet kunnen hebben?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat weet ik evenmin als jij, maar ik wil, en zal dat ook, te weten komen. Er zijn geruchten, die van een vroegere verloving
+der Prinses spreken, v&oacute;or zij het bestuur in handen kreeg.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Daarvan hoorde ik ook wel spreken. Het schijnt echter, dat die geruchten op zeer losse gronden berusten; niemand weet er
+iets met zekerheid van te zeggen. Bovendien zou de persoon in kwestie, ook al weer volgens zeer vage geruchten, behoord hebben
+tot de zeven geleerden, die bij de ramp van Isola Riva omkwamen. En op geen hunner gelijkt deze Hollander ook maar in de verte.
+De onderstelling alleen trouwens, dat hij die ramp zou hebben overleefd, is te dwaas om van te spreken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is zoo,&#8221; antwoordde de Hertog, &#8220;Er zou trouwens ook geen enkele reden te noemen zijn waarom de overlevende zich dan schuilhouden
+en vermommen zou.&#8221;
+<span class="pageno">
+[185]
+</span></p>
+<p>&#8220;Nu ziet u immers zelf uw dwaasheid in! Mij dunkt, dat u die duel-kwestie nu maar moest bijleggen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het komt niet in me op,&#8221; antwoordde de Hertog koppig. &#8220;Juist omdat dit geval zoo raadselachtig is, wil ik de oplossing er
+van vinden. Als deze Hollander mijn vragen niet goedschiks wil beantwoorden, zal hij het kwaadschiks doen, of&#8212;met een sabelhouw
+zijn onwil boeten. Ik duld zelfs den schijn niet, dat ik een mededinger heb. Ik begin nu zelfs te gelooven, dat de Prinses
+zoo ijverig de Wet op het Tweegevecht doordreef, om haar geliefde de gelegenheid te geven, zich ongemoeid in Czernovi&euml; op
+<span class="corr" title="Bron: de">te</span> houden. Zij wilde hem tegen mijn sabel beveiligen. En nu ben ik er ook van verzekerd, dat zij reeds lang met hem heeft gecorrespondeerd,
+terwijl haar vriend Van Stralen, die voor zulke dingen heel geschikt is, als tusschenpersoon heeft gediend. Voor onze Prinses,
+die er een geheime liefde op na houdt, is zulk een handige cijfermeester een geschikt werktuig.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij keek wederom met zulk een haat in zijn blik naar Van Stralen, dat de Premier, een nieuwe sc&egrave;ne vreezend, de gedachten
+van den Hertog poogde af te leiden, door het woord &#8220;cijfer,&#8221; dat deze zoo even had uitgesproken, tot het onderwerp van een
+gesprek te maken.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Secretaris is, zooals u zegt, een kundig ontcijferaar van geheimschrift, maar op het oogenblik schiet zijn kunst toch
+te kort.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoezoo?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, onlangs is hem een cijferbericht voorgelegd door Zabern....&#8221;
+<span class="pageno">
+[186]
+</span></p>
+<p>&#8220;Zabern!&#8221; viel de Hertog hem wrevelig in de rede. &#8220;Alweer zoo&#8217;n halfslachtig wezen in het Kabinet. De Czaar heeft gemeend
+goed te doen door de regeering langzamerhand in Russische handen te brengen. Wat mij betreft is de keus zeker heel goed geweest,
+maar in Zabern&#8212;en evenzeer in een zekeren Graaf Radzivil&#8212;is van moederszijde nog te veel Hollandsch bloed. Als &#8217;t aan mij
+lag ging men veel radicaler te werk.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De Czaar voelt klaarblijkelijk meer voor een geleidelijken overgang, en hij heeft dunkt me van zijn standpunt uit gelijk.
+Maar ik wilde dan vertellen, dat vier weken geleden in een herberg een twist tusschen Czernovi&euml;rs en Russen zoo hoog rees,
+dat men de hulp van een militaire patrouille inriep, die de belhamels naar de wacht meenam. Daar had de gebruikelijke fouilleering
+plaats, en op een van de mannen vond men een paspoort op naam van Ivan Russakoff, hetgeen de man verklaarde hem toe te behooren.&#8221;
+
+</p>
+<p>Radzivil was er uitstekend in geslaagd de aandacht van den Hertog af te leiden. De toorn week van zijn gelaat. Van Stralen
+en het duel schenen voor een nieuwe belangstelling te zijn geweken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Deze Russakoff droeg een kaftan, in welks voering een breed, in twee&euml;n gevouwen stuk papier was verborgen, aan beide zijden
+bedekt, niet met woorden, maar met lange rijen cijfers. Des morgens werden de arrestanten ontslagen, behalve Russakoff, van
+wien men een verklaring verlangde omtrent de beteekenis van het papier. Hij weigerde die te geven. Hij zei de agent te zijn
+van een lakenkoopman uit Warsim, en had trouwens een tasch bij zich met stalen van lakenstoffen. Een onderzoek wees uit, dat
+er in Warsim inderdaad <span class="pageno">
+[187]
+</span>een lakenkoopman, genaamd Paskovitch, woont, wiens agent Russakoff is, en dat de kleedermakers van Slavowitz aanzienlijke
+bestellingen bij dien man doen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Daarna liet men den man zeker los?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Integendeel. De zaak kwam Zabern ter oore, en hij liet den man voor zich brengen. &#8220;Wat beteekenen die cijfers?&#8221; vroeg Zabern.
+&#8220;Dat zijn beroepsgeheimen,&#8221; antwoordde Russakoff. &#8220;Daaraan twijfel ik niet,&#8221; zei de Maarschalk. &#8220;Je beroep is dat van spion.
+Je laken-verkooperij is een dekmantel voor je eigenlijke bedoelingen.&#8221; Zabern nam den man langen tijd in verhoor. Russakoff
+weigerde de beteekenis van het geheimzinnig papier te onthullen; hij kon geen bevredigende verklaringen geven betreffende
+de wijze waarop hij zijn tijd in Slavowitz had doorgebracht, en de Maarschalk, overtuigd dat de man een spion is in Russischen
+dienst, heeft hem voor meerdere veiligheid naar de Citadel doen brengen, waar hij nu is. Het papier is in handen van Van Stralen
+om het te ontcijferen, en daarbij is de zaak op &#8217;t oogenblik gebleven.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En Van Stralen ziet geen kans het raadsel op te lossen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij weet er totaal geen weg mee.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Hertog scheen dat met genoegen te hooren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zabern ziet een spion in iedereen die uit Rusland komt,&#8221; spotte hij.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, we zullen de waarheid spoedig weten. Zabern schijnt den man te willen gijzelen op water en brood. Dat maakt de tong
+los.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar &#8217;t is tegen de wet,&#8221; zei de Hertog, met gefronst voorhoofd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Evenals duelleeren,&#8221; gaf de Premier terug.
+<span class="pageno">
+[188]
+</span></p>
+<p>Bora scheen op &#8217;t punt een boos antwoord te geven maar hield zich in en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;En die zoogenaamde spion werd een maand geleden gearresteerd, zegt u? Als Zabern die zaak zoo gewichtig oordeelt, waarom
+werd ik dan, als Minister, er niet van op de hoogte gebracht?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De zaak valt onder Zabern&#8217;s departement, daar hij immers Minister van Justitie is. Ik voor mij hoorde er eerst gisteren van,
+en toen nog door een toeval. En,&#8221; voegde hij er bij, vaag glimlachend bij de wetenschap dat hij geen meester was in zijn eigen
+kabinet, &#8220;u weet hoe Zabern gewoon is buiten voorkennis van zijn collega&#8217;s te handelen, en dat de Prinses steeds zegt: &#8220;Zabern
+heeft een streepje voor.&#8221;&#8221;
+
+</p>
+<p>Niemand wist dit beter dan de Hertog zelf, en hij dacht bij zichzelf, dat die toestand wel veranderen zou, zoodra <i>hij</i> op den troon kwam, en Czernovi&euml; een koninkrijk werd.
+
+</p>
+<p>De beide heeren dronken hun glas wijn leeg en gingen heen.
+
+</p>
+<p>Intusschen had Van Stralen met Rob zacht zitten praten. Rob was zeer ontdaan over het gebeurde, niet omdat de Hertog hem vrees
+inboezemde, maar omdat hij het vreeselijk vond dat zijn vriend nu gedwongen was te vechten, en dat hij, Rob, daartoe eigenlijk
+de aanleiding was geweest.
+
+</p>
+<p>&#8220;Had ik me maar zoo boos niet gemaakt,&#8221; zei Rob, &#8220;maar ik wist niet dat die Hertog zoo opvliegend zou zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maak je geen verwijten, kerel,&#8221; zei Van Stralen. &#8220;Je hebt me onwetend een dienst gedaan. Als we hier elken dag blijven zitten,
+en sigaartjes rooken en <span class="pageno">
+[189]
+</span>lekker eten, dan komen we er niet. Ik had al lang naar een middel gezocht om met dien Hertog in aanraking te komen, en dat
+is me nu gelukt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar als hij je nu misschien laat gevangen nemen, en ze gaan uitvisschen waar je vandaan komt, en....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat gebeurt allemaal niet. Hij wil veel te graag duelleeren en daar &#8217;t duel in Czernovi&euml; verboden is, zal hij wel zorgen
+dat niemand er van hoort.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom werd hij eigenlijk zoo woedend toen je die Latijnsche woorden zei?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, ik zei ze met opzet, juist om te kijken wat hij dan doen zou. Toen ik Elizabeth de laatste maal zag, gaf ik haar een
+ring, om die steeds als aandenken te dragen, daar ik wel wist dat ze mij in langen tijd niet zien zou. De woorden &#8220;Esse quam
+videri&#8221; waren aan de binnenzijde gegrift. Uit de woede van den Hertog begreep ik wat ik weten wilde, namelijk dat Elizabeth
+den ring nog bezit, dat Bora de inscriptie door het een of ander toeval gelezen heeft, dat hij heeft willen weten, wie de
+gever was en zich boos heeft gemaakt toen Elizabeth hem dat niet wilde vertellen. En je begrijpt, dat ik uit dit alles conclusies
+kon trekken, die me niet onaangenaam zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar hoe moet die duel-kwestie nu afloopen?&#8221; vroeg Rob.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu&#8212;een van ons beiden zal een houw krijgen, waarschijnlijk de Hertog. Dooden zal ik hem niet, ten eerste uit beginsel, ten
+tweede omdat &#8217;t niet politiek zou zijn. Ik vind &#8217;t al erg genoeg, dat we onze goede, verdraagzame Vogelgewoonten hier op deze
+bloeddorstige aarde moeten afleggen.&#8221;
+<span class="pageno">
+[190]
+</span></p>
+<p>Op dit oogenblik kwam Paul terug. Bij hun tafeltje gekomen, bukte hij zich en raapte een boekje op, dat op den grond lag,
+zeggend: &#8220;is dat van jou?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen,&#8221; antwoordde van Stralen, &#8220;en van Rob ook niet, voor zoover ik weet.&#8221;
+
+</p>
+<p>Daar ook Rob &#8217;t boekje niet voor zijn eigendom herkende, maakten de vrienden de conclusie dat Radzivil of Bora het zooeven
+moesten hebben laten vallen. Het bleek een zakuitgave van Aeschylus&#8217; gedichten te zijn, dat den Griekschen tekst der zeven
+tooneelspelen bevatte, zonder vertaling, noten of toelichting.
+
+</p>
+<p>Paul bladerde er in, en fronste plotseling de wenkbrauwen in verbazing.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat zou hem er toe gebracht hebben al die moeite te doen, en waartoe dient het?&#8221; mompelde hij,
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn boek, meneer de Secretaris,&#8221; klonk opeens een stem achter hem, en opziende, keek hij in de scherpe zwarte oogen van
+den Hertog, die achterdochtig op hem gevestigd waren. &#8220;Ik merkte zooeven, dat ik dit had laten liggen. Zooals u ziet, houd
+ik mijn klassieken nog bij.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U bestudeert ze zelfs zeer aandachtig,&#8221; zei Paul. &#8220;Niet ieder neemt de moeite al de letters van een Grieksch tooneelstuk
+te tellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Bora keek hem aan alsof hij een verborgen bedoeling in zijn antwoord wilde ontdekken, en ging toen heen, klaarblijkelijk niet
+op zijn gemak.
+
+</p>
+<p>Paul kwam nu aan het tafeltje zitten, en merkte dadelijk den rooden streep op, die over het gelaat van zijn broer liep.
+
+</p>
+<p>&#8220;De handteekening van den Hertog,&#8221; zei Van <span class="pageno">
+[191]
+</span>Stralen, met ingehouden toorn. Daarna vertelde hij het gebeurde, evenals het vroeger meegedeelde onder geheimhouding, waarop
+hij natuurlijk tegenover Paul, die trouwens de gevoelens van zijn broer voor Prinses <span class="corr" title="Bron: Elisabeth">Elizabeth</span> kende, volkomen rekenen kon.
+
+</p>
+<p>Paul luisterde met verontwaardiging.
+
+</p>
+<p>&#8220;Die vlegel!&#8221; mompelde hij. &#8220;Dat kost je &#8217;t leven, Felix. De Hertog is een meester op de sabel. Hij heeft zijn weerga niet
+in Czernovi&euml;.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zegt niet veel. Czernovi&euml; is klein.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij heeft al dertig duels achter den rug, waarvan er zeven-en-twintig ten nadeele van zijn tegenstander afliepen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het een-en-dertigste zal hem niet veel eer doen inleggen. Jij en Rob moeten mijn getuigen zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik? De Prinses is streng tegen het duel. De Russen hebben het hier trachten in te voeren, maar op haar aandringen stelde
+Zabern een wetsontwerp op tegen het tweegevecht, en Elizabeth wist het te doen aannemen. Daders en getuigen worden met gevangenschap
+bedreigd.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal &#8217;t je niet moeielijk maken, Paul,&#8221; zei Van Stralen op zijn gewone eenvoudige manier, die allen schijn van grootspraak
+miste. &#8220;De Van Stralens zijn van ouds meester op alle wapenen, jij zoo goed als ik. En ik heb het schermen duchtig onderhouden.
+Het gevecht zal onbeslist blijven&#8212;hoogstens krijgt de Hertog een onbeduidende wond. Maak je niet ongerust.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik hoop het beste. Daar komen Baron Ostrova en Graaf Itar, de gewone bijstanders van Bora in zijn eerezaken. Welk instructies,
+Felix?&#8221;
+<span class="pageno">
+[192]
+</span></p>
+<p>&#8220;Van avond zeven uur. Sabels. Totdat er bloed vloeit.&#8221;
+
+</p>
+<p>En Felix bleef nog eenige oogenblikken met Rob zitten praten en een sigaar rooken, zoo kalm alsof er niets bizonders gebeurd
+was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar hoe moet dit alles afloopen?&#8221; vroeg Rob. &#8220;Steek je je nu niet in allerlei moeielijkheden? Bereiken we op deze manier
+ons doel?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wacht rustig af, mijn beste jongen. Vooreerst moet de Hertog mijn verklaarde vijand zijn. Langs hem kom ik tot den Czaar.
+Je zult zien dat dit de weg tot ons doel is. Het zal langzaam gaan&#8212;maar we komen er zeker.&#8221;
+
+</p>
+<p>En Rob zweeg, nog niet begrijpend, maar vast vertrouwend op het succes van al wat deze merkwaardige man wenschte te ondernemen.
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[193]
+</span></p>
+<p></p>
+<hr class="noteseparator">
+<div class="notetext">
+<p class="notetext"><a id="d0e2788" href="#d0e2788src" class="noteref">1</a> Wees zooals ge u voordoet.
+</p>
+</div>
+<p class="div1"><a id="d0e3021"></a></p>
+<h1 class="label">Dertiende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>De verrader.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Waarin we Maarschalk Zabern en Prinses Elizabeth leeren kennen.&#8212;Wat de gezant te Petersburg schreef.&#8212;Een verrader onder de
+Ministers.&#8212;Russakoff is ontsnapt!
+</p>
+</div>
+<p>In een der vertrekken van het paleis zaten Graaf Radzivil en Maarschalk Zabern.
+
+</p>
+<p>De beide Ministers zouden de Prinses den inhoud van een belangrijk telegram mededeelen, dat zoo juist van den Czernovischen
+ambassadeur te St. Petersburg was ontvangen, en wachtten slechts tot zij bij de Prinses zouden toegelaten worden.
+
+</p>
+<p>Ladislas Zabern was een man van een kranig militair voorkomen, als uit eikenhout gesneden en met ijzer beslagen. Moed stond
+op zijn gelaat gestempeld. Ofschoon drie-en-vijftig jaar oud, had hij niets van de voortvarendheid der jeugd verloren. Evenals
+Radzivil vertegenwoordigde hij in het Kabinet den overgang tot het russicisme; maar meer dan zijn ambtgenoot, die voorzichtiger
+en plooibaarder was, verdacht men hem van oud-Czernovische sympathie&euml;n, <span class="pageno">
+[194]
+</span>en de Russische regeering zocht reeds naar redenen om hem te vervangen. Inderdaad was hij door zijn krachtige persoonlijkheid
+de leider van het Kabinet, terwijl Radzivil slechts Premier in naam was.
+
+</p>
+<p>Radzivil, praatziek als gewoonlijk, vertelde den Maarschalk het gebeurde tusschen den Hertog en den Hollander.
+
+</p>
+<p>&#8220;Uitstekend!&#8221; zei Zabern. &#8220;Dat duel moet doorgaan. Het kan niet anders dan in het belang van den Staat zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar....&#8221; protesteerde de Graaf verbaasd, &#8220;dat gaat toch niet! De overige Ministers zijn er evenals ik van overtuigd, dat
+de Prinses tusschenbeiden moet komen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Graaf,&#8221; zei Zabern op bevelenden toon, &#8220;dat duel moet doorgaan. Het begin van voor het land nuttige verwikkelingen kan er
+het gevolg van zijn. En denk er aan: geen woord hierover aan de Prinses!&#8221;
+
+</p>
+<p>Voor de Premier kon antwoorden, weerklonk een zilveren klokje uit de audi&euml;ntiezaal, ten teeken dat de Prinses gereed was haar
+bezoekers te ontvangen.
+
+</p>
+<p>De vleugeldeuren werden wijd opengeworpen.
+
+</p>
+<p>De twee Ministers gingen de Witte Zaal binnen, die zoo genoemd werd daar al het houtwerk wit verlakt, en alleen met smalle
+gouden biezen afgezet was.
+
+</p>
+<p>Aan een tafel zat de Prinses, en noodigde de Ministers tot plaatsnemen uit.
+
+</p>
+<p>Zabern was in &#8217;t bizonder haar gunsteling, en hij van zijn kant was gereed zijn leven te offeren voor de belangen van zijn
+meesteres, zij het ook dat hij <span class="pageno">
+[195]
+</span>deze gevoelens nooit in het openbaar ten toon spreidde. Hij was een sterk, hoewel stilzwijgend tegenstander van Elizabeth&#8217;s
+toekomstig huwelijk met den Hertog, zoowel omdat hij er uit een politiek oogpunt een onheil in zag voor den Staat, als wat
+betreft de ongelijkheid van zulk een paar, die niet anders dan tot een zeer ongelukkig huwelijk zou kunnen leiden.
+
+</p>
+<p>Daarom wilde Zabern alles doen om zulk een vereeniging te voorkomen, en het scheen hem toe dat deze dag zijn plannen begunstigde.
+
+</p>
+<p>&#8220;U komt op een ongewoon uur, heeren,&#8221; begon de Prinses. &#8220;Waarschijnlijk hebt ge dus belangrijke berichten?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Onze gezant te St. Petersburg,&#8221; antwoordde de Premier, eenige papieren uit zijn portefeuille nemend, &#8220;meldt dat enkele dagen
+geleden de Czaar op een hofbal in het Winterpaleis naar hem toe kwam, en op strengen toon&#8212;klaarblijkelijk opdat iedereen het
+hooren zou&#8212;uitriep:
+
+</p>
+<p>&#8220;Is het waar, meneer, dat de Czernovische Regeering nog steeds niet voldoende gezuiverd is van weerspannige elementen? Dat
+de Prinses zelfs onbewimpeld te kennen durft geven, alleen uit eigen vrije beweging een huwelijk te zullen aangaan?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb mij nooit openlijk in dien geest uitgelaten,&#8221; merkte Elizabeth op. &#8220;Waarschijnlijk was dit slechts een zijdelingsche
+poging om van mijn gezindheid op de hoogte te komen. En wat antwoordde de gezant?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Natuurlijk, dat hij omtrent de persoonlijke gevoelens der Prinses niet was ingelicht, en de vraag niet zonder nadere instructies
+uit Slavowitz kon beantwoorden.&#8221;
+<span class="pageno">
+[196]
+</span></p>
+<p>&#8220;Wat zei de Czaar hierop?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat hij een gezantschap zou afvaardigen, om de Prinses aan de besluiten van het Petersburger Congres en alle daar uit voortgevloeide
+nadere regelingen te herinneren.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;We zullen dat gezantschap gastvrij ontvangen,&#8221; zei Elizabeth met een glimlach.
+
+</p>
+<p>&#8220;Uwe Hoogheid beschouwt de zaak wat luchtig,&#8221; vervolgde Radzivil. &#8220;Mijns inziens zal het nuttig zijn als men te St. Petersburg
+ondubbelzinnig op de hoogte wordt gebracht van uw gevoelens. Bij uw komst aan de regeering hebt ge de gedenkwaardige woorden
+gesproken, dat het landsbelang boven uw persoonlijke neigingen zou gaan. Welnu, het landsbelang eischt, wil Czernovi&euml; niet
+onverbiddelijk bij Rusland ingelijfd worden, uw huwelijk met Prins Alexander, Hertog van Bora. Ik geloof, dat u wel zoudt
+doen, in die noodzakelijkheid niet alleen te berusten, maar van die berusting het gezantschap ten duidelijkste te doen blijken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is de vraag of Czernovi&euml;&#8217;s belang dit huwelijk eischt, Graaf Radzivil,&#8221; antwoordde de Prinses. &#8220;In elk geval ben ik niet
+van plan het gezantschap, noch wie ook, op dit punt eenige beloften te doen. Zeker, ik ben door de bestaande bepalingen gebonden,
+geen huwelijk aan te gaan zonder toestemming van den Czaar...&#8221;
+
+</p>
+<p>....&#8220;Het is echter zeer de vraag,&#8221; vulde Zabern aan, &#8220;of daaruit ook volgt dat men u tegen uw wil tot een bepaald huwelijk
+dwingen kan. Dit is de oude kwestie, die tusschen u, Prinses, Graaf Radzivil en mij meermalen een punt van bespreking heeft
+<span class="pageno">
+[197]
+</span>uitgemaakt. In deze dagen is ze meer dan ooit van gewicht. Men zal in Europa, waar de verontwaardiging over het in Zuid-Afrika
+gepleegde onrecht zeer groot is, niet ten tweede male werkeloos den ondergang van een Oud-Hollandsche republiek willen aanzien.
+Wij kunnen een beroep doen op de beslissing der Mogendheden, die trouwens belang er bij hebben uitbreiding van Russisch grondgebied
+tegen te gaan. Het is de vraag of een rechtskundige uit de bestaande regelingen ten opzichte van Czernovi&euml;, niet weet te bewijzen
+dat de Prinses volstrekt niet tot een huwelijk gedwongen kan worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Radzivil, de voorzichtige, schudde bedenkelijk het hoofd. Hij zag vol zorg nieuwe verwikkelingen tegemoet.
+
+</p>
+<p>Na een korte tusschenpoos van stilte, zei de Prinses, de wenkbrauwen fronsend:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wij hebben onze plannen omtrent een stelselmatig verzet tegen dat huwelijk steeds stipt geheim gehouden. Noch van u, Maarschalk,
+noch van u, Graaf, kan ik onvoorzichtigheid in dit opzicht veronderstellen. Hoe kan het mogelijk zijn, dat hieromtrent den
+Czaar iets ter oore is gekomen?&#8221;
+
+</p>
+<p>De twee Ministers zag elkaar veelbeteekend aan.
+
+</p>
+<p>Radzivil antwoordde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Onze vermoedens daaromtrent zijn van zoo onaangenamen aard, dat wij ze tot nog toe Uwe Hoogheid niet hebben meegedeeld, hopend
+dat ze gelogenstraft zouden worden. Maar tevergeefs. We kunnen niet langer blind zijn voor het feit, dat er een verrader in
+onze omgeving, in het Kabinet zelf misschien is.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Een verrader!&#8221; riep Elizabeth uit.
+
+</p>
+<p>&#8220;Met tegenzin zijn wij tot deze conclusie gekomen. <span class="pageno">
+[198]
+</span>Geheimen die in den Ministerraad werden behandeld, zijn aan de raadslieden van den Czaar overgebracht. De brieven van onzen
+gezant laten daaromtrent niet den minsten twijfel. Wel is waar kunnen wij van een gedeeltelijk door Rusland be&iuml;nvloed Ministerie
+geen anti-Russische politiek verwachten, maar wel mogen we van alle leden der Czernovische Regeering eerbiediging eischen
+van staatsgeheimen, hoe ook hun persoonlijke gevoelens zijn mogen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Daarna las de Minister verscheiden uittreksels voor om zijn bewering te staven.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een van mijn Ministers voert dus een geheime briefwisseling met den Czaar,&#8221; riep Elizabeth verachtelijk. &#8220;Wie is de verrader?&#8221;
+
+</p>
+<p>En daarna de beide Ministers beurtelings scherp aanziend, vervolgde zij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wien verdenkt ge, heeren?&#8221;
+
+</p>
+<p>De Premier antwoordde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik weet volstrekt niet op wien ik de verdenking zou moeten doen vallen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar Zabern glimlachte onmerkbaar, alsof hij met Radzivil&#8217;s onnoozelheid spotte.
+
+</p>
+<p>Elizabeth zag hem aan, en vroeg:
+
+</p>
+<p>&#8220;Verdenkt <i>u</i> iemand, Maarschalk?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja, Hoogheid,&#8221; antwoordde Zabern kort en beslist.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zijn naam?&#8221; vroeg de Prinses snel.
+
+</p>
+<p>Maar Zabern antwoordde niet dadelijk.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zou er de voorkeur aan geven mijn vermoedens tot volkomen zekerheid te brengen eer ik ze uitspreek, Hoogheid.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat eerbiedig ik volkomen,&#8221; sprak de Prinses, &#8220;en toch...&#8221;
+<span class="pageno">
+[199]
+</span></p>
+<p>&#8220;Uw geduld zal niet op al te zware proef worden gesteld, Hoogheid,&#8221; vervolgde Zabern. &#8220;Mijn spionnen volgen de bewegingen
+van den verrader reeds. Meer zelfs: zijn handlanger heb ik in de Citadel achter slot en grendel.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Meent ge Russakoff?&#8221; vroeg Radzivil.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja. Ik ben overtuigd, dat hij de tusschenpersoon is in deze verraderlijke briefwisseling. Zijn eenzame opsluiting op water
+en brood zal zijn tong wel los maken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik maak u opmerkzaam, Excellentie,&#8221; zei de Prinses, &#8220;dat ik niet den minsten schijn van dwangmiddelen duld. Ik verzoek u,
+bevelen te geven, dat die man op denzelfden voet als andere gevangenen behandeld wordt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern boog zwijgend het hoofd, doch veroorloofde zich daarna met een lichten glimlach op te merken:
+
+</p>
+<p>&#8220;De gevangene is een Rus, Hoogheid... Hij zal zich zelfs nog verwonderen over de zachte behandeling die hij ondervindt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U hebt mijn verlangen begrepen, niet waar?&#8221; vroeg Elizabeth, het hoofd fier opgericht en met dien gebiedenden blik, aan welks
+invloed zelfs een man als Zabern niet ontkwam. Daarna voegde ze er zachter en met een glimlach aan toe:
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu en dan spreekt het Poolsche bloed, Maarschalk! Ik zal <i>u</i> toch niet van Russische sympathie&euml;n moeten verdenken?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer het zoover is, Hoogheid,&#8221; antwoordde Zabern, eveneens lachend, &#8220;dan zal ik, als <span class="corr" title="Bron: Minster">Minister</span> van Justitie, de eerste zijn die den verrader Zabern in de Citadel doet opsluiten!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoover zal het wel nooit komen,&#8221; schertste de <span class="pageno">
+[200]
+</span>Prinses. Maar daarna plooide haar gelaat zich weer tot ernst, en ze vervolgde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat denkt ge dus met dien man te doen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij was in het bezit van een cijferbericht, Hoogheid. Voorloopig zullen we afwachten of het uw Secretaris gelukt den sleutel
+te vinden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Men sprak nog eenige oogenblikken over onverschillige zaken; daarna gaf de Prinses te kennen, dat zij de audi&euml;ntie wenschte
+op te heffen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk,&#8221; zeide Radzivil bij &#8217;t verlaten van het paleis, &#8220;wat hebt ge toch voor reden om dat duel te doen doorgaan? Wilt
+ge dan met alle geweld mijn plan betreffende het huwelijk der Prinses tegengaan?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist. Dat is mijn doel. De Prinses zal zeer zeker verontwaardigd zijn, te zien dat haar toekomstige Gemaal zich boven de
+wet stelt. Zij zal daar stof tot verwikkelingen uit kunnen putten, die mijn plannen begunstigen. De Hertog is in mijn net
+geloopen, zooals ik wel verwachtte.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Welk net?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De Wet tegen het Duel. Waarom deed ik zoo mijn best die aangenomen te krijgen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Om de Prinses een genoegen te doen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Gedeeltelijk; maar meer nog omdat ik er een middel in zag om den Hertog te vangen. Ik wist wel, dat hij geen maand zonder
+een duel kan blijven, en dat hij zichzelf boven de wet verheven acht. En mijn plan is geslaagd. Vandaag zal de Hertog op de
+sabel duelleeren. Het is mogelijk dat ze elkaar dooden; zoo niet, dan zijn er twee dingen mogelijk: de Hollander doodt den
+Hertog, wat voor Czernovi&euml; een zegen zou zijn, of&#8212;&#8221;
+<span class="pageno">
+[201]
+</span></p>
+<p>&#8220;Of, wat meer waarschijnlijk is, de Hertog doodt den Hollander.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zou jammer zijn, omdat de Hollander, zooals ge me verteld hebt, een flinke kerel schijnt te zijn. Maar&#8212;in dat geval zal
+de Hertog, overeenkomstig de wet, terecht moeten staan wegens moord.&#8221;
+
+</p>
+<p>Radzivil stond verbluft. Z&oacute;o ver had hij zich nog niet eens in de zaak ingedacht.
+
+</p>
+<p>&#8220;En als de Prinses zich aan de letter van de wet houdt,&#8221; vervolgde Zabern met onwrikbare koelbloedigheid, &#8220;dan zal ze&#8212;vol
+eerbied voor de wetten, zooals ge weet&#8212;haar toekomstig Gemaal tot gevangenschap en verbanning buiten het grondgebied van den
+Staat veroordeelen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Goede hemel!&#8221; riep de Premier.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn stelsel werkt mooi, niet? Dat was ook mijn bedoeling.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar dat zal niet gebeuren! De Prinses moet tusschenbeiden komen en dat duel verbieden. Ik ga dadelijk terug en zal haar
+inlichten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Halt!&#8221; zei Zabern ernstig. &#8220;Laat de Hertog zijn dwaasheden bot vieren. Wat denkt ge&#8212;zouden gij en ik onze portefeuilles lang
+behouden als Bora den troon kwam deelen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Ze waren nu buiten het park gekomen, dat het Paleis omringde. Een ordonnans stond aan het hek, en meldde den Maarschalk dat
+hij een bericht had over te brengen.
+
+</p>
+<p>&#8220;En wat is dat, Nikita?
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk, de spion Russakoff is uit de Citadel ontsnapt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Vervloekt! Daar zal de wacht voor boeten!&#8221;
+
+
+
+<span class="pageno">
+[202]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e3206"></a></p>
+<h1 class="label">Veertiende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Ivan Ravenski.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Een gesprek met den Minister van Binnenlandsche Zaken.&#8212;De drie verzegelde pakketten.&#8212;Elizabeth hoort van het duel.&#8212;De brief
+van Felix.&#8212;Zou hij het zijn?&#8212;Naar het Roode Woud!
+</p>
+</div>
+<p>Na het vertrek van haar beide Ministers ging de Prinses door de openslaande deuren van de audi&euml;ntiezaal in den, door helderen
+zonneschijn verlichten tuin. De schildwachten op het terras presenteerden de geweren toen zij voorbijkwam.
+
+</p>
+<p>In nadenken verzonken over het klaarblijkelijk gepleegd verraad volgde zij met naar den grond gerichte oogen de breede, met
+lindeboomen beplante laan, toen een schaduw op haar pad viel, die haar deed opzien.
+
+</p>
+<p>Voor haar stond Ivan Ravenski, de Czernovische Minister van Buitenlandsche Zaken. Hij was een man van ongeveer vijf-en-veertig
+jaar, maar zag er veel jonger uit; zijn gelaat was streng en ernstig, maar niet onaangenaam om te zien. Den hoed afnemend,
+boog Ravenski diep; Elizabeth groette hem met een lichte beweging van het hoofd, doch haar gezicht <span class="pageno">
+[203]
+</span>nam een koele uitdrukking aan. Ze mocht den Minister, een onvervalschten Rus van afstamming en politieke gevoelens, niet lijden,
+en hoewel ze hem nooit tot haar vertrouweling had gemaakt, integendeel, in afwachting van beter tijden, hem steeds in den
+waan had trachten te brengen, dat zij in een huwelijk met Bora het heil van den Staat zag, voelde zij toch bij instinct dat
+deze man haar innerlijke gedachten doorgrondde.
+
+</p>
+<p>Met een waardigheid als nam hij de plaats in die hem toekwam, begaf hij zich ter linkerzijde der Prinses en begon naast haar
+in de schaduw der linden de laan op en neer te loopen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Als ik mij niet zeer bedrieg, Prinses,&#8221; begon Ravenski, &#8220;hebt u zooeven van de beide Ministers, die ik het paleis zag verlaten,
+bericht ontvangen omtrent een gebeurtenis aan het Russische Hof, die u persoonlijk betreft.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth zag geen enkele reden om de waarheid hiervan te ontkennen, en antwoordde daarom:
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is zoo. Mag ik echter vragen hoe u tot die wetenschap kwam?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is slechts een gissing, Hoogheid,&#8221; antwoordde Ravenski, &#8220;maar een gissing die zeer voor de hand ligt. Als Minister van
+Buitenlandsche Zaken ben ik immers evenzeer als de Premier door den gezant te St. Petersburg ingelicht omtrent hetgeen de
+Czaar op het hofbal sprak.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En al is dit zoo,&#8221; zei Elizabeth koel, &#8220;wat is daarin dan voor u de aanleiding mij dat nogmaals mede te deelen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zal u aanstonds duidelijk worden, Prinses. <span class="pageno">
+[204]
+</span>Vergun me eerst deze vraag: U ziet immers de noodzakelijkheid in&#8212;meermalen vernam ik dit uit uw eigen mond&#8212;van een huwelijk
+met den Hertog van Bora?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Inderdaad. Ik geloof, dat de belangen van den Staat dit eischen. Het Russischgezinde deel der bevolking zal dat huwelijk
+gaarne zien; daarenboven,&#8221; voegde zij er met een zucht bij, &#8220;is het een politieke noodzaak. Leen ik er mij niet toe, dan zal
+de Czaar mij wel weten te dwingen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De toon, waarop u mij dit antwoord geeft, Prinses, versterkt mij in de meening, die ik sinds lang koesterde, dat uw persoonlijke
+verlangens zich niet in de richting van dit huwelijk bewegen!&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth verwaardigde zich niet deze uitspraak te bevestigen. Door dit zwijgen stoutmoediger geworden, vervolgde Ravenski:
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoudt ge geen middel weten, Prinses, aan de noodzakelijkheid van dat huwelijk te ontkomen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Die vraag stelt <i>u</i> me, Excellentie?&#8221; vroeg Elizabeth, verbaasd, &#8220;<i>u</i>, die toch als geboren Rus niets anders moest wenschen dan dat huwelijk?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik begrijp, dat deze vraag u verbaast, maar ik herhaal ze: zoudt u geen middel weten?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U tracht me in een val te lokken,&#8221; zei Elizabeth streng, &#8220;en ik ben niet van plan uw vraag te beantwoorden. U en ik behooren
+in het belang van den politieken toestand te berusten in mijn huwelijk met den Hertog. Ik begrijp niet....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Er zijn overwegingen, Hoogheid, die sterker zijn dan de eischen der politiek. U kunt den Staat dienen en toch de inspraak
+van uw hart volgen.&#8221;
+<span class="pageno">
+[205]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ik begrijp u niet. Verklaar u, wees duidelijk, verzoek ik u.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Welnu&#8212;ik zal zonder omwegen op mijn doel afgaan. Rusland wenscht den Hertog van Bora als Prins-Gemaal te zien, opdat diens
+afstammelingen, en dus afstammelingen van een Rus, Czernovi&euml; regeeren. Of de Hertog daartoe u tot gemalin kiest, is een bijzaak.
+Ook voor den Hertog is die omstandigheid bijzaak. Hij verlangt meer naar het bezit van een kroon dan naar het bezit van Prinses
+Elizabeth. En dus....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En dus wilt u....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik wil niets. Ik doe u een denkbeeld aan de hand. U zoudt&#8212;en ziedaar de kern van dat denkbeeld&#8212;vrijwillig afstand kunnen
+doen van den troon, ten behoeve van den Hertog.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth voelde duidelijk, dat er een diepere, baatzuchtige bedoeling schuilde achter dit schijnbaar belangeloos voorstel.
+Met een spottenden glimlach antwoordde ze:
+
+</p>
+<p>&#8220;U is wel vriendelijk, Excellentie, u zoo met mijn persoonlijke belangen in te laten, en daarvoor zelfs uw Russische sympathie&euml;n
+geweld aan te doen. Ik deed dus volgens u het beste lafhartig de zorgen der regeering van mij af te schuiven, en ergens als
+ambteloos, vergeten burgeres te gaan leven?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>Met</i> den man, die u liefheeft, Prinses!&#8221; fluisterde Ravenski.
+
+</p>
+<p>&#8220;Met den man, die.... Excellentie, wat bedoelt ge? Wie is die man, wie zou....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>Ik</i>, Hoogheid,&#8221; sprak Ravenski hartstochtelijk, &#8220;<i>ik</i> wil die man zijn! Nu weet ge mijn geheim: ik heb u lief!&#8221;
+<span class="pageno">
+[206]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ik wilde dat Zabern u hooren kon!&#8221; sprak Elizabeth, zich vol afschuw omwendend. &#8220;Laat ons dit gesprek afbreken. Het is verraad.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen, Prinses. Luister. Ik heb u liefgehad sedert ik door mijn plaats in de Regeering met u in aanraking kwam. Ik heb voor
+een groot deel medegewerkt om u de macht en den titel te doen verkrijgen, die ge heden bezit, ten einde te toonen wat ik voor
+u over had. Ik offer mijn politieke plichten aan u op&#8212;Prinses, bewijst u dat niet voldoende de oprechtheid mijner liefde?&#8221;
+
+</p>
+<p>Bevend van verontwaardiging, wendde Elizabeth onwillekeurig den blik naar de beide schildwachten, die met langzamen pas het
+terras op en neer gingen.
+
+</p>
+<p>Ravenski zag die beweging, en vervolgde:
+
+</p>
+<p>&#8220;E&eacute;n oogenblik, Prinses, eer ge last geeft mij te arresteeren. Ik heb deze bekentenis niet gedaan zonder mijzelf een waarborg
+te verzekeren. Luister! Er woont op dit oogenblik aan de andere zijde der grens&#8212;het doet er niet toe waar&#8212;een persoon die
+mijn belangen is toegewijd. Hem heb ik de zorg voor drie verzegelde pakketten toevertrouwd. Zoodra hij mijn arrestatie verneemt,
+handelt hij als volgt. Een der pakketten zal hij aan den Russischen Minister van Buitenlandsche Zaken verzenden, het tweede
+aan den Hertog van Bora, het derde aan de redactie van de Czernovische Nieuwsbode, welks Russisch-gezinde uitgever Lipski
+maar al te graag den inhoud zal publiceeren, en waardoor een beweging in Czernovi&euml; zal ontstaan. Daar zijn uw schildwachten.
+Roep ze. Arresteer me. Maar wees er van verzekerd: binnen acht dagen daarna zijt ge onttroond.&#8221;
+<span class="pageno">
+[207]
+</span></p>
+<p>Elizabeth zweeg, maakte geen beweging.
+
+</p>
+<p>&#8220;Vergeef me, Prinses, dat ik u met bedreigingen toespreek, ik ging er niet dan met tegenzin toe over. Maar&#8212;gij erkent mijn
+macht, en ge weet dat ik u liefheb. Wat is uw antwoord?&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth maakte een beweging van ongeduld.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik hecht niet veel aan uw bedreigingen. Wat zouden die pakketten kunnen bevatten?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal &#8217;t u zeggen. Het eerste een wasrol van een fonograaf, die ik, achter een meubel verborgen, een door u gevoerd gesprek
+met uw Secretaris deed opnemen, en die met uw eigen, zeer goed te herkennen stem het overtuigend bewijs levert, dat gij, hoewel
+uiterlijk berustend in het door Rusland gewenschte huwelijk met den Hertog, elk gunstig oogenblik afwacht om Rusland&#8217;s plannen
+te verijdelen. Welke middelen gij daartoe wilt aanwenden, is mij nog onbekend, doch vast staat dat ge op niets minder dan
+een staatsgreep zint.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Verrader! Lafaard!&#8221; riep de Prinses, met een van verontwaardiging trillende stem. &#8220;Ik wist, dat geen middel tot bereiking
+van uw doel u te laag was, maar dat ge dit zoudt durven....!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Verrader?&#8221; sprak Ravenski spottend. &#8220;Noem liever uw vrienden Zabern en Radzivil zoo, die ik sterk verdenk&#8212;zoo ze al niet
+in uw plannen zijn ingewijd&#8212;de uitvoering daarvan gaarne te zullen begunstigen.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Prinses was met uiterste inspanning haar ontroering meester geworden. Uiterlijk kalm vroeg ze:
+
+</p>
+<p>&#8220;En het tweede pakket?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Is gelijk aan het eerste, Hoogheid.&#8221;
+<span class="pageno">
+[208]
+</span></p>
+<p>&#8220;Het derde?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Bevat een eenigszins fantastisch verhaal van den door u beraamden staatsgreep, dat de bladen gretig zullen overnemen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Eenige oogenblikken beschouwde Ravenski de uitwerking zijner woorden, toen vervolgde hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Overdenk dit alles goed. Ik zal er u ruim den tijd toe geven. Ik heb geduld. Bedenk, dat wanneer de sombere muren van een
+Russische vesting u omringen, wanneer ruwe soldaten uw cipiers zijn, wanneer geen uwer angstkreten tot de buitenwereld doordringt&#8212;dat
+dan zelfs de liefde van Ravenski begeerenswaard zou zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth kon het gevoel van afschuw niet onderdrukken, dat door deze woorden werd opgewekt.
+
+</p>
+<p>&#8220;Stort dus niet uzelf, noch uw vrienden, in &#8217;t verderf, Zabern, Radzivil, Dorislas, al de ministers wier politiek Rusland
+een doorn in &#8217;t oog is, en die door den Hertog aan den Czaar zouden worden overgeleverd. Czernovi&euml; zou door kozakken worden
+bezet en onder de krijgswet geplaatst, de mannelijke bewoners bij het Russische leger ingelijfd, de Universiteit gesloten,
+de wetten geschorst, kortom, uw land ten onder gaan.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar wanneer ik afstand doe,&#8221; riep Elizabeth wanhopig, &#8220;wanneer Bora de regeering aanvaardt, zal het land dan niet eveneens
+ten onder gaan?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeer zeker. Maar niet door geweld. En bovendien niet door uw direct toedoen. Daar ligt het zwaartepunt der kwestie. Nogmaals:
+gij hebt te kiezen. Ik zal wachten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En ge zult lang moeten wachten, Excellentie,&#8221; <span class="pageno">
+[209]
+</span>antwoordde Elizabeth trotsch. Ze waren op dit oogenblik den uitgang van het park genaderd; met een handbeweging noodigde ze
+den Minister uit te vertrekken.
+
+</p>
+<p>Ravenski bleef echter staan, en sprak:
+
+</p>
+<p>&#8220;Nog een enkel woord, Prinses. Hedenmiddag is mij een bericht ter oore gekomen, dat U zal intresseeren. In het Hotel Czernovi&euml;,
+waar vele vreemdelingen afstappen, en waar ik natuurlijk, belang stellend in buitenlandsche zaken, spionnendienst doe uitoefenen,
+heeft heden enkele uren geleden een twist plaats gehad tusschen den Hertog van Bora en een kortelings hier aangekomen Hollander.
+Merkwaardig genoeg schijnt een Latijnsche spreuk&#8212;esse quam vederi, wanneer mijn berichtgever goed verstaan heeft&#8212;de onmiddellijke
+aanleiding tot den twist te zijn geweest. Ik moet bekennen, dat dit gedeelte der zaak mij niet recht duidelijk is. Hoe het
+zij, het gevolg zal een duel zijn tusschen den Hollander en den Hertog, hedenavond te zeven uur. Hoogstwaarschijnlijk zal
+de Hertog, die dertig duels achter den rug heeft, en nooit gewond werd, den Hollander dooden. De kans bestaat echter, en we
+moeten daarmee rekening houden, dat de Hertog verwond wordt. Eenigen tijd geleden zou daarin geen bezwaar gelegen hebben;
+sedert de tot-stand-koming der duelwet zou de Hertog zich echter aan een strafvervolging blootstellen. U moet dat voorkomen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth was plotseling verbleekt, als had een hevige schrik, die op dat oogenblik alleen <i>zij</i> zou kunnen verklaren, haar bevangen. Ravenski, evenmin als de lezer, die echter zoo straks ingelicht zal worden, <span class="pageno">
+[210]
+</span>begrijpend wat er in haar binnenste omging, gaf een uitleg aan haar ontroering, die&#8212;naar we aanstonds zien zullen&#8212;onjuist
+was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge verbleekt, Prinses. Ik begrijp dat. De mogelijkheid, dat de Hertog u op deze manier een wapen tegen zichzelf in handen
+geeft, komt als een onverwacht redmiddel tot u, dat u aanlokt, en waarvan ge toch aarzelt gebruik te maken. Vandaar uw ontroering.
+Ik zeg u echter: stijg te paard, rijd zoo snel ge kunt met een escorte naar het Roode Woud, waar het duel zal plaats hebben&#8212;en
+voorkom het. Het leven van den Hertog <i>moet</i> gespaard blijven,&#8212;dat is immers in <i>mijn</i> belang. Werkt ge dat belang tegen, staat ge mij niet voor de veiligheid van den Hertog in, dan beschuldig ik u openlijk,
+een offici&euml;el te uwer kennis gebracht misdrijf, door de landswetten verboden, niet te hebben voorkomen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth hield zich aan het hek van de parkpoort vast om niet te vallen, ze wankelde, en sprak alleen nauw verstaanbaar:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal gaan.... dadelijk....&#8221;
+
+</p>
+<p>Een triomfantelijke glimlach speelde om Ravenski&#8217;s lippen. Hij geloofde den weerstand der Prinses gebroken te hebben en voelde
+zijn zaak reeds half gewonnen.
+
+</p>
+<p>Zwijgend ontblootte hij het hoofd, boog diep en eerbiedig, en verliet met snelle schreden het park.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Tot recht begrip van het vorenstaande is een kleine uitlegging noodig, die in de aanteekeningen van Rob Rensma eerst op de
+laatste bladzijden voorkomt, omdat hij ze op dit tijdstip zijner avonturen nog niet van zijn vriend Van Stralen vernomen had.
+<span class="pageno">
+[211]
+</span>Toen laatstgenoemde hem namelijk zijn hier voren vermelde levensgeschiedenis meedeelde, verzweeg hij daaruit met opzet een
+punt van belang, dat hij zeer terecht op dat oogenblik nog geheim wenschte te houden, doch waarvan de lezer ter wille van
+de duidelijkheid thans behoort kennis te nemen.
+
+</p>
+<p>Zoodra men, na de verwoesting van het eiland Riva, tot het besluit was gekomen &#8220;De Vogel&#8221; in dienst te stellen van de bevrijding
+van het vaderland, had Li door middel van een der vliegmachines Elizabeth des nachts in het paleis een brief doen toekomen
+van den volgenden inhoud:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;Ik leef. Tracht den bestaanden toestand sleepend te houden door de Russische eischen toenaderend te behandelen. Vernietig
+dezen brief. Voorzichtigheidshalve zal ik niet meer schrijven, doch reken er op dat ik, zoodra de gelegenheid mij gunstig
+voorkomt, in Slavowitz verschijn en mij van Bora meester maak. Houd moed. Blijf mij liefhebben. Eenmaal zullen we elkander
+toebehooren. Leve de Oranje-Republiek!
+
+
+</p>
+<p>Felix.&#8221;</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Er was geen twijfelen mogelijk geweest: dezen brief had Felix geschreven! Door welk wonder hij aan den dood was ontsnapt,
+bleef Elizabeth een raadsel&#8212;maar wat deed dit er toe: hij leefde! En hij zou terugkomen om Czernovi&euml; en haar te redden, daarop
+vertrouwde ze vast. Felix was geen man van ijdele woorden.
+
+</p>
+<p>Vele maanden na die gebeurtenis had ze niets meer van hem vernomen, vergeefs, maar met onbeperkt vertrouwen, gewacht tot hij
+zou terugkomen. Telkens wanneer een verdacht vreemdeling was aangehouden, <span class="pageno">
+[212]
+</span>telkens als zij de arrestatie van een spion had vernomen, had ze gebeefd van angst bij de gedachte, dat dit Felix zou zijn.
+Toen men haar dien morgen van den spion Russakoff had verteld, was dadelijk het denkbeeld in haar opgekomen: hij is &#8217;t! Nu
+Ravenski haar van het duel met den Hollander onderrichtte, had ze onmiddellijk als bij ingeving gevoeld: die Hollander is
+Felix! Wel begreep ze een oogenblik daarna, dat dit instinct op een zeer zwakke mogelijkheid berustte, dat het niets meer
+dan een vage onderstelling was&#8212;maar de gedachte: het k&ograve;n misschien zoo zijn, was haar voldoende om tot een verijdeling van
+het duel te besluiten. Zij kende immers Bora&#8217;s meesterschap op de wapenen, zij wist dat er onder de twintigduizend man van
+het Czernovische leger niet een was die zijn doodend zwaard durfde weerstaan, zij had hem in de schermzaal van het Paleis
+in snelle opeenvolging de beste schermers onder haar officieren zien ontwapenen. Zabern, Dorislas, Miroslav&#8212;wie kon zich met
+Bora meten?
+
+</p>
+<p>Men zal nu de ontroering begrijpen, die zich van haar meester maakte, toen zij Ravenski&#8217;s mededeeling aanhoorde. Van haar
+ontsteltenis bekomen, moest zij onwillekeurig glimlachen bij de gedachte dat Ravenski haar misschien, onwetend natuurlijk,
+een grooten dienst had bewezen.
+
+</p>
+<p>Zij dacht er niet over na, welke gevolgen haar tusschenbeide treden kon hebben, zij dacht slechts aan &eacute;en ding: Felix moest
+gered worden!
+
+</p>
+<p>En, haar zelfbeheersching hernemend, gaf ze snel en beslist orders voor een onmiddellijk vertrek.
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[213]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e3395"></a></p>
+<h1 class="label">Vijftiende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Het Duel.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De ontmoeting in het Roode Woud.&#8212;De Russische schildwacht.&#8212;Het duel begint.&#8212;De plotselinge verschijning der Prinses.&#8212;De Hertog
+wordt gearresteerd.&#8212;Zij hebben elkaar herkend!
+</p>
+</div>
+<p>De avond viel, toen Felix met Rob en Paul hun weg zochten naar de grens van Czernovi&euml;.
+
+</p>
+<p>Van Slavowitz waren ze in een tro&iuml;ka, een met drie paarden bespannen voertuig, tot aan het Roode Woud gereden, volgens voorafgegane
+overeenkomst langs een anderen weg dan Bora en zijn getuigen.
+
+</p>
+<p>Nadat ze de tro&iuml;ka in een eenzame herberg aan den weg hadden ondergebracht, geleidde Paul de beide vrienden naar de afgesproken
+plaats, waar een smal voetpad door een dicht dennenbosch heenvoerde.
+
+</p>
+<p>&#8220;Prachtige dennen!&#8221; zei Felix, de kaarsrechte en statige stammen beschouwend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Daar verschuilen de wolven zich achter in den winter,&#8221; merkte Paul op. &#8220;Soms verscheuren ze de Russische schildwachten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het voetpad ten einde loopend, kwamen ze op een ruime open vlakte.
+<span class="pageno">
+[214]
+</span></p>
+<p>&#8220;De grenslijn moet ergens over deze vlakte loopen. Juist, daar staat de steen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Paul wees op een zwaar, rechthoekig steenblok, op welks oostelijke zijde, diep ingesneden, zich de letters R-U-S-L-A-N-D bevonden,
+terwijl de zuidzijde de letters C-Z-E-R-N-O-V-I-E vertoonde.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu zijn we op Russisch grondgebied,&#8221; zei Paul, &#8220;en we mogen wel goed uitzien, opdat niet de een of andere verborgen schildwacht
+een schot op ons afvuurt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo? Is dat tegenwoordig Russische gewoonte om op wandelaars te schieten?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het komt voor, tenminste langs deze grens. Waarschijnlijk om vijandelijkheden van Czernovische zijde uit te lokken. Aha!
+daar is er al een. Ik dacht wel dat we niet ver zouden kunnen gaan zonder er een te ontmoeten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Werkelijk zat op ongeveer honderd meter afstand, in de schaduw der boomen, een Kozak te paard, de lans omhoog gericht.
+
+</p>
+<p>Het gezicht van dezen ruiter was wel geschikt om allerlei gedachten in Felix wakker te roepen.
+
+</p>
+<p>Ver, ver van hier, aan de bevroren stranden van Kamchatka, hielden andere vedetten de wacht. De afstand tusschen de beide
+grenzen was meer dan zesduizend mijlen.
+
+</p>
+<p>En dit rijk, zoo reusachtig uitgestrekt, bedreigde het kleine Czernovi&euml;! Het was bijna niet denkbaar, dat Czernovi&euml; ooit de
+ijzeren militaire vuist van dien reus ontkomen kon. De gedachte alleen was een dwaasheid.
+
+</p>
+<p>En toch....
+<span class="pageno">
+[215]
+</span></p>
+<p>Opeens kwam de kozak, de lans vooruit stekend, snel aanrijden. Bij de drie vrienden aangekomen, hield hij zijn paard in.
+
+</p>
+<p>&#8220;Uw paspoorten?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hier,&#8221; zei Paul, hem eenige roebels in de hand drukkend. &#8220;Dat paspoort is overal geldig. We gaan niet verder dan tot hier;
+we komen alleen maar even een duel uitvechten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Een duel! Dat is tegen de Russische wet. Het wachthuis is hier niet ver vandaan. Als de commandant komt, worden we allemaal
+ingepikt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel neen,&#8221; zei Paul. &#8220;Ik heb nog meer paspoorten, voor den commandant ook. Kijk maar.&#8221;
+
+</p>
+<p>De kozak dacht na. Hij stak de roebels in zijn linkerlaars. Hij hield wel van roebels, en zag graag vechten ook.
+
+</p>
+<p>&#8220;We zijn de eersten,&#8221; merkte Paul op. &#8220;Nog vijf minuten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix gaf den kozak een sigaar, stak er zelf een op, en liep kalmpjes heen en weer. Hij scheen lang niet zoo ongerust als
+Paul, ofschoon deze niets merken liet, en zeker heel wat bedaarder dan Rob, die zich niets op z&#8217;n gemak voelde.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is eigenlijk een gek ding, dat duel,&#8221; zei Paul. &#8220;Je doet er niemand een dienst mee. Als Bora valt, kan de Czaar het Czernovische
+kabinet als medeplichtig aan zijn dood beschouwen, omdat Radzivil, van het duel wetend, dit niet voorkwam. En dan....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb dat alles overdacht,&#8221; zei Felix. &#8220;Ik zal daarom zorg dragen hem hoogstens zoo te verwonden, dat hij voorloopig het
+duelleeren zal moeten uitstellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Als je dat doen kunt, des te beter,&#8221; antwoordde <span class="pageno">
+[216]
+</span>Paul, hoewel hij zeer twijfelde of Felix dit voornemen tegenover een uitstekend schermer als de Hertog zou kunnen ten uitvoer
+brengen.
+
+</p>
+<p>Ruim dertig minuten na het vastgestelde uur verscheen de Hertog, door zijn getuigen vergezeld. De aanwezigheid van een dokter
+had men van weerszijden overbodig geacht.
+
+</p>
+<p>Baron Ostrova trad onmiddellijk op Paul toe en groette beleefd.
+
+</p>
+<p>&#8220;U bent laat, baron.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wil ons verontschuldigen. Ons rijtuig verloor een wiel onderweg. Laten we ons daarom haasten. Hier zijn de sabels.&#8221;
+
+</p>
+<p>Paul vergeleek de beide wapens, koos er een voor Felix uit, en gaf het sein tot het gevecht.
+
+</p>
+<p>Als een leeuw vloog Bora op Felix af, als wilde hij hem bij den eersten houw buiten gevecht stellen.
+
+</p>
+<p>Maar nauwelijks hadden de sabels elkaar geraakt, of het bevel weerklonk:
+
+</p>
+<p>&#8220;In naam der wet&#8212;houdt op!&#8221;
+
+</p>
+<p>Deze woorden werden door een vrouwenstem gesproken, een stem die Felix van ontroering deed trillen. Een houw van den Hertog
+pareerend, deed hij snel een pas achterwaarts, en terwijl hij zijn verdedigende houding bewaarde, wierp hij een blik in de
+richting vanwaar het bevel gekomen was.
+
+</p>
+<p>En daar, bleek en schoon, en zoo dicht bij hem dat hij haar in de oogen kon zien, stond Elizabeth, ademloos van overhaasting.
+Niemand der aanwezigen begreep waar zij opeens vandaan gekomen was; geheel in beslag genomen door het duel had men trouwens
+haar zachten voetstap niet vernomen.
+<span class="pageno">
+[217]
+</span></p>
+<p>Felix vergat zijn verdedigende houding. Hij vergat alles. Zijn sabel gleed hem uit de handen en viel op den grond.
+
+</p>
+<p>Een doodsche stilte ontstond, toen men daar de Prinses zag staan, een jonge, weerlooze vrouw wel is waar, maar die op dat
+oogenblik de macht van den Staat vertegenwoordigde, en wier gevoelens ten opzichte van het duel men kende.
+
+</p>
+<p>Een oogenblik zweeg Elizabeth. Ze zag den vreemdeling aan&#8212;hij was het niet! Dat was Felix niet, die zwartharige, gebronsde
+man!
+
+</p>
+<p>Maar toen ze hem haar vraag:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie lokte dit duel uit?&#8221;
+
+</p>
+<p>beantwoorden hoorde met vaste heldere stem:
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat deed ik!&#8221;
+
+</p>
+<p>toen waren die drie woorden genoeg om haar te overtuigen dat de lang verlorene hier voor haar stond. Ze begreep dat de verandering,
+die met hem had plaats gegrepen, slechts schijnbaar was, dat hij een uiterlijke vermomming had aangenomen, en niemand zou
+haar nu de overtuiging kunnen ontnemen dat Felix zich op slechts enkele passen van haar bevond. Die stem, den blik van die
+oogen, ze zou die na jaren en uit duizenden herkend hebben. Opnieuw maakte een diepe ontroering zich van haar meester en ze
+voelde haar hart hevig kloppen. Maar ze wist zich te beheerschen, en sprak:
+
+</p>
+<p>&#8220;Het past een van <i>mijn</i> ministers niet zich boven de wet te stellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Daarna, zich omwendend, riep ze:
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk, geleid uw gevangene naar de citadel.&#8221;
+<span class="pageno">
+[218]
+</span></p>
+<p>Verrast volgden alle aanwezigen de richting van haar blik, en nu zag men aan den zoom van het bosch, aan de Czernovische zijde
+van de grens, den Maarschalk Zabern staan, met gevouwen armen, uiterlijk even weinig te doorgronden als een sfinx, innerlijk
+verheugd over den loop van zaken.
+
+</p>
+<p>Een weinig meer achterwaarts stond een peloton lansiers van het Blauwe Legioen, en in hun midden een licht voertuigje, een
+elegante droschky, geschikt voor snelle ritten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk, geleid uw gevangene naar de citadel.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Hertog lachte spottend bij deze woorden:
+
+</p>
+<p>&#8220;Bedenk, dat ik op Russisch grondgebied sta! Ik stel mij onder bescherming van dezen kozak.&#8221;
+
+</p>
+<p>De kozak, die tot nog toe zwijgend had toegezien, maakte bij deze woorden een angstige beweging. Hij vond het niets prettig
+op deze manier in de kwestie gemengd te worden, want hij vreesde al elk oogenblik den commandant van de wacht te zien komen,
+en dan zou hij ongetwijfeld duchtig worden gestraft, omdat hij deze schending van Russisch grondgebied had toegelaten. Geheel
+niet wetend met welke personen hij hier te doen had, zei hij nu in zijn benauwdheid iets, waarmee hij onwillekeurig de Prinses
+te hulp kwam, namelijk:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik kan u niet beschermen, want u mag op Russisch grondgebied ook niet duelleeren, en als ik mijn plicht deed zou ik u moeten
+gevangen nemen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen begreep de Hertog het nuttelooze van verder tegenstreven; hij stapte op Czernovisch grondgebied over, en gaf zich gewonnen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Uw sabel,&#8221; sprak Zabern.
+<span class="pageno">
+[219]
+</span></p>
+<p>En met een bitteren glimlach gaf Bora den maarschalk zijn zwaard over.
+
+</p>
+<p>&#8220;Daar is uw escorte naar Slavowitz,&#8221; zei de Prinses, op de afdeeling ulanen wijzend.
+
+</p>
+<p>Een der manschappen kwam met een handpaard naar voren, en de Hertog steeg op, gereed zich in gevangenschap te begeven.
+
+</p>
+<p>&#8220;De getuigen van den Hertog bevinden zich op Russisch grondgebied,&#8221; vervolgde de Prinses, &#8220;ik kan hen dus niet gelasten zich
+eveneens over te geven. Het is aan hun keuze overgelaten zich aan de Russische of de Czernovische wet te onderwerpen. Wat
+den Secretaris betreft&#8221;&#8212;er klonk oprechte spijt uit haar stem&#8212;&#8220;hij is van zijn ambt vervallen. Ik mag niet dulden dat een
+mijner onderdanen, wie hij zij, de wet overtreedt. Tegenover de beide andere heeren ben ik, daar zij vreemdelingen zijn, machteloos.
+Ik zou het echter op prijs stellen, in &#8217;t belang van het justiti&euml;ele onderzoek, hen ten spoedigste in mijn Paleis te ontmoeten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Alleen Felix had de ontroering bemerkt, die bij deze laatste woorden in haar stem trilde. Hij begreep dat zij hem herkend
+had en boog zwijgend het hoofd.
+
+</p>
+<p>Door Zabern geholpen, steeg de Prinses weer in haar droschky. De stoet zette zich in beweging, en verdween even snel en geheimzinnig
+als hij gekomen was.
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[220]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e3540"></a></p>
+<h1 class="label">Zestiende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Wat Katina van Russakoff vertelde.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De drie vrienden ontmoeten Zabern.&#8212;Katina, de patriot.&#8212;Zabern komt Russakoff op het spoor.&#8212;Met spoed naar Slavowitz terug!</p>
+</div>
+<p>Het was voor Paul geen opwekkend denkbeeld, dat hij, en dat door eigen schuld, bij de Prinses in ongenade was gevallen. Maar
+hij was, evenals zijn broer, een man die nooit den moed liet zinken, en altijd op zijn goed gesternte rekende dat hem er wel
+weer zou uitredden. Bovendien begreep hij heel goed, dat de Prinses ten aanhoore der vele <span class="corr" title="Bron: toeschouwens">toeschouwers</span> moeilijk anders had kunnen handelen, en dat zij hem zoowel als Felix te zeer noodig had om niet op haar besluit terug te
+komen.
+
+</p>
+<p>Terwijl de drie vrienden, den straatweg weer opzoekend, over deze dingen liepen te praten, naderde hen op eens een in een
+mantel gehulde gedaante en hoorden zij een sabel tegen gespoorde laarzen kletteren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk Zabern!&#8221; riep de Secretaris. &#8220;Wat! Gaat u niet met de prinses mee naar Slavowitz?&#8221;
+<span class="pageno">
+[221]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ik wil een bezoek brengen aan de herberg &#8220;Oranje,&#8221; waar ik iemand spreken moet. Hare Hoogheid heeft mij daarom toegestaan
+haar te verlaten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan gaan we denzelfden weg, want wij lieten onze tro&iuml;ka in die herberg. Deze beide heeren, mijn vrienden, zijn Hollanders,
+die ik heden morgen leerde kennen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Paul stelde hen aan elkaar voor, en weldra was men in een druk gesprek, dat in hoofdzaak over de geschiedenis der Republiek
+liep, daar Zabern begreep dat deze den Hollanders intresseeren moest.
+
+</p>
+<p>Hij toonde ook van hun vaderlandsche historie goed op de hoogte te zijn, en maakte eenige vleiende opmerkingen over het roemrijk
+verleden van hun land. Ook over zijn eigen geschiedenis kwam hij te spreken; hij vertelde hoe hij wel oorspronkelijk van Russische
+afkomst was, maar toch Poolsch, en van moederszijde Czernovisch bloed in de aderen had, zoodat zijn sympathie voor een Staat
+als Czernovi&euml;, die zich aan de Russische overmacht trachtte te ontworstelen, wel begrijpelijk was. V&oacute;or hij zich als Czernovi&euml;r
+had laten naturaliseeren, had hij in meer dan &eacute;en gevecht meegeholpen de Russen afbreuk te doen, en het was dus wel begrijpelijk
+dat omgekeerd de Russen hem met leede oogen zulk een belangrijke rol zagen spelen in het Czernovisch kabinet.
+
+</p>
+<p>&#8220;Bovendien heb ik nog iets anders te wreken,&#8221; zei de Maarschalk, den wijden rechtermouw van zijn mantel opslaand, &#8220;dit!&#8221;
+
+</p>
+<p>En tot hun ontzetting zagen Felix en Rob, die van deze bizonderheid natuurlijk niet op de hoogte waren, dat Zabern de rechterhand
+miste.
+<span class="pageno">
+[222]
+</span></p>
+<p>&#8220;Een kozak sloeg mij die af. Terwijl ik een sabelhouw afweerde, die men mij op het hoofd wilde toebrengen, voelde ik opeens
+een eigenaardige gewaarwording aan de rechterpols, en daar, voor me op de sneeuw, lag mijn eigen hand, de sabel nog omklemmend.
+Ze was juist bij het gewricht afgesneden, zooals ge ziet.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Verschrikkelijk!&#8221; riep Rob ontsteld.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeker. Het was alles behalve aangenaam, vooral omdat het de rechter was, en ik me nooit geoefend had in het gebruik van de
+linker. Maar&#8212;ik heb me er spoedig aan gewend, en deze linker doet nu even goed dienst als de verlorene.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern vertelde nu ook nog, dat hij in denzelfden veldslag, die hem een hand kostte, door de Russen gevangen genomen en naar
+Siberi&euml; getransporteerd werd. Na vijf jaar wist hij te ontsnappen, en vond een wijkplaats in Czernovi&euml;. Rusland had, bedenkend
+misschien dat vroegere dieven soms goede politiedienaars worden, dezen onverzoenlijke aan zich trachten te binden door hem
+een ministersportefeuille te bieden.
+
+</p>
+<p>Felix bewonderde in stilte dezen forschen, koelbloedigen man, het type van den vechtsoldaat, maar hij kon toch een gevoel
+van teleurstelling niet onderdrukken, dat Elizabeth zulk een ruw en ontembaar element in haar Ministerie had opgenomen, iemand,
+die zeer zeker haar belangen zou dienen, maar ongetwijfeld dikwijls op minder zachtaardige en menschelijke manier dan de Prinses
+dit zelf wel gewoon was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Apropos,&#8221; zei de Maarschalk, zich tot Paul wendend, &#8220;de ongenade van de Prinses moet geen reden <span class="pageno">
+[223]
+</span>worden om je belangstelling in den cijferbrief te doen verminderen, dien we op den spion Russakoff vonden. Los me dat raadsel
+op, en ik zal trachten je bij de Prinses in eere te herstellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik vrees dat er op die voorwaarde niet veel van mijn eerherstel zal komen,&#8221; zei Paul somber. &#8220;Het cijferschrift is me totaal
+onbegrijpelijk. Ik zou een aanwijzing hebben wanneer ge den schrijver wist te noemen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe zoo?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De eerste stap in een vraagstuk van deze soort is, te weten in welke taal het document geschreven is; en dat kan ik niet
+ontdekken. Hoe kan ik dan voortgaan? De grondbeginselen, die een deskundige op de eene taal toepast, falen bij een andere.
+Maar als ik weet wie de schrijver is, en dat hij bijvoorbeeld alleen maar Russisch kent, dan schiet ik een heel eind op. Ook
+wanneer ik weet, dat ik tusschen een bepaald aantal talen te kiezen heb, is dat een heele steun, ofschoon het &#8217;t werk tijdroovender
+maakt. Hebt u geen enkele aanwijzing omtrent den schrijver?&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern zweeg, en zag van terzijde naar de beide vreemdelingen.
+
+</p>
+<p>&#8220;U kunt die heeren vertrouwen als mijzelf, Maarschalk,&#8221; zei Paul.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik geloof u gaarne. Overigens heb ik er toch geen bezwaar tegen dat zij dit gesprek hooren: ten eerste omdat het mij slechts
+&eacute;en woord zou kosten ze onschadelijk te maken, wanneer ik hen niet vertrouwde; ten tweede omdat zij mijn vermoeden eer met
+genoegen dan met tegenzin zullen vernemen. Ik geloof namelijk vast en zeker dat de schrijver of de <span class="pageno">
+[224]
+</span>geadresseerde van dezen brief is&#8212;de Hertog!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De Hertog!&#8221; riep Paul verbaasd. &#8220;U beschuldigt den Hertog van een verraderlijke briefwisseling met Rusland! Onmogelijk.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom onmogelijk?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Is het aan te nemen, dat hij iets in &#8217;t schild zou voeren tegenover een Prinses met wie hij eenmaal trouwen zal?&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern glimlachte spottend.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Hertog geeft niet zoo heel veel om dien halven troon, die hem wacht, met op den koop toe een vrouw die zich niet door
+hem zal laten gezeggen. Zijn geheim doel is los te komen van de Prinses, en te regeeren onder Russische suzereiniteit. Let
+er eens op, hoe hij allerlei hervormingen invoert die hem van nut kunnen zijn. Alle officieren van Hollandsche afkomst weert
+hij uit het leger. Bovendien hebben we het bewijs, dat er een verrader in het Kabinet is. Wien zoudt ge anders kunnen verdenken
+dan hem?&#8221;
+
+</p>
+<p>Paul antwoordde niet. Hij scheen in diep nadenken verzonken. Op eens schitterden zijn oogen alsof een nieuw verrassend idee
+in hem opkwam.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk,&#8221; zei hij met nadruk, &#8220;u zult morgenochtend de verklaring van dien brief hebben.&#8221;
+
+</p>
+<p>Er was heel wat noodig om den Maarschalk verbaasd te doen staan; toch was hij een oogenblik zeer verrast.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat!&#8221; riep hij uit. &#8220;Je gelooft den sleutel gevonden te hebben, terwijl je een minuut geleden zelfs de taal niet kende waarin
+de brief geschreven is?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De taal is Grieksch,&#8221; zei Paul, nu bijna even verbaasd over zijn ontdekking als zijn metgezellen. <span class="pageno">
+[225]
+</span>&#8220;Ja, ja, nu begrijp ik alles. Een buitengewoon vernuftig ingericht cijferschrift. Alleen een toeval kon tot de ontdekking
+leiden. U hebt gelijk, Maarschalk, wat den Hertog betreft. Hij <i>is</i> een verrader, en die brief zal het bewijzen. Van nacht zal ik er aan werken, en morgenochtend zult u den uitslag weten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Goed,&#8221; zei de Maarschalk, nog steeds verwonderd over de snelheid waarmee Paul een raadsel had opgelost, dat gedurende de
+afgeloopen maand zijn vernuft weerstaan had.
+
+</p>
+<p>De schemering viel, toen het viertal de herberg &#8220;Oranje&#8221; bereikte. Het was een ruime en schilderachtige woning, deels van
+hout en deels van steen gebouwd, en beschaduwd door overhangende beukeboomen.
+
+</p>
+<p>Buiten het gebouw, twee paarden vasthoudend, stond Zabern&#8217;s ordonnans Nikita, die daarheen was gezonden om zijn meester op
+te wachten.
+
+</p>
+<p>Zabern trad binnen, en geleidde zijn gezelschap naar een afzonderlijke, met eikenhout beschoten kamer.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb overal mijn spionnen,&#8221; zei hij, &#8220;ook hier. Er komen in deze herberg, die op de grenzen en aan den hoofdweg ligt, veel
+verdachte personen, en uit hun gesprekken valt soms veel af te leiden. De dochter van Boris Ludovski, de herbergier, houdt
+er een oog in &#8217;t zeil voor me, en door haar toedoen is de politie van Slavowitz dikwijls van waardevolle inlichtingen voorzien.
+Daarom kom ik ook nu hier; het is mogelijk dat ze me iets weet te vertellen over Russakoff, die heden morgen uit de Citadel
+ontsnapte. Ah! daar is Katina juist!&#8221;
+
+</p>
+<p>Het meisje, dat binnenkwam, was geheel volgens <span class="pageno">
+[226]
+</span>Russische gewoonte gekleed, maar de vorm van haar gezicht, haar blonde haren en haar donkerblauwe oogen wezen duidelijk op
+haar Czernovische afkomst van moederszijde. Zij werd door Zabern aan de overigen voorgesteld, en toen zij vernam, dat er een
+breuk had plaats gehad tusschen den Hertog en de Prinses, waarvan zelfs de arrestatie van eerstgenoemde het gevolg was geweest,
+danste zij van vreugde.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe is dat gebeurd?&#8221; vroeg ze.
+
+</p>
+<p>Zabern legde het uit, en toen ze hoorde dat Felix de indirecte aanleiding was geweest van de geschiedenis, vloog ze hem bijna
+om den hals.
+
+</p>
+<p>&#8220;U hebt een goed werk voor Czernovi&euml; gedaan!&#8221; riep ze onstuimig. En Felix vermaakte zich met de bijna kinderlijke geestdrift
+van het meisje.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar wat is dat nu!&#8221; riep Zabern opeens, &#8220;wat hangt daar?&#8221;
+
+</p>
+<p>En hij wees naar een vuil, berookt olieverfportret, dat aan een der muren hing.
+
+</p>
+<p>Katina schudde de vuist tegen het portret.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat verwondert u, nietwaar?&#8221; zei ze. &#8220;Het portret van den Czaar in deze kamer! Toch heeft &#8217;t zijn nut, om Russische klanten
+te trekken, die het plezierig vinden dat hun vadertje op hen neer ziet terwijl ze drinken. Waarom zou ik van den vijand geen
+schatting eischen? Hun kopeken zijn allen ten bate van de goede zaak.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar wat zeggen de Czernovi&euml;rs ervan?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel&#8212;de laatste bezoekers waren Russen, vandaar dat de Czaar er nog hangt. Wanneer er Czernovi&euml;rs komen, doe ik eenvoudig
+z&oacute;o&#8212;kijk!&#8221;
+
+</p>
+<p>Ze draaide het schilderij om, en zie! aan de <span class="pageno">
+[227]
+</span>andere zijde vertoonde zich een welgelijkend portret van Elizabeth.
+
+</p>
+<p>&#8220;Prachtig!&#8221; lachte Zabern. &#8220;&#8217;t Is jammer dat je geen man bent, Katina. Je zou een rol in de politiek hebben kunnen spelen.
+Patriotten als jij hebben we noodig. U weet, heeren, welke oude rekening Katina met Rusland te vereffenen heeft? Laat eens
+zien, Katina!&#8221;
+
+</p>
+<p>Het meisje stroopte een der mouwen een weinig op, en nu zagen de toeschouwers met ontzetting dat haar arm met diepe en breede
+litteekens bezaaid was, alsof men er de stukken vleesch uitgesneden had.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo ziet mijn geheele bovenlichaam er uit,&#8221; zei Katina bitter. &#8220;De lange riem van de knoet slingert zich geheel om het slachtoffer
+heen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De knoet!&#8221; riep Rob, vol afschuw bij de gedachte dat men zulk een verschrikkelijk strafmiddel op een jong meisje had toegepast.
+
+</p>
+<p>&#8220;De meest welsprekende rede kan u niet meer anti-Russischgezind maken dan het gezicht van dien arm, niet waar?&#8221; vroeg Zabern,
+die dadelijk begrepen had, dat de beide vreemdelingen hem van nut konden zijn, en ze nu voor zich trachtte te winnen door
+een openhartigheid, waarbij hij zich niet meer bloot gaf dan hij zelf wilde.
+
+</p>
+<p>Felix van zijn kant doorzag de bedoeling van den Maarschalk zeer goed, doch vermeed er te spoedig op in te gaan, daar het
+hem voorloopig niet geraden voorkwam zijn geheim te verraden. In stilte moest hij lachen bij de gedachte, dat men <i>hem</i> beproefde te winnen voor Elizabeth en Czernovi&euml;.
+
+</p>
+<p>Terwijl Katina heengegaan was om een laten <span class="pageno">
+[228]
+</span>bezoeker te bedienen, dien men van uit de gelagkamer om wodka hoorde roepen, vroeg Felix:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat heeft ze gedaan om zoo afschuwelijk behandeld te worden?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal u haar geschiedenis vertellen,&#8221; zei Zabern. &#8220;Katina&#8217;s ouders&#8212;de vader een Pool, de moeder een onvervalscht Czernovische&#8212;woonden
+in Warschau. Omdat ze een schuilplaats hadden verleend aan een uitgeweken politieken misdadiger, een Pool, en dien dus aan
+de justitie onttrokken hadden, werd de geheele familie Ludovski naar een der mijnen in den Oeral verbannen. Daar trok Katina&#8217;s
+schoonheid de aandacht van den gouverneur Feodor Orloff; hij beloofde haar, dat hij de familie Ludovski de vrijheid zou hergeven,
+zoo ze zijn vrouw wilde worden. Dat voorstel bracht Katina, die alle Russen verfoeide, in zulk een verontwaardiging, dat ze
+Orloff met de vlakke hand in &#8217;t gezicht sloeg.
+
+</p>
+<p>&#8220;Den volgenden dag was de Czaar jarig; Orloff deed de Poolsche gevangenen voor zich brengen en deelde hen mee, dat ze dien
+dag niet zouden behoeven te werken; daartegenover eischte hij, dat ze &#8220;Leve de Czaar&#8221; zouden roepen. Sommigen weigerden, en
+daaronder de koppige Katina. Nu had Orloff een kans. Wegens ontrouw aan den Czaar werd Katina tot vijftien knoetslagen veroordeeld.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hebt ge ooit iemand zien knoeten? Neen? Wel, ik hoop dat &#8217;t u nooit gebeuren zal, want &#8217;t is geen prettig gezicht, zelfs
+voor wie zenuwen van ijzer heeft. Ik ben gedwongen geweest in Siberi&euml; meer dan een zoo&#8217;n geeseling bij te wonen, en ik kan
+u zeggen dat er geen helscher straf kan uitgedacht worden.
+<span class="pageno">
+[229]
+</span></p>
+<p>&#8220;Het slachtoffer wordt, met ijzeren ringen om polsen en enkels, aan een in den grond gestoken latwerk bevestigd, z&oacute;o, dat
+hij niet de minste beweging kan maken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ongeveer twintig pas van hem af staat de beul, die de knoet met beide handen vasthoudt. Het is een reep dik leder, driehoekig
+gesneden, een duim breed, negen tot twaalf voet lang, en uitloopend in een punt; dit uiteinde is aan een ongeveer twee voet
+lange houten schacht verbonden.
+
+</p>
+<p>&#8220;De beul gaat voorwaarts, met gebogen lichaam, en den langen riem tusschen de voeten voortsleepend. Als hij drie of vier passen
+van zijn slachtoffer is, heft hij opeens de knoet boven zijn hoofd: de riem vliegt door de lucht, daalt fluitend, en sluit
+het bovenlichaam van den vastgebondene als in een ijzeren ring. Niettegenstaande hij is vastgebonden, schokt het slachtoffer
+onder den slag als door een galvanische ontlading getroffen, en uit een kreet, dien men, eens gehoord, nooit meer vergeten
+kan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Bij het terugtrekken van den riem, scheurt deze de wond nog wijder en dieper open.
+
+</p>
+<p>&#8220;De beul gaat terug, en herhaalt dezelfde beweging. Vleesch en spieren worden ten slotte als met een scheermes in driehoekige
+stukken gehakt. Het slachtoffer, rood van bloed, wringt zich in verschrikkelijke stuiptrekkingen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Z&oacute;o hebben de Russen Katina behandeld.&#8221;
+
+</p>
+<p>Allen waren een oogenblik stil, toen ze dit afgrijselijk verhaal, dat maar al te zeer de werkelijkheid weergeeft, vernamen.
+Rob kon zijn verontwaardiging niet in toom houden; hij riep tot Katina, die bij <span class="pageno">
+[230]
+</span>de laatste woorden van Zabern weer binnengekomen was:
+
+</p>
+<p>&#8220;Als die Orloff nog leeft, zeg me dan waar ik hem vinden kan, en ik zal je wreken!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen, dappere vreemdeling, neen. Die wraak behoort mij. Niemand mag me die ontnemen. En de dag komt! Het noodlot voert Graaf
+Orloff in de nabijheid van Czernovi&euml;!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist,&#8221; voegde Zabern er aan toe. &#8220;Hij is tot gouverneur van de Russische provincie Warsim benoemd, die aan Czernovi&euml; grenst.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En zijn handlangers gaan hem vooraf! Maarschalk, ge zult het niet kunnen gelooven, maar de man die mij op <span class="corr" title="Bron: Orsoff&#8217;s">Orloff&#8217;s</span> bevel de knoetslagen toebracht&#8212;ik heb hem dezen zelfden dag gezien!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Onmogelijk, Katina!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen, Maarschalk, neen! Ik zag hem vandaag, dezen middag, in de kamer waar wij nu zijn. Ik kon me in dat gezicht niet vergissen,
+te meer niet daar ik er een herkenningsteeken op terugvond, een bruine vlek bij de slaap, die ik er ook vroeger gezien had.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Goede hemel, Katina, wat zeg je!&#8221; viel Zabern haar in de rede, met meer heftigheid dan men van hem gewoon was. &#8220;Die man,
+met die bruine vlek op z&#8217;n gezicht, is vanmiddag hier geweest? Had hij een blauwen kaftan, een rooden baard, een...&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Precies, Maarschalk.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Russakoff&#8212;zoo waar ik leef! Jouw beul en mijn spion zijn dezelfde persoon! Zou het mogelijk zijn? En hoe laat was hij hier?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ongeveer vier uur.&#8221;
+<span class="pageno">
+[231]
+</span></p>
+<p>&#8220;Dat is dus vijf uur geleden,&#8221; zei Zabern, zijn horloge raadplegend. &#8220;Hij moet dadelijk na zijn ontsnapping hierheen gegaan
+zijn, ongetwijfeld met het doel de grens te bereiken. Had ik dat maar eerder geweten! Vertel verder, Katina!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Vanmiddag,&#8221; vervolgde Katina, &#8220;kwam ik van mijn wandeling terug, toen ik mijn zuster met een kan en twee glazen deze kamer
+zag binnengaan. &#8220;Katina,&#8221; zei ze, &#8220;er zijn twee bezoekers, die er heel verdacht uitzien. Ze hebben om een afzonderlijke kamer
+gevraagd en wodka besteld. Ga jij het brengen, en zie eens wat je van ze denkt.&#8221; Ik nam de wodka over en ging naar binnen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Daar zaten twee mannen. De een had den rug naar me toegekeerd; tegenover hem zat de ander, dien ik onmiddellijk herkende
+als de man die mij de knoetslagen toediende in Orenburg.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Herkende de booswicht jou niet?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij keek niet naar me toen ik binnenkwam; zijn heele aandacht was gevestigd op wat de andere man vertelde. Bovendien is het
+heel begrijpelijk, dat die Russakoff&#8212;zooals u hem noemt&#8212;van de vele menschen, die hij in zijn leven geknoet heeft, niet al
+de gezichten kan onthouden. Ik trachtte den anderen man wat beter in &#8217;t oog te krijgen, maar het lukte me niet zijn gezicht
+duidelijk te zien, want zijn hoed was diep over zijn voorhoofd gedrukt, en de kraag van zijn jas kwam bijna aan z&#8217;n mond.
+Toch maakte hij den indruk&#8212;en de toon van zijn stem bevestigde dat later&#8212;van veel voornamer stand te zijn dan zijn metgezel.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom riep je niet je vader en je broers te hulp, <span class="pageno">
+[232]
+</span>om den man ook eens te laten voelen hoe de knoet neerkomt?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat was ook mijn eerste gedachte. Maar toen ik de kamer uitging, hoorde ik hem iets zeggen, dat mijn aandacht trok, en waarom
+ik &#8217;t verstandiger vond eerst eens naar hun gesprek te luisteren. Op afluisteren zijn we hier ingericht; een achter het houtwerk
+verborgen buis maakt &#8217;t ons gemakkelijk in onze woonkamer alles te hooren wat men hier spreekt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Daarom ga ik altijd zoo ver mogelijk van die buis afzitten,&#8221; zei Zabern lachend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Russakoff zei, terwijl ik juist de deur achter me wilde sluiten: &#8220;ge krijgt me er niet toe weer naar Slavowitz te gaan; ik
+heb weinig lust weer in Zabern&#8217;s handen te vallen.&#8221; Op het hooren van uw naam, Maarschalk, werd mijn nieuwsgierigheid nog
+grooter, zoodat ik mij haastte het oor aan de hoorbuis te leggen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ze spraken zacht, maar nu en dan verhieven hun stemmen zich, en kon ik enkele woorden verstaan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik begrijp niet, dat Orloff zulk een onhandigen vent als jou gebruikt,&#8221; zei Russakoff&#8217;s metgezel. &#8220;Je kan niet van de wodka
+afblijven, <span class="corr" title="Bron: meng">mengt</span> je in een kroegruzie en laat je arresteeren met een belangrijk politiek document in je zak! Als de Secretaris van de Prinses
+dien brief ontcijfert, wordt het heele plan van Rusland, om Czernovi&euml; zonder geweld, wettig en kalm, in beslag te nemen, verijdeld.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat?&#8221; riep Zabern. &#8220;Zeg dat nog eens, Katina!&#8221;
+
+</p>
+<p>Katina herhaalde haar woorden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Czernovi&euml; zonder geweld in handen krijgen! En hoe zou men dat wel willen aanleggen?&#8221;
+<span class="pageno">
+[233]
+</span></p>
+<p>Zabern&#8217;s oogen schoten vonken van onder de overhangende wenkbrauwen. Zou men in Rusland beschuldigingen tegen de Prinses weten
+in te brengen, ernstig genoeg om haar den troon te ontnemen? Zeker, al was dit tusschen Elizabeth en hem, Zabern, nooit onomwonden
+uitgesproken, hij wist dat de Prinses elk middel zou aangrijpen om haar huwelijk met Bora te verijdelen&#8212;maar was men van dat
+geheime voornemen in Rusland al z&oacute;&oacute; overtuigd, dat men &#8217;t als een wapen tegen haar durfde gebruiken?
+
+</p>
+<p>Felix volgde een dergelijken gedachtengang, met dit verschil alleen dat hij, zekerder nog dan Zabern, wist dat Elizabeth nooit
+Bora zou toebehooren! Overigens verbaasde ook hij zich er over hoe men in Rusland daaromtrent was ingelicht geworden. Vrees
+greep hem aan, toen hij bedacht dat een regeering als de Russische er zelfs niet voor zou terugdeinzen den dolk van den een
+of anderen fanaticus te bezigen, om Elizabeth uit den weg te ruimen, zoodat Bora over haar lijk den troon zou bereiken! Wanneer
+het cijferschrift eens zulk een verschrikkelijk komplot inhield!
+
+</p>
+<p>&#8220;Ga verder, Katina. Wat zeiden ze nog meer?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Na eenig gefluister, hoorde ik Russakoff zeggen: &#8220;neen, &#8217;t is te gevaarlijk. Bovendien&#8212;wat zijn vierhonderd roebels?&#8221;&#8212;&#8220;We
+zullen de som verdubbelen als het binnen twaalf uren gebeurt,&#8221; antwoordde de ander.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik begreep duidelijk, dat er een misdaad beraamd werd. Snel liep ik naar buiten, riep mijn twee broeders, die hier aan het
+werk waren. We haalde onze wapens, traden de gelagkamer binnen&#8212;maar, tot onzen schrik&#8212;&#8221;
+<span class="pageno">
+[234]
+</span></p>
+<p>&#8220;Waren de vogels gevlogen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja! Hun glazen waren nog vol; ze hadden dus waarschijnlijk bemerkt dat ze beluisterd werden, en kozen het hazenpad. We deden
+alles om ze te achterhalen, zochten in alle richtingen, maar konden geen spoor van hen ontdekken. Daar we de zaak van belang
+oordeelden, zonden we dadelijk Juliska naar Slavowitz om u in te lichten, maar u hebt haar natuurlijk niet meer gezien.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen; ik heb de stad klaarblijkelijk verlaten eer ze aankwam. Katina, je hebt opnieuw bewezen een waardig onderdaan van de
+Prinses te zijn. Dus deze spion staat in dienst van Graaf Orloff. We zullen dien nieuwen gouverneur zeker geen onrecht aandoen
+wanneer we hem verdenken van een aanslag op Czernovi&euml;&#8217;s onafhankelijkheid. Welnu, Katina, het zal nu een dubbele overwinning
+zijn, die er voor ons op Orloff te behalen valt! En zooals nu duidelijk is, bestaat er een betrekking tusschen den Hertog
+en Orloff, terwijl Russakoff hun agent is. Ge ziet nu de belangrijkheid van het cijferbericht, Van Stralen, en de noodzakelijkheid
+het dadelijk te ontraadselen. Laten we ons dus niet langer ophouden.&#8212;Als Russakoff zich voor tweemaal vierhonderd roebels
+heeft laten overhalen naar Slavowitz terug te keeren, dan moeten mijn spionnen hem in handen hebben eer de nacht verstreken
+is. En dus&#8212;&#8221; besloot hij, plotseling opstaand&#8212;&#8220;naar Slavowitz.&#8221;
+
+</p>
+<p>Katina snelde onmiddellijk heen om den koetsier te waarschuwen van de tro&iuml;ka, waarin Paul, Felix en Rob de tocht hierheen
+hadden gemaakt. De vier mannen traden naar buiten en vonden den soldaat <span class="pageno">
+[235]
+</span>Nikita daar nog staan met de twee paarden, alsof hij geen duim van de plaats geweken was. De nacht was gevallen en de sterren
+flonkerden. Het heldere licht van uit de herbergdeur stroomde vroolijk over den weg naar de boomen aan den anderen kant.
+
+</p>
+<p>&#8220;Vergeef mijn haast, heeren,&#8221; zei Zabern, &#8220;maar ik zou verkeerd doen langer te talmen. De arrestatie van den Hertog, de streken
+die Russakoff mogelijk al heeft uitgehaald&#8212;daarin ligt voor het Russisch gedeelte der bevolking genoeg reden om een oproer
+te beginnen. Misschien zullen er een paar kanonschoten noodig blijken. Ik rijd vooruit; de heeren zullen me verplichten met
+zoo spoedig mogelijk te volgen; na al wat ze nu weten, kunnen hun diensten me aangenaam zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern sprong in het zadel, kuste Katina die hem tot afscheid groette, de hand, en een oogenblik daarna galoppeerde hij naar
+Slavowitz, gevolgd door zijn trouwen ordonnans.
+
+</p>
+<p>Een minuut later verscheen de istvostchik (koetsier) met de tro&iuml;ka.
+
+</p>
+<p>De vrienden namen plaats, en nauwelijks hadden ze dit gedaan, toen in het lichtschijnsel van de herberg een man verscheen,
+die dadelijk daarop weer door de duisternis was opgeslokt, doch wiens groote cilindervormige hoed en zwarte soutane hem als
+een &#8220;papa&#8221; of priester van de Oostersche kerk aanduidden.
+
+</p>
+<p>Toen de istvostchik dezen geestelijke zag, kruiste hij zich naar Grieksche wijze, en stapte tegelijkertijd uit de tro&iuml;ka,
+zeggend:
+
+</p>
+<p>&#8220;Het spijt me, vadertjes, maar ik kan u van avond niet rijden.&#8221;
+<span class="pageno">
+[236]
+</span></p>
+<p>&#8220;Wat beteekent dat nu?&#8221; vroeg Felix aan Katina.
+
+</p>
+<p>&#8220;De arme kerel is een Rus,&#8221; zei ze met een medelijdenden glimlach, &#8220;en Russen achten het een slecht voorteeken als ze bij
+den aanvang van een reis een priester van hun eigen geloof ontmoeten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is een vreemde manier om hun geestelijkheid te eeren,&#8221; zei Felix, maar intusschen was met geen mogelijkheid, noch door
+geld, noch door woorden, van den ouden koetsier gedaan te krijgen dat hij op zijn besluit terugkwam.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb een tro&iuml;ka,&#8221; zei Katina, &#8220;en daar ik toch over een uurtje mijn zuster Juliska uit Slavowitz zou gaan halen, kan ik
+nu wel vast inspannen. Bovendien is mijn tro&iuml;ka veel ruimer; we kunnen er gemakkelijk alle vier in.&#8221;
+
+</p>
+<p>Dit was een gelukkige uitkomst, en men nam het aanbod gaarne aan. Katina ging daarop haar orders geven, en kwam weldra terug,
+met een zeer mooien bonten mantel om, gereed voor de reis. Tegelijkertijd werd een sierlijke, met rood leder bekleede tro&iuml;ka
+voorgebracht, waarvan de bespanning uit drie prachtige ponies bestond.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ze zijn mooi, niet waar?&#8221; vroeg Katina, de beide paarden streelend die onder den duga of houten boog waren aangespannen,
+en die bij het trekken het eigenlijke werk doen. Dit is Elizabeth&#8212;die heet naar de Prinses; en dat Stephanie, naar mijn moeder.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En de derde?&#8221; vroeg Felix.
+
+</p>
+<p>&#8220;O, die maakt alleen parade, maar trekt niet. Omdat ze dus van weinig nut is, heeft mijn zuster <span class="pageno">
+[237]
+</span>haar natuurlijk Katina genoemd. Nu&#8212;wanneer de heeren klaar zijn....?&#8221;
+
+</p>
+<p>Men stapte in, Katina in het midden tusschen Felix en Paul, Rob tegen over hen, met den rug naar het paard.
+
+</p>
+<p>&#8220;Reis vanavond niet, vadertjes,&#8221; zei de istvostchik, toen hij ze zag instappen, &#8220;er wachten u booze dingen.&#8221;
+
+</p>
+<p><span class="corr" title="Bron: Katine">Katina</span> zette de paarden met een ongeduldige beweging aan.
+
+</p>
+<p>Paul lachte.
+
+</p>
+<p>Felix keek ernstig: er was voor zijn gevoel iets wonderlijk indrukwekkends in de rustige waardigheid van den ouden man, zooals
+hij daar op de treden van de herbergdeur stond, met z&#8217;n muts in de hand en z&#8217;n blikken naar de sterren gericht.
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[238]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e3827"></a></p>
+<h1 class="label">Zeventiende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Russakoff begaat een moord.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Hoe Katina een tro&iuml;ka ment.&#8212;Het klooster.&#8212;De Russische wijk van Slavowitz.&#8212;De tro&iuml;ka komt in het gedrang.&#8212;Paul wordt doodelijk
+gewond.&#8212;Felix, Zabern en het raadselschrift.&#8212;Zou Rob werkelijk de oplossing gevonden hebben?
+</p>
+</div>
+<p>Ofschoon Katina alle Russen haatte, had zij toch een eigenschap met hen gemeen&#8212;den hartstocht voor wild rijden.
+
+</p>
+<p>Met voetgetrappel en luide kreten zette zij de paarden steeds tot meer spoed aan. Ze had een lange zweep met een kort handvat,
+en daarmee knalde ze lustig, doch zonder de paarden te raken. Onder het rinkelen der zilveren bellen, waarmee de duga was
+behangen, snelden de vurige dieren voort alsof ze een wedstrijd met elkaar hielden, terwijl Katina het span mende met een
+kracht waarover de drie mannen zich verbaasden.
+
+</p>
+<p>Was de weg breed, dan spreidde ze de galoppeerende paarden uit als een waaier; en als de weg zoo nauw was, dat men er nauwelijks
+langs kon, dan wist ze de dieren bij elkaar te houden alsof ze bijna geen <span class="pageno">
+[239]
+</span>ruimte innamen, terwijl ze geen oogenblik de snelheid van het voertuig verminderde.
+
+</p>
+<p>Nu en dan stond ze op, boog zich voorover als een menner van een Romeinsche zegekar, en riep den vrienden vroolijk lachend
+een &#8220;vasthouden!&#8221; toe; in het volgend oogenblik vloog de tro&iuml;ka een steile helling af&#8212;plotseling spatte en plaste het water
+om hen heen, en eer men begreep dat het voertuig door een riviertje getrokken werd, beklommen de ponies alweer den tegenover
+liggenden oever.
+
+</p>
+<p>De verrassende kunststukken waarmee deze stoutmoedige bestuurster nu eens de tro&iuml;ka langs den rand van een kloof joeg, dan
+weer een hinderpaal vermeed die zich plotseling in haar weg stelde, gaan alle beschrijving te boven, en elk oogenblik meende
+Rob, die nog nooit van zulk rijden gehoord had, dat de tro&iuml;ka in splinters zou vliegen. De snelle, wiegende beweging, die
+sommigen dezelfde gewaarwording geeft als zeeziekte, was wel vreemd, maar op De Vogel en op het jacht van Lane was hij aan
+zulke ondervindingen gewoon geraakt.
+
+</p>
+<p>&#8220;We zullen met deze snelheid den Maarschalk gauw inhalen,&#8221; zei Felix.
+
+</p>
+<p>&#8220;We volgen denzelfden weg niet,&#8221; antwoordde Katina. &#8220;Ik rijd gewoonlijk dezen weg, al loopt hij om. En vanavond was het me
+er om te doen u dit klooster te laten zien.&#8221;
+
+</p>
+<p>Ze bracht de tro&iuml;ka tot staan, en wees naar een reusachtig gebouw, dat ongeveer honderd meter van den weg lag, en in middeleeuwsche
+statigheid tegen den helderen hemel afstak.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dit klooster is tevens een sterke vesting en heeft <span class="pageno">
+[240]
+</span>menigmaal Turksche en Russische legers tegengehouden,&#8221; zei Katina. &#8220;Hoort ge dat orgel en die zingende monniken wel? Dat klinkt
+nu al, dag en nacht, onafgebroken door sedert het Petersburger Congres. Men bidt er voor de vrijheid van Czernovi&euml;. De bewoners
+zijn in drie deelen verdeeld; als het eene werkt, rust het andere en zingt het derde. Zoo is het er geen oogenblik stil. En
+het heeft nooit aan stemmen ontbroken; de bewoners worden steeds aangevuld en bestaan grootendeels uit ontslagen of ontsnapte
+staatsgevangenen, die Rusland naar Siberi&euml; zond. Verdienen zij niet, dat hun gebed verhoord wordt?&#8221;
+
+</p>
+<p>Katina nam de teugels weer op, en opnieuw vloog de tro&iuml;ka voort, zoo snel dat ze nauwelijks den grond scheen te raken. Het
+majestueuse klooster en de geheimzinnige stemmen verdwenen in de duisternis.
+
+</p>
+<p>Onophoudelijk vuurde Katina de paarden aan, en een uur na het vertrek kwam Slavowitz in het gezicht, dat sedert de Russische
+bedreigingen in een sterke vesting was veranderd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zal ik de Troitzka Poort doorrijden?&#8221; vroeg Katina.
+
+</p>
+<p>Paul knikte toestemmend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat spaart een omweg uit,&#8221; zei hij, &#8220;en dan zien we meteen eens hoe de stemming in het Russische kwartier is.&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar al te spoedig kwam men, het Troitzkoi Prospekt doorrijdend, tot de ontdekking dat die stemming alles behalve rustig was.
+In Russograd, het kwartier waar door toedoen van Zabern alle Russen of Russischgezinde personen verplicht waren te wonen,
+heerschte groote opgewondenheid, klaarblijkelijk veroorzaakt <span class="pageno">
+[241]
+</span>door het vernemen van &#8217;s Hertogs arrestatie. Ofschoon het reeds laat was, scheen men nog lang niet van plan te ruste te gaan;
+mannen en vrouwen verdrongen elkaar in de straten en bespraken luid en met heftige gebaren de Czernovische politiek. Russen,
+Tartaren, Kozakken en andere vreemdelingen, die men wijselijk, ten einde ze beter in het oog te houden, gezamenlijk in Russograd
+liet wonen, vergaten nu hun onderling getwist en verwenschten eendrachtelijk de vermetelheid van Prinses Elizabeth.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik wou dat die menschen maar wat op zij gingen,&#8221; zei Katina, die groote moeite had om haar drie paarden door het gedrang
+te sturen, &#8220;zoo zullen we er nooit doorkomen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Daar de straten opgepakt stonden met menschen, en het asfalt door een regenbui van dien middag wat glibberig was geworden,
+kon het voertuig slechts langzaam voortkomen, en zoo vingen de inzittenden telkens gesprekken op, die om hen heen gevoerd
+werden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zag den Hertog binnenbrengen door de St.-Florian Poort,&#8221; zei een vrouw tot een kring omstanders.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ze dorsten hem natuurlijk niet door de Troitzka Poort brengen,&#8221; voegde haar man er aan toe, die naast haar stond. Op zijn
+wang was een lange streep opgedroogd bloed te zien.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij reed midden in den troep,&#8221; vervolgde de vrouw, &#8220;en toen mijn man: &#8220;Leve de Hertog&#8221; riep, gaf een der ulanen hem een slag
+met zijn lans.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja,&#8221; riep de man, &#8220;en toen de Prinses daarna in haar droschky voorbijkwam, scheen ze &#8217;t zich heelemaal niet aan te trekken
+dat de Hertog de gevangenis inging.&#8221;
+<span class="pageno">
+[242]
+</span></p>
+<p>&#8220;Niet aantrekken, zeg je?&#8221; schreeuwde z&#8217;n vrouw. &#8220;Ik verzeker je dat ik nooit iemand er zoo blij zag uitzien als zij vanavond.
+Verbeeld je, dat zoo&#8217;n meisje zoo maar &#8217;n grooten kerel als de Hertog in de doos kan stoppen! &#8217;t Wordt tijd dat er een soldaat
+aan de regeering komt, en niet zoo&#8217;n kind.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat wordt &#8217;t zeker,&#8221; zei &#8217;n ander. &#8220;Bovendien is de Prinses een vijand van den Czaar. <span class="corr" title="Bron: &#8220;"></span>De schoenen die ze draagt, zijn op de zolen met het portret van den Czaar bedrukt, dan kan zij bij elken stap op hem trappen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Deze anecdote, die natuurlijk niet de minste waarheid bevatte, vond gretig gehoor.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ze ontneemt den Hertog zijn bevel over het leger om Zabern in zijn plaats aan te stellen. En waarom Zabern? Omdat hij een
+Pool is, en de Russen haat!&#8221;
+
+</p>
+<p>Intusschen ging de tro&iuml;ka steeds langzamer voort, totdat ze eindelijk geheel tot staan werd gebracht, omdat de menschen niet
+konden of wilden op zij gaan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Na pravo!&#8221; (naar rechts) riepen zij die links stonden nijdig, terwijl zij die rechts stonden even nijdig riepen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Na levo!&#8221; (naar links.)
+
+</p>
+<p>Ze konden nu geen enkele richting meer uit, en zoo bleef de tro&iuml;ka midden in een menigte staan, die blijkbaar kwaad in den
+zin had, en grootendeels uit het lagere deel der bevolking bestond, dat de Russen het &#8220;Tshornoi Narod&#8221; of &#8220;Zwarte Volk&#8221; noemen.
+
+</p>
+<p>Russograd was nooit een veilige plaats voor aanhangers van de Prinses, maar op het oogenblik was hun verschijning voldoende
+om het fanatisme van <span class="pageno">
+[243]
+</span>dit gepeupel tot een gevaarlijke hoogte te brengen, te meer daar men Paul dadelijk herkende als den Secretaris van Elizabeth.
+Men was in de tro&iuml;ka slecht voor een verdediging gewapend&#8212;Rob en Felix hadden een stok, Paul geen ander middel om zich te
+verweren dan zijn vuisten, en Katina haar zweep. Toch hield men zich kalm, gereed om zoo noodig van die gebrekkige wapens
+gebruik te maken.
+
+</p>
+<p>Katina beproefde nogmaals voorzichtig, de paarden aan te zetten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Pas op, menschen!&#8221; riep ze, &#8220;ga even wat op zij!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Pas jij zelf op!&#8221; riep een ruwe stem, en een man in een blauwen kaftan en met een rooden baard greep de teugels van een der
+paarden vast. &#8220;Wou je over me heen rijden?&#8221;
+
+</p>
+<p>Katina herkende die stem onmiddellijk. Ze sprong op en riep:
+
+</p>
+<p>&#8220;Arresteer dien man! Hij is een ontsnapte gevangene!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Arresteer die vrouw!&#8221; riep de man met een grijnslach. &#8220;Ze is een ontsnapte gevangene uit Orenburg; de Russische justitie
+zoekt haar!&#8221;
+
+</p>
+<p>Bevend van woede lichte Katina den zweep op, en zou er den man als met een sabelhouw het gezicht mee hebben opengereten wanneer
+Felix haar niet wijselijk bij den gordel gegrepen en op haar zitplaats terug gedrongen had.
+
+</p>
+<p>&#8220;En kennen jullie dien man niet?&#8221; ging Russakoff voort, op Paul wijzend. &#8220;Dat is de Secretaris van de Prinses&#8212;nu weet je al
+genoeg.&#8221;
+
+</p>
+<p>De menigte begon een steeds dreigender houding <span class="pageno">
+[244]
+</span>aan te nemen, zoodat Paul om zich heen keek om te zien of geen der patrouilles te zien was, die &#8217;s avonds dit kwartier doorkruisten.
+
+</p>
+<p>&#8220;We <i>moeten</i> er door,&#8221; zei Felix vastbesloten, &#8220;Katina&#8212;de zweep er over!&#8221;
+
+</p>
+<p>Alsof Russakoff deze gefluisterde woorden verstaan had, strekte hij de hand naar Felix uit.
+
+</p>
+<p>&#8220;En dat is de man, die met den Hertog gevochten heeft!&#8221; riep hij. &#8220;Is dat rechtvaardig menschen, dat de Prinses hem vrij laat,
+en den Hertog gevangen neemt?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Gooit ze er uit!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Sla ze den kop af!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Scheur ze in stukken!&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix sprong op, den stok boven het hoofd zwaaiend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Vooruit, Katina!&#8221; riep hij, dol van woede, toen een steen haar aan &#8217;t voorhoofd raakte.
+
+</p>
+<p>Katina boog achterover, en met een kracht die men niet van haar verwacht zou hebben, trok ze de teugels zoo strak aan, dat
+de paarden gedwongen waren de voorbeenen op te heffen. In de lucht trappelend, beschreven ze zulke gevaarlijke cirkels met
+hun hoeven, dat de dichtstbijstaande menschen angstig terugweken.
+
+</p>
+<p>Toen legde Katina met geweld de zweep over het span, liet plotseling de teugels schieten, en met een wilden kreet joeg ze
+de razend geworden paarden door de menigte, rechts en links slaande met haar weldra rood gekleurden zweep.
+
+</p>
+<p></p>
+<div class="divFigure">
+<p class="legend"><img border="0" src="images/p244.jpg" alt="Vooruit, Katina! (pag. 244.)"></p>
+<p class="figureHead">Vooruit, Katina! (pag. 244.)</p>
+</div><p>
+
+</p>
+<p>De menigte week uiteen als water voor den boeg van een schip, en de tro&iuml;ka schoot als een pijl door de opening heen. Vloeken
+en verwenschingen, steenen <span class="pageno">
+[245]
+</span>en stukken hout vlogen het voertuig na, dat met zware schokken over enkele gevallen menschenlichamen reed. Nog eenige seconden,
+en de tro&iuml;ka snelde het Troitzkoi Prospekt af, de woedende menigte ver achter zich latend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Bravo, Katina!&#8221; riep Felix. &#8220;Dat was maar juist op tijd, Secretaris,&#8221; zei hij, zich tot Paul keerend.
+
+</p>
+<p>Maar deze antwoordde niet. Met een kreet van ontzetting zag Felix dat hij een diepe wond in de zijde had, waaruit straalsgewijze
+het bloed liep.
+
+</p>
+<p>&#8220;O God!&#8221; riep Katina verschrikt, de paarden inhoudend, &#8220;men heeft hem vermoord!&#8221;
+
+</p>
+<p>Ze hief zachtjes zijn hoofd op, en liet het in haar schoot rusten; intusschen trachtte Felix het bloed te stelpen.
+
+</p>
+<p>Maar het was te laat.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het was Russakoff,&#8221; stamelde de stervende. &#8220;Denk er aan, Felix, de Furi&euml;n&#8212;de Furi&euml;n&#8212;van....&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij voltooide dezen zonderlingen zin niet. Nog even bewoog hij de lippen, en zakte toen ineen&#8212;dood.
+
+</p>
+<p>&#8220;Russakoff heeft z&#8217;n roebels verdiend,&#8221; zei Katina somber.
+
+</p>
+<p>De geheele gebeurtenis was zoo snel afgespeeld, dat het bijna onmogelijk was aan de werkelijkheid ervan te gelooven; maar
+het beweginglooze lichaam duidde daar maar al te zeer op. Een volle halve minuut staarde Felix hulpeloos op zijn ongelukkigen
+broeder. Schrik&#8212;verbazing&#8212;smart&#8212;die allen deden hem verstomd en radeloos staan; toen wekten die gevoelens voor een oogenblik
+een wilde begeerte naar wraak in hem op.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal den moordenaar vinden,&#8221; zei hij, uit de <span class="pageno">
+[246]
+</span>tro&iuml;ka springend. &#8220;Ik zal hem op de plaats neerslaan, al zou het mijn dood zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar enkele woorden van Katina brachten hem tot bezinning. Ze greep hem bij de pols en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie zou er gebaat zijn met uw dood? Ge zult niet gaan. Laat den moordenaar aan Zabern over, die zal hem weten te vinden.
+De hemel zij gedankt, daar is de Maarschalk!&#8221;
+
+</p>
+<p>Werkelijk hoorde men het getrappel van hoeven, en in de richting van het geluid ziend, bespeurde Felix een troep lanciers
+met Zabern aan het hoofd.
+
+</p>
+<p>Toen de Maarschalk de tro&iuml;ka ontwaarde, hield hij zijn paard in, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe hebt ge &#8217;t in &#8217;s hemels naam gewaagd op een avond als dezen door Russograd te rijden?&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen zag hij het beweginglooze lichaam in de tro&iuml;ka liggen, en met een kreet van schrik sprong hij van zijn paard.
+
+</p>
+<p>&#8220;Van Stralen dood! Mijn God, dat is verschrikkelijk! Van Stralen&#8212;dien ik onder de banier van de Prinses hoopte te zien strijden!
+Dood! En terwijl hij op het punt stond het cijferbericht op te lossen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja, het is verschrikkelijk,&#8221; zei Felix. &#8220;Maar het is nu geen tijd voor woorden. De moordenaar is onder gindsche menigte,
+en zijn naam is Ivan Russakoff.&#8221;
+
+</p>
+<p>De naam van den spion werkte als een tooverspreuk op Zabern. Hij gaf eenige orders, en eenige oogenblikken later werd de samengeschoolde
+menigte door tien ulanen met gevelde lansen verspreid; hun doel was de Troitzka Poort te bezetten en zoo den moordenaar het
+ontsnappen te beletten. Zoo snel mogelijk werden <span class="pageno">
+[247]
+</span>ook ten opzichte der andere poorten dergelijke maatregelen genomen, en de geheele Russische wijk werd vervolgens behendig
+binnen een cordon ulanen getrokken. Nieuwe detachementen en een sterke politiemacht rukten op Zabern&#8217;s bevel aan.
+
+</p>
+<p>De Maarschalk zag wel in dat het niet gemakkelijk zou vallen de bewoners van de vreemdelingenwijk tot het uitleveren van den
+spion te bewegen, wiens moord op een gouvernements-beambte hem recht gaf op hun sympathie. Iedereen zou er trotsch op zijn
+hem een schuilplaats te verstrekken. Daarom kon Zabern er niet mee volstaan halve maatregelen te nemen, maar zou Russograd
+er eenige uren moeten uitzien alsof de staat van beleg was afgekondigd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Denk er aan, Russakoff moet levend gegrepen worden; zijn dood kan me van geen enkel nut zijn,&#8221; zei Zabern. &#8220;Maar aarzel overigens
+niet geweld te bezigen wanneer er weerstand geboden wordt. Nikita, stijg af, en help het lijk van den Secretaris vervoeren.
+Meneer Van Heelstra, het zou me zeer aangenaam zijn als u en uw reisgenoot me naar het Paleis wilden vergezellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern&#8217;s uitgebreide voorzorgen mochten niet baten.
+
+</p>
+<p>Ofschoon alle straten van Russograd werden doorkruist, elk verdacht persoon ondervraagd, ofschoon de politie alle gebouwen
+onderzocht, en de Maarschalk onmiddellijk een instructie deed openen, die den geheelen nacht voortduurde, en door welker leider
+een groot aantal getuigen werden gehoord, kwam men niet tot een resultaat.
+
+</p>
+<p>Daar de spion na het nemen der militaire maatregelen niet ontsnapt kon zijn, deed Zabern het onderzoek <span class="pageno">
+[248]
+</span>met ijver voortzetten. &#8217;s Morgens om zeven uur ontbood hij Nariskin, het politiehoofd in Russograd, en deelde hem mede, dat
+hij het uit vreemdelingen samengesteld corps politiebeambten, dat in die wijk dienst deed, zou ontbinden, en voortaan de vreemdelingenwijk
+onder het directe toezicht van Slavowitzsche politie zou stellen. Wanneer Nariskin dergelijke wandaden als die van den vorigen
+avond niet voorkomen kon, dan moest het met de voorrechten van Russograd maar gedaan zijn. Tevens overhandigde de Minister
+hem een afschrift van een besluit, waarbij bekend werd gemaakt, dat de vreemdelingenwijk onder militaire bewaking zou blijven
+totdat de moordenaar was uitgeleverd.
+
+</p>
+<p>Tot Felix zei hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik vrees dat dit alles niet veel helpen zal. De heele bevolking van Russograd doet natuurlijk alles om den spion te verbergen.&#8221;
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>In het Paleis, in een der vertrekken die Paul het laatst bewoond had, lag het lijk van den armen, zoo ongelukkig omgekomen
+Secretaris. Met sombere gezichten stonden Zabern en Felix naast den doode, beiden vervuld van hun zoo uiteenloopende en toch
+in veel opzichten overeenstemmende gedachten. Felix sprak de zijne niet uit. Hij wist, dat hij het groote doel, dat hem steeds
+voor oogen zweefde, niet zonder opofferingen zou kunnen bereiken; maar dat hier nu, als eerste slachtoffer der hem vijandige
+machten, het ontzielde lichaam lag van zijn eerst kortelings teruggevonden broeder, greep hem meer aan dan hij Zabern blijken
+liet.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een droevig lot!&#8221; mompelde Zabern, wiens ietwat <span class="pageno">
+[249]
+</span>ruw en onaandoenlijk gemoed toch ontroerd werd door Paul&#8217;s ontijdig en tragisch einde. &#8220;En ten deele ben ik daar de oorzaak
+van.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe zoo?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het cijferbericht dat ik hem toevertrouwde was de oorzaak van zijn dood.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge meent, dat hij vermoord werd om te verhinderen dat hij het ontcijferen zou?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist. De Hertog deinst voor niets terug om zijn verraad te verbergen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Welk bewijs hebt u voor zijn medeplichtigheid?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Bewijzen&#8212;geen. Maar ernstige vermoedens genoeg. Gisteren morgen vernam de Hertog de gevangenneming van Russakoff, en dat
+Van Stralen bezig was het cijferbericht te ontraadselen. Het was niet bepaald mijn doel, dat hij dit vernemen zou; Graaf Radzivil,
+die wel eens wat gemakkelijk aan &#8217;t praten te brengen is, vertelde het hem. Nu, &#8217;t doet er betrekkelijk weinig toe; bovendien
+hecht ik niet veel aan geheimzinnigheid. Mijn ondervinding heeft me geleerd, dat men zelfs in de gewichtigste politieke kwesties
+de grootste openhartigheid kan gebruiken. Geheimhouding leidt tot niets, wekt achterdocht. Niets brengt zoo zeer op een dwaalspoor
+als eerlijkheid.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar ter zake. Radzivil meende te merken, dat de Hertog lang niet op z&#8217;n gemak was toen hij van de arrestatie hoorde. Eigenaardig
+is &#8217;t dat daarna de Hertog een inspectie-bezoek bracht aan de Citadel, in z&#8217;n kwaliteit als Leger-Commandant natuurlijk. En
+nog eigenaardiger is, dat twee uur later Russakoff&#8217;s cel ledig gevonden werd. Hoe? Groot is de macht van den roebel!&#8221;
+<span class="pageno">
+[250]
+</span></p>
+<p>&#8220;Als de Hertog die macht nu ook maar niet te baat neemt!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb zorg gedragen, dat zijn bewaking aan vertrouwde personen is overgelaten. Maar om op den cijferbrief terug te komen.
+Die is nog steeds een geheim. En Van Stralen was juist den sleutel op het spoor! Sprak hij daar niet over onderweg? Gaf hij
+u geen enkele aanwijzing?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Niets.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De inhoud van dien brief,&#8221; zei Zabern, &#8220;zou ons de gelegenheid geven Rusland&#8217;s geheime plannen te ontmaskeren, maar helaas!
+waar zullen we den uitlegger vinden!&#8221;
+
+</p>
+<p>De beide mannen hadden onder deze woorden het vertrek verlaten en begaven zich in Zabern&#8217;s studeerkamer. De zeer ruime en
+practische inrichting van het Paleis liet namelijk toe, dat een vleugel geheel aangewezen was voor vergaderzalen, bureau&#8217;s
+voor elk der Ministers, archieven, bibliotheken enz.
+
+</p>
+<p>Op de gang kwam Rob hen tegemoet, die evenals zij en Katina alles gedaan had om de zaak tot klaarheid te brengen. Katina was
+ten slotte bij kennissen eenige rust gaan zoeken, en Rob was juist van plan Felix voor te stellen naar het hotel te gaan,
+daar hij doodmoe was.
+
+</p>
+<p>Zabern, de man van ijzer en staal, glimlachte even toen hij het vermoeide gezicht van den jongen Hollander zag. Maar hij zei
+dadelijk:
+
+</p>
+<p>&#8220;De heeren zullen naar rust verlangen. Ik heb een kamer met twee bedden doen inrichten naast mijn studeervertrek. U zult me
+een genoegen doen daarvan gebruik te maken.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix en Rob namen het aanbod dankbaar aan; <span class="pageno">
+[251]
+</span>de weg naar het hotel was lang, en ze zouden zeker nergens zoo rustig slapen als hier. Bovendien zag Felix in de tegemoetkomingen
+van Zabern een poging om hem en Rob aan zich te verbinden, waartegen hij niets geen bezwaar had. Integendeel, door zich den
+Maarschalk tot vriend te maken, hoopte hij zijn doel des te sneller te bereiken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Goedennacht, heeren,&#8221; zei Zabern, en voegde er glimlachend aan toe: &#8220;droom niet van het cijferschrift!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Naar aanleiding van dat cijferschrift wilde ik u graag iets vragen, Excellentie,&#8221; zei Rob op eens.
+
+</p>
+<p>Felix keek hem verbaasd aan.
+
+</p>
+<p>&#8220;En dat is?&#8221; vroeg Zabern.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik bedacht me zooeven, dat we <span class="corr" title="Bron: misschen">misschien</span> te weinig waarde hechtten aan de laatste woorden van den Secretaris....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat waren die dan?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Denk er aan,&#8221; zei hij, &#8220;het zijn de Furi&euml;n!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De Furi&euml;n?&#8221; vroeg Zabern verwonderd, &#8220;wat kan hij daarmee bedoeld hebben?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik voor mij heb er niet anders in gezien dan onsamenhangende woorden, die hij zonder bewustzijn uitsprak, misschien verward
+door pijn en doodsangst,&#8221; zei Felix.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is mogelijk,&#8221; vervolgde Rob, &#8220;maar ik heb zoo&#8217;n voorgevoel, dat die woorden niet alleen een bepaalde bedoeling hadden,
+maar zelfs in verband stonden met het cijferschrift.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern en Felix zagen hem ongeloovig aan, tegelijkertijd toch in hun wanhopen aan de oplossing Rob&#8217;s vermoeden aangrijpend
+als den stroohalm, waarnaar de verdrinkende grijpt.
+<span class="pageno">
+[252]
+</span></p>
+<p>&#8220;En wat meer is,&#8221; zei Rob, &#8220;ik meen zelfs met behulp van die woorden den sleutel op het spoor te zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Is het mogelijk!&#8221; riep Zabern verrast.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoudt Uwe Excellentie mij het document, of een afschrift ervan, gedurende enkele uren willen afstaan?&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern&#8217;s gelaat drukte aarzeling uit. Zou het voorzichtig zijn, zulke belangrijke staatsgeheimen in handen te geven van iemand,
+dien hij eerst sedert enkele uren kende?
+
+</p>
+<p>Rob begreep zijn aarzelen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Sluit me desgewenscht onder bewaking op, Excellentie. Bovendien wil ik u elke verklaring afleggen, die ge ten opzichte van
+mijn vertrouwbaarheid verlangt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar Zabern&#8217;s bezwaren waren reeds verdwenen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge zult den brief hebben,&#8221; zei hij. &#8220;&#8217;t Is waar, ik bezit alle middelen om mij tegen verraad uwerzijds te waarborgen. Vergeef
+me dat ik zoo spreek; het belang van den Staat gaat v&oacute;or alles, ik behoor daaraan desnoods iedereen, zelfs u, die ik in dezen
+korten tijd reeds leerde waardeeren, op te offeren. Maar weest verstandig, gaat nu beiden eenige uren slapen, en begeef u
+dan met frisschen moed aan het werk.&#8221;
+
+</p>
+<p>De beide vrienden namen dezen raad. ter harte, en zochten de voor hen bestemde kamer op.
+
+</p>
+<p>Toch konden ze den slaap niet dadelijk vatten. Nog eenigen tijd bespraken ze de gebeurtenissen van dien dag, herdachten weemoedig
+den dood van Paul, en verwonderden zich over de merkwaardig openhartige politiek van Zabern, die toch zoo zeker van zijn daden
+en woorden scheen te zijn.
+<span class="pageno">
+[253]
+</span></p>
+<p>&#8220;Dat is een merkwaardig man,&#8221; zei Felix. &#8220;Hij kan ons tot een machtig vriend en helper worden, maar reken er op, dat hij ons
+ook zou weten te treffen, wanneer we verraders bleken te zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij zweeg eenige oogenblikken en vervolgde toen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Alles gaat goed. Beter dan je misschien denkt, Rob. Al deze verwarde avonturen zullen ons ten slotte tot ons doel brengen;
+ik zie den weg reeds duidelijk voor me afgebakend liggen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Ze hadden zich intusschen ontkleed, en stapten in bed.
+
+</p>
+<p>Na een oogenblik vroeg Felix:
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarin ligt nu de beteekenis van Paul&#8217;s laatste woorden? Je hebt me vreeselijk nieuwsgierig gemaakt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar Rob antwoordde niet. Hij was, door vermoeienis overmand, in een vasten slaap gevallen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Verwonderlijk,&#8221; dacht Felix, terwijl hij ook langzamerhand zijn bewustzijn voelde wegvloeien. &#8220;Wie had gedacht, dat ik nu
+reeds onder &eacute;en dak met Elizabeth zou zijn! En louter door een toeval!&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen sliep hij in.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[254]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e4125"></a></p>
+<h1 class="label">Achttiende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Felix en Elizabeth.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Felix wordt bij de Prinses ontboden.&#8212;Het weerzien.&#8212;Wederzijdsche ontboezemingen.&#8212;Felix wordt tot Secretaris benoemd.&#8212;</p>
+</div>
+<p>Na eenige uren rust genoten te hebben, stond Felix op, van plan om naar het hotel terug te gaan en met Rob nader het cijferschrift
+te bekijken. Juist toen hij echter Rob wekken wilde, werd er aan de deur geklopt, en werd hem bericht, dat de Prinses, vernomen
+hebbende, dat de vreemdeling die bij den dood van haar Secretaris aanwezig was, zich in het Paleis bevond, hem in een particuliere
+audi&euml;ntie wenschte te ontvangen.
+
+</p>
+<p>Felix begreep, dat deze audi&euml;ntie geen zeer offici&euml;el karakter zou behouden, en hij voelde een diepe ontroering bij de gedachte
+dat hij binnen enkele oogenblikken met Elizabeth alleen zou zijn. Hij hield zich tegenover den lakei echter goed, en maakte
+eenige bedenkingen wat betrof zijn toilet, vragend of er tijd was om zich in het hotel te gaan verkleeden. De lakei deelde
+hem evenwel mee, dat de Prinses, <span class="pageno">
+[255]
+</span>de omstandigheden begrijpend, genoegen zou nemen met de kleeding die de bezoeker op dit oogenblik aanhad.
+
+</p>
+<p>Felix werd nu naar een vertrek geleid, waar een kamerheer hem opwachtte, die het noodig oordeelde hem in te lichten omtrent
+de etiquette, waaraan hij zich te houden had, namelijk dat hij behoorde te blijven staan zoo hij niet tot zitten werd uitgenoodigd;
+dat hij slechts de vragen te beantwoorden had die hem gedaan werden en overigens uit zichzelf geen opmerkingen mocht maken;
+dat hij eerst kon heengaan als de Prinses het teeken daarvoor gaf, en dat hij het vertrek achterwaarts behoorde te verlaten,
+met het gezicht naar de Prinses gericht.
+
+</p>
+<p>Felix hoorde hem geduldig aan, en moest onwillekeurig glimlachen als hij dacht aan de wijze waarop hij deze voorschriften
+ten uitvoer zou brengen. Ook trof hem het eigenaardige verschil in zijn verhouding tot Elizabeth, als hij den tegenwoordigen
+toestand vergeleek bij dien van enkele jaren geleden: toen waren ze beiden zorgelooze kinderen, die elkaar liefhadden, en
+dacht hij slechts vaag aan de mogelijkheid dat hij eenmaal zijn vader in diens hooge betrekking zou kunnen opvolgen; nu was
+hij een zwervend avonturier&#8212;zij Prinses van Czernovi&euml;, geroepen om over enkele jaren een koningstroon te bestijgen! En wie
+zou zeggen, welke wonderbaarlijke veranderingen de toekomst nog voor hen verborgen hield?
+
+</p>
+<p>Toen Felix het Witte Salon binnentrad, zag hij Elizabeth aan een schrijftafel zitten, met een potlood aanteekeningen makend
+op een stapel voor haar liggende papieren. Ze had een ivoorkleurige satijnen <span class="pageno">
+[256]
+</span>japon aan met een overkleed van witte tulle, dat schitterde van zilveren borduursels. Klaarblijkelijk was ze in een zenuwachtigen
+toestand. Het potlood beefde in haar vingers. Ze keek niet naar Felix, maar hield de oogen op de papieren voor haar gericht.
+
+</p>
+<p>Nauwelijks was de kamerheer verdwenen, of ze stond op en snelde op Felix toe. Hij breidde de armen uit en sloot haar aan zijn
+borst. Eindelijk hadden ze elkaar dan wedergevonden!
+
+</p>
+<p>Toen de eerste vreugde van het wederzien voorbij was, zei Elizabeth:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ga daar zitten. En laten we voorzichtig zijn. In dit Paleis hebben de muren ooren. Vertel me nu: hoe kom je hier? waar heb
+je dien tijd van onze scheiding doorgebracht?&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix deed nu het geheele verhaal. Hoe hij met De Vogel had rondgezworven, de inrichting van het luchtschip in dien tijd steeds
+verbeterend, en het juiste tijdstip afwachtend om in Czernovi&euml; zijn slag te slaan; hoe hij Rob had leeren kennen, en hoe deze
+zich aan hem had gehecht; hoe De Vogel was verongelukt en hij een oogenblik gevreesd had alle hoop te moeten opgeven; hoe
+het geluk hem echter gediend had en hij den weg meende gevonden te hebben die naar het doel kon leiden. Kortom, Felix bracht
+Elizabeth geheel op de hoogte, verhaalde ook dat zijn overige lotgenooten in Turksche gevangenschap verkeerden, maar dat het
+voor &#8217;t oogenblik verstandig leek geen pogingen tot hun bevrijding in &#8217;t werk te stellen, hoe hard hun lot ook was. Voorloopig
+was het beter dat men hen allen, vurige vaderlanders, voor dood bleef <span class="pageno">
+[257]
+</span>houden; nu zij hun sterkste wapen, De Vogel, verloren hadden, was hun kracht meer in een voorzichtig en bedekt optreden te
+vinden.
+
+</p>
+<p>Elizabeth bracht hem, voor zooveel noodig, op de hoogte van den politieken toestand. Die was ongetwijfeld zeer moeielijk.
+Het aantal vreemdelingen in Czernovi&euml; vormde verreweg de minderheid en voor ernstige binnenlandsche onlusten behoefde geen
+vrees te bestaan. De betrekkingen tot het buitenland, vooral die tot Rusland, waren echter zeer gespannen. De Czaar wenschte
+beslist, dat Elizabeth den Hertog van Bora zou huwen; hij had geduld, hij kon wachten, wilde zelfs niets liever dan den schijn
+bewaren dat Elizabeth uit zichzelf tot dit huwelijk had besloten&#8212;maar zoo Elizabeth den toestand al slepende trachtte te houden,
+rekenend op Rusland&#8217;s geduld, begreep ze toch dat dit spel hoogstens een jaar te spelen zou zijn. Dan zou de Czaar niet aarzelen
+door dwang te verkrijgen, wat men hem goedschiks niet geven wilde. En in deze moeielijke omstandigheden had ze een Kabinet
+naast zich, dat uit zeer verschillende bestanddeelen was samengesteld, waarvan ze slechts enkele leden geheel durfde vertrouwen.
+Op Zabern was al haar hoop gebouwd. Wel werd deze door andere beweegredenen geleid dan zij, maar zijn aanhankelijkheid was
+onverdacht. En eigenlijk was met Zabern de eenige Minister genoemd, op wiens politiek, zoowel tegenover binnen- als buitenland,
+zij geheel vertrouwen durfde; Radzivil, de Premier, hoewel ongetwijfeld de Prinses zeer toegedaan, was geen krachtige figuur,
+meer hoveling dan staatsman; Ravenski, te laf om verraad in het groot te plegen, werd zoozeer door zijn eigen belangen en
+<span class="pageno">
+[258]
+</span>begeerten gedreven, dat hij nooit iets voor anderen zou kunnen beteekenen; de Hertog&#8212;nu, diens Russische gezindheid was onverdacht;
+en wat de overigen aangaat&#8212;meerendeels twijfelaars, mannen wier Ministerschap hun ijdelheid bevredigde, en die niet graag
+openlijk partij kozen in een zaak die hun gevaarlijk kon worden. Ten slotte vertelde Elizabeth nog van de onvoorzichtigheid
+die ze eens begaan had, aan Paul te vertellen hoe ze altijd hoopte een middel te vinden om haar huwelijk met Bora te verijdelen,
+en op welke wijze Ravenski van die bekentenis misbruik had weten te maken. Hij was dus de eenige die haar geheim kende, want&#8212;al
+steunden ook Radzivil en Zabern haar plannen, geheel uitgesproken had ze die tegenover hen nooit. In zoover kwamen nu echter
+Felix, Zabern en zij zelf overeen, dat de Hertog op de een of andere, mits wettige, wijze op zij geruimd moest worden; daarin
+lag althans een middel om de onderhandelingen met Rusland langer slepende te houden. En de omstandigheden hadden een begin
+van uitvoering aan dit plan gegeven, al waren op het oogenblik de gevolgen die er uit zouden voortkomen, nog niet geheel te
+overzien.
+
+</p>
+<p>&#8220;Voor jou te kunnen leven en voor mijn volk!&#8221; zei Elizabeth, &#8220;ziedaar de illusie die ik verwezenlijkt hoop te zien!&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen kwam het gesprek op Paul en zijn treurigen dood.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een verschrikkelijke gebeurtenis is dat,&#8221; zei Elizabeth bewogen. &#8220;Je was getuige van den moord, vertel me alles er van!&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix deed het geheele verhaal, dat, op zichzelf <span class="pageno">
+[259]
+</span>reeds droevig, nog pijnlijker voor Elizabeth werd door de gedachte, dat het ongeval zoo spoedig nadat zij hem als secretaris
+ontsloeg, plaats gegrepen had. De ontroerde uitdrukking van zijn gelaat, waarmee hij haar beslissing had vernomen, zou nooit
+uit haar herinnering gaan. Ze gevoelde het verlies diep, te meer daar hij niet alleen haar trouwe helper, maar ook haar trouwe
+vriend was geweest; en langen tijd zat ze met Felix over hem te spreken, over zijn aanhankelijkheid en zijn uitstekende diensten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal een nieuwen Secretaris moeten benoemen,&#8221; zei ze. &#8220;Felix&#8212;jij moet zijn plaats innemen. Wil je dat?&#8221;
+
+</p>
+<p>Geen betrekking kon hem meer aanlokken dan die; hij zou er door in dagelijksch gezelschap van Elizabeth zijn. Maar hij voelde
+toch ook de bezwaren ervan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zal die benoeming geen aanstoot geven?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarschijnlijk wel; aan sommigen ten minste. Maar ik kan daarmee geen <span class="corr" title="Bron: rekenning">rekening</span> houden. Het Czernovische deel der bevolking keurt al wat ik doe onvoorwaardelijk goed; de Russischgezinden zullen natuurlijk
+de noodige tegenwerpingen maken. Maar wat hindert dat!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Men zal &#8217;t verdacht vinden, dat je mij kiest, een vreemdeling, dien je gisteren voor het eerst zag.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het ambt van Particulier Secretaris is geen officieele betrekking; de keuze van den persoon is geheel aan mij. Het kan heeten
+dat ik, juist om beide partijen tevreden te stellen, een vreemdeling kies, en dat jij daartoe in aanmerking kwam omdat je
+getoond hebt, mijn belangen te behartigen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix voelde zich nog niet geheel gerustgesteld, <span class="pageno">
+[260]
+</span>maar hij zag toch te veel voordeel in het plan om er niet op in te gaan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Welnu, Hoogheid,&#8221; zei hij schertsend, &#8220;ik neem de benoeming aan!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is goed! Je zult zien, dat het minder verbazing zal wekken dan je denkt. Men is hier aan vreemde dingen gewoon, en men
+weet bovendien dat ik doorgaans doe wat ik zelf wil. En nu moeten we onze maskers weer opzetten en onze rol behoorlijk spelen,
+want ik zal den Maarschalk Zabern doen roepen, opdat hij mijn besluit verneemt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth gaf orders den Maarschalk te doen ontbieden, en deze liet zich spoedig daarna aandienen.
+
+</p>
+<p>Toen hij binnentrad, zag hij Felix scherp aan, als verwachtte hij op diens gelaat iets te zullen lezen omtrent den aard van
+zijn langdurig onderhoud met de Prinses. Maar Felix was, als hij wilde, even ondoordringbaar als Zabern zelf, en zijn gezicht
+verraadde niets.
+
+</p>
+<p>&#8220;Welk nieuws is er omtrent Russakoff?&#8221; vroeg de Prinses.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het spijt mij, Hoogheid, te moeten melden dat de spion nog niet teruggevonden is.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het zal hem blijken, dat hij niet veel gewonnen heeft door een man, die mij trouw was, te dooden om zijn Hollandsche afkomst.
+Want ik heb hem vervangen door een anderen Hollander, die nu reeds getoond heeft mij even trouw te zullen zijn. Maarschalk&#8212;mijn
+nieuwe Secretaris.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern boog.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het kabinet zal zeker met die benoeming ingenomen zijn,&#8221; antwoordde hij.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is een aangelegenheid, Maarschalk,&#8221; antwoordde <span class="pageno">
+[261]
+</span>Elizabeth hoog, &#8220;die buiten de waardeering van het Kabinet valt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern ging op een ander onderwerp over.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoogheid, de Hertog van Bora verzoekt U een vraag te mogen stellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En die is?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zijne Genade zou gaarne weten hoe lang zijn gevangenschap duren zal.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;In elk geval totdat deze striem van het gelaat van mijn Secretaris verdwenen is. Overigens verzoek ik u de zaak voor het
+Hooggerechtshof aanhangig te maken, geheel volgens de daarvoor gestelde regelen. Wil ook dit den Hertog mededeelen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het zal mij een genoegen zijn, Hoogheid,&#8221; antwoordde Zabern ironisch, &#8220;den Hertog Uw beslissing over te brengen.&#8221;
+
+
+
+<span class="pageno">
+[262]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e4225"></a></p>
+<h1 class="label">Negentiende Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Een staaltje van schermkunst.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De Minister van Financi&euml;n en de Commandant der Citadel.&#8212;Een opstootje in de Kamer.&#8212;Wat het orkest van Mengelberg op z&#8217;n geweten
+heeft.&#8212;Felix verslaat zes tegenstanders.&#8212;De Furi&euml;n!&#8212;
+</p>
+</div>
+<p>Toen Zabern en Felix, die gezamenlijk het Paleis hadden verlaten, het park doorstaken, kwamen hen twee heeren, waarvan een
+in uniform, tegemoet, aan wie Felix door Zabern werd voorgesteld.
+
+</p>
+<p>De jongere van de twee, die blond haar had, blauwe oogen, en een gezicht dat op een doorloopend goed humeur scheen te wijzen,
+was Dorislas, de Minister van Financi&euml;n. De ander, die er &#8217;n beetje knorrig uitzag, was Miroslav, de Commandant van de Citadel,
+en, zooals Zabern er bijvoegde, &#8220;op het oogenblik de bewaker van den Hertog.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja&#8212;de Hertog!&#8221; zei Dorislas tot den Commandant. &#8220;Ik verwonder me erover, dat ge de citadel nog niet tegen geweld te verdedigen
+gehad hebt. Zullen <span class="pageno">
+[263]
+</span>onze vrienden in Russograd niet in verzet komen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De citadel heeft dikke muren,&#8221; antwoordde de Commandant alleen.
+
+</p>
+<p>&#8220;En ik heb last gegeven,&#8221; voegde Zabern er bij, &#8220;den Hertog te doen fusileeren, wanneer de bevolking hem met geweld zou trachten
+te bevrijden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Geen halve maatregel!&#8221; lachte Dorislas. &#8220;En vindt de Prinses dat goed?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarschijnlijk niet,&#8221; antwoordde Zabern droog. &#8220;Maar ook in het meest verlichte land moet men onder dringende omstandigheden
+z&#8217;n toevlucht tot geweld nemen. Bovendien ben ik tot Minister van Oorlog ad interim aangewezen. Desverkiezend kan ik in geval
+van dreigend gevaar van de zijde der vreemdelingen, tot buitengewone maatregelen overgaan.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Je spreekt erover, collega,&#8221; schertste Dorislas, &#8220;alsof je er naar verlangt, dat ze herrie zullen gaan maken!&#8221;
+
+</p>
+<p>Dorislas en Miroslav waren, zooals bleek, op weg naar de schermzaal, die midden in den Hoftuin stond. Het was hun gewoonte
+daar elken dag bijeen te komen om zich in de behandeling der wapenen te oefenen, een gewoonte, die in Czernovi&euml;, waar lichaamsoefeningen
+hoog staan aangeschreven, niets buitengewoons heeft. Het Gouvernement moedigt er het verstandig ontwikkelen van lichamelijke
+kracht zeer aan; op alle lagere scholen behooren gymnastiek, zwemmen en schermen tot de verplichte leervakken, aan de inrichtingen
+van hooger onderwijs zijn daaraan ook oefeningen in het paardrijden, roeien en schieten toegevoegd.
+
+</p>
+<p>Zabern noodigde Felix uit mede een kijkje te gaan nemen in de schermzaal.
+<span class="pageno">
+[264]
+</span></p>
+<p>&#8220;En het cijferschrift, maarschalk?&#8221; zeide de nieuwe Secretaris.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik sprak uw jongen vriend zooeven,&#8221; antwoordde Zabern. &#8220;Hij wilde me nog niets zeggen, maar ik zag aan zijn gezicht dat hij
+goed op weg was. Mij dunkt, het werk is aan hem toevertrouwd. Laten we hem niet storen. En wat ons beiden betreft, we hebben
+afleiding verdiend. Een partij sabel zal ons naar geest en lichaam verfrisschen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix had geen verdere bezwaren, en terwijl hij zich bij den Commandant voegde, volgde Zabern met Dorislas op eenigen afstand.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk, wat beteekent dezen geheimzinnige geschiedenis?&#8221; vroeg de Minister van Financi&euml;n met een zijdelingschen blik
+op Felix. &#8220;Er loopt een vreemd gerucht, dat hij en de Prinses elkaar vroeger gekend hebben, en dat dit bleek uit een gesprek
+tusschen hem en den Hertog op de veranda van het Hotel Czernovi&euml;&#8212;van welk gesprek een kelner iets schijnt te hebben opgevangen.
+Op dat gesprek volgt een duel met den Hertog; de Prinses, daarvan onderricht, snelt den Hollander te hulp, verwijst haar aanstaanden
+Gemaal naar de citadel, maar laat den anderen duellant ongemoeid. En nu brengt u het verrassende nieuws dat de Prinses dezen
+Van Heelstra haar Secretaris heeft gemaakt. Wat beteekent dit alles?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Vraag dat Hare Hoogheid,&#8221; zei Zabern droog, en van onderwerp veranderend, voegde hij er bij: &#8220;gebeurde er iets bizonders
+in de kamerzitting gisteravond?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat, Maarschalk! hebt ge daarvan niet gehoord?&#8221; riep Dorislas, terwijl zijn gezicht de uiterste verbazing te kennen gaf.
+<span class="pageno">
+[265]
+</span></p>
+<p>&#8220;Gehoord? Ik heb niets gehoord. Ik ben tot zeven uur in den morgen bezig geweest met het spoor van dien Russakoff te zoeken,
+en daarna heb ik geslapen. Wat voor nieuwe dwaasheid hebt gij en de rest van het Ministerie dan weer in mijn afwezigheid uitgehaald?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, er werd ter sprake gebracht, dat de Czaar zich zeer duidelijk had uitgelaten over het huwelijk van de Prinses met den
+Hertog van Bora; de Russisch-gezinde afgevaardigde Lojgoroucki vroeg daaromtrent nadere inlichtingen aan de Regeering, en
+sprak de wenschelijkheid uit, dat men omtrent de gevoelens der Prinses aangaande deze omstandigheid nauwkeurig werd ingelicht.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is nog al brutaal. En&#8212;werd hij op z&#8217;n nummer gezet?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Radzivil antwoordde voor zijn doen zeer voorzichtig, wees er op dat de persoonlijke gevoelens van de Prinses geen regeeringszaak
+waren.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En zoo liep alles zeker met een sisser af?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het zou zeker zoo gegaan zijn, als de uitgever Lipski, de afgevaardigde der Slavowitzsche Russen, den boel niet bedorven
+had. Hij haalde een nummer van zijn avondeditie uit den zak, en las een stuk voor, waarin leelijke noten gekraakt worden over
+de gezindheid der Prinses tegenover Rusland, ja, waarin zelfs gewezen wordt op de mogelijkheid van een staatsgreep, door de
+partij der Prinses te ondernemen. Lipski verklaarde, de verantwoordelijkheid voor het artikel in de Kolokol niet op zich te
+willen nemen, maar daar hij verzekeren kon, dat het afkomstig was van een hooggeplaatst, invloedrijk en welingelicht <span class="pageno">
+[266]
+</span>persoon, meende hij toch dat het de aandacht der Volksvertegenwoording ten zeerste waard was.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De vent liegt natuurlijk alles,&#8221; viel Zabern hem in de rede. &#8220;Dat artikel zal hij zelf wel geschreven hebben.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist toen hij uitgesproken had,&#8221; vervolgde Dorislas, &#8220;drong het bericht van de arrestatie van den Hertog in de vergaderzaal
+door. Een onbeschrijfelijk tumult greep plaats. Allen schreeuwden door elkaar. &#8220;Dat is de staatsgreep!&#8221; riepen de Russen.
+&#8220;Gooit de vreemdelingen er uit!&#8221; riepen de Czernovi&euml;rs. Het lukte den voorzitter niet de orde te herstellen, en de vergadering
+werd een half uur geschorst.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij had dien Lipski door de boden er uit moeten laten zetten,&#8221; bromde Zabern. &#8220;En toen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Een half uur daarna zette men de vergadering voort. Lipski diende een motie in, luidend, dat de Kamer de zienswijze der Regeering
+wenschte te vernemen omtrent haar gedragslijn tegenover de Russische eischen nopens het huwelijk der Prinses.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De vlegel! Natuurlijk juichten de Russen. Was Ravenski er?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen. Hij waagt zich niet graag in &#8217;t gewoel, en verkoos de Opera boven de Kamer.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De lafaard! Ik wou dat ik er geweest was!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;In de Opera? Nu, dat was wel de moeite waard, want....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Geen gekheid. Wat gebeurde er daarna?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, men begon over de motie te stemmen. En ze werd aangenomen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Aangenomen? Terwijl de vreemdelingen in de minderheid zijn?&#8221;
+<span class="pageno">
+[267]
+</span></p>
+<p>&#8220;Vergeet niet, dat Mengelberg hier gisteravond was.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Mengelberg?&#8221; vroeg Zabern. &#8220;Wie is dat? Wat had die in de Kamer te maken?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;In de Kamer?&#8221; lachte Dorislas. &#8220;Daar was hij niet. In de concertzaal van de Opera. Maar u weet toch wel wie Mengelberg is!
+Heel de wereld kent hem.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De duivel mag hem halen. Verder.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, bijna alle leden van onze partij woonden het concert bij. Men speelde de Piet-Hein-Rapsodie van Van Anrooy. Prachtig.
+Subliem. Jammer dat u er niet was. Ze waren er bijna allemaal, onze partijmannen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Een zekere ezel, Dorislas genaamd, niet uitgezonderd. Maar wat drommel, liet Radzivil jullie dan niet door soldaten naar
+de Kamer sleepen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Radzivil zond Opalinski naar de Opera. Opalinski kwam binnen. Juist had Mengelberg den dirigeerstok opgeheven. Opalinski&#8217;s
+schoenen kraakten. Mengelberg keek hem zoo doordringend aan, dat hij geen voet meer dorst verzetten. De muziek begon, en toen
+het stuk uit was, was de motie aangenomen. Toen we de Kamer binnenkwamen, werden we door het hoongelach der Linkerzijde begroet.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu&#8212;laat ze plezier hebben van hun motie. Ik zal Radzivil wel dicteeren wat hij er op antwoorden moet.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het viertal had nu de schermzaal bereikt. Boven den ingang wapperde de Czernovische vlag&#8212;rood-wit-blauw, met een gouden ster
+in het midden.
+
+</p>
+<p>Zabern wees naar de vlag. &#8220;De ster is er nog,&#8221; zei hij. &#8220;De leid-ster van <span class="pageno">
+[268]
+</span>Czernovi&euml;. En zoo lang ik er ben, zal ze niet uitdooven.&#8221;
+
+</p>
+<p>Men ging naar binnen. Daar dit gebouw gedurende Felix&#8217; afwezigheid was gesticht, behoefde hij geen verwondering te veinzen
+over de grootsche inrichting er van. Trouwens, er was onder Elizabeth&#8217;s bestuur zooveel ontstaan en gewijzigd, dat het Felix
+doorgaans gemakkelijk viel niet te verraden dat hij een geboren Czernovi&euml;r was. Zijn hem zelden verlatende kalmte, en de gewoonte
+om weinig te spreken, kwamen hem daarbij te hulp.
+
+</p>
+<p>Door een ruime en koele voorhal bereikte men een enorme zaal, versierd met wapenrustingen, zwaarden, musketten, pistolen,
+schilderijen van veldslagen en wapenfeesten, en portretten van beroemde schermers.
+
+</p>
+<p>&#8220;Als het aan mij lag,&#8221; zei Zabern, &#8220;zou ik ieder, die in een verantwoordelijke betrekking voor bevordering werd voorgedragen,
+hier willen brengen. Een partij sabel van tien minuten zou me beter inlichten omtrent z&#8217;n karakter dan een onderzoek of een
+examen van een maand.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix maakte deze woorden, in verband met zijn benoeming tot Secretaris, onwillekeurig op zichzelf toepasselijk, en hij begreep
+wederom dat Zabern ook nu van zins was hem&#8212;in wien hij een aanhanger van zijn plannen vermoedde&#8212;nader op de proef te stellen
+en te leeren kennen.
+
+</p>
+<p>Onder de hooggeplaatste personen en officieren, die zich in de zaal bevonden, merkte Felix ook Graaf Radzivil op, en het trof
+hem dezen zeventigjarigen man te zien aanvallen en pareeren met al de lenigheid van een jongen van zestien. Maar meer nog
+verraste <span class="pageno">
+[269]
+</span>hem een aantal dames, die aan het andere einde der zaal aan het schermen waren; Zabern vertelde hem dat de doctoren deze oefeningen
+zeer hadden aanbevolen, en dat de Czernovische dames er blijkbaar behagen in hadden. Ook maakte hij hem opmerkzaam op een
+afgescheiden deel der zaal, dat op bepaald verlangen der Prinses voor iedereen toegankelijk was; op dit oogenblik waren er
+twee meisjes aan het schermen, in een van wie Felix dadelijk Katina herkende, terwijl Zabern hem vertelde dat de andere haar
+zuster Juliska was.
+
+</p>
+<p>Toen Zabern binnenkwam, hadden de meesten hun partijen gestaakt, en men zag met eenige nieuwsgierigheid naar den vreemdeling
+dien hij meebracht. Zabern stelde Felix aan het gezelschap voor, en weldra begreep ieder dat dit de merkwaardige Hollander
+moest zijn die het gisteren tegen den Hertog had durven opnemen. Er ontstond een gefluister, er werden blikken gewisseld,
+en ten slotte zei Zabern lachend tot Felix:
+
+</p>
+<p>&#8220;Deze dames en heeren zijn benieuwd, eenige staaltjes van uw schermkunst te zien, opdat men er zich een denkbeeld van kan
+vormen hoe het duel van gisteren ongeveer afgeloopen zou zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix verklaarde zich bereid een of meer partijen te trekken, hopend dat zich iemand als zijn tegenstander zou willen beschikbaar
+stellen.
+
+</p>
+<p>&#8220;We hebben hier,&#8221; zei Zabern, &#8220;de zes beste schermers in Czernovi&euml; na den Hertog. Wanneer ge een van hen kunt verslaan, zullen
+we ons eenig denkbeeld kunnen vormen van hoe het hem onder uw handen vergaan zou zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>De zes kampioenen waren, in volgorde van hun <span class="pageno">
+[270]
+</span>verdienste: Zabern, Miroslav, Dorislas, Radzivil, Brunowski, de President der Kamer, en Nikita, de ordonnans van Zabern.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer we een zevende moesten kiezen,&#8221; fluisterde Zabern tot Felix, &#8220;ik verzeker u, dan zou die geen man zijn, maar niemand
+anders dan Katina.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix voorzag zich van een scherm-sabel en zeide, gereed te zijn een der genoemde heeren, of zoo men wilde, allen achtereenvolgens,
+te ontmoeten. Daar hij niet geneigd was zelf een tegenstander aan te wijzen, ontstond er een vriendschappelijke woordenwisseling
+over de vraag wie zich het eerst zou aanbieden. Na eenige aarzeling trad Graaf Radzivil naar voren.
+
+</p>
+<p>Allen kwamen naderbij om het gevecht goed te kunnen zien. Er werden stoelen voor de dames in een kring gezet, en de heeren
+stelden zich daarachter op.
+
+</p>
+<p>Felix begreep wel, dat volstrekt niet alle aanwezigen hem gunstig gestemd waren. Men kende hem nauwelijks bij naam, en bovendien
+zou menigeen weinig gesticht zijn over zijn benoeming tot Particulieren Secretaris, een betrekking die menigeen in stilte
+begeerde, en die nu toegewezen was aan een onbekende, al was hij dan ook door zijn nationaliteit aan Czernovi&euml; verwant. Deze
+omstandigheid prikkelde Felix te meer om zich tot het uiterste in te spannen.
+
+</p>
+<p>Toen hij tegenover Radzivil stond, was het hem eerst een vreemde gewaarwording een zoo veel ouderen tegenstander te moeten
+bestrijden; weldra bleek hem echter dat Radzivil&#8217;s arm niets van zijn jeugdige kracht of lenigheid had verloren. Felix was
+niettemin beslist de meerdere; binnen vijf minuten slaagde hij er in den Graaf verscheiden houwen toe te brengen en hem ten
+<span class="pageno">
+[271]
+</span>slotte te ontwapenen. De sabel vloog door de lucht en zou Katina getroffen hebben, wanneer deze niet met haar schermdegen
+behendig een afwerende beweging had gemaakt.
+
+</p>
+<p>Zabern, die met een onbewegelijk gezicht had staan kijken, scheen ingenomen met den uitslag.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat kan den beste gebeuren!&#8221; zei Dorislas, overtuigd dat de Premier toch de sterkste van beiden was. Hij zelf volgde op Radzivil,
+en weer stond Zabern elke beweging van Felix met aandacht te beschouwen.
+
+</p>
+<p>Dorislas was een beter schermer dan Radzivil, maar ditmaal had zijn driftig verlangen om de eer van Czernovi&euml; te wreken hem
+te pakken; hij maakte te weinig werk van zijn verdediging, viel te onstuimig en roekeloos aan, en in korter tijd dan de eerste
+maal was het Felix gelukt hem herhaaldelijk eenige houwen toe te brengen, zonder zelf een enkele maal getroffen te worden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mooi zoo!&#8221; zei Zabern, klaarblijkelijk zeer in z&#8217;n schik. &#8220;Dat kan den beste gebeuren, Dorislas!&#8221;
+
+</p>
+<p>Dorislas zag zoo beteuterd rond bij dit zoo weinig verwachte resultaat, dat de toeschouwers onwillekeurig in lachen uitbarstten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeg maar niets, Dorislas!&#8221; werd er geroepen, &#8220;je bent immers morsdood!&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix begon in hun achting te stijgen.
+
+</p>
+<p>Daarna waagde Miroslav een partij, en opnieuw keek Zabern zoo gespannen toe, dat het wel leek of zijn eigen leven van den
+afloop afhing.
+
+</p>
+<p>Gebruik makend van de les die Dorislas ontvangen had, begon de Commandant zeer voorzichtig en kalm, hoofdzakelijk de slagen
+afwerend. Toen hij echter <span class="pageno">
+[272]
+</span>eenige malen, door de afwering heen, getroffen werd, verdween zijn bedaardheid gauw. Hij gaf Felix meer moeite dan zijn voorgangers,
+maar ten slotte werd ook hem de sabel uit de hand gewrongen.
+
+</p>
+<p>Zabern verkneukelde zich.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is boffen, en geen schermkunst!&#8221; riep Miroslav opgewonden. &#8220;Ik moet nog een partij met u doen, meneer Van Heelstra; dat
+loopje zal u geen tweede keer lukken.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix was hier dadelijk toe bereid, maar verscheidene heeren protesteerden. De Hollander had volgens hen niets ongeoorloofds
+gedaan, en er was geen enkele reden waarom Miroslav een kans meer zou krijgen dan de anderen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Miroslav schijnt in een slecht humeur vandaag,&#8221; fluisterde een dame tot den achter haar staanden heer.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij heeft er ook reden toe,&#8221; antwoordde deze. &#8220;De Prinses schijnt hem zeer hard te hebben gevallen over de ontsnapping van
+Russakoff.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De heer Van Heelstra moest nu zijn arm eens wat rust geven,&#8221; merkte een der aanwezigen op.
+
+</p>
+<p>Maar Felix, die van de gunstige stemming wenschte te profiteeren, verklaarde volstrekt geen vermoeidheid te gevoelen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu ben ik aan de beurt,&#8221; zei Zabern, een sabel in zijn linker en eenige hand nemend. &#8220;Ik raad u aan voorzichtig te zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>De waarschuwing was niet overbodig. Zabern werd algemeen beschouwd als de beste schermer na den Hertog, en Felix had weldra
+gemerkt, dat hij ditmaal een tegenstander gevonden had, die hem minstens in behendigheid gelijk stond. De Maarschalk had <span class="pageno">
+[273]
+</span>een arm van staal; en een man, die op menig slagveld in de loop van een geladen geweer had gezien, zou niet gauw zijn koelbloedigheid
+verliezen bij een schermpartij. Kalm en bedachtzaam deed hij enkele schijn-uitvallen om den ander op de proef te stellen;
+daarna nam hij een verdedigende houding aan, wachtend op het gunstige oogenblik. Felix zag geen kans door het defensief van
+Zabern heen te breken, en deze vierde partij nam daardoor een slepend karakter aan, dat scherp afstak tegen de schitterende
+en onstuimige partijen die voorafgingen. Reeds begon men te vreezen, dat er vooreerst geen eind kwam aan dit gevecht, toen
+Zabern opeens in de houding terugkwam, met zijn wapen salueerde, en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb voldoende gezien, dat ik uw mindere ben, meneer Van Heelstra. Gaarne verklaar ik me overwonnen.&#8221;
+
+</p>
+<p>En, merkwaardig genoeg, Zabern scheen zelf met deze bekentenis van zijn nederlaag zeer ingenomen te zijn.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben het niet met u eens, Maarschalk,&#8221; antwoordde Felix. &#8220;Niemand kan zeggen hoe de partij zou afgeloopen zijn. Tegen uw
+rechterhand zou ik het in geen geval uitgehouden hebben.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij wendde zich nu naar de beide overblijvende tegenstanders, Brunowski en Nikita.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zouden we &#8217;t hierbij maar niet laten?&#8221; vroeg de President. &#8220;Voor Nikita en mij zijn de kansen nu toch verkeken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Misschien wil de heer Van Heelstra u beiden tegelijk te woord staan,&#8221; zei Zabern lachend.
+
+</p>
+<p>Brunowski vond in &#8217;t eerst iets vernederends in <span class="pageno">
+[274]
+</span>dit voorstel, maar daar hij toch zelf begonnen was met zijn minderheid te erkennen, stemde hij ten slotte er in toe.
+
+</p>
+<p>De dames stonden nu op, de stoelen werden verplaatst, en men vormde een wijderen kring, daar de drie mannen veel ruimte noodig
+zouden hebben.
+
+</p>
+<p>&#8220;Duizend roebels tegen honderd dat de Hollander wint,&#8221; zei Zabern tegen Dorislas, die echter, als verstandig financier, de
+weddenschap afsloeg.
+
+</p>
+<p>De vijfde partij vormde een schitterend slot.
+
+</p>
+<p>Brunowski en Nikita, aangetast in hun eergevoel, maakten &#8217;t den vreemdeling uiterst moeielijk. Hoewel niet zulke kranige schermers
+als Zabern, waren hun krachten toch lang niet gering te achten, en Felix was weldra een heel eind door hen teruggedrongen.
+De vorige partijen schenen bij deze vergeleken kinderspel. Aanval en afwering volgden elkaar zoo snel op, dat de toeschouwers
+de verblindend vlugge bewegingen der wapens bijna niet konden volgen. Nikita&#8217;s sabel was overal tegelijk, Brunowski&#8217;s kling
+suisde in fluitende cirkels door de lucht.
+
+</p>
+<p>Maar het gelukte hun geen van beiden den tegenstander te treffen. Felix liet zich tot tegen den muur terug dringen, steeds
+afwerend; toen sloeg hij met een geweldigen houw Nikita&#8217;s sabel aan splinters, en bracht tegelijkertijd Brunowski een slag
+op den borstbeschermer toe, die den President den adem benam en hem een oogenblik deed terugdeinzen. Van die seconde maakte
+Felix gebruik&#8212;rinkelend vloog Brunowski&#8217;s sabel door een glasruit.
+
+</p>
+<p>De omstanders zagen elkaar in ademlooze verwondering aan. Daarna weerklonk een levendig gejuich; <span class="pageno">
+[275]
+</span>alle haatdragende gevoelens waren verdwenen en in oprechte bewondering overgegaan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo iets hebben we nog nooit in Czernovi&euml; gezien,&#8221; zei een stem.
+
+</p>
+<p>&#8220;Tienduizend duivels,&#8221; bromde Zabern bij zichzelf, &#8220;waarom heeft de Prinses gisteren dat duel niet laten doorgaan?&#8221;
+
+</p>
+<p>En luider voegde hij er aan toe:
+
+</p>
+<p>&#8220;Dames en heeren, we zullen toestemmen, dat de Hertog alle reden heeft tot dankbaarheid.&#8221;
+
+</p>
+<p>Niemand sprak hem tegen en Zabern&#8217;s oogen glinsterden van genoegen.
+
+</p>
+<p>Op dit oogenblik kwam Katina langs; ze had uit de verte alles gade geslagen, en was nu op &#8217;t punt met Juliska naar huis te
+gaan. Bij den Maarschalk bleef ze even staan, als wilde ze een verzoek tot hem richten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk,&#8221; fluisterde ze, &#8220;u hebt een proef genomen! Is het niet zoo? Zeg me eens waar u over denkt op het oogenblik?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat het een vroolijk feest zal worden, het huwelijk van de Prinses!&#8221; antwoordde Zabern in orakeltaal. Dadelijk daarop vroeg
+hij haar luid:
+
+</p>
+<p>&#8220;Laat ons eens zien, Katina, dat de Czernovi&euml;rs schieten kunnen, al kunnen ze niet schermen!&#8221;
+
+</p>
+<p>Katina liet nu een witgeschilderd houten bord aan den muur hangen, ging op tien passen afstand staan en legde een aantal geladen
+revolvers naast zich. Vervolgens schoot ze de eene revolver na de andere zoo snel af, dat er nauwelijks een oogenblik stilte
+tusschen twee schoten was te vernemen. Als resultaat daarvan vertoonde zich een groot ovaal op het bord. <span class="pageno">
+[276]
+</span>Toen de revolvers opnieuw geladen waren, zette Katina haar kunststuk voort en binnen het ovaal verschenen lijnen en punten,
+die uit het geheel het portret van een man deden ontstaan, waarvan het origineel dadelijk door sommigen der aanwezigen werd
+herkend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Orloff, de gouverneur van Warsim!&#8221; riepen verscheiden stemmen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Begrijpt ge, waarom ik dit geleerd heb?&#8221; vroeg Katina fluisterend aan Zabern. Deze knikte zwijgend, en zei, rondziende naar
+Felix:
+
+</p>
+<p>&#8220;Kan iemand dit nadoen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Er werd ook voor Katina in de handen geklapt, maar niemand waagde het zich met haar te meten en ook Felix glimlachte ontkennend.
+
+</p>
+<p>Langzamerhand verliet het gezelschap de schermzaal; tegenover zulke meesters als er heden middag aan &#8217;t woord waren geweest,
+schrok men terug voor het ten toon spreiden van zooveel zwakkere krachten.
+
+</p>
+<p>&#8220;En hoe maakt onze gevangene het?&#8221; vroeg Radzivil onder het weggaan den Commandant der citadel.
+
+</p>
+<p>&#8220;&#8217;n Beetje uit z&#8217;n humeur,&#8221; antwoordde Miroslav. &#8220;Hij brengt zijn tijd hoofdzakelijk door met het drinken van ouden Rijnwijn,
+en in zichzelf te zitten mopperen. Tusschen twee haakjes, hij scheen vooral zeer verontwaardigd dat we hem fouilleerden, want
+hij scheurde enkele dingen, die we hem wilden ontnemen, van woede in stukken. Nu, &#8217;t was dan ook niet plezierig voor hem,
+maar &#8217;t is nu eenmaal regel in de citadel.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat verscheurde de Hertog?&#8221; vroeg Zabern, die de laatste woorden gehoord had, achterdochtig.
+<span class="pageno">
+[277]
+</span></p>
+<p>&#8220;Niets bizonders, een boek,&#8221; antwoordde Miroslav. &#8220;Ik liet de snippers door een soldaat opvegen, en zag toen toevallig den
+titel op een stuk van den omslag staan.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe heette het?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Tooneelspelen van Aeschylus. &#8217;t Was zonde van &#8217;t mooie boekje.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is jammer, dat ge dat boek niet hebt kunnen redden. Zijn de overblijfselen misschien nog te vinden?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Al het afval in de citadel wordt tweemaal daags verbrand; u weet, zoo wil de Inspecteur van den Militairen Gezondheidsdienst
+het.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is heel jammer,&#8221; zei Zabern nadenkend. &#8220;Als goed soldaat had ge moeten bedenken, Commandant, dat <i>elke</i> aanwijzing, ook de kleinste, van waarde is. Ik ben ervan overtuigd, dat de Hertog een grondige reden had om dat boek te verscheuren.
+Aeschylus, Aeschylus&#8212;&#8221; herhaalde hij, &#8220;wat schreef die ook weer? Mijn Grieksch heeft me wel wat in den steek gelaten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Op eens maakte Felix een driftige beweging.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn God, Maarschalk! Ik weet het: Aeschylus schreef onder anderen &#8220;<i>De Eumeniden, of De Furi&euml;n</i>!&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern greep Felix bij den arm, en nam hem ter zijde.
+
+</p>
+<p>&#8220;De sleutel van het cijferschrift,&#8221; fluisterde hij. &#8220;Dat waren de laatste woorden van Van Stralen:&#8212;<i>de Furi&euml;n</i>!&#8221;
+
+
+
+<span class="pageno">
+[278]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e4503"></a></p>
+<h1 class="label">Twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Rob betrapt een inbreker.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Rob gaat aan het cijferen.&#8212;Gevonden!&#8212;De inbraak in het Paleis.&#8212;Zabern redt Rob nog juist op tijd.&#8212;Het verbrande Charter.&#8212;Wat
+zal er van Czernovi&euml; worden?
+</p>
+</div>
+<p>De opsteller der aanteekeningen, waaruit dit boek geput werd, liet zijn eigen persoon zoo bescheiden op den achtergrond, dat
+de beschrijver van zijn avonturen de lezers en zichzelf gelukwenschen moet met elke gelegenheid, die eens wat naders doet
+vernemen omtrent zijn persoonlijk aandeel aan de hier vermelde gebeurtenissen.
+
+</p>
+<p>Die gelegenheid is er thans.
+
+</p>
+<p>Gedurende de afwezigheid toch van Felix en Zabern, had Rob zich met alle aandacht aan het werk gezet om het cijferschrift
+nader tot zijn oplossing te brengen.
+
+</p>
+<p>Door den Paleis-bibliothecaris had hij zich een Grieksche uitgave van de Eumeniden doen geven, en, dankbaar voor La&#8217;s lessen
+die hem in staat hadden gesteld althans van enkele Grieksche woorden de beteekenis te kunnen vatten, zette hij zich aan <span class="pageno">
+[279]
+</span>den arbeid, ten overvloede met een Grieksch-Czernovisch woordenboek gewapend.
+
+</p>
+<p>Het papier dat de Maarschalk hem had gegeven was met rijen cijfers bedekt, die door punten van elkaar gescheiden waren.
+
+</p>
+<p>De eerste acht getallen luidden aldus:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>6 . 42 . 50 . 37 . 97 . 39 . 65 . 21</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Wat stelden deze getallen voor? Zekere woorden uit het tooneelstuk? Wanneer het zesde woord uit de Eumeniden, het twee-en-veertigste,
+het vijftigste, en zoo voort, opgezocht en naast elkaar werden geplaatst, zouden ze dan een verstaanbaren zin opleveren?
+
+</p>
+<p>Hij paste deze methode toe, maar het resultaat moedigde hem niet aan de proef voort te zetten. Er kwam een totaal onbegrijpelijke
+opeenvolging van woorden te voorschijn.
+
+</p>
+<p>Bij nader inzien werd het hem duidelijk, dat de getallen niet in de plaats van woorden konden staan, daar immers de vocabulaire
+van een klassieken Griekschen dichter moeielijk toereikend kon zijn om te voorzien in alle termen, die bij de moderne schrijvers
+in gebruik zijn.
+
+</p>
+<p>Een andere waarneming bevestigde deze onmogelijkheid. Aan het eind van den brief kwam namelijk het getal 8537 voor, terwijl
+het aantal woorden uit de Eumeniden een aanmerkelijk lager cijfer bereikt. Werden daarentegen de letters in volgorde genummerd,
+dan bleek het totale aantal al gauw de 8537 te overtreffen.
+
+</p>
+<p>Rob besloot deze theorie te beproeven, namelijk dat 6 de zesde, 42 de twee-en-veertigste letter, enzoovoorts, beteekende.
+<span class="pageno">
+[280]
+</span></p>
+<p>Groot was zijn vreugde toen hij het volgend resultaat
+verkreeg:
+
+
+</p>
+<table width="100%">
+<tr valign="top">
+<td valign="top">6 . </td>
+<td valign="top">42 . </td>
+<td valign="top">50 . </td>
+<td valign="top">37 . </td>
+<td valign="top">97 . </td>
+<td valign="top">39 . </td>
+<td valign="top">65 . </td>
+<td valign="top">21
+
+</td>
+</tr>
+<tr valign="top">
+<td valign="top">N </td>
+<td valign="top">i </td>
+<td valign="top">c </td>
+<td valign="top">o </td>
+<td valign="top">l </td>
+<td valign="top">a </td>
+<td valign="top">a </td>
+<td valign="top">s</td>
+</tr>
+</table><p>
+
+
+</p>
+<p>Nicolaas! Dat beteekende ten minste iets.
+
+</p>
+<p>Op de zelfde wijze voortgaand, vond hij voor de acht volgende cijfers de woorden &#8220;stemt toe.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarin stemt Nicolaas toe?&#8221; mompelde Rob. &#8220;Laat ik daar eens gauw probeeren achter te komen. Het is duidelijk dat ik nu den
+sleutel in handen heb.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij begreep nu, dat het &#8217;t beste zou zijn de Eumeniden eerst geheel door te loopen, en bij voorbeeld elke tiende letter met
+zijn overeenkomstig volgnummer te merken. Als dat gedaan was, zou het ontcijferen verder slechts enkele minuten kosten.
+
+</p>
+<p>Rob begon dit eentonig werk, dat hem meer dan vier uren in beslag nam, ook omdat hij nu en dan zijn vorige telling moest verifieeren,
+daar elke fout zich natuurlijk tot het einde zou voortplanten, en verwarring brengen in de uitkomst.
+
+</p>
+<p>Toen zijn exemplaar van de Eumeniden eindelijk geheel becijferd gereed lag, bedacht hij zich nog met schrik dat misschien
+wel beschouwd zijn heele werk vergeefs was. De mogelijkheid bestond immers dat de schrijver een andere uitgave had gebruikt
+dan hij, en er waren meer lezingen dan &eacute;en van de klassieken!
+
+</p>
+<p>Maar gelukkig werd zijn geduld beloond.
+
+</p>
+<p>Juist toen de Maarschalk en Felix de kamer binnenkwamen, nieuwsgierig naar Rob&#8217;s onderzoekingen, en hopend dat zij hem met
+hun laatste ontdekking van dienst konden zijn, stond Rob op en ging hen <span class="pageno">
+[281]
+</span>triomfantelijk tegemoet, het cijferschrift boven het hoofd zwaaiend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb het! Ik heb het!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel?&#8221; vroeg Zabern. Waren het de Furi&euml;n?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ze waren het! En ze hebben me op de hielen gezeten bij het werk. Daar ligt het, kant en klaar.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het was duidelijk, dat de ontcijfering juist was, want het resultaat bestond uit een reeks op zichzelf samenhangende en begrijpelijke
+zinnen. De beteekenis van het geheel was hun echter geen van drie&euml;n recht helder, ten minste niet op het eerste gezicht.
+
+</p>
+<p>Rob las de oplossing voor, die als volgt luidde:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p><i>&#8220;Nicolaas stemt toe. Maak dus spoed. Overbrenging van het document te gevaarlijk. Daarom dadelijk te verbranden. Bericht daarna.
+Gezantschap volgt dan.</i>
+
+
+</p>
+<p><i>&#8220;Lipski&#8217;s wetsontwerp kloosterbelasting goed. Geld langs gewonen weg beschikbaar. Ontdekking voorraden rechtvaardigt annexatie.</i>
+
+
+</p>
+<p><span class="smallcaps">Orloff</span>.&#8221;
+</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Bij het zien van de onderteekening had Zabern een onderdrukt gegrom doen hooren, als van een wild dier dat gereed staat zijn
+prooi te bespringen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Orloff! Ik wist het wel!&#8221;
+
+</p>
+<p>Daar het intusschen nacht was geworden, raadde Zabern de beide vrienden aan, rust te gaan nemen. Hijzelf, de man van ijzer,
+wilde nog eenigen tijd besteden aan de bestudeering van het document; hij nam daarom alle papieren mee, Rob uitbundig lof
+brengend voor zijn vernuftige oplossing. Felix werd door een lakei naar een drietal ineenloopende, weelderig ingerichte vertrekken
+geleid, dat op speciaal bevel der Prinses in orde was gebracht; Rob behield <span class="pageno">
+[282]
+</span>de kamer die hij tot nog toe met zijn reisgenoot had gedeeld.
+
+</p>
+<p>Felix, moe van het schermen, viel onmiddellijk in slaap; Rob kon echter, na zooveel uren ingespannen cijferen, niet dadelijk
+tot rust komen. Hij had al dien tijd in een gesloten kamer zitten werken, en verlangde naar lucht. Daarom opende hij een venster
+en leunde naar buiten.
+
+</p>
+<p>Het was donker, en de lucht was zwaar bewolkt; een windstoot joeg hem eenige regendroppels in het gezicht.
+
+</p>
+<p>Het venster gaf uitzicht op een binnenhof, waaromheen het paleis hoefijzervormig gebouwd lag. Toen Rob toevallig den blik
+op den tegenoverliggenden vleugel vestigde, scheen het hem toe, dat zich daar iets of iemand ongeveer halverwege het dak en
+den grond bewoog. Zijn oogen tot het uiterste inspannend, zag hij dat de donkere vlek, die zich tegen den grijzen muur afteekende,
+de gedaante van een man was die in de lucht hing: want daar er van een ladder niets te zien was, kwam hij tot de conclusie
+dat de man aan een touw vastgebonden was.
+
+</p>
+<p>De gedaante bleef op dezelfde hoogte, en Rob meende hem voortdurend den arm in horizontale richting te zien heen en weer bewegen.
+Een zacht schurend geluid versterkte hem in de meening, dat de man bezig was de tralies door te vijlen die een der vensters
+aan de overzijde van buiten beveiligden.
+
+</p>
+<p>Daar hij zelf niet gezien kon worden, omdat hij het licht in zijn kamer uitgedraaid had, bleef hij de verdachte bewegingen
+nog eenigen tijd waarnemen. Het leek hem een gevaarlijke onderneming, die daar <span class="pageno">
+[283]
+</span>op touw werd gezet. Klaarblijkelijk leed het geen twijfel of iemand trachtte zich door een der vensters toegang te verschaffen
+tot het Paleis; de man werd wel is waar door de duisternis en door het geruisch van wind en regen begunstigd, maar hij kon
+elk oogenblik verrast worden door de nachtelijke ronden, die hun weg zoowel over den hof beneden, als boven over de platte
+daken namen.
+
+</p>
+<p>Vroeger op den avond had Rob de voetstappen en het aanroepen gehoord van twee schildwachten, die op de buitengalerij liepen,
+vanwaar uit de binnenplaats overzien kon worden. Sliepen die nu? Zoo niet, dan hielden ze wel heel slecht wacht, dat deze
+man zulk brutaal werk onder hun oogen kon verrichten.
+
+</p>
+<p>Opeens begreep Rob de waarheid. Die inbreker was zelf een soldaat, een van de twee, die speciaal waren aangewezen om dit deel
+van het Paleis te bewaken. De ander was zijn medeplichtige. Beiden waren bezig &#8217;t een of ander boos opzet te volvoeren. Verraad
+bedreigde het Paleis!
+
+</p>
+<p>Zijn eerste ingeving was, naar beneden te snellen en de wacht te waarschuwen. Maar vreezend, dat tijdverlies den inbrekers
+gelegenheid zou geven weer tot hun oorspronkelijke functie terug te keeren, besloot hij de zaak zonder hulp af te handelen.
+
+</p>
+<p>Hij stak een geladen revolver bij zich, en mat den afstand van zijn raam naar de daarboven gelegen, onder langs het dak loopende
+buitengalerij, die een soort van borstwering vormde. Buiten op de vensterbank staande kon hij met de handen juist de benedenzijde
+der galerij bereiken; hij vond er echter geen houvast voor zijn handen. Rondtastend stootte hij tegen een <span class="pageno">
+[284]
+</span>afvoerbuis, en een oogenblik dacht hij er aan, daarlangs omhoog te klimmen. De buis was echter zoo glad, en lag zoo dicht
+tegen den muur aan, dat hij er de handen niet omheen kon slaan. Toen deed het toeval hem een ijzeren handvat grijpen, dat
+in den muur was bevestigd, en, zooals hij den volgenden dag waarnam, een onderdeel uitmaakte van een reeks dergelijke handvatten,
+welke, met het oog op brandgevaar, dienen moesten om het dak te bereiken. Zich aan de bovenbinnenzijde van het raam vasthoudend,
+zette hij een voet op zulk een haak, trok den anderen voet bij, en greep met de hand den volgenden, hooger geplaatsten haak.
+Nog een stap, en hij stond op de galerij. In een vensternis verborgen, keek hij de galerij langs. Op eenige passen afstand,
+afstekend tegen de lucht, stond de donkere, in een mantel gehulde figuur van een schildwacht, die op zijn geweer leunde en
+de oogen naar het venster gericht hield, waar Rob zooeven den inbreker had gezien.
+
+</p>
+<p>In dezelfde richting kijkend, ontdekte Rob een flauw lichtschijnsel achter het geheimzinnig venster. Hij maakte daaruit op,
+dat &#8217;t den man gelukt was naar binnen te komen.
+
+</p>
+<p>Zonder gedruisch voortsluipend, gaf Rob den schildwacht plotseling een klap op den schouder, wees naar het getraliede venster
+en zei:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ben je van plan dien schurk te arresteeren?&#8221;
+
+</p>
+<p>De schildwacht wendde zich hevig verschrikt om. Zich ontdekt ziend, velde hij het geweer en deed met de bajonet een stoot
+naar Rob. Deze was op zijn hoede, en greep, opzij springend, het geweer bij de loop. Met een enkele krachtige beweging had
+hij <span class="pageno">
+[285]
+</span>het den soldaat ontrukt, en in &#8217;t volgend oogenblik bracht hij hem met de kolf zulk een slag op &#8217;t hoofd toe, dat de man neerviel,
+en onbewegelijk liggen bleef, zonder een kreet geuit te hebben.
+
+</p>
+<p>Over de borstwering kijkend om te zien of deze schermutseling de aandacht had getrokken, zag Rob tot zijn verrassing een blauw
+licht achter het venster aan de overzijde. De man zwaaide gedurende enkele seconden, blijkbaar als sein, een lantaren heen
+en weer.
+
+</p>
+<p>Dadelijk snelde Rob de galerij langs en bereikte het punt waar het touw bevestigd was.
+
+</p>
+<p>In een vensternis knielend en omlaag ziende, bemerkte hij dat een dunne rookkolom uit het venster opsteeg.
+
+</p>
+<p>Wat gebeurde daarbinnen? Stak de man het Paleis in brand?
+
+</p>
+<p>Het lag niet in Rob&#8217;s aard hier lang over na te denken. Hij besloot dadelijk de kamer binnen te dringen om aan die kwaadwilligheid
+een eind te maken. Het touw met beide handen grijpend, liet hij zich zakken. Zoodra zijn voeten het kozijn raakten, nam hij
+zijn revolver in de hand, en zonder zelf een blik naar binnen te werpen, wrong hij zich tusschen de spijlen door en liet zich
+naar binnen glijden. De kamervloer bleek vrij laag te liggen, en Rob viel languit op den steenen grond, maar hij was onmiddellijk
+overeind en trachtte nu de duisternis en den rook te doorboren, waarin de kamer gehuld was.
+
+</p>
+<p>Nauwelijks stond hij op zijn voeten of een fluisterende, verschrikte stem sprak:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ben jij dat, Peter? Wat kom je hier doen? Maak in hemelsnaam geen leven. Gabor staat in de gang op post!&#8221;
+<span class="pageno">
+[286]
+</span></p>
+<p>&#8220;Dan moet Gabor binnenkomen!&#8221; riep Rob met donderende stem. &#8220;Hallo, Gabor! kom binnen, hier is een gevangene voor je!&#8221;
+
+</p>
+<p>Op het geluid van de stem afgaande, sprong Rob door de duisternis op den man toe, greep hem met de linkerhand bij de keel,
+en hield hem met de rechter de revolver op het voorhoofd.
+
+</p>
+<p>De soldaat&#8212;want Rob voelde aan de uniformknoopen dat het een soldaat was&#8212;was bij dien onverhoedschen aanval ruggelings op
+den grond getuimeld, en bleef, door schrik en angst bevangen, onbewegelijk liggen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Verroer je niet, of ik schiet!&#8221; beet Rob zijn tegenstander toe, en daarna riep hij zoo luid hij kon: &#8220;Gabor Gabor! te hulp!&#8221;
+
+</p>
+<p>Dadelijk daarop hoorde hij stemmen en voetstappen aan de andere zijde van de deur.
+
+</p>
+<p>&#8220;Gauw, Lasco!&#8221; werd er geroepen. &#8220;Haal den sleutel van de wacht. Melchior, vlieg de galerij op en zorg dat er niemand door
+het raam ontsnapt. Vooruit Lasco! stommeling! wat sta je te gapen! Haal den sleutel! Den sleutel, ezelskop!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>Hier</i> is de sleutel,&#8221; riep een zware stem, die Rob dadelijk herkende. En in de gang weerklonk het rinkelen van Zabern&#8217;s Hessische
+laarzen.
+
+</p>
+<p>Het was tijd. Want de soldaat, een stevige, groote kerel, die Rob gemakkelijk met &eacute;en hand had kunnen neerslaan, was van den
+schrik bekomen en nu nog slechts op lijfsbehoud bedacht. Hij wist met een plotselinge beweging Rob de revolver uit de hand
+te slaan, en, zich omgooiend, greep hij zijn veel kleineren aanvaller bij de keel.
+<span class="pageno">
+[287]
+</span></p>
+<p>Daar ratelde de sleutel in het sleutelgat, de zware deur vloog open, en Zabern stond op den drempel. Het volle licht van de
+gang stroomde nu naar binnen, en twee soldaten met geladen geweren hielden zich gereed ieder neer te schieten die zich in
+den weg zou stellen.
+
+</p>
+<p>Zoowel de Maarschalk als de beide soldaten waren ten hoogste verbaasd toen ze zagen wie daarbinnen waren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel&#8212;dat is Michael!&#8221; riep Gabor.
+
+</p>
+<p>&#8220;Rensma!&#8221; zei de Maarschalk alleen. Een seconde daarna had hij Michael de zware laars op de borst gezet, en Rob kon opstaan&#8212;ongedeerd.
+Ofschoon hijgend van inspanning en verward door de ongewone gebeurtenissen, zag hij dadelijk dat Zabern zijn oplossing van
+het cijferbericht in de hand had.
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist op tijd!&#8221; zei de Maarschalk, die het verband tusschen Orloff&#8217;s brief en de verraderlijke daad van Michael onmiddellijk
+begreep. &#8220;Gabor en Lasco&#8212;ga in die kamer daar; de krijgsraad wacht je wanneer je er uit komt. Ik zal het met dien man alleen
+wel klaarspelen.&#8221;
+
+</p>
+<p>De beide soldaten gingen heen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Goedennacht, Michael,&#8221; fluisterde Gabor. &#8220;<i>Hem</i> zullen we niet weerzien. Ik ken den Maarschalk.&#8221;
+
+</p>
+<p>Nu Rob weer vrij was, zag hij dat hij zich in een gewelfde steenen kamer bevond, ongeveer twintig pas in &#8217;t vierkant, en slechts
+spaarzaam van meubelen voorzien. Tegen een der muren was een ijzeren kist met krammen bevestigd; Rob begreep instinctmatig
+dat de inhoud daarvan het doel van Michael&#8217;s onderneming geweest was.
+<span class="pageno">
+[288]
+</span></p>
+<p>Zabern deed een paar snelle schreden naar de kist, en scheen verlucht toen hij deze gesloten vond.
+
+</p>
+<p>Daarna wendde hij zich weer tot den soldaat, die verstijfd van schrik op den grond was blijven liggen, bovendien door Rob&#8217;s
+revolver in bedwang gehouden.
+
+</p>
+<p>Zabern vouwde de armen over elkaar, en zag den man met een vreeselijken blik aan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal niet vragen waarom je hier kwam. Jij en ik weten dat beiden. Je hebt het dus niet te pakken gekregen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Michael antwoordde niet.
+
+</p>
+<p>&#8220;Is het nog in de kist?&#8221;
+
+</p>
+<p>Michael bleef zwijgen. Hij scheen van ontzetting de spraak verloren te hebben.
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom zeg je niets?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen ik binnenkwam,&#8221; zei Rob, &#8220;hing hier een rooklucht.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern was meer dan eens een man genoemd, die nooit vrees had gekend. Ditmaal echter faalde die uitspraak. Zijn geheele wezen
+drukte de grootste vrees uit, toen hij zich de woorden herinnerde uit het papier dat hij in de hand hield:
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>Overbrenging van het document te gevaarlijk. Daarom dadelijk te verbranden.</i>&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Als je het gedaan hebt, kerel, vermoord ik je! Had je een sleutel? Geef op!&#8221;
+
+</p>
+<p>Steeds antwoordde Michael niet.
+
+</p>
+<p>De richting van zijn oogen volgend, zag Zabern een sleutel op den grond liggen. Hij opende er de kist mede, en vond dat deze
+niets dan eenig verkoold papier bevatte. Zijn gelaat nam zulk een afschuwelijk <span class="pageno">
+[289]
+</span>verwrongen uitdrukking aan, dat Rob onwillekeurig terugdeinsde. Een kreet om genade klonk door het vertrek, toen Zabern de
+revolver uit Rob&#8217;s handen rukte en op Micha&euml;l aanvloog. Een knal, een doffe slag&#8212;en daarna was alles stil. Het was zoo snel
+in zijn werk gegaan, dat Rob, met afgrijzen vervuld, geen tijd had gevonden tusschen beiden te komen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zonder krijgsraad!&#8221; zei hij streng. &#8220;Dat gebeurt in Holland niet!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Er zijn oogenblikken, waarop men niet met de voorschriften van een wet rekening kan houden,&#8221; antwoordde Zabern somber. &#8220;Die
+man wist een geheim, dat zelfs de meest vertrouwde leden van een krijgsraad niet behoorden te weten. Ik heb hem gevonnisd
+in het belang van den Staat.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En hoe zult ge die daad verantwoorden?&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern haalde schouders op.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zelfverdediging. Een soldaat brak in in het Paleis. Ik betrapte hem&#8212;toen hij zich verzette, schoot ik hem neer. En denk er
+aan,&#8221; sprak hij zoo dreigend, dat Rob naar de deur keek, als wilde hij ontvluchten, &#8220;wanneer ik niet wist dat ik op uw stilzwijgen
+vertrouwen kon, dan&#8212;schoot ik ook u hier op de plaats neer! In het belang van den Staat is <i>alles</i> geoorloofd.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob zweeg. Een zonderlinge vermenging van afkeer en bewondering voor dezen verschrikkelijken man vervulde hem. Eensdeels betreurde
+hij het, dat een beschaafd, verlicht land zulke geweldige naturen als Zabern noodig had, om zich tegenover dreigend buitenlandsch
+gevaar staande te houden; aan den anderen kant begreep hij, dat ook het humaanste, <span class="pageno">
+[290]
+</span>zedelijk hoogst-staande volk het onderspit moest delven in een strijd tegen brutale overmacht, zoo het niet werd aangevoerd
+door mannen als Zabern, mannen met ontembaren wil en ijzeren vuisten. Maar dit hoopte hij van ganscher harte: dat eenmaal
+de tijd zou aanbreken, waarin geweld en onrecht zouden wijken voor menschelijkheid en verstand, waarin Czernovi&euml; een vrij,
+gelukkig land zou zijn in een vrij, gelukkig Europa. En dat dan de Zaberns gemist konden worden!
+
+</p>
+<p>Terwijl Rob dit overdacht, had er eenige oogenblikken een pijnlijke stilte geheerscht. Rob verbrak die met de vraag:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat was de misdaad van dien man?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De afschuwelijkste misdaad die hij tegenover de Prinses plegen kon, en waardoor de vrijheid van geheel een volk werd vernietigd.
+Uw ontcijfering van het document is te laat gekomen, slechts enkele minuten te laat om ons van nut te zijn,&#8221; antwoordde Zabern
+bitter.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik begrijp u niet, Maarschalk.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarop is de vrijheid van Czernovi&euml; gegrond? Op het Charter, dat Keizer Nicolaas ons gaf, toen de Republiek op van Rusland
+gekochten grond gesticht werd. Dat Charter is nu tot asch verbrand. Ziedaar het eerste bedrijf van het drama. Het volgende
+zal zijn, zooals uit het cijferbericht blijkt, dat de Czaar een deputatie zendt, die de gronden verzoekt te vernemen, waarop
+Czernovi&euml; zich onafhankelijk meent te mogen verklaren. Welk antwoord kunnen we geven? Welke bewijzen voorbrengen? Zonder ons
+Charter zijn we aan de genade van Rusland <span class="pageno">
+[291]
+</span>overgeleverd. Zijn Ministers&#8212;Nicolaas Bardogolski, de in het document genoemde Minister van Buitenlandsche zaken in de voorste
+rij!&#8212;zullen volhouden dat zulk een Charter nooit werd verleend, dat onze vrijheid op een leugen berust, dat alle bestaande
+afschriften van dat stuk op een legende steunen, welke wij langzamerhand tot historie vervormd hebben. &#8220;Laat ons het origineel
+zien!&#8221; zullen ze zeggen, &#8220;Toon ons de autenthieke handteekening van den Czaar!&#8221; Begrijpt ge nu wat die man deed?&#8221;
+
+</p>
+<p>De duivelsche toeleg van het complot deed Rob huiveren van afkeer. En zijn gedachten gingen uit naar de Prinses, die op dat
+oogenblik rustig sliep in haar op ruimen afstand van hier gelegen kwartier van het reusachtig Paleis, nog onwetend van dit
+nieuwe gevaar dat haar troon bedreigde. Hij voelde nu minder medelijden met den ongelukkige die daar aan zijn voeten lag.
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom verzond hij het document niet naar Rusland?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De reden hebt ge in het cijferbericht gelezen. Het was minder gevaarlijk het dadelijk te vernietigen. En zooals ge gezien
+hebt, had Orloff, de handlanger der Russische Regeering, dat goed begrepen. Had deze man het Charter immers bij zich gestoken,
+dan was het nu weder in ons bezit. O, ik kan mezelf vervloeken dat ik dit niet voorkomen heb! &#8220;Bewaarder van het Charter,&#8221;
+luidt een mijner titels. Een goed bewaarder inderdaad! Gelukkig weten u en ik alleen, dat het complot gelukt is, want die
+beide soldaten daar begrijpen er niets van. Ze weten niet eens wat een Charter is, nog minder dat het hier bewaard werd.&#8221;
+<span class="pageno">
+[292]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ik vrees, Maarschalk, dat er anderen zijn die het weten,&#8221; zei Rob, een lantaarn met blauw glas oprapend. &#8220;Ik zag een teeken
+geven met deze lantaarn&#8212;wat werd daarmee anders bedoeld dan een ergens opgesteld handlanger te berichten dat het Charter verbrand
+was?&#8221;
+
+</p>
+<p>De Maarschalk stiet een vloek uit.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan kunnen we het gezantschap van den Czaar spoedig verwachten,&#8221; zei hij.
+
+</p>
+<p>Naar het venster gaande, onderzocht hij de tralies.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het doorvijlen van die zware staven moet meer dan &eacute;en nacht hebben gekost. Hoe is het mogelijk dat de post op de borstwering
+dit niet belette?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij maakte zelf deel uit van die post,&#8221; zei Rob. &#8220;Dat herinnert me er aan, dat er nog een man daarginds ligt; ik sloeg hem
+neer met zijn eigen wapen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Nog een? Bij alle duivels! Dat je dien vergeten kon! Wanneer hij eens ontsnapt was met het bericht van wat hier was gebeurd!&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern snelde de kamer uit, en klom een wenteltrap op die naar het dak leidde. Rob volgde hem op den voet. De schildwacht
+lag nog op de plaats waar Rob hem gelaten had. Zabern onderzocht hem slechts een oogenblik.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij zal nooit weer den verrader spelen. Ge hebt hem den schedel verbrijzeld. En &oacute;ok zonder een krijgsraad!&#8221; voegde hij er
+droog bij.
+
+</p>
+<p>Na Gabor en Lasco geroepen te hebben, gaf Zabern hun aanwijzingen om de twee lijken weg te brengen; tevens beval hij de strengste
+geheimhouding over het gebeurde.
+
+
+</p>
+<p></p>
+<div class="divFigure">
+<p class="legend"><img border="0" src="images/p292.jpg" alt="Zabern onderzocht hem slechts een oogenblik. (pag. 292)"></p>
+<p class="figureHead">Zabern onderzocht hem slechts een oogenblik. (pag. 292)</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Daarna liep hij, met Rob naast zich, eenigen tijd somber en zwijgend langs de galerij.
+<span class="pageno">
+[293]
+</span></p>
+<p>&#8220;Die twee worden morgen naar een garnizoen in &#8217;t Westen verplaatst,&#8221; zei hij, op de beide soldaten doelend, die nu met hun
+last de trap afgingen. &#8220;Vertrouwbaar zijn ze, geloof ik, wel,&#8212;maar wie <i>is</i> er welbeschouwd te vertrouwen, niet waar? Mijn spreuk is: &#8220;wees tegenover iedereen op je hoede&#8212;vooral tegenover je zelf.&#8221;
+Ik had gedacht mijn omgeving nu langzamerhand van verraders gezuiverd te hebben, maar, zooals ge ziet, ze huizen overal.&#8221;
+
+</p>
+<p>Er was nog een punt in de kwestie, dat Rob niet duidelijk was. Daarom vroeg hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe is het eigenlijk mogelijk, dat het complot uitgevoerd werd, terwijl toch de brief in onze handen viel, in plaats van
+aan zijn adres terecht te komen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Mogelijk werden er twee boodschappers uitgezonden, of werd Orloff ongerust toen Russakoff niet binnen een vastgestelden tijd
+terugkwam, en stuurde hij een anderen brief&#8212;die helaas het verlangde resultaat ten gevolge had.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Gelooft u, dat de Russische Regeering dit plan op touw heeft gezet?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zou ik niet direct willen verzekeren. Wel ben ik ervan overtuigd, dat, zoo ze niet de oorspronkelijke opsteller van het
+plan is, haar toch elk wapen welkom was dat men tegen Czernovi&euml; wist te smeden. En wie aan deze zijde van de grens de Russen
+in de kaart speelt, dat behoef ik u niet te zeggen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De Hertog van Bora?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie anders? En toch ontbreekt me het tastbare bewijs van zijn verraad. Misschien had ik beter gedaan dien Michael te laten
+leven. Hij zou heel wat hebben kunnen vertellen...&#8221;
+<span class="pageno">
+[294]
+</span></p>
+<p>&#8220;Maar bewijst het niets tegen den Hertog, dat hij in &#8217;t bezit was van een exemplaar van de Eumeniden, waarin cijfers waren
+opgeteekend&#8212;terwijl nu gebleken is, dat de sleutel uit dat boek te vinden was? Juist de omstandigheid dat ik hem in het Hotel
+Czernovi&euml; dat boek in de hand zag hebben, terwijl ook de laatste woorden van den Secretaris er op doelden, bracht mij op het
+spoor.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeker bewijst dat iets&#8212;in onze oogen althans. En meer nog: in de gevangenis scheurde de Hertog dat boek aan stukken. Maar
+wat zullen zijn verdedigers zeggen? &#8220;Een toevallige samenloop van omstandigheden!&#8221; Bovendien durf ik den Hertog op dat vermoeden
+niet voor een rechtbank brengen; de rechters zouden het verschrikkelijke feit vernemen dat Czernovi&euml; zonder Charter is, een
+geheim dat voor iedereen, ook voor de Prinses verborgen moet blijven. Laat Hare Hoogheid dit nooit hooren; zij heeft reeds
+genoeg te dragen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Vertrouw op mijn stilzwijgen, Maarschalk,&#8221; antwoordde Rob.
+
+</p>
+<p>De ochtend begon aan te breken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu moeten we gaan slapen,&#8221; zei eindelijk de Maarschalk. &#8220;Czernovi&euml; gaat moeielijke tijden tegemoet. Maar ik zal op mijn post
+zijn. Peter de Groote zei: &#8220;er zijn drie Joden noodig om slimmer te zijn dan een Rus.&#8221; Welnu: er zullen heel wat Russen noodig
+zijn om slimmer te zijn dan Zabern.&#8221;
+
+
+
+<span class="pageno">
+[295]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e4843"></a></p>
+<h1 class="label">Een en twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Het gezantschap van den Czaar.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Felix aanvaart zijn nieuwe betrekking.&#8212;Graaf Feodor Orloff, Gezant van den Czaar, doet eenige brutale vragen.&#8212;Elizabeth antwoordt
+hem zeer beleefd.&#8212;Katina wordt eerst tegen haar zin, daarna vrijwillig gevangen.&#8212;Zabern schrijft een brief.&#8212;
+</p>
+</div>
+<p>Den volgenden morgen werd Felix in de Witte Zaal ontboden, waar hij, onder de aangename leiding der Prinses zelve, in de geheimen
+van zijn nieuwe betrekking werd ingewijd. Tot dusver liepen de gebeurtenissen hem mee; ongetwijfeld had hij geen beteren weg
+kunnen vinden om leidende macht te verkrijgen in de staatsaangelegenheden van Czernovi&euml;.
+
+</p>
+<p>Zij, die aan de geruchten hadden geloofd, die van een uit vroeger tijden dateerende relatie tusschen de Prinses en Felix gewaagden,
+konden uit de verhouding dier beide personen tot hun verwondering niets opmaken, dat die geruchten ook maar eenigermate bevestigde.
+Zoo ongedwongen als natuurlijk hun omgang was wanneer zij samen waren, zoo voorzichtig gedroegen zij zich in het openbaar.
+Geen blik, geen woord verried hun geheim; Felix behield steeds de bescheiden <span class="pageno">
+[296]
+</span>houding van den ondergeschikte, Elizabeth de autoritaire waardigheid van een Vorstin.
+
+</p>
+<p>Aan Zabern&#8217;s scherp oog was het mysterie niet ontsnapt, dat deze twee menschen klaarblijkelijk aan elkaar verbond; wat hij
+echter ook van de keuze der Prinses dacht, de voorzichtige Maarschalk liet daarvan niets raden. Hij zag in de toekomst dingen,
+die voor anderen nog verborgen waren, en, vast overtuigd, dat Felix verborgen redenen had om de onafhankelijkheid van Czernovi&euml;
+te bevorderen, begreep hij te goed dat deze vreemdeling hem in zijn overeenkomstige plannen van groot nut kon zijn, dan dat
+hij zich verzetten zou tegen een toenadering, die hij eer aanmoedigde dan vreesde.
+
+</p>
+<p>Een van de eerste dingen, die Elizabeth met haar Secretaris besprak, was het tooneel, dat tusschen Ravenski en haar had plaats
+gehad. Zij had aan de bedreigingen van dien man in het begin niet te veel waarde gehecht, wetend dat hij even laf als ego&iuml;st
+was, en geen persoon om zich in ernstige politieke verwikkelingen te wagen. Het artikel in de Kolokol had haar echter doen
+opschrikken, en ze vertelde nu aan Felix het gebeurde, hopend dat hij raad zou weten te verschaffen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Voorloopig kunnen we niet anders doen dan dien man in &#8217;t oog houden,&#8221; zei Felix. &#8220;En ten slotte is het misschien het beste
+om de geruchten, die hij heeft opgewekt, niet tegen te spreken. Zeker, hij heeft het bewijs, ten minste een moreel bewijs,
+dat je niet van plan bent in een huwelijk met Bora toe te stemmen, maar wat doet dit er eigenlijk toe? Dat je met iemand anders
+hoopt te trouwen, iemand, die <span class="pageno">
+[297]
+</span>door Rusland nooit zal erkend worden&#8212;dat weet hij niet, en daarin ligt toch eigenlijk de hoofdzaak. Bovendien, het Congres
+heeft alleen bepaald, dat je geen huwelijk mag sluiten zonder toestemming van Rusland, maar er is nooit gezegd, dat je niemand
+anders kiezen mag dan den Hertog van Bora!&#8221;
+
+</p>
+<p>Intusschen had de Hertog verscheiden dagen in de citadel doorgebracht. Zijn arrestatie was aanleiding geweest tot een vraag
+van Lipski, den afgevaardigde van Russograd, die in de kamer de Regeering daaromtrent had ge&iuml;nterpelleerd, klaarblijkelijk
+met het doel die arrestatie onwettig te doen verklaren. Zabern had kort geantwoord, dat dit een zaak was die den geachten
+afgevaardigde niet aanging; waarop de geachte afgevaardigde een rede van twee uren hield om te betoogen dat, de Hertog Lid
+der Kamer zijnde, zijn arrestatie de geheele Kamer, en dus ook hem, Lipski, aanging. Hetgeen Zabern beantwoordde door te zeggen,
+dat de rechter wel zou uitmaken wie gelijk had. De Hertog had zich bovendien vrijwillig overgegeven, en toonde zich niet tegen
+zijn gevangenneming te willen verzetten. De Minister zou echter de Prinses in overweging geven den Hertog in afwachting van
+het vonnis op vrije voeten te stellen.
+
+</p>
+<p>Deze laatste mededeeling was het gevolg van een gesprek tusschen Felix en de Prinses, waarin deze laatste gezegd had:
+
+</p>
+<p>&#8220;De striem is nu van je wang verdwenen, Felix; als je er geen bezwaar tegen hebt, zouden we den Hertog voorloopig wel zijn
+vrijheid kunnen teruggeven.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix had hiertegen natuurlijk geen bezwaren, protesteerde zelfs dat Elizabeth de beslissing van hem deed <span class="pageno">
+[298]
+</span>afhangen; en zoo ging er een order naar de citadel, waarbij de gevangene ontslagen werd. Nu bereidde Elizabeth zich op nieuwe
+moeilijkheden voor. Want als Bora vernemen zou, dat Elizabeth klaarblijkelijk alles in het werk stelde om een huwelijk met
+hem te verijdelen, zou hij niet nalaten zich openlijk haar vijand te toonen.
+
+</p>
+<p>Dien zelfden avond werd Felix bij Zabern geroepen, die hem in een sombere stemming ontving.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het vermoeden van uw vriend was juist,&#8221; zei hij tot Felix, die omtrent het avontuur van Rob was ingelicht, &#8220;dat signaal met
+het blauwe licht was ongetwijfeld een afgesproken teeken met een handlanger. Het verbranden van het Charter is aan derden
+bekend geworden. Het complot breidt zich uit. Wie denkt ge dat over enkele dagen hier zal zijn? Feodor Orloff!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Orloff!?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Niemand anders dan hij. Als afgezant van den Czaar komt hij een audi&euml;ntie vragen bij de Prinses. Ge begrijpt het doel van
+zijn komst?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij wil zeker het Charter zien!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Natuurlijk!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar wordt het dan geen tijd dat we de Prinses alles vertellen? Wat moeten we doen wanneer ze hem op zijn vraag antwoordt,
+dat hij het Charter zal mogen zien?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zal ze niet doen. Ik heb haar overtuigd dat dit verkeerd zou zijn, dat we door zulk een toegevendheid een gevaarlijk
+voorbeeld zouden stellen. Het gaat niet aan, ons maar door elke deputatie die er lust toe heeft, naar onze huishoudelijke
+aangelegenheden te <span class="pageno">
+[299]
+</span>laten vragen. Geloof me, de Prinses zal hem weten te antwoorden. Een diplomatiek gesprek is haar toevertrouwd.&#8221;
+
+</p>
+<p>Acht dagen later maakte Prinses Elizabeth zich gereed audi&euml;ntie te verleenen aan Graaf Feodor Orloff, Gouverneur van Warsim,
+buitengewoon gezant van Zijne Keizerlijke Majesteit den Czaar.
+
+</p>
+<p>Eenige minuten v&oacute;or dit onderhoud plaats had, gebeurde er een zonderling tooneel in het studeervertrek van Zabern. Juist toen
+de Maarschalk zich gereed maakte dit heiligdom te verlaten, werd de deur geopend, en Katina Ludovska door een viertal soldaten,
+die daarna weer vertrokken, binnengebracht.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn spionnen hebben je dus gevonden,&#8221; zei hij met een glimlach van voldoening. &#8220;Waar heb je je de laatste dagen opgehouden?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dus is het waar, dat ik op uw bevel gevangen genomen ben!&#8221; riep Katina met fonkelende oogen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Volkomen waar. Deze kamer zal voorloopig je verblijf zijn. Kijk eens, hoe gemakkelijk, ja weelderig, ik ze voor je heb ingericht.
+De vensters zijn getralied, maar om zoo&#8217;n kleinigheid zal je wel niet geven.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom ben ik hier?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Om je leven te sparen. Weet je wel, Katina, dat, wanneer je Orloff doodschoot, ik, als Minister van Justitie, zou moeten
+zorgen dat je ter dood veroordeeld werd?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dus u hebt mijn plan geraden,&#8221; zei ze bitter.
+
+</p>
+<p>&#8220;En ik moet het verijdelen. Kom, Katina, wees verstandig. Waarom zou je je in gevaar brengen. Door den gezant van den Czaar
+te vermoorden zou <span class="pageno">
+[300]
+</span>je bovendien een reden doen ontstaan om Czernovi&euml; te annexeeren&#8212;een land waar onschendbare personen niet veilig zijn!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En ge zoudt me dus mijn wraak ontnemen?&#8221; zei Katina met een gebaar van wanhoop. &#8220;Welke andere gelegenheid zal ik er nu ooit
+voor hebben? Wanneer men me in Rusland niet te goed kende, was ik al lang de grens overgegaan om hem neer te schieten. Maar
+zoodra ik een voet in Rusland zette, zou ik gegrepen en weer naar Orenburg gezonden worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik voel alles voor je boosheid, en ik zou hoogstwaarschijnlijk even zoo doen als ik Katina was. Maar ik ben Zabern, zie je,
+en ik moet het eerst denken aan de belangen van het Gouvernement. Schiet Orloff op neutraal terrein dood&#8212;prachtig! Maar hier
+op Czernovischen grond zouden we zelfs den duivel moeten respecteeren wanneer hij in de gedaante van gezant kwam.&#8221;
+
+</p>
+<p>In de verte klonk nu een fanfare van trompetten, ten teeken dat de ambassade den ingang van het Paleis had bereikt.
+
+</p>
+<p>Dit geluid scheen Katina razend te maken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dus hij zal hier met praal en pracht ontvangen worden, terwijl ik niets mag doen om me te wreken! Naar de hel met de politiek!&#8221;
+riep ze hartstochtelijk. &#8220;Ga opzij. Ik laat me niet tegenhouden!&#8221;
+
+</p>
+<p>Ze snelde naar de deur, maar Zabern was op zijn hoede, en stelde zich met uitgespreide armen in den weg.
+
+</p>
+<p>Toen zag Katina het nuttelooze van haar pogingen in, en ze viel moedeloos in een stoel neer.
+<span class="pageno">
+[301]
+</span></p>
+<p>Zwijgend ging Zabern heen, de deur zorgvuldig achter zich sluitend.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Elizabeth had last gegeven de audi&euml;ntie met groote pracht te doen plaats hebben. De Troonzaal, een reusachtige ruimte, welker
+gewelfd dak schitterde van het goud, was er voor uitgekozen. De wanden waren beschilderd met tooneelen uit de geschiedenis
+van Czernovi&euml; en Nederland; de meubels waren met het zeldzaamste en kunstigste snijwerk versierd.
+
+</p>
+<p>Langs de muren stonden de reusachtigste grenadiers, die de Lijfgarde bezat; in hun onbewegelijkheid leken ze eer op beelden
+dan op menschen.
+
+</p>
+<p>Aan elke zijde van den troon, waarop Elizabeth in een wit satijnen kleed, waarover een purperen statiemantel, had plaats genomen,
+stonden de Ministers en andere hoogwaardigheidsbekleeders, grootendeels mannen die elk oogenblk gereed waren voor de Prinses
+te sterven.
+
+</p>
+<p>Felix, achterwaarts van den troon aan een kleine marmeren tafel gezeten, belast met het opteekenen van wat er dien middag
+gesproken zou worden, kon niet nalaten de po&euml;tische pracht van het geheel te bewonderen. En toch speelden hem in dit <span class="corr" title="Bron: oogenbllk">oogenblik</span> toekomstdroomen door het hoofd, die zeer van deze werkelijkheid verschilden. Hij was zeer zeker niet ongevoelig voor het
+indrukwekkende, dat van de zaal, de uniformen, de ceremoni&euml;n, kortom van dit geheele schitterende tooneel uitging; maar zijn
+gedachten waren naar den eenvoud van vroeger teruggegaan, en zijn geheele levensopvatting deed hem vurig verlangen naar een
+nieuw, hervormd toekomst-Czernovi&euml;, <span class="pageno">
+[302]
+</span>een Oranje-Republiek, waar niet de praal, maar de wijsheid zou heerschen, waar niet de machtigste en rijkste, maar de edelste
+en verstandigste mannen den Staat zouden leiden, uit welke klasse der maatschappij ze ook mochten zijn voortgekomen. Hij wist
+dat <span class="corr" title="Bron: Elisabeth">Elizabeth</span> deze denkbeelden deelde, maar beiden begrepen ze, dat de tijd daarvoor nog niet gekomen was, dat de tegenwoordige omstandigheden
+zelfs zulke verouderde tentoonspreidingen van macht en uiterlijke praal eischten.
+
+</p>
+<p>De gezant van den Czaar was een man van reusachtigen lichaamsbouw, in een schitterende uniform gestoken. Zijn gelaatsuitdrukking
+wees op een ruwe en wreede natuur; hij was juist om zijn onbesuisde en brutale manier van optreden voor deze zending uitgekozen,
+in de hoop dat zijn ruwheid de Prinses tot onvoorzichtige, door toorn ingegeven antwoorden zou verlokken, waaruit Rusland
+reden tot moeielijkheden zou kunnen putten. Daarom had Elizabeth, door Zabern gewaarschuwd, zich voorgenomen den gezant, hoe
+onbeschaamd hij zich mocht uitlaten, niet in de kaart te spelen.
+
+</p>
+<p>Toen Orloff binnenkwam, wisselden Zabern en Felix een blik, waaruit hun verachting sprak voor dezen man, den beul van Katina,
+den bewerker van den aanslag op Czernovi&euml;&#8217;s onafhankelijkheid.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zijn overgrootvader was al een misdadiger,&#8221; fluisterde Zabern Felix toe.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat misdeed zijn overgrootvader?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij vermoordde een Czaar. Wist je dat niet? Hij is de afstammeling van Gregorius Orloff.&#8221;
+
+</p>
+<p>Ofschoon het onrechtvaardig was zich te laten leiden <span class="pageno">
+[303]
+</span>door wat een voorzaat van Orloff gedaan had, voelde Felix toch zijn afkeer van dien man toenemen. Dat zoo&#8217;n man als gezant
+tegenover Elizabeth moest staan!
+
+</p>
+<p>Orloff had zijn lederen handschoenen uitgetrokken, en het leek Felix alsof zijn zware, breede handen dezelfde waren die den
+ongelukkigen Czaar Peter&nbsp;III de keel hadden <span class="corr" title="Bron: dichgeknepen">dichtgeknepen</span>.
+
+</p>
+<p>Met een zonderlinge mengeling van nederigheid en trots knielde de gezant voor den troon, en, na zijn geloofsbrieven te hebben
+overhandigd, richtte hij zich weer in zijn volle lengte op, en begon met luide stem:
+
+</p>
+<p>&#8220;Zijne Majesteit de Czaar, Keizer aller Russen&#8221;&#8212;hier volgde een lange rij titels, waaronder ook &#8220;Suzerein van Czernovi&euml;,&#8221;
+een titel die velen fluisteren deed: &#8220;voor hoe lang nog?&#8221;&#8212;&#8220;verzoektte mogen vernemen of de Prinses voornemens is zich in een
+huwelijk te begeven zonder toestemming van hem, den Czaar?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ofschoon ik het recht van den Czaar ontken om mij deze vraag te stellen,&#8221; antwoordde Elizabeth rustig, &#8220;behaagt het mij nochtans
+die te beantwoorden. Men schrijft mij geheel ten onrechte het voornemen toe tot een huwelijk&#8212;zoodat dus ook de mogelijkheid
+niet bestaat van een huwelijk zonder toestemming van den Czaar.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;In dat geval verzoekt de Czaar te mogen weten, welke bezwaren er van de zijde der Prinses zouden zijn tegen een huwelijk
+met een door hem, den Czaar, aan te wijzen toekomstig Prins-Gemaal?&#8221;
+
+</p>
+<p>Op deze vraag volgde het laconieke antwoord:
+
+</p>
+<p>&#8220;Voorloopig deze drie bezwaren: ten eerste dat die toekomstige Prins-Gemaal klaarblijkelijk nog niet aangewezen is, ten tweede
+dat de zekerheid nog niet bestaat of hij die aanwijzing zou volgen; ten derde <span class="pageno">
+[304]
+</span>dat&#8212;ingeval hij ze volgde&#8212;mijn antwoord op zijn aanzoek nog twijfelachtig is.&#8221;
+
+</p>
+<p>Orloff, die gehoopt had een formeele weigering tegenover den Hertog te zullen vernemen, was niet weinig uit &#8217;t veld geslagen
+door dit diplomatieke en toch zeer duidelijke antwoord, dat een glimlach bij de aanwezigen opwekte.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal Uw antwoord aan den Czaar overbrengen,&#8221; zeide Orloff. Daarna ging hij tot het tweede punt over.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Czaar moet tot zijn leedwezen constateeren, dat een inbreuk op de Russische rechtsmacht is gepleegd, door een zijner bloedverwanten,
+den Hertog van Bora, op Russischen bodem te doen arresteeren.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hebt gij een bewijs voor deze voorgewende schending?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Voorgewende schending?&#8221; riep Orloff met geveinsde verbazing. &#8220;Beteekent dit twijfel aan het woord van den Czaar?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;In zooverre, Graaf Orloff, dat ik als ooggetuige kan verklaren den Hertog op Czernovisch gebied te hebben zien arresteeren.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Van Russische zijde verklaren twee getuigen het tegengestelde.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Die getuigen zijn?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De Secretaris van den Hertog, Baron d&#8217;Ostrova, en een Kozak die aan de grens op schildwacht stond.&#8221;
+
+</p>
+<p>Een gemompel van verontwaardiging over deze woorden ging door de zaal.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het woord van een Prinses weegt wel tegen die verklaringen op. En die Prinses, Graaf Orloff, beroept zich op andere getuigen
+dan een Kozak! De Hertog van Bora wordt verzocht nader te komen.&#8221;
+<span class="pageno">
+[305]
+</span></p>
+<p>En tot verbazing van den Graaf, die met de aanwezigheid van den eerst kortelings in vrijheid gestelden Hertog onbekend was,
+trad Bora tot voor den troon. Hij had niet verwacht zoo opeens tot getuige geroepen te worden, en hoezeer met tegenzin, voelde
+hij zich gedwongen hier, in het bijzijn van hen die zijn arrestatie gezien hadden, de waarheid te zeggen.
+
+</p>
+<p>Met een gedwongen glimlach boog hij voor zijn mede-samenzweerder.
+
+</p>
+<p>&#8220;Inderdaad moet er hier een vergissing in het spel zijn,&#8221; sprak hij. &#8220;Mijn arrestatie geschiedde aan de Czernovische zijde
+der grens.&#8221;
+
+</p>
+<p>Orloff kon niet zeggen dat het hem meeliep; hij liet daarom dit punt rusten en ging voort:
+
+</p>
+<p>&#8220;Er zijn twee strafbare feiten gepleegd, waaromtrent de Czaar nader ingelicht verzocht te worden: ten eerste een duel op Russisch
+grondgebied, ten tweede omkooping van een Russisch schildwacht ten einde dat duel mogelijk te maken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Diezelfde eerlijke Kozak,&#8221; vroeg Elizabeth vriendelijk, &#8220;wiens getuigenis ge zooeven tegen mij gebruiken wilde?&#8221;
+
+</p>
+<p>Een glimlach ging door de vergaderzaal.
+
+</p>
+<p>Orloff fronste de wenkbrauwen, ging niet op Elizabeth&#8217;s vraag in, en vervolgde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Daarom wenscht de Czaar, wegens inbreuk op de Russische wet, de uitlevering van twee personen: den Hertog van Bora, en den
+Hollander Van Heelstra, thans Uwer Hoogheids Secretaris.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn Secretaris,&#8221; antwoordde Elizabeth, &#8220;is zooals u hem terecht noemt, Hollander. Het zal daarom voorzichtiger zijn te wachten,
+totdat de Hollandsche <span class="pageno">
+[306]
+</span>gezant te St. Petersburg geraadpleegd is. En dan blijft het nog de vraag in hoeverre de wetten uitlevering toestaan. Om geen
+ongelijkheid in &#8217;t leven te roepen, moet ook de kwestie betreffende de uitlevering van den Hertog blijven rusten tot die vraag
+is beantwoord. De Hertog kan trouwens het land niet verlaten eer de rechtbank zijn zaak geheel heeft onderzocht.&#8221;
+
+</p>
+<p>Orloff begreep, dat hij niet veel verder kwam. De Prinses beantwoordde zijn vragen welwillend en afdoende, zoodat er geen
+enkele reden te vinden was om zich over de ontvangst te Slavowitz te beklagen. Maar Orloff had nog andere pijlen in zijn koker,
+en maakte zich gereed die af te schieten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Uwe Hoogheid beroept zich op wetten en voorrechten, waarvan het recht van bestaan zou kunnen betwijfeld worden. Berusten
+zij op het Charter van Czaar Alexander?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk, ik verzoek u een afschrift van het Charter te doen brengen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Vergeef me, Hoogheid,&#8221; zei Orloff snel, een blik wisselend met Bora, die door Zabern gezien en begrepen werd, &#8220;geen afschrift!
+Ik zou gaarne het oorspronkelijk document zien.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth zag hem onderzoekend aan, zonder te vermoeden welk verraderlijk doel zijn vraag had.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge wilt het oorspronkelijk document zien? Dat is een zonderling verlangen. Het Charter werd in duplo geteekend, het voor
+Rusland bestemde exemplaar werd in de archieven van het Kremlin gedeponeerd&#8212;waarom hebt ge <i>uw</i> origineel niet geraadpleegd? Wat doet u in Czernovi&euml; zoeken, hetgeen in uw eigen land te vinden is?&#8221;
+<span class="pageno">
+[307]
+</span></p>
+<p>&#8220;De omstandigheid, Prinses, dat wij in het Kremlin tevergeefs zochten. Wij hebben de beweerde aanwezigheid van dat document
+niet kunnen constateeren.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De <i>beweerde</i> aanwezigheid?&#8221; herhaalde Elizabeth verbaasd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja,&#8221; antwoordde Orloff, met zulk een onbeschaamden grijnslach, dat men hier en daar een sabel ten halve uit de schee hoorde
+vliegen. &#8220;Ja&#8212;want de waarheid is dat Czernovi&euml; nooit zulk een Charter bezeten heeft. Hoe het den eersten zoogenaamden President
+der Oranje-Republiek gelukt is, met den koop der gronden van Rusland enkele vrijheden te verkrijgen, is ons onbekend; vast
+staat echter dat het verhaal betreffende een Charter, door den Czaar verleend, een samenweefsel van leugens moet zijn, waaraan
+weldra een einde zal gemaakt worden. De Russische Regeering bezit de bewijzen, dat de onafhankelijkheid van Czernovi&euml; op een
+legende berust.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth lichtte de hand op om aan het toornig gemompel der vergadering een einde te maken.
+
+</p>
+<p>&#8220;En uit het niet-bestaan van het Charter zou volgen&#8212;?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat Czernovi&euml;, evenals de andere provinci&euml;n, onder het rechtstreeksch bestuur van Rusland behoort te staan.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth zag den gezant verachtelijk aan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Gedurende een eeuw hebben zich dus, volgens u, de slimme Russische staatslieden, uit wier midden gij gekozen zijt, om den
+tuin laten leiden! En erger nog: het Congres van St. Petersburg heeft twee grootmachten in Rusland&#8217;s onvergeeflijke domheid
+doen deelen. Vestig de aandacht van den Czaar eens op het decreet van dat Congres, Graaf Orloff: d&aacute;&aacute;rvan zal het origineel
+<span class="pageno">
+[308]
+</span>wel niet verdwenen zijn! Het behelst onder anderen deze zinsnede: &#8220;De Staat van Czernovi&euml; zal volgens het door den Czaar verleende
+Charter bestuurd worden, behoudens de bij dit Congres nader aangeduide omschrijvingen. Rusland, Oostenrijk en Duitschland
+worden gevolmachtigd de uitvoering van dit besluit te bewaken.&#8221; Zie, Graaf Orloff, zoo sprak het Congres. Het nam dus het
+bestaan van het Charter aan. En nu zou de Czaar het ontkennen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Inderdaad, Hoogheid. Alleen wanneer het Charter mij getoond werd, zou de Czaar van zijn twijfel terugkomen. En ik geloof
+dat het U een kleine moeite zou kosten mij op dit punt tevreden te stellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk Zabern is de Bewaarder van het Charter. Hij zou u zeer zeker het in den oostelijken vleugel van het paleis bewaarde
+Charter kunnen laten zien. Ik meen echter...&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Vergun mij op te merken,&#8221; viel Zabern de Prinses in de rede, &#8220;dat het Charter sinds eenige maanden niet meer in het Paleis
+berust. Vrees voor brandgevaar deed mij besluiten het in de Czernovische Bank te deponeeren, waar het absoluut veilig is.
+Het exemplaar, waarvan Uwe Hoogheid spreekt, is een afschrift, te Uwer eventueele raadpleging gereedliggend.&#8221;
+
+</p>
+<p>De natuurlijke wijze waarop Zabern sprak deed Felix zelf bijna de dupe dezer woorden worden. Te meer maakten ze indruk op
+Orloff, wiens gezicht ontsteltenis uitdrukte. Het Charter in den oostelijken vleugel een afschrift! Dus het complot had slechts
+de vernietiging van een waardeloos stuk papier ten gevolge gehad&#8212;Czernovi&euml; stond vast als te voren!
+
+</p>
+<p>Orloff&#8217;s schrik en verslagenheid werden door Bora&#8217;s <span class="pageno">
+[309]
+</span>gelaat weerspiegeld. Felix zag het, en hij was benieuwd hoe de man zich hieruit redden zou.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik moet dus aannemen,&#8221; sprak hij, &#8220;dat men den gezant van den Czaar weigert, het Charter te onderzoeken?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Volstrekt niet, Graaf Orloff,&#8221; antwoordde Elizabeth op haar beminnelijksten toon. &#8220;Ik betwijfel echter of Rusland de voorzichtigheid
+niet te buiten gaat, door dit onderzoek zonder Oostenrijk en Duitschland te willen verrichten, die toch bij het Petersburger
+Congres dezelfde rechten van toezicht ontvingen. <i>Zij</i> hebben geen twijfel aan &#8217;t bestaan van het Charter geopperd. Een gezantschap der <i>drie</i> Mogendheden zal ik zeer gaarne in de gelegenheid stellen het gevraagde onderzoek te verrichten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Orloff voelde de nieuwe moeielijkheid die hier in &#8217;t leven werd geroepen. Het was ontwijfelbaar, dat Rusland ten opzichte
+van Czernovi&euml; geen ingrijpende maatregelen kon nemen zonder de beide andere mogendheden daar in te kennen, die op hun beurt
+niet zeer geneigd zouden zijn mede te werken in een onderneming, waarbij alleen Rusland winnen kon. Nog &eacute;en kans zag Orloff
+open, zij &#8217;t dan ook dat hij daarvan geen dadelijk gebruik kon maken.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Czaar is voornemens Uwe Hoogheid niet slechts den personeelen titel van Prinses te blijven toekennen, die Zijne Majesteit
+U eertijds als blijk zijner gunst en vriendschap verleende, doch op een nader te bepalen tijdstip U als Prinses van Czernovi&euml;
+te doen kronen, waartoe de instemming van Oostenrijk en Duitschland reeds is verkregen. Ik zou het mij tot een voorrecht rekenen,
+Zijne Majesteit Uw <span class="pageno">
+[310]
+</span>ingenomenheid met dit plan te mogen overbrengen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth had dit allerminst verwacht; zij begreep dat het een begin was om de nog slechts in naam bestaande Republiek tot
+een monarchie, een vazalstaat, daarna een bezitting van Rusland te vervormen. In haar onzekerheid omtrent het te geven antwoord,
+zag zij Zabern van ter zijde aan; deze vertrok geen spier, doch knikte alleen nauw merkbaar toestemmend met het hoofd.
+
+</p>
+<p>De Prinses begreep dit teeken, en antwoordde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Voorloopig voel ik geen bezwaar deze vriendschapsbetuiging van den Czaar, waarin ik overigens slechts een formaliteit zie,
+te aanvaarden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Orloff, ofschoon hiermee slechts ten halve tevredengesteld, was zoo verheugd eenig terrein gewonnen te hebben, dat hij gretig
+de nu volgende vraag stelde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer de plechtigheid der kroning plaats heeft, zal het noodzakelijk zijn, eenige wijzigingen aan te brengen in het Charter&#8212;in
+zooverre immers het bestaan daarvan door U wordt volgehouden. Ingrijpende veranderingen zullen dat niet zijn; louter onbeteekenende,
+doch naar den vorm noodzakelijke wijzigingen, waartegen Uwe Hoogheid in geen geval bezwaren zult hebben. Ik mag er ongetwijfeld
+op rekenen, dat bij die plechtige gelegenheid het Charter, waarop Uwe Hoogheid den eed van trouw ook in Uw nieuwe waardigheid
+zult hebben te hernieuwen, aan het volk en aan de vertegenwoordigers van den Czaar zal vertoond worden?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik noodig u, Graaf Orloff, in &#8217;t bizonder uit, met Maarschalk Zabern zitting te nemen in den Kanselarij-Raad, in welker handen
+ik dien eed zal afleggen.&#8221;
+<span class="pageno">
+[311]
+</span></p>
+<p>&#8220;Onder nadere goedkeuring van mijn Keizerlijken meester reken ik het mij tot een voorrecht die onderscheiding aan te nemen,&#8221;
+zei Orloff, door den rustigen en vasten toon, waarop de Prinses die woorden sprak, nog sterker geschokt in zijn geloof aan
+het verbranden van het echte Charter.
+
+</p>
+<p>Wat Zabern betreft, hij voelde dat de Prinses, ofschoon niet anders kunnende handelen, een gevaarlijke belofte gedaan had.
+Wat zou het gevolg zijn, wanneer op den Kroningsdag inderdaad het Charter bleek te ontbreken? Er welde een vraag naar zijn
+lippen, die in het volgende oogenblik door de Prinses werd uitgesproken, zij het ook door een geheel andere overweging daartoe
+geleid. Er kwam een lichte trek van spot op haar gelaat, toen ze vroeg:
+
+</p>
+<p>&#8220;Uw gebieder is zoo welwillend, Graaf Orloff, klaarblijkelijk tot den dag der Kroning het bestaan van ons Charter nog als
+bewezen aan te nemen. Wanneer nu echter op dien dag zijn vermoedens omtrent het niet-bestaan van dat document inderdaad gegrond
+blijken te zijn?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zijne Majesteit heeft mij niet gemachtigd die vraag te beantwoorden, Prinses,&#8221; sprak Orloff. &#8220;Ik meen echter mijn bevoegdheid
+niet te buiten te gaan, door U nu reeds te verzekeren, dat daarvan ongetwijfeld zeer ingrijpende veranderingen voor Czernovi&euml;
+het gevolg zouden zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Prinses vroeg niet verder.
+
+</p>
+<p>Orloff boog, zeggend:
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn zending is ge&euml;indigd.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Graaf Radzivil,&#8221; zoo wendde Elizabeth zich tot den Premier, &#8220;ik verzoek u onzen gast in alle mogelijke <span class="pageno">
+[312]
+</span>opzichten van dienst te zijn voor den tijd dien hij nog binnen de grenzen van dezen Staat wenscht door te brengen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar Orloff, weinig ingenomen met den uitslag van zijn zending, en wetend dat hij in Czernovi&euml; niet veel vriendelijke gezichten
+zou zien, wees dit aanbod van de hand, door te verklaren dat hij onmiddellijk naar St. Petersburg wenschte terug te keeren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Tegenover den Czaar ben ik verplicht niet te dralen met het overbrengen Uwer antwoorden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De Czaar is om zulk een bescheiden dienaar te benijden. Mijne Heeren, ik verklaar de audi&euml;ntie voor ge&euml;ndigd.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern was de eerste, die naar oud Poolsch gebruik zijn zwaard trok en dit als beschermend boven Elizabeth&#8217;s hoofd uitstrekte;
+ofschoon dit geen Czernovische gewoonte was, voelden de overige aanwezigen zich onwillekeurig meegesleept door deze uiting
+van ridderlijk eerbetoon. Een dubbele rij vormend, volgde men zijn voorbeeld, en de schoone heerscheres verliet, met een glimlach
+en een blos, onder dit veilig gewelf van blinkende klingen de zaal, nagejuicht door kreten van: &#8220;Leve de Prinses!&#8221;
+
+</p>
+<p>Zij had een diplomatische overwinning op Rusland behaald, maar niemand wist beter dan zij dat deze slechts tijdelijk was,
+en dat Rusland elke gelegenheid zou aangrijpen om een nieuwen aanval te wagen.
+
+</p>
+<p>Het gezelschap verspreidde zich. Orloff vertrok onmiddellijk naar St. Petersburg. De Hertog, met wrok in het hart, volgde
+de Prinses naar haar studeervertrek, ten einde eens voor al uit haar eigen <span class="pageno">
+[313]
+</span>mond te vernemen, of zij inderdaad voornemens was van een huwelijk met hem af te zien. De Ministers zochten den Hoftuin op,
+waar zij het gebeurde bespraken.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Czaar zal zich daar niet bij neerleggen,&#8221; zei Radzivil, &#8220;en toch kon de Prinses moeielijk anders spreken, wilde zij haar
+waardigheid ophouden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hebt ge op de twee verraders gelet?&#8221; zei Zabern tegen Felix, die met hem in de Troonzaal was achtergebleven. &#8220;Ze zullen nu
+wel aan het succes van hun complot gaan twijfelen. En Orloff is zoo goed als overtuigd, dat het Charter nog ongedeerd is.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Toch heeft hij vermoedens, vrees ik,&#8221; zei Felix. &#8220;U hebt de moeielijkheid verschoven, doch tijdelijk. Wat zal er gebeuren,
+als het Charter op den kroningsdag ontbreekt? En is eigenlijk die kroning op zichzelf niet een gevaarlijk ding?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ach,&#8221; antwoordde Zabern luchtig. &#8220;Komt tijd, komt raad. Ik zal er wel wat op vinden. En wat die kroning betreft&#8212;zoo iets
+bedreigde ons elken dag. Het bericht kwam alleen wat vroeger en onverwachter dan ik gedacht had. De kroning is natuurlijk
+het voorspel van het huwelijk&#8212;of van een annexatie. Maar zoover zijn we nog niet!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Veroorloof me nog een vraag. Gelooft u, dat de Hertog de eenige verrader is in het Kabinet?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Geen oogenblik,&#8221; lachte Zabern. &#8220;Er is nog een tweede vogel dien ik knippen wil. En de Prinses weet even goed als gij wien
+ik bedoel&#8212;Ravenski!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U weet alles, Maarschalk!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Heel veel ten minste. Ik wist alleen tot nu toe niet, wat de Prinses mij eerst gisteren meedeelde, <span class="pageno">
+[314]
+</span>en wat zij ook u had verteld: het tooneel dat tusschen haar en Ravenski plaats greep. Wel, Ravenski beteekent als tegenstander
+niet veel. Bovendien staat zijn verraad op zichzelf. Hij tracht alleen zijn eigen persoon te bevoordeelen. Laat hem maar aan
+mij over.&#8221;
+
+</p>
+<p>Daarna, als waren al deze dreigende gevaren van weinig gewicht, ging de Maarschalk luchtig op een ander onderwerp over:
+
+</p>
+<p>&#8220;Zie ik u vanavond op het bal masqu&eacute;?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zonder twijfel,&#8221; antwoordde Felix. Had de Prinses, die in haar costuum en achter haar masker onherkenbaar zou zijn, niet
+beloofd met hem te dansen? &#8220;Maar zult u er zijn, Maarschalk?&#8221; ging hij voort. &#8220;Ik dacht niet dat u een man voor muziek en
+dans was!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat ben ik ook niet. Maar de maskerade, die vanavond op bevel der Prinses gegeven wordt, is iets meer dan louter een feest.
+Ook op een bal sluit men de politiek niet buiten. Maar ge zult het wel zien. Let op mijn woorden: op het bal van dezen avond
+zal de geschiedenis van Czernovi&euml; geschreven worden. Tot ziens!&#8221;
+
+</p>
+<p>Met deze woorden ging Zabern heen, en zocht de kamer op waar hij Katina had achtergelaten.
+
+</p>
+<p>Hij vond haar in nadenken verzonken bij het venster zitten; een revolver lag naast haar. Hij had verwacht met onstuimige verwijten
+ontvangen te zullen worden; in plaats daarvan zag ze hem met een blijden glans in de oogen aan. Zabern verwonderde zich over
+die merkwaardige verandering.
+
+</p>
+<p>&#8220;Je gevangenschap is ge&euml;indigd, Katina,&#8221; zei hij <span class="corr" title="Bron: vrienlijk">vriendelijk</span>. &#8220;Orloff is vertrokken.&#8221;
+<span class="pageno">
+[315]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ik weet het,&#8221; antwoordde ze, &#8220;want ik heb hem zien gaan. Hij nam zijn weg door den tuin, en van uit dit venster kon ik hem
+duidelijk waarnemen. O, Maarschalk Zabern&#8221;&#8212;Katina tikte met den vinger op de revolver&#8212;&#8220;dat was niet handig van u, mij mijn
+wapen niet te ontnemen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En waarom maakte je er geen gebruik van?&#8221; vroeg Zabern, die voelde den steek te verdienen. &#8220;Deed de gedachte aan Czernovi&euml;...&#8221;
+
+</p>
+<p>Katina verborg haar gelaat in de handen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het was zelfzuchtig van me&#8212;maar, neen, niet het heil van Czernovi&euml; weerhield mijn hand. Iets... iemand anders.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Iemand? Iemand, die zooveel invloed op je heeft, dat...&#8221;
+
+</p>
+<p>Katina knikte zwijgend. Daarna zag ze Zabern in de oogen, en vulde zijn woorden aan:
+
+</p>
+<p>&#8220;Iemand, dien ik zoo liefheb, dat ik om zijnentwil zelfs mijn wraak ondergeschikt maakte aan zijn verlangen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dus jij, Katina&#8212;de wraakzuchtige, onbesuisde Katina&#8212;je bent ontvankelijk voor die zachtere gevoelens?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hebt ge daaraan ooit getwijfeld?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik had me er aan gewend, te denken dat je hierin evenzoo zou zijn als ik&#8212;ongevoelig voor alles, behalve voor onze liefde
+tot het vaderland!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En is dat waarlijk zoo, Maarschalk? Is er in uw hart werkelijk voor zachtere gevoelens geen plaats? Zou zij, die u liefheeft,
+nooit op wederliefde mogen hopen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Er was een oogenblik stilte.
+<span class="pageno">
+[316]
+</span></p>
+<p>Toen scheen het, alsof Zabern, de stoere, ruwe Zabern, die nooit vrees had gekend, die gespot had met dood en gevaar&#8212;alsof
+die sterke man zwak was geworden als een kind.
+
+</p>
+<p>&#8220;Katina!&#8221; was &#8217;t eenige wat hij stamelen kon. En op de knie&euml;n neervallend verborg hij het hoofd in haar schoot.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dus mij heb je lief. Mij, den leelijken ouden kerel met &eacute;en hand, en een verweerd gezicht vol sabelhouwen! En dat terwijl
+duizend jonge Czernovi&euml;rs op leven en dood zouden willen vechten om jou als bruid te verwerven!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar geen van hen is immers als Zabern!&#8221; zei Katina, in haar verwarring blozend en bevend tegenover een aandoening, sterker
+dan ze ooit in haar leven gevoeld had.
+
+</p>
+<p>Zabern drukte haar in zijn armen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Katina,&#8221; sprak hij, en nooit had ze geweten dat zijn stem zoo zacht en welluidend kon klinken, &#8220;Katina, kus me!&#8221;
+
+</p>
+<p>Zoo waren dan deze twee onwrikbare, onoverwinnelijke menschen in enkele oogenblikken weerloos gemaakt en tot slaven van een
+macht, die sterker is dan alle Zaberns en Katina&#8217;s ter wereld: de Liefde!
+
+</p>
+<p>Nog geruimen tijd zaten ze te samen, en de Maarschalk ging zoo geheel in deze voor hem nieuwe gewaarwordingen op, dat, toen
+op zeker oogenblik een Secretaris aan de deur klopte, meldend dat hij regeeringsbrieven te overhandigen had, Zabern alle politiek
+vergat en den Secretaris toeriep, de papieren aan den duivel te brengen.
+<span class="pageno">
+[317]
+</span></p>
+<p>&#8220;Dat blijft in de familie,&#8221; mompelde de verschrikte Secretaris, terwijl hij, verwonderd over dezen uitval, heenging.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik geloof toch wel,&#8221; zei Katina, &#8220;dat dit prettiger is dan opgehangen te worden voor het dooden van Orloff!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is het zeker,&#8221; antwoordde Zabern. &#8220;En het doodschieten van Orloff zou bovendien een veel te lichte straf voor hem geweest
+zijn. Ik weet iets anders voor hem. En daarbij heb ik jou hulp noodig.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Als ik er toe in staat ben, beschik dan over me.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Je hebt slechts je pen te gebruiken om me te helpen. Luister hoe. Maar bedenk, dat ik je een staatsgeheim toevertrouw, dat
+zelfs de Prinses en het Kabinet onbekend is.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern zette haar nu zijn plan uiteen, eindigend met de woorden:
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu begrijp je dus hoe je me helpen kunt?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;O Ladislas!&#8221; zeide ze, ernstig het hoofd schuddend, &#8220;ik geloof dat je me toch aan de galg wilt brengen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zal je meevallen!&#8221; lachte Zabern. &#8220;Dit plan is het eenig mogelijke om Czernovi&euml; te bevrijden. Slechts jij en ik mogen
+het weten, en niemand zal het zoo goed als jij kunnen uitvoeren. Je zult het dus doen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal alles doen wat je me vraagt,&#8221; antwoordde Katina eenvoudig.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Dadelijk na haar vertrek schreef Zabern een brief van den volgenden inhoud:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;Waarde Ludovski,
+
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn onderzoekingen in Warschau hebben, na <span class="pageno">
+[318]
+</span>zeer veel mislukkingen, zooveel succes gehad, dat ik de zekerheid heb binnen enkele maanden u de familiepapieren te kunnen
+verschaffen, die Orloff bij uw verbanning had achtergehouden. Dan zal het zeer eenvoudig zijn u uw rechtmatigen titel van
+Graaf Boris Ludovski te doen hergeven, en keert ge tot uw vroegere waardigheden terug. Nog slechts kort zult ge de drievoudige
+ellende behoeven te dragen arm, verloochend en bewoner van een armzalige herberg te zijn; een woning, u en de uwen waardig,
+wacht u in Slavowitz. Uw benoeming tot een eervolle staatsbetrekking, waaraan een zeer ruime bezoldiging verbonden is, ligt
+gereed en is geheel overeenkomstig uw talenten en aspirati&euml;n.
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Bedank mij niet. Ik heb mijzelf de onevenredig groote belooning voor dezen geringen dienst reeds verzekerd; uw dochter Katina
+zal u hedenavond bij haar thuiskomst wel mededeelen waarin deze bestaat.
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Geloof mij nu en steeds de trouwe vriend uit uw jeugd
+
+
+
+</p>
+<p>Ladislas Zabern.&#8221;</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Snel sloot Zabern dit schrijven in een envelop, belde, en zei tot den binnentredenden ordonnans:
+
+</p>
+<p>&#8220;Te paard, Nikita, en in galop naar de herberg van Ludovski. Breng hem dezen brief.&#8221;
+
+
+
+<span class="pageno">
+[319]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e5257"></a></p>
+<h1 class="label">Twee en twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Een Gemaskerd Bal.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Het wetsontwerp-Lipski.&#8212;Prinses Elizabeth teekent een contract.&#8212;De schatten van het St. Nicolaas-Klooster.&#8212;Iedereen verliest
+den moed, behalve Zabern.
+</p>
+</div>
+<p>Het was zeven uur in den avond. Het bal masqu&eacute; waarvan Felix met Zabern sprak, zou te tien uur beginnen. Weinig vermoedden
+Felix en Katina, toen zij gedeeltelijk in Zabern&#8217;s plannen werden ingewijd, dat er een zeer nauw verband bestond tusschen
+dit bal en de Kamerzitting, die van half acht tot half tien gehouden zou worden.
+
+</p>
+<p>Toch was dit zoo; niemand was daarvan beter op de hoogte dan Zabern, die uit de geheime dep&ecirc;che van Orloff meer gelezen had
+dan Rob en Felix er uit begrepen hadden. In deze zitting toch zou de afgevaardigde Lipski een wetsontwerp indienen, om, in
+overweging nemende de daling der rijksinkomsten en de zware lasten die voor versterking van levende en doode weermiddelen
+ge&euml;ischt werden, voortaan de kloosters, die tot nog toe door den fiscus ongemoeid werden gelaten, <span class="pageno">
+[320]
+</span>te verplichten tot een bijdrage aan &#8217;s lands schatkist.
+
+</p>
+<p>Dit wetsvoorstel zag er eenvoudig en vrij onschuldig uit; in den mond van een Russischgezind afgevaardigde klonk het zelfs
+zeer belangeloos, wanneer men in aanmerking nam dat het tegemoet wenschte te komen aan militaire uitgaven, die toch allereerst
+versterking van de Russische grens ten doel hadden. Bovendien zouden ook de meeste Czernovische afgevaardigden het voorstel,
+oppervlakkig beschouwd, zeer billijk achten. Het budget van Dorislas was dit jaar onmatig hoog, er moest op alle geoorloofde
+manieren geld verschaft worden. Al meermalen was daartoe het voorstel geopperd, de kloosters te belasten, en nu Lipski de
+eerste was die den moed had een daartoe strekkend ontwerp in te dienen, zou men hem zeer zeker toejuichen. Het oude gebruik,
+geen belasting te heffen van de vrij talrijke kloosters&#8212;die meerendeels bewoond werden door uit omringende staten onverdraagzaam
+verdreven monniken, aan wie Czernovi&euml;, waar de godsdienst geheel vrij was, toevlucht had verleend&#8212;dat oude gebruik was niet
+rechtvaardig. Enkele kloosters waren zeer rijk; waarom zouden zij niet naar mate van krachten bijdragen in de lasten van een
+land, dat hun gastvrijheid verleende?
+
+</p>
+<p>Zabern, en enkele ingewijden met hem, wisten echter welke list achter Lipski&#8217;s optreden verscholen was; door den cijferbrief
+gewaarschuwd, zou hij Lipski het genoegen ontnemen hem onverwacht met zijn voorstel op het lijf te vallen&#8212;waarvan de afgevaardigde
+zich natuurlijk te voren een feest had gemaakt&#8212;en bovendien had hij daardoor de gelegenheid gehad zich tegen de in te dienen
+wet te wapenen.
+<span class="pageno">
+[321]
+</span></p>
+<p>Hoe een en ander in zijn werk ging, en welk listig doel Lipski met zijn voorstel beoogde, zullen we uit het volgende vernemen.
+
+</p>
+<p>Te halfacht opende Brunowski de Kamerzitting. Met de behandeling van allerlei onderwerpen was het negen uur geworden. Daar
+Lipski zich onder de laatste sprekers had doen inschrijven, vermoedde Zabern dat hij opzettelijk eerst tegen het einde der
+vergadering aan het woord wilde komen, om een uitgebreid debat over zijn voorstel tegen te gaan, dit onmiddellijk verwezen
+te zien naar een commissie van onderzoek, en dan de beraadslaging in een eerstvolgende zitting te doen plaats hebben.
+
+</p>
+<p>Toen nu de President eenige adressen en andere stukken van ondergeschikt belang aan de orde wilde stellen, nam Zabern het
+woord en vroeg, tot verbazing der vergadering, of het niet gewenscht was, wegens de belangrijkheid van het onderwerp, eerst
+het voorstel van den afgevaardigde Lipski ter tafel te brengen, strekkende tot heffing eener belasting op de eigendommen der
+Czernovische kloosters.
+
+</p>
+<p>Lipski, klaarblijkelijk verrast: &#8220;Zou ik mogen weten, hoe de Minister van Justitie zoo juist is ingelicht omtrent den inhoud
+van mijn voorstel?&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern, droogjes: &#8220;Heb ik mijn mond voorbijgepraat? Was uw onderwerp een geheim?&#8221;
+
+</p>
+<p>Lipski: &#8220;Het lag in mijn bedoeling de Kamer aangenaam te verrassen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern: &#8220;En nu heb ik u de vreugde van die verrassing ontnomen! Dat spijt me.&#8221;
+
+</p>
+<p>Lipski: &#8220;Het spijt <i>mij</i>, dat men me klaarblijkelijk bespionneert; de geheimen van mijn studeerkamer <span class="pageno">
+[322]
+</span>schijnen zelfs niet meer voor het schrikbewind van den Minister van Justitie veilig te zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern: &#8220;U vleit me. Ik heb inderdaad een uitstekend corps spionnen. Gaarne geef ik u echter de verzekering, dat uw schrijftafel
+de eenige plaats is, waar zij nog niet zijn doorgedrongen. Maar misschien zal ik ook daarin spoedig slagen.&#8221; (Gelach).
+
+</p>
+<p>Lipski, woedend: &#8220;Ik vraag, hoe u er achter bent gekomen!&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern, verlegenheid veinzend: &#8220;Ik weet &#8217;t waarlijk niet meer.... Laat ik me eens bedenken&#8212;heb ik &#8217;t niet in de Kolokol gelezen?&#8221;
+(Gelach).
+
+</p>
+<p>De Voorzitter: &#8220;Heeren, we kunnen deze kwestie laten rusten. De afgevaardigde Lipski zal zijn voorstel in &#8217;t openbaar behandelen;
+wat zoo straks door ons allen vernomen wordt, en nog heden avond door alle nieuwsbladen verspreid, kan men bezwaarlijk een
+geheim noemen. Hoe de Minister van Justitie den inhoud van het ontwerp te weten is gekomen, is van geheel ondergeschikt belang,
+daar hij, geen geheim geschonden hebbende, eenvoudig den loop der beraadslagingen eenigszins vooruitgeloopen is. Verlangt
+iemand hieromtrent nog het woord?&#8221;
+
+</p>
+<p>Lipski, driftig: &#8220;Ik verlang een nadere verklaring van den Minister!&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern: &#8220;De beste verklaring lijkt me deze: ik ontvang dagelijks zooveel inlichtingen, dat ik niet op elk oogenblik precies
+kan opgeven hoe ik aan mijn gegevens kom. Het is best mogelijk, dat ik niet langs rechtstreekschen weg den inhoud van het
+ontwerp ben te weten gekomen&#8212;ik herinner me dat waarlijk niet meer. Maar als ik den geachten afgevaardigde <span class="pageno">
+[323]
+</span>van Russograd daarmee kan gerust stellen, verklaar ik gaarne, dat ik aan de omtrent hem ontvangen inlichtingen hoegenaamd
+geen waarde heb gehecht. (Gelach). Zeker niet genoeg waarde, om een langdurige discussie als deze te rechtvaardigen.&#8221; (Daverend
+gelach).
+
+</p>
+<p>De Voorzitter: &#8220;De afgevaardigde Lipski heeft het woord voor de door hem aangekondigde rede.&#8221;
+
+</p>
+<p>Lipski, die al de helft van zijn succes verloren zag, zette nu kort de bedoeling van zijn ontwerp uiteen. Zooals Zabern wel
+verwacht had, werd het met instemming door het meerendeel der leden ontvangen. Er werd een commissie benoemd, de beraadslaging
+werd voor de volgende samenkomst bestemd, en daarna haastten zij, die het bal zouden bijwonen, zich hun costuum te gaan aantrekken.
+
+</p>
+<p>Om tien uur waren de zalen en tuinen van het Paleis reeds vol vroolijke gasten. Het middelpunt der feestelijkheid was de ruime
+balzaal, waar het schitterende licht der gouden candelabres de talrijke veelkleurige costuums bescheen.
+
+</p>
+<p>Onder de menigte bevond zich Felix, overal zoekend naar de gemaskerde Elizabeth, die hem niet had willen zeggen welk costuum
+zij aantrok, en schertsend had opgemerkt dat hij, zoo hij haar werkelijk liefhad, haar ook in elke vermomming zou terugvinden.
+
+</p>
+<p>Terwijl hij zich door de zaal bewoog, trok hij menigen nieuwsgierigen blik tot zich, want zoowel zijn forsche figuur als zijn
+prachtig costuum vestigden onwillekeurig de aandacht op hem. Hij had zich een Oud-Hollandsche kleedij gekozen; een breedgerande
+hoed met wapperende veeren dekte zijn blonden <span class="pageno">
+[324]
+</span>krulpruik; een sierlijke fluweelen mantel hing in gracieuse plooien van zijn schouders, die door een kraag van echte Vlaamsche
+kant waren omsloten; de beenen staken in hooge bruin-lederen laarzen, en zijn hand leunde op het met diamanten bezette gevest
+van den degen. Ongetwijfeld was hij onder de vele kranige figuren de kranigste, en telkens werd er fluisterend gevraagd wie
+hij wel zijn kon.
+
+</p>
+<p>Eindelijk kreeg Felix een slanke vrouwengestalte in het oog, omhuld door het zilvergrijze nonnenkleed, die eenzaam in een
+deuropening stond, welke naar de balzaal leidde. Hij kwam naderbij, en toen de non opeens het hoofd naar hem toewendde, hem
+door de kijkgaten van haar masker een blik toewerpend, twijfelde hij er geen oogwenk aan wie zij was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom zulk een somber costuum?&#8221; vroeg hij.
+
+</p>
+<p>&#8220;Is dit costuum niet het teeken der onschuld?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeker&#8212;maar ook beteekent het: afstand doen van de liefde!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En waarom zou ik daarvan geen afstand doen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Omdat je mij trouw gezworen hebt!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ah, Felix&#8212;dus je hebt me herkend,&#8221; fluisterde Elizabeth, glimlachend onder haar masker. &#8220;En nu vraag ik op mijn beurt: waartoe
+dit Oud-Hollandsch costuum?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Omdat ik meende jou daarmee het meest genoegen te doen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En je hebt het goed geraden! Juist vanavond krijgt het een eigenaardige beteekenis&#8212;spoedig zal je begrijpen waarom. Ga mee
+naar het terras.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix legde haar arm in de zijne, en leidde haar <span class="pageno">
+[325]
+</span>uit de woelige balzaal naar het rustige marmeren terras, waar hij in een afgelegen hoekje naast haar ging zitten.
+
+</p>
+<p>Het was een heerlijke zomernacht. De lucht was zuiver en zoel; het klateren van talrijke fonteinen klonk als muziek. De zilveren
+maansikkel, scherp tegen een donkerblauwen hemel afstekend, en de gekleurde lampjes die overal tusschen het groen gloeiden,
+verspreidden een po&euml;tisch, tooverachtig licht.
+
+</p>
+<p>Ze hadden eenigen tijd zoo gezeten, zelfs achter hun vermomming de grootste voorzichtigheid betrachtend, omdat Zabern verzekerd
+had dat er Russische spionnen in de zaal waren, toen Elizabeth opeens uitriep:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ah&#8212;wie komt daar?&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix voelde haar arm in den zijne trillen, toen langs het door de maan verlichte terras een hooge, statige figuur, in een
+monnikspij gekleed, langzaam het tweetal naderde. Zijn pij was in kleur geheel gelijk aan die van Elizabeth, en evenals de
+hare op elken schouder van een rood kruis voorzien.
+
+</p>
+<p>Toen de monnik voor hen stond, zag hij Elizabeth eenige oogenblikken aandachtig aan, en vroeg toen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Mag een broeder eenige woorden richten tot een zuster van dezelfde orde?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zijn wij van dezelfde orde?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Kunnen de bewoners van het St. Nicolaas-klooster zich in elkaar vergissen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Felix,&#8221; fluisterde zij, &#8220;ik moet dien man enkele oogenblikken alleen spreken. Wacht hier.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Prinses stond op, en liep met den monnik al pratend het terras op en neer, terwijl ze telkens Felix voorbij gingen.
+<span class="pageno">
+[326]
+</span></p>
+<p>Ofschoon dit gedrag van Elizabeth vreemd leek, giste Felix toch de reden. Hij wist dat het St. Nicolaasklooster het groote
+gebouw met de zingende monniken was, dat Katina hem op hun rit in de tro&iuml;ka gewezen had. Ook kende hij de bewoners van dat
+klooster als onverzoenlijken, die reikhalzend uitzagen naar het oogenblik waarop ze van de Russische overheersching zouden
+worden bevrijd. Felix vermoedde dus, dat deze gemaskerde een monnik was, uit dat geheimzinnig klooster met de een of andere
+gewichtige mededeeling gezonden.
+
+</p>
+<p>Het gesprek, waarvan hij geen woord kon afluisteren, duurde ongeveer een kwartier, en eindigde daarmee, dat de monnik de Prinses
+eenige papieren overhandigde, die zij zoo snel in haar pij verborg, dat Felix eigenlijk niet wist of hij goed gezien had of
+niet.
+
+</p>
+<p>Daarna sloop de monnik weg, en de Prinses keerde bij Felix terug.
+
+</p>
+<p>Eer hij den tijd had Elizabeth te vragen wat dit voorval beteekende, zag hij tot zijn verbazing een tweeden gemaskerden broeder
+naderen. Hij was geheel gekleed als de vorige, zoodat Felix eerst meende dat het dezelfde was, maar weldra zag hij dat deze
+nieuwe bezoeker kleiner was en steviger gebouwd. Zonder twijfel wilde ook hij de Prinses om een onderhoud verzoeken. Hoe lang
+zou dit zoo voortgaan?
+
+</p>
+<p>Elizabeth raadde zijn gedachte, en glimlachte onder de zijden franje van haar masker.
+
+</p>
+<p>&#8220;Geduld,&#8221; fluisterde ze. &#8220;Dit is de tweede en laatste. Daar komt Maarschalk Zabern aan, hij zal je alles uitleggen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Bij de nadering van den monnik werden dezelfde <span class="pageno">
+[327]
+</span>woorden van zooeven gewisseld, blijkbaar een afgesproken herkenningsteeken, en daarna stond Elizabeth wederom op om naast
+den monnik op het terras heen en weer te loopen.
+
+</p>
+<p>Een oogenblik later verscheen wederom iemand op het tooneel, in wien Felix, trots domino en masker, den Maarschalk herkende.
+
+</p>
+<p>Zabern ging naast hem zitten, en richtte de blikken op de Prinses, die op eenigen afstand over de balustrade van het terras
+leunde, klaarblijkelijk bezig iets te schrijven.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat denkt ge dat de prinses op &#8217;t oogenblik doet?&#8221; vroeg Zabern.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het lijkt wel of ze haar naam in het balboekje van een danser schrijft&#8212;maar dat zal zeker &#8217;t geval niet zijn?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Meneer de Secretaris,&#8221; zei de Maarschalk nadrukkelijk, &#8220;ge zijt getuige van een gebeurtenis, die voorbestemd is de kaart
+van Europa te wijzigen. De Prinses teekent een geheim verdrag met Leopold Kossuth, den kleinzoon van Lodewijk Kossuth, den
+ongekroonden Koning van Hongarije.&#8221;
+
+</p>
+<p>De verbazing van Felix laat zich niet beschrijven, en hij drong bij den Maarschalk op naderen uitleg aan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Sedert eenige maanden,&#8221; vervolgde Zabern, &#8220;heb ik een onderneming op touw gezet, die een gezamenlijken opstand van Polen,
+Hongarije en Czernovi&euml; ten doel heeft. Het oogenblik van uitvoering is zeer nabij. Alles is gereed. De Prinses, die aan het
+hoofd der beweging staat, heeft reeds een verdrag met den leider der Poolsche bondgenooten geteekend. Die twee monniken zijn
+onze geheime agenten. De eerste is <span class="pageno">
+[328]
+</span>een Pool, die documenten uit het hoofdkwartier der patriotten te Warschau overbracht. De tweede is een Hongaar uit Buda, die
+belast is met de onderhandelingen met Kossuth. De maskerade van dezen avond werd gehouden om het naderen der Prinses mogelijk
+te maken, daar geen andere manier de vermoedens der ons omringende spionnen zoo afleidt. De verrader Bora, die op het oogenblik
+in de balzaal alle dames het hof maakt, vermoedt weinig wat op zoo korten afstand van hem gebeurt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar denkt ge dat die drie landen het tegenover de macht van Oostenrijk en Rusland zullen winnen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ongetwijfeld. Hongarije houdt Oostenrijk in bedwang; Polen en Czernovi&euml; bedreigen Rusland, en het lijdt geen twijfel of meerdere
+Balkanstaten zullen ons te hulp snellen. Bovendien vinden wij een zeer sterken bondgenoot in de omstandigheid, dat Engeland
+op het punt is Rusland den oorlog te verklaren in Mandschoerije, waardoor talrijke troepen naar de Aziatische grenzen geschoven
+moeten worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En het geld?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Stroomt ons bij millioenen toe, vooral uit Polen, waar de minste boer zijn laatste kopeke gegeven heeft. Ook de financi&euml;ele
+steun van Finland is niet gering te achten. Ja, het is zelfs vrij zeker, dat ook de Finnen naar de wapens zullen grijpen.
+Behalve over een sterk leger, beschikken we dus ook over een enorme oorlogskas, wat welbeschouwd de hoofdzaak is.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En waar worden die schatten bewaard?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;In het St. Nicolaas-klooster.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Als dan de wet van Lipski er door komt, waarvan <span class="pageno">
+[329]
+</span>ik vanavond hoorde vertellen, zou men zich wel eens kunnen verwonderen over den grooten rijkdom van dat klooster,&#8221; merkte
+Felix op.
+
+</p>
+<p>&#8220;Daar roert ge, zonder &#8217;t te weten, een zeer belangrijke kwestie aan. Oogenschijnlijk richt die wet zich alleen tegen de kloosters
+in &#8217;t algemeen, maar inderdaad is ze op het St. Nicolaas-klooster in &#8217;t bizonder gericht. De Russisch-gezinden schijnen te
+vermoeden, dat de monniken van die inrichting nog andere dingen doen dan zingen. Dat ze dit vermoeden hadden opgevat, bleek
+me uit het tweede deel van den cijferbrief, die nu ook u duidelijker zal worden. Als de beambten, met de taxatie belast, dat
+klooster binnengaan, zullen ze niet alleen onzen voorraad goud ontdekken, maar bovendien documenten die onze samenzwering
+aan &#8217;t licht zouden brengen, en meer dan dat: plannen en modellen van Russische vestingen, wapens voor niet minder dan honderdduizend
+man, springmiddelen en projectielen van de nieuwste vinding, die sinds maanden op allerlei manieren zijn binnengesmokkeld.
+Vindt men dat alles, dan is natuurlijk bewezen dat Czernovi&euml; tegen Rusland complotteert, en het doel van de wet-Lipski is
+bereikt. Alles moet dus in het werk gesteld worden om de aanneming te verijdelen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Op dit oogenblik voegde Elizabeth zich bij hen, en dadelijk daarna naderden twee zwarte domino&#8217;s, in wie Zabern den Premier
+en Dorislas herkende. Men begroette elkaar, en Zabern maakte de Prinses en Felix aan de beide Ministers bekend.
+
+</p>
+<p>Radzivil zette zich naast de Prinses, Dorislas leunde met over elkaar geslagen armen tegen de <span class="pageno">
+[330]
+</span>balustrade. Naar het scheen waren beide mannen onder den indruk van het in de Kamerzitting verhandelde, en verkeerden ze in
+een sombere stemming.
+
+</p>
+<p>&#8220;Heeft Uwe Hoogheid het verdrag met Kossuth geteekend?&#8221; begon Radzivil.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een uur geleden. De Hongaarsche agent is er mee vertrokken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik vrees, Prinses, dat op het laatste oogenblik moeielijkheden rijzen. Ge weet wat er in de Kamer is voorgevallen&#8212;wanneer
+we onzen schat verliezen, zijn we zelf verloren.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De wet is nog niet aangenomen, Graaf. De Czernovische patriotten hebben de meerderheid in de kamer.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar zij beseffen de geheime bedoeling niet van de wet! Zij zullen te goeder trouw v&oacute;&oacute;rstemmen! En het zou te gevaarlijk
+zijn ons geheim aan tachtig personen mede te deelen, hoe goed ze ons ook gezind mogen zijn. Lipski legde heden avond nog eenige
+statistieken ter inzage, de waarde der schatten in de verschillende kloosters aangevend. Natuurlijk zijn die denkbeeldig&#8212;...&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Omdat,&#8221; viel Dorislas in, &#8220;Lipski er geen begrip van heeft hoeveel millioenen in het St.-Nicolaasklooster liggen opgehoopt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist,&#8221; vervolgde Radzivil. &#8220;Uit die statistieken volgt, dat de opbrengst der kloosterbelasting gedurende een geheel jaar
+alle bestaande rijksbelastingen zou kunnen vervangen. Daar is men natuurlijk begeerig op aangevallen. Ook aan onze zijde zal
+men vrij algemeen v&oacute;&oacute;r de wet stemmen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Men zat eenige minuten in zwijgen verzonken, <span class="pageno">
+[331]
+</span>onder den indruk van Radzivil&#8217;s woorden. Zou die sluwe Lipski nu opeens aan de zoo schoone verwachtingen der patriotten den
+bodem inslaan? Zou alles vergeefs geweest zijn? Een sombere, neergeslagen stemming maakte zich van die kleine groep onverzoenlijken
+meester. Alleen Zabern scheen allen moed niet te hebben verloren; een onmerkbare glimlach speelde om zijn lippen, als zag
+hij een uitkomst, waar de anderen aan redding wanhoopten. Maar hij verried door geen enkel woord zijn geheime gedachten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Kunt Uwe Hoogheid niet weigeren de wet te teekenen?&#8221; vroeg Felix.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het Charter verplicht mij elke wet te teekenen, die door de Kamer is aangenomen. Wel kan ik in enkele gevallen weigeren,
+doch dan heeft de Kamer het recht van beroep op de drie toeziende Staten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Kunt ge de Kamer niet ontbinden, en een nieuwe verkiezing uitschrijven?&#8221; vervolgde Felix.
+
+</p>
+<p>&#8220;We zouden er niets bij winnen,&#8221; zei Radzivil, &#8220;hoe de meerderheid ook is, Russisch of Czernovisch&#8212;de wet behoudt haar zelfde
+aantrekkelijkheid.&#8221;
+
+</p>
+<p>Dorislas, die graag Zabern&#8217;s middeleeuwsche maatregelen nadeed, stelde voor:
+
+</p>
+<p>&#8220;Laten we doen als Cromwell: op den dag der stemmen worden soldaten achter de zetels der kamerleden geplaatst. Wie niet tegenstemt
+voelt een bajonet in zijn hals. Ook zouden we enkele leden in de doos kunnen stoppen, totdat de stemming afgeloopen is.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth glimlachte.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zou de rechte manier zijn om de tusschenkomst der drie Mogendheden te bewerken!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Is het niet mogelijk,&#8221; opperde Felix, &#8220;alle papieren, <span class="pageno">
+[332]
+</span>schatten en wapens in&#8217;t geheim weg te voeren?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Onmogelijk,&#8221; zei Dorislas. &#8220;Alle kloosters worden door militairen bewaakt. Dat is een zeer begrijpelijke maatregel, dien
+ik in Lipski&#8217;s geval ook ge&euml;ischt zou hebben. Hadden de monniken de gelegenheid hun bezittingen in veiligheid te brengen,
+dan zou de heele wet een dwaasheid zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Niemand durfde meer een oplossing aan de hand doen, die er trouwens niet scheen te zijn.
+
+</p>
+<p>&#8220;Als de wet wordt aangenomen,&#8221; zei Dorislas, &#8220;zie ik maar &eacute;en weg uit de moeielijkheid. De monniken moeten trachten den een
+of anderen donkeren nacht het klooster in stilte te verlaten, een langzaam brandenden lont achterlatend, waardoor het kruitmagazijn
+in de lucht vliegt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En daarmee zou al onze hoop vervlogen zijn!&#8221; zuchtte de Prinses.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zou &#8217;t. Maar bedenk, Hoogheid, wat er gebeuren zou, ook al werden de papieren tijdig verbrand: Rusland zou in het klooster,
+dat eigenlijk meer een fort en een arsenaal is, een enormen voorraad goud en oorlogsmateriaal vinden. Dat staat evenzeer gelijk
+met onzen ondergang.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het verwondert me, dat de Maarschalk nog niets gezegd heeft,&#8221; glimlachte Elizabeth. &#8220;Dat is het zekere bewijs dat hij over
+een of ander plan denkt. Zeg ons eens, Maarschalk, denkt ge wezenlijk dat er nog iets te redden valt?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben er vast van overtuigd, Hoogheid,&#8221; zei Zabern bedaard, en tot groote verrassing der overigen.
+
+</p>
+<p>&#8220;De wet-Lipski zal met groote meerderheid worden verworpen.&#8221;
+<span class="pageno">
+[333]
+</span></p>
+<p>&#8220;Wat!&#8221; riep Radzivil, ongeloovig, en benieuwd naar het door Zabern aan te geven middel, &#8220;en hoe wilt ge dat resultaat bereiken?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer ik dat vertel, is alles al van te voren mislukt. Mijn plan eischt absolute geheimhouding.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zelfs voor de Prinses?&#8221; vroeg Elizabeth.
+
+</p>
+<p>&#8220;In de eerste plaats voor de Prinses,&#8221; antwoordde Zabern met een eigenaardigen glimlach.
+
+</p>
+<p>Elizabeth was natuurlijk zeer verwonderd over dit antwoord.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal me daarbij neerleggen, Maarschalk, ofschoon u mijn nieuwsgierigheid op een harde proef stelt. Maar u hebt mijn vertrouwen
+nooit beschaamd&#8212;&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En ik zal &#8217;t ook nu niet doen, Hoogheid.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan,&#8221; zei Elizabeth, terwijl uit de balzaal de muziek van een slepende Hongaarsche wals naar buiten ruischte, &#8220;dan mag de
+Prinses dansen, als Zabern de wacht houdt. Secretaris&#8212;uw arm. Ik beloofde u een dans, en ik zal mijn woord houden. Maar wil
+eerst deze papieren van mij overnemen, Maarschalk; het zou gevaarlijk zijn als ik ze op den dansvloer liet vallen!&#8221;
+
+</p>
+<p>En Elizabeth, den Maarschalk de documenten overhandigend die zij zooeven had ontvangen, ging aan Felix&#8217; arm naar de balzaal.
+
+</p>
+<p>Dit gunstbetoon aan haar Secretaris deed Radzivil en Dorislas een blik van verwondering wisselen, maar eer zij er verder over
+konden nadenken, werd hun aandacht getrokken door een rumoer van verscheiden stemmen, dat uit de richting kwam tegengesteld
+aan die welke de prinses had ingeslagen.
+
+</p>
+<p>De drie Ministers zagen een groep gemaskerden <span class="pageno">
+[334]
+</span>op zich toekomen, dames en heeren, in fantastische costuums gekleed, en blijkbaar in de vroolijkste stemming, daar ze luid
+lachten en praatten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie is dat nu?&#8221; vroeg Radzivil, naar een forschgebouwde gestalte wijzend, die als Peter de Groote was gekleed.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een barbaar, die een anderen barbaar na&auml;apt,&#8221; zei Zabern, den bedoelden persoon herkennend.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Hertog van Bora?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist, en omringd door zijn gunstelingen en satellieten, juichend om het onbetwijfeld succes van Lipski&#8217;s wet, waarvan ze
+den val der Prinses verwachten. Laat ze lachen. Over enkele dagen zullen ze huilen. We zullen onze maskers afdoen en ze aan
+het praten brengen; ik ben benieuwd wat ze te vertellen hebben.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen de Hertog en zijn vrienden naderden, ontmaskerde het drietal zich. Bora herkende hen en kwam naar hen toe, blijkbaar
+zich spitsend op de verslagenheid der Ministers.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is een leelijke knauw voor de Prinses, Maarschalk,&#8221; zei de Hertog brutaal, terwijl hij een sigaret opstak. &#8220;De wet-Lipski
+gaat er zeker door.&#8221; I
+
+</p>
+<p>&#8220;Door? O heden neen. Niets daarvan!&#8221; zei Zabern allervriendelijkst.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat?&#8221; riep Bora, onder het gelach van zijn aanhangers. &#8220;Denkt u dat ze allemaal zullen stemmen als u? Zelfs de heftigste
+patriotten zijn er v&oacute;or!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoudt u denken?&#8221; vroeg Zabern koeltjes. &#8220;Het Huis zal voltallig zijn, honderdtwintig leden. Nu, ik waag me aan de voorspelling,
+dat er een getal van zeventig leden zal gevonden worden om de wet te verwerpen.&#8221;
+<span class="pageno">
+[335]
+</span></p>
+<p>&#8220;Dus met twintig stemmen meerderheid voor het Ministerie?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist. Twintig stemmen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Bora lachte luidkeels.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zou wel eens willen weten, wat u daaronder verwedden wilt!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Elke som die u wenscht te noemen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zet vijfduizend roebels tegen!&#8221; zei de Hertog.
+
+</p>
+<p>&#8220;O, Uwe Genade! Als u zoo zeker is van uw slag, geef uzelf dan een grooter kans,&#8221; zei Zabern bescheiden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, dan verdubbel ik het bedrag. Tienduizend roebels, dat de tegenstemmers beneden de zeventig blijven.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dezelfde som, als het Ministerie geen zeventig stemmen aan haar kant heeft!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Aangenomen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zou ik wel graag op papier hebben,&#8221; zei Zabern.
+
+</p>
+<p>Terwijl ten overstaan der wederzijdsche getuigen de overeenkomst op schrift werd gesteld, richtte Radzivil zich op verontwaardigden
+toon tot den Hertog.
+
+</p>
+<p>&#8220;En u gaat dus een weddenschap aan op een maatregel, waarvan u weet dat hij de Prinses onaangenaam is?&#8221;
+
+</p>
+<p>Bora haalde de schouders op.
+
+</p>
+<p>&#8220;Och, over deze wet kunnen de beste vrienden van meening verschillen. Denk er aan,&#8221; zoo wendde hij zich opeens tot Zabern,
+&#8220;dat er niet ondershands gewerkt moet worden om de wet te doen vallen, of mijn weddenschap wordt krachteloos verklaard. Geen
+omkooperij van de zijde van het Ministerie.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Omkooperij laten we aan Lipski over, en aan zijn lastgever Orloff,&#8221; zei Zabern. &#8220;Of moet ik &#8217;t in het meervoud zeggen: zijn
+lastgevers?&#8221;
+<span class="pageno">
+[336]
+</span></p>
+<p>Bora maakte even een verschrikte beweging.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge ziet, waarde Hertog,&#8221; zei Zabern luchtig, &#8220;dat we op de hoogte zijn van wat er achter de schermen omgaat. Orloff trekt
+aan de touwtjes in zijn paleis te Warsim, en de poppen in de Kamer van Slavowitz dansen. De volgende week zult ge <i>mij</i> aan de touwtjes zien trekken!&#8221;
+
+</p>
+<p>De Hertog werd eenigszins ongerust door de zekerheid waarmee Zabern sprak, en de juistheid waarmee hij scheen ingelicht. Zou
+die man opnieuw over hem triomfeeren?
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge durft heel wat zeggen, Maarschalk,&#8221; sprak hij dreigend, &#8220;maar ik denk dat ik mijn roebels zal winnen!&#8221;
+
+</p>
+<p>Met deze woorden ging hij heen, door zijn gezelschap gevolgd.
+
+</p>
+<p>Toen hij weg was, keerde Radzivil zich tot Zabern, en zei verschrikt:
+
+</p>
+<p>&#8220;Het lijkt wel of die Hertog uw beste vriend is! u verraadt hem alles. Hoe durft u zoo openlijk met hem spreken!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Omdat ik zoo zeker van mijn zaak ben,&#8221; zei Zabern kalm. &#8220;En ge weet, ik houd niet van geheimzinnigheid in de politiek. Ja,
+ik ben zoo zeker van mijn zaak, dat ik de Prinses hedenavond een besluit heb doen teekenen, waarbij de gevangenisstraf, die
+den Hertog morgen door de rechtbank voor die duelkwestie wordt opgelegd, bij wijze van gratie wordt veranderd in vervallenverklaring
+van zijn waardigheden als Minister en als Legercommandant. We kunnen nu openlijk optreden. We zijn niet bang meer voor Rusland,
+en we behoeven den Hertog niet meer te sparen. Ook heeft de Prinses hem heden middag ronduit medegedeeld, dat zij onherroepelijk
+<span class="pageno">
+[337]
+</span>van een huwelijk met hem afziet. Dat verbaast u, heeren? U zult u nog veel meer verbazen. De 15<sup>de</sup> September zal de val van Bora zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De 15<sup>de</sup> September?&#8221; zei Dorislas. &#8220;Dat is immers de kroningsdag van de Prinses?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist,&#8221; antwoordde Zabern, &#8220;de kroningsdag van de Prinses, de sterfdag van den Hertog, de bevrijdingsdag van Czernovi&euml;.&#8221;
+
+</p>
+<p>Radzivil en Dorislas zwegen verbaasd, z&oacute;oveel orakeltaal ging hun verstand te boven.
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[338]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e5587"></a></p>
+<h1 class="label">Drie en twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Een Moordaanslag op de Prinses.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Rob wordt met een benoeming verrast.&#8212;De wapenschouwing.&#8212;Twee schoten op de Prinses.&#8212;De daders ontsnappen.&#8212;De wet-Lipski komt
+in stemming.&#8212;De verrassing van Zabern.&#8212;De moordenaar wordt gevat.&#8212;De kelder van Lipski.<span class="corr" title="Bron: ">&#8212;</span>Zabern schrijft een brief.&#8212;
+</p>
+</div>
+<p>De dag, waarop in de avondzitting der Kamer over het lot der wet-Lipski zou beslist worden, en mogelijk dus ook over het lot
+van Czernovi&euml;, viel toevallig samen met de jaarlijksche wapenschouwing over het Czernovische leger.
+
+</p>
+<p>Deze revue had plaats op een groote vlakte, eenige mijlen buiten Slavowitz, en werd door de Prinses zelf gehouden.
+
+</p>
+<p>Reeds in den vroegen morgen was men algemeen bezig zich voor te bereiden voor dit feest. Het was gewoonte dat bijna de geheele
+bevolking de revue kwam bijwonen, terwijl zij die &#8217;t zich veroorloven konden in rijtuigen, en voorzien van eet- en drinkwaren,
+naar het veld reden. Men mocht dus terecht van een feest spreken.
+<span class="pageno">
+[339]
+</span></p>
+<p>Ook Rob, die verlangend was dit militair schouwspel van naderbij te bezien, stak zich al tijdig in de kleeren, bij zichzelf
+berekenend hoe hij het meest van den dag zou kunnen profiteeren. Juist wilde hij op weg gaan, toen een bediende&#8212;Rob logeerde
+nog steeds in het Hotel Czernovi&euml;&#8212;hem berichtte, dat een lakei hem, namens den Maarschalk Zabern, verzocht in het Paleis te
+willen komen. Benieuwd wat de Maarschalk verlangde, haastte hij zich naar het Paleis en verzocht den commandant der wacht,
+hem bij den Minister van Justitie te doen aandienen.
+
+</p>
+<p>Enkele oogenblikken daarna stond hij in het studeervertrek van den Maarschalk. Deze was bij zijn binnenkomst opgestaan, en
+kwam hem nu tegemoet, hem vriendelijk de hand reikend. Nadat hij hem verzocht had plaats te nemen, zei Zabern:
+
+</p>
+<p>&#8220;Meneer Rensma, ik voel behoefte u nogmaals mijn dank te betuigen voor de diensten, die u het land bewezen hebt door uw krachten
+met zulk succes aan de oplossing van het cijferschrift te beproeven. Zooals u weldra ervaren zult, hebt u daarmee een nog
+verdienstelijker werk verricht dan u zelf wellicht vermoedt. Het zal u later duidelijk worden waarom ik juist vandaag behoefte
+gevoel u dien dank te brengen. Er is bovendien meer wat ik in u meen te moeten prijzen. Ik heb herhaaldelijk uw handelingen
+gadegeslagen, en daarbij met vreugde waargenomen, dat ge alles in het werk stelt om Czernovi&euml; te leeren kennen en een goed
+Czernovi&euml;r te worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hier merkte Rob bescheiden op, dat hij dit zeker niet had kunnen doen zonder de hulp van den Maarschalk, die hem in staat
+had gesteld zich nader <span class="pageno">
+[340]
+</span>te bekwamen als schutter en schermer, die de man&eacute;ge en het stalpersoneel van het Paleis voor hem beschikbaar had gesteld om
+zich in het paardrijden te oefenen, die hem toegang had verschaft tot alle museums en andere inrichtingen van wetenschap en
+kunst in Slavowitz&#8212;kortom, zonder wien hij nooit had kunnen doen waarvoor hij nu lof oogstte.
+
+</p>
+<p>De Maarschalk vervolgde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb naar een middel gezocht om uw ijver en uw toewijding te beloonen, en ik meen dat middel gevonden te hebben in het
+volgende. Mijn werkzaamheden nemen met den dag toe; ik heb steeds hardnekkig geweigerd daarbij hulp aan te nemen, ten deele
+ook omdat ik in de meesten mijner politieke aangelegenheden geen vreemde oogen wensch toe te laten. Het werk overstelpt me
+echter; daarom&#8212;wetende dat ik op uw stilzwijgendheid kan rekenen&#8212;noodig ik u uit de benoeming tot mijn Particulier Secretaris
+te aanvaarden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob kon zijn ooren nauw gelooven. In den mond van een man als Zabern namen zulke woorden een zeer belangrijke beteekenis aan,
+en hij wist niet wat hij tegenover zulk een groote onderscheiding doen moest. Hij stamelde zijn dank en drukte de hoop uit,
+dat hij aan het gestelde vertrouwen zou kunnen voldoen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Aan dat laatste twijfel ik niet!&#8221; zei Zabern lachend. &#8220;Wanneer ik je niet vertrouwen kon, waarde Secretaris, had ik dat al
+lang gemerkt. Mijn spionnen hebben je nader op de hielen gezeten dan je zelf ooit wist.&#8221;
+
+</p>
+<p>En op een vragenden blik van Rob vervolgde Zabern:
+<span class="pageno">
+[341]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ik ga nooit over &eacute;en nacht ijs. Zoolang jij en je vriend hier zijn en ik de overtuiging had dat jullie me van nut konden
+worden, heb ik je beiden duchtig laten bewaken. Voor je deur heeft dag en nacht een van mijn agenten gestaan. Toen ik je het
+cijferschrift in handen had gegeven, zou elke verdachte beweging je den hals hebben gekost! Ja&#8212;de oude Zabern is nu eenmaal
+&#8217;n gevaarlijk heer om mee om te gaan. Maar als je &#8217;t tot z&#8217;n Secretaris hebt gebracht&#8212;och, dan zal z&#8217;n gevaarlijkheid je nog
+wel meevallen. Maar we verpraten onzen tijd. Er is een plaats voor je in een rijtuig, dat met den stoet van de Prinses meegaat.
+Hier is het bewijs, dat je aan den ceremoniemeester moet laten zien, dan is alles in orde. En hier&#8212;je benoeming tot Secretaris,
+steek die in je zak. Ik had er maar op gerekend dat je het zou aannemen. Een uniform krijg je ook nog, alleen &#8217;n beetje minder
+mooi dan die van Van Heelstra. Ja, ja&#8212;&#8217;t is goed, hoor; bedank me maar niet. &#8217;t Is hoog tijd om te vertrekken.&#8221;
+
+</p>
+<p>Tien minuten daarna had Rob het rijtuig gevonden en zette de stoet zich in beweging naar het paradeveld.
+
+</p>
+<p>De revue was een schitterend schouwpel, en Felix gaf, tot ingenomenheid der Prinses, telkens zijn bewondering te kennen.
+
+</p>
+<p>Een eigenaardig en beteekenisvol onderdeel van dit schouwspel vormde het St.-Nicolaasklooster, welks achterzijde op de vlakte
+uitzag. Elizabeth&#8217;s landauer stond bijna in de schaduw van zijn grijze Gothische torens.
+
+</p>
+<p>Het gezang der monniken, sinds jaren onafgebroken, was duidelijk te hooren, al mengde het zich met de <span class="pageno">
+[342]
+</span>krijgshaftige geluiden daarbuiten. Om het klooster liepen langzaam de schildwachten heen en weer, de Prinses toonend dat er
+op dit oogenblik een macht bestond, waarvoor haar wil moest buigen. Deze gedachte stemde haar somber, niettegenstaande Zabern&#8217;s
+verzekeringen dat alles goed zou afloopen; hoe ze ook zon, ze begreep niet welke maatregelen hij genomen kon hebben om de
+wet te doen vallen. Naar haar overtuiging bestond er maar &eacute;en middel: de patriottische afgevaardigden in het geheim te nemen,
+en hen de reden mee te deelen waarom de Prinses de wet wilde zien vallen, hoezeer deze oogenschijnlijk in het belang van Czernovi&euml;
+was. Maar zou een geheim, aan zeventig personen bekend, nog een geheim zijn? En bovendien: mocht de gezindheid dier zeventig
+mannen van elk hunner als onverdacht beschouwd worden?
+
+</p>
+<p>Niets had gedurende deze week de meening gewijzigd, dat de Kamer omtrent de wet van gedachten zou veranderen; integendeel
+bewees de toon der debatten dat er slechts een zeer klein aantal tegenstemmers zou zijn.
+
+</p>
+<p>Geen wonder, dat Elizabeth, ofschoon zij elk regiment dat voorbij marcheerde met een glimlach begroette die aller harten won,
+een vreesaanjagende moedeloosheid voelde bij de gedachte aan den komenden avond.
+
+</p>
+<p>Toen de revue ge&euml;indigd was, nam de Prinses met haar gevolg den terugweg aan. Felix en Radzivil zaten naast elkaar in denzelfden
+landauer als Elizabeth, terwijl Zabern daarachter reed aan het hoofd van een afdeeling huzaren.
+<span class="pageno">
+[343]
+</span></p>
+<p>Ongeveer een mijl van de paradeplaats af, was de weg over een grooten afstand met dicht kreupelhout omzoomd. Terwijl het rijtuig
+voortreed, zagen de voorrijders twee mannen aan den kant van den weg op een omgevallen boomstam zitten. Ze zagen er ruw en
+armoedig uit, waarschijnlijk kolenbranders of houthakkers; de eene, met een zwarten baard, hield een krant in de handen en
+las er blijkbaar uit voor, terwijl zijn kameraad, een man met een rooden baard, te luisteren scheen.
+
+</p>
+<p>Toen de landauer tot op enkele passen van de mannen was genaderd, sprongen zij met verbluffende snelheid op, en men zag dat
+de roodbaard een revolver in de hand hield. Zijn wapen opheffend, richtte hij het op de Prinses en schoot het zoo snel af,
+dat de voorrijders zelfs den tijd misten om een kreet te uiten.
+
+</p>
+<p>Elizabeth had niets van het dreigend gevaar bemerkt, daar ze met den Premier in een levendig gesprek was gewikkeld.
+
+</p>
+<p>Een schot schoot een struisveer van haar hoed in stukken, een tweede kogel vloog zoo dicht langs haar slaap, dat de wenkbrauw
+licht geschroeid werd.
+
+</p>
+<p>Daarna, als ontsteld over de stoutheid van hun daad, en vreezend door de huzaren achtervolgd en gegrepen te worden, keerden
+de twee mannen zich om, zonder de uitwerking van de schoten waar te nemen, en stortten zich in het kreupelhout, juist toen
+Zabern&#8217;s stem een donderend: &#8220;Vuur!&#8221; commandeerde.
+
+</p>
+<p>Een twaalftal karabijnen brandde los&#8212;maar een seconde te laat.
+
+</p>
+<p>Felix en Radzivil, die met den rug naar de paarden <span class="pageno">
+[344]
+</span>hadden gezeten, begrepen eerst nu wat er voorgevallen was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Prinses, is u gewond?&#8221; riep de Premier, die veel verschrikter was dan Elizabeth zelf.
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen,&#8221; antwoordde ze met een zwakke stem, maar glimlachend, &#8220;ze hebben me gemist.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Graaf Radzivil,&#8221; riep Felix, &#8220;blijf bij de Prinses, terwijl ik de schurken nazit!&#8221;
+
+</p>
+<p>De verschrikte jockey&#8217;s hadden het rijtuig tot staan gebracht; Felix sprong er uit, juist toen Zabern met de huzaren kwam
+aangaloppeeren, getuigen van een daad die zij niet hadden kunnen verhoeden.
+
+</p>
+<p>Bemerkend dat de boomen te dicht opeen stonden om de paarden door te laten, sprongen zij uit den zadel, en snelden Felix achterna,
+die nu in het kreupelhout was verdwenen. Onder de voorsten behoorden Zabern en Nikita.
+
+</p>
+<p>Op vrij grooten afstand voor zich kreeg Felix de beide schurken in het oog; ze liepen achter elkaar, en telkens zag Felix
+ze als kangaroes in de hoogte springen&#8212;een omstandigheid waarvan hij spoedig de oorzaak begreep. Want toen hij zijn revolver
+al loopende op den achtersten man afvuurde, struikelde hij over een verborgen hindernis, en het schot ging de lucht in. Ofschoon
+duizelend van den val, sprong hij weer op, en zag de beide mannen achter de kromming van een nauw pad, dat ze nu volgden,
+verdwijnen. Nauwelijks had hij tien passen gedaan, of opnieuw stootte hij op een hindernis en sloeg hij tegen den grond.
+
+</p>
+<p>De vluchtelingen hadden maatregelen genomen om hun terugtocht te verzekeren. Sterke ijzerdraden, op <span class="pageno">
+[345]
+</span>onregelmatige afstanden en te halver kniehoogte geplaatst, liepen van boom tot boom, en waren door het dichte struikgewas
+verborgen. Toen Felix dit begreep en ook kangaroe-sprongen begon te maken om over het ijzerdraad heen te komen, hadden de
+vluchtelingen al een ruimen voorsprong beet.
+
+</p>
+<p>Even voorbij den laatsten draad splitste het pad zich in drie&euml;n, en de hier bijeen gekomen vervolgers stonden een oogenblik
+stil, om uit te maken welke richting zij kiezen zouden. Het scherpe oog van Zabern ontdekte een lichtkleurig voorwerp, dat
+eenige passen verder op het linkerpad lag. Het bleek een roode muts te zijn, die de man met den zwarten baard had gedragen,
+en die met een blikken plaatje, waarop &#8217;t portret van den Czaar, versierd was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan dezen weg in!&#8221; riep Zabern.
+
+</p>
+<p>Men zette de vervolging weer voort; het pad was zoo smal, dat men slechts achter elkaar loopen kon. De grond begon hoe langer
+hoe weeker en moerassiger te worden. Dat bracht Zabern tot staan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Er zijn hier geen voetsporen. We zijn op een verkeerden weg. Terug. De schurken hebben die muts opzettelijk hier neergegooid
+om ons te misleiden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Woedend over dit tijdverlies snelden zij terug naar het knooppunt, en terwijl Zabern met Felix en Nikita het rechter pad volgden,
+namen eenige huzaren, die door hun zware laarzen slechts langzaam vooruit gekomen waren, het middelste.
+
+</p>
+<p>&#8220;Misschien hebben ze geen van deze paden gevolgd,&#8221; zei Felix onder &#8217;t loopen, &#8220;en liggen ze ergens in &#8217;t bosch verborgen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat kan; maar laten we eerst de wegen afzoeken; <span class="pageno">
+[346]
+</span>daarna kunnen we nog altijd een cordon om het bosch trekken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk, zag u het gezicht van den man die vuurde?&#8221; vroeg Nikita.
+
+</p>
+<p>&#8220;Niet duidelijk.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Russakoff, de spion&#8212;of ik heet geen Nikita.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat dacht ik eerst ook, maar Russakoff is veel grooter,&#8221; zei Felix. &#8220;Deze twee troffen me juist door hun korte gestalte.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Toch ben ik er zeker van!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu, wanneer we ze eenmaal hebben, dan zullen we wel zien wie gelijk heeft.&#8221;
+
+</p>
+<p>Na enkele minuten kwamen ze uit op den grooten weg aan de andere zijde van het bosch. Een snelle blik naar rechts bracht Zabern
+in de hevigste woede.
+
+</p>
+<p>Ver op den witten, stoffigen weg, die zich tot aan den horizon in een rechte lijn uitstrekte, waren drie zwarte voorwerpen
+zichtbaar, die elk oogenblik kleiner werden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ontsnapt!&#8221; riep Zabern. &#8220;Kijk&#8212;daar zijn hoefslagen in de klei. Er was dus een handlanger die hen opwachtte. Binnen tien minuten
+zijn ze over de grens, en ik twijfel er niet aan of ze hebben goede Russische paspoorten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hiermee was elke gedachte aan een verdere vervolging een dwaasheid geworden.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>De nacht was gevallen.
+
+</p>
+<p>Zoowel binnen als buiten de Kamer heerschte groote opgewondenheid. De wet-Lipski was langzamerhand een volkszaak geworden,
+zonder dat men recht wist waarom. De een koos partij er tegen, omdat hij de kloosters haatte, de ander er v&oacute;&oacute;r <span class="pageno">
+[347]
+</span>omdat hij hetzelfde geloof beleed als de monniken. Deze was de wet gunstig gezind omdat ze geld inbracht, gene hoopte op haar
+val, omdat de Prinses er niet mee ingenomen was. En allen voelden instinctmatig, dat er iets achter deze wet schuilde.
+
+</p>
+<p>Allerlei menschen stonden voor het kamergebouw opeen gepakt: Polen, Russen, Joden, Tartaren, Kozakken, Hongaren, Rumenen,
+Servi&euml;rs&#8212;maar uit een politiek oogpunt beschouwd waren er slechts twee partijen: Czernovisch- en anti-Czernovischgezinden.
+Neutralen waren er niet.
+
+</p>
+<p>De opgewondenheid was zoo groot, dat Zabern&#8217;s rijtuig door kwaadwillige Russen werd bemoeilijkt, en door soldaten ontzet moest
+worden; hetgeen eenige verontwaardigde Polen aanleiding gaf, Lipski niet binnen te laten eer hij een flink pak slaag in ontvangst
+genomen had. Dit eenmaal begonnen spelletje werd algemeen voortgezet, zoodat een sterke militaire en politiemacht ontboden
+moest worden om de afgevaardigden gelegenheid te geven de Kamer te bereiken. Het voorplein werd door een cordon huzaren afgezet.
+
+</p>
+<p>Het rumoer drong ook in de Vergaderzaal door, waar dien avond over de wet beslist zou worden. De vergadering was, wat niet
+dikwijls gebeurde, voltallig; rechts van de voorzitterstafel zaten de Ministeri&euml;elen, links de Oppositie. Brunowski&#8217;s bel
+was voortdurend in beweging, want het debat had een zeer scherpen toon aangenomen.
+
+</p>
+<p>Lipski beschuldigde het Ministerie boeven te hebben omgekocht om de leden van de Oppositie te beletten de Kamer te bereiken.
+<span class="pageno">
+[348]
+</span></p>
+<p>Zabern wees op zijn gehavende kleeren, en bracht spottend hulde aan het gepeupel, dat zijn gunsten onpartijdig over de beide
+zijden verdeeld had.
+
+</p>
+<p>De Hertog van Bora, hoewel geen lid van de Regeering meer, was als afgevaardigde aanwezig, en had duidelijk zijn partijkeuze
+kenbaar gemaakt door een plaats naast Lipski in te nemen.
+
+</p>
+<p>Lesko Lipski, afgevaardigde van Russograd, uitgever van het anti-ministeri&euml;ele nieuwsblad De Kolokol, leider van de oppositie,
+en ontwerper van de Klooster-Wet, wiens costuum volgens de laatste mode een beetje door de Polen gehavend was, keek rond met
+dien brutalen, uitdagenden glimlach, waarvan hij de uitsluitende bezitter was.
+
+</p>
+<p>Er was in de Kamer die zenuwachtige spanning, welke voorafgaat aan alle beslissende oogenblikken, waarin een knagende onzekerheid
+opgeheven zal worden, en die te opmerkelijker was, daar toch eigenlijk iedereen, behalve Zabern, zich overtuigd hield dat
+de wet er door komen zou.
+
+</p>
+<p>De moordaanslag, welke dien ochtend op de Prinses was gepleegd, had niet weinig bijgedragen tot de zenuwachtige spanning waarin
+men verkeerde. Haar populariteit, de sympathie, die de patriotten haar toedroegen, was er zeer door versterkt, en de oppositie
+had er een onrustig vermoeden uit geput, dat deze omstandigheid van invloed zou zijn op de stemmen der patriotten, die allicht,
+onder den indruk van het gebeurde, en wetend dat de Prinses om de een of andere onbekende reden de wet niet genegen was, zich
+zouden laten be&iuml;nvloeden om tegen hun eigen overtuiging in te stemmen. In elk <span class="pageno">
+[349]
+</span>geval was men algemeen van oordeel, dat de Regeeringspartij sedert dien morgen zeer in kracht was toegenomen.
+
+</p>
+<p>Een half uur v&oacute;or middernacht stond Zabern op om het debat ten gunste van het Kabinet te keeren.
+
+</p>
+<p>Zijn opstaan was het sein tot een vijandige beweging van Russische zijde. Men was&#8212;al wilde men &#8217;t niet bekennen&#8212;aan die zijde
+bang voor &#8217;t geen hij zeggen ging. Niet dat de Maarschalk zulk een welsprekend redenaar was; integendeel. Hij had alle verachting
+van den soldaat voor veel praten en voor de &#8220;mannen van het woord,&#8221; zooals hij de afgevaardigden noemde; hij voelde meer voor
+een militair dictatoriaat dan voor een parlementaire wetgeving. Daarom werd zijn stem zelden in de Kamer gehoord; maar <i>als</i> hij sprak, was het kort, gebiedend en raak; en meermalen besliste hij over de twijfelaars te zijnen gunste. En het aantal
+twijfelaars was dezen avond groot.
+
+</p>
+<p>In het eerst kon zelfs de donderende stem van Zabern zich niet verstaanbaar maken. Telkens als hij beproefde te spreken, gingen
+zijn woorden in het rumoer verloren, dat de oppositie in de plaats stelde van haar welsprekendheid, en dat voornamelijk in
+het stampen met voeten en het klapperen met lessenaars bestond.
+
+</p>
+<p>Voor volle twee minuten bewoog Brunowski de bel, maar zonder eenig effect. Blijkbaar wilde de oppositie Zabern beletten aan
+het woord te komen.
+
+</p>
+<p>Ten slotte gaf Brunowski een wenk aan een der boden, en bijna onmiddellijk daarop trad een afdeeling gewapende grenadiers
+binnen, waarvan er zich een achter den stoel van elken afgevaardigde opstelde. Een plotselinge stilte volgde. De President
+verklaarde nu, <span class="pageno">
+[350]
+</span>elkeen die de orde wilde verstoren onmiddellijk uit de zaal te zullen doen verwijderen. Dat hielp, want de oppositie begreep
+geen enkele stem te kunnen missen.
+
+</p>
+<p>De Maarschalk begon nu met te zeggen, dat hij zich verplicht gevoelde eenigen uitleg te geven omtrent den aanslag, die heden
+morgen op de Prinses was gepleegd.
+
+</p>
+<p>Nauwelijks had hij dit gezegd, of Lipski stond op.
+
+</p>
+<p>&#8220;Meneer de voorzitter, ik protesteer. De Maarschalk is buiten de orde. Hij vermijdt het eigenlijke onderwerp van het debat.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De Maarschalk zal ongetwijfeld het verband duidelijk weten te maken,&#8221; antwoordde Brunowski.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Kamer zal begrijpen,&#8221; vervolgde Zabern, &#8220;waarom de geachte afgevaardigde den naam der Prinses buiten de discussie wenscht
+te houden. Wie is verantwoordelijk voor den moordaanslag? Niet de ellendige, wiens schot, gelukkig voor de Prinses en Czernovi&euml;,
+zijn doel miste. Neen, heeren, veroordeel dan den kogel of straf het pistool. De daders huizen elders. De ware daders zijn
+zij, die in woorden en geschriften verzet kweeken tegen de openbare macht en het hoofd van den Staat. En van die personen&#8221;&#8212;hier
+verhief Zabern donderend zijn stem&#8212;&#8220;is de afgevaardigde voor Russograd het hoofd!&#8221;
+
+</p>
+<p>Lipski vloog op.
+
+</p>
+<p>&#8220;Meneer de President, moet ik hier blijven zitten, en me moordenaar laten noemen zonder te mogen protesteeren?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeker niet. De Maarschalk moet zijn beschuldiging intrekken, of&#8212;bewijzen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het bewijs volgt. De twee ellendelingen, die op <span class="pageno">
+[351]
+</span>de Prinses schoten, zaten v&oacute;or den aanslag aan den weg, een krant lezend, waaruit zij blijkbaar de goedkeuring van hun daad
+putten. Ik zie den uitgever van dat blad al onrustig worden, want de naam ervan is de Kolokol. De moordenaars waren ijverige
+bestudeerders van de Kolokol, en in den uitgever zagen ze blijkbaar een groot politiek leider.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom?&#8221; riep de Hertog.
+
+</p>
+<p>&#8220;Om de volgende reden,&#8221; antwoordde Zabern, een vuil exemplaar van de Kolokol te voorschijn halend. &#8220;Hier is het blad dat de
+mannen op hun vlucht lieten liggen. Het bevat een artikel getiteld: &#8220;Harmodius de Patriot&#8221;, en in margine zijn potloodaanteekeningen
+gemaakt als: &#8220;Goed zoo!&#8221;&#8212;&#8220;Zeer waar!&#8221;&#8212;ja, zelfs staat er in slecht Russisch: &#8220;Dood aan de Prinses!&#8221;&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern hield de krant voor zich uit, om die de vergadering te laten zien.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik behoef de Kamer er wel niet aan te herinneren, dat Harmodius een Griek was, die den regeerder van Athene vermoordde en
+voor die daad door zijn medeburgers als een goed patriot werd ge&euml;erd. Waarom publiceert een uitgever, in plaats van de politieke
+gebeurtenissen van den dag, een artikel over een voorval dat meer dan drie-en-twintig eeuwen oud is? Omdat hij de leer wenscht
+te verkondigen, dat het ook heden een goede daad kan zijn het hoofd van een Staat te vermoorden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik protesteer tegen die uitlegging!&#8221; riep Lipski.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ten minste twee van uw lezers zijn &#8217;t met me eens, en hebben uw wenken in practijk gebracht. Ge ziet nu het effect van uw
+onderwijs in politiek; <span class="pageno">
+[352]
+</span>neem nu ook de verantwoordelijkheid voor uw uitingen op u. Ik zal de vrijheid nemen uw artikel voor te lezen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern deed dit, en toen hij ge&euml;indigd had, ging er een storm van verontwaardiging op bij de rechterzijde, terwijl de linker
+een norsch stilzwijgen bewaarde.
+
+</p>
+<p>&#8220;We weten allen, dat de Prinses steeds sterk geijverd heeft voor de instandhouding van de vrijheid der Pers. Dit artikel bewijst
+hoe men die ruimheid van opvatting weet te waardeeren! Zoo, mijne heeren, zijn de gevoelens, zoo is het karakter van den afgevaardigde
+van Russograd. En die aanprijzer van den vorstenmoord durft de goedkeuring op een wetsvoorstel inroepen van mannen van eer,
+van onvervalschte Czernovi&euml;rs, die hun Vorstin getrouw zijn tot in den dood! Zult ge voor deze wet stemmen? Nooit! Al was
+ze het fraaiste voorbeeld van wetgeving dat ooit het vernuft van een staatsman schiep! Wie kan den man scheiden van zijn voorstel?
+Elke stem ten gunste van zijn wet, is een stem ten gunste van den vorstenmoord. Laten zij, die zich verheugen in de redding
+der Prinses, hun sympathie toonen door een wet te verwerpen die haar gevoelens kwetst.&#8221;
+
+</p>
+<p>En nu had een dramatisch tableau plaats, dat door den handigen Zabern was voorbereid.
+
+</p>
+<p>Een kleine deur rechts van den voorzittersstoel ging open, en Elizabeth kwam de zaal binnen, tot groote verbazing der aanwezigen,
+die eerst dachten dat zij de Kamer wilde ontbinden.
+
+</p>
+<p>Brunowski bood dadelijk zijn stoel aan, doch de Prinses, wier bekoorlijke verschijning een liefelijke <span class="pageno">
+[353]
+</span>tegenstelling vormde bij de booze gezichten der afgevaardigden, bleef staan. Een oogenblik waren allen, zonder uitzondering,
+onder den indruk van haar stralende schoonheid. Toen zag men opeens met verwondering dat de Prinses, als door een plotselinge
+ingeving geleid, haar hoed losmaakte en dien naast zich legde.
+
+</p>
+<p>Brunowski maakte een beweging als wilde hij dit voorkomen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Vergeef me, meneer de Voorzitter,&#8221; sprak Elizabeth, &#8220;maar zooals ik zie brengen de gebruiken der Kamer mee, dat hier slechts
+<i>een</i> persoon het hoofd gedekt zal houden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Aller blikken wendden zich naar Lipski, die, terwijl alle afgevaardigden met ontbloot hoofd waren opgestaan, met z&#8217;n hoed
+op was blijven zitten.
+
+</p>
+<p>Hij had geen tijd lang van zijn lompheid te genieten. Zabern, alle <span class="corr" title="Bron: etikette">etiquette</span> vergetend, liep dwars door de zaal op Lipski toe. Een seconde daarna lag Lipski&#8217;s hoofddeksel tien meter hooger op de galerij.
+
+</p>
+<p>&#8220;Meneer de President,&#8221; zei Radzivil, &#8220;ik stel voor den afgevaardigde van Russograd het bijwonen der zitting voor den verderen
+duur te ontzeggen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;O neen, Graaf,&#8221; viel Elizabeth hem in de rede. &#8220;Laat men ons niet kunnen verwijten dat wij een afgevaardigde van zijn stem
+beroofden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen de bel van den Voorzitter de toejuichingen had onderdrukt, die deze opmerking te weeg had gebracht, begon Elizabeth de
+reden van haar aanwezigheid in deze vergadering te verklaren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Meneer de President, Heeren Ministers en Afgevaardigden,&#8221; <span class="pageno">
+[354]
+</span>sprak ze met zelf beheersching en waardigheid, &#8220;het is waar dat de Prinses zich niet behoort te mengen in de aangelegenheden
+der Kamer, maar eenvoudig de besluiten der meerderheid heeft te aanvaarden. Doch, Heeren, uw Prinses is geen automaat, maar
+een menschelijk wezen met menschelijke gevoelens. Die gevoelens zijn door de kloosterwet zeer in beroering gebracht; ik aarzel
+niet dit te bekennen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zij zweeg een oogenblik, en vervolgde toen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zal steeds overeenkomstig mijn eed handelen. Wordt de wet aangenomen, dan zal ik er mijn handteekening niet aan onthouden.&#8221;
+
+</p>
+<p>De Linkerzijde juichte.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar ik vertrouw, dat de Kamer de wet <i>niet</i> zal aannemen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Sensatie.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer mijn gevoelens eenigen invloed op uw meening kunnen hebben, dan doe ik een beroep op uw aller medewerking&#8212;tot welke
+partij ge behoort&#8212;om de wet te verwerpen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Met deze woorden boog ze naar beide zijden, en verliet de kamer te midden van geestdriftige kreten: &#8220;Leve de Prinses!&#8221;
+
+</p>
+<p>De ridderlijkheid van het meerendeel der leden was opgewekt. Wat de Oppositie had willen bereiken, was door twee pistoolschoten
+en door het beroep der Prinses verijdeld.
+
+</p>
+<p>Zabern triomfeerde.
+
+</p>
+<p>Zoodra de President zijn zetel weer had ingenomen, zette de Maarschalk zijn rede voort.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Prinses heeft het tot een persoonlijke kwestie tusschen haar en Lipski gemaakt. Welnu, mijne <span class="pageno">
+[355]
+</span>heeren, ge hebt de Prinses gezien, en&#8212;ge ziet Lipski,&#8221; vervolgde hij, op dien afgevaardigde wijzend, die een treurig figuur
+maakte in dat oogenblik. &#8220;Zal iemand nog twijfelen voor wie hij stemmen gaat?&#8221;
+
+</p>
+<p>Het was middernacht.
+
+</p>
+<p>Te midden van een onbeschrijflijke opwinding kondigde Brunowski de stemming aan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik stel een gesloten stemming voor,&#8221; zei Zabern.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben er tegen!&#8221; riep Bora.
+
+</p>
+<p>De President bracht dit punt in omvraag, met het gevolg, dat Zabern zijn zin kreeg. Hij begreep dat hem dit eenige stemmen
+in zijn voordeel zou geven, want het goud van Orloff had enkele twijfelaars onder de Czernovi&euml;rs omgekocht, en onder het toezicht
+van Lipski en Bora zouden ze het bij een openlijke stemming nooit gewaagd hebben hun lastgever te verloochenen.
+
+</p>
+<p>In de Slavowitzsche Kamer werden zoogenaamde gesloten stemmingen door middel van zwarte en witte schijven gehouden, waarvan
+elk lid er een in zijn lessenaar had. Zwart diende om tegen, wit om v&oacute;or te stemmen.
+
+</p>
+<p>Met den gekozen schijf in de gesloten hand ging nu ieder afgevaardigde langs de tafel van den President, en gedurende eenige
+oogenblikken hoorde men slechts den metalen klank waarmee de schijven in een bronzen urn vielen. Telkens wanneer iemand op
+die manier gestemd had, werd zijn naam opgeschreven, zoodat ten slotte het aantal schijven met het aantal namen moest overeenstemmen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Honderdtwintig leden hebben gestemd,&#8221; zei de griffier die de namen had aangeteekend. Dit was het <span class="pageno">
+[356]
+</span>grootste aantal, ooit bij een stemming verkregen.
+
+</p>
+<p>De vraag was nu, hoe er gestemd was?
+
+</p>
+<p>Op een teeken van den President werd de inhoud van den urn langzaam op het roode tafelkleed uitgestort.
+
+</p>
+<p>In hun opwinding verdrongen de leden zich om de tafel, in gespannen verwachting omtrent den uitslag.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Op het voorplein was de beweging toegenomen. Een groote opschudding had het bericht veroorzaakt, dat de Prinses in de vergadering
+was geweest. Men wist elkaar te vertellen, dat zij met tranen in de oogen voor de afgevaardigden op de knie&euml;n was gevallen,
+en dat Zabern met een sabel in de hand door de zaal had geloopen, dreigend iedereen den hals af te snijden die niet tegen
+de wet stemde.
+
+</p>
+<p>Aller oogen waren op de groote vleugeldeuren gericht, vanwaar uit een schitterend licht het plein overstroomde.
+
+</p>
+<p>Tien minuten na middernacht ontstond er een beweging bij de trap die naar den ingang leidde; een bode van de Kamer kwam naar
+buiten, met een papier in de hand, waarop de uitslag van de stemming geschreven stond. Toen hij de hand ophief, werd het volkomen
+stil. Geen beweging, geen woord, geen ademhaling.
+
+</p>
+<p>&#8220;Er zijn uitgebracht 120 stemmen. Daarvan zijn er 39 voor, en 81 tegen. De wet is dus verworpen met een meerderheid van 42
+stemmen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Deze publicatie werd door een oogenblik van verbaasd stilzwijgen gevolgd. De patriotten konden niet gelooven in zulk een overwinning,
+de Russischgezinden niet in zulk een nederlaag. Maar toen men Zabern <span class="pageno">
+[357]
+</span>naar buiten zag treden, wien zijn aanhangers gelukwenschend de hand drukten, was er geen twijfelen meer mogelijk, en nu ontstond
+een geweldig tumult. De beide partijen wilden elkaar te lijf, en het plein moest door de huzaren worden schoongeveegd.
+
+</p>
+<p>Ook binnen het Kamergebouw was de opwinding groot. Lipski en de zijnen waren geheel verslagen en de eerste beklaagde zich
+vooral de kolossale sommen die besteed waren om de patriotten om te koopen.
+
+</p>
+<p>Na het besluit genomen te hebben dat de militaire bewaking der kloosters werd opgeheven, gingen ook de laatste afgevaardigden
+heen.
+
+</p>
+<p>In een kleine kamer, grenzend aan de vergaderzaal, zat Elizabeth, omringd door haar Ministers.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een aantal van 81 stemmen! Meer dan twee-derden! Welk een triomf!&#8221; zei ze, stralend van vreugde.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ons geheim is veilig,&#8221; zei Radzivil, &#8220;Kossuth krijgt zijn geld.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Weer een nederlaag voor Rusland,&#8221; zei Zabern. &#8220;Wat zal Orloff zijn roebels betreuren!&#8221;
+
+</p>
+<p>Door een van de gangen gaande, ontmoette Zabern den Hertog van Bora.
+
+</p>
+<p>Deze Minister had eindelijk het masker afgeworpen, maar de gelegenheid was hem niet gunstig geweest. In de hoop op een nederlaag
+van het Kabinet, had hij openlijk partij gekozen voor de oppositie, en zich naast Lipski gezet, alleen om des te meer van
+zijn triomf te genieten. Men kan begrijpen met welk een uitdrukking hij Zabern&#8217;s glimlach beantwoordde.
+
+</p>
+<p>&#8220;U schijnt niet in zoo&#8217;n vroolijke stemming te zijn als de vorige week op het terras,&#8221; zei Zabern. &#8220;Mag ik deze gelegenheid
+waarnemen om u mijn vordering <span class="pageno">
+[358]
+</span>van tienduizend roebels aan te bieden? Het is een heele som, maar ik zal ze zonder wroeging aannemen, omdat ik weet dat het
+Orloff-fonds u wel zal schadeloos stellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Inwendig woedend, maar zonder iets te zeggen, schreef de Hertog onwillig een cheque voor het benoodigd bedrag.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een onvoorziene omstandigheid heeft u uw weddenschap doen winnen,&#8221; zei hij kort.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja, &#8217;t was een heel&#8212;eh&#8212;onvoorziene omstandigheid,&#8221; zei Zabern, terwijl hij met de cheque in den zak wegging.
+
+</p>
+<p>Toen de straten tot hun rust waren teruggekeerd reed Elizabeth, vergezeld door Felix, die op de galerij de zitting had bijgewoond,
+naar het Paleis terug. Daar vonden ze Zabern, in gezelschap van Rob, die reeds in zijn nieuwe functie aan de Prinses was voorgesteld.
+De Prinses noodigde de drie mannen uit, ondanks het late uur, nog een oogenblik in de Witte Zaal te verwijlen; zij voelde
+behoefte, zeide ze, haar drie trouwe onderdanen nog eens dank te zeggen voor wat ze hun verschuldigd was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat pistoolschot had goede gevolgen, Maarschalk,&#8221; merkte ze op. &#8220;Ik had nooit gedacht dat een moordaanslag zoo nuttig kon
+zijn, en ik zou in staat zijn de moordenaars vergiffenis te schenken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan zult Uwe Hoogheid daartoe de gelegenheid hebben,&#8221; antwoordde Zabern, &#8220;want de dader is in de kamer hiernaast.&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij stampte driemaal met den voet op den grond. Een deur ging open, en Katina Ludovska kwam <span class="pageno">
+[359]
+</span>binnen met haar zuster Juliska. Ze gingen eenigszins beschroomd op de Prinses toe en knielden voor deze neer, totdat zij verzocht
+werden op te staan. Zij waren beiden geen vreemden voor Elizabeth, die haar dikwijls in de schermzaal had zien oefenen. Voor
+de verwonderde Prinses begreep wat dit te beteekenen had, zei Zabern, op Katina wijzend:
+
+</p>
+<p>&#8220;Deze man met den rooden baard vraagt Uwe Hoogheid vergiffenis, dat zij zonder toestemming op U geschoten heeft.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Verklaar dat nader,&#8221; zei de Prinses, hoog, en met een blik die zelfs de onvervaarde Katina deed terugdeinzen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zij handelde,&#8221; vervolgde Zabern kalm, &#8220;op bevel van den Maarschalk Zabern. Het was noodig, dat Uw populariteit, Prinses,
+vandaag sterker dan ooit werd gevoeld, als voorbereiding tot Uw optreden in de Kamer zooals ik dat hedennamiddag met U vaststelde.
+Daarom besloot ik dat er een moordaanslag op U geschieden zou. En met scherpe patronen, die U slechts een haarbreedte zouden
+missen. Aan den doffen knal van een losse patroon zou men de list hebben herkend.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar Maarschalk,&#8221; riep de Prinses, nog half verontwaardigd, &#8220;dat was een zeer gevaarlijk spel!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Niet in &#8217;t minst,&#8221; antwoordde Zabern. &#8220;Ik wist dat Katina Ludovska, de beste schutter van ons land, den kogel leiden zou
+waarheen ze wilde.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar dat neemt niet weg,&#8221; zei de Prinses, ontsteld over zulk een roekeloosheid, &#8220;dat het een gevaarlijke proef was. In zulke
+dingen heeft toch zelfs de beste schutter zich nooit geoefend!&#8221;
+<span class="pageno">
+[360]
+</span></p>
+<p>&#8220;Het spijt mij, Hoogheid, dat U voor de eerste maal Uw vertrouwen in mij blijkt te missen,&#8221; zei Zabern, nog steeds onverstoord.
+&#8220;Katina had zich onder mijn leiding herhaaldelijk in dit schot geoefend. Haar zuster Juliska reed haar in de tro&iuml;ka voorbij,
+en zes achtereenvolgende malen schoot Katina haar op tien pas een kogel door de veeren van haar hoed, en een tweede langs
+haar slapen. Wanneer ik in aanmerking neem, dat Uwe Hoogheid het geheel aan mij had overgelaten, den val der kloosterwet te
+bewerken, en dat noch U, noch ik eenig ander middel wisten te vinden&#8212;dan meen ik mij als volkomen verantwoord te mogen beschouwen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Bij de herinnering aan den schrik van dien morgen, was Elizabeth&#8217;s eerste gewaarwording van verbazing in toorn overgegaan;
+maar bij de gedachte dat welbeschouwd alles ten beste gekeerd was, keerde haar kalmte en de vriendelijke uitdrukking op haar
+gelaat terug.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge speelde een even roekeloos spel met uw levens als met het mijne,&#8221; zei ze tot Katina en haar zuster. &#8220;Wanneer de huzaren
+u geraakt hadden?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Nikita was in het complot, Hoogheid,&#8221; zei Zabern. &#8220;Hij had hun patronen uitgereikt, die ik voor deze gelegenheid had doen
+vervaardigen, en waarvan de kogel na het schot versplintert. Maar ik beken, dat ik lust had uw Secretaris een sabelhouw te
+geven toen ik hem zijn revolver zag aanleggen. Gelukkig struikelde hij juist.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik dacht weinig dat ik op Katina aanlegde,&#8221; glimlachte Felix, &#8220;en ik ben dankbaar dat ze niet terugschoot. Dus Nikita was
+in het complot? En hij <span class="pageno">
+[361]
+</span>beweerde in een van de twee Russakoff te herkennen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar u zag hem niet lachen achter uw rug!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En die roode muts...&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Was opzettelijk op den verkeerden weg geworpen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En die aanteekeningen op de Kolokol...&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waren van mijn hand.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix vroeg niet verder. Evenals Rob vervulde hem een gevoel van treurigheid bij de gedachte, dat door zulke middelen het
+land gered en de Vorstin hoog gehouden moesten worden. Waar de macht alleen gesteund en gevoed kon worden door list en geweld,
+daar was de grondslag, waarop die macht beruste, wrak en wankelbaar. Tijdelijk zou zulk een toestand kunnen behouden worden,
+maar op den duur beteekende hij bederf en ondergang. En opnieuw kwam den beiden vrienden een toekomst voor den geest, waarin
+dit alles niet meer noodig zou zijn.
+
+</p>
+<p>Ook Elizabeth voelde de tragische grootheid van een man als Zabern.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar Maarschalk,&#8221; zei ze ernstig, &#8220;u hebt me in een scheeve positie gebracht, door mij tegenover de Kamer als het ontsnapte
+slachtoffer van een moordaanslag voor te stellen. Bovendien hebt u getracht Lipski in verband te brengen met een daad, waar
+hij geheel buiten stond. Is dat te verantwoorden?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Prinses,&#8221; zei Zabern koel, &#8220;in gevallen als deze vraagt een staatsman niet naar verantwoording. <i>Het moest.</i> Ik had moreele bezwaren kunnen hebben&#8212;maar dan had ik U en Czernovi&euml; opgeofferd. Ik zal hem bewonderen, die een anderen uitweg
+wist aan te geven. Het oordeel over mijn daden laat ik aan de geschiedenis over.&#8221;
+<span class="pageno">
+[362]
+</span></p>
+<p>Er was een pijnlijke stilte. Allen begrepen, dat het gemakkelijker was de daden van dezen man te beoordeelen, dan in zijn
+plaats te moeten handelen.
+
+</p>
+<p>Na eenige oogenblikken vervolgde Zabern, nu op zijn oude, luchtige manier:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer Lipski het niet voor deze maal verdiend heeft, dan heeft hij het voor een ander maal. Onlangs heb ik een leeg huis
+door mijn spionnen doen onderzoeken, dat aan dat van Lipski grenst. Zij braken eenige steenen uit den tusschenmuur die de
+kelders scheidt&#8212;ik verzeker u dat er onder Lipski&#8217;s woning ruim tienduizend klein-kaliber geweren liggen. Dat is &oacute;ok verborgen
+materiaal! Maar voor een verraderlijken en oneerlijken strijd. Reken er op, dat Russograd zich den 14<sup>en</sup> September daarmee wapenen zal.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Den vooravond van mijn kroning!&#8221; riep Elizabeth met een verschrikte beweging.
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist. Ik weet door spionnen dat men een gewapenden opstand tegen dien datum voorbereidt. Maar ook ditmaal heb ik hoop op
+een goeden afloop. Mijn plan is al gemaakt. Op Lipski en zijn geweren houd ik het oog.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik laat ook dit aan uw zorg over.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En Uwe Hoogheid vergeeft die kleine aardigheid van den moordaanslag?&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth stak den Maarschalk met een glimlach de hand toe.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zonder uw zorg, Maarschalk, zouden we niets kunnen.&#8221;
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Het was twee uur in den nacht, en het gezelschap scheidde.
+<span class="pageno">
+[363]
+</span></p>
+<p>Maar Zabern, de onvermoeibare, zette zich aan zijn schrijftafel. Wederom was zijn brief aan Boris Ludovski gericht.
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;Waarde Boris,
+
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb u een verblijdend bericht te melden. Zooeven heeft mijn agent in Warschau mij bericht, dat het hem na de grootste
+moeite gelukt is, van uw in beslag genomen bezittingen tienduizend roebels vrij te maken. Ik zend ze u hierbij, hopende de
+in mijn vorig schrijven bedoelde familiepapieren spoedig te doen volgen.
+
+
+</p>
+<p>&#8220;In gedachten drukt u de hand uw toekomstige schoonzoon en oude vriend
+
+
+
+</p>
+<p>Ladislas Zabern.&#8221;</p>
+</div><p>
+
+
+
+</p>
+<p>Reeds vroeg in den morgen had de Maarschalk Bora&#8217;s cheque aan de Czernovische Bank ingewisseld, en een uur daarna had Nikita
+bovenstaand schrijven met zijn kostbare bijlage veilig aan Ludovski overgebracht.
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[364]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e6016"></a></p>
+<h1 class="label">Vier en twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Een Russisch Leger aan de Grens.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Felix wordt uit Czernovi&euml; verbannen.&#8212;Hij gaat, maar hij zal terugkomen!&#8212;Zes Turksche krijgsgevangenen in het studeervertrek
+van Zabern.&#8212;Rob verdwijnt.&#8212;Ravenski komt met nieuwe bedreigingen.&#8212;De Czaar staat aan de grens!
+</p>
+</div>
+<p>Eenige weken na deze gebeurtenissen liep Felix op een laat uur door de Paleis-tuinen, niet met het doel Elizabeth te ontmoeten,
+maar aangetrokken door de schoonheid van het maanlicht.
+
+</p>
+<p>Hij zat eenzaam aan den oever van een met boomen omzoomden vijver, peinzend over de eigenaardige, romantische wending die
+zijn leven genomen had.
+
+</p>
+<p>Maar nog iets anders hield zijn gedachten bezig, een raadselachtige zaak, die &#8217;t hem onmogelijk was te ontwarren.
+
+</p>
+<p>Nog slechts enkele minuten geleden had Rob hem verlaten, na hem een mededeeling te hebben gedaan, waarvan hij de beteekenis
+vergeefs trachtte te vatten.
+
+</p>
+<p>Rob was bij hem gekomen met een uitdrukking van vreugde op het gelaat.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb een plan ontworpen,&#8221; zei hij, &#8220;z&oacute;o gewaagd, dat ik zelf aan de mogelijkheid der uitvoering twijfel. <span class="pageno">
+[365]
+</span>Maar ik zal &#8217;t beproeven. Gelukt het, dan kan de redding van Czernovi&euml; er &#8217;t gevolg van zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>Natuurlijk had Felix op een nadere verklaring aangedrongen, maar Rob had deze geweigerd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik wil je mijn plan niet zeggen, omdat ik zeker weet dat je &#8217;t me dan zult afraden, uit vrees dat ik mijn leven te zeer bloot
+stel. En ook, omdat je dan zelf deel er aan zult willen nemen. Het is veel beter dat jij hier blijft, waar je van nut kunt
+zijn, en dat slechts een van ons beiden zich in de waagschaal stelt. Ik kan gemist worden&#8212;jij niet.&#8221;
+
+</p>
+<p>Op alle verdere verzoeken van Felix had hij slechts geantwoord:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ontneem me deze gelegenheid niet om je te vergelden wat je voor mij gedaan hebt. Morgen verdwijn ik uit Slavowitz. Niemand
+weet van mijn vertrek, ook Zabern niet. Ik zal hem alleen een schrijven achterlaten, waarin ik hem verzoek, mijn heengaan
+den schijn van een diplomatieke zending op zijn last te geven. Dan zal men zich niet verwonderen, of argwaan krijgen over
+mijn vertrek. Geloof me, het is beter dat niemand mijn geheim weet, dan behoef ik ook niemand teleur te stellen als het plan
+mislukt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Met deze woorden was Rob heengegaan, Felix verbaasd en ongerust achterlatend.
+
+</p>
+<p>Een plotseling geritsel in de struiken maakte een einde aan Felix&#8217; overpeinzingen, en, opziend, zag hij Elizabeth naast zich
+staan.
+
+</p>
+<p>Ze was in een opgewonden stemming, en haar eerste woorden waren:
+
+</p>
+<p>&#8220;Felix&#8212;laten we Czernovi&euml; verlaten, nog dezen avond, nu dadelijk! Neem me met je mee.&#8221;
+<span class="pageno">
+[366]
+</span></p>
+<p>Een oogenblik twijfelde Felix of hij goed verstaan had; toen vroeg hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat is er gebeurd, dat je tot zulk een dwaasheid zou brengen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Er blijft ons niet anders over. Hoor wat er vanavond in den Ministerraad is besproken. Ravenski deed de vraag, of het waar
+was dat ik den Hertog van Bora medegedeeld had hem nooit te zullen huwen. Natuurlijk diende Ravenski als spreekbuis van den
+Hertog. Zabern en ik waren op deze vraag voorbereid, zooals te begrijpen is, en ik antwoordde dan ook onomwonden, dat het
+waar was, er bijvoegend dat dit overigens een zaak was die mij alleen aanging, omdat ik wel verplicht was Rusland&#8217;s toestemming
+voor een huwelijk in te roepen, doch niet gedwongen kon worden tegen mijn zin te huwen. Daarop volgde de vraag, waarop we
+geheel niet voorbereid waren, en die ons dan ook zeer verraste: of ik me zou willen verklaren omtrent mijn verhouding tot
+mijn Particulieren Secretaris. Een oogenblik was ik van zins de vraag hooghartig af te wijzen, maar nu ze eenmaal gesteld
+was, nu ik voelde dat deze vraag door een afwijzend antwoord niet meer terug te dringen was, integendeel Czernovi&euml; als een
+loopend vuur zou doorkruisen&#8212;nu verklaarde ik, voor ik &#8217;t eigenlijk zelf besefte, dat ik van zins was mijn Secretaris tot
+Prins-Gemaal te verheffen&#8212;met of zonder toestemming van den Czaar.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En wat voor indruk maakte dat?&#8221; vroeg Felix, in een oogenblik de talrijke en gewichtige gevolgen overziend die Elizabeth&#8217;s
+antwoord meebracht.
+
+</p>
+<p>&#8220;Radzivil en Dorislas keken elkaar aan alsof ze zeggen wilden, dat ze dit wel gedacht hadden, de <span class="pageno">
+[367]
+</span>overigen vonden blijkbaar mijn voornemen zeer bedenkelijk; Zabern zweeg en vond &#8217;t dus waarschijnlijk beter voorloopig zijn
+persoonlijke opinie ondergeschikt te maken aan de algemeene.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En die algemeene opinie was?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat er van een huwelijk tusschen jou en mij nooit sprake kan zijn. Meer nog: men drong er op aan dat je onmiddellijk Czernovi&euml;
+verlaten zou. Ik wilde dit weigeren, maar Zabern gaf me een teeken om toe te geven. En, als altijd me aan zijn wil onderwerpend,
+beloofde ik op mijn woord dat je binnen vier-en-twintig uur vertrekken zou. Maar toen ik &#8217;t gezegd had, schrok ik voor mijn
+eigen woorden terug. Ik besloot je te vergezellen als je heen ging&#8212;dat kan niemand me verbieden. Ik zal nooit afstand van
+je doen. Je bent me meer waard dan een vorstinnekroon, ja dan mijn leven. Laten we vluchten Felix, ik smeek het je, laten
+we Czernovi&euml; aan zijn lot overlaten....&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix zag, dat ze haar zelfbeheersching geheel verloren had. De zelfbewuste Prinses, die zooveel gevaren moedig onder de oogen
+had gezien, was veranderd in een smeekende, van ontroering en angst trillende vrouw, wier oogen vol tranen stonden. Hij trachtte
+haar tot kalmte te brengen, haar de dwaasheid van haar besluit te doen inzien.
+
+</p>
+<p>&#8220;Als je je woord hebt gegeven dat ik vertrekken zal&#8212;dan moet ik gaan, en... alleen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zonder mij?&#8221; riep Elizabeth. &#8220;Wil je daarmee zeggen dat we voor altijd scheiden moeten?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen, dat nooit. Maar we moeten elkaar tijdelijk vaarwel zeggen. Ik ga, maar jij moet blijven. Bedenk <span class="pageno">
+[368]
+</span>dat je als Vorstin niet aan je zelf, maar aan je volk toebehoort. Als je Czernovi&euml; verlaat, geef je den Hertog de kroon, die
+hij door list en verraad tracht te bemeesteren. Laat dien verrader niet slagen. Geef je vaderland niet over aan zijn tirannie.
+Dat staat gelijk met de totale triomf van Rusland.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Die is toch niet ver meer,&#8221; zei Elizabeth bitter. &#8220;Onze gezanten te Berlijn en te Weenen meldden ons, dat Rusland door Oostenrijk
+en Duitschland is gevolmachtigd naar eigen inzichten met Czernovi&euml; te handelen. De annexatie staat voor de deur.&#8221;
+
+</p>
+<p>Opeens vormde zich een plan in Felix&#8217; hoofd. Misschien kon deze onverwachte verbanning hem van nut zijn. De raadselachtige
+woorden die Rob dezen avond gesproken had, kwamen hem te binnen, en het was hem of het besluit, waarbij hem het verblijf in
+Czernovi&euml; ontzegd werd, in verband met die woorden een bizondere beteekenis kreeg. Hij was immers verantwoordelijk voor zijn
+jongen vriend: hij zou hem niet alleen laten gaan. Ook tegen Rob&#8217;s wil zou hij hem vergezellen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Toch zal ik gaan,&#8221; sprak hij. &#8220;Er is een kans, dat Czernovi&euml; de Russische wapenen nooit meer te vreezen zal hebben. Die kans
+is gering, maar beter te wagen en te mislukken, dan nooit iets te wagen. Lukt het plan, waarop ik doel, dan zal het Ministerie
+me bij terugkomst misschien met vriendelijker oogen aanzien.&#8221;
+
+
+</p>
+<p></p>
+<div class="divFigure">
+<p class="legend"><img border="0" src="images/p369.jpg" alt="Hij gaat, maar hij zal terugkomen! (pag. 369.)"></p>
+<p class="figureHead">Hij gaat, maar hij zal terugkomen! (pag. 369.)</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Ofschoon Felix zich niet nader over zijn plan wilde uitlaten, toonde hij zooveel vertrouwen in de toekomst, dat Elizabeth
+ten slotte voor zijn aandrang bezweek en beloofde in zijn wil te zullen berusten.
+<span class="pageno">
+[369]
+</span></p>
+<p>Nog langen tijd zaten ze bijeen, geen van beiden den moed voelend tot de scheiding. Maar eindelijk scheurde Felix zich los,
+en met een hoopvol: &#8220;tot weerziens&#8221; verliet hij Elizabeth, om zich in zijn kamer in het Paleis voor zijn vertrek gereed te
+maken.
+
+</p>
+<p>In de vestibule ontmoette hij Zabern, die hem vroeg:
+
+</p>
+<p>&#8220;Dus gaat ge Czernovi&euml; verlaten?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het Ministerie wenscht het.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar ge moet terugkomen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wanneer?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Op den vooravond der kroning.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom op dien dag?&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern keek voorzichtig om zich heen, en fluisterde daarna Felix iets in &#8217;t oor.
+
+</p>
+<p>&#8220;Is dat dus het plan van den Hertog?&#8221; vroeg deze verrast.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is het. En gij alleen kunt het verijdelen. Dus ge zult er zijn?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U kunt op mij rekenen, Maarschalk.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Goed. Ik verzeker u&#8212;<i>wij</i> zullen het laatst lachen. Nog &eacute;en ding. Kom morgenochtend, voor ge vertrekt, in mijn studeerkamer.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix beloofde te komen, en zocht zijn kamer op, waar hij, na zijn koffer te hebben gepakt, vermoeid in slaap viel.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Den volgenden morgen vond Felix Zabern en Rob in het studeervertrek van den Maarschalk.
+
+</p>
+<p>&#8220;V&oacute;or dat ge vertrekt, meneer de Secretaris,&#8221; zei Zabern, &#8220;wilde ik u nog een verrassing bereiden. U moet weten dat ik sedert
+eenige weken in drukke correspondentie ben met het Turksch Ministerie van Buitenlandsche <span class="pageno">
+[370]
+</span>Zaken, en wel over de volgende kwestie. Men heeft bij Midia, in het begin van den Dardanellen-Oorlog, acht Engelsche krijgsgevangenen
+gemaakt, die met een luchtballon aan de kust waren neergedaald en die men voor spionnen hield.&#8221;
+
+</p>
+<p>Felix hield met moeite een uitroep van verrassing binnen, en zag Rob aan, wiens gezicht echter onbewegelijk bleef.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik sprak van Engelsche gevangenen,&#8221; vervolgde Zabern, &#8220;maar het schijnt dat het met de opgave der nationaliteit, welke de
+gevangenen deden, niet in den haak was. Twee hunner, over wie straks nader, herkregen hun vrijheid, maar de andere zes, wier
+papieren op Engelsche afkomst wezen, hield men in bewaring. Den eersten tijd, toen de oorlog de handen vol gaf, bekommerde
+men zich weinig om het zestal; later echter, toen er tusschen de Engelsche en Turksche Gouvernementen over uitwisseling van
+krijgsgevangenen werd onderhandeld, bood men de zes genoemde personen aan in ruil voor den Turkschen generaal Ben Ali Pacha.
+Toen bleek, dat de Engelsche papieren niet in orde waren en toebehoord hadden aan reeds lang overleden Engelschen. De gevangenen
+vielen door de mand, en bekenden Hollanders te zijn. Ook deze bewering bleek bij onderzoek onjuist; daar men echter de zes
+mannen, met wie men eigenlijk geen raad wist, kwijt wilde zijn, werd het onderzoek naar hun herkomst nader voortgezet. Het
+lag voor de hand, dat men ook in Czernovi&euml; informeerde, omdat dit een Hollandsch-sprekende bevolking heeft. Door een toeval
+werd het schrijven van den Turkschen Minister, bij afwezigheid van onzen Minister van Buitenlandsche <span class="pageno">
+[371]
+</span>Zaken, aan mij ter afdoening in handen gegeven. Ik zou misschien zooveel beteekenis niet aan de zaak hebben gegeven, als niet
+het Turksche schrijven ook sprak van de twee mannen, die in vrijheid gesteld waren omdat hun papieren in orde waren en zij
+Hollanders bleken te zijn. Hun signalement paste volkomen op u beiden. Ge begrijpt dat mijn lust tot naspeuren en spionneeren
+hier een ruim veld vond.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern zweeg een oogenblik, en vermeide zich in de verbazing van Felix, die een poging deed om het geval te verklaren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Doe geen moeite, waarde Van Stralen,&#8221; zei Zabern lachend, Felix nu bij zijn waren naam noemend, &#8220;ik ben reeds volkomen ingelicht.
+Mijn jeugdige Secretaris&#8221;&#8212;op Rob wijzend&#8212;&#8220;heeft geen geheimen voor me; hij meende me uw geschiedenis in haar geheel te moeten
+vertellen, en ik geloof dat hij daar goed aan gedaan heeft.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik geloof het ook, Maarschalk,&#8221; zei Felix. &#8220;U hebt ons zoo dikwijls uw vertrouwen getoond, wij willen nu ook u de bewijzen
+van het onze geven.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U begrijpt,&#8221; ging Zabern voort, &#8220;dat veel mij nu duidelijker is geworden. Ook waarom u zulk een goed Czernovi&euml;r bent geworden.
+En u zult het met me eens zijn, dat deze ontdekking van grooten invloed op de hangende gebeurtenissen kan zijn. U hadt gelijk
+met tot nog toe de geheele geschiedenis geheim te houden; in uw tegenwoordig karakter kunt u de belangen van den Staat ongetwijfeld
+het beste dienen. Nu het echter tusschen u en den Czaar een kwestie is geworden om het bezit van de Prinses, zal het een groote
+factor in uw belang zijn, wanneer het patriottisch gedeelte der bevolking <span class="pageno">
+[372]
+</span>op het beslissend oogenblik in u den kleinzoon van den stichter der Republiek herkent, en den rechtmatigen regeerings-pretendent,
+en als &#8217;t weet dat uw verloving met de Prinses reeds van uw jeugd dateert. Dit alles versterkt nog mijn hoop op de toekomst.
+Maar nu moet ik u nog vertellen hoe het met uw zes vrienden is gegaan. Mijn Secretaris verzocht me hun invrijheidstelling
+tot elken prijs te bewerken. Met behulp van offici&euml;ele papieren&#8212;het papier is geduldig onder Zabern&#8217;s hand!&#8212;bewees ik dat
+de Turksche krijgsgevangenen Czernovische onderdanen waren, en verzocht daarom hun uitlevering. Deze werd toegestaan.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern klapte in de handen, een deur ging open, en&#8212;daar traden ze binnen! La, Lo, Mu, Naf, Nef en Nof!
+
+</p>
+<p>Men kan zich de vreugde van het weerzien voorstellen. Men drukte elkaar wederzijds de hand, vertelde honderd uit, en moest
+ten slotte door Zabern tot rede gebracht worden, die er op wees dat het reeds naar den middag liep.
+
+</p>
+<p>La was de eerste, die aangaf wat er nu te doen stond. Hij wist dat Felix weer voor eenigen tijd afscheid moest nemen, en was
+van oordeel dat deze zelf het best kon beoordeelen hoe en waar hij dien tijd wilde doorbrengen, zoodat hij geheel vrij moest
+blijven in zijn handelingen. Wat hemzelf en zijn vijf lotgenooten betrof, hun bestemming was als vanzelf aangewezen. Ze zouden
+zoo spoedig mogelijk en met de snelste vervoermiddelen hun schuilplaats in de Himalaya opzoeken. Daar zou hun eenige en onverpoosde
+arbeid zijn: het vervaardigen van een nieuwen, maar nog machtiger en vernuftiger ingerichten &#8220;Vogel&#8221;!
+
+</p>
+<p>Opnieuw bewonderde Rob de energie en het idealisme van La, die na al zijn teleurstellingen opnieuw zichzelf, <span class="pageno">
+[373]
+</span>zijn kennis en zijn fortuin in dienst van de wetenschap en het vaderland stelde. Ja, met zulke mannen kon een land tot bloei
+gebracht worden; hij voelde het: de terugkeer van La en zijn metgezellen beteekende de terugkeer van Czernovi&euml;&#8217;s bloei en
+grootheid, met hen zou de victorie beginnen!
+
+</p>
+<p>&#8220;Heeft men hier niets van jullie terugkomst gemerkt?&#8221; vroeg Felix.
+
+</p>
+<p>&#8220;Niets. We zijn gisteren middag ongemerkt binnen het paleis gebracht, niet waar Maarschalk?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Als galeiboeven!&#8221; lachte Zabern. &#8220;In een gesloten dievenwagen! Maar ik meende er u een dienst mee te bewijzen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Daarmee was men &#8217;t eens. Voorloopig bleef geheimhouding gewenscht, en daarom besloten de zes mannen dan ook spoedig en onbemerkt
+te vertrekken. Zij namen afscheid, en enkele uren daarna vernam het Ministerie dat de Secretaris der Prinses Czernovi&euml; had
+verlaten, zonder dat iemand, ook Elizabeth niet, wist waarheen hij vertrokken was.
+
+</p>
+<p>Even nadat Felix van den Maarschalk afscheid genomen had, liet deze vergeefs een paar malen zijn Secretaris, die zijn vriend
+uitgeleide gedaan had, verzoeken bij hem te komen.
+
+</p>
+<p>Men zocht in Rob&#8217;s kamer, in de Paleistuinen&#8212;maar Rob was niet te vinden.
+
+</p>
+<p>Ofschoon dit den Maarschalk verwonderde, daar Rob wist dat zijn diensten dien dag nog verlangd konden worden, en de jeugdige
+Secretaris overigens het voorbeeld zelve van stiptheid was, dacht hij er verder niet over na, vertrouwende dat het geval zich
+zoo aanstonds wel ophelderen zou.
+<span class="pageno">
+[374]
+</span></p>
+<p>Terwijl hij echter op zijn schrijftafel eenige brieven rangschikte, viel zijn oog op een couvert, waarop in Rob&#8217;s handschrift
+zijn adres was gesteld.
+
+</p>
+<p>Den brief openend, las hij tot zijn verbazing het volgende:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;Excellentie,
+
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb een plan gevormd in het belang van Czernovi&euml;. Vergeef me dat ik u den inhoud niet meedeelde en zonder uw toestemming
+vertrek. Ik heb daar ernstige redenen voor, die ik u&#8212;zoo ik in leven blijf&#8212;later zal mededeelen. Hoe ook de uitslag zij, deze
+zal bewijzen dat ik de Prinses, het vaderland en u, Maarschalk, getrouw ben geweest.
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Ten einde geheel vrij in mijn handelingen te zijn, geef ik u in overweging mijn afwezigheid te verklaren door een diplomatieke
+zending uwerzijds.
+
+
+
+</p>
+<p>Robert Rensma.&#8221;</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>Zabern&#8217;s verbazing duurde nooit lang, en ook ditmaal nam hij de omstandigheden weldra voor wat ze waren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn menschenkennis moet me al zeer bedriegen,&#8221; sprak hij tot zichzelf, &#8220;als die jonge Hollander niet drommels goed weet
+wat hij doet. Ik zal hem z&#8217;n gang laten gaan. Wie zal zeggen wat hij nog voor wonderen weet te bewerken? Want &#8217;n wonder hebben
+we noodig om Czernovi&euml; te redden. Het beste is, hier maar niet al te zeer op te rekenen&#8212;dan kan &#8217;t niet anders dan meevallen!&#8221;
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Dienzelfden avond was er opnieuw een vergadering van den Ministerraad, door Elizabeth gepresideerd. Het gold de bespreking
+van een schrijven, door de <span class="pageno">
+[375]
+</span>Russische Regeering gezonden, en waarin de ceremoni&euml;n omschreven werden die men bij de kroningsplechtigheid wilde zien in
+acht nemen.
+
+</p>
+<p>Het schrijven behelsde tot in details alle bizonderheden, waaronder er waren van zulken zonderlingen, verouderden aard, dat
+Elizabeth er eerst om geglimlacht had en er daarna eenigszins mee verlegen was geweest. Ze had zich een eenvoudige kerkelijke
+kroning voorgesteld, waarbij de eed op het Charter al de voornaamste plechtigheid zou uitmaken, en nu verraste het Russisch
+schrijven haar met een menigte voorschriften, waarvan de meesten op oude overleveringen en bijgeloovige gebruiken berustten.
+
+</p>
+<p>Zabern had de schouders opgehaald, toen Elizabeth hem vroeg wat hij er van dacht.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ken die kronings-formulieren,&#8221; zei hij, &#8220;Rusland schrijft ze altijd voor bij dergelijke gelegenheden; soms, als de betrokken
+persoon voor die middeleeuwsche gebruiken voelt, volgt men ze op, maar doorgaans wordt er de hand mee gelicht. We zullen zien
+wat de Ministerraad er van zegt.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het stuk werd in den Raad voorgelezen; er werd bepaald welke personen met de leiding van het geheel en die der onderdeelen
+zouden worden belast, en daarna kwamen de voorgeschreven gebruiken ter sprake.
+
+</p>
+<p>Onder meer was bepaald, dat er een zoogenaamde kampioen moest worden aangewezen, die, v&oacute;or de Prinses de kroon ontving, zich
+voor den troon moest opstellen, een handschoen neerwerpen, en ieder die de Prinses het recht op de kroon zou willen betwisten,
+tot een gevecht uitdagen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Natuurlijk,&#8221; zei Radzivil, nadat hij dit had voorgelezen, <span class="pageno">
+[376]
+</span>&#8220;is dit niets dan een vorm, wordt er slechts een symbolische handeling mee bedoeld. Daar de Czaar zelf uw kroning wenscht,
+zal geen Russisch-gezinde er zich tegen verzetten, en de Czernovi&euml;rs zullen het natuurlijk nog minder doen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar als het slechts een vorm is,&#8221; zei Elizabeth met een medelijdenden glimlach, &#8220;zouden we dan zulk een kinderachtig oud
+gebruik niet achterwege laten?&#8221;
+
+</p>
+<p>Dit voorstel vond eenige tegenkanting bij Ravenski en de andere verdachte leden van het Kabinet, die van oordeel waren dat
+de wil van den Czaar tot in kleinigheden moest worden uitgevoerd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar wat zouden daar dan de gevolgen van zijn?&#8221; riep Elizabeth. &#8220;Stel, dat iemand zoo dwaas is den handschoen op te rapen
+en de uitdaging aan te nemen, dan moet volgens de letter der voorschriften het gevecht plaats hebben. Maar als nu de kampioen
+valt, zou dan de Prinses van haar waardigheid afstand moeten doen? Dat is toch al te dwaas!&#8221;
+
+</p>
+<p>Men scheen dit in te zien, ofschoon Zabern tot Elizabeth&#8217;s verbazing zich met geen enkel woord in de discussie mengde, en
+ten slotte kwam men overeen onder meer ook dit gedeelte van de kroningsplechtigheid te doen vervallen.
+
+</p>
+<p>Nadat nog verscheiden andere zaken waren geregeld, die de kroning betroffen, ging de vergadering uiteen.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Eenige tijd ging nu zonder bizondere voorvallen voorbij.
+
+</p>
+<p>Twee dagen voor de kroning echter ontving Elizabeth een bezoek van Ravenski. Deze verrader <span class="pageno">
+[377]
+</span>had haar geruimen tijd met rust gelaten, maar alleen om daarna met te meer zekerheid zijn slag te slaan.
+
+</p>
+<p>Met een brutaliteit, sommige laffe menschen eigen, kwam hij op zijn vroegere voorstellen terug. Hij wees er op, dat men in
+Rusland Elizabeth&#8217;s weigering om den Hertog van Bora te huwen, schijnbaar zonder protest had aangenomen, maar hij waarschuwde
+haar dat de Czaar zich voorbereidde haar voor die daad te doen boeten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Reken er op Prinses, dat uw kroningsfeest een doodsfeest zal worden, zoo ge uw weigering niet intrekt. Door openlijk te erkennen,
+wat tot nog toe door middel van mijn fonograaf alleen mij bekend was, hebt ge mijn plan met de drie gezegelde pakketten van
+nul en geener waarde gemaakt. Ik heb mij daardoor echter niet laten overbluffen. Alle maatregelen tot uw ondergang zijn getroffen.
+Daarom vraag ik u voor de laatste maal: doe afstand van de regeering, volg mij als mijn vrouw&#8212;het is het eenige middel om
+uw leven te redden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Opnieuw wees Elizabeth zijn beleedigend voorstel van de hand, en beval den Minister zelf onmiddellijk te vertrekken, wilde
+hij niet door haar lijfwacht gearresteerd worden.
+
+</p>
+<p>Maar Ravenski beantwoordde haar bedreiging met een smalenden glimlach.
+
+</p>
+<p>&#8220;Arresteer mij, Prinses,&#8221; zei hij, &#8220;maar weet dat, zoodra mijn gevangenneming bekend wordt, een mijner handlangers den Czaar
+het bewijs levert, dat het Charter, waarop ge uw kroningseed zult zweren, valsch is. Daarmee zal de annexatie een voldongen
+feit zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het Charter valsch! Ge weet niet wat ge zegt. <span class="pageno">
+[378]
+</span>Goed, lever dat bewijs als ge kunt! Het zal u niet gelukken. Ik spot met uw bedreigingen, die slechts dienen om mij een ongegronde
+vrees aan te jagen, En nu nogmaals: ga heen, of de grenadiers van mijn lijfwacht zullen u gehoorzaamheid leeren!&#8221;
+
+</p>
+<p>Met den smalenden glimlach nog op de lippen ging Ravenski zwijgend heen.
+
+</p>
+<p>Toen hij vertrokken was, voelde Elizabeth zich onwillekeurig onder den indruk van zijn woorden. Aan den eenen kant wist ze,
+dat hij haar slechts angst wilde aanjagen, want er was immers geen sprake van: het Charter, echt en onvervalscht, berustte
+veilig en wel in de Bank. Aan den anderen kant echter miste ze den moed Ravenski voor zijn beleedigend gedrag te doen straffen;
+hij had zoo dreigend en met zulk een zekerheid gesproken, dat ze niet nalaten kon een verborgen beteekenis aan zijn woorden
+te hechten. Zou er misschien inderdaad met het Charter iets niet in orde zijn? Waarom, zoo herinnerde zij zich nu, had Zabern
+er zoo op aangedrongen, dat ze Orloff dit document in geen geval toonen zou?
+
+</p>
+<p>Ze besloot den Maarschalk in dezen twijfel om raad te vragen.
+
+</p>
+<p>Een <span class="corr" title="Bron: overwachte">onverwachte</span> gebeurtenis kwam echter dit voornemen op den achtergrond dringen.
+
+</p>
+<p>In den vroegen morgen van den dag die aan de kroning voorafging, lieten Radzivil en Zabern zich bij de Prinses aandienen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoogheid,&#8221; zeide de Premier, &#8220;een Russisch leger van honderdduizend man trekt samen bij Zamoska.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zamoska, geen zes mijlen van de Czernovische grens!
+<span class="pageno">
+[379]
+</span></p>
+<p>&#8220;Een Russisch leger bij Zamoska?&#8221; herhaalde Elizabeth.
+
+</p>
+<p>&#8220;En aangevoerd door den Czaar in persoon.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat heeft de Czaar voor met een revue over zijn troepen zoo dicht bij onze grenzen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen het nieuws ons gisteravond bereikte,&#8221; vervolgde Radzivil, &#8220;wilden we U niet in Uw slaap storen. Ik veroorloofde me daarom
+uit Uw naam den Czaar opheldering te doen vragen omtrent dit verzamelen van troepen bij onze grens.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Daar deed ge goed mee. Is de boodschapper terug?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo juist. Hij ontving als verklaring het bericht dat enkele Russische afdeelingen zich bij Zamoska vereenigden voor de herfstmanoeuvres.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U gelooft dat toch niet?&#8221; vroeg Elizabeth aan Zabern.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zeker niet, Prinses. Ge zult U op het ergste moeten voorbereiden. Naar mijn overtuiging maakt de Czaar zich gereed U na Uw
+kroning met geweld van wapenen den volgenden eisch te stellen: den Hertog van Bora te huwen. Ge weet wat dit beteekent en
+waarvan dat huwelijk het voorspel zou zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar met welk recht wil de Czaar dien eisch stellen!&#8221; riep Elizabeth met fonkelende oogen. &#8220;Met welk recht?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Met het recht, dat de heele wereld erkent: het recht van den sterkste. De diplomatie heeft gefaald&#8212;nu zal het kanon spreken.
+En Prinses, wanneer de Russen onzen grond betreden&#8212;?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan zullen we ze met de wapenen ontvangen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar, Hoogheid,&#8221; zei Radzivil bedrukt, &#8220;welke kans hebben wij om ze te verslaan?&#8221;
+<span class="pageno">
+[380]
+</span></p>
+<p>&#8220;Een zeer kleine,&#8221; antwoordde Elizabeth, &#8220;maar wat zoudt ge dan willen? Dat ik me op de knie&euml;n voor den veroveraar wierp,
+den slag afwachtend? Nooit! Zoo lang me een man en een geweer overblijft, zoo lang zal ik tegenstand bieden!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wil Uwe Hoogheid het Kabinet en de Kamer niet bijeen roepen?&#8221; vroeg de Premier.
+
+</p>
+<p>&#8220;Om naar lafhartige of verraderlijke raadgevingen te luisteren? Neen. Maarschalk, geef onmiddellijk bevel, dat onze troepen
+de grens bezetten. Neem alle maatregelen die ge voor de verdediging van het land noodig oordeelt.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wenscht Uwe Hoogheid de kroning uit te stellen?&#8221; vroeg Radzivil.
+
+</p>
+<p>&#8220;Alsof we bang waren? Neen. Geen uitstel. Na de plechtigheid zal ik het leger gereed vinden en mij aan het hoofd er van stellen.
+En nu&#8212;te wapen! Een Oud-Hollandsche Republiek valt niet zonder slag of stoot!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is de geest van Uw voorouders die spreekt,&#8221; zei Zabern. &#8220;Prinses, waarom zijt ge niet als man geboren!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Een vrouw die <i>wil</i>, Maarschalk, staat in niets achter bij den man!&#8221;
+
+
+
+<span class="pageno">
+[381]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e6306"></a></p>
+<h1 class="label">Vijf en twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>De Vooravond van de Kroning.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Het Russische leger komt nader.&#8212;Ravenski hernieuwt zijn bedreigingen.&#8212;Elizabeth ontvangt een bezoek van den Hertog van Bora.&#8212;De
+drie verraders geknipt.
+</p>
+</div>
+<p>De toebereidselen tot de kroning waren gereed; de laatste vlaggestok, de laatste eereboog was opgericht; de stad was vroolijk
+versierd met bloemen en kleurige lampions.
+
+</p>
+<p>Vreemdelingen en landvolk uit de omgeving liepen bewonderend door de stad, en telkens werd Elizabeth door hun geestdriftige
+kreten op het balkon geroepen.
+
+</p>
+<p>De vroolijk-versierde stad vormde een vreemde tegenstelling met de komende onheilen. Elizabeth voelde dat:
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo heeft menige stad er uitgezien aan den vooravond van haar val,&#8221; sprak ze bij zichzelf, zich steeds ongeruster makend
+over de inkomende berichten, en verwonderd, neen beangst door het uitblijven van elke tijding betreffende Felix. Wanneer hij
+een plan had tot redding van Czernovi&euml;, dan was &#8217;t nu tijd dat uit te voeren!
+
+</p>
+<p>Elk uur brachten koeriers haar tijding aangaande <span class="pageno">
+[382]
+</span>de bewegingen bij de grens. Vroeg in den morgen was het Russische leger opgebroken, het lag nu ongeveer een mijl van de grens.
+Telkens reden Kozakken, op hun vurige kleine paarden, in galop uit de linie, de Czernovische schildwachten door hun kreten
+als het ware tot vuren uitlokkend. Op heuveltoppen zag men Russische officieren staan, die door hun kijkers het omliggende
+terrein waarnamen.
+
+</p>
+<p>Twee boden, door Elizabeth afgezonden om in het Russisch kamp de reden van dit alles te vragen, waren niet teruggekomen.
+
+</p>
+<p>Men was in Czernovi&euml; gereed. Twaalfduizend man hadden de grensforten en hun tusschenlini&euml;n bezet, elk kanon stond gereed de
+toegangswegen tot Czernovi&euml; te bestrijken. De overige achtduizend man moesten in Slavowitz blijven, daar Zabern elk oogenblik
+gereed wilde zijn het te verwachten oproer te onderdrukken.
+
+</p>
+<p>Het was een spannende tijd. Vijanden binnen en buiten; een leger, dat in aantal verreweg het eigen overtrof, lag zoo dicht
+bij de grens, dat elk bij toeval of door kwaadwilligheid afgegaan schot de vijandelijkheden kon openen.
+
+</p>
+<p>Elizabeth overdacht dit alles in een sombere stemming, toen zij bericht ontving dat de Hertog van Bora in het Paleis was en
+haar verzocht te spreken. Ze was op zijn komst niet onvoorbereid, en haar gelaat stond vastbesloten toen zij de trap afging
+naar het Witte Salon, waar de Hertog wachtte.
+
+</p>
+<p>Onderweg kwam zij Zabern tegen.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Hertog is er!&#8221; fluisterde zij.
+
+</p>
+<p>&#8220;Alles is gereed,&#8221; antwoordde de Maarschalk.
+<span class="pageno">
+[383]
+</span></p>
+<p>Toen Elizabeth de Witte Zaal binnenkwam, boog de Hertog met een glimlach van kwalijk verborgen triomf. Hij voelde zich volkomen
+veilig bij de gedachte, dat de Russen in de nabijheid waren, en hij kwam nu als een soort veroveraar zijn voorwaarden stellen,
+meenend de Prinses onderworpen en geheel onder den indruk der gebeurtenissen te vinden. Maar het spel dat hij speelde, bewees
+wel dat zijn diplomatieke gaven niet zeer groot waren.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben gekomen,&#8221; begon hij, zonder zich door haar koel optreden te doen afschrikken, &#8220;om u aan een belofte te herinneren
+die ge mij zoo dikwijls deed&#8212;de belofte om mijn vrouw te worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth antwoordde niet, zag hem alleen met een verachtelijken blik aan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is waar,&#8221; vervolgde Bora luchtig, &#8220;dat ge mij op dat punt uw zoogenaamde eindbeslissing eenigen tijd geleden al meedeelde.
+Maar de loop der gebeurtenissen doet een mensch zoo vaak zijn aanvankelijke besluiten herroepen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En waarom meent ge, dat de gebeurtenissen dit thans zouden doen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Bora glimlachte geheimzinnig:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik wil alleen zeggen, dat ge u een weigering van mijn aanzoek zeer zult berouwen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge ontwijkt mijn vraag. Dan zal ik ze beantwoorden. Gesteund door den Czaar, hoopt ge over Czernovi&euml; te regeeren. Niet mij&#8212;mijn
+positie alleen wenscht ge te bezitten. Ge streeft naar den troon van Czernovi&euml;, wel wetend dat ge die het zekerst en het rustigst
+zult bezitten door mij tot uw vrouw te maken. Heb ik uw lafhartige drijfveeren goed doorzien?&#8221;
+<span class="pageno">
+[384]
+</span></p>
+<p>De Hertog zag nu zijn dwaling in; hij had verwacht de Prinses angstig en onderworpen te vinden; in plaats daarvan maakte haar
+streng optreden hem eenigszins ongerust. Hij deed echter een laatste poging om haar vrees aan te jagen, en zei trotsch:
+
+</p>
+<p>&#8220;U wijst mijn aanzoek af? Goed! Dan is dit onderhoud ge&euml;indigd.&#8221;
+
+</p>
+<p>En na een vluchtigen groet ging de Hertog naar de deur. Elizabeth bewoog zich niet, liet hem rustig gaan. Hij rukte driftig
+de deur open, maar deinsde op het zelfde oogenblik terug: de mondingen van drie revolvers hadden hem aangegrijnsd.
+
+</p>
+<p>Snel sloot hij den toegang tot de Witte Zaal weer.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is verraad, Prinses!&#8221; riep hij woedend. &#8220;Dat is sluipmoord! Laat me door!&#8221;
+
+</p>
+<p>En, om zich heenziend, snelde hij naar de breede glazen tuindeuren, waardoor men het terras bereikte. Hij had den deurknop
+nog niet gegrepen of vier grenadiers kruisten de bajonetten en versperden hem bij voorbaat den doortocht.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ga zitten, Hertog, doe toch geen vergeefsche moeite,&#8221; zei Elizabeth kalm. &#8220;Er zal u geen kwaad geschieden; ik wensch slechts
+dat ge wachten zult tot ik uitgesproken heb.&#8221;
+
+</p>
+<p>Onwillig nam de Hertog weer plaats.
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom,&#8221; vroeg Elizabeth, &#8220;hebt ge me sedert een jaar met betuigingen van liefde, met huwelijksaanzoeken beleedigd?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Beleedigd? Waartoe dat woord?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Omdat ge intusschen in &#8217;t geheim met mijn vijanden samenspande.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge hebt naar de woorden van Zabern geluisterd!&#8221;
+<span class="pageno">
+[385]
+</span></p>
+<p>&#8220;Neen&#8212;naar die van Lipski. Ge schrikt&#8212;en ge hebt er reden toe. Zooeven, Hertog, heeft de Regeering Lipski&#8217;s woning doen overvallen.
+Dat wist ge niet! Zijn kelders bleken duizenden wapens te bevatten, in zijn kamers vergaderden Russische agenten, waaronder
+de spion Russakoff. Lipski heeft alles bekend.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat bekend?&#8221; vroeg Bora, als door een bliksemstraal getroffen bij het vernemen van dit onverwachte nieuws.
+
+</p>
+<p>&#8220;Bij voorbeeld dit:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ongeveer een jaar geleden stichtte hij een nieuw blad, de Kolokol. Het kweet zich zoo goed van zijn anti-regeeringsgezinde
+taak, dat in korten tijd tweedracht werd gezaaid waar vroeger rust en eenheid was. De Russen en andere vreemdelingen, vroeger
+even aanhankelijk als de Czernovi&euml;rs, zijn onder den invloed van dat opruiende blad vijanden van het Gouvernement geworden.
+En wie was de eigenaar van dat blad? Wie betaalde het? Wie gaf de strekking aan? Gij&#8212;Alexander Bora!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat heeft Lipski gelogen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;We zullen zien. U zult de gelegenheid hebben hem dat persoonlijk te zeggen. Is het ook een leugen, dat de Kloosterwet uw
+medewerking had? Dat ge de afgevaardigden trachtte om te koopen met het goud van Orloff?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Leugens!&#8221; mompelde de Hertog, meer en meer verslagen.
+
+</p>
+<p>&#8220;En het complot om het Charter te vernietigen? Op uw verzoek vroeg Orloff <span class="corr" title="Bron: goedkeurig">goedkeuring</span> op dat plan van de Russische Regeering. Gelukkig mislukte het door de waakzaamheid van Zabern,&#8221; zei Elizabeth, <span class="pageno">
+[386]
+</span>niet wetend dat de Maarschalk haar van dit voorval nooit de juiste toedracht had verteld.
+
+</p>
+<p>De Hertog zag angstig om zich heen. Hij zou in staat geweest zijn Elizabeth te dooden, als hij daardoor had kunnen ontsnappen,
+want hij wist dat zijn verraad nu bekend was, en dat de gevangenis hem wachtte. Maar Elizabeth zag hem zoo doordringend aan,
+dat hij geen beweging maken durfde.
+
+</p>
+<p>&#8220;Er is nog meer!&#8221; ging ze voort. &#8220;Mijn Secretaris, mijn trouwste en aanhankelijkste onderdaan en vriend&#8212;hij werd op uw aanstoken
+vermoord. Russakoff werd er voor betaald door Lipski&#8212;vierhonderd roebels ontving hij. Ontken het niet&#8212;onlangs heeft Katina
+Ludovska aan Lipski&#8217;s stem den man herkend die Russakoff in haar vaders herberg tot de misdaad omkocht. Met <i>uw</i> medeweten! Het cijferschrift mocht niet opgelost worden! En nu&#8212;volg me. Hier zijn uw medeplichtigen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth had een zijdeur geopend, en daar zag hij Lipski en Russakoff, door een afdeeling soldaten bewaakt. De Hertog trachtte
+niet langer te ontkennen; zwijgend en gebroken hoorde hij de Prinses aan.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat was dus uw plan&#8212;Russograd te wapenen, barricaden op te werpen, en wanneer het Gouvernement zou trachten den opstand te
+dempen, den Czaar te verzoeken hulp aan de onderdrukte Moscoviten te verleenen! En de Czaar zou zijn hulp niet weigeren: Bora
+op den troon, en de Prinses tusschen twee mogelijkheden geplaatst: hem te trouwen, of&#8212;haar verdere levensjaren te slijten
+op het fort Schl&uuml;sselburg, in de grijze wateren van het Ladoga-meer. <span class="pageno">
+[387]
+</span>De uitvoering van uw <span class="corr" title="Bron: pogramma">programma</span> is verijdeld. En ge zult niet opnieuw beginnen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth drukte op den knop van een electrische schel, en Zabern kwam binnen, gevolgd door een afdeeling grenadiers. Vijf
+minuten daarna werden de drie verraders met geboeide handen in een gesloten wagen naar de citadel gevoerd.
+
+</p>
+<p>Eerst daarna, maar zooals we zien zullen, nog niet te laat, vond ze gelegenheid Zabern met de bedreigingen van Ravenski in
+kennis te stellen.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[388]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e6425"></a></p>
+<h1 class="label">Zes en twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Zabern en Ravenski.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Melchior, de verrader.&#8212;Zabern verschijnt.&#8212;De postduif.&#8212;Ravenski ontvangt een sabelhouw.&#8212;Het kanon van de Citadel.</p>
+</div>
+<p>Op dienzelfden dag v&oacute;or de Kroning, den 14<sup>en</sup> September 1902, had er in het studeervertrek van Ravenski, die even als de andere Ministers over drie appartementen van het
+Paleis voor eigen gebruik beschikte, een bijeenkomst plaats tusschen dezen titularis en den portier van het St. Nicolaas-klooster,
+Melchior Obrowitch.
+
+</p>
+<p>Terwijl het verwerpen van de wet-Lipski de aandacht van de kloosters had afgeleid, was Ravenski in stilte voortgegaan het
+geheim uit te vorschen, dat naar zijn vermoeden achter het zoo in de gunst der Prinses staande St. Nicolaas-klooster lag verborgen.
+Door middel van geld en beloften had hij den bovengenoemden Melchior, een uitgeweken Rus, die jaren geleden door Ravenski&#8217;s
+invloed tot portier was benoemd, voor zich weten te winnen, en deze <span class="pageno">
+[389]
+</span>had hem sinds lang op de hoogte gehouden van allerlei gebeurtenissen in het klooster, welke het vermoeden wekten, dat daar
+politieke samenkomsten plaats hadden. Ja, meer dan dat: het aantal kisten, zoogenaamd levensmiddelen, meubelen, kleederen
+of iets dergelijks bevattend, dat den laatsten tijd het klooster was binnen gebracht, had den portier verwonderd, en de omstandigheid
+dat men hem al eenige maanden geleden den sleutel der kelders had ontnomen, en die aan de bewaring van een der monniken toevertrouwd,
+deed hem gelooven dat in die kelders nog andere dingen verborgen lagen dan vaten wijn en brandstoffen.
+
+</p>
+<p>Ravenski was met al deze inlichtingen zeer ingenomen, maar vooral deed het hem genoegen dezen avond van Melchior te vernemen,
+dat hun vermoeden, als zou het Charter van Czernovi&euml; wel degelijk verdwenen zijn, zekerheid geworden was. Ravenski had dus
+de Prinses niet op ijdele gronden met de openbaarmaking van dat geheim bedreigd. Ravenski had zich namelijk, den dag na dien,
+waarop Orloff als gezant ten Paleize was geweest, met dezen in verbinding gesteld, getrouw aan zijn aard alle middelen aangrijpend
+die hem voordeel konden bezorgen. En zijn vermoeden, dat er met het Charter iets niet in den haak was, vond weldra bevestiging.
+Zoodra hij zijn diensten Orloff aangeboden had, ontstond het begin van een levendige briefwisseling tusschen die beide mannen,
+en Ravenski kwam te weten, dat er volgens Orloff&#8217;s inlichtingen wel degelijk een papier was verbrand dat den inhoud vormde
+van den ijzeren koffer die het Charter moest bevatten. Een afgesproken <span class="pageno">
+[390]
+</span>signaal met een blauwe lantaren had hem immers die zekerheid gegeven. Na de verklaring van Zabern omtrent de overbrenging
+van het Charter naar de Czernovische Bank, was Orloff echter verlangend te weten te komen of dus inderdaad slechts een copie
+was vernietigd, dan wel of Zabern een handig verzinsel voor waarheid had doen gelden.
+
+</p>
+<p>Onvermoeid had Ravenski dit nagespeurd, en hedenavond bracht Melchior, zijn handlanger, hem de zekerheid dat het Charter niet
+meer bestond!
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben daarvan om twee redenen overtuigd,&#8221; zei Melchior. &#8220;De eerste is deze. Een paar dagen geleden bracht een meisje uit
+den omtrek, Katina Ludovska, een bezoek aan het klooster-museum. Dit is op zichzelf niets bizonders; vele vreemdelingen, en
+ook landgenooten, vooral studenten en andere mannen der wetenschap, bezoeken dit museum, dat zeer merkwaardige boeken en perkamentrollen
+bezit, van belang voor de geschiedenis van kerken en kloosters. Terwijl ik Katina rondleidde, trof het mij, dat ze herhaaldelijk
+stilstond voor een document, dat de eigenhandige naamteekening van Czaar Alexander I draagt; telkens bekeek ze het met een
+aandacht die me vreemd voorkwam. Maar het merkwaardigst was, dat, op haar verzoek om dit stuk in bruikleen te mogen ontvangen
+als hulpmiddel bij een wetenschappelijke studie, de beheerder van het museum, broeder Angelico, dadelijk bereid was het af
+te staan, ofschoon anders slechts copie&euml;n, nooit oorspronkelijke stukken als dit, mogen worden meegenomen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dienzelfden dag ging ik Katina na; niet alleen overtuigde ik mij, dat ze in allerlei winkels van <span class="pageno">
+[391]
+</span>Slavowitz naar monsters van perkament vroeg, maar ook weet ik dat ze herhaaldelijk door Zabern ontvangen is, en langdurige
+bezoeken aan zijn studeervertrek bracht. Ziedaar mijn tweede reden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Er is dunkt me geen twijfel aan: Zabern liet haar op een copie van het Charter de handteekening van Czaar Alexander namaken,
+en het stuk, dat gister in de ijzeren koffer naar de kerk werd overgebracht, is een valsch stuk, dat dienen moet om morgen
+de Prinses den kroningseed daarop te doen afleggen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Uitstekend!&#8221; riep Ravenski. &#8220;Dat zijn inlichtingen die goud waard zijn, en zoo dadelijk gaat een brief, die deze tijding
+bevat, naar den Czaar. Nu heb ik bewijzen genoeg om de Prinses ten val te brengen. Morgen is Czernovi&euml; Russisch grondgebied!&#8221;
+
+</p>
+<p>De portier boog, en op een wenk van Ravenski liet hij dezen alleen.
+
+</p>
+<p>Onmiddellijk daarna stelde de Minister het gehoorde op schrift, adresseerde zijn brief aan den Czaar, en stak een copie daarvan
+in zijn binnenzak. Dit gedaan hebbende, leunde hij een oogenblik met gesloten oogen achterover in zijn armstoel, genietend
+van zijn aanstaanden triomf. Door het geopende venster drongen de vroolijke geluiden der feestvierende Czernovi&euml;rs naar binnen,
+die zich reeds verheugden op den dag van morgen.
+
+</p>
+<p>Ravenski hoorde het, en met spottenden glimlach zei hij luid:
+
+</p>
+<p>&#8220;Morgen zal uw blijdschap in rouw veranderen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>Wees daar niet te zeker van!</i>&#8221; zei een ironische stem.
+
+</p>
+<p>De eenige man in Czernovi&euml;, dien Ravenski op dit oogenblik het minst verlangde te zien, was Zabern&#8212;en <span class="pageno">
+[392]
+</span>toch was het Zabern die gesproken had!
+
+</p>
+<p>Hevig verschrikt opende Ravenski de oogen, en zag den Maarschalk met over elkaar geslagen armen aan de andere zijde van de
+tafel staan. Achter hem stond zijn ordonnans, Nikita. Een vrouw, Katina, was bezig de deur van het vertrek zorgvuldig te sluiten.
+In het besef van het gevaar strekte Ravenski de hand uit naar een bel, die op tafel stond. Maar Zabern was hem voor.
+
+</p>
+<p>&#8220;Geen geluid! of ik schiet je neer!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat wilt ge van me?!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Je leven!&#8221;
+
+</p>
+<p>Ravenski begreep dat Zabern tot geen ander doel gekomen kon zijn; toch gingen deze beide woorden hem als met een schok door
+het lichaam.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge wilt me dus vermoorden!&#8221; hijgde hij.
+
+</p>
+<p>&#8220;Noem het vermoorden. Het is me om &#8217;t even. Ik noem &#8217;t terechtstellen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En mijn misdaad...?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ligt daar!&#8221; zei Zabern, snel den brief grijpend, waarop zijn scherp oog het adres gelezen had, en dien ook Ravenski in datzelfde
+oogenblik trachtte te verbergen.
+
+</p>
+<p>Zabern scheurde het couvert open.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het bewijs van uw verraad. Er behoeft hierover geen woord meer gesproken te worden. Hier is een revolver. Ik geef u de gelegenheid
+zelfmoord te plegen. Dan zal men ten minste nog denken, dat ge &eacute;ens in uw leven gevoeld hebt een geweten te bezitten, &eacute;ens
+in uw leven wroeging hebt gekend. Het is de eervolste dood dien ik u kan aanbieden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Ravenski werd lijkbleek.
+<span class="pageno">
+[393]
+</span></p>
+<p>&#8220;Geef me tien minuten slechts,&#8221; hijgde hij, &#8220;tien minuten in de kamer hiernaast.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Met welk doel?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Om&#8212;om te bidden.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik zie het nut daarvan niet in,&#8221; zei Zabern droog. &#8220;Nooit kan een leven van gebed uw zonde uitwisschen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Vijf minuten maar, opdat ik mijn geweten tot rust kan brengen in deze laatste oogenblikken van mijn leven! Ik smeek er u
+om.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Goed. Vijf minuten. Maar in deze kamer.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het vertrek hiernaast is een bidvertrek,&#8221; pleitte Ravenski.
+
+</p>
+<p>&#8220;Willig zijn wensch in, Maarschalk,&#8221; zei Katina, die het geheele tooneel afschuwelijk vond, en reeds te voren vergeefs gepoogd
+had Zabern van deze ontzettende terechtstelling terug te brengen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar dan ontsnapt hij ons!&#8221; riep Nikita.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik kan niet ontsnappen. Het bidvertrek heeft geen enkelen uitgang. Het venster is vijftig voet boven den grond.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern, vermoedend dat Ravenski een list voor had, doorzocht het vertrek, doch vond er niets dat kwade vermoedens kon opwekken.
+Er stond een bidstoel, er hing een enkele lamp; overigens was er niets wat een ontsnapping kon begunstigen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Neem uw vijf minuten,&#8221; zei Zabern. &#8220;Maar denk er aan, ik houd u in het oog. Tracht niet te ontsnappen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Ravenski ging met bevende schreden in het bidvertrek, en knielde neder.
+
+</p>
+<p>Zabern volgde elke beweging.
+<span class="pageno">
+[394]
+</span></p>
+<p>&#8220;Maarschalk,&#8221; vroeg Katina, een laatste poging aanwendend om de menschelijkheid te doen zegevieren, &#8220;is de gevangenis niet
+een voldoende straf voor zijn misdaad?&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern schudde alleen zwijgend het hoofd.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wie zal trachten den Maarschalk te weerstaan?&#8221; zei Nikita, bijgeloovig en onderworpen als hij was.
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>Dat zal &igrave;k!</i>&#8221; zei een stem.
+
+</p>
+<p>Bij deze woorden zag het drietal elkaar verbaasd aan, want de stem kwam uit het bidvertrek en kon van niemand anders zijn
+dan van Ravenski. Van de oogenblikkelijke verrassing bekomen, wierp Zabern, een list vreezend, de deur wijd open.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk Zabern,&#8221; zei Ravenski, &#8220;wanneer gij den troon der Prinses wenscht te beschermen, kom dan geen stap nader. Zie
+goed wat ik hier in mijn hand heb.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het raam van het bidvertrek, dat te voren gesloten was geweest, stond nu open, en het maanlicht viel op het bleeke gelaat
+van Ravenski, die voor het venster stond. In zijn rechterhand hield hij een duif, aan wier hals een brief was gebonden. Op
+dit gezicht bleven de drie mannen onbewegelijk staan, want zij begrepen dat deze vogel een postduif was.
+
+</p>
+<p>Ravenski&#8217;s list had dien van Zabern overtroffen, en de Maarschalk vervloekte het oogenblik van toegevendheid, dat hem deze
+nieuwe moeielijkheden berokkend had.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zie je wel,&#8221; mompelde hij tot Katina. &#8220;In de politiek is menschelijkheid een onvergeeflijke fout!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Luister!&#8221; riep Ravenski, de hand waarschuwend opheffend. &#8220;Als ge een voet verzet, laat ik de duif <span class="pageno">
+[395]
+</span>los. Deze brief bevat een copie van dien, welken de Maarschalk zich zooeven toe&euml;igende. De Czaar zal er uit lezen, dat het
+Charter door Katina Ludovska is vervalscht, en dat het St. Nicolaas-klooster de bewijzen eener Czernovische samenzwering bevat.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Praat niet te lang,&#8221; zei Zabern met geveinsde onverschilligheid, &#8220;de vijf minuten zijn om.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Deze duif heeft reeds meermalen in het donker het kamp van den Czaar bereikt,&#8221; vervolgde Ravenski. &#8220;Wanneer ge me nadert,
+zal ze den weg weten te vinden, en Czernovi&euml; is verloren. Beloof me mijn leven te sparen, en ik zweer dat ik van mijn plannen
+afzie.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern begreep dat er gehandeld moest worden.
+
+</p>
+<p>&#8220;Katina,&#8221; fluisterde hij, &#8220;schiet! Niet Ravenski, maar de duif.&#8221;
+
+</p>
+<p>Onmiddellijk weerklonk een schot, gevolgd door een snelle beweging van Zabern om de duif te grijpen. Maar de kogel had den
+pols van Ravenski geraakt, zijn hand liet het dier los, en dit vloog door het open venster naar buiten. Katina, hoe goed een
+schutter overigens, had het doel gemist.
+
+</p>
+<p>&#8220;In hemelsnaam, Katina,&#8221; riep Zabern, als gek geworden naar het venster stormend, terwijl hij naar de duif wees, wier witte
+gedaante duidelijk tegen de donkere lucht afstak. &#8220;In hemelsnaam, schiet!&#8221;
+
+</p>
+<p>De duif, onzeker nog welken weg te kiezen, bewoog langzaam voort in groote kringen, elk oogenblik stijgend. Katina legde aan,
+volgde den vogel in zijn vlucht, en toen zij zeker scheen van haar schot, haalde zij den trekker over. Een tweede schot weerklonk.
+Angstig staarde Zabern naar de duif, hopend haar te zien <span class="pageno">
+[396]
+</span>vallen. Katina hield zich reeds gereed naar den Hoftuin te snellen en het dier op te rapen. Maar er fladderden slechts enkele
+veertjes door de lucht. Katina had opnieuw gemist en in een rechte lijn vloog de duif voort, een oogenblik later achter de
+boomtoppen verdwijnend.
+
+</p>
+<p>Met een verwensching liet Katina het wapen vallen.
+
+</p>
+<p>Maar er was geen tijd tot aarzelen. Van de verwarring gebruik makend, was Ravenski het bidvertrek uitgesneld, naar de deur
+van zijn zitkamer. Daar trad Nikita hem met uitgespreide armen in den weg, om hem den doortocht te versperren. Maar Ravenski,
+slechts op lijfsbehoud bedacht, greep met beide handen den zwaren eikenhouten leunstoel, om er Nikita het hoofd mee in te
+slaan. Hij hief den stoel op&#8212;maar Zabern was achter hem. Schuimbekkend van woede, geen oogenblik meer bedenkend dat hij tegenover
+de buitenwereld den schijn van zelfmoord had willen bewaren, bracht hij den ongelukkige een sabelhouw toe, die hem den schedel
+letterlijk in twee&euml;n spleet.
+
+</p>
+<p>&#8220;Naar de hel, en zeg dat Zabern je gezonden heeft!&#8221;
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>De kerkklokken lieten de vroolijke melodie hooren, die het slaan der uren voorafgaat. Na een tusschenpoos van plechtige stilte
+klonk de eerste slag van middernacht.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Kroningsdag!&#8221; mompelde Zabern.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoor eens hoe ze juichen,&#8221; zei Nikita.
+
+</p>
+<p>Uit elk deel der stad, van wijde pleinen en nauwe straten, klonk het steeds aanzwellend gejubel der bevolking. De feestdag
+was aangebroken!
+
+</p>
+<p>Met een bitteren glimlach blikte Zabern naar het <span class="pageno">
+[397]
+</span>oosten. De hemel was in die richting roodgekleurd door de talrijke wachtvuren van het Russische kamp&#8212;het kamp waarheen de
+vlugge duif nu haar weg zocht met de voor Czernovi&euml; zoo noodlottige tijdingen. Hoe lang nog zou het duren, eer&#8212;
+
+</p>
+<p>Zabern schrikte op.
+
+</p>
+<p>Boven het juichen der bevolking klonk een onheilspellend, dreunend geluid door de nachtlucht. De losbranding van een enkel,
+niet ver verwijderd kanon.
+
+</p>
+<p>Zabern begreep bij ingeving de beteekenis.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het kanon van de Citadel!&#8221; riep hij, de kamer uitsnellend. &#8220;Bij alle duivels&#8212;<i>de Hertog is ontsnapt!</i>&#8221;
+
+
+
+<span class="pageno">
+[398]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e6602"></a></p>
+<h1 class="label">Zeven en twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>De Kroning.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>Hoe het kwam dat de Hertog ontvluchtte.&#8212;De stoet zet zich in beweging.&#8212;Waar blijft Felix?&#8212;Waar blijft Rob?&#8212;Het St. Nicolaas-klooster
+door de Russen bezet.&#8212;De stem van Orloff.&#8212;De Hertog verschijnt.&#8212;De Czaar!&#8212;Rob brengt het Charter.&#8212;Elizabeth kiest Felix tot
+kampioen.
+</p>
+</div>
+<p>De morgen van Elizabeth&#8217;s kroning brak zoo zonnig en zoel aan, dat het bijna onmogelijk was op zulk een mooien dag aan de
+komst van noodlottige gebeurtenissen te gelooven.
+
+</p>
+<p>Enkele uren v&oacute;or het begin der plechtigheid ontving de prinses haar Ministers, om nog eenige dingen te bespreken.
+
+</p>
+<p>Tot nog toe hadden er geen vijandelijkheden plaats gehad. Alle koeriers kwamen met de tijding terug, dat het Russisch leger
+de grens niet dichter genaderd was dan te voren. Niets wees op vijandige bedoelingen, zoodat sommige Ministers zich zelfs
+wat gerustgestelder gingen voelen.
+
+</p>
+<p>Zabern alleen wist maar al te goed, dat er geen enkele reden tot geruststelling was; niemand beter <span class="pageno">
+[399]
+</span>dan hij kende het gevaar dat Czernovi&euml; bedreigde. Hij had, wat natuurlijk onvermijdelijk was, de Prinses met den dood van
+Ravenski in kennis gesteld, maar er van gesproken als van een moordaanslag, welks daders hij op &#8217;t spoor was. Het leek hem
+overbodig de Prinses de overige bizonderheden te vertellen, en ook wilde hij liever het gebeurde met de duif voor haar verborgen
+houden. Wanneer de loop der gebeurtenissen haar van alles op de hoogte bracht, was het nog tijd genoeg; waartoe haar zorg
+en haar vrees nog te vermeerderen?
+
+</p>
+<p>&#8220;Bovendien,&#8221; dacht Zabern, &#8220;wat heeft het voor nut, de Prinses al deze ellende te doen meeleven? <span class="corr" title="Bron: het">Het</span> eind is gekomen, al mijn werken is vergeefsch geweest, we moeten ons gewonnen geven. Alleen een wonder kan Czernovi&euml; nog
+redden&#8212;laten we in berusting dat wonder afwachten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Inderdaad, ondanks alles, had Zabern nog hoop. En dat gaf hem de kracht, ofschoon hij zich somber gestemd voelde, uiterlijk
+zijn gewone kalmte en vastberadenheid te bewaren.
+
+</p>
+<p>Het gesprek der Ministers kwam ook op den moord van Ravenski.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een verschrikkelijke en geheimzinnige historie,&#8221; zei Radzivil. &#8220;De dokters zeggen, dat de houw met een sabel moet toegebracht
+zijn, en door een vaste hand, die gewoon is het wapen te hanteeren.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan zal de Hertog van Bora &#8217;t wel gedaan hebben,&#8221; zei Zabern droog.
+
+</p>
+<p>Radzivil vond de aardigheid ongepast, en vroeg:
+
+</p>
+<p>&#8220;U hebt toch zeker wel een belooning uitgeloofd voor wie de daders aanwijst?&#8221;
+<span class="pageno">
+[400]
+</span></p>
+<p>&#8220;Geen roebel,&#8221; zei Zabern kort.
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat is tegen uw gewoonte!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Waarom zou ik een premie uitloven als ik den dader ken? Hij heeft twee medeplichtigen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;U kent den dader? En waarom is hij dan nog niet gegrepen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Omdat ik gewichtige redenen heb hem nog ongemoeid te laten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar als hij ontsnapt?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij kan me niet ontsnappen. Bij elken pas, dien hij doet, heb ik hem in het oog. Ik kan elk oogenblik even gemakkelijk de
+hand op hem leggen als ik nu bijvoorbeeld de hand op mijn eigen arm leg,&#8221; zei Zabern glimlachend.
+
+</p>
+<p>Radzivil wilde op een nadere verklaring aandringen, maar Elizabeth, die het onderwerp onaangenaam vond, verzocht hem over
+iets anders te spreken. Nog den vorigen dag had ze met zooveel haat aan Ravenski gedacht, dat het haar nu toescheen alsof
+ze daardoor alleen mede schuld droeg aan zijn dood.
+
+</p>
+<p>Zabern voelde zulke zelfverwijten niet; het speet hem alleen, dat hij den Hertog ook niet op die manier van de baan geschoven
+had. Dan zou het viertal compleet geweest zijn, want dien morgen had hij gezorgd weldra bekend te kunnen maken, dat Lipski
+en Russakoff zich door ophanging in hun cel van &#8217;t leven hadden beroofd.
+
+</p>
+<p>&#8220;U hebt geen berichten omtrent Bora?&#8221; vroeg Elizabeth den Maarschalk.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nog niet, Hoogheid,&#8221; antwoordde deze, &#8220;maar daar komt iemand, die u wellicht het geheim kan oplossen.
+
+</p>
+<p>Aller oogen wendden zich naar een deur, waardoor een onderofficier met twee soldaten binnenkwam, in <span class="pageno">
+[401]
+</span>wier midden Miroslav, de Commandant der Citadel, zich bevond.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb uw opdracht uitgevoerd, Excellentie,&#8221; zoo richtte de onderofficier zich tot Zabern. &#8220;De Commandant werd gegrepen,
+juist toen hij de stad wilde verlaten.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Goed,&#8221; antwoordde Zabern. &#8220;Prinses, de Commandant Miroslav is tot Uw beschikking.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Verdedig u!&#8221; zei de Prinses streng. &#8220;U ontving orders den Hertog zeer nauwgezet te doen bewaken. Toch gelukte het hem te
+ontsnappen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Met mijn medeweten, Prinses!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe?&#8221; riep Elizabeth verbaasd, &#8220;met uw medeweten?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ja, Prinses. Ik zal u dat nader verklaren. Gisteravond werd mij gemeld dat er iemand aan de poort stond en mij spreken wilde.
+Ik liet vragen wie hij was. Daarop gaf hij mijn boodschapper een briefje in gesloten couvert mee. Hier is het.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth nam het aan. Zij las de enkele woorden die er op stonden, en gaf het toen met een ontsteld gelaat aan Radzivil.
+Onder een doodsche stilte lazen ook de overigen het briefje, dat van den volgenden inhoud was:
+
+
+</p>
+<div class="blockquote">
+<p>&#8220;Ik gelast u den Hertog van Bora in vrijheid te stellen. Weigering kost u het leven.
+
+
+
+</p>
+<p>Alexander.&#8221;</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Toen ik de onderteekening zag,&#8221; vervolgde Miroslav, &#8220;gelastte ik den bezoeker onmiddellijk binnen te laten. Toen hij zijn
+mantel opensloeg, herkende ik dadelijk den Czaar.
+
+</p>
+<p>&#8220;Is het bevel tot invrijheidstelling al gegeven?&#8221; <span class="pageno">
+[402]
+</span>waren zijn eerste woorden. Tevergeefs verklaarde ik daartoe alleen door de Prinses gevolmachtigd te kunnen worden. De Czaar
+gelastte mij, als Suzerein van Czernovi&euml;, aan zijn bevel te voldoen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En u erkende die Suzereiniteit?&#8221; vroeg Elizabeth verachtelijk.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoogheid, ik was zoo onder den indruk der Keizerlijke tegenwoordigheid en van zijn autoritair optreden; de gedachte aan zijn
+macht en de angst voor mijn leven hadden zulk een overwicht op me, dat ik niet anders dan gehoorzamen kon. De Maarschalk zelf
+zou in mijn geval niet anders gedaan hebben.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern lachte minachtend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik bracht den Hertog binnen, en de Czaar verliet met hem de citadel, ik weet niet waarheen. Uwer Hoogheids toorn vreezend,
+besloot ik uit het land te vluchten. Ik geef me aan Uw genade over.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het was uw plicht,&#8221; sprak Elizabeth, &#8220;uw gevangenen te behouden, zelfs waar het uw leven gold. Door bevelen van een ander
+dan van mij aan te nemen, hebt ge verraad gepleegd.&#8221;
+
+</p>
+<p>En zich tot den onderofficier wendend, vervolgde ze:
+
+</p>
+<p>&#8220;De Commandant blijft in het Paleis, totdat de kroning afgeloopen is. Daarna zullen we verder zien. De Minister van Justitie
+wordt verzocht de zaak aanhangig te maken.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De ezel!&#8221; mompelde Zabern. &#8220;Waarom liet hij den Czaar niet onmiddellijk opsluiten! Niemand schijnt tegenwoordig meer te durven!&#8221;
+
+</p>
+<p>De soldaten verlieten met hun gevangene het vertrek.
+<span class="pageno">
+[403]
+</span></p>
+<p>&#8220;De Czaar in &#8217;t geheim binnen onze stad!&#8221; mompelde Radzivil. &#8220;Wat zou zijn doel zijn?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Niet veel goeds, Graaf!&#8221; zei Elizabeth.
+
+</p>
+<p>Het geheime bezoek van den Czaar aan Slavowitz, en zijn gelukte poging om den Hertog in vrijheid te stellen, maakten een ontmoedigenden
+indruk op de Ministers. Zouden ze een kroning of een onttroning bijwonen? Zou de plechtigheid eindigen met een triomf voor
+de Russische partij? Met een gevoel van medelijden zagen ze naar hun jonge heerscheres, die echter niets verried van hetgeen
+in haar omging. Zij begrepen dat, zoo de Prinses vallen zou, haar val een waardige zou zijn, die zelfs haar tegenstanders
+met eerbied zou vervullen.
+
+</p>
+<p>Wat Zabern betreft, van hem maakte nog een andere onrust zich meester. Niet in de eerste plaats het wegblijven van Rob, hoezeer
+hij zich ook aan zijn jeugdigen Secretaris had gehecht, en hoe smartelijk hem de gedachte was, dat de arme jongen misschien
+het slachtoffer van zijn waagzucht geworden was. Neen, er was iets anders dat zwaarder nog woog dan dit: Van Stralen zou op
+den Kroningsdag terugkeeren, hij had het plechtig beloofd, en er was geen enkele reden om aan die belofte te twijfelen. Maar
+waar bleef hij? Waarom had Zabern tot nu toe niets van hem gehoord? Was hij nog in leven? En zoo ja, waar? Al deze vragen
+drongen zich aan den Maarschalk op. Hij, die nog &eacute;en lichtstraal van hoop zag, wist dat &#8217;t van Van Stralen afhing of ook die
+laatste hoop vernietigd zou worden. Want Zabern&#8217;s scherpe en snelle geest had in deze laatste oogenblikken van vreezend verwachten
+een combinatie van mogelijkheden <span class="pageno">
+[404]
+</span>gemaakt, waarvan het ontsnappen van den Hertog en de hoop op Felix&#8217; terugkomst de hoofdbestanddelen uitmaakten. Kwam Felix
+terug&#8212;dan zou de vlucht van Bora een zegen voor Czernovi&euml; kunnen worden. Hoe? ja, dat wist op dit oogenblik Zabern alleen.
+Hoewel dus om geheel andere redenen dan Elizabeth hoopte hij even vurig als zij, dat Felix zijn woord gestand kon doen. Zonder
+&#8217;t te weten waren in dit uur hun gedachten met hetzelfde onderwerp vervuld. Felix had gesproken van een stout plan, dat redding
+brengen zou&#8212;waar bleef hij? waar bleef de redding? zoo vroeg Elizabeth zich, elke minuut dat de kroning nader kwam, angstig
+af.
+
+</p>
+<p>Het was voor de Prinses tijd geworden zich in haar kroningsgewaad te kleeden. Terwijl zij haar kleedvertrek opzocht, zag zij
+daarbuiten, op het ruime voorplein, den langen stoet zich vormen, die haar naar de kerk volgen zou. In veel opzichten was
+het een historische stoet: allerlei Oud-Hollandsche kleederdrachten zag men er, die misschien veroordeeld waren morgen tot
+het verleden te behooren.
+
+</p>
+<p>In den stoet bevond zich ook Katina, door een vrijwillige eerewacht van Czernovische vrouwen gekozen het vaandel dier wacht
+te dragen. In een sierlijk costuum, een degen aan den gordel, bereed ze het fraaiste paard van al haar vrouwelijke mede-Amazonen.
+
+</p>
+<p>Langs den stoet rijdend, hield Zabern een oogenblik bij haar stil.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een degen van hout en blik, nietwaar?&#8221; vroeg hij glimlachend, op het wapen wijzend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Staal!&#8221; zei Katina alleen, het half uit de scheede trekkend.
+<span class="pageno">
+[405]
+</span></p>
+<p>&#8220;Goed! Op een dag als deze moet men gewapend zijn,&#8221; zei Zabern, terwijl hij verder reed.
+
+</p>
+<p>Het trappelen der paarden, de voetstappen der soldaten, het schetteren van trompetten en het rollen van wielen drong tot Elizabeth
+door in haar kleedvertrek, en ze vroeg zich af, hoe dit alles eindigen moest?
+
+</p>
+<p>Een slank, wit Arabisch paard stond gereed haar naar de kerk te voeren. Zij had dit verkozen boven een statie-koets, hopend
+de sympathie der bevolking te winnen door zich zoo openlijk te vertoonen. Aan Radzivil en Zabern was de eer gegeven naast
+haar te rijden; wat Zabern betreft, hij hechtte minder aan de eer dan aan de gelegenheid om haar zoo noodig met zijn lichaam
+te beschermen.
+
+</p>
+<p>De stoet zou zich tegen tien uur in beweging zetten. Kort voor dat uur ontmoetten Zabern en Radzivil, op prachtige zwarte
+paarden gezeten, elkaar voor de Paleispoort.
+
+</p>
+<p>&#8220;Vreemd is het,&#8221; zei Zabern onder het wachten, &#8220;dat de Secretaris er nog niet is.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De Secretaris?&#8221; vroeg Radzivil verbaasd. &#8220;Welke? Felix van Heelstra?&#8221; Heeft de Prinses hem dan terug geroepen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen, maar ik. En zijn wegblijven is een ernstige reden tot ongerustheid. Zat de Hertog nog in de Citadel, dan kwam het er
+niet op aan. Nu echter.... Maar daar komt de Prinses. Ge zult later wel begrijpen wat ik bedoel.&#8221;
+
+</p>
+<p>Precies om &eacute;en minuut voor tienen verscheen Elizabeth aan den ingang van het Paleis, en, de marmeren treden afdalend, besteeg
+ze met behulp van Radzivil haar wit paard.
+<span class="pageno">
+[406]
+</span></p>
+<p>Tegelijkertijd wuifde Zabern met de hand, en een artillerie-salvo van het dak van &#8217;t Paleis verkondigde de wachtende bevolking
+dat de Prinses het Paleis had verlaten.
+
+</p>
+<p>Onder het slaan der trommen, het schetteren der muziek en het klokgelui van alle kerktorens, werden de groote bronzen poorten
+van de Paleistuinen wijd opengeworpen, en het Blauwe Legioen, met in den zonneschijn flikkerende lansen, zette zich als het
+hoofd van den stoet in beweging.
+
+</p>
+<p>De weg was aan weerzijden als met menschen geplaveid. Aan elk venster, op elk dak, op elk balcon vertoonden zich toeschouwers.
+Heel Czernovi&euml; was er; iedereen had zich voorgenomen een plaats te veroveren. Waar maar een voet staan kon, had zich iemand
+opgesteld, op kroonlijsten, voetstukken van standbeelden, in lantarens, boomen en telefoonpalen.
+
+</p>
+<p>Zabern maakte bij zichzelf de opmerking, dat er in geval van nood toch nog heel wat mannen te wapenen zouden zijn, en onder
+het rijden zat hij zelfs al een plan in die richting uit te werken.
+
+</p>
+<p>Zoodra Elizabeth verschenen was, had men haar met geestdriftig gejuich begroet. De jubelkreten rolden, zich als golven voortplantend,
+langs de boulevard, stegen omhoog, en waren bijna luid genoeg om in het kamp van den Czaar gehoord te worden. Zoo groot was
+het enthousiasme, dat de troepen die den weg hadden afgezet, de menigte slechts met de grootste moeite konden weerhouden naar
+haar toe te snellen.
+
+</p>
+<p>De vijanden van de Prinses, trouwens zelf onder den indruk der liefelijke verschijning, droegen wel <span class="pageno">
+[407]
+</span>zorg hun gevoelens te onderdrukken. Eenvoudig in witte zijde gekleed, maakte Elizabeth in alle opzichten een vorstelijken
+indruk. Haar donker haar was onbedekt, slechts een smalle gouden diadeem omsloot het, terwijl een doorzichtige kanten sluier
+achter langs het hoofd afviel.
+
+</p>
+<p>De rit naar de kerk was een onafgebroken triomftocht, die door geen enkel voorval van vijandigen aard werd verstoord.
+
+</p>
+<p>&#8220;Zullen we dus hier de ontknooping moeten afwachten?&#8221; mompelde Zabern, toen de stoet het kerkgebouw naderde, welks muren dreunden
+van orgelklank en klokgelui.
+
+</p>
+<p>Zij, die de kerk mochten binnengaan, hetzij door hun aandeel in de plechtigheid, hetzij door een voorrecht, verbonden aan
+hun betrekking, zochten door verschillende deuren de hun aangewezen plaatsen op.
+
+</p>
+<p>Toen Zabern op de breede, met rood fluweel belegde treden stond, en de groote menigte daarbuiten overzag, werd zijn aandacht
+plotseling getrokken door een ruiter, die aan het andere einde van de boulevard, door niets in zijn rit belemmerd, met groote
+snelheid kwam aanrijden, ondanks de kans om op het gladde asfalt te storten, zijn paard steeds tot meer spoed aanzettend.
+
+</p>
+<p>&#8220;Een koerier!&#8221; riep het volk, bij ingeving begrijpend dat hij gewichtige tijding bracht. &#8220;Wat is er? Wat is er?&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar de ruiter antwoordde niet.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nikita!&#8221; mompelde de Maarschalk verwonderd.
+
+</p>
+<p>Toen het trillende paard aan den voet der kerktrap stilstond, snelde Zabern zijn ordonnans tegemoet.
+<span class="pageno">
+[408]
+</span></p>
+<p>&#8220;Het St. Nicolaas-klooster is bezet, Maarschalk!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Onmogelijk! Ik gaf gisteravond laat speciale orders voor de bewaking van &#8217;t klooster!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is zoo. De monniken, zwijgen. De Russische vlag waait van den toren.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar wie heeft je dien onzin verteld?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik heb het gezien, Maarschalk. Generaal Trevisa zendt me.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De postduif, Nikita!&#8221; zei Zabern somber. &#8220;Dat is het begin van Russische overheersching. Maar waar zijn de monniken, waarom
+hebben ze den brand niet in het kruit gestoken, als Trevisa zijn plicht niet wist te doen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik weet het niet, Maarschalk. Ik bracht een bericht van een der voorposten over, toen de generaal Trevisa mij gelastte u
+te melden dat het klooster door de Russen bezet is. Ik zag de Paulovski-Garde de uitgangen bewaken. Baron Ostrova, de vroegere
+Secretaris van den Hertog, gaf bevelen. Generaal Trevisa maakte zich gereed met duizend man het klooster te hernemen; zijn
+artillerie rijdt op om een bombardement te beginnen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Onzin,&#8221; mompelde Zabern. &#8220;Salongeneraals, die Czernovi&euml;rs! We hebben hard behoefte aan een flinken oorlog.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen keerde hij zich om en wenkte een der ordonnans-officieren der Prinses.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wees zoo goed den luitenant-generaal Trevisa te verzoeken, het bevel aan den generaal-majoor Elling over te dragen, en zich
+naar het Paleis te begeven, waar hij wachten zal op mijn terugkomst. De nieuwe commandant moet in stelling blijven en niets
+doen <span class="pageno">
+[409]
+</span>v&oacute;or men hem aanvalt. Deze soldaat zal u den weg wijzen. Dank u.&#8221;
+
+</p>
+<p>Nikita en de ordonnans-officier zetten hun paarden om, en een seconde daarna sloegen de hoeven der rennende dieren de vonken
+uit het asfalt. Verbaasd keek de volksmenigte hen na.
+
+</p>
+<p>Zabern verbeet zijn woede. Het kostte hem moeite niet onmiddellijk naar de grens te rijden en het commando op zich te nemen.
+Maar zijn tegenwoordigheid in de kerk was noodzakelijk; het werd zelfs hoog tijd naar binnen te gaan.
+
+</p>
+<p>Toen Zabern de kerk wilde binnengaan, ontmoette hem de Opper-Ceremoniemeester, die met de regeling der plechtigheid belast
+was geweest.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk, de kerk is overvloedig vol, en toch staan er honderden te wachten aan de noorderpoort, die roepen om binnengelaten
+te worden en van geldige toegangsbewijzen voorzien zijn.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat hebt u dan heel slecht geregeld.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen, Maarschalk. Het aantal uitgegeven kaarten komt juist overeen met het aantal zitplaatsen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zoo!&#8221; zei Zabern. &#8220;Dus u wilt zeggen, dat er eenige honderden menschen binnen zijn, die daar geen recht op hebben?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Juist, Maarschalk. Een groot deel van de kerk is gevuld met menschen, van wie ik zeker weet dat ze niet uitgenoodigd zijn,
+en die zich dus van valsche toegangskaarten hebben voorzien. Het zijn voorname inwoners van de Russische wijk.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wel, wel!&#8221; mompelde Zabern. &#8220;Dus nu &#8217;t ze niet gelukt is zich met Lipski&#8217;s geweren te wapenen, gaan ze &#8217;t op een andere manier
+probeeren.&#8221;
+<span class="pageno">
+[410]
+</span></p>
+<p>&#8220;Sommigen zijn in uniform, anderen in galacostuum, maar bijna allen zijn ze gewapend. Wanneer ik tracht ze te doen verwijderen,
+ontstaan er ongetwijfeld ernstige botsingen. Wat moet ik doen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Voorloopig niets. We moeten wanorde trachten te voorkomen. Houden ze zich kalm&#8212;des te beter; willen ze geweld uitoefenen,
+dan krijgen ze met Zabern te doen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En de menschen aan de noorderpoort?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Zullen daar wel moeten blijven,&#8221; zei Zabern, de schouders ophalend.
+
+</p>
+<p>Hij ging de kerk binnen.
+
+</p>
+<p>Het tooneel daarbinnen verblindde zelfs hem. De rijke toiletten der dames en de schitterende uniformen der heeren vormden
+een van kleuren gloeiend geheel; overal glansde goud en flonkerden edelgesteenten.
+
+</p>
+<p>Toen Zabern langzaam zijn plaats opzocht, ontgingen hem enkele spottende blikken van de zijde der Russograders niet. Klaarblijkelijk
+hadden ze kwaad in den zin; maar hun aantal was geringer dan dat der aanwezige patriotten, en een enkel woord was voldoende
+om duizend geweerloopen op de kerk te richten. Zabern beangstte zich dus niet over hun aanwezigheid.
+
+</p>
+<p>Op een tafel onder den preekstoel lag het Charter, dat slechts bij gelegenheden als deze in het openbaar werd tentoongesteld;
+aan iedere zijde van de tafel had een zwaar gewapend hellebaardier post gevat.
+
+</p>
+<p>Een weinig achter die tafel stond een groote eiken stoel, waarin de Prinses zou plaats nemen; links en rechts daarvan, maar
+iets meer achterwaarts, waren de zetels der Ministers opgesteld.
+<span class="pageno">
+[411]
+</span></p>
+<p>Terwijl Zabern scherp de onrechtmatig binnengedrongen bezoekers zat op te nemen, de gedachte maar niet van zich af kunnende
+zetten dat de Czaar zich onder hen bevond, maakte zich een groote onrust van hem meester. Liep alles zooals hij verwachtte,
+had hij de plannen van den Czaar goed doorzien&#8212;dan viel er nog iets&#8212;veel misschien!&#8212;te redden. Maar dan was de aanwezigheid
+van Felix noodzakelijk. En Felix bleef weg! Niets wees op zijn tegenwoordigheid of zijn nadering!
+
+</p>
+<p>Een zijdeur ging open, en Elizabeth trad binnen. Haar blik ontmoette dien van Zabern&#8212;ze raadden elkanders gedachten. Ook de
+Prinses noemde in dit bange uur den naam van Felix,&#8212;van hem dien ze misschien nooit zou weerzien!
+
+</p>
+<p>Elizabeth&#8217;s bleek, doch vastberaden gezicht verried door geen enkele beweging haar innerlijke ontroering. Blootshoofds, gehuld
+in een purper fluweelen kleed, met hermelijn omzoomd en glinsterend van parels, doorschreed ze met langzamen, doch vasten
+tred de kerk, gevolgd door vier kamervrouwen die haar sleep droegen.
+
+</p>
+<p>De Prinses had haar plaats ingenomen.
+
+</p>
+<p>De met het godsdienstig gedeelte der plechtigheid belaste predikant herdacht in een korte rede de aanleiding tot en de beteekenis
+van de kroning; daarna maakte de Kanselarij-Raad, waarin Orloff, die niets meer van zich had laten hooren, door <span class="corr" title="Bron: Razivil">Radzivil</span> vervangen was, zich gereed de Prinses den eed te doen afleggen. De predikant zou daarna in een tweede toespraak de Prinses
+en het volk gelukwenschen, en daarmee zou de op verlangen van Elizabeth van alle <span class="pageno">
+[412]
+</span>verder vertoon ontdane, zeer eenvoudige plechtigheid ge&euml;indigd zijn.
+
+</p>
+<p>Elizabeth was opgestaan.
+
+</p>
+<p>Zij trok den rechterhandschoen uit, en, de linkerhand op het Charter leggend, hief zij de twee voorste vingers der andere
+hand op, gereed om de woorden van den eed uit te spreken, dien Radzivil haar zou voorzeggen.
+
+</p>
+<p>Op dat oogenblik gebeurde er iets ontzettends.
+
+</p>
+<p>Radzivil opende den mond tot spreken&#8212;daar klonk een stem, als bazuingeluid de kerk doorschallend.... de stem van Orloff:
+
+</p>
+<p>&#8220;Burgers van Czernovi&euml;, <i>het Charter is valsch!!</i>&#8221;
+
+</p>
+<p>En nauwelijks waren die woorden gesproken, of de Hertog van Bora, als uit den grond opgerezen, stond tegenover de Prinses.
+
+</p>
+<p>Enkele seconden was het doodstil, als waren alle aanwezigen met verschrikking geslagen. Toen barstte een geweldig tumult los.
+
+</p>
+<p>De Czernovi&euml;rs waren opgesprongen, hun zwaarden vlogen uit de scheeden, en als een oorlogskreet klonk hun:
+
+</p>
+<p>&#8220;Leve de Prinses!&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar ook de <span class="corr" title="Bron: Muscoviten">Moscoviten</span> grepen naar hun wapens, en beantwoordden de uitdaging met een:
+
+</p>
+<p>&#8220;Leve de Hertog van Bora!&#8221;
+
+</p>
+<p>Reeds weerklonk het gekletter der zwaarden, de beide partijen drongen op elkaar in; Zabern gaf een teeken om de Lijfwacht
+te ontbieden, vast besloten de kerk des noods met geweld te ontruimen.
+
+</p>
+<p>Maar Elizabeth had haar tegenwoordigheid van geest niet verloren; snel als de gedachte wierp ze zich tusschen de beide elkaar
+bedreigende partijen, en <span class="pageno">
+[413]
+</span>hief de hand op ten teeken dat ze spreken wilde.
+
+</p>
+<p>Dit maakte indruk.
+
+</p>
+<p>Allen waren nieuwsgierig naar hetgeen de Prinses in dit beslissende oogenblik zeggen wilde, en de stilte keerde terug.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk Zabern!&#8221; riep zij met een stem, die als muziek klonk na het wilde rumoer van enkele oogenblikken te voren, &#8220;hier
+staat een ontvluchte gevangene&#8212;voer hem terug naar de Citadel!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge bedreigt <i>mij</i> met gevangenschap?&#8221; zeide de Hertog met een smalenden glimlach, &#8220;<span class="corr" title="Bron: het">Het</span> is aan mij te bedreigen, en aan u te gehoorzamen. Ik kom hier als afgezant van den Czaar!&#8221;
+
+</p>
+<p>Dit woord deed een nieuw tumult ontstaan. Men zag inderdaad, dat de Hertog, gekleed in het groot uniform van Maarschalk der
+Semenovski-Garde, met aan een blauw lint het kruis der Sint-Andreasorde, hier in het openlijk karakter van Russisch afgezant
+verscheen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Stilte!&#8221; gebood de Hertog. &#8220;Luistert, wat ik u namens den Keizer aller Russen te boodschappen heb. De Czaar verlangt het
+bewijs, dat dit Charter echt is. Antwoord mij, Prinses: is dat zoo, of stond ge op het punt als een meineedige trouw te zweren
+op een document, waarvan ge weet dat het door den Maarschalk Zabern is vervalscht?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dood aan den Maarschalk!&#8221; klonk het van Russische zijde, &#8220;sleept hem de kerk uit! Leve de Hertog! Weg met de Prinses!&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar donderend overstemden de Czernovi&euml;rs deze bedreigingen met een duizendvoudig:
+
+</p>
+<p>&#8220;Leve Elizabeth! Dood aan den Hertog!&#8221;
+
+</p>
+<p>Met over elkaar geslagen armen hoorde Zabern dit <span class="pageno">
+[414]
+</span>alles aan, koel, onbewogen. Een verachtelijke glimlach speelde om zijn lippen. Hij begreep dat de toestand uiterst kritiek
+was; wel kon een enkel woord uit zijn mond de Lijfwacht te hulp roepen, maar hij aarzelde nog, vreezend dat in het bloedig
+gevecht dat dan ontstaan zou, de Prinses leed zou geschieden. Hij aarzelde, maar zijn uiterlijk verried daarvan niets; vertrouwend
+op zijn goed gesternte, voelde hij instinctmatig dat hij ook ditmaal een uitweg vinden zou.
+
+</p>
+<p>De Prinses had opnieuw stilte weten te verkrijgen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Maarschalk!&#8221; riep ze, plotseling een vreeselijk vermoeden in zich voelende oprijzen, &#8220;zeg mij de volle waarheid: is dat stuk
+het oorspronkelijke Charter van Alexander I?&#8221;
+
+</p>
+<p>Er ontstond een ademlooze stilte.
+
+</p>
+<p>Aller blikken richtten zich op Zabern. Wat zou hij antwoorden?
+
+</p>
+<p>Zabern, de man van het oogenblik, begreep dat verdere ontkenning nutteloos zou zijn; de tegenpartij had immers de volledige
+bewijzen der valschheid.
+
+</p>
+<p>En, bezwijkend voor haar smeekenden blik die zoo duidelijk zei: &#8220;zeg me de waarheid!&#8221;, antwoordde hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is een getrouw afschrift.&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth begreep het veelbeteekenend antwoord. Zabern had haar doen gelooven, dat het complot van Orloff mislukt en het Charter
+ongedeerd was. Ongetwijfeld had hij dit met een goede bedoeling gedaan, wetend dat Elizabeth&#8217;s geweten zich er tegen verzetten
+zou, zich een kroon te verwerven door middel van oneerlijk verkregen rechten.
+
+</p>
+<p>Uiterlijk bleef ze onbewogen. Maar deze slag, zoo onverwacht gevallen, had haar des te zwaarder getroffen. <span class="pageno">
+[415]
+</span>Ze wist, dat haar land, dat zijzelf verloren was.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ge hoort het, volk van Czernovi&euml;,&#8221; vervolgde de Hertog triomfantelijk, &#8220;het Charter is valsch! Maarschalk Zabern, ik, uw
+vorst, gebied u deze indringster te arresteeren, die zich van mijn troon heeft trachten meester te maken!&#8221;
+
+</p>
+<p>Tot eenig antwoord trok de Maarschalk zijn zwaard.
+
+</p>
+<p>Deze beweging was het sein tot een rumoer, dat alle beschrijving te boven gaat.
+
+</p>
+<p>&#8220;Mannen van Czernovi&euml;!&#8221; riep een vrouwenstem, &#8220;zult ge toelaten dat uw Prinses aldus beleedigd wordt door huurlingen van den
+Czaar? Waar is de Oud-Hollandsche geest gebleven?&#8221;
+
+</p>
+<p>Aller oogen wendden zich naar de spreekster, die niemand anders was dan Katina Ludovska. De Czernovi&euml;rs voelden de beteekenis
+van haar woorden. Wat hun voorvaderen gedaan hadden, konden ook zij doen. Haar uitroep was het teeken om op te staan, de Moscoviten
+aan te vallen en uit de kerk te jagen. En toen ze met luide stem het Czernovische volkslied aanhief, voer een golf van ontroering
+door haar verzamelde landgenooten. De herinnering aan hun verleden bracht het bloed van alle patriotten aan &#8217;t gloeien. Door
+een gelijktijdigen drang bewogen sprongen ze op, trokken hun zwaarden en zongen het refrein mee.
+
+</p>
+<p>Het glinsteren van duizend klingen in het veelkleurig licht dat door de gebrande kerkramen viel, het schitteren der feestelijke
+gewaden en der ontelbare edelgesteenten, het machtige galmen der orgelklanken&#8212;want de organist, door geestdrift meegesleept,
+bespeelde zijn instrument zooals hij nooit in zijn leven meer <span class="pageno">
+[416]
+</span>doen zou&#8212;dat alles gaf een tooneel, waarvan de wederga in de gansche geschiedenis niet te vinden is. Vrouwen vielen flauw
+van aandoening, forsche mannen zongen met tranen in de oogen.
+
+</p>
+<p>Maar de Moscoviten op hun beurt stemden het Russische volkslied in, en nu barstte van weerszijden een stroom van verwenschingen
+en uitdagingen los.
+
+</p>
+<p>&#8220;Weg met de Russen!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Leve de Hertog!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dood aan de Prinses!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Czernovi&euml; voor eeuwig!&#8221;
+
+</p>
+<p>Katina, met getrokken degen, stond vooraan in de rij.
+
+</p>
+<p>&#8220;Verdedig je, vrouwenbeul!&#8221; riep ze, haar ouden vijand, Graaf Orloff, een slag met het plat van haar wapen toebrengend.
+
+</p>
+<p>Haar voorbeeld vond talrijke navolgers, en weldra weerklonk overal zwaardgekletter.
+
+</p>
+<p>Een zestal Russen, met sabels in de hand, hadden een beschermenden kring om den Hertog gevormd, die onbewegelijk het rumoer
+stond te aanschouwen. Zabern, beangst voor Katina&#8217;s leven, drong zich door de menigte heen, trachtend haar te bereiken.
+
+</p>
+<p>Elizabeth, vergeefs op een middel zinnend om de vechtenden te scheiden, smeekte <span class="corr" title="Bron: Radvizil">Radzivil</span> de Lijfwacht te ontbieden.
+
+</p>
+<p>Toen klonk opeens een stem, die als een donderslag het tumult overstemde:
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>De wapens neer!</i>&#8221;
+
+</p>
+<p>En, met de eene hand op de balustrade van het koor geleund, de andere gebiedend omhoog geheven, was daarboven een man verschenen,
+een statige figuur, in een schitterend en indrukwekkend uniform gekleed. <span class="pageno">
+[417]
+</span>Een oogenblik meende men een bovenaardsche verschijning te zien.
+
+</p>
+<p>&#8220;De duivel zelf!&#8221; mompelde Zabern.
+
+</p>
+<p>De gedaante van den vreemdeling richtte zich nog hooger op, en, met een stem van iemand die geboren is tot bevelen, riep hij
+nogmaals:
+
+</p>
+<p>&#8220;De wapens neer!&#8221;
+
+</p>
+<p>Zijn persoon en zijn woorden hadden een merkwaardige uitwerking.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Czaar! De Czaar!&#8221;
+
+</p>
+<p>Het gevecht hield op. Aan elke zijde weken de strijdenden terug. Het geraas stierf weg in een doodsche stilte. De gewonden
+hielden hun jammerkreten in, want er waren gewonden, zoo kort de schermutseling geduurd had; en een doode zelfs was er gevallen:
+Orloff, door Nikita&#8217;s hand verslagen.
+
+</p>
+<p>De Czaar wendde de blikken naar alle richtingen. Onwillekeurig staken de meesten hun zwaarden op.
+
+</p>
+<p>Elizabeth was de eerste die begreep, dat het nu een strijd zou worden tusschen twee souvereinen, en dat zij alles moest doen
+om te voorkomen dat de Czaar de vruchten van zijn indrukwekkend optreden plukte.
+
+</p>
+<p>Daarom, nog v&oacute;or hij opnieuw had kunnen spreken, vroeg Elizabeth, en haar kalme, heldere stem werd in de verste hoeken van
+het gebouw gehoord:
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik verzoek den Czaar mij te zeggen, met welk recht hij een verrader in vrijheid stelde, die op mijn bevel gevangen was genomen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Met deze woorden strekte ze de hand uit naar den Hertog van Bora.
+<span class="pageno">
+[418]
+</span></p>
+<p>Haar stoutmoedigheid deed een rilling door de zaal gaan. Waar, in de geheele geschiedenis der menschheid, was het voorbeeld
+van iemand, die z&oacute;o een Russisch Keizer had durven toespreken?
+
+</p>
+<p>Voor den autocraat, van wien men gewoon was te zeggen: &#8220;er is slechts &eacute;en wil in Rusland&#8212;die van den Czaar,&#8221; was zulk een
+taal even nieuw als verrassend.
+
+</p>
+<p>Hij zag met verbazing, maar niet zonder bewondering, naar de jonge vrouw die het waagde op zulk een toon het woord tot hem
+te richten.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat geeft u het recht tot zulke taal in tegenwoordigheid van den Czaar?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;De overtuiging, dat niemand dan <i>ik</i> in Czernovi&euml; te gebieden heeft!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;En die overtuiging durft ge putten uit een Charter, dat nooit bestaan heeft, uit het bedriegelijk en valsch document dat
+daar ginds is neergelegd?&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth voelde zich den moed ontzinken. Ze zocht vergeefs naar een antwoord.
+
+</p>
+<p>Reeds klonken uit de rijen der Russischgezinden opnieuw dreigende kreten, toen opeens een beweging ontstond bij den hoofdingang
+van het gebouw. Aller oogen richtten zich daarheen, met vuisten en elbogen drong zich iemand naar voren, baande zich een weg
+tot voor de tafel, waarop het nagemaakte Charter lag, en riep:
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>Hier is het Charter van Czernovi&euml;!</i>&#8221;
+
+</p>
+<p>Het was Rob, die zoo sprak.
+
+</p>
+<p>Met hijgende borst en fonkelende oogen stond hij daar, de triomf over zijn welvolbrachte daad in de oogen, en met uitgestrekten
+arm bood hij de Prinses <span class="pageno">
+[419]
+</span>een perkament aan, waaraan de zware roode zegels van Alexander I hingen.
+
+</p>
+<p>Een oogenblik maakte de Hertog van Bora een beweging om naar voren te dringen, maar Rob zag hem zoo dreigend aan, er was iets
+in zijn blik, dat zoo overtuigend als van een heilige zending sprak&#8212;dat de Hertog terugdeinsde. En opnieuw stonden allen ontzet
+en onbewegelijk; slechts enkelen zagen het Charter van nabij, maar men wist het: <i>die man sprak de waarheid</i>. De vaste klank van zijn stem, de diepe overtuiging waarmee hij sprak, de edele uitdrukking van zijn gelaat&#8212;alles wees er
+op dat hij een heilige plicht, een niet te verloochenen roeping vervulde.
+
+</p>
+<p>De Czaar was met snelle schreden de plaats genaderd waar Rob stond; hij bezag het Charter&#8212;er was geen ontkennen aan: het droeg
+niet alleen de authentieke handteekening van den schenker, maar was ook door de namen der opvolgende Czaren, ook door den
+zijne, gewaarmerkt.
+
+</p>
+<p>Met onuitsprekelijke verbazing staarde hij op het document; toen vroeg hij met weifelende stem:
+
+</p>
+<p>&#8220;Waar hebt ge dit Charter gevonden?&#8221;
+
+</p>
+<p>Rob hief het hoofd op, zag den Czaar recht in de oogen, en zei fier:
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>In het Kremlin</i>, Sire!&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern was de eenige, die begreep. Toen Elizabeth, als altijd in raadselachtige gevallen, de oogen vragend op hem richtte,
+als wilde ze uit zijn mond de verklaring van Rob&#8217;s woorden vernemen, ontving ze voor het eerst geen antwoord. Zabern staarde
+recht voor zich uit, onbewegelijk. En uit de oogen <span class="pageno">
+[420]
+</span>van dien ijzeren, onverzettelijken, door niets te ontroeren man stroomden tranen! Tranen, die hij niet trachtte te verbergen!
+In dit oogenblik aanschouwde zijn vooruitziende geest een visioen, dat werkelijkheid zou worden: Czernovi&euml; behouden, de Oranje-Republiek
+hersteld, bestuurd door een wijs, vastberaden heerscher, die slechts het goede wilde!
+
+</p>
+<p>Maar de beproevingen waren nog niet ten einde.
+
+</p>
+<p>Er was den Czaar een laatste redmiddel gebleven, en hij greep dit aan. Hoe het mogelijk was dat het duplicaat van het Charter,
+tot dusver veilig in de archieven van het Kremlin bewaard, hier plotseling op die tafel voor hem was neergelegd&#8212;hij vermocht
+dat raadsel niet op te lossen. Hij beproefde het ook niet, de vruchteloosheid van zulk een poging begrijpend. Maar zijn hoop
+was op den Hertog van Bora gevestigd, en, dezen een beteekenisvollen blik toewerpend, sprak hij luid:
+
+</p>
+<p>&#8220;Volk van Czernovi&euml;! Het Charter is inderdaad in zijn oorspronkelijken en ongeschonden staat hier aanwezig. Als handhaver
+van recht en waarheid behoor ik elke onjuistheid, ook al ben ik, de Czaar, zelf de oorzaak daarvan, openlijk te bekennen en
+te herstellen. Mijn twijfel aan het bestaan van het Charter is dus opgeheven.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik ben hier echter ook gekomen om te wijzen op een onrechtmatige afwijking van de door mij voorgeschreven kroningsceremoni&euml;n,
+welke de Prinses zich vermeten heeft. Het was mijn uitdrukkelijke wensch, dat men zich bij de kroning houden zou aan de door
+mij gegeven voorschriften. Dit is niet geschied. De Russische wet wil, dat bij plechtigheden <span class="pageno">
+[421]
+</span>als deze de gekroonde, in persoon of door middel van een kampioen, zijn rechten met het zwaard verdedigt. Verzet zich niemand
+tegen die rechten, dan worden ze als erkend beschouwd, en zal nooit eenige twijfel daaraan geduld worden. Komt echter iemand
+in verzet, dan is de gekroonde of zijn kampioen verplicht den strijd aan te nemen en het zwaard te doen beslissen. Valt de
+kampioen, dan is de kroning nietig.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen de Czaar deze woorden gesproken had, ging er een gejuich op onder zijn aanhangers. De bedoeling van het gesprokene was
+hun duidelijk. En bij de andere partij zag men het nuttelooze in van elk verzet tegen deze totaal verouderde, barbaarsche
+instelling. Voor men trouwens kon overwegen op welke wijze men daartegen zou protesteeren, had de Hertog van Bora de Prinses
+zijn lederen handschoen voor de voeten geworpen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik verzet mij tegen de rechten der Prinses!&#8221; riep hij. &#8220;Wie wil haar kampioen zijn, en het tegen mij opnemen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Het was volkomen stil na deze woorden. Waar was de kampioen, die het zwaard van den Hertog zou durven trotseeren? Zelfs Zabern
+durfde dien handschoen niet opnemen. Gaarne zou hij zijn leven voor haar hebben geofferd, maar zijn dood zou in dit geval
+haar ondergang beteekenen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik geef de Prinses tien minuten om een kampioen te benoemen&#8212;zoo wil het de wet!&#8221; riep de Czaar.
+
+</p>
+<p>Tien minuten! Tien minuten die over het lot van Czernovi&euml; zouden beslissen, alles vernietigend wat Zabern met zooveel krachtsinspanning
+had opgebouwd!
+<span class="pageno">
+[422]
+</span></p>
+<p>&#8220;Alles is tegen ons!&#8221; mompelde de Maarschalk, de vuist krampachtig ballend. &#8220;Ik hoopte in dit geval voorzien te hebben, wetend
+dat deze uitdaging geschieden zou. En nu moeten we het gevecht afwijzen, want onze kampioen is er niet!&#8221;
+
+</p>
+<p>De wanhopigste plannen kwamen bij Zabern op. Hij wilde de Lijfwacht ontbieden, den Czaar gevangen nemen; hij dacht er zelfs
+over den Czaar een doodelijken sabelhouw toe te brengen, kortom, de krankzinnigste daad leek hem nog beter dan deze verschrikkelijke
+machteloosheid. Maar hij dwong zich zijn koelbloedigheid te bewaren. E&eacute;n onberaden handeling, en het Russische leger zou Czernovi&euml;
+binnentrekken.
+
+</p>
+<p>Vijf, zes, zeven, acht lange minuten van angst en spanning waren voorbijgegaan.
+
+</p>
+<p>Het bestaan van Czernovi&euml; was nog slechts bij seconden te tellen.
+
+</p>
+<p>Meer dan duizend menschen hielden onafgewend den blik op het uurwerk gericht, dat boven den ingang hing, en welks wijzer langzaam
+maar zeker het oogenblik ging verkondigen, waarop de Czaar zijn ijzeren hand vernietigend op heel een volk zou leggen.
+
+</p>
+<p>Negen minuten....
+
+</p>
+<p>Op een teeken van den Czaar deed de Hertog een stap voorwaarts.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nog &eacute;en minuut, Prinses!&#8221; zoo klonk zijn waarschuwende stem. &#8220;Waar is uw kampioen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;<i>Hier is hij!</i>&#8221; sprak een vaste, heldere stem.
+
+</p>
+<p>Het eene wonder verdrong dezen dag het andere!
+
+</p>
+<p>Iedereen wendde de oogen naar den spreker, die juist de kerk door de oostelijke poort was binnengekomen&#8212;een <span class="pageno">
+[423]
+</span>jonge man met een door de zon gebronsd gezicht, maar wiens blond haar, wiens athletische gestalte en edele gelaatsbouw duidelijk
+zijn Oud-Czernovische afkomst verrieden.
+
+</p>
+<p>Wie was deze man?
+
+</p>
+<p>Er werden namen genoemd, men fluisterde, bezon zich, er werden veronderstellingen geuit en weer tegengesproken&#8212;totdat Zabern
+opeens den naam uitsprak, die reeds velen op de lippen zweefde:
+
+</p>
+<p>&#8220;Van Stralen!&#8221;
+
+</p>
+<p>Ja&#8212;hij was het: Felix van Stralen, in wien enkelen nu hardnekkig eenige gelijkenis wilden zien met den verbannen Secretaris
+der Prinses, maar die anderen aanleiding gaf op de beide praalgraven van den vader en den grootvader te wijzen&#8212;zie, was het
+niet geheel hetzelfde gezicht, dat daar in een steenen medaillon was uitgehouwen?
+
+</p>
+<p>En een storm van geestdrift voer door de zaal! Het oude geslacht der Van Stralens, het geslacht dat de Oranje-Republiek gesticht
+en grootgemaakt had, keerde terug! Door een wonder, dat niemand wist te doorvorschen, maar dat hier voor hun oogen geschied
+was, had de dood dezen man aan Czernovi&euml; teruggegeven, op het oogenblik dat alleen zijn naam voldoende zou geweest zijn grootsche
+daden in de herinnering te roepen en tot nog grootschere aan te sporen! Ja, de dood had hem teruggegeven, want stond niet
+daarginds, bij het graf zijner vaderen, de gedenkplaat waarop het droevig omkomen van zeven der meest geziene Czernovi&euml;rs
+werd herdacht?
+
+</p>
+<p>Dit was een wonder! een wonder! Een vingerwijzing naar den weg, dien het Czernovische volk voortaan <span class="pageno">
+[424]
+</span>te gaan had! Ja, nu voelde men zich sterk om elk juk, hoe zwaar ook, af te schudden, nu kwamen de oude tijden terug!
+
+</p>
+<p>Te midden van een geweldige geestdrift, waartegenover de Czaar en zijn aanhangers machteloos stonden, trad Felix op den Hertog
+toe.
+
+</p>
+<p>Elizabeth, wier hart, deels van bewondering, deels van angst wild klopte, staarde hem aan. Ze wist voor welk doel hij gekomen
+was.
+
+</p>
+<p>Felix had den handschoen opgeraapt, die daar tien minuten lang onaangeroerd had gelegen, en terwijl hij hem met een achteloos
+gebaar den Hertog voor de voeten wierp, sprak hij:
+
+</p>
+<p>&#8220;Hertog, ik neem uw uitdaging aan. Op leven en dood!&#8221;
+
+</p>
+<p>Opnieuw golfden de losbarstingen van gejubel door de kerk. Slechts met moeite wist de Czaar zich verstaanbaar te maken, toen
+hij vroeg:
+
+</p>
+<p>&#8220;Prinses, wenscht gij dezen man als kampioen?&#8221;
+
+</p>
+<p>Een minuut te voren had zij vurig naar een triomf over den Czaar verlangd&#8212;nu ging de Prinses in de Vrouw verloren. Een geweldige
+strijd had in haar binnenste plaats. Wat moest ze doen? Was het niet beter land, volk, troon, alles op te offeren, maar hem
+te behouden, met hem en hun geluk te vluchten naar een eenzaam hoekje, waar het rumoer van vreeselijke tooneelen als dit niet
+doordrong? Mocht ze, moest ze Felix opofferen?
+
+</p>
+<p>&#8220;De Prinses moet een kampioen aanwijzen, of zich gereed maken afstand te doen van den troon,&#8221; sprak de Czaar.
+
+</p>
+<p>Toen drukte Zabern&#8217;s vuist haar arm zoo vast <span class="pageno">
+[425]
+</span>en ruw, dat de pijn haar tot bezinning bracht.
+
+</p>
+<p>&#8220;Prinses,&#8221; fluisterde de Maarschalk, &#8220;het <i>moet</i>. En ik weet, <i>ik weet</i>&#8221; voegde hij er met nadruk bij, &#8220;dat Felix overwinnen zal.&#8221;
+
+</p>
+<p>Toen raapte Elizabeth al haar krachten bijeen.
+
+<i>Het moest.</i>
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik wijs dezen man aan tot mijn kampioen,&#8221; sprak ze helder en vast.
+
+</p>
+<p>Nu daverde het gejubel der Czernovi&euml;rs door de kerk, dat muren en vensters trilden. Allen, de patriotten, de Moscoviten, de
+Czaar zelf&#8212;ze gevoelden het: de oude Oranje-Republiek herrees, een nieuw, sterk volk ontstond, dat door geen leger ter wereld
+ten onder gebracht zou kunnen worden!
+
+</p>
+<p>Toen het gejuich was weggestorven, zag men dat de Prinses, bewusteloos, door haar kamervrouwen werd weggedragen.
+
+
+
+<span class="pageno">
+[426]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e7160"></a></p>
+<h1 class="label">Acht en twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Het Kroningsduel.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De ontmoeting tusschen Elizabeth en Felix.&#8212;Het duel begint.&#8212;Edelmoedigheid van Felix.&#8212;De Hertog wordt doodelijk gewond.</p>
+</div>
+<p>Zij, die de kerk waren binnengekomen in de verwachting een intressante plechtigheid te zien, bemerkten dat de werkelijkheid
+hun verwachting verre had overtroffen.
+
+</p>
+<p>Inderdaad had een reeks dramatische tooneelen elkaar opgevolgd, en nog was het hoogtepunt niet bereikt. De troon van Czernovi&euml;
+was afhankelijk geworden van den uitslag van een duel.
+
+</p>
+<p>Op aanwijzing van den Czaar werd alles voor dat duel in gereedheid gebracht. Men had er een grasveld voor gekozen, dat achter
+de kerk was gelegen, ingesloten door den grooten, aan de kerk behoorenden tuin, welks zware begroeide hekken den toegang en
+het inzicht van buiten af beletten.
+
+</p>
+<p>Het gebouw stroomde weldra leeg; ieder trachtte zich een zoo goed mogelijke plaats te bezorgen. Enkele zetels en banken werden
+aangesleept; op het grasveld werd met behulp van tusschen palen gespannen <span class="pageno">
+[427]
+</span>touwen een groot vierkant afgezet. Al deze maatregelen namen eenigen tijd in beslag, van welken de ministers gebruik maakten
+om Felix de hand te drukken en hun spijt te betuigen dat ze hem uit Czernovi&euml; verdreven hadden. Ook Rob was het voorwerp van
+een ovatie; van alle kanten bestormde men de beide helden met vragen, maar het oogenblik was te vol van ernstiger dingen,
+dan dat zij nu in verklaringen konden vervallen, die even goed tot een volgenden dag konden wachten.
+
+</p>
+<p>Bovendien werd Felix weldra weggeroepen. Een page meldde hem, dat de Prinses hem wenschte te spreken.
+
+</p>
+<p>De Hertog, die het bericht hoorde overbrengen, lachte spottend, maar de kalme, ongedwongen manier waarop Felix den page aanhoorde
+en daarna beloofde te zullen komen, gaf den Hertog en zijn keizerlijken beschermer toch een onwillekeurig gevoel van ongerustheid.
+
+</p>
+<p>Felix ging naar de woning van den kerkbewaarder, waar hij Elizabeth aantrof, ontdaan van haar zwaren kroningsmantel; het zuivere
+wit van haar zijden kleed was niet witter dan haar gelaat in dit oogenblik.
+
+</p>
+<p>Op een teeken van de Prinses gingen de kamervrouwen heen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Hoe vreeselijk,&#8221; mompelde een van haar onder het weggaan, &#8220;dat zulk een edel man sterven moet!&#8221;
+
+</p>
+<p>Elizabeth stond op, maar haar ontroering was zoo groot, dat ze gevallen zou zijn als Felix haar niet in zijn armen had opgevangen,
+waar zij nu bleef en zich aan hem vastklemde.
+
+</p>
+<p>&#8220;O, Felix, Felix!&#8221; mompelde ze, en gedurende enkele minuten kon ze niet anders doen dan dien naam herhalen.
+<span class="pageno">
+[428]
+</span></p>
+<p>Zou dit een scheiding voor eeuwig zijn? Haar troon, haar macht, haar weelde, haar diplomatieke overwinningen&#8212;het was alles
+niets in vergelijking met haar liefde voor Felix. Hij was haar kostbaarst bezit, en toch&#8212;en toch&#8212;kon deze omarming de laatste
+zijn! Binnen een uur kon zijn lijk de kerk uitgedragen worden, en de Czaar zou haar vervallen-verklaring proclameeren, en
+de troonsbestijging van Bora.
+
+</p>
+<p>En wat zou het leven zijn zonder Felix!
+
+</p>
+<p>&#8220;Ween niet, Elizabeth,&#8221; zei hij zacht. &#8220;Deze dag zal de schoonste van ons leven worden.&#8221;
+
+</p>
+<p>Maar Elizabeth dorst het niet gelooven.
+
+</p>
+<p>&#8220;O Felix!&#8221; riep ze, &#8220;het is zelfzuchtig, het is slecht van me om jouw leven te wagen voor dat barbaarsche duel!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is nu te laat voor zelfverwijten,&#8221; antwoordde hij ernstig. &#8220;Ik heb in het openbaar mijzelf als kampioen aangeboden, en
+zelfs de Prinses zal me daarvan niet terugbrengen.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar ben je dan zoo zeker van de overwinning?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Even zeker als jij &#8217;t over een uur zijn zult.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Een uur!&#8221; kreet Elizabeth. &#8220;Nooit zal ik de kracht hebben zoo lang te wachten. Felix, ik doe afstand&#8212;we zullen samen naar
+een ander land gaan, waar we het geluk zullen vinden. Zeg dat je dit ook wilt! Neem dat duel niet aan! Wanneer je komt te
+vallen....&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dat zal ik niet. Zou ik zoo roekeloos je troon in de waagschaal stellen?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Mijn troon!&#8221; herhaalde Elizabeth bitter. &#8220;Is die het waard, jouw leven er voor te wagen?<span class="corr" title="Bron: ">&#8221;</span>
+<span class="pageno">
+[429]
+</span></p>
+<p>&#8220;Ja,&#8221; antwoordde Felix beslist. &#8220;Zouden we in een zwak oogenblik ons levensdoel opgeven? vluchten als lafaards? een naam achterlaten,
+beladen met het verraad aan heel een volk gepleegd, dat op ons vertrouwde? Nooit!&#8221;
+
+</p>
+<p>Hij kuste haar, en zacht haar armen van zijn schouders losmakend, verliet hij de kamer.
+
+</p>
+<p>De Hertog van Bora fronste de wenkbrauwen toen Felix terugkwam. Niemand twijfelde aan den aard van het onderhoud dat tusschen
+hem en Elizabeth had plaats gegrepen; allen wisten dat hij naar het gevecht ging met de kussen van Elizabeth nog gloeiend
+op de lippen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Als die man er nooit geweest was,&#8221; mompelde Bora, &#8220;was ik nu Prins-Gemaal.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Wees een man, Bora,&#8221; sprak de Czaar, &#8220;wat niet is, kan komen. Versla dien kampioen, en geheel Europa zal u uw nieuwen titel
+onbetwist laten.&#8221;
+
+</p>
+<p>Men was gereed.
+
+</p>
+<p>De voorschriften, volgens welke het duel moest plaats hebben, werden voorgelezen. Bovendien werd den beiden strijders een
+eed afgevergd waarbij ze verklaarden een rechtvaardige zaak te verdedigen, en hun tegenstander met eerlijke middelen te zullen
+bevechten.
+
+</p>
+<p>Er heerschte een <span class="corr" title="Bron: gepannen">gespannen</span> stilte.
+
+</p>
+<p>Men wist, dat dit gevecht niet eindigen zou zoolang een der strijders nog leefde, en hierin vooral lag de afgrijselijke aantrekkingskracht
+er van. Een rilling van angstige verwachting ging door de talrijke vrouwen die langs het grasveld stonden opeengedrongen;
+de mannen, meer koel en kritisch, trachtten den afloop <span class="pageno">
+[430]
+</span>af te leiden uit bouw en uiterlijk voorkomen der tegenstanders.
+
+</p>
+<p>Op die wijze beschouwd, scheen het voordeel aan de zijde van den Hertog, die een forsche en gespierde lichaamsbouw bezat;
+Felix was kleiner en tengerder gebouwd, maar daardoor ook leniger en vlugger in zijn bewegingen.
+
+</p>
+<p>De omstandigheden, waaronder dit duel zou plaats hebben, maakten het eenig in de geschiedenis van Czernovi&euml;.
+
+</p>
+<p>De eene kampioen, Bora, aangevuurd door de tegenwoordigheid van zijn keizerlijken gebieder, den Czaar, vocht om een kroon
+te veroveren, de andere, Felix, om de hand eener Prinses. Er lag een romantische tint over deze gebeurtenis, die sterk aan
+lang vervlogen dagen deed denken.
+
+</p>
+<p>Elk der partijen vertrouwde in het succes van zijn kampioen. De Moscovieten bluften op de dertig duels van den Hertog, uit
+welke hij steeds zonder een enkele wond te voorschijn was getreden. De Czernovi&euml;rs konden zich niet op zulke daden beroemen;
+de wapenfeiten in de schermzaal waren eertijds niet van algemeene bekendheid geworden, en de zekerheid, dat de vreemdeling
+van toen dezelfde persoon was als de gestorven gewaande zoon van den laatsten President, die nu voor hen stond, was nog slechts
+tot enkelen doorgedrongen. Rob had namelijk ten slotte geen weerstand kunnen bieden aan de vele vragen, waarmee men hem bestormde,
+en in &#8217;t kort iets van Felix&#8217; en zijn eigen wedervaren verteld. Hoe het zij, de Czernovi&euml;rs hadden toch vertrouwen in hun
+kampioen, want de rustige, vastberaden wijze, waarop hij <span class="pageno">
+[431]
+</span>den handschoen had opgeraapt, had hen ontzag ingeboezemd. En meer dan woorden &#8217;t konden doen, had de wilde vreugde, die op
+het gelaat van Zabern verschenen was bij die handeling, hun vertrouwen versterkt. Felix&#8217; koele, fonkelende blik, zijn dichtgeknepen
+lippen en zijn onverschrokken uiterlijk bewezen dat hij een gevaarlijk tegenstander zou zijn.
+
+</p>
+<p>De beide mannen ontdeden zich van hun jas, en ontvingen ieder een sabel, nadat men zich overtuigd had dat de beide wapens
+in niets van elkaar verschilden.
+
+</p>
+<p>Intusschen was het nieuws ook tot de menigte daarbuiten doorgedrongen, en de opgewonden kreten der zich bij de kerk verzamelende
+bevolking vormden een zonderling contrast met de doodsche stilte, die in de onmiddellijke omgeving der strijders heerschte.
+
+</p>
+<p>Op het platte dak der kerk kon men twee mannen zien staan; zij hadden twee vlaggen, een witte en een zwarte, aan den voet
+van den vlaggestok gelegd. De oogen van heel het volk waren op dien stok gevestigd, want het was bekend geworden dat het hijschen
+van de witte vlag de overwinning van den kampioen der Prinses zou aankondigen, terwijl de zwarte zijn nederlaag zou melden.
+
+</p>
+<p>Het oogenblik was gekomen.
+
+</p>
+<p>Op een teeken van den Czaar salueerden de duellanten eerst elkaar en daarna de aanwezigen. Toen kletterden de sabels tegen
+elkander.
+
+</p>
+<p>De voorbereiding had zoolang de toeschouwers in spanning gehouden, dat het begin van den strijd inderdaad voor allen een verlichting
+was.
+
+</p>
+<p>Een huivering voer door de menigte. Vijfduizend <span class="pageno">
+[432]
+</span>paar oogen waren op die twee mannen gericht. Een bliksemstraal had de heldere lucht kunnen doorklieven, een aardbeving de
+kerk doen instorten&#8212;niets zou de aandacht van hen hebben kunnen afleiden.
+
+</p>
+<p>Zabern, die graag een goede partij zag schermen, keek met onverholen blijdschap toe, zeker als hij was van den uitslag.
+
+</p>
+<p>De Czaar was eveneens in zijn element, en zat voorovergebogen toe te kijken, met de handen op het gevest van zijn zwaard geleund,
+even vol vertrouwen in de overwinning van Bora als Zabern het was in die van Felix.
+
+</p>
+<p>De Hertog, brandend van verlangen om zich in de oogen van den Czaar te onderscheiden, en blijkbaar het gevecht in den kortst
+mogelijken tijd willende beslissen, viel zoo onstuimig op Felix aan, dat deze niets anders kon doen dan zich verdedigen. Zoo
+machtig viel Bora&#8217;s kling neer, dat Felix&#8217; arm bij iederen slag trilde, zoo snel was zijn houw, dat Felix dien dikwijls slechts
+op enkele millimeters afstand van zijn schedel kon afweren. Het oog kon nauwelijks de beweging der sabels volgen, zulke bliksemsnelle
+kringen beschreven ze in de lucht.
+
+</p>
+<p>De Hertog drong zijn tegenstander steeds meer achteruit, zoodat deze bijna de omheining van het afgezette terrein had bereikt.
+
+</p>
+<p>De Czernovische toeschouwers zagen angstig toe; dit wijken was een slecht teeken.
+
+</p>
+<p>&#8220;Onze kampioen is lang niet meer zoo sterk als toen we hem in de schermzaal zagen,&#8221; zei Radzivil verschrikt.
+
+
+</p>
+<p></p>
+<div class="divFigure">
+<p class="legend"><img border="0" src="images/p437.jpg" alt="Bora&#8217;s armen sloegen met een wilden zwaai omhoog. (pag. 437.)"></p>
+<p class="figureHead">Bora&#8217;s armen sloegen met een wilden zwaai omhoog. (pag. 437.)</p>
+</div><p>
+
+
+</p>
+<p>&#8220;Bah! mijn beste Radzivil,&#8221; zei Zabern vol vertrouwen, <span class="pageno">
+[433]
+</span>&#8220;zie je niet dat hij den Hertog uitput? Bora is dom met zoo z&#8217;n kracht te verspillen. Dit is te hevig dan dat &#8217;t lang kan
+duren. Ah! wat zei ik je? Het eerste bloed is voor ons!&#8221;
+
+</p>
+<p>De Hertog was een oogenblik te roekeloos geweest, en had van Felix een steek in de zijde ontvangen die enkele millimeters
+diep was. Dit was zoo vlug geschied, dat bijna niemand &#8217;t had gezien, ofschoon allen toekeken.
+
+</p>
+<p>&#8220;De Hertog is gewond!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Hij is niet gewond!&#8221;
+
+</p>
+<p>De twijfel verdween, toen zich op Bora&#8217;s wit hemd een kleine roode vlek vertoonde, die zich langzaam uitbreidde.
+
+</p>
+<p>Zabern glimlachte boosaardig bij het zien van den woedenden Hertog, die wel een stier in een Spaansche arena leek, wiens huid
+door de eerste banderillo wordt doorboord. Hij keek tegelijk verwonderd en ongeloovig, niet begrijpend hoe zoo iets hem gebeuren
+kon.
+
+</p>
+<p>Dit was de eerste wond die hij als duellist ooit bekomen had, en zijn gevoel van overmacht was door die omstandigheid meer
+geknakt dan de pijn het doen kon. Maar weldra herstelde hij zich, en het gebeurde deed hem dubbel op zijn hoede zijn.
+
+</p>
+<p>Het behendig gebruik dat Felix van een onachtzaamheid van zijn tegenstander had gemaakt, wekte het vertrouwen der patriotten
+in verhoogde mate op, tegelijkertijd een gevoel van verslagenheid bij de Moscoviten teweeg brengend.
+
+</p>
+<p>De Hertog ging nu omzichtiger te werk, en zoo ontstond een waarlijk schitterende tentoonspreiding van schermkunst, die ieders
+bewondering wekte.
+<span class="pageno">
+[434]
+</span></p>
+<p>Elke beweging der klingen werd met vreezen en beven waargenomen, vooral door de Czernovi&euml;rs, die wisten dat dit gevecht tusschen
+vrijheid en despotisme zou beslissen.
+
+</p>
+<p>Vele der aanwezige dames, die het gevecht nauwelijks durfden aanzien, verborgen haar gelaat in de handen, om het dan weer,
+door een verschrikkelijke nieuwsgierigheid gedreven, naar het tooneel van den strijd te keeren. Sommigen zagen toe met den
+zakdoek voor den mond gedrukt, om de angstkreten te smoren die de duellanten gehinderd zouden hebben. De vreeselijke ontroering
+deed er verscheidenen flauwvallen.
+
+</p>
+<p>Er scheen een wending ten gunste van Felix te ontstaan. Hij begon den Hertog, wiens kracht slonk, achterwaarts te dringen.
+Opeens, toen de Hertog zich sterk op zij boog, om een slag te ontgaan dien hij niet had kunnen afweren, verloor deze het evenwicht
+en viel, terwijl Felix hem op hetzelfde oogenblik het zwaard uit de hand sloeg.
+
+</p>
+<p>En daar lag hij, op een knie geleund, weerloos, overgeleverd aan de genade van zijn tegenstander.
+
+</p>
+<p>Felix&#8217; gevoel van ridderlijkheid weerhield hem den noodlottigen slag toe te brengen.
+
+</p>
+<p>&#8220;Ik vermoord geen ongewapende,&#8221; zei hij.
+
+</p>
+<p>&#8220;Wat een dwaasheid is dit!&#8221; riep Zabern, toornig opspringend. &#8220;Spaarde hij uw broer? Zou hij u sparen als gij daar in zijn
+plaats lag? Het is nu geen tijd om edelmoedig te zijn. Sla toe!&#8221;
+
+</p>
+<p>Bora bewoog zich niet; sprakeloos van schrik wachtte hij zijn einde af.
+
+</p>
+<p>Maar Felix bleef weigeren.
+<span class="pageno">
+[435]
+</span></p>
+<p>&#8220;Doodt hem, doodt hem! Sla toe!&#8221; riepen de Czernovi&euml;rs.
+
+</p>
+<p>De tuin weerklonk van woedende kreten. Zelfs zachtmoedige vrouwen, door de opwinding van het oogenblik meegesleept, deelden
+in de dreigende kreten der mannen. Om zich heen ziende, ontwaarde Felix niets dan een zee van wuivende handen en hoorde hij
+slechts stemmen die hem aanmoedigden tot den laatsten slag.
+
+</p>
+<p>&#8220;Genade mag niet verleend worden!&#8221; riep een stem.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het duel is op leven en dood!&#8221; riep een ander.
+
+</p>
+<p>Maar Felix bleef onbewegelijk. Vechten wilde hij&#8212;moorden niet.
+
+</p>
+<p>De Czaar maakte van deze gelegenheid gebruik om de autoriteit van zijn woord in de schaal te werpen, en op zijn voorstel herkreeg
+de Hertog zijn sabel, en begon het duel opnieuw.
+
+</p>
+<p>De Russischgezinden herademden. Hun kans was weer vergroot.
+
+</p>
+<p>&#8220;Het is een schande,&#8221; mompelde Zabern. &#8220;Nu heeft hij nieuwe kracht opgedaan.&#8221;
+
+</p>
+<p>Gedurende dit intermezzo had Bora meer dan eens den Czaar aangekeken, als smeekend om diens tusschenkomst. Maar de Keizer
+zat onbewegelijk als een beeld, en deed of hij de zwijgende vraag niet verstond. Hij wilde dit zoo zorgvuldig ineengezet plan,
+om de Prinses uit den weg te ruimen, niet zoo gemakkelijk laten varen. Ook al zou de Hertog er het slachtoffer van worden.
+Wee den man, die den Czaar in zijn val meesleept! Bora&#8217;s hart kromp ineen bij het zien van &#8217;s Keizers onbewegelijk gelaat.
+
+</p>
+<p>De strijd ging nu zijn laatste beslissende periode in.
+<span class="pageno">
+[436]
+</span></p>
+<p>Er was geen twijfel meer; alle aanwezigen wisten dat het nog slechts een kwestie van tijd was die hier uitgevochten werd.
+
+</p>
+<p>En de Hertog wist dit het best van allen. Zijn zelfvertrouwen begaf hem. Hij streed niet meer voor een kroon&#8212;hij streed voor
+zijn leven.
+
+</p>
+<p>Hij deed geen poging om Felix aan te vallen. Waarom zou hij ook? Hij kon niet meer doen dan hij gedaan had. Telkens en telkens
+had hij zijn tegenstander trachten te bereiken, en met een enkel sierlijk gebaar had deze elken houw afgeweerd. Er was geen
+mogelijkheid meer om den dood te ontsnappen, tenzij Felix een onvoorzichtigheid beging, die van zijn vaste hand en zijn scherp
+oog moeielijk te verwachten viel.
+
+</p>
+<p>Meer en meer werd Bora achteruit gedrongen, totdat zijn rug ten laatste het koord raakte waarmee het veld was afgesloten;
+toch zou hij nog verder moeten wijken wilde hij de sabelpunt ontgaan, die, snel en doodelijk als de tong van een slang, onophoudelijk
+op enkele centimeters van zijn gezicht en zijn borst glinsterde.
+
+</p>
+<p>Zijn krachten vloeiden snel heen; zijn arm was uitgeput door het voortdurende afweren; hij snakte er naar het zwaard weg te
+werpen en om genade te smeeken. Het was een verschrikkelijk schouwspel.
+
+</p>
+<p>Terwijl de zweetdruppels hem het gezicht benamen, worstelde hij steeds voort, totdat ten slotte het eind kwam.
+
+</p>
+<p>Met een laatste wanhopige poging hief hij den arm hoog op om Felix een slag op het hoofd toe te brengen, waarvoor hij al de
+hem gebleven spierkracht <span class="pageno">
+[437]
+</span>verzamelde. Maar snel als de gedachte maakte Felix gebruik van het doel, dat Bora&#8217;s breede, onbeschermde borst nu aanbood;
+den sabel horizontaal vooruitbrengend, bracht hij den Hertog een steek toe die de borst doorboorde en, onder den linkerschouder
+door, in den rug uitkwam.
+
+</p>
+<p>Bora&#8217;s armen sloegen met een wilden zwaai omhoog, zonder den slag te hebben toegebracht; zijn sabel viel rinkelend op den
+grond; hij uitte slechts een zucht, en toen gleed zijn lichaam als een vormlooze massa op den grond.
+
+</p>
+<p>&#8220;Nu, er is mooi gevochten!&#8221; zei Zabern.
+
+</p>
+<p>Een daverende triomfkreet steeg uit de rijen der Czernovi&euml;rs op, eenige seconden later door een geweldig juichen van de buitenstaande
+bevolking gevolgd, toen de witte vlag langs den stok omhoog gleed, de overwinning van Elizabeth&#8217;s kampioen verkondigend.
+
+
+
+
+<span class="pageno">
+[438]
+</span></p>
+<p class="div1"><a id="d0e7369"></a></p>
+<h1 class="label">Negen en twintigste Hoofdstuk.</h1>
+<h1>Eind goed, al goed.</h1>
+<div class="blockquote">
+<p>De kroning gaat door.&#8212;Czernovi&euml; is vrij!&#8212;Felix wordt Prins-Gemaal.&#8212;Felix en Elizabeth doen afstand van den troon.&#8212;Robert Rensma,
+President der Oranje-Republiek.&#8212;
+</p>
+</div>
+<p>Toen de Czaar zijn nederlaag begreep, nam zijn gelaat een oogenblik een uitdrukking van smartelijke verslagenheid aan. Maar
+hij wist zich onmiddellijk te beheerschen, liet het lijk van den Hertog met een doek bedekken en wegbrengen, en sprak toen:
+
+</p>
+<p>&#8220;Het woord van den Czaar is heilig. Elizabeth is de wettige vorstin van Czernovi&euml;; een nieuw Charter van mijn hand zal voor
+nu en eeuwig de volkomen onafhankelijkheid van dat Rijk erkennen en verzekeren. Laat de kroning voortgang hebben.&#8221;
+
+</p>
+<p>Nauwelijks had hij deze woorden gesproken, of Prinses Elizabeth, die de blijde tijding door een boodschapper van Zabern ontvangen
+had, kwam door de kerkdeur naar buiten. Recht op Felix toegaande, reikte zij hem de hand, en dit gebaar was welsprekender
+dan de langste proclamatie had kunnen zijn. Alle aanwezigen wisten het: daar stonden de Prins en <span class="pageno">
+[439]
+</span>de Prinses van Czernovi&euml;! Geen ander dan zij beiden zou hen regeeren.
+
+</p>
+<p>En terwijl de juichkreten der in den tuin verzamelde menigte nog niet waren weggestorven, terwijl de Moscoviten deels zwijgend
+toezagen, deels haastig en langs afgelegen straten naar hun huizen terugslopen, begonnen opeens alle kerkklokken der stad
+met jubelenden galm te luiden, en vreugdeschoten overstemden het hoera-geroep dat door heel Slavowitz weerklonk.
+
+</p>
+<p>Verrast zag Elizabeth op. De hekken van den grooten tuin werden opengeworpen, ja ingedrukt, en het volk stormde binnen, wierp
+zich aan de voeten van Felix en Elizabeth, riep honderdduizendstemmig:
+
+</p>
+<p>&#8220;Leve de Prins! Leve de Prinses!&#8221;
+
+</p>
+<p>En Zabern, als altijd bedacht op den vragenden blik van Elizabeth, dien zij in zulke gevallen op hem richtte, zei met een
+glimlach:
+
+</p>
+<p>&#8220;Heel Slavowitz weet reeds, Prinses, dat gij uw aanstaanden Gemaal den titel: Prins van Czernovi&euml; hebt verleend.&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Maar&#8212;hoe kan men dat weten? Ik heb mij in dien geest geheel niet uitgelaten, nog minder eenig besluit geteekend!&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Neen Prinses,&#8221; antwoordde Zabern rustig, &#8220;maar u zou het ongetwijfeld spoedig doen. Daarom heb ik er maar op gerekend. Sedert
+een week lagen tienduizend proclamaties gereed, vijfduizend om het volk uw verloving mede te deelen, even zoo veel om de benoeming
+van uw Gemaal tot Prins bekend te maken. Door een uitstekende regeling dezer aangelegenheid is &#8217;t me mogelijk geweest deze
+proclamaties binnen een half uur overal te doen aanplakken.&#8221;
+<span class="pageno">
+[440]
+</span></p>
+<p>Elizabeth kon niet nalaten te lachen. Zabern moest toch altijd zulke eigenmachtige dingen doen! Maar ze was het van hem gewend
+en kon het hem ook niet kwalijk nemen. Alleen zei ze, half schertsend, half verwijtend:
+
+</p>
+<p>&#8220;En als de Hertog van Bora het duel gewonnen had?&#8221;
+
+</p>
+<p>&#8220;Dan had ik de proclamaties bewaard voor een gunstiger oogenblik, Prinses. Want Czernovi&euml; mocht Russisch worden&#8212;zoolang Zabern
+leefde, zou het nooit Russisch <i>blijven</i>!&#8221;
+
+</p>
+<p>Dit antwoord was Zabern waardig, en diep geroerd drukten Elizabeth en Felix hem zijn linker en eenige hand.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Inmiddels had de Czaar bevelen gegeven om het St. Nicolaasklooster, om welks bezit reeds eenige kleine schermutselingen hadden
+plaats gegrepen, te ontruimen, en het Russische leger de grens te doen verlaten. Alleen een klein escorte bleef achter om
+den Czaar uit te geleiden.
+
+</p>
+<p>Hoewel het Elizabeth nu louter een vorm leek, en ook de toeschouwers, die hun plaatsen in de kerk weer hadden ingenomen, de
+plechtigheden meer bijwoonden om van het gelukkig einde der gebeurtenissen getuige te zijn, dan wel om de waarde die zij er
+aan hechtten, besloot men de kroning niet uit te stellen, en in handen van den Czaar legde Elizabeth den kroningseed af.
+
+</p>
+<p>Een half uur na die plechtigheid had de Russische Keizer het grondgebied van Czernovi&euml; verlaten, zonder dat velen zijn heengaan
+betreurden.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Het was een veelbewogen dag geweest, en aan den maaltijd ten Paleize, waar de Prinses, behalve haar <span class="pageno">
+[441]
+</span>toekomstigen Gemaal, Zabern, Radzivil, Dorislas en Rob genoodigd had, werd natuurlijk over niets anders gesproken dan over
+den angst en de spanning waarin men sedert dien morgen verkeerd had.
+
+</p>
+<p>Ieder op zijn beurt werd aan het woord gelaten om zijn aandeel in de gebeurtenissen, of zijn oordeel erover mee te deelen.
+
+</p>
+<p>Zabern, anders weinig spraakzaam, was uitgelaten als een kwajongen; tot groot vermaak der aanwezigen deed hij een uitvoerig
+verhaal van het ingewikkeld netwerk van listen en lagen, dat hij gesponnen had om de tegenpartij te verschalken, en men bewonderde
+opnieuw de geestkracht en de onvermoeibaarheid van dezen man, die, wanneer het noodig was, zich den tijd niet gunde tot slapen
+of eten, die zich om zoo te zeggen op tien plaatsen tegelijk vertoonde, en die maanden vooruit zag naderen, wat voor anderen
+nog verborgen bleef wanneer ze er vlak voor stonden. Hoe ruw en roekeloos deze man soms zijn mocht, hij bezat onge&euml;venaarde
+verdiensten, en zonder hem zouden de dingen ongetwijfeld geheel anders geloopen zijn dan nu het geval was geweest.
+
+</p>
+<p>De held van den dag was natuurlijk Rob.
+
+</p>
+<p>Hij moest omstandig vertellen hoe hij het Russische duplicaat van het Charter machtig was geworden, en op zijn gewone bescheiden
+wijze deed hij dit.
+
+</p>
+<p>Toen de Maarschalk hem den dag voor Felix&#8217; vertrek had meegedeeld, dat de zes mannen van &#8220;De Vogel&#8221; zich in het Paleis bevonden,
+had hij opeens begrepen dat niemand beter dan zij hem behulpzaam konden zijn bij de uitvoering van een plan, dat hem reeds
+lang bezighield.
+<span class="pageno">
+[442]
+</span></p>
+<p>Hij had namelijk terecht ingezien, dat al de moeielijkheden waarin Czernovi&euml; verkeerde, haar brandpunt hadden in het ontbreken
+van het Charter, het onmiskenbare bewijs van &#8217;s lands onafhankelijkheid. Kon men dit terugbezorgen, dan zou reeds veel gewonnen
+zijn, vooral wanneer het volkomen in &#8217;t geheim geschiedde. Natuurlijk was hierop maar &eacute;en weg: het duplicaat, dat in de Archieven
+van het Kremlin moest berusten, machtig te worden. Wel had Orloff verzekerd dat men in Rusland dit duplicaat tevergeefs had
+gezocht, maar aan het leugenachtige van deze verklaring bestond geen twijfel. Er bleef een groote kans over, dat men zekerheidshalve
+het duplicaat vernietigd had, doch waar slechts van een mogelijkheid, niet van een zekerheid sprake was, zou het onverantwoord
+zijn geweest het bestaan van die mogelijkheid niet nader te onderzoeken. In een zaak van zulk een gewicht als deze behoorde
+men zich aan een stroohalm vast te houden, en zelfs de gewaagdste pogingen niet nalaten, zoodra ze slechts een vage kans op
+succes hadden.
+
+</p>
+<p>Zabern was dit geheel met Rob eens, en hij verklaarde, toen deze zoo ver met zijn verhaal was gevorderd, dat hij nu niet begrijpen
+kon zelf dat denkbeeld gemist te hebben. Bij gebrek aan een Charter er een te maken, dat was dadelijk in hem opgekomen, maar
+geen oogenblik had hij den inval gehad om een onderzoek naar het bestaan van een duplicaat in te stellen. Hij bracht Rob in
+de vleiendste bewoordingen lof, en verzekerde de aanwezigen, dat zijn leerling hem binnen enkele jaren ongetwijfeld over het
+hoofd zou groeien.
+<span class="pageno">
+[443]
+</span></p>
+<p>Rob vroeg dus Zabern, zoodra deze hem de aankomst der zes Turksche gevangenen had bericht, dadelijk bij hen toegelaten te
+worden. Hij nam La in het geheim, en deze had wel ooren naar zijn voorstel. Om te beginnen moesten ze allen trachten zoo gauw
+mogelijk hun schuilplaats in de Himalaya te bereiken; eenmaal in het bezit van hun voorraden en hulpmiddelen, zouden ze gemakkelijker
+kunnen overleggen wat hun daarna te doen stond.
+
+</p>
+<p>Op het punt van te vertrekken, voegde Felix zich bij hem en de omstandigheid dat hij genoodzaakt was Czernovi&euml; te verlaten,
+gaf Rob aanleiding om zich niet langer tegen zijn meegaan te verzetten. Felix werd nu met de plannen in kennis gesteld, en
+toonde zich daar zeer mee ingenomen.
+
+</p>
+<p>In hun schuilplaats aangekomen, gingen ze dadelijk aan het werk. Er lagen groote voorraden monum, ook waren er talrijke instrumenten
+en machinerie&euml;n beschikbaar, en op La&#8217;s voorstel werd terecht het eerst gezorgd een kleine vliegmachine gereed te maken. De
+nieuwe, verbeterde &#8220;Vogel,&#8221; waarvan La in de gevangenis het ontwerp al geheel gereed had gemaakt, was een kwestie van later
+zorg.
+
+</p>
+<p>Toen een vliegmachine voor twee personen gereed was, zetten Rob en Felix daarmee rechtstreeks koers naar Moskou. Hun taak
+werd daar spoediger volvoerd dan ze dachten. Des avonds op het dak neergekomen, vonden ze weldra hun weg naar de Archieven.
+Alle afsluitingen te doen smelten met een verbeterde thermiet-samenstelling was slechts een kleine moeite. Elke afsluiting
+week voor hun pogingen. Enkele personen, die hun in den weg traden, moesten ze met <span class="pageno">
+[444]
+</span>hun gaspistolen bedwelmen, maar overigens ondervonden ze geen tegenstand. Het zoeken naar het Charter kostte den meesten tijd,
+en telkens stootten ze op groote bundels papieren, die nagebladerd moesten worden en geen van allen het begeerde bleken te
+bevatten. Totdat Rob eindelijk een ijzeren kistje vond, waaruit tot hun groote vreugde het waardevolle document te voorschijn
+kwam!
+
+</p>
+<p>Het was inmiddels 14 September geworden, en de vliegmachine moest haar grootste snelheid ontwikkelen om tijdig haar doel te
+bereiken.
+
+</p>
+<p>De groote opgewondenheid die in de stad heerschte leidde de aandacht van hun neerdaling, die trouwens op een verlaten weiland
+plaats had, af. Ze brachten den toestel in veiligheid, en Rob snelde naar de kerk, waar hij in het laatste oogenblik, maar
+juist op tijd, aankwam. Het overige weet men. Felix, die zijn vermomming had afgelegd, was, van de verwarring gebruik makend,
+de kerk binnengedrongen, en had rustig het tijdstip afgewacht om zijn slag te slaan.
+
+</p>
+<p>Zoo was dus door het optreden dezer beide mannen Czernovi&euml; gered, en het lijdt geen twijfel of de geschiedboeken zullen hun
+namen met dankbaarheid en eerbied vermelden.
+
+</p>
+<p>Tegen het eind van het maal verrichtte Elizabeth een daad van edelmoedigheid, door den Commandant Miroslav en den generaal
+Trevisa te doen ontbieden en hen, wegens het nationale feest dat heden gevierd werd, gratie te verleenen. Dit liet niet na
+vooral op Miroslav een goede uitwerking te oefenen, en hoewel in een andere, minder verantwoordelijke betrekking, bleef hij
+nog lange jaren het land uitstekende diensten bewijzen.
+<span class="pageno">
+[445]
+</span></p>
+<p>Toen door de berichten in de nieuwsbladen de geheele en juiste toedracht der gebeurtenissen bekend werd, nam de geestdrift,
+en daarmee de populariteit van Elizabeth, Felix en Rob, steeds toe.
+
+</p>
+<p>Er werden herhaaldelijk ovaties aan het Paleis gebracht, en zoodra een der drie genoemde personen zich in het openbaar vertoonde,
+kwam er geen einde aan de toejuichingen en het eerbetoon.
+
+</p>
+<p>Elizabeth, door Zabern geleid, begreep terecht, dat van deze stemming een krachtig en beleidvol gebruik moest worden gemaakt.
+
+</p>
+<p>Er werden nu talrijke hervormingen ingevoerd, die uitstekende gevolgen bleken te hebben, en daar, door den dood van Kossuth,
+het met dezen gesloten verdrag van onwaarde was geworden, kwam een groot gedeelte van het verzamelde geld weer vrij. Maar
+voor zoover dit door Czernovi&euml;rs was bijeen gebracht, wilde geen hunner van terugname weten, en ettelijke millioenen vloeiden
+daardoor in de staatskas, waarvan een richtig gebruik het land niet anders dan ten goede kon komen.
+
+</p>
+<p>De Czaar, het moet tot zijn eer gezegd worden, toonde al den eerbied en de bewondering waarop een vorstin als Elizabeth recht
+had. Hij zond een nieuw Charter en gaf tevens de meest volledige waarborgen voor de duurzame onafhankelijkheid van het land,
+dat hij zoo ernstig had bedreigd. Uit de dagbladen weten we allen, dat door toedoen van Koningin Wilhelmina het Congres te
+&#8217;s-Gravenhage, van 1 December 1902, bijeengeroepen werd, waarop alle groote Mogendheden de onafhankelijkheid van Czernovi&euml;
+erkenden, zoodat ook de laatste vrees voor <span class="pageno">
+[446]
+</span>vreemde inmenging is verdwenen. Bovendien is het thans bekend genoeg, dat Czernovi&euml;, door zijn sterke, zedelijk hoogstaande
+organisatie, tegenwoordig een voorbeeld vormt voor andere beschaafde landen, dat van heinde en ver geleerden worden uitgezonden
+om zijn staatsinstellingen te bestudeeren, en dat het een aanbeveling en een eer is voor iedereen, te kunnen zeggen dat hij
+aan een Czernovische universiteit zijn opleiding genoot.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Den 28<sup>en</sup> September had het huwelijk van Felix en Elizabeth plaats, nadat daags te voren, in allen eenvoud, Zabern en Katina in den
+echt verbonden waren.
+
+</p>
+<p>Het zou te ver voeren, het huwelijk van den Prins en de Prinses uitvoerig te beschrijven; men begrijpt trouwens dat deze plechtigheid
+alle van dien aard verre overtrof. Zij kenmerkte zich echter door een gebeurtenis, die hier niet onvermeld mag blijven.
+
+</p>
+<p>Toen, onder het bruisen van het orgel, de feeststoet de kerk verliet, daalde plotseling van hoog uit de lucht een regen van
+bloemen op het rijtuig neer, waarin Felix en Elizabeth hadden plaats genomen. Verbaasd richtten zich aller oogen naar boven,
+en&#8212;daar zag men hoe een groot, sierlijk gebouwd luchtschip, met vlaggen in de Czernovische kleuren rijk getooid, snel daalde,
+om op eenige meters boven den grond onbewegelijk te blijven hangen.
+
+</p>
+<p>Het was De Vogel!
+
+</p>
+<p>Dit door La zoo kunstig vervaardigde, volmaakte luchtschip, was bestemd de vraag van den bestuurbaren ballon volkomen en schitterend
+op de lossen, en daarmee ook een sociale kwestie van het hoogste <span class="pageno">
+[447]
+</span>belang. Want met die uitvinding waren de grenzen, die tot nog toe de volkeren scheidden, als het ware weggewischt. Afstanden,
+natuurlijke hinderpalen bestonden niet meer; straks zouden alle nati&euml;n &eacute;en worden, verbroedering, samenwerking en eenheid
+zouden alle partijtwisten, allen haat en elke onverdraagzaamheid doen ophouden. De periode van wereldvrede en naastenliefde
+was aangebroken!
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Den 8<sup>sten</sup> October kwamen Felix en Elizabeth van hun reis terug en toen werd Czernovi&euml; verrast door een onverwacht bericht.
+
+</p>
+<p>De Prins en de Prinses deden afstand van de regeering!
+
+</p>
+<p>In het eerste oogenblik kon niemand aan de waarheid van dat besluit gelooven. Maar weldra verkondigde een proclamatie, dat
+de geruchten waarheid bevatten.
+
+</p>
+<p>Zeer lang en ernstig hadden Felix en Elizabeth dit plan besproken en overdacht. Ze voelden zich beiden zeer aangegrepen door
+de snelle opeenvolging van schokkende gebeurtenissen der laatste tijden; niet alleen maakte een dringende behoefte aan rust
+en afzondering zich van hen meester, maar ook begrepen ze dat een jongere kracht beter dan zij het werk zou kunnen voleindigen,
+waarvan zij de vaste en onomstootelijke basis hadden gelegd. De Russische elementen hadden zich hoe langer hoe meer uit Czernovi&euml;
+teruggetrokken, de onafhankelijkheid van het land was onaantastbaar, hun taak kon als ge&euml;indigd beschouwd worden. Bovendien
+was naar hun vaste overtuiging de terugkeer tot de republiek <span class="pageno">
+[448]
+</span>het ideaal, dat voor Czernovi&euml; moest nagestreefd worden; ook dat zou bereikt worden door afstand te doen, en een verkiezing
+voor een President uit te schrijven. Wat hun persoonlijke keuze betreft, deze kon niet twijfelachtig zijn.
+
+</p>
+<p>De proclamatie, waarin de afstand werd medegedeeld, omschreef uitvoerig de redenen die daartoe geleid hadden, en hoewel niet
+allen zich daar volkomen mee konden vereenigen, velen zelfs trachtten Felix en Elizabeth van hun besluit terug te brengen,
+moest men zich ten slotte gewonnen geven.
+
+</p>
+<p>De verkiezing werd uitgeschreven.
+
+</p>
+<p>Niets belette, die volgens de wetten van het land te doen houden, want de republiek bestond feitelijk nog, de constitutioneele
+gebruiken die langzamerhand waren ingeslopen hadden van Czernovi&euml; slechts in naam een vorstendom gemaakt. De titels, aan Elizabeth
+en Felix gegeven, waren in den grond niets dan een uiterlijke vorm, een door een bevriend vorst verleende waardigheid, waarmee
+de Czernovische wetten niets te maken hadden. De omstandigheden hadden tot dezen abnormalen toestand geleid, de oorspronkelijke
+regeeringsvorm was er echter in zijn wezen niet door veranderd.
+
+</p>
+<p>Maar het volk, verblind door de praal, waarmee het in den laatsten tijd was geregeerd, wilde deze dingen niet zoo kalm overdenken.
+
+</p>
+<p>Toen door Felix en Elizabeth als candidaat voor den Presidentszetel Rob werd aanbevolen, de man die Czernovi&euml; gered had, was
+de verkiezing vrijwel overbodig. Men stemde als &eacute;en man op hem. Maar toen hij met bijna algemeene stemmen was gekozen, <span class="pageno">
+[449]
+</span>wilde het geestdriftige volk hem tot Koning uitroepen. Wat men ook deed, hoe Rob zelf ook telkens weer verklaarde die hooge
+waardigheid niet te begeeren, ze zelfs voor het land ongewenscht te vinden&#8212;het volk liet zich niet overtuigen. Het sprak hardnekkig
+van den &#8220;Koning,&#8221; de dagbladen noemden hem in hun berichten &#8220;Robert I, Koning van Czernovi&euml;.&#8221;
+
+</p>
+<p>Zabern, de man van den ouden stempel, had wel graag gezien, dat Rob zich dit Koningschap had laten welgevallen. Maar Felix
+en Elizabeth waren &#8217;t met den &#8220;Koning&#8221; eens, dat het &#8217;t beste zou zijn deze vlaag te laten uitwoeden, en dan geleidelijk het
+volk te overtuigen van de zegeningen, die een republikeinsch bestuur zou brengen.
+
+</p>
+<p>Inderdaad is Rob dan ook nooit tot Koning gekroond, en in zooverre is de titel van dit boek, waarin het verhaal zijner avonturen
+is samengevat, niet juist. Maar het feit, dat het hem slechts &eacute;en woord gekost zou hebben om zich een troon te veroveren,
+het feit, dat een bevolking van acht millioen zielen er behagen in schiep hem &#8220;Koning Robert&#8221; te noemen, was oorzaak dat de
+samensteller van dit verhaal niet nalaten kon hem, en voor het laatst, ook op zijn beurt dien titel toe te kennen.
+
+</p>
+<p>In een proclamatie, die Rob na zijn verkiezing, den 9<sup>en</sup> October des morgens om 10 uur, tot zijn volk richtte, deelde hij mede, dat het de uitdrukkelijke wensch der afgetreden Vorstin
+was, het presidentschap hersteld te zien, en dat hierin ongetwijfeld reden te over zou gevonden worden om ook aan zijn persoonlijk
+verlangen te voldoen en hem een republiek, geen koninkrijk te schenken. Hij zette nader zijn denkbeelden <span class="pageno">
+[450]
+</span>over een republikeinsch stelsel van bestuur uiteen, en eindigde met de overtuiging uit te spreken dat men ten slotte zijn
+inzichten zou deelen. En zijn onderschrift luidde: &#8220;Gedaan te Willemstad, den 9<sup>en</sup> October 1902. De President der Oranje-Republiek: Rensma.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het herstel van die twee zoo lang in onbruik geraakte bewoordingen had een diepgaande uitwerking. Het stemde tot nadenken,
+riep den goeden Oud-Hollandschen tijd terug, en stemde tot dankbaarheid bij de gedachte dat de nieuwe President niet anders
+wenschte dan de oude gebruiken aan den nieuwen tijd onderworpen te maken.
+
+</p>
+<p>De tijd heeft dan ook geleerd, dat men Rob&#8217;s inzichten is gaan deelen.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Felix en Elizabeth bewonen een door het Gouvernement voor hen gebouwde villa in het mooiste gedeelte der stad; Zabern, die
+zich ouderwetsch begon te gevoelen, trok zich uit het politieke leven terug en ontving eveneens van den Staat een sierlijk
+huis, even buiten de stad gelegen, waar hij met Katina nog menig gelukkig jaar hoopt door te brengen. Maar alle vier blijven
+ze warme belangstelling voelen voor alles wat hun land en zijn bestuurders betreft, en Rob hoopt nog lang van hun zeer gewichtige
+en op ervaring gegronde raadgevingen gebruik te maken.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>Deze geschiedenis zou niet volledig zijn, zoo niet nog met enkele woorden van de terugkomst van Rob in Amsterdam werd melding
+gemaakt.
+<span class="pageno">
+[451]
+</span></p>
+<p>Toen ook de drukte der verkiezingen voorbij was dacht Rob het eerst aan zijn voogd, zijn vrienden en bekenden in het vaderland,
+van wie hij zoolang gescheiden was geweest, en hij besloot, alvorens zijn taak in de Oranje-Republiek te aanvaarden, naar
+Amsterdam te gaan en zijn omgeving met zijn nieuwe levensrichting bekend te maken.
+
+</p>
+<p>Hij zond het ons bekende telegram, nam den nachttrein over Weenen, en stond, zooals wij weten, op eens tegenover zijn innig
+verheugden voogd, die reeds aan zijn behoud was gaan twijfelen.
+
+</p>
+<p>In de nieuwsbladen had men toen ter tijde reeds veel over de Czernovische gebeurtenissen gelezen. Maar zooals dat gaat, vooral
+wanneer er zulke snel opeen volgende verwikkelingen plaats hebben, die berichten hielden slechts verwarde mededeelingen in,
+waarvan de meeste op verzinsels en misverstanden berustten. Ja, men kan veilig zeggen dat de bladen in die dagen over Czernovi&euml;
+de grootste dwaasheden opdischten. Men sprak van een avonturier, die zich met geweld van de regeering had meester gemaakt,
+na de Prinses, die onlangs ver beneden haar stand gehuwd was, verbannen te hebben. Kortom, de pers verspreidde de gebruikelijke,
+op vage geruchten berustende &#8220;berichten van speciale correspondenten,&#8221; alleen om die den volgenden dag weer tegen te spreken.
+
+</p>
+<p>Rob&#8217;s aankomst in Amsterdam, en de enkele ophelderingen die hij aan hem bestormende reporters gaf, brachten ten slotte meer
+helderheid in de krantenberichten.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>De aanteekeningen van den President houden hier <span class="pageno">
+[452]
+</span>op, en daarmee is de taak van hem, die er dit boek uit samenstelde, ten einde.
+
+</p>
+<p>De uitgever wenschte echter, dat er nog het volgende aan toegevoegd zou worden.
+
+</p>
+<p>De bladen hebben dezer dagen, enkele weken v&oacute;or de verschijning van dit werk, het bericht gebracht dat de President der Oranje-Republiek
+(die er duizend exemplaren van bestelde voor de openbare bibliotheken), den heer A. Bertrand benoemd heeft tot officieel geschiedschrijver
+in dienst van den Staat.
+
+</p>
+<p>Deze benoeming is inderdaad geschied, en naar aanleiding daarvan ontvangt de uitgever talrijke brieven en telegrammen, waarin
+gevraagd wordt &#8220;of de boeken van Bertrand nu toch zullen blijven verschijnen.&#8221;
+
+</p>
+<p>Het is den schrijver dier boeken een voorrecht en een genoegen, bij zijn vertrek naar Willemstad de Nederlandsche jeugd te
+kunnen meedeelen, dat haar belangstelling hem vleit, en dat hij hoopt nog menig werk van zijn hand over de Nederlandsche grenzen
+te zenden!
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+</p><span class="pageno"></span><p class="div1"></p>
+<p><i>Bij den uitgever dezes verscheen mede:</i>
+
+</p>
+<p><b>In dienst van den Kroonprins</b>
+
+</p>
+<p>EEN VERHAAL UIT DEN FRANSCH-DUITSCHEN OORLOG
+
+</p>
+<p>DOOR
+
+</p>
+<p>A. BERTRAND
+
+</p>
+<p>MET VELE EN FRAAIE PLATEN.
+
+</p>
+<p>Prijs ingenaaid &#402; <b>2.40</b>, in prachtband &#402; <b>2.90</b>.
+
+</p>
+<p><b>&#8220;In dienst van den Kroonprins&#8221;</b> speelt tijdens den Fransch-Duitschen Oorlog, en het is niet alleen een gelukkige gedachte geweest een episode uit dien belangrijken,
+altijd boeienden reuzenstrijd tusschen twee Europeesche grootmachten tot achtergrond voor een romantisch verhaal te kiezen,
+maar het mag ook een uitstekende eigenschap van dit boek genoemd worden, dat de inhoud <b>geheel op historische feiten is gegrond</b>, en die <b>met groote nauwgezetheid</b> weergeeft. Nergens is den loop der geschiedkundige gebeurtenissen geweld aangedaan; integendeel zijn de avonturen van den
+jeugdigen held, die den oorlog eerst als toeschouwer, daarna als onverschrokken strijder meemaakt, zoo onopgesmukt en toch
+met zooveel waarheidsliefde verteld, dat men telkens gevoelt, hoe hier de geestdriftige, maar gewetensvolle geschiedschrijver
+aan het woord is. Bizonder gelukkig is de schildering der groote veldslagen; zoowel Franschen als Duitschers laat de samensteller
+recht wedervaren, en bij het te boek stellen der geweldige botsingen tusschen hun kolossale legers, stijgt zijn taal meer
+dan eens tot geestdriftige vervoering, ja tot een inderdaad dramatische hoogte. <b>Zeldzaam aangrijpend</b> zijn die veldslagen beschreven, en daarbij zoo meeslepend, dat de lezer gedwongen wordt in ademlooze spanning het verhaal
+ten einde toe te blijven volgen.
+
+</p>
+<p>Dit boek is zoo degelijk geschreven, dat ook ouderen van dagen, vooral militairen, het zullen willen lezen. Terwijl alle wetenschappelijke
+geleerdheid is vermeden, is <b>door deskundig toezicht bij de bewerking waarborg gegeven aan de strikt juiste boekstaving der zeer populair vertelde militaire
+operaties</b>. Het behoeft geen betoog dat dit de waarde van het boek verhoogt.
+<span class="pageno"></span></p>
+<p>Mocht men nog vreezen, dat dit nieuwe jongensboek een te oorlogszuchtigen geest ademt, dan zal een vluchtig doorbladeren doen
+zien, dat de schrijver zich beijverde de afschrikkende zijde van den oorlog in een scherp licht te stellen, en elke gelegenheid
+aangreep om den vrede te verheerlijken. <b>Gevoelens van eer, zelfverloochening, vaderlandsliefde, schoone voorbeelden van trouw en plichtsvervulling&#8212;elke bladzijde
+voert ze den lezer op ongezochte wijze voor oogen.</b>
+
+</p>
+<p>Het lijdt geen twijfel, of elkeen, wiens hart toegankelijk is voor edele gevoelens, zal dit boek met stijgende verrukking
+lezen; een schat van goede lessen zal hij er uit putten, en niemand zal zich de lezing berouwen. Moge die lezing er, voor
+zoover noodig, toe leiden om ook aan de andere boeken der serie-Bertrand de aandacht te wijden, die zij&#8212;blijkens achterstaande
+pers-beoordeelingen&#8212;zoo ruimschoots verdienen.
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p><b>Het Vaderland.</b>
+
+</p>
+<p>&#8217;t Is een boek vol avonturen, dat met spanning door de jongens gelezen zal worden. En daarbij is het een goed boek. Geen oorlogszuchtige
+strekking, al handelt het over den oorlog, geen ruwe opgesierde verhalen, maar een boeiende, der waarheid getrouwe vertelling
+van wat Hans heeft meegemaakt. <b>Ook de ouderen, vooral de militairen, zullen het met genoegen lezen.</b> Het heeft vele en fraaie platen.
+
+
+</p>
+<p><b>De Oprechte Haarlemsche Courant.</b>
+
+</p>
+<p>De serie Bertrand is met een kloek werk&#8212;meer dan 400 bladzijden groot en flink gedrukt&#8212;vermeerderd. <b>Voor hen, die houden van aankweeking van vaderlandsliefde en gloeien van vereering voor het Vorstenhuis, is het een hoogst
+begeerlijk boek.</b>
+
+</p>
+<p>De lotgevallen van een cadet van den Kroonprins van Pruisen in den oorlog van 1870 worden op boeiende wijze beschreven. Leerrijk
+is dit werk, omdat de lezers op onderhoudende wijze in de gelegenheid zijn, geschiedkundige kennis op te doen van den Fransch-Duitschen
+oorlog.
+
+</p>
+<p>Zoo nu en dan wordt eene vergelijking gemaakt met het Nederlandsche leger, dat gewoonlijk&#8212;en naar wij meenen dikwijls niet
+ten onrechte&#8212;een veeg uit de pan krijgt.
+
+</p>
+<p><b>Aan avontuurlijke voorvallen en wonderbaarlijke ontsnappingen is het verhaal bijzonder rijk. Vooral de veldslagen zijn goed
+geteekend. Het is den auteur niet voldoende met enkele penhalen een schets te geven van een veldslag. Zijne teekeningen zijn
+af.</b>
+
+</p>
+<p>De twaalf, goed in den tekst passende houtgravuren, zijn vol leven en verhoogen zeer de aantrekkelijkheid van den inhoud.
+
+<span class="pageno"></span></p>
+<p><i>Bij den uitgever van dit boek verscheen ook:</i>
+
+</p>
+<p>H. BERTRAND, <b>De Ridders van de Rozenorde.</b>
+
+</p>
+<p>&#8212;&#8212;, <b>Het Gezonken Goudschip.</b>
+
+</p>
+<p>&#8212;&#8212;, <b>Eindelijk Gesnapt.</b>
+
+</p>
+<p>&#8212;&#8212;, <b>Getrouw aan den Koning.</b>
+
+</p>
+<p>&#8212;&#8212;, <b>Voor Koning en Vaderland.</b>
+
+</p>
+<p>&#8212;&#8212;, <b>Een Strijd om de Schatten van Alva.</b>
+</p>
+<hr class="tb"><p>
+
+</p>
+<p>OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+</p>
+<p>OVER
+
+</p>
+<p><b>De Ridders van de Rozenorde.</b>
+
+
+</p>
+<p><b>Het Nieuws van den Dag.</b>
+
+</p>
+<p>In het bekende kloeke formaat van Becht&#8217;s St.-Nicolaas-jongensboeken is verschenen <b>De Ridders van de Rozenorde</b>. De heer H. Bertrand, die al de voorgaande bewerkte, heeft ook dit verhaal in het Nederlandsch overgebracht.
+
+</p>
+<p>Was dus de bewerking weder aan goede handen toevertrouwd, dat de inhoud niet onderdoet voor de belangwekkende lotgevallen,
+die verhaald werden in &#8220;Voor Koning en Vaderland,&#8221; &#8220;Het gezonken Goudschip&#8221; en de andere boeken, dat zullen de jeugdige lezers
+begrijpen, als wij hun mededeelen, dat deze bijna 400 bladzijden bevatten de avonturen en krijgsbedrijven van vier jongens&#8212;ware
+zeehelden&#8212;die dienst namen onder den admiraal Drake en o.a. deel hadden aan het verslaan van de Spaansche Onoverwinnelijke
+Vloot. &#8217;t Waren deze jongens, die de Rozenorde stichtten, een orde, waarvan de leden plechtig bezwoeren al het mogelijke te
+zullen doen om elkander te overtreffen in trouw aan de Koningin, in dapperheid tegenover hare vijanden, in daden van ridderlijkheid
+en van barmhartigheid tegenover de armen en zwaar beproefden.
+
+</p>
+<p>Een aantal flink uitgevoerde platen zijn aan het werk toegevoegd.
+
+<span class="pageno"></span></p>
+<p>OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+</p>
+<p>OVER
+
+</p>
+<p><b>Het Gezonken Goudschip.</b>
+
+
+</p>
+<p><b>Het Nieuws van den Dag.</b>
+
+</p>
+<p>Een jongensboek van <span class="smallcaps">Hans Von Zobeltitz</span> behoeft ten onzent geen uitvoerige aankondiging meer. De Nederlandsche jeugd heeft hare goedkeuring aan al zijn vroegere
+verhalen geschonken en &#8217;t is dan ook geen wonder, dat de uitgever (<span class="smallcaps">H.J.W. Becht</span>, te Amsterdam) voortgaat met <span class="smallcaps">Zobeltitz</span>&#8217; boeiende boeken verder onder haar bereik te brengen.
+
+</p>
+<p>Dezen keer is de keuze al bizonder gelukkig geweest. Nooit kwam een boek beter op zijn tijd dan dit; dit zal duidelijk zijn,
+als we zeggen, dat het pakkende verhaal gedeeltelijk speelt in ... Transvaal. En wel ten tijde van Jamesons beruchten inval.
+De hoofdpersonen komen met Oom Paul in eigen persoon in aanraking, maken vermetele tochten met de Boeren mede, helpen een
+handje vechten, enz. enz.
+
+</p>
+<p>Hoe dit alles in elkaar zit, wordt in 437 bladzijden van: <b>Het gezonken Goudschip &#8220;De Admiraal De Ruijter&#8221;</b> (zoo is de titel van het boek) uiteengezet op een wijze, die onze jongens ook dit werk van den talentvollen schrijver weder
+zal doen verslinden.
+
+</p>
+<p>De Heer <span class="smallcaps">Bertrand</span> wijdde ook thans weder groote zorg aan de bewerking. We behoeven niet te zeggen, dat het <b>Goudschip</b> van een mooien stempelband voorzien en fraai ge&iuml;llustreerd is.
+
+
+</p>
+<p><b>Dagblad voor Z.-Holland en &#8217;s-Gravenhage.</b>
+
+</p>
+<p>Een overzicht te geven van dit lijvige boek&#8212;bijna 450 bladzijden, ik denk er niet aan. Wel wil ik het werk van heeler harte
+aanbevelen. Het zal in deze dagen dubbel belangstelling wekken, omdat de Jamesonraid er in ter sprake komt: onze Hollandsche
+jongens vooral zullen er in groeien. Maar de ouderen ook wel.
+
+</p>
+<p>Er is in dit boek een onweerstaanbare humor. Jochem P&auml;sel, die per slot toch geen ezel bleek te zijn, houdt er de vroolijkheid
+in. Hoe de auteur het verbazend aantal personen &#8220;in de hand houdt&#8221;, is eenvoudig verwonderlijk;&#8212;ook om deze reden, afgescheiden
+van den omvang van het boek, zou het een onbegonnen werk zijn in d&eacute;tails te treden.
+
+</p>
+<p>Ik zou bezwaarlijk uit de laatste jaren &#8217;n werk kunnen noemen dat met dit te vergelijken is, in &#8217;t zelfde genre natuurlijk.
+Het is met mooie platen ge&iuml;llustreerd. Kortom, &#8217;n boek aanbevelenswaard van alle kanten.
+
+
+
+<span class="pageno"></span></p>
+<p>OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+</p>
+<p>OVER
+
+</p>
+<p><b>Eindelijk Gesnapt.</b>
+
+
+</p>
+<p><b>Het Nieuws van den Dag.</b>
+
+</p>
+<p><b>Eindelijk gesnapt</b> is door den Heer <span class="smallcaps">H. Bertrand</span> op even voortreffelijke wijze als de vorige boeken in het Nederlandsch overgebracht.
+
+</p>
+<p>Wat zullen de jonge lezers dit boeiende verhaal weder verslinden!
+
+</p>
+<p>Hoe zullen zij medeleven met de verrassende lotgevallen van Hasso Gehren, den leerling van het Gymnasium, die op zoo interessante
+wijze bij een sensatie-makende inbraak betrokken wordt. Deze wakkere Hasso heeft namelijk den inbreker gesproken (welk een
+inbreker!) en hij wordt daardoor de held, die de handhavers van het recht op het spoor kan brengen. Hij gaat mee met de politie,
+om in verre landen den voortvluchtige na te zitten. En zij krijgen hem eindelijk: na een wedloop om den aardbol heeft de politie,
+dank zij de schrandere aanwijzingen van den knaap, haar prooi ten slotte te pakken. Maar wat heeft dat een moeite gekost:
+spoorwegongelukken, brand aan boord, vechten met de Chineesche zeeroovers, wij noemen hier maar een klein gedeelte op van
+het verbazingwekkende dat Hasso bij deze vervolgingsjacht doorleeft.
+
+</p>
+<p>Dit nieuwe boek van <span class="smallcaps">Zobeltitz</span>, met zijn fraaien band en verdienstelijke platen, zal het verrukkelijkst cadeau zijn, dat een jongen zich wenschen kan.
+
+
+</p>
+<p><b>Nieuwe Rotterdamsche Courant.</b>
+
+</p>
+<p>Zoo modern mogelijk zijn de wonderlijke reizen, verteld in het dikke boek van <span class="smallcaps">Hans van Zobeltitz</span>, door <span class="smallcaps">H. Bertrand</span> vertaald, en door <span class="smallcaps">H.J.W. Becht</span> uitgegeven. <b>Eindelijk gesnapt na een wedloop om den aardbol</b> is de titel. Een wedloop als de reis om de aarde in tachtig dagen. Maar wat een avonturen! Wat een gevaarvolle ontmoetingen,
+wat een mislukkingen als het doel juist zal worden bereikt, wat een bedriegerijen hier en zelf-opofferingen daar.... En dat
+alles onder de &#8220;modernste&#8221; omstandigheden van reisgelegenheden enz. Het begin is trouwens al up to date. Een hotel is gevestigd
+boven een Bank. Een log&eacute; van het hotel breekt in in de Bank. Maar met wat een schat van nieuwerwetsche inbrekersmiddelen!
+Men moet zijn natuurkunde maar kennen! Hij wordt, wegvluchtend, nog net gezien door een gymnasiast, en de detective die hem
+achter na gaat, neemt mitsdien dezen jongen mede. Men ziet: de opzet is eenvoudig als het ei van Columbus. Maar de avonturen
+zijn overheerlijk.
+
+<span class="pageno"></span></p>
+<p>OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+</p>
+<p>OVER
+
+</p>
+<p><b>Een strijd om de Schatten van Alva.</b>
+
+
+</p>
+<p><b>Het Nieuws van den Dag.</b>
+
+</p>
+<p><b>&#8220;Een Strijd om de Schatten van Alva of de Watergeuzen in 1572&#8221;</b> is de titel van een dik boek, in prachtband, dat verscheen bij den uitgever <span class="smallcaps">H.J.W. Becht</span> te Amsterdam.
+
+</p>
+<p>Voor jongens, die al vrij wat van de vaderlandsche geschiedenis weten en die dus zulke heele kleine jongens niet meer zijn,
+zal dit spannende boek ongetwijfeld een begeerlijke lectuur zijn.
+
+</p>
+<p>Alva&#8217;s schatten, om welke hier op zoo avontuurlijke wijze gestreden wordt, zijn de rijkdommen, afkomstig van den tienden penning
+en des ijzeren hertogs beeldschoone dochter. Beiden vallen, als het loon der dapperheid, ten deel aan den hoofdpersoon der
+geschiedenis, een Engelsch edelman, die met de Watergeuzen gemeene zaak gemaakt heeft, en dan ook dien hatelijken Alva troeft
+wat hij kan.
+
+</p>
+<p>De belangrijkste episoden uit het verhaal worden door fraaie illustraties veraanschouwelijkt.
+
+
+</p>
+<p><b>De Telegraaf.</b>
+
+</p>
+<p><b>Niet alleen een boeiend, maar ook een leerzaam boek.</b> Het is geschiedkundig juist, zonder dat daarom de fantasie er in gemist wordt.
+
+
+</p>
+<p><b>De Kerkelijke Courant.</b>
+
+</p>
+<p>Dit dikke boek is als aangewezen voor elke jongensbibliotheek. Het leert eerbied voor de helden der geschiedenis, en doet
+dat op een volstrekt niet schoolsche wijze. Integendeel: <b>elke bladzij getuigt van geest en fantasie</b>.
+
+
+</p>
+<p><b>De Amsterdammer.</b>
+
+</p>
+<p><b>Een Strijd om de Schatten van Alva</b> is een merkwaardig boeiend jongensboek, dat den verzamelaar der serie, den heer BERTRAND, alle eer aandoet.
+
+
+</p>
+<p><b>De Avondpost.</b>
+
+</p>
+<p>Dit prachtig jongensboek <b>boeit van het begin tot het einde</b>.
+
+
+</p>
+<p><b>Algemeen Handelsblad.</b>
+
+</p>
+<p>Wat zal <b>dit meesleepende boek</b> verslonden worden!
+
+<span class="pageno"></span></p>
+<p>OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+</p>
+<p>OVER
+
+</p>
+<p><b>Getrouw aan den Koning.</b>
+
+
+</p>
+<p><b>Het Nieuws van den Dag.</b>
+
+</p>
+<p>De serie jongensboeken van <span class="smallcaps">Hans von Zobeltitz</span>, die de Heer <span class="smallcaps">Bertrand</span> zoo keurig in het Nederlandsch overbrengt en die dan door den Heer <span class="smallcaps">H.J.W. Becht</span> zoo smaakvol worden uitgegeven, is weer vermeerderd met een deel even dik en even onderhoudend als zijn voorgangers.
+
+</p>
+<p>De talentvolle schrijver behandelt, onder den titel <b>Getrouw aan den Koning</b>, op de hem eigene wijze de geschiedenis van de gedenkwaardige jaren 1813&#8211;1815. De ondergang van Napoleon en de weder-opleving
+van Europa na zijn val worden op aanschouwelijke wijze verhaald, al zijn natuurlijk de merkwaardige lotgevallen van de helden
+van het boek in deze geschiedenis de hoofdzaak. In de levendige beschrijvingen van den slag bij Waterloo en den volkerenslag
+bij Leipzig, en het aandeel, dat daarin ook ons land nam, zullen de jongens zeer zeker groot behagen scheppen.
+
+
+</p>
+<p><b>De Amsterdammer.</b>
+
+</p>
+<p>Bij den uitgever <span class="smallcaps">H.J.W. BECHT</span>, alhier, is verschenen <b>Getrouw aan den Koning</b>, een verhaal uit de jaren 1813&#8211;1815, naar het Duitsch van <span class="smallcaps">Hans von Zobeltitz</span> door <span class="smallcaps">H. Bertrand</span>. Een heerlijk jongensboek vol afwisseling. De wapenfeiten van Maarschalk Bl&uuml;cher, de veldslagen van Napoleon, zijn tocht
+naar Rusland, zijn er in beschreven, doch niet uit een geschiedkundig oogpunt, zoodat het steeds boeiend blijft. Menige jongen
+zal dan ook dit boek met graagte lezen.
+
+
+</p>
+<p><b>Het Algemeen Handelsblad.</b>
+
+</p>
+<p><b>Getrouw aan den Koning</b> behoeft door zijne dikte niemand af te schrikken. Deze geschiedkundige roman uit de dagen van Leipzig en Waterloo moge wel
+wat erg veel <i>histoire bataille</i> geven, men kan hem niet de deugd ontzeggen van bijzonder boeiend te zijn. Ook de geschiedenis die zich nergens op vervelende
+wijze op den voorgrond dwingt, schijnt met eerbied te zijn behandeld.
+
+
+</p>
+<p><b>Het Nieuwe Schoolblad.</b>
+
+</p>
+<p>In een romantisch verhaal wordt de bevrijding van Duitschland geschetst, op levendige en boeiende wijze. &#8217;t Is een mooi boek,
+zoowel voor ouderen als voor de jeugd (12 jaar en ouder), en voor onze scholen wel geschikt.
+
+
+<span class="pageno"></span></p>
+<p>OORDEEL DER VOORNAAMSTE BLADEN
+
+</p>
+<p>OVER
+
+</p>
+<p><b>Voor Koning en Vaderland.</b>
+
+
+</p>
+<p><b>Het Haagsche Dagblad.</b>
+
+</p>
+<p>Alles te zamen kunnen we dit flinke boek&#8212;roy. 8&deg;, 424 bldz.&#8212;ten volle aanbevelen als gezonde kost voor jongelieden, waaruit
+ze den veelszins belangrijken tijd van Frederik den Groote&#8212;als Kroonprins&#8212;en diens Koninklijken vader, en van zooveel krachtige
+figuren meer wat nader kunnen leeren kennen.
+
+
+</p>
+<p><b>Het Vaderland.</b>
+
+</p>
+<p>Zoo&#8217;n prettig geschreven historisch-romantisch verhaal en vooral een, waardoor men niet zoo spoedig heen komt (424 blz.),
+is juist iets voor onze jongens.
+
+
+</p>
+<p><b>Nederland.</b>
+
+</p>
+<p><b>Voor Koning en Vaderland</b> heeft in Duitschland opgang gemaakt. Hiertoe werkt, behalve de vaderlandsche strooming daar en de belangstelling voor al
+wat het Brandenburgsche huis aangaat, ook het werkelijk amusante van het boek mee. <b>Het is flink ge&iuml;llustreerd en behoort tot de avontuurlijke jongensromans in het genre van Marryat.</b>
+
+
+</p>
+<p><b>De Telegraaf.</b>
+
+</p>
+<p>Een zeer aardig boek, met goede Duitsche houtgravuren. Het is een hoogst boeiende roman voor jongelieden, die van lezen houden
+en nog niet tot de overtuiging gekomen zijn, dat er eigenlijk geen leesbare boeken meer bestaan. De Duitsche auteur heeft
+het bekende tijdvak van <i>Zopf und Schwert</i> gekozen, toen Koning Frederik Wilhelm I in onmin leefde met zijn zoon, later Frederik de Groote. Twee jongelieden, Frits
+W&uuml;nke en Christiaan von Stachow, treden in dienst van den Kroonprins, en deelen in zijn lief en leed tot aan zijne verheffing
+op den troon zijns vaders. <b>Er heerscht een uitmuntende geest in dit boek, dat met veel handigheid is samengesteld.</b>
+
+
+</p>
+<p><b>De Arnhemsche Courant.</b>
+
+</p>
+<p>Het is een jongensboek, waaraan heel wat te lezen valt: 424 bladz. Toch gelooven we, dat de jongelui, die het lezen, spijt
+zullen hebben, dat het al uit is. Het speelt in de eerste helft der achttiende eeuw in den oorlog om Silezi&euml;, die de grondslag
+was van Pruisen&#8217;s macht en grootheid. Aan tafereelen uit het krijgsmansleven zijn deze bladzijden rijk en al zijn zij geen
+soldaten, zullen de jongelui gaarne de campagnes medemaken, die op zoo levendige en aanschouwelijke wijze verhaald worden.
+
+
+</p>
+
+
+
+
+
+
+
+<pre>
+
+
+
+
+
+End of Project Gutenberg's Van Schooljongen tot Koning, by A. Bertrand
+
+*** END OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK VAN SCHOOLJONGEN TOT KONING ***
+
+***** This file should be named 17593-h.htm or 17593-h.zip *****
+This and all associated files of various formats will be found in:
+ http://www.gutenberg.org/1/7/5/9/17593/
+
+Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
+Proofreading Team at http://www.pgdp.net/
+
+
+Updated editions will replace the previous one--the old editions
+will be renamed.
+
+Creating the works from public domain print editions means that no
+one owns a United States copyright in these works, so the Foundation
+(and you!) can copy and distribute it in the United States without
+permission and without paying copyright royalties. Special rules,
+set forth in the General Terms of Use part of this license, apply to
+copying and distributing Project Gutenberg-tm electronic works to
+protect the PROJECT GUTENBERG-tm concept and trademark. Project
+Gutenberg is a registered trademark, and may not be used if you
+charge for the eBooks, unless you receive specific permission. If you
+do not charge anything for copies of this eBook, complying with the
+rules is very easy. You may use this eBook for nearly any purpose
+such as creation of derivative works, reports, performances and
+research. They may be modified and printed and given away--you may do
+practically ANYTHING with public domain eBooks. Redistribution is
+subject to the trademark license, especially commercial
+redistribution.
+
+
+
+*** START: FULL LICENSE ***
+
+THE FULL PROJECT GUTENBERG LICENSE
+PLEASE READ THIS BEFORE YOU DISTRIBUTE OR USE THIS WORK
+
+To protect the Project Gutenberg-tm mission of promoting the free
+distribution of electronic works, by using or distributing this work
+(or any other work associated in any way with the phrase "Project
+Gutenberg"), you agree to comply with all the terms of the Full Project
+Gutenberg-tm License (available with this file or online at
+http://gutenberg.org/license).
+
+
+Section 1. General Terms of Use and Redistributing Project Gutenberg-tm
+electronic works
+
+1.A. By reading or using any part of this Project Gutenberg-tm
+electronic work, you indicate that you have read, understand, agree to
+and accept all the terms of this license and intellectual property
+(trademark/copyright) agreement. If you do not agree to abide by all
+the terms of this agreement, you must cease using and return or destroy
+all copies of Project Gutenberg-tm electronic works in your possession.
+If you paid a fee for obtaining a copy of or access to a Project
+Gutenberg-tm electronic work and you do not agree to be bound by the
+terms of this agreement, you may obtain a refund from the person or
+entity to whom you paid the fee as set forth in paragraph 1.E.8.
+
+1.B. "Project Gutenberg" is a registered trademark. It may only be
+used on or associated in any way with an electronic work by people who
+agree to be bound by the terms of this agreement. There are a few
+things that you can do with most Project Gutenberg-tm electronic works
+even without complying with the full terms of this agreement. See
+paragraph 1.C below. There are a lot of things you can do with Project
+Gutenberg-tm electronic works if you follow the terms of this agreement
+and help preserve free future access to Project Gutenberg-tm electronic
+works. See paragraph 1.E below.
+
+1.C. The Project Gutenberg Literary Archive Foundation ("the Foundation"
+or PGLAF), owns a compilation copyright in the collection of Project
+Gutenberg-tm electronic works. Nearly all the individual works in the
+collection are in the public domain in the United States. If an
+individual work is in the public domain in the United States and you are
+located in the United States, we do not claim a right to prevent you from
+copying, distributing, performing, displaying or creating derivative
+works based on the work as long as all references to Project Gutenberg
+are removed. Of course, we hope that you will support the Project
+Gutenberg-tm mission of promoting free access to electronic works by
+freely sharing Project Gutenberg-tm works in compliance with the terms of
+this agreement for keeping the Project Gutenberg-tm name associated with
+the work. You can easily comply with the terms of this agreement by
+keeping this work in the same format with its attached full Project
+Gutenberg-tm License when you share it without charge with others.
+
+1.D. The copyright laws of the place where you are located also govern
+what you can do with this work. Copyright laws in most countries are in
+a constant state of change. If you are outside the United States, check
+the laws of your country in addition to the terms of this agreement
+before downloading, copying, displaying, performing, distributing or
+creating derivative works based on this work or any other Project
+Gutenberg-tm work. The Foundation makes no representations concerning
+the copyright status of any work in any country outside the United
+States.
+
+1.E. Unless you have removed all references to Project Gutenberg:
+
+1.E.1. The following sentence, with active links to, or other immediate
+access to, the full Project Gutenberg-tm License must appear prominently
+whenever any copy of a Project Gutenberg-tm work (any work on which the
+phrase "Project Gutenberg" appears, or with which the phrase "Project
+Gutenberg" is associated) is accessed, displayed, performed, viewed,
+copied or distributed:
+
+This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
+almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or
+re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
+with this eBook or online at www.gutenberg.org
+
+1.E.2. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is derived
+from the public domain (does not contain a notice indicating that it is
+posted with permission of the copyright holder), the work can be copied
+and distributed to anyone in the United States without paying any fees
+or charges. If you are redistributing or providing access to a work
+with the phrase "Project Gutenberg" associated with or appearing on the
+work, you must comply either with the requirements of paragraphs 1.E.1
+through 1.E.7 or obtain permission for the use of the work and the
+Project Gutenberg-tm trademark as set forth in paragraphs 1.E.8 or
+1.E.9.
+
+1.E.3. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is posted
+with the permission of the copyright holder, your use and distribution
+must comply with both paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 and any additional
+terms imposed by the copyright holder. Additional terms will be linked
+to the Project Gutenberg-tm License for all works posted with the
+permission of the copyright holder found at the beginning of this work.
+
+1.E.4. Do not unlink or detach or remove the full Project Gutenberg-tm
+License terms from this work, or any files containing a part of this
+work or any other work associated with Project Gutenberg-tm.
+
+1.E.5. Do not copy, display, perform, distribute or redistribute this
+electronic work, or any part of this electronic work, without
+prominently displaying the sentence set forth in paragraph 1.E.1 with
+active links or immediate access to the full terms of the Project
+Gutenberg-tm License.
+
+1.E.6. You may convert to and distribute this work in any binary,
+compressed, marked up, nonproprietary or proprietary form, including any
+word processing or hypertext form. However, if you provide access to or
+distribute copies of a Project Gutenberg-tm work in a format other than
+"Plain Vanilla ASCII" or other format used in the official version
+posted on the official Project Gutenberg-tm web site (www.gutenberg.org),
+you must, at no additional cost, fee or expense to the user, provide a
+copy, a means of exporting a copy, or a means of obtaining a copy upon
+request, of the work in its original "Plain Vanilla ASCII" or other
+form. Any alternate format must include the full Project Gutenberg-tm
+License as specified in paragraph 1.E.1.
+
+1.E.7. Do not charge a fee for access to, viewing, displaying,
+performing, copying or distributing any Project Gutenberg-tm works
+unless you comply with paragraph 1.E.8 or 1.E.9.
+
+1.E.8. You may charge a reasonable fee for copies of or providing
+access to or distributing Project Gutenberg-tm electronic works provided
+that
+
+- You pay a royalty fee of 20% of the gross profits you derive from
+ the use of Project Gutenberg-tm works calculated using the method
+ you already use to calculate your applicable taxes. The fee is
+ owed to the owner of the Project Gutenberg-tm trademark, but he
+ has agreed to donate royalties under this paragraph to the
+ Project Gutenberg Literary Archive Foundation. Royalty payments
+ must be paid within 60 days following each date on which you
+ prepare (or are legally required to prepare) your periodic tax
+ returns. Royalty payments should be clearly marked as such and
+ sent to the Project Gutenberg Literary Archive Foundation at the
+ address specified in Section 4, "Information about donations to
+ the Project Gutenberg Literary Archive Foundation."
+
+- You provide a full refund of any money paid by a user who notifies
+ you in writing (or by e-mail) within 30 days of receipt that s/he
+ does not agree to the terms of the full Project Gutenberg-tm
+ License. You must require such a user to return or
+ destroy all copies of the works possessed in a physical medium
+ and discontinue all use of and all access to other copies of
+ Project Gutenberg-tm works.
+
+- You provide, in accordance with paragraph 1.F.3, a full refund of any
+ money paid for a work or a replacement copy, if a defect in the
+ electronic work is discovered and reported to you within 90 days
+ of receipt of the work.
+
+- You comply with all other terms of this agreement for free
+ distribution of Project Gutenberg-tm works.
+
+1.E.9. If you wish to charge a fee or distribute a Project Gutenberg-tm
+electronic work or group of works on different terms than are set
+forth in this agreement, you must obtain permission in writing from
+both the Project Gutenberg Literary Archive Foundation and Michael
+Hart, the owner of the Project Gutenberg-tm trademark. Contact the
+Foundation as set forth in Section 3 below.
+
+1.F.
+
+1.F.1. Project Gutenberg volunteers and employees expend considerable
+effort to identify, do copyright research on, transcribe and proofread
+public domain works in creating the Project Gutenberg-tm
+collection. Despite these efforts, Project Gutenberg-tm electronic
+works, and the medium on which they may be stored, may contain
+"Defects," such as, but not limited to, incomplete, inaccurate or
+corrupt data, transcription errors, a copyright or other intellectual
+property infringement, a defective or damaged disk or other medium, a
+computer virus, or computer codes that damage or cannot be read by
+your equipment.
+
+1.F.2. LIMITED WARRANTY, DISCLAIMER OF DAMAGES - Except for the "Right
+of Replacement or Refund" described in paragraph 1.F.3, the Project
+Gutenberg Literary Archive Foundation, the owner of the Project
+Gutenberg-tm trademark, and any other party distributing a Project
+Gutenberg-tm electronic work under this agreement, disclaim all
+liability to you for damages, costs and expenses, including legal
+fees. YOU AGREE THAT YOU HAVE NO REMEDIES FOR NEGLIGENCE, STRICT
+LIABILITY, BREACH OF WARRANTY OR BREACH OF CONTRACT EXCEPT THOSE
+PROVIDED IN PARAGRAPH F3. YOU AGREE THAT THE FOUNDATION, THE
+TRADEMARK OWNER, AND ANY DISTRIBUTOR UNDER THIS AGREEMENT WILL NOT BE
+LIABLE TO YOU FOR ACTUAL, DIRECT, INDIRECT, CONSEQUENTIAL, PUNITIVE OR
+INCIDENTAL DAMAGES EVEN IF YOU GIVE NOTICE OF THE POSSIBILITY OF SUCH
+DAMAGE.
+
+1.F.3. LIMITED RIGHT OF REPLACEMENT OR REFUND - If you discover a
+defect in this electronic work within 90 days of receiving it, you can
+receive a refund of the money (if any) you paid for it by sending a
+written explanation to the person you received the work from. If you
+received the work on a physical medium, you must return the medium with
+your written explanation. The person or entity that provided you with
+the defective work may elect to provide a replacement copy in lieu of a
+refund. If you received the work electronically, the person or entity
+providing it to you may choose to give you a second opportunity to
+receive the work electronically in lieu of a refund. If the second copy
+is also defective, you may demand a refund in writing without further
+opportunities to fix the problem.
+
+1.F.4. Except for the limited right of replacement or refund set forth
+in paragraph 1.F.3, this work is provided to you 'AS-IS' WITH NO OTHER
+WARRANTIES OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOT LIMITED TO
+WARRANTIES OF MERCHANTIBILITY OR FITNESS FOR ANY PURPOSE.
+
+1.F.5. Some states do not allow disclaimers of certain implied
+warranties or the exclusion or limitation of certain types of damages.
+If any disclaimer or limitation set forth in this agreement violates the
+law of the state applicable to this agreement, the agreement shall be
+interpreted to make the maximum disclaimer or limitation permitted by
+the applicable state law. The invalidity or unenforceability of any
+provision of this agreement shall not void the remaining provisions.
+
+1.F.6. INDEMNITY - You agree to indemnify and hold the Foundation, the
+trademark owner, any agent or employee of the Foundation, anyone
+providing copies of Project Gutenberg-tm electronic works in accordance
+with this agreement, and any volunteers associated with the production,
+promotion and distribution of Project Gutenberg-tm electronic works,
+harmless from all liability, costs and expenses, including legal fees,
+that arise directly or indirectly from any of the following which you do
+or cause to occur: (a) distribution of this or any Project Gutenberg-tm
+work, (b) alteration, modification, or additions or deletions to any
+Project Gutenberg-tm work, and (c) any Defect you cause.
+
+
+Section 2. Information about the Mission of Project Gutenberg-tm
+
+Project Gutenberg-tm is synonymous with the free distribution of
+electronic works in formats readable by the widest variety of computers
+including obsolete, old, middle-aged and new computers. It exists
+because of the efforts of hundreds of volunteers and donations from
+people in all walks of life.
+
+Volunteers and financial support to provide volunteers with the
+assistance they need, is critical to reaching Project Gutenberg-tm's
+goals and ensuring that the Project Gutenberg-tm collection will
+remain freely available for generations to come. In 2001, the Project
+Gutenberg Literary Archive Foundation was created to provide a secure
+and permanent future for Project Gutenberg-tm and future generations.
+To learn more about the Project Gutenberg Literary Archive Foundation
+and how your efforts and donations can help, see Sections 3 and 4
+and the Foundation web page at http://www.pglaf.org.
+
+
+Section 3. Information about the Project Gutenberg Literary Archive
+Foundation
+
+The Project Gutenberg Literary Archive Foundation is a non profit
+501(c)(3) educational corporation organized under the laws of the
+state of Mississippi and granted tax exempt status by the Internal
+Revenue Service. The Foundation's EIN or federal tax identification
+number is 64-6221541. Its 501(c)(3) letter is posted at
+http://pglaf.org/fundraising. Contributions to the Project Gutenberg
+Literary Archive Foundation are tax deductible to the full extent
+permitted by U.S. federal laws and your state's laws.
+
+The Foundation's principal office is located at 4557 Melan Dr. S.
+Fairbanks, AK, 99712., but its volunteers and employees are scattered
+throughout numerous locations. Its business office is located at
+809 North 1500 West, Salt Lake City, UT 84116, (801) 596-1887, email
+business@pglaf.org. Email contact links and up to date contact
+information can be found at the Foundation's web site and official
+page at http://pglaf.org
+
+For additional contact information:
+ Dr. Gregory B. Newby
+ Chief Executive and Director
+ gbnewby@pglaf.org
+
+
+Section 4. Information about Donations to the Project Gutenberg
+Literary Archive Foundation
+
+Project Gutenberg-tm depends upon and cannot survive without wide
+spread public support and donations to carry out its mission of
+increasing the number of public domain and licensed works that can be
+freely distributed in machine readable form accessible by the widest
+array of equipment including outdated equipment. Many small donations
+($1 to $5,000) are particularly important to maintaining tax exempt
+status with the IRS.
+
+The Foundation is committed to complying with the laws regulating
+charities and charitable donations in all 50 states of the United
+States. Compliance requirements are not uniform and it takes a
+considerable effort, much paperwork and many fees to meet and keep up
+with these requirements. We do not solicit donations in locations
+where we have not received written confirmation of compliance. To
+SEND DONATIONS or determine the status of compliance for any
+particular state visit http://pglaf.org
+
+While we cannot and do not solicit contributions from states where we
+have not met the solicitation requirements, we know of no prohibition
+against accepting unsolicited donations from donors in such states who
+approach us with offers to donate.
+
+International donations are gratefully accepted, but we cannot make
+any statements concerning tax treatment of donations received from
+outside the United States. U.S. laws alone swamp our small staff.
+
+Please check the Project Gutenberg Web pages for current donation
+methods and addresses. Donations are accepted in a number of other
+ways including checks, online payments and credit card donations.
+To donate, please visit: http://pglaf.org/donate
+
+
+Section 5. General Information About Project Gutenberg-tm electronic
+works.
+
+Professor Michael S. Hart is the originator of the Project Gutenberg-tm
+concept of a library of electronic works that could be freely shared
+with anyone. For thirty years, he produced and distributed Project
+Gutenberg-tm eBooks with only a loose network of volunteer support.
+
+
+Project Gutenberg-tm eBooks are often created from several printed
+editions, all of which are confirmed as Public Domain in the U.S.
+unless a copyright notice is included. Thus, we do not necessarily
+keep eBooks in compliance with any particular paper edition.
+
+
+Most people start at our Web site which has the main PG search facility:
+
+ http://www.gutenberg.org
+
+This Web site includes information about Project Gutenberg-tm,
+including how to make donations to the Project Gutenberg Literary
+Archive Foundation, how to help produce our new eBooks, and how to
+subscribe to our email newsletter to hear about new eBooks.
+
+
+</pre>
+
+</body>
+</html>
diff --git a/17593-h/images/cover.jpg b/17593-h/images/cover.jpg
new file mode 100644
index 0000000..3d5b5b1
--- /dev/null
+++ b/17593-h/images/cover.jpg
Binary files differ
diff --git a/17593-h/images/p000.jpg b/17593-h/images/p000.jpg
new file mode 100644
index 0000000..5dd99be
--- /dev/null
+++ b/17593-h/images/p000.jpg
Binary files differ
diff --git a/17593-h/images/p060.jpg b/17593-h/images/p060.jpg
new file mode 100644
index 0000000..2d53492
--- /dev/null
+++ b/17593-h/images/p060.jpg
Binary files differ
diff --git a/17593-h/images/p120.jpg b/17593-h/images/p120.jpg
new file mode 100644
index 0000000..cb7f146
--- /dev/null
+++ b/17593-h/images/p120.jpg
Binary files differ
diff --git a/17593-h/images/p182.jpg b/17593-h/images/p182.jpg
new file mode 100644
index 0000000..174fb20
--- /dev/null
+++ b/17593-h/images/p182.jpg
Binary files differ
diff --git a/17593-h/images/p244.jpg b/17593-h/images/p244.jpg
new file mode 100644
index 0000000..d330d7f
--- /dev/null
+++ b/17593-h/images/p244.jpg
Binary files differ
diff --git a/17593-h/images/p292.jpg b/17593-h/images/p292.jpg
new file mode 100644
index 0000000..288713a
--- /dev/null
+++ b/17593-h/images/p292.jpg
Binary files differ
diff --git a/17593-h/images/p369.jpg b/17593-h/images/p369.jpg
new file mode 100644
index 0000000..12f13ec
--- /dev/null
+++ b/17593-h/images/p369.jpg
Binary files differ
diff --git a/17593-h/images/p437.jpg b/17593-h/images/p437.jpg
new file mode 100644
index 0000000..5d8bef6
--- /dev/null
+++ b/17593-h/images/p437.jpg
Binary files differ
diff --git a/LICENSE.txt b/LICENSE.txt
new file mode 100644
index 0000000..6312041
--- /dev/null
+++ b/LICENSE.txt
@@ -0,0 +1,11 @@
+This eBook, including all associated images, markup, improvements,
+metadata, and any other content or labor, has been confirmed to be
+in the PUBLIC DOMAIN IN THE UNITED STATES.
+
+Procedures for determining public domain status are described in
+the "Copyright How-To" at https://www.gutenberg.org.
+
+No investigation has been made concerning possible copyrights in
+jurisdictions other than the United States. Anyone seeking to utilize
+this eBook outside of the United States should confirm copyright
+status under the laws that apply to them.
diff --git a/README.md b/README.md
new file mode 100644
index 0000000..94ae3fe
--- /dev/null
+++ b/README.md
@@ -0,0 +1,2 @@
+Project Gutenberg (https://www.gutenberg.org) public repository for
+eBook #17593 (https://www.gutenberg.org/ebooks/17593)